Meervoudige kamerbewoning

Wat is meervoudige kamerbewoning?

U verhuurt uw woning aan maximaal vier personen die niet één huishouden vormen. Bij een vrijstaand huis mogen dat er vijf zijn.

Regels meervoudige kamerbewoning

Er is sprake van maximaal één huishouden plus hooguit één persoon extra die niet tot dat huishouden behoort;

De meervoudige kamerbewoning vindt plaats in een pand waar in het omgevingsplan staat dat het om een woonfunctie gaat
Kamerbewoning vindt uitsluitend plaats in het hoofdgebouw;
Elke kamerbewoner beschikt over tenminste een eigen kamer met een aaneengesloten gebruiksoppervlakte van ten minste 7,5 m2, exclusief gemeenschappelijke ruimtes;
Elke kamerbewoner beschikt elk over 25 m2 gebruiksoppervlakte, inclusief gemeenschappelijke ruimtes;
De kamer betreft geen zelfstandige woonruimte;
Het beoogde kamerbewoningspand is niet (geheel of gedeeltelijk) gelegen binnen een spreidingscirkel van 50 meter;
Het maximale aantal te huisvesten personen in het kamerbewoningspand bedraagt in geval van een niet-vrijstaand pand 4 en in geval van een vrijstaand pand 5 personen.

U moet in dat geval dan een ‘melding brandveilig gebruik’ doen via het omgevingsloket.

De aanvraag voor omgevingsvergunning leidt tot een balans van functies aan locaties op het perceel en/of de directe omgeving. Hierbij wordt rekening gehouden met;

de woonsituatie;
de sociale veiligheid;
de milieusituatie;
de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
privaatrechtelijke verhoudingen;
het straat- en bebouwingsbeeld c.q. de stedenbouwkundige samenhang, en;
het verlenen van de omgevingsvergunning is niet in strijd is met gemeentelijk, provinciaal en/of rijksbeleid.

De aanvraag voor omgevingsvergunning voldoet, zo nodig met de aanleg en instandhouding van extra parkeerplaatsen, aan het parkeerbeleid dat van kracht is;