• Bestuur
  • Commissiestukken BP Helmond Noord

Commissiestukken BP Helmond Noord

Documentdatum 17-04-2002
Bestuursorgaan Commissie Ruimtelijk Fysiek
Documentsoort Commissiestukken
Samenvatting

GEMEENTE HELMOI

CI.nr.: - @ .21 PORT 1,-CN

Datum: 2 6FE B 2002 VAC

PA-

z

Afd./Biiro KOPIE

Pai-aaf

D P/P (4FDe-Lis

C-TEMEEN?.r:'2@'@@@l,LMOiND

gul m > K) i

Afd. BeF>t"iu-r3.- @l-s e, zaken

Op:

F) pk) DE

Aan:

afdoening

2- 6K5 0Ei2 VA

L4U 5

s-)o-2 nw (4Ci2. &S'ZC>I@

iF:u w

p Tr:_kz Q, Q-l t-i

@7 K)' r--Q OU kAJ ri@, A

C- C,-r 2JIJ

IJ DIE

@v-:T- t% @j @F-F- L

D IC-- 52e;-t f=' 1'0 1\) f) vk r- Up@j HF-

g E IZ.S> j) g Kj f, 0 C> 1 ki -DE

5 6tzo C- c @A P K@

D E -F P l@

-sc@4 oo L b tz L F- @j

K)

v

vo, o

o@j ze

0 m QC

DE

Ie- Ki 0 k DPs,@

k-o

Kj C, 0

op

1) i@ K, T-U

EK@

2 6 FEB. 2002

Aan de Gemeenteraad

P/a afdeling Ruimtelijke Ordening

(C"

t.a.v. Dhr. JF-AM van Duren

Postbus 950 GEMEENTE HELMOR

5700 AZ BELMOND CI.nr.: - ly

"@l. .2.0.e

Datum: 27FEB9002 VAC

Datum: 25 februari 200'-7 PAZ

Afd./Buro KOPIE

Uw kenmerk: SO/RO/IvP 24-1 etil paraaf

Betreft: Bezwaar ontwerp-bestemmingsplan Helmond Noord.

Geachte heer Van Duren,

Vorig jaar hebben wij op de inspraakavond die georganiseerd was voor omwonenden van het

klooster aan de Ruusbroeclaan onze zienswijze reeds duidelijk gemaakt, waarvan ook notitie

is genomen. Ook heb ik de reacties n.a.v. inspraak Ruusbroeclaan gelezen en het daarop

gegeven commentaar door de gemeente. Hierbij heb ik echter toch enkele vraagtekens,

0 Parkeerprobleeni en toenemende verkeersdrukte

Het parkeerprobleem wordt naar mijn mening sterk onderschat, 1,5 parkeerplaats per

woning. Volgens krmtenberichten zou het caan om duurdere appartementen. De

bewoners hebben dan vaak ook een tweede auto, dus dat vangt die 1,5 parkeerplaats op.

Geen probleem. Maar dan komt het bezoek en die parkeren in het weekend allemaal in

onze wijk. En dat terwijl in het koopcontract van onze woningen staat dat wij zelf op de

oprit moeten parkeren. Dan staan de auto's van andere mensen het hele weekend bijna in

onze woonkamer, oi-ndat de voortuin maar circa twee meter diep is. Ons stukje

Ruusbroeciaan begint met een verhoging en eindigt met een verhoging. Dit weerhoudt

doorgaand verkeer er echter niet van eens flink gas te geven. Met de bouwplannen

voorzien wij juist bi.'( ons een toenemende verkeersdrukte. Daarbij wonen er veel jonge

kinderen in ons stukje Ruusbroeciaan, die niet meer fatsoenlijk buiten kunnen spelen bij

toenemende verkeei-sdrukte en veel geparkeerde auto's. De odlossiniz hiervoor zi-in meer

parkeerplaatsen en een parkeerverbod voor auto's die niet tot bestemming hebben nr.. 131

t/m 147 en het maken van een doodlopende straat door twee paaltjes te maken voorbii

woonhuis nr. 147.

0 Gevoel bespied te worden

Met een woontoren van 13 etages zullen wij ook continu het gevoel hebben bespied te

worden. Men hoeft i:iatuurlijk niet te bespieden, maar het gevoel blijft en dat is niet prettig

in je eigen tuin en diis ook onacceptabel. Oplossing hiervoor: enkele bouwlaqen eraf

Wij hebben onze wonin" gekocht om binnen een woonwijk toch vrij te kunnen wonen. Mits

z@@

rekening gehouden wordt met onze bezwaren, zullen wij belemmerd worden in ons

woongenot en met mij de hele straat. Dit is voor niemand acceptabel omdat wij er al lang

woonden voordat er ool@ maar sprake was van een woontoren.

Ik hoop hiermee onze zienswijze duidelijk te hebben weergegeven en hoop van harte dat er

naar geluisterd wordt.

In afwachting op uw belicht, verblijf ik

L

Met vriendelijke groet,

Onderstaande organisatie en personen hebben exact dezelfde zienswijze ingediend:

Fam R.M.L.Sterken Ruusbroeciaan 133 5702 AW Heimond

Dhr/Mevr. Lammers Ruusbroeciaan 145 5702 AW Heimond

Dhr/Mevr. V. Beek Ruusbroeciaan 143 5702 AW Heimond

Fam. Malfliet Ruusbroeciaan 135 5702 AW Heimond

F.A.A.G.M. van Eijk Ruusbroeciaan 147 5702 AW Heimond

Erica Vogels-Berkers Ruusbroeciaan 139 5702 AW Heimond

Bianca Wosyka-Berkers Ruusbroeciaan 137 5702 AW Heimond

GEMEENTE HELMC

CI.nr.: PORT

HAANS-BEIJSENS

Datum: 2 GFE B 2002 -VAC

ADVOCATEN EN NOTARISSEN PAZ

Afd./Buro KOPIE

Paraaf

AANTEKENEN MET HANDTEKENING RETOUR Mr. T. Peters

Aan de Gemeenteraad advocaat

der gemeente Heimond T 0164 211 311

Pla afdeling Ruimtelijke Ordening

Postbus 950 F 0164 256 228

5700 AZ HELMOND E tpeters@haansbeijsens.ni

Bergen op Zoom, 25 februari 2002

Inzake: Ontwerpbestemmingsplan Heimond Noord

Onze ref. P/su

Uw ref.

Geachte Raad,

Tot mij heeft zich wederom gewend de Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor

Praasterink, gevestigd te Heimond inzake het navolgende.

De Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink, hierna te noemen de

belanghebbende, heeft kennis genomen van het ontwerp van het bestemmingsplan

Heimond Noord (Him 31) en de bijbehorende inspraaknota naar aanleiding waarvan

zij U hierdoor tijdig haar zienswijze doet toekomen.

De belanghebbende kan zich niet verenigen met de bepalingen opgenomen in het

ontwerp van het bestemmingsplan Heimond Noord met betrekking tot het

winkelcentrum "De Bus" voor zover hierna haar zienswijze wordt beschreven.

De belangen van belanghebbende zijn rechtstreeks betrokken bij voornoemd

bestemmingsplan.

De belanghebbende is immers eigenaresse van het pand gelegen in het

winkelcentrum De Bus te Heimond, aan Nieuwveld nr. 49, thans zijnde 3

afzonderlijke eenheden.

De belanghebbende dient derhalve te worden aangemerkt als belanghebbende in

de zin van artikel 1:2 jo artikel 3:13 van de Algemene Wet Bestuursrecht.

Namens belanghebbende is, als lid van de Coöperatieve Vereniging van Eigenaren

in het Winkelcentrum De Bus U.A., op 19 december 2000 een inspraakreactie

ingediend naar aanleiding van het voorontwerp van het bestemmingsplan Hetmond

Noord. De belanghebbende verzoekt haar stellingen en bezwaren als verwoord in

voornoemde inspraakreactie hier als letterlijk herhaald en ingevoegd te

beschouwen.

BERGEN OP ZOOM - MIDDELBURG - ROOSENDAAL

Stationsstraat 19 @ Postbus 101 - 4600 AC Bergen op Zoom , T 0164 211 311 - F 0164 256 228

HAANS-BEIJSENS

2 -

De belanghebbende persisteert bij de in voornoemde inspraakreactie genoemde

stellingen en bezwaren, voorzover aan die bezwaren in het

ontwerpbestemmingsplan en de bijbehorende inspraaknota niet wordt tegemoet

gekomen en voorzover hierna niet anders of meer wordt vermeld.

1. DE BESTEMMING

1.1

Op grond van voornoemd bestemmingsplan worden de voorzieningen in het

winkelcentrum 'De Bus' bestemd tot "wijkvoorzieningen'. Op de bij voornoemd

bestemmingsplan behorende plankaart no. 000285 is door middel van de inkleuring

eveneens aangegeven dat de voorzieningen in het winkelcentrum 'De Bus' worden

bestemd tot "wijkvoorzieningen'.

De belanghebbende heeft in haar inspraakreactie d.d. 19 december 2000

uitdrukkelijk bezwaar gemaakt tegen de bestemming van de voorzieningen in het

winkelcentrum "De Bus" tot "wijkvoorzieningen".

De belanghebbende heeft daarmee tot uitdrukking willen brengen dat de eenheden

binnen het winkelcentrum "De Bus" dienen te worden bestemd tot detailhandel,

dienstverlening en horeca I met dien verstande dat binnen elke eenheid de

mogelijkheid bestaat voor vestiging van detailhandel, dienstverlening en horeca I.

De belanghebbende gaat er van uit dat de opstellers van het bestemmingsplan in

hun commentaar op deze inspraakreactie als weergegeven in de inspraaknota

dezelfde mening zijn toegedaan, hetgeen betekent dat met de bestemming van het

winkelcentrum tot "wijkvoorzieningen", binnen de bestemming wijkvoorziening en

zodoende ook binnen alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentrum, de

functies detailhandel, dienstverlening en horeca I uitgebreid met de functie

maatschappelijke voorzieningen zijn toegestaan. In dat geval kan de

belanghebbende instemmen met de bestemming van het winkelcentrum tot

"wijkvoorzieningen" al blijft zij van mening dat de bestemming 'winkelcentrum'

meer recht doet aan de daadwerkelijke functie.

Voorzover de opstellers van het ontwerpbestemmingsplan een andere mening zijn

toegedaan dan hiervoor weergegeven, persisteert de belanghebbende bij haar

bezwaar tegen de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorzieningen".

Overigens is de belanghebbende van mening dat de functie maatschappelijke

doeleinden kan leiden tot ongewenste situaties. Immers is denkbaar dat zodoende

binnen het winkelcentrum voorzieningen met de functie maatschappelijke

doeleinden worden gesitueerd welke zich mogelijk niet verenigen met de overige

functies binnen het winkelcentrum.

2. DE VOORZIENINGENSTRUCTUUR

2.1

Onder het hoofdstuk voorzieningenstructuur op pagina 24 van de toelichting wordt

vermeld dat in het winkelcentrum "De Bus" 3500 m2 verkoopvloeroppervlak

aanwezig is, waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met name

supermarkt).

HAANS-BEIJSENS

3

De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling dat 3500 m2

verkoopvloeroppervlak aanwezig is.

2.2

Afgezien van het feit dat de belanghebbende van mening is dat de vaststelling van

het verkoopvloeroppervlak op 3500 m2 onjuist is en de opstellers van het

bestemmingsplan uitgaan van een ruwe schatting die bovendien niet is

onderbouwd, maakt de belanghebbenden bezwaar tegen de vaststelling van de

grootte van het verkoopvloeroppervlak. De grootte van het verkoopvloeroppervlak

is aan wisselingen onderhevig en dient aan wisselingen onderhevig te zijn.

Winkeliers dienen hun verkoopvloeroppervlak constant aan te passen teneinde de

verkoopruimte een aantrekkelijk aanzien te geven. Al naar gelang bijvoorbeeld de

grootte van de voorraad en ontwikkelingen binnen de branche dienen winkeliers de

mogelijkheid te hebben hun verkoopvloeroppervlak binnen de hun gegeven

mogelijkheden aan te passen.

2.3

De zinsnede op pagina 24 van de toelichting impliceert dat het

verkoopvloeroppervlak is vastgesteld op 3500 m2 waarvan niet kan worden

afgeweken. Indien de zinsnede een vaststelling van de grootte van het

verkoopvloeroppervlak impliceert worden daardoor voor de belanghebbende, dan

wel haar huurders, de mogelijkheden voor een behoorlijke uitoefening van hun

activiteiten onredelijk ingeperkt.

2.4

De belanghebbende is van mening dat een vaststelling van het

verkoopvloeroppervlak onredelijk is en bovendien geen enkele toegevoegde waarde

geeft aan de (uitvoering van het) bestemmingsplan en derhalve overbodig. Het

verkoopvloeroppervlak wordt in het bestemmingsplan immers niet als criterium,

voorwaarde dan wel anderszins gehanteerd.

2.5

In het commentaar op voornoemde inspraakreactie als weergegeven in de bij het

ontwerpbestemmingsplan behorende inspraaknota wordt vermeld dat het huidige

detailhandelsbeleid van de gemeente Heimond uitgaat van consolidatie van het

aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra.

De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt

welk uitgangspunt ook niet in overeenstemming is met eerdere uitlatingen namens

de gemeente Heimond gedaan. Bovendien staat een consolidatie van het aantal

vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra haaks op de gehanteerde

norm in het vigerende bestemmingsplan van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per

inwoner. Deze norm impliceert immers dat het aantal vierkante meters dient te

groeien evenredig met een eventuele groei van het aantal inwoners.

2.6

De belanghebbende verwijst naar een publicatie van 14 maart 1990 in het

Nieuwsblad voor Heimond met als titel "Er was letterlijk werk aan de winkel(s)!".

In deze publicatie wordt door (toenmalig) wethouder Jonkers onder andere het

navolgende gesteld: "Van 1990 tot het jaar 2000 zal ten oosten van Heimond

Noord een nieuwe wijk gestalte krijgen: 'Dierdonk'. Omdat Heimond Noord twee

HAANS-BEIJSENS

- 4 -

winkelcentra kent, waarvan 'De Bus'er één is, is er met die nieuwe uitbreiding van

2000 woningen voldoende groeicapaciteit voor deze centra aanwezig."

De belanghebbende sluit zich aan bij deze woorden van de wethouder waaruit in eik

geval moet worden afgeleid dat de inmiddels gerealiseerde wijk Dierdonk tot het

verzorgingsgebied behoort van onder andere winkelcentrum De Bus zodat met

verwijzing naar de norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner ruimte

gecreëerd moet worden tot uitbreiding van het aantal vierkante meters

verkoopvloeroppervlak.

De belanghebbende verwijst tevens naar de nota "Wijkcentra in de Heimondse

wijken', zoals door de gemeenteraad vastgesteld op 2 februari 1993. De nota

betreft een uitwerking van het vastgestelde Algemeen Structuurplan Heimond '91

en wil het beleidskader bieden voor de kwaliteitsverbetering en de ontwikkeling van

bestaande en nieuwe winkelcentra buiten het stedelijk hoofdwinkelcentrum.

Voornoemde nota vermeldt op pagina 7: "Wat betreft de nieuwe wijk Dierdonk

wordt -passend in het wijkkarakter- gedacht aan een relatief kleine kwalitatief

goede voorziening ten behoeve van dagelijkse boodschappen. In het Masterplan

Dierdonk is maximaal 1.200 m2 planologisch gereserveerd. De realisatie is

afhankelijk van aangetoond draagvlak. Hierbij dient rekening te worden gehouden

met de positie en de nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Heimond-

Noord en Heimond-Oost. (onderlijning TP)

Voorts wordt op pagina 21 van de nota gesteld: 'Nieuwe aanvullende nieuwbouw

zowel in Heimond-Noord als in Dierdonk zal een positieve uitstraling hebben op "De

Bus" en de Vondellaan. Bij de invulling van Dierdonk wordt rekening gehouden met

de functionele positie van deze bestaande centra."

Bovendien wordt in relatie met de wijk Dierdonk op pagina 22 van de nota

geconcludeerd: "Er dient rekening te worden gehouden met de positie en de

nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Heimond-Noord en Heimond-

Oost."

Voornoemde passages uit de nota geven eveneens aan dat de wijk Dierdonk

gerekend dient te worden tot het verzorgingsgebied van onder andere

winkelcentrum De Bus.

2.7

In de inspraaknota behorende bij het ontwerpbestemmingsplan is overigens ten

onrechte geheel niet ingegaan op de inspraakreactie van de belanghebbende

betreffende de onjuiste en niet onderbouwde vaststelling van het aantal vierkante

meters verkoopvloeroppervlak in het winkelcentrum De Bus op 3500 m2.

2.8

Refererend aan de norm van 112 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner constateert

de belanghebbende dat ook bij vaststelling van het aanwezige aantal vierkante

meters verkoopvloeroppervlak op 3500 m2 en bij een inwoneraantal van ongeveer

12.000, waarbij nog dient te worden opgeteld ten minste 2/3 van het inwoneraantal

van de tot het verzorgingsgebied behorende wijk Dierdonk, op basis van het

vigerende bestemmingsplan nog een aanzienlijke uitbreiding van het aantal

vierkante meters verkoopvloeroppervlak mogelijk is. Op basis van de norm is

HAANS-BEIJSENS

5 -

immers een totaal verkoopvloeroppervlak van 6000 m2 mogelijk waarbij geen

rekening is gehouden met de inwoners van de wijk Dierdonk.

2.9

De belanghebbende kan instemmen met de conclusie van de opstellers van het

bestemmingsplan als weergegeven in de inspraaknota dat de regeling als

opgenomen in het (voor)ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de

bestaande mogelijkheden van het vigerende bestemmingsplan op grond waarvan

het ontwerpbestemmingsplan dan ook zal worden aangepast, op zodanige wijze dat

er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van

het winkelcentrum De Bus.

Onder andere gezien het voorgaande dient echter eveneens volledige flexibiliteit te

bestaan ten aanzien van eventuele uitbreiding van het vloeroppervlak van het

winkelcentrum De Bus zodat in voldoende mate kan worden voldaan aan

voornoemde norm, de veranderingen binnen de markt en de behoefte van de

consument en de bewoners van het verzorgingsgebied. Daarbij moet niet uit het

oog worden verloren dat het vigerende bestemmingsplan dateert uit 1973 zodat het

slechts volstaan met consolidatie van bestaande rechten niet aan de orde kan zijn.

2.10

De opstellers van het bestemmingsplan vermelden in het commentaar als vermeld

in de inspraaknota vervolgens dat als enige beperking in het plan wordt opgenomen

dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn

en dat de overige beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van de

branchering) komen te vervallen.

De belanghebbende constateert onder andere in artikel 9 van de voorschriften van

het ontwerpbestemmingsplan dat nog altijd beperkende voorwaarden zijn

opgenomen, zodat het ontwerpbestemmingsplan niet in overeenstemming is met

de toezeggingen als vastgelegd in de inspraaknota.

De door de belanghebbende als onredelijk geachte beperkingen als opgenomen in

artikel 9 van de voorschriften zullen hierna nog aan de orde komen.

3. VOORWAARDEN VOOR HANDHAVING VAN HET NIVEAU

3.1

Het bestemmingsplan vermeldt op pagina 26 van de toelichting dat handhaving van

het voorzieningen niveau op ten minste het huidige niveau uitgangspunt is voor

Heimond Noord en dat een verdere verhoging van het niveau niet ligt in de lijn der

verwachtingen.

3.2

De belanghebbende maakt bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt als

weergegeven op pagina 26 van de toelichting. Belanghebbende streeft immers

continu naar een verhoging van het huidige voorzieningen niveau. Zij is van mening

dat dit streven ook voor de gemeente Heimond uitgangspunt dient te zijn hetgeen

tot uitdrukking dient te komen in het bestemmingsplan. Handhaving van het

huidige voorzieningen niveau leidt tot stilstand waardoor in de toekomst een

achterstand zal kunnen ontstaan.

HAANS-BEIJSENS

6 -

3.3

Op pagina 27 van de toelichting van het bestemmingsplan wordt vermeld dat

uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen

niet aan de orde is.

De belanghebbende kan zich hiermee niet verenigen. De continuïteit van het

winkelcentrum, de courantheid van de afzonderlijke eenheden alsook de continuïteit

en het voortbestaan van de in het winkelcentrum aanwezige branches dienen te

worden gewaarborgd. Ingespeeld moet kunnen worden op veranderingen binnen de

markt en de behoefte van de consument en de wijkbewoners. Indien daarvoor een

uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen

noodzakelijk is, moet die mogelijkheid worden geboden. De omvang van het

winkelcentrum, het aantal winkelvoorzieningen en de grootte van het

winkeloppervlak dient flexibel te zijn om behoorlijk op voornoemde veranderingen

te kunnen inspelen.

Bovendien wordt door de opstellers geen rekening gehouden met de inmiddels

gerealiseerde vergroting van het verzorgingsgebied van winkelcentrum De Bus als

gevolg van de realisatie van de wijk Dierdonk waardoor eveneens een uitbreiding

van het aantal of het oppervlak van de winkelvoorzieningen tot de mogelijkheden

dient te behoren.

Teneinde de handhaving van ten minste het huidige voorzieningenniveau ook in de

toekomst te kunnen garanderen, is het noodzakelijk dat uitbreiding van het

vloeroppervlak mogelijk is. De grootte van het vloeroppervlak wordt immers mede

bepaald aan de hand van het aantal inwoners van het verzorgingsgebied.

Flexibiliteit ook in dat opzicht is derhalve noodzakelijk teneinde het huidige

voorzieningenniveau in de toekomst te kunnen garanderen.

3.4

De vaststelling van de opstellers als weergegeven in de inspraaknota dat het doel

van het ontwerpbestemmingsplan "Heimond Noord" in eerste instantie is het maken

van een nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande

toestand wordt vastgelegd is naar de mening van de belanghebbende niet reëel.

Het vigerende bestemmingsplan dateert immers van 1973 zodat vastiegging van

verouderde normen als gehanteerd in het vigerende bestemmingsplan in het

onderhavige bestemmingsplan, hetgeen thans geschiedt, niet het uitgangspunt

behoort te zijn. Zeker met betrekking tot winkelcentrum De Bus behoort het

onderhavige bestemmingsplan dan ook een ontwikkelingsplan te zijn en geen

conserverend plan.

3.5

Ten onrechte wordt in het commentaar als weergegeven in de inspraaknota er van

uit gegaan dat het totaal bebouwde oppervlak ongeveer 7.800 m2 beslaat. Dit

aantal is onjuist en wordt door de opstellers op geen enkele wijze onderbouwd.

De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling van het

totaal bebouwde oppervlak op ongeveer 7.800 m2, in eik geval indien de opstellers

dit aantal slechts toeschrijven aan winkelcentrum De Bus.

Aangezien de opstellers in de inspraaknota concluderen dat uitgaande van de in het

vigerende plan gehanteerde norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner

met de huidige 7.800 m2 aan die norm wordt voldaan, gaat de belanghebbende er

HAANS-BEIJSENS

- 7 -

van uit dat het aantal van 7.800 m2 ziet op zowel het winkelcentrum De Bus en het

winkelcentrum Vondellaan tezamen. Onbegrijpelijk en ten onrechte is derhalve de

vaststoling in de inspraaknota dat binnen de bestemming "wijkvoorzieningen' dit

(7.800 m2) het maximaal te bebouwen oppervlak is.

Bovendien komt het de belanghebbende voor dat de opstellers stelselmatig uitgaan

van een onjuiste berekening van de aantallen vierkante meters en de begrippen

winkelvloeroppervlak, verkoopvloeroppervlak en brutovioeroppervlak op onjuiste

wijze hanteren.

De belanghebbende stelt zich op het standpunt dat met het in het vigerende

bestemmingsplan gehanteerde begrip winkeloppervlak wordt geduid op

verkoopvloeroppervlak temeer omdat de definitie van brutovioeroppervlak in de

begripsomschrijving is vastgelegd.

Bovendien vreest de belanghebbende dat de opstellers bij de diverse berekeningen

van het vloeroppervlak uit het oog verliezen dat de 'passage" in het winkelcentrum

De Bus niet tot het vloeroppervlak gerekend kan worden. Deze passage is immers

nog altijd deels openbare weg en bovendien is van gemeentewege in de

betreffende koopovereenkomst bedongen dat deze passage niet bebouwd kan en

mag worden in verband met aanwezige erfdienstbaarheden. Het toerekenen van de

passage tot het vloeroppervlak is derhalve onredelijk nu belanghebbende deze

ruimte niet kan benutten voor de realisatie van eventuele uitbreidingen terwijl op

basis daarvan in het ontwerpbestemmingsplan verdere uitbreiding wordt

uitgesloten.

Tevens dient te worden opgemerkt dat op pagina 24 van de toelichting ten aanzien

van het winkelcentrum Vondellaan ten onrechte wordt uitgegaan van een

verkoopvloeroppervlak van 2.200 m2 met inbegrip van de buiten het plangebied

gelegen supermarkt. De belanghebbende is van mening dat deze supermarkt niet

tot het verkoopvloeroppervlak gerekend mag worden nu deze supermarkt buiten

het plangebied is gesitueerd. De belanghebbende vreest tevens dat de opstellers

aldus in hun berekeningen van het binnen het plangebied aanwezige en mogelijk te

realiseren vloeroppervlak uitgaan van een onjuiste voorstelling van zaken.

4. ARTIKEL 9

4.1

Voor wat betreft de bestemming van het winkelcentrum De Bus tot

"wijkvoorzieningen", wordt verwezen naar het hiervoor dienaangaande gestelde.

4.2

De voorwaarden die in artikel 9 lid 2, Beschrijving in hoofdlijnen, van het

ontwerpbestemmingsplan worden gesteld aan de uitwisseling van functies zijn naar

het oordeel van de belanghebbenden onredelijk en bovendien achterhaald.

Flexibiliteit is van levensbelang voor het w@inkelcentrum. Indien met het oog op

toekomstige ontwikkelingen een toename van het brutovioeropp@ervlak in gebruik

bij detailhandelfuncties en horecafuncties noodzakelijk is om de continuïteit van het

winkelcentrum te waarborgen, moet die mogelijkheid worden geboden. De

voorwaarde aan de uitwisseling van functies als gesteld in artikel 9 lid 2 onder b en

c is dan ook onacceptabel en onredelijk bezwarend voor de belanghebbende.

HAANS-BEIJSENS

8

4.3

Artikel 9 lid 2, sub b, van de voorschriften, ziet op een beperking van maximaal 2

grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan

250 m2 binnen de bestemming.

Deze bepaling is naar de mening van de belanghebbende onredelijk en

onacceptabel en bovendien in strijd met de toezeggingen als gedaan in de bij het

plan behorende inspraaknota en met het ontwerpbestemmingsplan zelf.

In de inspraaknota hebben de opstellers immers toegezegd dat het plan zal worden

aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat

binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. In de inspraaknota

wordt voorts vermeld: "Als enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er

niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De

overige voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te

vervallen'.

Voornoemde bepaling stemt derhalve niet overeen met de inspraaknota.

Bovendien richt deze bepaling uit artikel 9 zich in het voorontwerp van het

bestemmingsplan alsook op pagina 52 van het ontwerpbestemmingsplan uitsluitend

op supermarkten, terwijl artikel 9 lid 2 sub b ziet op alle grootschalige

detailhandelsbedrijven. Het huidige artikel 9 lid 2 sub b is aldus een verdere

beperking in plaats van de in de inspraaknota toegezegde opheffing van de

beperkingen, hetgeen voor de belanghebbende onacceptabel is. Zo de bepaling al

dient te gelden, zou deze slechts moeten zien op supermarkten. De huidige

bepaling betekent een onredelijke beperking voor alle detailhandelsbedrijven.

4.4

Blijkens de plankaart en artikel 9 lid 2 sub e is op basis van het

ontwerpbestemmingsplan de realisatie van een verdieping op het totale

winkelcentrum mogelijk. De belanghebbende is hiermee zeer content echter de

beperking als beschreven in artikel 9 lid 2 sub b maakt de realisatie van die

verdieping weer onmogelijk nu ten onrechte slechts maximaal 2 grootschalige

detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan 250 m2 mogen

zijn gevestigd. Vrijwel geen enkel detailhandelsbedrijf binnen winkelcentrum De

Bus zal een verdieping kunnen realiseren zonder een overschrijding van de

brutovioeroppervlakte met 250 m2. Het ontwerpbestemmingsplan is dan ook

innerlijk tegenstrijdig.

De voorwaarde als vermeld in artikel 9 lid 2 sub b van het

ontwerpbestemmingsplan is overigens niet verenigbaar met de bestaande situatie

daar thans meer dan 2 detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van

250 m2 of meer in het winkelcentrum gevestigd zijn.

4.5

Wat betreft de bepaling als weergegeven in artikel 9 lid 2 sub e dient te worden

opgemerkt dat aansluiting gezocht dient te worden bij de begripsomschrijving van

het bruto vloeroppervlak (artikel 1 lid 10 voorschriften ontwerpbestemmingsplan),

zodat op de verdieping in eik geval het hebben van magazijnruimte en overige

dienstruimten mogelijk wordt in tegenstelling tot slechts opslagruimte. Daarmee

wordt tevens aangesloten bij de feitelijke situatie.

HAANS-BEIJSENS

9 -

4.6

Ten aanzien van de beperking als neergelegd in artikel 9 lid 2 c, wordt verwezen

naar hetgeen is opgemerkt sub 4.2, 4.3 en 4.4 van deze zienswijze.

4.7

De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de parkeernorm als

neergelegd in artikel 9 lid 2 sub d als gevolg waarvan de potentiële

uitbreidingsmogelijkheden van winkelcentrum De Bus onredelijk worden beperkt.

Bovendien sluit de opgelegde parkeernorm niet aan bij de bestemming

"wijkvoorzieningen' waartoe tevens de functies consumentgebonden

dienstverlening, horeca I en maatschappelijke doeleinden behoren en waarvoor een

andere (=lagere) parkeernorm dient te gelden.

De belanghebbende gaat overigens er van uit dat de gemeente Heimond niet bij

voorbaat afwijzend zal staan ten opzichte van voorstellen van de belanghebbende

met betrekking tot mogelijke uitbreiding van de parkeergelegenheden binnen en

buiten het bestemmingsgebied van winkelcentrum De Bus.

4.8

Artikel 9 van het bestemmingsplan maakt slechts een beperkte uitbreiding van het

totale brutovioeroppervlak ten behoeve van functionele aanpassingen van de

bestaande bebouwing mogelijk.

De belanghebbende is van mening dat het bestemmingsplan de mogelijkheid moet

bieden het totale vloeroppervlak uit te breiden indien de omstandigheden een

zodanige uitbreiding noodzakelijk maken. Het slechts mogelijk maken van een

beperkte uitbreiding van het totale brutovioeroppervlak ten behoeve van

functionele aanpassingen maakt inspelen op onvoorzienbare toekomstige

omstandigheden onmogelijk.

5. POSITIEVE BESTEMMING VOORZIENINGEN

5.1

Pagina 28 van de toelichting op het ontwerpbestemmingsplan vermeldt dat de

bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan

(zie bijlage: 3) positief worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden worden niet

opgenomen.

De belanghebbende heeft in haar inspraakreactie bezwaar gemaakt tegen het

overzicht voorzieningen in winkelcentrum "De Bus" als weergegeven in bijlage 3.

In het commentaar op voornoemd bezwaar als weergegeven in de inspraaknota

stellen de opstellers dat de lijst in bijlage 3 geen enkele juridische status bezit,

maar enkel een informatief karakter en slechts het doel heeft om een indicatie te

geven van welke voorzieningen er zich in winkelcentrum De Bus bevinden. Voorts

wordt gesteld dat het geenszins de bedoeling is dat deze lijst bepalend is voor

welke branches zich waar mogen vestigen.

Voor zover de opstellers met het voorgaande tot uitdrukking willen brengen dat een

volledige en onbeperkte uitwisseling van functies binnen het winkelcentrum De Bus

mogelijk is, kan de belanghebbende zich verenigen met de in het

ontwerpbestemmingsplan opgenomen verwijzing naar bijlage 3.

HAANS-BEIJSENS

- 10-

5.2

Zoals hiervoor wordt beschreven leidt het niet opnemen van

uitbreidingsmogelijkheden van de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen

ertoe, dat de continuïteit en de functie van het winkèicentrum in gevaar kan komen

omdat het inspelen op toekomstige omstandigheden onmogelijk wordt gemaakt.

Uitbreiding van zowel het brutovioeroppervlak, het nettovioeroppervlak, de

bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen alsook met nieuwe detailhandels-

en horecavoorzieningen dan wel andere voorzieningen in het winkelcentrum, dient

dan ook te allen tijde tot de mogelijkheden te behoren althans niet op voorhand te

worden uitgesloten zoals thans met het ontwerp van het bestemmingsplan

Heimond Noord wordt beoogd. Die mogelijkheid dient tevens te gelden buiten de

contouren van het winkelcentrum De Bus, temeer nu binnen de contouren

nagenoeg geen uitbreiding mogelijk is onder andere gezien de bepalingen in de

koopovereenkomst met betrekking tot de in het winkelcentrum aanwezige passage.

De mogelijkheid tot voornoemde uitbreiding komt overeen met de doelstelling van

het vigerende bestemmingsplan "De Bus II" (31). Pagina 2 van het vigerende

bestemmingsplan gaat immers uit van de behoefte van 1/2 m2 winkeloppervlakte

per inwoner hetgeen de noodzakelijkheid van de flexibiliteit van het winkelcentrum

impliceert. Afgezien van het feit dat aan de in het vigerende bestemmingsplan

gesignaleerde behoefte op dit moment niet wordt voldaan nu het inwoneraantal

binnen het totale verzorgingsgebied inmiddels is gegroeid tot ongeveer 16.000

inwoners (uitbreiding van het winkelcentrum ligt derhalve in de rede), is het

uitsluiten van de mogelijkheid tot uitbreiding van het winkelcentrum zoals het

ontwerpbestemmingsplan beoogt in strijd met het vigerende bestemmingsplan.

5.3

De belanghebbende gaat er van uit dat artikel 12 van de voorschriften van het

ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen

de bestemming 'wijkvoorzieningen".

Voorts gaat de belanghebbende er van uit dat de wijzigingsbevoegdheid als

opgenomen in artikel 17 lid 3 van de voorschriften van het

ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen

de bestemming "wijkvoorzieningen".

6. JONGERENACCOMMODATIE 1 MAATSCHAPPELIJKE DOELEINDEN

6.1

De belanghebbende handhaaft haar bezwaar dat de functie van het winkelcentrum

zich mogelijk niet verenigt met sommige denkbare voorzieningen welk vallen onder

de functie maatschappelijke doeleinden. Zo heeft zij reeds bezwaar gemaakt tegen

de vestiging van een jongerenaccommodatie binnen of in de nabijheid van het

winkelcentrum nu de belanghebbenden niet beschikken over de nodige kennis en

capaciteiten voor een vruchtbare impleméntatie van een jongerenaccommodatie in

dan wel in de directe omgeving van het winkelcentrum.

Wellicht is om die reden dan ook besloten het jongerencentrum elders te situeren

hetgeen de belanghebbende toejuicht.

De belanghebbende handhaaft haar bezwaar dienaangaande teneinde de opstellers

in overweging te geven het begrip maatschappelijke doeleinden welke mogelijk zijn

HAANS-BEIJSENS

en passen binnen de functie van een winkelcentrum als winkelcentrum De Bus

nader te definiëren.

7. BEBOUWING

7.1

Het bebouwingspercentage wordt in artikel 1 lid 4 van het bestemmingsplan

gedefinieerd als: 'het percentage van het bouwperceel voor zover gelegen binnen

het bebouwingsvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd'.

Op de plankaart nummer 000285 wordt het bebouwingspercentage met betrekking

tot winkelcentrum "De Bus" vastgesteld op 50%.

De belanghebbende handhaaft haar bezwaar tegen de vaststelling van het

bebouwingspercentage op 50%.

Gezien het voorgaande moet het winkelcentrum "De Bus" de mogelijkheid worden

geboden om uit te breiden, zo nodig buiten de contouren van het winkelcentrum,

indien de toekomstige omstandigheden zulks noodzakelijk maken en teneinde te

allen tijde te kunnen voldoen aan de vigerende norm van 112 m2

winkelvloeroppervlak per inwoner.

Het op voorhand uitsluiten van een bebouwingspercentage van meer dan 50%

maakt het inspelen op toekomstige omstandigheden welke een bebouwing boven

het vastgestelde bebouwingspercentage noodzakelijk maken, bij voorbaat

onmogelijk. Bovendien kan het winkelcentrum daardoor mogelijk niet voldoen aan

de gehanteerde norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner.

7.2

De vaststelling als weergegeven in de inspraaknota dat de vierkante meters die

extra bebouwd kunnen worden omdat het nieuwe bebouwingsvlak groter is, als

gevolg van eerdere uitbreidingen reeds zijn ingevuld wordt door de opstellers niet

onderbouwd en door de belanghebbende betwist.

7.3

De wijziging op de plankaart nummer 000285, zodat op basis van het

ontwerpbestemmingsplan de realisatie van 2 bouwlagen wordt toegestaan is

positief en stemt overeen met de bestaande situatie. Wel dient de realisatie van de

tweede bouwlaag mogelijk te worden gemaakt door aanpassing van artikel 9 van

de voorschriften zoals hiervoor aangegeven.

8. CONCLUSIE

Gezien het voorgaande is de belanghebbende van mening dat het ontwerp van het

bestemmingsplan Heimond Noord strijdig is met het gelijkheidsbeginsel alsook

onvoldoende is gemotiveerd en onderbouwd. Bovendien is het ontwerp van het

bestemmingsplan innerlijk tegenstrijdig en tot stand gekomen zonder een

deugdelijke voorbereiding en belangenafweging. Het Ontwerpbestemmingsplan is

voorts in strijd met de rechten van onder andere belanghebbende welke door de

jaren heen zijn opgebouwd en welke voortvloeien uit het vigerende

bestemmingsplan.

HAANS-BEIJSENS

12 -

Concluderend moet dan ook worden vastgesteld dat het ontwerp van het

bestemmingsplan niet in stand kan worden gelaten althans niet in de huidige vorm

kan leiden tot een definitief bestemmingsplan indien het plan niet onverkort met

het voorgaande in overeenstemming wordt gebracht en Wordt tegemoet gekomen

aan vorenstaande zienswijze.

Uitdrukkelijk wordt namens de belanghebbende het recht voorbehouden om te allen

tijde nadere zienswijzen en bezwaren met betrekking tot het bestemmingsplan in te

brengen.

Aangezien de belanghebbende schade zal lijden indien het bestemmingsplan in de

huidige vorm zal worden vastgesteld, behoudt belanghebbende zich ook in dat

opzicht alle rechten voor.

Namens de belanghebbende verzoek ik uw Raad voornoemde zienswijzen in de

verdere voorbereidingsprocedure van het bestemmingsplan te betrekken en mij op

de hoogte te houden van de verdere ontwikkelingen aangaande het

bestemmingsplan Heimond Noord.

Nu de belanghebbende tijdig haar zienswijze heeft kenbaar gemaakt, zal zij gebruik

maken van de gelegenheid tot het geven van een nadere mondelinge toelichting.

Dienaangaande behoudt de belanghebbende zich alle rechten voor om de

vorenstaande zienswijze alsdan aan te vullen.

Ik zend u deze brief zowel aangetekend met handtekening retour als per gewone

post.

Inmiddels verblijft,

0 t

T. Peters

Onderstaande organisatie en personen hebben exact dezelfde zienswijze ingediend:

Haans-Beijsens Advocaten en notarissen namens

Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink

Coöperatieve Vereniging van Eigenaren in het Winkelcentrum De Bus U.A.

Besloten vennootschap met beperkte aansprakleijkheid Peters-van de Nieuwenhuizen Beheer B.V.

Ondernemingsvereniging "De Bus"

Correspondentie:

Stichtffig Projectgroep Dagelijks Beheer

Helmond - Noord Breänedaan 5

5702 TX Heimond

Tel.:0492 - 534481

Banknr.: 18.10.40.247

02.001708

Inschrijving K.v.K.: 17137219

Hehnond, 27 februa-d 2002

Aan de Gemeenteraad van Hehnond

p.a. Afd. Ruhnteläjke Ordening

Postbus 950

5700 AZ Hehnond

Betr.: Zienswijze op ontwerp-bestenuningsplan Hehnond Noord.

Algemeen

1. Wijzigingsbevoegdheid in kader van de gewijzigde Wet Ruimtefijke Ordening.

De Stichting blijft van mening dat een bezwaarprocedure mogelijk moet blijven en

niet het College het laatste beslissende orgaan is.

De termijn van ter inzage legging van 2 weken is te kort, zeker als er in deze

weken dagen vallen, waarop het Stadskantoor gesloten is (b.v. carnaval).

Wij stellen voor de terniijn te stellen op minimaal 15 werkdagen.

2. Aantal bouwlagen langs hoofdontsluitingswegen.

Wij pleiten ervoor het aantal bouwlagen langs deze wegen te beperken tot 3.

3. Aantal bouwlagen langs hoofdgroenstructuur.

Wij pleiten ervoor het aantal bouwlagen te beperken tot 7.

Voorziening

Winkelcentra.

Ten aanzien van Winkelcentrum De Bus en VondeNaan wordt gesteld, dat dit

wijkvoorzieningen zijn.

Naar onze mening is dit niet juist. Veel bewoners van o.a. Dierdonk maken gebruik

van w.c. De Bus, terwijl o.a. de boekhandel en de banketbakker in w.c. Vondenaan

een stedelijke flmctie hebben. In dit kader pleiten wij er dan ook voor om de

mogelijkheid tot uitbreiding van deze winkelcentra open te houden.

In het ontwerp-bestemmingsplan wordt gesproken over de sloop van het "Abdijke",

terwijl bekend is, dat ook de Bombardon op de nominatie staat om gesloopt te

worden. Onze stichting heeft in een ander verband reeds gewezen op het wegvallen

van faciliteiten voor verenigingen en dergelijke. Zowel in de Boerderij als in De Terp

is geen ruimte om verenigingen en dergelijke onderdak te bieden.

Stichthig Projectgroep Dagelijks Beheer Correspondentie:

Helmond - Noord Breftnerlaan 5

5702 TX Heimond

Tel.:0492 - 534481

Banknr.: 18.10.40.247

lnschdjving K.v.K.: 17137219

Wij vinden het van groot belang, dat er in het bestemmingsplan uitbreidings-

mogelijkheden voor bestaande accomodaties worden opgenomen en ruimte

1

wordt gereserveerd voor eventuele nieuwbouw van een "verenigingen'-

gebouw.

Bedn

jvigheid

Wij doen een dringend beroep op de Raad om een aantal bedrijven, die

vallen onder categorie 1 of 2 bij voorbaat al uit te sluiten van vestiging in

Hehnond Noord, waarbij wij o.a. denken aan:

autoreparatie en/of -sloopbedrijven

autohandel

handel in en/of inzamelen van oude metalen, textie@ papier enz.

In het ontwerp-bestemniingsplan wordt aangegeven, dat de perceelgrootte van

bedrijven

gelhffiteerd is. Graag zouden wij concrete cijfers zien door het maximale aantal m2

van

de bedrijfsruimte aan te geven.

Kanaalzone

Ten aanzien van de kanaalzone stellen wij, dat eerst de maisonnettes gesloopt moeten

worden alvorens met nieuwbouw wordt gestart. In principe pleiten wij voor maximaal

3 bouwlagen, maar kunnen, bij specifieke architectonische ontwerpen ("scheepswonin-

gen") accoord gaan met maximaal 7 bouwlagen.

Nieuwbouw Ruusbroecklaan

- In het ontwerp wordt de Ruusbroecklaan aangeduid als hoofdontsluitingsweg

(blz. 19). Dit als argument om hoogbouw toe te staan. In werkelijkheid is de Ruus-

broeckk,ian een doodlopende straat.

De Ruusbroecklaan is ook opgenomen in de 30 km-zone en wordt in hoofdstuk 7

punt 1 (ontsluitingsstructuur) niet genoemd als hoofdontsluitingsweg.

- In onze schriftelijke inspraakreactie hebben wij gesteld, dat het grondoppervlak van

de toren ongeveer 600 m2 zal bedragen. In uw reactie wordt alleen vermeld, dat u

dat wat groot lijkt. Wij dringen er op aan in het bestemmingsplan op te nemen welk

percentage van het totale perceel bebouwd mag worden (incl. bestaande bebouwing),

zodat duidelijk wordt hoeveel groen er nog rest.

Wij blijven bij ons standpunt, dat een torenflat niet past in deze omgeving en hoe

dominant een torenflat voor zijn omgeving is, is duidelijk te zien bij w.c. Geyssen-

dorferstraat. Alleen een flat, niet hoger dan de Pannehoeve, is voor ons acceptabel.

De argumenten als herkenningspunt, markant punt, meer profiel enz. zijn voor ons

dooddoeners, die standaard opduiken als argumenten bij onderbouwing van voor-

stellen inzake nieuwbouw en/of wijzigingen in bestenuningsplannen.

Stichting Projectgroep Dagelijks Beheer Correspondentie:

Helmond - Noord Breänedaan 5

5702 TX Heimond

Tel.:0492 - 534481

Banknr.: 18.10.40.247

Inschrijving K.v.K.: 17137219

Tenslotte willen wij opmerken dat wij de mening zijn toegedaan, dat de Raad

bij ontwikkelen van pk-«men, zoals aan de Ruusbroec~ er goed aan zou doen

eerst de mening van de burgers te pellen, zodat men duidefijke randvoorwaarden

kan stellen bij de verkoop van percelen en/of gebouwen aan projectontwikkelaars.

Nu wordt het aantal bouwlagen op economische gronden alleen bepaald door de

projectontwikkelaar.

Hoogachtend,

Stichting Projectgroep Dag. Beheer Hehnond Nrd.

J. Nacken

secretaris

2 6 FEB. 2002

Aan de Gemeenteraad

P/a afdeling Ruimtelijke Ordening

t. a. v. Dhr. JIF-AM van Duren

GEMEENTE P.ELM@ 02. Mo

Postbus 950 CI.nr.: - 1. PORT

5700 AZ HELMOND

Datum: 27FEB2002 "A(--

Datum: 25 februari 2002 -,c'AZ-

Afd./Buro"-1 1 1 1 KOPIE

Par?af

Uw kenmerk: SO/RO/IvP 24-1 etil

Betreft: Bezwaar ontwerp-besten-uningsplan Helmond Noord.

Geachte heer Van Duren,

Van Ondernemersvereniging de Bus hebben wij vernomen dat in het nieuwe ontwerp-

bestemmingsplan Helmond Noord vastgesteld wordt dat elk pand in Winkelcentrum de Bus

de bestemming zal krijgen welke het nu heeft.

Voor ons betekent dit dat in ons pand voortaan altijd een gemakswinkel, dit is een

tabaksspeciaalzaak met tijdschriften, wenskaarten, zoetwaren, lotto, staatsloten en dergelijke,

gevestigd moet zijn. Gezien het overheidsbeleid richting tabakgebruik, kan het best zijn dat

wij over bijvoorbeeld 1 0 jaar geen bestaansrecht meer hebben. In dat geval is ons pand dus

onverkoopbaar.

Bovendien is het vreci-.ld dat juist in een groeiende wijk, zoals Heimond noord zeker wel

bestempeld mag worden, denk aan Haverveld, Dierdonk, uitbreidingsplannen Ruusbroeclaan

in de nabije en verdere toekomst, een winkelcentrum niet meer mag groeien/uitbreiden.

Binnen de redelijke mogelijkheden zou het toch mogelijk moeten zijn uit te kunnen breiden

als daarmee een beter bestaansrecht voor een winkel wordt gecreëerd en als het een duidelijke

toegevoegde waarde voor het hele winkelcentnim is. Voor ons zou het bijvoorbeeld een optie

zijn enkele meters buiten het winkelcentrum uit te breiden, op het trottoir.

Ik hoop hiermee onze zienswijze duidelijk te hebben weergegeven en hoop van harte dat er

naar geluisterd wordt, want wat moet ik in de toekomst met een onverkoopbaar pand?

Eén en het ander wil ik gaarne persoonlijk komen toelichten als dat voor ons pleit.

In afwachting op uw bericht, verblijf ik.

Met vriendelijke groet, Primera de Luifel

Winkelcentrum de Bus

Nieuwveid 21

5702 HW HELMOND

Tel. Fax: 0,t'-)2 - 539116

Blanca Wosyka-Berker@" i-nede firmant van

Primera de Luifel vof

Nieuwveld 21

5702 HW Helmond

tel.: 0492-539116

VAN BENTHEM KEULEN-ADVOCATEN

02.001715

AANGETEKEND MET HANDTEKENING Euclideslaan 51

Postbus 85005

RETOUR 3508 AA Utrecht -NL

(Vooraf) PER TELEFAX: 0492 587 400 Telefoon (030) 2 59 59 59

Gemeente Helmond Fax (030) 2 59 55 00

t.a.v. Gemeenteraad Helmond ~.vbk.ni

p/a Ruimtelijke Ordening

Postbus 950

5700 AZ HELMONI)

Datwn: 27 februari 2002 Telefoon direct: 030 - 2595 521

Onze referentie: 426/86.877/mr Fax direct: 030 - 2595 502

Betreft: Aldi Heimond 1 Gemeente Helmond E-maildirect: abra~vbk.nl

Zienswiizen ontwerp bestemminizst)lan Helmond Noord

Voorzitter, geachte leden van de gemeenteraad,

De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Alog Onroerend Goed en

Handelmaatschappij B.V., alsmede de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Aldi Best B.V. (samen verder te noemen: "Aldi"), verzochten ons hun belangen te behartigen ter

zake het ontwerp bestemmingsplan "Heimond Noord", (verder: "ontwerp"). Ondergetekende is

door Aldi gemachtigd en heeft, met het recht van substitutie, namens Aldi zienswijzen

geformuleerd.

Het ontwerp ziet op een plangebied waarvoor op dit moment 36 bestemmingsplannen gelden, die

deel uitmaken van 8 bestemmingsplangebieden. Deze verschillende plannen, waarvan een deel

dateert uit de zestiger en zeventiger jaren, zijn teruggebracht tot één plan en vormen aldus samen

het ontwerp voor een nieuw bestemmingsplan "Helmond Noord".

Uit de toelichting op het ontwerp (hierna: de "toelichting") blijkt dat de gemeente ongewenste

ontwikkelingen qua bebouwing en gebruik van gronden wenst te voorkomen (blz. 3). Meer in het

bijzonder wenst de gemeente een actueel ruimtelijk kader te verkrijgen. Hiertoe worden alle

thans vigerende plannen teruggebracht tot één plan hetgeen de overzichtelijkheid en

doelmatigheid met betrekking tot bouwplantoetsing bevordert (blz. 5).

Het resultaat is een zeer conserverend bestemmingsplan, waarbij overwegend positief is

bestemd.

Voor de juridische structuur van Van Beiitliem & Keulen-Advocaten en bepalingen over aansprakelijkheidsbeperkirig wordt verwezen naar de acliter/ijde van deze brief.

For information regarding the legal structure of Van Bentheni & Keuleii-Advocaten dnd (he provisions gover;iirig its liability, sec flip. back side of luis letter,

für die juristiscile Struktur von Van Benitierii & Ket@len-Advocaten und die Bestimmungen mit Beiug auf eine lidftunqsbesclirankung ird aiif die Ruckseite (Ji@ses Bricies verwieseii.

VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN

Aldi heeft, bij monde van de raadsman van Coöperatieve Vereniging van Eigenaren

Winkelcentrum "De Bus" U.A. mr Peters reeds bezwaren geuit die betrekking hebben op het

voorontwerp bestemmingsplan. In de inspraaknota Helmond Noord zijn de bezwaren van Aldi

verwoord. Hieraan is slechts deels door de gemeente tegemoet gekomen, zodat zij zich

genoodzaakt voelt onderstaande zienswijzen over het ontwerp in te brengen. De zienswijzen

hebben met name betrekking op de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden van winkelcentrum

"De Bus", dat ligt in het plangebied "Heimond Noord".

Zienswiize 1: winkelcentrum versus voorzieningencentrum

In het vigerende bestemmingsplan zijn de voorzieningen bestemd als "winkelcentrum". Binnen

deze bestemming is een aantal functies toegelaten. In het ontwerp heeft de gemeente het

winkelcentrum thans bestemd als "wijkvoorzieningen@', omdat deze term in de huidige tijd de

lading beter zou dekken dan de term "winkelcentrum". Er zou hierdoor een betere functionele

ontwikkeling van "De Bus" mogelijk zijn als voorzieningencentrum.

Aldi is het met deze wijziging niet eens. Een dergelijke functionele ontwikkeling zal ten koste

gaan van de huidige voorzieningenstruktuur. Op basis van het ontwerp is reeds weinig tot geen

uitbreiding mogelijk (zie de hierna volgende zienswijzen). Indien de gemeente ook nog een

ontwikkeling wenst in de richting van een voorzieningencentrum, gaat dit ten koste van de

mogelijkheden van het huidige winkelcentrum en daarmee ten koste van

ontwikkelingsmogelij kheden van Aldi. De flexibiliteit van het winkelcentrum zal er juist op

achteruit gaan.

Bovendien is niet duidelijk op welke gronden de gemeente aanneemt dat er behoefte bestaat aan

een voorzieningencentrum met meer maatschappelijke voorzieningen en waarom de term

"voorzieningencentruh' de lading beter dekt dan de term "winkelcentrum". Een deugdelijke

motivering ontbreekt.

Concluderend verzoekt Aldi de bestemming "voorzieningencentrum" in het ontwerp te

vervangen door de bestemming "winkelcentrum".

Zienswi*ze 2: 2een uitbreidin2smo2elijkheden

Het ontwerp kent in de huidige vorm te weinig uitbreidingsmogelijkheden. In de toelichting

wordt op blz. 28 onder het kopje "5. Detailhandel en Horec&' vermeld dat de bestaande

detailhandels- en horecavoorzieningen in de winkelcentra "De Bus" en "Vondellaan@' positief

worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden, anders dan op basis van het ontwerp, worden niet

opgenomen. Voorts wordt op pagina 27 vastgesteld dat in de "nota winkelcentra in de

Helmondse wijken" ten aanzien van de bestaande winkelcentra het beleid is gericht op

- 2 -

VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN

verbetering van de kwaliteit van de bestaande winkelvoorzieningen en overweegt de gemeente

dat uitbreiding van het aantal of het oppervlak niet aan de orde is.

Dit uitgangspunt van de gemeente komt o.a. tot uitdrukking in de maximale norm die de

gemeente heeft vastgelegd van het (verkoop)vloeroppervlak e'vvo") van winkelcentrum "De

Bus". Op dit moment beslaat het totaal bebouwde oppervlak 7800m2, waarvan 3500 m2 is

bestemd als vvo. Volgens de gemeente is dit binnen de bestemming "Wijkvoorzieningen" het

maximaal te bebouwen oppervlak (zie inspraaknota, sub 3). Op basis van deze voorschriften en

dit uitgangspunt is er geen enkele uitbreiding mogelijk. De gemeente heeft in de inspraaknota

wel aangegeven dat er een aanpassing zal plaatsvinden binnen de huidige contouren van het

winkelcentrum. Vooralsnog is niet duidelijk wat hiermee wordt bedoeld. Er is in ieder geval niet

vastgelegd dat er voldoende uitbreidingsmogelijkheden zullen worden gecreëerd, die aansluiten

bij toekomstige ontwikkelingen.

Aldi vindt het uitgangspunt van de gemeente zeer onwenselijk en meent dat de mogelijkheid van

uitbreiding noodzakelijk is. De flexibiliteit van het winkelcentrum komt anders in gevaar. De

gemeente heeft geen rekening gehouden met mogelijke toekomstige ontwikkelingen, althans dit

blijkt nergens uit. Immers, het ontwerp is o.a. gebaseerd op bestemmingsplan De Bus II, dat

reeds enkele tientallen jaren oud is (in werking getreden op 6 maart 1974). De gemeente heeft

geen onderzoek gedaan naar mogelijke toekomstige ontwikkelingen zoals toename van

winkelend publiek, er is geen distributieplanologisch onderzoek uitgevoerd, noch zijn er andere,

recente gegevens beschikbaar op basis waarvan de gemeente terecht zou mogen menen dat

uitbreiding niet noodzakelijk is.

Aldi meent dat het bestemmingsplan in dit opzicht te rigide is en verzoekt om aanpassing in de

zin dat geen beperking van het verkoopvloeroppervlak of het bebouwingsvloeroppervlak wordt

vastgesteld in de vorm van een maximering

Zienswiize 3: hebouwingst)ercentage

In samenhang met de hiervoor genoemde zienswijze heeft Aldi bezwaar tegen het vastgestelde

bebouwingspercentage van 50% in winkelcentrum De Bus. Dit percentage is rechtstreeks

overgenomen van artikel 14 sub b van het vigerende bestemmingsplan, dat zoals gezegd enkele

tientallen jaren oud is en niet aansluit bij huidige behoeften althans mogelijke toekomstige

ontwikkelingen. Aldi kan zich hier niet in vinden en heeft dit bij monde van haar

vertegenwoordiger reeds duidelijk gemaakt in de inspraaknota. Uit de inspraaknota blijkt dat de

gemeente met het vaststellen van het bebouwingspercentage op 50% conserverend bestemt, en

dat dit ook de bedoeling van de gemeente is. De gemeente overweegt in de nota wel dat het

nieuwe bestemmingsvlak groter is en dat dus meer vierkante meters bebouwd kunnen worden ten

opzichte van het vigerende plan, maar de gemeente stelt tevens vast dat deze marge reeds is

ingevuld door huidige bestaande bebouwing. Uitbreiding is dus niet meer mogelijk.

- 3 -

VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN

De gemeente meent dat er op dit moment een stedelijk bouwkundig evenwicht bestaat en dat

derhalve het bebouwingspercentage planologisch verantwoord is.

Aldi meent echter dat het percentage van 50% onvoldoende is, daar dit op geen enkele manier

uitbreiding van bebouwing toelaat waardoor het ornnogelijk is om op eventuele toekomstige

ontwikkelingen in te spelen. De gemeente heeft ook in dit opzicht haar standpunt tevens

onvoldoende onderbouwd.

Aldi heeft bezwaar tegen deze rigide norm die geen enkele uitbreiding toelaat en verzoekt om

aanpassing daarvan.

Zienswiize 4: conservatief

Voorts blijkt uit de zienswijzen 2 en 3 dat het ontwerp met betrekking tot winkelcentrum "De

Bus" in het algemeen te rigide van aard is. Ingevolge de toelichting (zie pagina 4) heeft het

ontwerp onder andere als doel om nieuwe, thans nog niet te voorziene ontwikkelingen mogelijk

te maken door middel van de zelfstandige projectprocedure. Het ontwerp moet een

toetsingskader vormen voor de ontwikkelingen in de toekomst, in ieder geval voor de komende

tien jaar,

In de toelichting op pagina 26 wordt gesteld dat het ontwerp het uitgangspunt is om het

voorzieningenniveau in de toekomst op tenminste het huidige niveau te handhaven. Het is

daarom nodig is om enige ruimte te creëren om verdere ontwikkelingen te kunnen opvangen.

Verdere verhoging ligt volgens de gemeente niet in de lijn der verwachting (de gemeente stelt dit

overigens zonder een kenbare onderbouwing!).

Met name het gedeelte van het ontwerp dat betrekking heeft op winkelcentrum "De Bus" laat

geen enkele ontwikkeling toe. Dit klemt juist te meer omdat een bestemming "winkelcentrum"

(of wijkvoorziening) ruimte en flexibiliteit nodig heeft om op steeds wisselende behoeften en

vraag te kunnen inspelen.

Daarbij komt nog dat de zelfstandige projectprocedure, die nieuwe nog niet voorziene

ontwikkelingen mogelijk zou moeten maken, naar alle waarschijnlijkheid in de nabije toekomst

zal verdwijnen. Deze "onverwachte ontwikkelingen" zullen dan weer op het ontwerp

bestemmingsplan moeten worden gebaseerd. Het onderhavige ontwerp bestemmingsplan schept

daarvoor geen enkele ruimte. Een flexibele ruimtelijke ontwikkeling is op grond van het

ontwerpbestemmingsplan niet mogelijk, terwijl niet is uitgesloten dat een dergelijke

ontwikkeling wél te verwachten valt.

Aldi heeft in het algemeen bezwaar tegen de conservatieve aard en het rigide karakter van het

ontwerp en verzoekt om aanpassing daarvan, hetgeen ook reeds is verwoord in de specifieke

zienswijzen 2 en 3.

4 -

VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN

Zienswi*ze 5:12arkeernormen

In de toelichting, blz. 39, onder kopje "4. Parkeermogelijkheden vastgelegd" stelt de gemeente

als voorschrift dat indien er uitbreiding plaatsvindt van wijkvoorzieningen in "De Bus", een

parkeernorm van 3 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo wordt gehanteerd. Bovendien moeten de

parkeerplaatsen binnen de betreffende bestemming gerealiseerd worden.

Aldi merkt hierover het volgende op. In de huidige vorm van het bestemmingsplan is er in het

geheel geen uitbreiding mogelijk van wijkvoorzieningen in De Bus en zal geen toename van bvo

kunnen plaatsvinden. De enige huidige uitbreidingsmogelijkheid is thans door middel van

uitwisseling van functies binnen de bestemming. Indien door de gemeente daarop doelt met de

zinsnede dat "uitbreiding veelal mogelijk is" dan is de bepaling onbegrijpelijk. Door een

dergelijke uitbreiding zal immers het bvo niet toenemen.

De in het ontwerp gestelde parkeernorm is een ongeoorloofde aanscherping die onvoldoende is

gemotiveerd, dan wel een onbegrijpelijke bepaling die tevens motivering ontbeert. Aldi verzoekt

dan ook de bepaling te laten vervallen dan wel aan te passen.

Conclusie

Namens Aldi verzoek ik u hierbij het ontwerp aan te passen conform de hiervoor geformuleerde

zienswijzen. Aldi is van mening dat het ontwerp berust op een onvoldoende deugdelijk

onderzoek met betrekking tot winkelcentrum "De Bus". Hieruit vloeit voort dat zij eveneens van

mening is dat het ontwerp onvoldoende deugdelijk is. Aldi wil graag van de gelegenheid gebruik

maken om haar zienswijzen mondeling toe te lichten en behoudt zich tevens het recht voor deze

zienswijzen aan te vullen, alsmede in een later stadium nog andere zienswijzen naar voren te

brengen

Hooga

gemac gde,

A ter Braak-Verhoeks

BLOKKER HOLDING

AFDELING VASTGOED

Aan de Gemeenteraad der gemeente

Hehnond

GEMEENTE 02.0017M P/a Afdeling Ruimtelijke Ordening

Postbus 950

Datum: -1@,'tRT 2002 i 5700 AZ HELMOND

IE

Laren, 28 februari 2002 Re£: RvK/042

Betreft: Ontwerpbestemmingsplan Hehnond Noord

Geachte Raad,

Hierbij vragen wij uw aandacht voor het navolgende.

Blokker B.V., zijnde huurder van het pand Nieuwveld 49 te Helmond, heeft kennis

genomen van het ontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord(Hlm 3 1) en de

bijbehorende inspraaknota naar aanleiding waarvan wij u hierdoor tijdig onze zienswijze

doen toekomen.

Wij kunnen ons niet verenigen met de bepalingen opgenomen in het Ontwerp van het

bestemmingsplan Helmond Noord met betrekking tot het Winkelcentrum "De Bus " voor

zover hierna onze zienswijze wordt beschreven.

Onze belangen zijn rechtstreeks betrokken bij voornoemd Bestemmingsplan.

Wij zijn immers huurder van het pand gelegen in het Winkelcentrum "De Bus" te

Helmond, plaatselijk bekend Nieuwveld 49.

Wij dienen derhalve te worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 jo

artikel 3:13 van de Algemene wet Bestuursrecht.

1. DE BESTEMMING

1.1

Op grond van voornoemd bestemmingsplan worden de voorzieningen in het

winkelcentrum "De Bus" bestemd tot "wijkvoorzieningen". Op de bij voornoemd

i@lol 1251 f@t) I.aicii Pc)sti)Lit,; 6, 1250 AA 1,aieri, Nederlaiid

035 539 33 44 1--ax: 035 539 33 66

ABNAMRO 62.09.95.890

liaiicicisiegisier Anister(laiii 33 134 943

BLOKKER HOLDING

bestemmingsplan behorende plankaart no. 000285 is door middel van de inkleuring

eveneens aangegeven dat de voorzieningen in het winkelcentram "De Bus " worden

bestemd tot "wijkvoorzieningen".

Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de bestemming van de voorzieningen in het

winkelcentrum "De Bus" tot "wijkvoorzieningen@'.

Wij willen daarmee tot uitdrukking brengen dat de eenheden binnen het winkelcentrum

"De Bus" dienen te worden bestemd tot detailhandel, dienstverlening en horeca 1 met

dien verstande dat binnen elke eenheid de mogelijkheid bestaat voor vestiging van

detailhandel, dienstverlening en horeca I.

Wij gaan er van uit dat de opstellers van het bestemmingsplan in hun commentaar op de

inspraakreactie als weergegeven in de inspraaknota dezelfde mening zijn toegedaan,

hetgeen betekent dat met de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorziening",

binnen de bestemming wijkvoorziening en zodoende ook binnen alle afzonderlijke

eenheden binnen het winkelcenüum, de functies detailhandel, dienstverlening en horeca 1

uitgebreid met de functie maatschappelijke voorzieningen zijn toegestaan. In dat geval

kunnen wij instemmen met de bestemming van het winkelcentrum tot .

"wijkvoorzieningen@'al blijft zij van mening dat de bestemming "winkelcentrum" meer

recht doet aan de daadwerkelijke functie.

Voor zover de opstellers van het ontwerpbestemmingsplan een andere mening zijn

toegedaan dan hiervoor weergegeven, persisteren wij bij ons bezwaar tegen de

bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorziening".

Overigens zijn wij van mening dat de functie maatschappelijke doeleinden kan leiden tot

ongewenste situaties. Immers is denkbaar dat zodoende binnen het winkelcentrwn

voorzieningen met de functie maatschappelijke doeleinden kan worden gesitueerd welke

zich mogelijk niet verenigen met de overige functies binnen het winkelcentrum.

2. DE VOORZIENINGENSTRUCTUUR

2.1

Onder het hoofdstuk voorzieningenstiuctuur op pagina 24 van de toelichting wordt

vermeld dat in winkelcentnan "De Bus" 3.500 M2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is,

waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met name supermarkt). Wij maken

uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling dat 3.500 M2 verkoopvloeroppervlak aanwezig

is.

2.2

Afgezien van het feit dat wij van mening zijn dat de vaststelling van het

verkoopvloeroppervlak op 3.500 M2 onjuist is en de opstellers van het bestemmingsplan

uitgaan van een ruwe schatting die bovendien niet is onderbouwd, maken wij bezwaar

BLOKKER HOLDING

tegen de vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak. De grootte van het

verkoopvloeroppervlak is aan wisselingen onderhevig en dient aan wisselingen

onderhevig te zijn.

Winkeliers dienen hun verkoopvloeroppervlak constant aan te passen teneinde de

verkoopruimte een aantrekkelijk aanzicht te geven. Al naar gelang bijvoorbeeld de grootte

van de voorraad en de ontwikkelingen binnen de branche dienen winkeliers de

mogelijkheid te hebben hun verkoopvloeroppervlak binnen de hun gegeven

mogelijkheden aan te passen.

2.3

De zinsnede op pagina 24 van de toelichting impliceert dat het verkoopvloeroppervlak is

vastgesteld op 3.500 M2 waarvan niet kan worden afgeweken. Indien de zinsnede een

vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak impliceert, worden daardoor

voor ons de mogelijkheden voor een behoorlijke uitoefening van onze activiteiten

onredelijk ingeperkt.

2.4

Wij zijn van mening dat een vaststelling van het verkoopvloeroppervlak onredelijk is en

bovendien geen enkele toegevoegde waarde geeft aan de (uitvoering van het)

bestemmingsplan en derhalve overbodig is. Het verkoopvloeroppervlak wordt in het

bestemmingsplan immers niet als criterium, voorwaarde dan wel anders gehanteerd.

2.5

In het commentaar op de inspraakreactie als weergegeven in de bij het

ontwerpbestemmingsplan behorende inspraaknota wordt vermeld dat het huidige

detailhandelsbeleid van de gemeente Hehnond uitgaat van consolidatie van het aantal

vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra.

Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt welk uitgangspunt ook

niet in overeenstenuning is met eerdere uitlatingen namens de gemeente Hebnond gedaan.

Bovendien staat een consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk-

2 M2

en buurtcentra haaks op de gehanteerde norm in het vigerende bestemmingsplan van V

winkelvloeroppervlak per inwoner. Deze norm impliceert immers dat het aantal vierkante

meters dient te groeien evenredig met een eventuele groei van het aantal inwoners.

2.6

Wij verwijzen naar een publicatie van 14 maart 1990 in het Nieuwsblad voor Helmond

met als titel "Er was letterlijk werk aan de winkel(s)".

In deze publicatie wordt door (toenmalig) wethouder Jonkers onder andere het navolgende

gesteld: "Van 1990 tot het jaar 2000 zal ten Oosten van Helmond Noord een nieuwe wijk

gestalte krijgen: 'Dierdonk'. Omdat Helmond twee winkelcentra kent, waarvan 'De Bus'

BLOKKER HOLDING

er één is, is met die nieuwe uitbreiding van 2000 woningen voldoende groeicapaciteit

voor deze centra aanwezig."

Wij sluiten ons aan bij deze woorden van de wethouder waaruit in elk geval moet worden

afgeleid dat de inmiddels gerealiseerde wijk Dierdonk tot het verzorgingsgebied behoort

van onder andere winkelcentrum De Bus zodat met verwijzing naar de nonn van Y2m2

winkelvloeroppervlak per inwoner ruimte gecreëerd moet worden tot uitbreiding van het

aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak.

Wij verwijzen tevens naar de nota "wijkcentra in de Hehnondse wijken", zoals door de

gemeenteraad vastgesteld op 2 februari 1993. De nota betreft een uitwerking van het

vastgestelde Algemeen Structuurplan Hehnond '91 en wil het beleidskader bieden voor de

kwaliteitsverbetering en de ontwikkeling van bestaande en nieuwe winkelcentra buiten het

stedelijk hoofdwinkelcentrum.

Voornoemde nota venneldt op pagina 7: "Wat betreft de nieuwe wijk Dierdonk wordt -

passend in het wijkkarakter - gedacht aan een relatief kleine kwalitatief goede

voorziening ten behoeve van dagelijkse boodschappen. In het Masterplan Dierdonk is

maximaal 1.200 m2 planologisch gereserveerd. De realisatie is afhankelijk van

aangetoond draagvlak. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de positie en de

nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Helmond-Noord en Hehnond-Oost.

Voorts wordt op pagina 21 van de nota gesteld: "Nieuwe aanvullende nieuwbouw zowel

in Helmond-Noord als in Dierdonk zal een positieve uitstraling hebben op "De Bus" en de

Vondellaan. Bij de invulling van Dierdonk wordt rekening gehouden met de functionele

positie van deze bestaande centra ".

Bovendien wordt in relatie met de wijk "Dierdonk op pagina 22 van de nota

geconcludeerd: "Er dient rekening te worden gehouden met de positie en de nabi heid van

de aanwezige winkels en centra in Helmond-Noord en Helmond-Oost."

Voornoemde passages uit de nota geven aan dat de wijk Dierdonk gerekend dient te

worden tot het verzorgingsgebied van onder andere winkeleentrum De Bus.

2.7

Refererend aan de norm van V2. ml winkelvloeroppervlak per inwoner constateren wij dat

ook bij vaststelling van het aanwezige aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak op

3.500 M2 en bij een inwoneraantal van ongeveer 12.000, waarbij nog dient te worden

opgeteld ten minste 2/3 van het inwoneraantal van de tot het verzorgingsgebied behorende

wijk Dierdonk, op basis van het vigerende bestemmingsplan nog een aanzienlijke

uitbreiding van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak mogelijk is. Op basis

BLOKKER HOLDING

van de norm is immers een totaal verkoopvloeroppervlak van 6.000 M2 mogelijk waarbij

geen rekening is gehouden met de inwoners van de wijk Dierdonk.

2.8

Wij kunnen instemmen met de conclusie van de opstellers van het bestemmingsplan als

weergegeven in de inspraaknota dat de regeling als opgenomen in het

(voor)ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de bestaande mogelijkheden van het

vigerende bestemmingsplan op grond waarvan het ontwerpbestemmingsplan dan ook zal

worden aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin

bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus.

Onder andere gezien het voorgaande dient echter eveneens volledige flexibiliteit te

bestaan ten aanzien van eventuele uitbreiding van het vloeroppervlak van het

w inkelcentrum De Bus zodat in voldoende mate kan worden voldaan aan voornoemde

norm, de veranderingen binnen de markt en de behoefte van de consument en de

bewoners van het verzorgingsgebied. Daarbij moet niet uit het oog worden verloren dat

het vigerende bestemmingsplan dateert uit 1973 zodat het slechts volstaan met

consolidatie van bestaande rechten niet aan de orde kan zijn.

2.9

De opstellers van het bestemmingsplan vermelden in het commentaar als vermeld in de

inspraaknota vervolgens dat als enige beperking in het plan wordt opgenomen dat er niet

meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn en dat de overige

beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen.

Wij constateren onder andere in artikel 9 van de voorschriften van het

ontwerpbestemmingsplan dat nog altijd beperkende voorwaarden zijn opgenomen, zodat

het ontweipbestemmingsplan niet in overeenstemming is met de toezeggingen als

vastgelegd in de inspraaknota.

De door ons als onredelijk geachte beperkingen als opgenomen in artikel 9 van de

voorschriften zullen hierna nog aan de orde komen.

3. VOORWAARDEN VOOR HANDHAVING VAN HET NIVEAU

3.1

Het bestemmingsplan venneldt op pagina 26 van de toelichting dat handhaving van het

voorzieningen niveau op ten minste het huidige niveau uitgangspunt is voor Helmond

Noord en dat een verdere verhoging van het niveau niet ligt in de lijn der verwachtingen.

3.2

Wij maken bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt als weergegeven op pagina 26 van de

toelichting. Wij streven immers continu naar een verhoging van het huidige voorzieningen

niveau. Wij zijn van mening dat dit streven ook voor de gemeente Helmond uitgangspunt

dient te zijn hetgeen tot uitdrukking dient te komen in het bestemmingsplan. Handhaving

BLOKKER HOLDING

van het huidige voorzieningen niveau leidt tot stilstand waardoor in de toekomst een

achterstand zal kunnen ontstaan.

3.3

Op pagina 27 van de toelichting van het bestemmingsplan wordt versneld dat uitbreiding

van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen niet aan de orde is.

Wij kunnen ons hiermee niet verenigen. De levensvatbaarheid van het winkelcentrum, de

courantheid van de afzonderlijke eenheden alsook de continiiiteit en het voortbestaan van

de in het winkelcentrum aanwezige branches dienen te worden gewaarborgd. Ingespeeld

moet kunnen worden op veranderingen binnen de markt en de behoefte van de conswnent

en de wijkbewoners. Indien daarvoor een uitbreiding van het aantal of het oppervlak van

de bestaande winkelvoorzieningen noodzakelijk is, moet die mogelijkheid worden

geboden. De omvang van het winkelcentrwn, het aantal winkelvoorzieningen en de

grootte van het winkeloppervlak dient flexibel te zijn om behoorlijk op voornoemde

veranderingen te kunnen inspelen.

Bovendien wordt door de opstellers geen rekening gehouden met de inmiddels

gerealiseerde vergroting van het verzorgingsgebied van winkelcentrum De Bus als gevolg

van de realisatie van de wijk Dierdonk waardoor eveneens een uitbreiding van het aantal

of het oppervlak van de winkelvoorzieningen tot de mogelijkheden dient te behoren.

Teneinde de handhaving van ten minste het huidige voorzieningenniveau ook in de

toekomst te kunnen garanderen, is het noodzakelijk dat uitbreiding van het vloeroppervlak

mogelijk is. De grootte van het vloeroppervlak wordt immers mede bepaald aan de hand

van het aantal inwoners van het verzorgingsgebied.

Flexibiliteit ook in dat opzicht is derhalve noodzakelijk teneinde het huidige

voorzieningenniveau in de toekomst te kunnen garanderen.

3.4

De vaststelling van de opstellers als weergegeven in de inspraaknota dat het doel van het

ontwerpbestemmingsplan "Heknond Noord" in eerste instantie is het maken van een

nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande toestand wordt

vastgelegd is naar onze mening niet reëel.

Het vigerende bestemmingsplan dateert immers van 1973 zodat vastlegging van

verouderde normen als gehanteerd in het vigerende bestemmingsplan in het onderhavige

bestemmingsplan, hetgeen thans geschiedt, niet het uitgangspunt behoort te zijn. Zeker

met betrekking tot winkelcentram De Bus behoort het onderhavige bestemmingsplan dan

ook een ontwikkelingsplan te zijn en geen conserverend plan.

3.5

Ten onrechte wordt in het commentaar als weergegeven in de inspraaknota er van

BLOKKER HOLDING

uitgegaan dat het totaal bebouwde oppervla 7.800 m2beslaat. Dit aantal is onjuist en

wordt door de opstellers op geen enkele wijze onderbouwd.

Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling van het totaal bebouwde oppervlak

op ongeveer 7.800 m', in elk geval indien de opstellers dit aantal slechts toeschrijven aan

winkelcentrum De Bus.

Aangezien de opstellers in de inspraaknota concluderen dat uitgaande van de in het

vigerende plan gehanteerde norm van Y2m2 winkelvloeroppervlak per inwoner met de

huidige 7.800 m2aan die nonn wordt voldaan, gaan wij er van uit dat het aantal van 7.800

m2ziet op zowel het winkelcentrwn De Bus en het winkelcentrum Vondellaan tezamen.

Onbegrijpelijk en ten onrechte is derhalve de vaststelling in de inspraaknota dat binnen

de bestemn-fing "wijkvoorzieninged' dit (7.800 m2) het maximaal te bebouwen oppervlak

is.

Bovendien komt het ons voor dat de opstellers stelsehnatig uitgaan van een onjuiste

berekening van de aantallen vierkante meters en de begrippen winkelvloeroppervlak,

verkoopvloeroppervlak en brutovloeroppervlak op onjuiste wijze hanteren.

Wij stellen ons op het standpunt dat met het in het vigerende bestemmingsplan

gehanteerde begrip winkeloppervlak wordt geduid op verkoopvloeroppervlak temeer

omdat de definitie van brutovloeroppervlak in de begripsomschrijving is vastgelegd.

Bovendien vrezen wij dat de opstellers bij de diverse berekeningen van het

vloeroppervlak uit het oog verliezen dat de "passage" in het winkelcentrum De Bus niet

tot het vloeroppervlak gerekend kan worden. Deze passage is inuners nog altijd deels

openbare weg en bovendien is van gemeentewege in de betreffende koopovereenkomst

bedongen dat deze passage niet bebouwd kan en mag worden in verband met aanwezige

erfdienstbaarheden. Het toerekenen van de passage tot het vloeroppervlak is derhalve

onredelijk nu wij deze ruimte niet kan benutten voor de realisatie van eventuele

uitbreidingen terwijl op basis daarvan in het ontwerpbestemmingsplan verdere uitbreiding

wordt uitgesloten.

Tevens dient te worden opgemerkt dat op pagina 24 van de toelichting ten aanzien van het

winkelcentrum Vondellaan ten onrechte wordt uitgegaan van een verkoopvloeroppervlak

van 2.200 m2 met inbegrip van de buiten het plangebied gelegen supermarkt. Wij zijn van

mening dat deze supermarkt niet tot het verkoopvloeroppervlak gerekend mag worden nu

deze supennarkt buiten het plangebied is gesitueerd. Wij vrezen tevens dat de opstellers

aldus in hun berekeningen van het binnen het plangebied aanwezige en mogelijk te

realiseren vloeroppervlak uitgaan van een onjuiste voorstelling van zaken.

BLOKKER HOLDING

4. ARTIKEL 9

4.1

Voor wat betreft de bestemming van het winkelcentrum De Bus tot "wijkvoorziening",

wordt verwezen naar het hiervoor dienaangaande gestelde.

4.2

De voorwaarden die in artikel 9 lid 2, Beschrijving in hoofdlijnen, van het

ontwerpbestenuningsplan worden gesteld aan de uitwisseling van ftmcties zijn naar het

oordeel van ons onredelijk en bovendien achterhaald.

Flexibiliteit is van levensbelang voor het winkelcentrum. Indien met het oog op

toekomstige ontwikkelingen een toename van het brutovloeroppervlak in gebruik bij

detailhandelfimcties en horecaftmcties noodzakelijk is om de continiiiteit van het

winkelcentrum te waarborgen, moet die mogelijkheid worden geboden. De voorwaarde

aan de uitwisseling van functies als gesteld in artikel 9 lid 2 onder b en c is voor ons dan

ook onacceptabel en onredelijk bezwarend.

4.3

Artikel 9 lid 2, sub b, van de voorschriften, ziet op een beperking van maximaal 2

grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van meer dan 250 M2

binnen de bestemming.

Deze bepaling is naar onze mening onredelijk en onacceptabel en bovendien in strijd met

de toezeggingen als gedaan in de bij het plan behorende inspraaknota en met het

ontwerpbestemmingsplan zelf

In de inspraaknota hebben de opstellers immers toegezegd dat het plan zal worden

aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen

de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. In de inspraaknota wordt voorts

vermeld: "Als enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er niet meer dan twee

supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De overige voorwaarden (zoals

het vastleggen van de branchering) komen te vervallen".

Voornoemde bepaling stemt derhalve niet in met de inspraaknota.

Bovendien richt deze bepaling uit artikel 9 zich in het voorontwerp van het

bestemmingsplan alsook op pagina 52 van het ontwerpbestemmingsplan uitsluitend op

supen-narkten, terwijl artikel 9 lid 2 sub b ziet op alle grootschalige

detailhandelsbedrijven. Het huidige artikel 9 lid 2 sub b is aldus een verdere beperking in

plaats van de in de inspraaknota toegezegde opheffing van de beperkingen, hetgeen voor

ons onacceptabel is. Zo de bepaling al dient te gelden, zou deze slechts moeten zien op

supermarkten. De huidige bepaling betekent een onredelijke beperking voor alle

BLOKKER HOLDING

detailhandelsbedrijven en is bovendien strijdig met de algemene tendens tot

schaalvergroting bij diverse branches in de detailhandel.

4.4

Blijkens de plankaart en artikel 9 lid 2 sub e is op basis van het ontwerpbestemmingsplan

de realisatie van een verdieping op het totale winkelcentrum mogelijk. Wij zijn hiennee

zeer content echter de beperking als beschreven in artikel 9 lid 2 sub b maakt de realisatie

van die verdieping weer omnogelijk nu ten onrechte slechts maximaal 2 grootschalige

detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan 250 m@ mogen zijn

gevestigd. Vrijwel geen enkel detailhandelsbedrijf binnen winkeleentrum De Bus zal een

verdieping kunnen realiseren zonder een overschrijding van de biutovloeroppervlakte met

250 m2. Het ontwerpbestemmingsplan is dan ook innerlijk tegensüijdig.

De voorwaarde als vermeld in artikel 9 lid 2 sub b van het ontwerpbestemmingsplan is

overigens niet verenigbaar met de bestaande situatie daar thans meer dan 2

detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van 250 m2of meer in het

winkelcentrum gevestigd zijn. wij zijn dan ook van mening dat dienaangaande ten minste

bestaande rechten vastgelegd en gecontinueerd dienen te worden.

4.5

Wat betreft de bepaling als weergegeven in artikel 9 lid 2 sub e dient te worden

opgemerkt dat aansluiting gezocht dient te worden bij de begripsomschrijving van het

bruto vloeroppervlak (artikel 1 lid 1 0 voorschriften bestemmingsplan), zodat op de

verdieping in elk geval het hebben van winkelruimte, magazijnruimte en overige

dienstruimten mogelijk wordt in tegenstelling tot slechts opslagruimte. Daarmee wordt

tevens aangesloten bij de feitelijke situatie.

4.6

Ten aanzien van de beperking -als neergelegd in artikel 9 lid 2 sub c, wordt verwezen naar

hetgeen is opgemerkt sub 4.2, 4.3 en 4.4 van deze zienswijze

4.7

Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de parkeemorm als neergelegd in artikel 9 lid 2

sub d als gevolg waarvan potentiële uitbreidingsmogelijkheden van winkelcentrum De

Bus onredelijk wordt beperkt. Bovendien sluit de opgelegde parkeemorrn niet aan bij de

bestemming "wijkvoorzieningen" waartoe tevens de functies consumentgebonden

dienstverlening, horeca 1 en maatschappelijke doeleinden behoren en waarvoor een andere

(=lagere) parkeemorm dient te gelden.

Wij gaan er overigens van uit dat de gemeente Hehnond niet bij voorbaat afwijzend zal

staan ten opzichte van voorstellen van ons met betrekking tot mogelijke uitbreiding van

de parkeergelegenheden binnen en buiten het bestemmingsgebied van winkelcentrum De

Bus.

BLOKKER HOLDING

4.8

Artikel 9 van het bestemmingsplan maakt slechts een beperkte uitbreiding van het totale

brulvloeroppervlak ten behoeve van functionele aanpassingen van de bestaande

bebouwing mogelijk.

Wij zijn van mening dat het bestemmingsplan de mogelijkheid moet bieden het totale

vloeroppervlak uit te breiden indien de omstandigheden een zodanige uitbreiding

noodzakelijk maken. Het slechts mogelijk maken van een beperkte uitbreiding van het

totale brutovloeroppervlak ten behoeve van ftmctionele aanpassingen maakt inspelen op

onvoorzienbare toekomstige omstandigheden omnogelijk.

5. POSITIEVE BESTEMMING VOORZIENINGEN

5.1

Pagina 28 van de toelichting op het ontwerpbestemmingsplan vermeldt dat de bestaande

detailhandels- en horecavoorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan (zie bijlage 3)

positief worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden worden niet opgenomen.

Wij hebben bezwaar gemaakt tegen het overzicht voorzieningen in winkeleentrum "De

Bus" als weergegeven in bijlage 3.

In het conunentaar op voornoemd bezwaar als weergegeven in de inspraaknota stellen de

opstellers dat de lijst in bijlage 3 geen enkele juridische status bezit, maar enkel een

informatief karakter en slechts het doel heeft om een indicatie te geven van welke

voorzieningen er zich in winkelcentrum De Bus bevinden. Voorts wordt gesteld dat het

geenszins de bedoeling is dat deze lijst bepalend is voor welke branches zich waar mogen

vestigen.

Voor zover de opstellers met het voorgaande tot uitdrukking willen brengen dat een

volledige en onbeperkte uitwisseling van ftmcties binnen het winkeleentrum De Bus

mogelijk is, kunnen wij ons verenigen met de in het ontwerpbestemmingsplan opgenomen

verwijzing naar bijlage 3.

5.2

Zoals hiervoor wordt beschreven, leidt het niet opnemen van uitbreidingsmogelijkheden

van de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen ertoe, dat de continuïteit en de

functie van het winkelcentrum in gevaar kunnen komen omdat het inspelen op

toekomstige omstandigheden onmogelijk wordt gemaakt.

Uitbreiding van zowel het brutovloeroppervlak, het nettovloeroppervlak, de bestaande

detailhandels- en horecavoorzieningen alsook met nieuwe detailhandels- en

horecavoorzieningen dan wel andere voorzieningen in het winkelcentrum, dient dan ook

BLOKKER HOLDING

te allen tijde tot de mogelijkheden te behoren althans niet op voorhand te worden

uitgesloten zoals thans met het voorontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord

wordt beoogd. Die mogelijkheid dient tevens te gelden buiten de contouren van het

winkelcentrum De Bus, temeer nu binnen de contouren nagenoeg geen uitbreiding

mogelijk is onder andere gezien de bepalingen in de koopovereenkomst met betrekking

tot de in het winkelcentrum aanwezige passage.

De mogelijkheid tot voornoemde uitbreiding komt overeen met de doelstelling van het

vigerende bestemmingsplan "De Bus H"(3 l). Pagina 2 van het vigerende

bestemmingsplan gaat immers uit van de behoefte van V2 M2 winkeloppervlakte per

inwoner hetgeen de noodzakelijkheid van de flexibiliteit van het winkelcentium

impliceert Afgezien van het feit dat aan de in het vigerende bestemmingsplan

gesignaleerde behoefte op dit moment niet wordt voldaan nu het inwoneraantal binnen het

totale verzorgingsgebied inmiddels is gegroeid tot ongeveer 16.000 inwoners (uitbreiding

van het winkelcentrum ligt derhalve in de rede), is het uitsluiten van de mogelijkheid tot

uitbreiding van het winkelcen~ zoals het ontwerpbesternmingsplan beoogt in strijd met

het vigerende bestemmingsplan.

5.3

Wij gaan er van uit dat artikel 12 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan

geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen de bestemming

"wijkvoorzieningen".

Voorts gaan wij er van uit dat de wijzigingsbevoegdheid als opgenomen in artikel 17 lid 3

van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de

detailhandelsfimcties binnen de bestemming "wijkvoorzieningen".

6. JONGERENACCOMMODATIE / MAATSCHAPPELIJKE DOELEINDEN

6.1

Wij handhaven ons bezwaar dat de functie van het winkelcentrum zich mogelijk niet

verenigt met sommige denkbare voorzieningen welke vallen onder de functie

maatschappelijke doeleinden. Zo heeft zij reeds bezwaar gemaakt tegen de vestiging van

een jongerenaccommodatie binnen of in de nabijheid van het winkelcentrum nu wij niet

beschikken over de nodige kennis en capaciteiten voor een vruchtbare implementatie van

een jongerenaccommodatie in dan wel in de directe omgeving van het winkelcentrum.

Wellicht is om die reden dan ook besloten het jongerencentrum elders te situeren hetgeen

wij toejuichen.

Wij handhaven ons bezwaar dienaangaande teneinde de opstellers in overweging te geven

het begrip maatschappelijke doeleinden welke mogelijk zijn en passen binnen de functie

van een winkelcentrum De Bus nader te definiëren

BLOKKER HOLDING

. .. .... -

7. BEBOUWING

7.1

Het bebouwingspercentage wordt in artikel 1 lid 4 van het bestemmingsplan-gedefinieerd

als: "het percentage van het bouwperceel voor zover gelegen binnen het bebouwingsvlak,

dat ten hoogste mag worden bebouwd".

Op de plankaart nummer 000285 wordt het bebouwingspercentage met betrekking tot

winkelcentrum "De Bus" vastgesteld op 50%.

Wij handhaven ons bezwaar tegen de vaststelling van het bebouwingspercentage op 50%.

Gezien het voorgaande moet het winkelcentrum "De Bus" de mogelijkheid worden

geboden om uit te breiden, zo nodig buiten de contouren van het winkelcen~. Indien

de toekomstige omstandigheden zulks noodzakelijk maken en teneinde te allen tijde te

kunnen voldoen aan de vigerende norm van Y2m' winkelvloeroppervlak per inwoner.

Het op voorhand uitsluiten van een bebouwingspercentage van meer dan. 5 0% maakt het

inspelen op toekomstige omstandigheden welke een bebouwing boven het vastgestelde

bebouwingspercentage noodzakelijk maken, bij voorbaat omnogelijk. Bovendien kan het

winkelcentrum daardoor mogelijk niet voldoen aan de gehanteerde norm van Y2 rri2

winkelvloeroppervlak per inwoner.

7.2

De vaststelling als weergegeven in de inspraaknota dat de vierkante meters die extra

bebouwd kunnen worden omdat het nieuwe bebouwingsvlak groter is, als gevolg van

eerdere uitbreidingen reeds is ingevuld, wordt door de opstellers niet onderbouwd en door

ons betwist.

7.3

De wijziging op de plankaart nummer 000285, zodat op basis van het

ontwerpbestemmingsplan de realisatie van 2 bouwlagen is toegestaan is positief en stemt

overeen met de bestaande situatie. Wel dient de realisatie van de tweede bouwlaag

mogelijk te worden gemaakt door aanpassing van artikel 9 van de voorschriften zoals

hiervoor aangegeven.

8. CONCLUSIE

Gezien het voorgaande zijn wij van mening dat het ontwerp van het bestemmingsplan

Helmond Noord strijdig is met het gelijkheidsbeginsel alsook onvoldoende is gemotiveerd

en onderbouwd. Bovendien is het ontwerp van het bestemmingsplan innerlijk

tegenstrijdig en tot stand gekomen zonder een deugdelijke voorbereiding en

BLOKKER HOLDING

belangenafweging. Het ontwerpbestemmingsplan is voorts in strijd met onder andere onze

rechten, omdat toekomstige uitbreidingen van winkelruimte worden belemmerd.

Concluderend moet dan ook worden vastgesteld dat het ontwerp van het bestemmingsplan

niet in stand kan worden gelaten, althans niet in de huidige vorm kan leiden tot een

definitief bestemmingsplan indien het plan niet onverkort met het voorgaande in

overeenstemming wordt gebracht en wordt tegemoet gekomen aan vorenstaande

zienswijze.

Uitdrukkelijk behouden wij het recht voor om te allen tijde nadere zienswijzen en

bezwaren met betrekking tot het bestemmingsplan in te brengen.

Aangezien wij schade zullen lijden indien het bestemmingsplan in de huidige vorm zal

worden vastgesteld, behouden wij ons ook in dat opzicht alle rechten voor.

Wij verzoeken u voornoemde zienswijzen in de verdere voorbereidingsprocedure van het

bestemmingsplan te betrekken en ons op de hoogte te houden van de verdere

ontwikkelingen aangaande het bestemmingsplan Hehnond Noord.

Wij zenden deze brief zowel per fax als per gewone post.

Vertrouwende u hiermede voldoende gdinforineerd te hebben, verblijven wij.

Hoogachtend,

BLOKKER HOLDING B.V.

namens Blokker B.V.

F.Th. van Kooten

StichtingMONUMENTEN WERKGROEP HELMOND

Postbus 409, 5700 AK Helmond. Postbank: 7659344 Telefoon: 0492 - 541143

Aan de gemeenteraad van Helmond 111 lllilligiollaillom 11

pla afdeling Ruimtelijke Ordening GENO,.EENTE H.EL. 02.001784

Postbus 950 CI.nr.: - 00

5700 AZ Heimond Datum: -4["'IRT2002

Helmond, 98 2002.

KOPIE

Aid.'1

Betreft: zienswijze Bestemmingsplan "Helmond Noord",

nieuwbouwproject Abdijlaan.

Geachte leden van de raad,

Ondergetekenden, in en buiten rechte vertegenwoordigende de stichting Monumenten

Werkgroep Helmond, maken langs deze weg hun zienswijze kenbaar aangaande het

bestemmingsplan "Helmond NoorW', m.n. t.a.v. het nieuwbouwproject Abdijlaan.

1. Wij zijn tegen de sloop van de voormalige kerk aan de Abdijlaan. Dit uit 1956 daterende

gebouw is nwnelijk een object van de Helmondse architect Cor Roffelsen, die ook de

architect is van de Leonarduskerk en de Lconardusschooi, beiden gelegen aan de

Wethouder Ebbenlaan, die beiden de status van Rijksmonument hebben. Wij zijn van

mening dat de kerk aan de Abdijlaan, die overigens ook in de zogenaamde MIP-

rapportage voorkomt, bij het te behouden oeuvre van architect Cor Roffelsen behoort. Dit

gebouw is o.a. uniek v.wb. zijn dakconstructie en voor zover ons bekend zijn er geen

andere voorbeelden meer aanwezig in Nederland.

2. Daarnaast hebben wij ook formele overwegingen t.a.v. de procedure tegen dit onderdeel

van voornoemde bestemmingsplan. Een van onze medewerkers heeft namelijk vanaf 1

3. februari inzage in de genoemde stukken proberen te krijgen maar deze waren niet eerder

dan na 8 februari pas beschikbaar!

Uiteraard zijn wij te allen tijde bereid om e.e.a. nader toe te lichten.

Vertrouwende u met bovenstaande voorlopig voldoende te hebben geïinfortneerd, verblijven

Wij -

Hoogachtend,

J.J.O@ van tter. eter, secretaris.

NOTA ZIENS»7JZENBESTEMMIIVGSPLANHELMOND NOORD

Inhoud zienswyzen: Commentaar:

1 ) Bewoners Ruusbroeclaan 133, 135, 137, 139, 143, 145

en 147.

a. Parkeerprobleem en verkeersdnikte: ad a. De veronderstelling dat de meeste bewoners beschikken over

1,5 parkeerplaats per woning is niet toereikend voor twee auto's waardoor de parkeernonn ontoereikend zou zijn, is

bezoekersparkeren, daardoor ontstaat er speculatiefen onwaarschijnlyk. De parkeernorm is naar

parkeeroverlast in de wijk. De oplossing hiervoor is het verwachting ruim toereikend, want aanzienlijk ruimer dan

aanleggen van meer parkeerplaatsen, alsmede een gebruikelijk bij appartementen

parkeerverbod of het maken van een doodlopende Maatregelen om parkeeroverlast te beperken worden vooralsnog

straat vanaf nr. 147. onnodig geoordeeld.

b. de hoogte van de woontoren -13 etages- geeft de ad b. De afstand van de geprojecteerde toren tot aan de

bewoners van de Ruusbroeclaan het gevoel te worden dichtstbijgelegen woning bedraagt 70 meter tot de woningen aan de

bespied. De oplossing hiervoor is enkele bouwlagen Vondellaan en 90 meter tot de woningen aan de Ruusbroeclaan en

eraf te halen. de Thomas van Kempenstraat. Deze afstand is voldoende groot om

te kunnen waarborgen dat er van inkijk geen sprake kan zijn..

2) I. S. Strickx-van Dijk, Thomas van Kemi)enstraat 1 1.

De bewoonster van de Thomas van Kempenstraat maakt ad a. Vanuit de woningen aan de Thomas van Kempenstraat wordt

bezwaar tegen de voorgenomen situering van de ingang, nu het uitzicht bepaald door de hoogopgaande bomen rondom het

van de parkeergarage welke komt te liggen tussen het pand voormalige kloostercomplex. Aan dit uitzicht zal weinig veranderen

Thomas van Kempenstraat 1 en de Vondellaan. Deze behoudens daar waar een doorgang voor de ingang van de

situering heeft tot gevolg dat al het verkeer langs haar parkeergarage wordt gemaakt en het gedeelte van de woontoren dat

woning Thomas v Kempenstraat 1 1 zal gaan rijden, hetgeen boven de bomen uitsteekt. Echter van zo dichtbij zal dat naar

ook tot gevolg heeft dat gevaarlijke situaties ontstaan voor verhouding een klein gedeelte zijn.

spelende kinderen. In totaal heeft zij 4 bezwaren tegen het

plan. ad b. Het bestemmingsplan doet geen uitspraak over de situering

a) Door de bouw van het appartementencomplex wordt van de ingang van de parkeergarage. Formeel gezien kan hiertegen

het uitzicht vanuit haar woning belemmerd. dan ook alleen bezwaar gemaakt worden in het kader van de

b) Bezwaar tegen de situering van de ingang van de bouwplanprocedure. In dit kader kan echter wel gezegd worden dat

parkeergarage. bij de bouwplanontwikkeling een zeer zorgvuldige a eging heeft

.fw

e) Het parkeerprobleem wat zal ontstaan. plaatsgevonden bij de keuze van de plek, waarbij voor de combinatie

d) De gevaarlijke verkeerssituatie die zal ontstaan. is gezorgd van een logische ontsluiting en het zoveel mogelijk

beperken van de overlast naar de omgeving.

ad c. Bij de bouwplanontwikkeling is uitgegaan van een

parkeernorm van 1, 5 parkeerplaatsen per woning. Deze norm is

ruimer dan normaal gebruikelijk bij de bouw van appartementen.

Het is dan ook niet te verwachten dat er een parkeerprobleem zal

ontstaan.

ad d Door de toevoeging van het geplande woningbouwprogramma

zal inderdaad de verkeersdruk in de directe omgeving in omvang

toenemen. Echter, het aantal verkeersbewegingen zal niet de

maximale limiet die toelaatbaar is in een woonstraat van 2000

voertuigen per etmaal overschrijden. Tevens wordt in de nabije

toekomst dit gebiedt aangemerkt en ingericht als 30-kni zone.

1

3) Monumenten Werkgroo Helmond, Postbus 409, 5700

AK Helmond.

a) De werkgroep is tegen sloop van de voormalige kerk ad a. De kerk heeft al velejaren zijnfunctie als kerk verloren en

aan de Abdijlaan, welke behoort tot het te behouden verkeert in een slechte bouwkundige staat. Weliswaar is het gebouw

oeuvre van architect Cor Roffelsen. Het gebouw is o.a. opgenomen in de monumenten inventarisatielijst van de provincie

uniek voor wat betreft zijn dakconstructie en er zijn Noord-Brabant,- desalniettemin is de gemeente van mening dat het

voor zover bekend geen voorbeelden meer van fysieke behoud van de cultuur-historische waarde van dit pand niet

aanwezig in Nederland. opweegt tegen de kwalitatiefhoogwaardige toevoeging van een

specifiek deel van de woningmarkt in dit gedeelte van de stad.

b) Fonnele overwegingen tegen de procedure van dit ad b. De stukken met betrekking tot het nieuwbouwproject aan de

onderdeel van het bestemmingsplan aangezien de Abdijlaan zijn onderdeel van de aanvraag om bouwvergunning,

stukken niet eerder dan 8 februari beschikbaar waren. welke een aparte procedure doorloopt. Een en ander maakt geen

deel uit van het bestemmingsplan.

4) Stichting Proiectgroep Dagelijks Beheer Helmond-

Noord.

Algemeen.

a. Bezwaar tegen de wijzigingsbevoegdheid i.h.k.v. de ad a. De in het plan opgenomen wijzigingsbevoegdheden ex artikel

Wet op de Ruimtelijke Ordening. Een 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening zijn bedoeld om binnen

bezwarenprocedure moet mogelijk blijven en het zekere grenzen nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Hieraan is

college moet niet het beslissende orgaan zijn. een procedure verbonden, welke is beschreven in artikel 17 5' lid

b) De bezwarenternüjn van twee weken is te ko^ zeker van de planvoorschriften. Onderdeel hiervan is de moceliikheid om

wanneer er dagen in vallen waarop het stadskantoor bezwaren in te dienen.

gesloten is. Voorgesteld wordt om de termijn te stellen ad b. Twee weken terinzagelegging is voor een wijzigingsplan een

op minimaal 15 werkdagen.. gebruikelijke termijn.

e) Er wordt voor gepleit om het aantal bouwlagen langs ad c. In het geval er gebruik gemaakt wordt van de in het plan

de hoofdgroenstructuur te beperken tot 7. voorziene wijzigingsbevoegdheid, zal per geval specifiek bekeken en

onderzocht worden wat in stedebouwkundige zin de beste situatie is.

Het is dan ook niet wenselijk om op voorhand de maximale

Voorzieningen. bouwhoogte in algemene zin vast te leggen.

d) Winkeleentrum De Bus en Vondellaan zijn aangemerkt ad d. Sommige winkels kunnen best een stedelijke ofzelfs een

als wijkvoorzieningen; dit is niet juist, want sommige regionale aantrekkingskracht hebben, niettemin zijn deze

zaken hebben een stedelijke functie. Er wordt voor winkelcentra primair opgezet en bedoeld als voorziening voor de

gepleit om uitbreidingsmogelijkheden te behouden. wijk waarin ze gesittieerd zijn.

e) Naast sloop van het Abdijke staat ook de Bombardon ad e. Binnen het totale bestemmingsplan Helmond Noord bevindt

op de non-ánatie om gesloopt te worden. Er verdwijnen zich een groot aantal locaties die bestemd zijn voor

meer faciliteiten voor verenigingen. Het wordt van maatschappelijke voorzieningen. Binnen deze bestemmingen is op

groot belang geacht om in het bestemnüngsplan een aantalplaatsen en onder bepaalde voorwaarden uitbreiding van

uitbreidingsmogelijkheden voor bestaande bestaande accomodaties mogelijk. Voor wat betreft nieuwbouw is er

accommodaties op te nemen alsmede ruimte voor in dit plan alleen rekening gehouden met de bouw van een

nieuwbouw van een verenigingengebouw. jongerenaccomodatie aan de Breitnerlaan.

Bedrijvigheid.

f) Er wordt een beroep gedaan op de raad om een aantal AdflHet is niet zo dat de regeling voorziet in vrije vestiging van alle

bedrijven die vallen onder categorie 1 of 2 bij voorbaat in de bedrijvenlijst opgenomen bedrijven in categorie 1 en 2. De

uit te sluiten van vestiging in Helmond Noord, zoals bestemming Bedrijven is alleen gelegd op een tweetal locaties aan

autoreparatie en/of sloopbedrijven, autohandel en het Oostende en de Wethouder.Ebbenlaan, waar reeds bestaande

handel in het inzamelen van oude metaler@ papier en bedrijven gevestigd zijn. Daarnaast geldt er een

textiel. wijzigingsbevoegdheid om in de woonwijk de woonbestemniiiig te

g) De stichting wil de perceelsgrootte van bedrijven kunnen omzetten in de bestem?ning Wonen en Werken voor de

geli"teerd vastleggen, vestiging van kleinschalige bedrijven onder de nodige voorwaarden.

Conform de toezegging op de inspraakavond wordt de opslag van

vuurwerk uitgesloten; afgezien daarvan is het niet wenselijk om

binnen de categorie-indeling van de bedrijvenlijst nog een nadere

onderverdeling te maken van activiteiten die wel en die niet mogen.

Adg. Indewijzigingsregelsisdenzaximaleperceelsgrootteper

bedrijfbegrensd op 750 m2.

2

Kanaalzone.

h) Alvorens met nieuwbouw wordt gestart dienen de Ad h. Het lage bebouwingspercentage binnen deze bestemming is

bestaande maisonnettes te worden gesloopt,. Gepleit bewust gekozen, met als gevolg dat de bestaande bebouwing eerst

wordt voor maximaal 3 bouwlagen, maar bij specifieke gesloopt dient te worden alvorens er nieuwbouw gepleegd kan

architectonische ontwerpen kan men gaan tot 7 worden. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt mag nieuwe bebouwing

bouwlagen. langs het kanaal wat meer massa hebben dan de huidige bebouwing.

Daarom is de bebouwingshoogte op maximaal 5 lagen gesteld.

Nieuwbouw Ruusbroeclaan.

i) De Ruusbroeclaan wordt aangeduid als Ad i. In verkeerstechnische zin (hoofdstuk 7 van de toelichting) is de

hoofdontsluitingsweg als argument om hoogbouw toe Ruusbroeclaan een buurtontsluitingsweg. Binnen de

te staan; in werkelijkheid is het een doodlopende straat. stedebouwkundige structuur neemt de Ruitsbroeclaan echter een

Hij valt ook binnen de 30km-zone; in hoofdstuk 7 meer belangrijke plaats in als belangrijke oost-west lopende lijn. Dit

wordt hij ook niet genoemd als hoofdontsluitingsweg. vindt bijvoorbeeld zijn weerslag in het bredere profiel van deze weg

met boomrijen, dat de Ruusbroeclaan duidelijk een ander en meer

voornaam karakter geeft dan éle daaraan gelegen zijstraten.

Tesamen met een aantal andere straten waarvoor het ze@fde geldt, is

de Ruusbroeclaan een onderdeel van de hoofdstructuur van de wijk

Helmond-Noord als geheel.

j) In de inspraakreactie heeft de projectgroep de Adj. In het bestemmingsplan is dat gedeelte van hetperceel dat

oppervlakte van de toren begroot op ongeveer 600m2. onvoorwaardelijk als groen behouden dient te worden ook bestemd

Thans wordt erop aangedrongen om op te nemen welk als groenvoorziening. Binnen dit gedeelte mag dan ook niet

percentage van het perceel bebouwd mag worden, gebouwd worden. Voor het overige deel is per deelgebied

zodat duidelijk wordt hoeveel groen er nog rest. De aangegeven hoe hoog de bebouwing mag zijn, waarbij het gedeelte

projectgroep blijft van mening dat de torenflat niet past waar de woontoren geprojecteerd is zo klein mogelijk is gehouden.

in de omgeving. De stedenbouwkundige argumenten De mening van de projectgroep dat de woontoren niet past in deze

lüervoor beschouwt men als dooddoeners. wijk, wordt door de gemeente niet gedeeld.

k) Bij het ontwikkelen van plannen zou de gemeente er ad. k Alvorens erdoor de gemeente met projectontwikkelaars

goed aan doen om vooraf de mening van de burgers te gesproken is, is ten behoeve van de verkoop van hetperceel aan

peilen, zodat randvoorwaarden klmnen worden gesteld derden een gedegen stedenbouwkundige studie gedaan naar de

aan projectontwikkelaars. Het aantal bouwlagen wordt ontwikkelingsmogelijkheden van deze plek. Hieruit bleek dat een

nu op economische gronden bepaald door de vorm van hoogbouw op deze plek, vanuit stedenbouwkundig oogpunt

projectontwikkelaar. goed op zijn plaats is. In een later stadium is een meer

gedetailleerde studie gedaan naar de exacte hoogte van het gebouw.

In deze studie is niet gekeken naar het economische motief, maar

puur naar de ruimtelyke aspecten.

5) Bianca Wosyka-Berkers, Nieuwveld 21, 5702 HW

Helmond.

Reclamante heeft vernomen dat elk pand in'winkeleen~ De voorstelling van zaken door reclamante berust op een

De Bus de bestemming krijgt die het nu heeft. Dit zou voor misverstand. Er is geen sprake van het vastleggen van gevestigde

haar betekenen dat in haar pand altijd een gemakswinkel branchesper winkelpand, een dergelijke wijze van bestemmen is

oftewel tabaksspeciaalzaak met tijdschriften, wenskaarten , binnen de ruimtelijke ordening ze@fs niet toegestaan. Wel is er in een

zoetwaren, lotto, staatsloten etc. gevestigd zou moeten zijn. eerder voorontwerp sprake geweest van het vastleggen van de

Gezien het overheidsbeleid richting tabaksgebruik zou over uitgeoefendefunctie perpand, doch daarbij ging het om het

10 jaar haar winkel geen bestaansrecht meer kunnen hebben vastleggen van respectiervelijk defuncties detailhandel,

en onverkoopbaar kunnen worden. dienstverlening, horeca en maatschappelijke doeleinden ten opzichte

van elkaar. Zoals gemeld in de inspraaknota is in het ontwerpplan

Verder vindt zij het vreemd dat in een groeiende wijk het gekozen voor meerflexibiliteit, alle binnen de bestemmingsregeling

winkeleentium toch niet zou mogen groeien/uitbreiden. toegelatenfuncties zijn in beginsel uihvisselbaar.

Zelf zou ze enkele meters willen uitbreiden op het trottoir

buiten het winkelcentrum. Het begrenzen van de oppervlaktes van de ivijkvvinkelcentra vloeit

rechtstreeks voort uit het Helmondse detailhandelsbeleid, dat

gericht is op uitbreiding van het hoofilwinkelcentruni. Voor een stad

van de omvang van Helmond is het hoofdvvinkelcentrum

onvoldoende ontwikkeld qua aantal vierkante meters detailhandel.

3

6) Van Benthem en Keulen Advocaten namens Aldi Best

BV, Postbus 85005, 3508 AA Utrecht,.

a) Reclamant maakt bezwaar tegen de bestemn-iing Wijk- Ad a. De naam van de bestemming doetfeitelijk weinig terzake. Er is

Voorzieningen. Een ontwikkeling van winkelcen~ hier gekozen voor de naam Wykvoorzieningen om aan te geven dat

naar voorzieningencen~ gaat ten koste van de het hier gaat om meer dan uitsluitend winkels,- immers ook

mogelijkheden van het winkeleentnim en daarmee van consumentgebonden dienstverlening, horeca I en maatschappelijke

de ontwikkelingsmogelijkheden van de Aldi. dienstverlening zijn binnen deze bestemming toegestaan.

De flexibiliteit van het winkelcentmm zal er juist op Deze naamgeving gaat op geen enkele manier ten koste van de Aldi.

achteruit gaan. Niet duidelijk is dat er behoefte bestaat

aan een voorzieningencen~ met meer niaatschappe-

lijke voorzieningen en waarom de term voorzieningen-

centrum de lading beter dekt dan de term winkel-

centrum. Aldi verzoekt de bestenuning te wijzigen in

"Winkelcentrurn@'.

b) Het ontwerpplan kent te weinig uitbreidings- Ad b. De beperking van de uitbreidingsmogelijkheden vloeit voort

mogelijkheden. Op basis van het uitgangspunt dat het uit het Helmondse detailhandelbeleid dat gericht is op uitbreiding

beleid ten aanzien van de bestaande winkelcentra is van het hoofdwinkelcentrum. Realisering van die doelstelling is niet

gericht op verbetering van de kwaliteit van de mogelijk wanneer ook alle wijkwinkelcentra mogen blijven groeien.

bestaande winkelvoorzieningen, alsmede het Winkelcentrum De Bus is een wijkwinkelcentrum voor Helmond

vastleggen van het nmxiinale vloeroppervlak in de Noord met het accent op boodschappen doen. Dezefunctie moet ook

planvoorschriften, is geen enkele uitbreiding in de toekomst optimaal vervuld kunnen blyven worden. Onder

mogelijk. Aldi vindt het uitgangspunt van de gemeente bepaalde omstandigheden, gelet op consumentenwensen enlof

onwenselijk en meent dat de mogelijkheid van schaalvergroting zou dit kunnen inhouden dat na een zorgvuldige

uitbreiding noodzakelijk is. De gemeente heeft geen ajlweging een vergroting van een vestiging c. q een verschuiving in

onderzoek gedaan naar mogelijke toekomstige vierkante meters wordt toegestaan om hetfunctionele en

ontwikkelingen, er is geen distributie-planologisch kwalitatieve nivo te kunnen handhaven. Vooralsnog is dit niet aan de

onderzoek uitgevoerd, noch zijn er andere recente orde. Het loslaten van kwantitatieve beperkingen zou een

gegevens beschikbaar op basis waarvan de gemeente onevenredige druk kunnen leggen op andere winkelgebieden; ze@fs

zou kunnen menen dat uitbreiding niet noodzakelijk is. het ontstaan van "megasupermarkten ",met een veel groter

Aldi meent dat het bestemmingsplan te rigide is en verzorgingsgebied dan de wijk, zou mogelijk worden. Het

verzoekt om aanpassing in de zin dat geen beperking gemeentelijk beleid staat dit niet toe.

van het verkoopvloeroppervlak of Indien A ldi het nodig vindt om verder uit te breiden, dan is dit

bebouwingsoppervlak wordt vastgesteld. mogelijk ten koste van andere winkels,- er geldt immers geen

bovengrens, geen maximum oppervlakte per vestiging. Wel mogen er

slechts twee grootschalige detailhandelsvestigingen aanwezig zijn,

A ldi is erdaar een van.

ad c. Het bebouwingspercentage is inderdaad hetze@fde als in het

c) In samenhang met de zienswijze onder b. heeft Aldi vigerende plan. Echter, het bestemmingsvlak waarvoor dit geldt is

bezwaar tegen het bebouwingspercentage van 50%. Dit groter. Hierdoor zijn er in dit nieuwe plan per saldo meer

percentage is rechtstreeks overgenomen van artikel 14 bebouwingsmogelijkheden dan in het oude plan. Deze zijn echter al

sub b van het vigerende bestemmingsplan, dat als het gevolg van eerdere uitbreidingen ingevuld. Op dit moment is

tientallen jaren oud is en riet aansluit bij de huidige het bebouwd oppervlak en het oppervlak in gebruik voor overige

behoeften. Het bebouwingspercentage laat op geen functies die binnen de bestemming gerealiseerd dienen te worden

enkele manier uitbreiding toe, waardoor het omnogelijk (wegen en parkeerplaatsen) met elkaar in evenwicht in

is om op toekomstige ontwikkelingen in te spelen. stedenbouwkundig opzicht. Derhalve is het bebouwingspercentage

van 50% planologisch te verantwoorden.

Het plan biedt wel de mogelijkheid om een verdieping toe te voegen

ten behoeve van het creëren van opslagruimte. Hierdoor is het

mogelijk om het totale bebouwingsvlak op de begane grond te

benutten voor winkeloppervlak.

d) Ingevolge de toelichting heeft het plan ook als doel om ad d De zelfstandige projectprocedure wordt in de toelichting

nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken via de slechts genoemd om aan te geven dat een actuele

zelfstandige projectprocedure. Deze procedure gaat bestemmingsregeling om @7ieerdere redenen driiigeiidgewenst is.

waarschijnlijk in de toekomst verdwijnen., zodat

onverwachte ontwikkelingen weer op het plan zelf

4

moeten worden gebaseerd. Het ontweipplan schept

daarvoor geen enkele ruimte. Aldi heeft in het

algemeen bezwaar tegen de conservatieve aard en

rigide karakter van het ontwerpplan en verzoekt om

aanpassing daarvan.

e) In de toelichting op blz. 3 9 staat vermeld dat indien ad e. Algemeen beleid van de gemeente Helmond is dat indien

uitbreidmg plaatsvindt van wijkvoorziemngen in De ergens een nieuwe functie wordt gerealiseerd ofals een bestaande

Bus een parkeemorm van 3 parkeerplaatsen per 100m2 functie uitbreidt, de parkeerbehoefte die dit met zich meebrengt, op

bvo wordt gehanteerd; bovendien moeten deze binnen eigen terrein / binnen het bestemmingsvlak gerealiseerd moet

de betreffende bestemming worden gerealiseerd. Aldi worden. In het kader van dit bestemmingsplan is er geen reden om

merkt hierover op dat er in het geheel geen uitbreiding van dit beleid afte wijken. Ook niet indien de eventuele

mogelijk is van wijkvoorzieningen. De parkeemolin is uitbreidingen van marginale aardzijn.

een ongeoorloofde aanscherping die onvoldoende is

gemotiveerd, Aldi verzoekt dit te laten vervallen..

f) Aldi verzoekt het plan aan te passen zoals I-üerboven adfl De verplichting van distributie-planologisch onderzoek is al bij

aangegeven; Aldi meent dat het ontwerp berust op de wetswijziging van 1985 komen te vervallen. Dit betekent echter

onvoldoende deugdelijk onderzoek met betrekking tot geenszins dat er geen detailhandelsonderzoek in Helmond

winkelden~ De Bus, waaruit voortvloeit dat ook het plaatsvindt. In de volgende recente gemeentelijke

ontwerp onvoldoende deugdelijk is. detailhandelsrapportages en rapporten wordt ingegaan op de positie

en het beleid ten aanzien van de verschillende winkelgebieden

binnen de Helmondse detailhandelsstructuur.

Integrale Structuurvisie Centrumplan Helmond, oktober 2001

met name 4.2. 1 Functionele uitwerking detailhandel, p. 51-56,-

Contouren detailhandel oude wijken Helmond, mei 2000,-

Structuurvisie op de perifere detailhandel, mei 2001.

Ook nog essentieel voor het beleid ten aanzien van de wijkcentra is

de door de raad vastgestelde nota "Winkelcentra in de Helmondse

wijken" van februari 1993.

7) Haans -Beiisens Advocaten en Notarissen namens de

CoMeratieve Vereniging van Eigenaren in het

winkelcentium De Bus te Helmond, i)/a Postbus 1 0 1,

4600 AC Bergen oi) Zoom.

8) Haans-Beiisens Advocaten en Notarissen namens

Peters-van de Nieuwenhuizen Beheer B.V. te

Helmond, p/a Postbus 10 1, 4600 AC Bergen op Zoom.

9) Haans-Beiisens Avocaten en Notarissen namens

Ondememersvereniging De Bus te Helmond,

Postbus 101, 4600 AC Bergen op Zoom.

10) Haans-Beiisens Advocaten en Notarissen namens de

Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink

te Helmond, p/a Postbus 10 1, 4600 AC Bergen op

Zoom.

1 1) Blokker Holding, Naarderstraat 50, 1251 BD Laren.

De bovengenoemde reclamanten hebben inhoudelijk

gelijkluidende zienswijzen ingediend.

Ada:

a) Reclamanten maken bezwaar tegen de bestemming De naam van de bestemming doet ons inziens weinig terzake, het

"Wijkvoorzieningen". Indien binnen die bestenllnffig in gaat om de inhoud van de bestemmingsregeling. Hier is gekozen

alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentruin voor "Wijkvoorzieningen " omdat deze naam recht doet aan zowel

alle genoemde functies zijn toegestaan, kan men met de het beoogde karakter van het winkelceiitrum, als aan hetfeit dat

bestenin-üng "Wijkvoorzieningen" instemmen, met naast detailhandel ook anderefuncties zijn toegestaan.

dien verstande dat volgens reclamanten de bestemming Mede gezien de definitie van maatschappelijke doeleinden in artikel

"Winkeleentrum" meer recht doet aan de 1 is het uiterst onwaarschijnlijk dat zich functies vestigen die

daadwerkelijke functie. Overigens zijn reclainanten onverenigbaar zijn met anderefuncties in het winkeleentruni.

van mening dat de functie maatschappelijke doeleinden

5

kan leiden tot ongewenste situaties, aangezien het

denkbaar is dat bepaalde voorzieningen zich niet

verenigen met de overige ftmcües binnen het

winkelcen~. Ad b:

b) Reclamanten maken bezwaar tegen de constatering dat De maat van 3500 m2 verkoopvloeroppervlakte is ontleend aan de

er 3 500 m2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is. Het beleidsnota Winkelcentra in de Helmondse wijken uit 1993;

aantal m2 verkoopvloeroppervlak is aan wisselingen aangezien er sindsdien niet ofnauwelijks winkelvloeroppervlak is

onderhevig, winkehers dienen dit constant aan te toegevoegd, kan dit cijfer niet anders dan actueel zijn. Overigens is

kunnen passen. Reclamanten vinden het hanteren van deze maat niet in de planvoorschriften vastgelegd en heeft derhalve

een getal voor de verkoopvloeroppervlakte overbodig geen consequenties voor bouwaanvragen.

want zonder toegevoegde waarde. Ad c:

c) Reclamanten maken bezwaar tegen het gemeentelijk Verwezen wordt naar het commentaar ad b. onder 6 Herhaald wordt

detailhandelsbeleid , aangezien in de inspraaknota dat niet wordt uitgesloten dat in de toekomst op grond van

wordt vermeld dat het detailhandelsbeleid uitgaat van consumentenwensen enlo schaalvergroting een uitbreiding of

,f

consolidatie van het aantal vierkante meters verschuiving in vierkante meters wordt toegestaan om het

detailhandel in de wijk- en buurtcentra. Consolidatie functionele en kwalitatieve winkelnivo te kunnen handhaven, doch

staat bovendien haaks op de gehanteerde nonn in het dat dit vooralsnog niet aan de orde is,- alsmede dat het loslaten van

vigerende plan van 1/2m2 per inwoner, aangezien deze kwantitatieve beperkingen een onevenredige druk zou kunnen leggen

norm evenredige groei impliceert met de groei van het op andere winkelgebieden.

aantal inwoners. Ad d.

d) Reclamanten citeren uitlatingen van oud-wethouder In de periode 1996-1997 is er uitgebreidgestudeerd op, en is er

Sjef Jonkers, alsmede passages uit de nota "Wijkcentra overleg en afstemming geweest met de ondernemers van De Bus

in de Helmondse wijken@' uit 1993 om aan te geven dat over de winkelvoorziening in Dierdonk. Dit vanuit het idee dat

ook Dierdonk hoort tot het verzorgingsgebied van o.a. de wijk Dierdonk inderdaad gedeeltelijk tot het verzorgingsgebied

winkelcentrum De Bus. Op basis van de oude norm moet worden gerekend van respecüevelijk de winkelcentra De Bus,

alsmede het nieuwe aantal inwoners van Helmond Vondellaan en Straakven. Er heeft consumentenonderzoek

Noord is al een aanzienlijke uitbreiding van het aantal plaatsgevonden. Rekening houdend met de concurrentie en de

vierkante meters detailhandel mogelijk tot 6000 m2, zuigkracht van de genoemde centra is er in Dierdonk een AH-

exclusief Dierdonk. supermarkt gevestigd, naast een eetgelegenheid en een

gemeenschapshuis. Het is derhalve niet realistisch om er van uit te

gaan dat alle koopkracht vanuit Dierdonk toevloeit naar De Bus.

Het is ook onjuist om het berekende potentieel van 6000 m2 voor

Helmond Noord toe te rekenen naar uitsluitend winkelcentrum De

Bus, uitgaande van het gegeven dat De Bus (3500 m2 vvo) en

winkelcentrum Vondellaan (2200 m2 vvo, incl-AH) elkaar aanvullen.

e) Het voorontwerp is confonn het gestelde in de Ade.

inspraaknota aangepast op zodanige wijze dat volledige De door reclamanten gewensteflexibiliteit qua uitbreiding van het

flexibiliteit bestaat in functionele zin binnen de huidige vloeroppervlak van het winkelcentrum verdraagt zich niet met het

contouren van winkelden~ De Bus. Volgens door de gemeente gewenste detailhandelsbeleid Uitgangspunt

reclamanten dienen er eveneens volledige flexibiliteit daarbij is primair het belang van de stad als geheel.

te bestaan ten aan zien van uitbreiding van het Niettemin wordt met de onderhavige bestemmingsregeling door

vloeroppervlak van het winkelcen~, zodat kan zowel deflexibiliteit infunctionele zin, als de uitbreidings-

worden voldaan aan de geldende norm, de mogelijkheden ten opzichte van de vigerende regeling, recht gedaan

veranderingen binnen de markt en de behoefte van de aan de belangen van zowel consumenten als individuele winkeliers.

consument en de bewoners van het verzorgingsgebied.

f) Als onredeli .k geachte beperkingen in artikel 9 van de Adfl

i

planvoorschriften zullen hierna nog aan de orde Zie commentaren hieronder.

komen.

Reclamanten maken bezwaar tegen het uitgangspunt Adg.

dat handhandhaving van het voorzieriingennivo op Reclamanten kijken hier wat eenzijdig naar het belang van de

tenminste het huidige nivo uitgangspunt is voor eigenaars enlofwinkeliers. De benadering van de gemeente is een

Helmond Noord en dat een verdere verhoging niet in essentieel andere, zie ook hierboven.

de lijn der venvachtingen ligt. Reclamanten streven Het door reclamanten geschetste beeld is naar getneentelijk oordeel

continu naar een verhoging van het voorzieningennivo weinig realistisch en gaat bovendien voorbij aan de aanwezige

en vindt dat de gemeente dit ook zou moeten doen. uitbreidings- en uitytisselingsmogelijkheden.

Handhaving leidt tot stilstand en in de toekomst tot

achterstand.

6

h) Reclamanten kmmen zich niet verenigen met het Ad h.

standpunt dat uitbreiding van het aantal of het Dit is een herhaling van de zienswijzen onder e en g.. Verwezen

oppervlak niet aan de orde is. De levensvatbaarheid wordt naar de desbetreffende commentaren.

van het winkelcentnin-@ de courantheid van de

verschillende eenheden alsmede het voortbestaan van

de aanwezige branches dient te worden gewaarborgd.

Als daarvoor uitbreiding qua aantal of oppervlakte

noodzakelijk is, moet dit kunnen. De omvang dient

flexibel te zijn om op veranderingen te kunnen

inspelen.

i) Het besteninüngsplan behoort volgens reclamanten Ad i.

een ontwikkelingsplan te zijn en geen conserverend Met het bestemmingsplan wordt beoogd om te voorzien in een

plan; aangezien het vigerende plan al dateert van 1973 actuele beheersregeling, het is derhalve geen ontwikkelingsplan.

dient dit geen uitgangspunt te zijn.

j) Reclainanten maken bezwaar tegen het vastleggen van Adj.

het bebouwde oppervlak op 7800 m2, dat tevens het De maat van 7800 m2 heeft betrekking op het bebouwde oppervlak

maximaal te bebouwen oppervlak is. Reclamanten van beide winkelcentra tesamen.

gaan er van uit dat het aarnal van 7800 m2 betrekking

heeft op zowel De Bus als winkelcenüm Vondellaan

tezamen.

k) Het komt reclamanten voor dat stelselmatig uitgegaan Adk.

wordt van een onjuiste berekening van de aantallen De definitie van bruto vloeroppervlak -welke ook magazijn en

vierkante meters en de begrippen dienstruimten bevat- is opgenomen in artikel 1, die van

winkelvloeroppervlak, verkoopvloeroppervlak en bruto verkoopvloeroppervlak zal worden toegevoegd.

vloeroppervlak onjuist worden gehanteerd.

1) Het toerekenen van de passage aan het vloeroppervlak Ad 1.

vinden reclainanten onredelijk, omdat de passage nog De passage heeft geen verkeersbestemming en is geen openbare

altijd deels openbare weg is. weg. Het is derhalve geenszins onredelijk om de passage mee te

m) Ten aanzien van het winkeleentrum Vondeflaan wordt tellen in de berekening van zowel de bebouwde oppervlakte als van

ten onrechte uitgegaan van een verkoopvloeroppervlak het totale bruto vloeroppervlak van het winkelcentriem. Hetfeit dat

van 2200 m2 met inbegrip van de buiten het er privaatrechtelijke belemmeringen zijn doet daaraan niets af

plangebied gelegen supermarkt 0 lbert Heijn). Volgens Ad m.

de reclainanten wordt de supennarkt ten onrechte in de Het gehanteerde getal in de toelichting heeft geen enkelejuridische

berekening betrokken. consequentie. Het maakt derhalve niet uit oflAlbert Heijn wel ofniet

wordt meegeteld. Het getal is slechts een indicatie van de omvang

van winkeleentrum Vondellaan ten opzichte van De Bus

Artikel 91bestemming Wijkvoorzieningen:

n) Voor wat betreft de bestenuning "Wijkvoorzieninger@' Ad n: zie commentaar onder a.

wordt verwezen naar het hierover gestelde onder a.

o) De opgenomen voorwaarden in lid 2, Beschrijving in Ad o:

hoofdlijnen, voor uitwisseling van functies zijn De opgenomen voorwaarden in de beschrijving in hoofdlijnen

onredelijk, achterhaald, onacceptabel en onredelijk kunnen voor het door de gemeente hier voorgestane detailhandels-

bezwarend voor de belanghebbende. De beperking van en horecabeleid, niet worden gemist. De vestiging van een derde

maximaal 2 grootschalige delailhandelsbedrijven met grootschalige winkel ten koste van bestaande winkels, wordt door de

een brutovloeroppervlak van meer dan 250 m2 is gemeente ongewenst geachl

onredelijk en onacceptabel en bovendien in strijd met Niet wordt ingezien waarom dit niet in overeenstemming met de

gedane toezeggingen in de inspraaknota en in het inspraaknota zou zijn.

ontwerpplan zelf. In de inspraaknota staat versneld dat In het voorontwerp was de restrictie opgenomen dat het

er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat; als brutovloeroppervlak voor zowel detailhandel en horeca niet mocht

enige beperking zou worden opgenomen dat er niet toenemen, deze restrictie is geschrapt conform de inspraaknota.

meer dan twee supermarkten in het winkelcen~ Dat de restrictie van niet meer dan 2 winkels groter dan 250 m2

aanwezig mogen zijn. De overige voorwaarden, zoals alleen gold voor supermarkten en nu voor alle grootschalige winkels

het vastleggen van de branchering, zouden komen te is een correctie ten opzichte van het voorontwerp.

vervallen. Voornoemde bepaling stemt derhalve niet

overeen met de inspraaknota. Bovendien richtte de

bepaling zich in het voorontwerp uitsluitend op

supernwkten en het huidige artikel 9 lid 2 sub b op alle

grootschalige de"andelsbedrijven. Reclamanten

vinden dit een verdere beperking i.p.v. de toegezegde

7

opheffing van beperkingen.

i» Realisering van een verdieping op het totale Adp:

winkelcen~ is mogelijk ingevolge plankaart en art. 9 Voor sommige winkels kan de aangehaalde beperking betekenen dat

lid 2 sub e. Belanghebbenden zijn hiermee weliswaar inderdaad geen (volledige) verdieping kan worden gerealiseerd,

content echter de beperking in art. 9 lid 2 sub b maakt voor de meeste winkels geldt dit niet.

het olunogelijk een verdieping te kunnen realiseren

zonder overschrijding van de bruto vloeroppervlakte

van 250 m2. Het ontwerpplan is derhalve innerlijk

tegenstrijdig.

g) Watbetreftart.91id2subedientaansluitingteworden Adq::

gezocht bij de begripsomschrijving in art. 1 lid 10, Aan artikel 9 lid 2 onder e zal magazijnruimte en overige

zodat op verdieping het hebben van magazijnnümte en dienstruimten worden toegevoegd.

overige dienstruimten mogelijk wordt i.t.t. slechts

opslagnümte.

r) Ten aanzien van de beperking in artikel 9 lid 2 c (geen Ad r:

dienstverlenende of horecabedrijven toegestaan van Zie commentaar onder o.

meer dan 250 ni2 bruto vloeroppervlak) geldt voor

reclamanten hetzelfde als hierboven gesteld.

s) Belanghebbenden maken bezwaar tegen de Ad s:

parkeemorm in art. 9lid 2 sub d, omdat hierdoor de zie commentaar onder e., het is geenszins de bedoeling om

potentiële uitbreidingsmogelijkheden van het potentiële uitbreidingsruimte te beperken, maar om het benodigde

winkelcentrum worden beperkt. Bovendien sluit de aantal parkeerplaatsen te kunnen afflwingen. Uitsluitend voor de

nonn niet aan bij de bestemming Wijkvoorzieningen functie maatschappelijke doeleinden geldt overigens een lagere

waartoe tevens consumentgebonden dienstverlening, parkeernorm van 2,5 parkeerplaats per 100 m2 bvo; artikel 9 lid 2

horeca 1 en maatschappelijke doeleinden behoren, onder d zal dienovereenkomstig worden aangepast.

waarvoor een lagere parkeemorin dient te gelden.

Positieve bestemming Voorzieningen

t) Belanghebbenden kunnen zich verenigen met de Ad t: hiervan wordt kennisgenomen.

verwijzing naar bijlage 3 Oijst van gevestigde

branches), er van uitgaande dat deze conform het

gestelde in de inspraaknota slechts informatief is.

u) Uitbreiding van zowel het bruto vloeroppervlak, het Ad u:

netto vloeroppervlak voor zowel de bestaande als voor Zie de commentaren onder c en onder 1, alsmede onder 6 ad b.,

nieuwe detailhandels- en horecavoorzieningen ook

buiten de contouren van het huidige winkelden~

dient mogelijk te zijn, aangezien binnen de contouren

nagenoeg geen uitbreiding mogelijk is gezien de

bepalingen in de koopovereenkomst m.b.t. de

aanwezige passage.

Jongerenaccominodatie 1Maatschappelyke Doeleinden

v) Reclamanten handhaven hun bezwaar tegen sommige Adv:

denkbare voorzieningen welke vallen onder de ftmetie Zie commentaar onder a

maatschappelijke voorzieningen, zoals de mogelijkheid

van een jongerenaccommodatie in dan wel in de directe

omgeving van het winkelcentnim. Hoewel besloten is

het jongerencentrum elders te situeren, handhaven de

belanghebbenden hun bezwaren op dit punt teneinde

het begrip maatschappelijke voorzieningen nader te

laten definiëren.

Bebouwing.

iv) Reclarnanten handhaven hun bezwaar tegen het Ad w:

bebouwingspercentage van 50%. Het inspelen op Wederom wordt verwezen naar de commentaren onder c en 6 ad b,

toekomstige omstandigheden is zo bij voorbaat waarin uitdrukkelijk wordt ingegaan op toekomstige situaties.

onmogelijk, bovendien kan zo mogelijk niet worden

voldaan aan de nonn van V2m2 winkelvlooeroppervlak

per inwoner. Het gestelde in de inspraaknota dat de

extra vierkante meters van het nieuwe en grotere

bebouwingsvlak door eerdere uitbreidingen reeds zijn

8

ingevuld, wordt door reclamanten betwist.

x) Realisatie van de tweede bouwlaag dient te worden Adx.-

mogelijk gemaakt door aanpassing van artikel 9 van de Zie commentaar adp.

voorschriften, zoals hierboven aangegeven.

Conclusie.

Het ontwerpplan is volgens de reclamanten strijdig met Ady:

het gelijkheidsbeginsel en onvoldoende gemotiveerd en Met de conclusie van reclamanten kan in het geheel niet worden

onderbouwd. Bovendien is het innelijk tegenstrijdig en ingestemd. De geconstateerde strijdigheden met de beginselen van

tot stand gekomen zonder deugdelijke voorbereiding en behoorlijk bestuur kunnen op geen enkele manier worden

belangenafiveging. Het ontwerpplan is naar de mening waargemaakt. De conclusie voegt niets toe aan de zienswijzen.

van reclamanten ook in strijd met de rechten van De rechten van belanghebbenden worden volledig gerespecteerd,

belanghebbenden, zoals deze door de jaren zijn alleen al ter voorkoming van planschadeclaims.

opgebouwd en voortvloeien uit het vigerende plan.

Ik 1

ar

INSPRAAKNOTA

" Heimond Noord"

Inspraak.

Het plan heeft in het kader van de inspraak vanaf 30 november 2000 4 weken ter inzage gelegen bij het

gemeentelijk informatiecentrum. Op 4 december 2000 heeft er een inspraak avond plaats gevonden in

het Dr. Knippenbergcollege. Het verslag van deze avond is als bijlage aan dit plan toegevoegd.

De terinzagelegging heeft geleid tot een schriftelijke reactie van de heer T. Peters namens de besturen

van de Coöperatieve vereniging van eigenaren in het winkelcentrum "De Bus" U.A. te Heimond en de

Ondernemersvereniging "De Bus" te Heimond, alsmede alle leden van de voornoemde vereniging van

eigenaren afzonderlijk. Deze inspraakreactie wordt hieronder samengevat weergegeven en van

commentaar voorzien.

Tevens heeft er ten behoeve van de herontwikkeling van het klooster aan de Ruusbroeciaan een aparte

inspraakprocedure plaatsgevonden. Het is de bedoeling dat de planontwikkeling voor deze locatie in dit

bestemmingsplan haar juridische vertaling krijgt. Daarom wordt de gevoerde inspraak voor deze

herontwikkeling aan deze inspraakparagraaf gekoppeld

Het stedebouwkundig plan heeft vanaf 15 maart 2001 4 weken terinzage gelegen bij het gemeentelijk

informatiecentrum. Op 14 maart 2001 heeft er in het Dr. Knippenbergcollege een inspraakavond

plaatsgevonden. Het verslag van deze avond is als bijlage aan dit plan toegevoegd. Naar aanleiding van

de terinzagelegging zijn er 1 1 reacties binnen gekomen. Deze worden hieronder weergegeven en van

commentaar voorzien.

1.1. Reacties n.av. inspraak Heimond Noord:

1. Coöperatieve vereniging van eigenaren winkelcentrum "De Bus" U.A. en

Ondernemersvereniging "De Bus", pla de heer. T. Peters. van Ginneken, Schute & Haans

Advocaten. postbus 101, 4600 AC, Bergen op Zoom.

reactie:

1. Bestemming:

Inspreken maakt bezwaar tegen de bestemming van de voorzieningen in het winkelcentrum "De Bus" tot

"wijkvoorzieningen". Inspreken is van mening dat deze bestemming geen recht doet aan de functie van

wijkgericht winkelcentrum, waarbij alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentrum de functie van

detailhandel, horeca 1 en dienstverlening zouden moeten kunnen uitoefenen. Het vastleggen van de

functie per eenheid op brancheniveau betekent een te grote belemmering voor het functioneren van het

winkelcentrum als geheel naar de toekomst toe.

2. Voorzieningenstructuur.

Inspreker maakt bezwaar tegen het vastleggen van het verkoopvloeroppervlak van winkelcentrum "de

Bus" op 3500 m2. Zij is van mening dat dit aantal niet goed onderbouwd is. Tevens is zij van mening dat

door het vastleggen van het vvo de flexibiliteit binnen het winkelcentrum in gevaar komt.

3. Voorwaarden voor handhaving van het niveau:

Inspreken maakt bezwaar tegen het feit dat het bestemmingsplan uitgaat van handhaving van het

huidige voorzieningen niveau en niet streeft naar verhoging van de kwaliteit, iets dat wel het streven is

van de ondernemers. Tevens kan inspreken zich niet verenigen met het feit dat het bestemmingsplan

uitgaat van vastleggen van het aantal winkelvoorzieningen waarbij uitbreiding uitgesloten is. Om de

continuïteit van het winkelcentrum niet in gevaar te brengen is zij van mening dat flexibiliteit geboden is

zodat op een goede manier kan worden ingespeeld op toekomstige veranderingen binnen de markt.

Ondanks dat het bestemmingsplan enige flexibiliteit biedt ten aanzien van de uitwisseling van functies

binnen het bestaande winkelcentrum, is inspreken van mening dat de voorwaarden die aan deze

uitwisseling gesteld worden onredelijk en bovendien achterhaald zijn. Dit geldt niet alleen ten aanzien

van de flexibiliteit in functionele zin, maar ook ten aanzien van de grootte van de verschillende

vestigingen.

4. Positieve bestemming voorzieningen:

Inspreken maakt bezwaar tegen de in bijlage 3 opgenomen lijst van voorzieningen. Het vastleggen van

de bestaande situatie aan de hand van deze lijst doet volgens inspreken geen recht aan de flexibiliteit die

zij wenst ten aan zien van de toekomstige mogelijkheden van het winkelcentrum.

Het ontwerpbestemmingsplan dient beter afgestemd te worden op de planologische behoeften die er zijn

vanuit de wijk. Een en ander dient dan ook in overeenstemming gebracht te worden met de wijze waarop

dit geregeld is in het vigerende bestemmingsplan "De Bus 11".

5. Jongerenaccomodatie:

Inspreken maakt bezwaar tegen de mogelijkheid die het ontwerpbestemmingsplan biedt tot het realiseren

van een jongerenaccommodatie in of in de nabijheid van het winkelcentrum. Zij is van mening dat deze

functie niet verenigbaar is met de functie van het winkelcentrum.

6. Bebouwing:

Inspreken maakt bezwaar tegen de beperkte bebouwingsmogelijkheden die het

ontwerpbestemmingsplan biedt. Hierbij gaat het met name om het vastleggen van het

bebouwingspercentage van 50% binnen de bestemming "wijkvoorzieningen". Tevens wordt de hoogte

beperkt tot enkel een bouwlaag. Hierover merkt inspreken op dat een gedeelte van het winkelcentrum al

uit twee bouwlagen bestaat.

Commentaar:

1 . Bestemming:

De gemeente onderschrijft de mening van de vereniging van eigenaren, de ondernemingsvereniging

alsmede haar afzonderlijke leden, hierna te noemen de inspreken, dat de functie van winkelcentrum de

Bus een wijkgerichte functie is. Zij neemt niet alleen een belangrijke plaats in binnen de structuur van

de wijk Heimond-Noord, maar ook binnen de gehele detailhandelsstructuur van de gemeente

Heimond. In het vigerende plan "de Bus 11" is het winkelcentrum bestemd tot "winkelcentrum". Binnen

deze bestemming is een aantal functies toegelaten zoals, detailhandel, horeca 1 en dienstverlening. In

het ontwerpbestemmingsplan "Heimond-Noord" is er voor gekozen om het winkelcentrum te

bestemmen tot "wijkvoorzieningen", omdat deze term in de huidige tijd de lading beter dekt dan de

term "winkelcentrum". Binnen de nieuwe bestemming zijn buiten de al in het vigerende plan toegelaten

functies ook maatschappelijke voorzieningen toegestaan. Hierdoor zijn er in de toekomst nog meer

mogelijkheden voor een betere functionele ontwikkeling van de Bus als voorzieningencentrum van de

wijk Heimond-Noord.

2. Voorzieningenstructuur:

In het ontwerpbestemmingsplan is uitwerking gegeven aan het huidige detailhandelsbeleid van de

gemeente Heimond. Dit beleid gaat uit van consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel

in de wijk- en buurtcentra, waar mogelijk opheffing van de verspreide detailhandel en versterking van

de detailhandel in het stadscentrum. Echter, na vergelijking van het ontwerpbestemmingsplan met het

nu vigerende plan moet geconstateerd worden dat de regeling zoals opgenomen in het

ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de bestaande mogelijkheden van het vigerende plan.

Het ontwerpbestemmingsplan zal dan ook aangepast worden, op zodanige wijze dat er volledige

flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum de Bus. Als

enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het

winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De overige beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van

de branchering) komen te vervallen.

3. Voorwaarden voor handhaving van het niveau:

In eerste instantie is het doel van het ontwerpbestemmingsplan "Heimond Noord" het maken van een

nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande toestand wordt vastgelegd en

waarbij de juridische lappendeken die is ontstaan in de loop der tijd als gevolg van de vele

planherzieningen wordt opgeschoond. Het betreft hier dan ook duidelijk een conserverend plan en

geen ontwikkelingsplan. Van groot belang bij het opschonen en vereenvoudigen van de juridische

regelingen is wel dat bestaande rechten uit vigerende plannen gerespecteerd worden. Hierbij dient

opgemerkt te worden dat er in het vigerende bestemmingsplan "de Bus 11" mogelijkheden zijn tot het

bouwen van ± 5500 M2 vloeroppervlak. Op dit moment beslaat het totaal bebouwde oppervlak echter

M2.

7800 Binnen de bestemming "Wijkvoorzieningen" is dit het maximaal te bebouwen oppervlak.

Om naast de hiervoor al genoemde functionele flexibiliteit, ook enige flexibiliteit in de ruimte te creëren

zal de maximale bouwhoogte worden aangepast van 1 bouwlaag naar twee. Dit is tevens beter in

overeenstemming met de regeling in het vigerende plan waarbij een maximale goot- en boeihoogte

geldt van 7 meter en een maximale bouwhoogte van 1 0 meter is toegestaan.

4. positieve bestemming voorzieningen:

De lijst "overzicht voorzieningen in de Bus" heeft enkel tot doel om een indicatie te geven van welke

voorzieningen er zich in de Bus bevinden. Aangezien het hier om een momentopname gaat, is het

geenszins de bedoeling dat deze lijst bepalend is voor welke branches zich waar mogen vestigen. De

lijst heeft dan ook geen enkele juridische status, maar heeft enkel een informatief karakter. De lijst zal

conform de duur u gemaakte opmerkingen worden aangepast.

Op dit moment heeft de wijk Heimond Noord ongeveer 12.000 inwoners. Uitgaande van de in het

vigerend plan gehanteerde norm van 112 M2 winkelvloeroppervlakte per inwoner, wordt daar met de

huidige 7800 M2 ruimschoots aan voldaan.

5. jongerenaccommodatie:

Zoals wellicht al vernomen is via andere media is er een locatie aangewezen voor een nieuwe

jongerenaccommodatie, en wel naast buurthuis de Terp aan de Breitnerlaan.

6. bebouwing

Met het vaststellen van het bebouwingspercentage op 50% wordt de huidige bebouwing conserverende

bestemd. Dat is ook de bedoeling van het ontwerpbestemmingsplan. Aangezien het nieuwe

bestemmingsvlak groter is, kunnen er ten opzichte van het nu vigerende plan meer vierkante meters

bebouwd worden. Deze zijn echter al als het gevolg van eerdere uitbreidingen ingevuld. Op dit

moment is het bebouwd oppervlak en het oppervlak in gebruik voor overige functies die binnen de

bestemming gerealiseerd dienen te worden (wegen en parkeerplaatsen) met elkaar in evenwicht in

stedebouwkundig opzicht. Derhalve is het bebouwingspercentage van 50% planologisch te

verantwoorden.

Met betrekking tot het aantal bouwlagen kan gezegd worden dat dit zal worden aangepast. De

verdieping op de EDAH is binnen de regeling van het vigerende plan mogelijk, zo ook een verdieping

op het totale winkelcentrum. Dit zal in het nieuwe plan ook het geval zijn.

1.2. Reacties n.a.v. inspraak Ruusbroeciaan:

1. B.C. Tollens. Ruusbroeciaan 123. 5702 AW, Heimond

reactie:

Verzocht wordt om te kijken naar de mogelijkheden om de in-uitrit van het nieuw te realiseren

appartementencomplex te verplaatsen naar bijvoorbeeld de Th. Van Kempenstraat. Dit gelet op het

feit dat dhr.lmw. Tollens van mening is dat het leefgenot sterk achteruit zal gaan door het hinderlijk

licht van het uitrijdende verkeer dat recht in de huiskamer zal schijnen.

Commentaar:

In de uitgewerkte massastudie zal de toegang tot de parkeerkelder en het terrein verplaatst naar de

zijde van de Th. Van Kempenstraat, en wel op een zodanige wijze dat het uitrijdende verkeer niet op

de voorgevels aldaar zal schijnen.

2. I.S. Strickx-van Dijk. Th.v. Kempenstraat 11, 5702 AV, Heimond

reactie:

a. De bouw van appartementen zal het uitzicht vanuit mijn woning belemmeren.

b. Door de toename van de verkeerscirculatie zal de verkeerssituatie gevaarlijker worden voor de

kinderen en zal een parkeerprobleem ontstaan.

c. Verder zal door de bouw de waarde van de woning aanzienlijk verminderen.

Commentaar:

a. De nieuw toe te voegen bebouwing zal op ruime afstand achter de bestaande groenstrook

gesitueerd worden. De bestaande bomensingel blijft dan ook nagenoeg in zijn geheel gehandhaafd.

Derhalve zal het uitzicht vanuit de Th. van Kempenstraat niet veranderen.

b. In de gemeentelijke nota van randvoorwaarden en uitgangspunten zijn normen voor het realiseren

van parkeerplaatsen opgenomen:

- Minimaal 1,5 parkeerplaats per woning (appartement);

- Min. 1 parkeerplaats voor iedere te realiseren woning ondergronds;

- Max. 0,5 parkeerplaats per woning bovengronds, te situeren op het eigen terrein aan de

Ruusbroeciaan

Het streven is echter om zoveel mogelijk parkeren ondergronds te realiseren. Er van uitgaande dat

een gedeelte van de bewoners meer dan 1 auto zal hebben, is dit geen irreëel streven. De

parkeerplaatsen aan de voorkant van het gebouw zijn dan in principe uitsluitend bedoeld voor

bezoekers.

De parkeernormering is verder o.a. vastgelegd in het RVVP (Regionaal verkeers- en vervoersplan) en

andere (landelijke) richtlijnen.

Met betrekking tot de verkeerscirculatie kan gezegd worden dat het hier gaat om een woonfunctie en

niet om een openbare functie waar de hele dag verkeer aan en af rijdt.

Op dit moment voert de gemeente een onderzoek uit naar de parkeerproblematiek ter plaatse.

Hiervoor is zij in overleg met het ROC om te bekijken op welke wijze de bestaande parkeerplaatsen

achter de school beter benut kunnen worden. Indien hierover meer duidelijkheid bestaat, zal er in

overleg met de buurt bekeken worden of er nog aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. hierbij kan

gedacht worden aan bijvoorbeeld een eenzijdig parkeerverbod.

c. Na het doorlopen van de bestemmingsplanprocedure en de artikel 19 procedure kan eventueel een

beroep worden gedaan op planschadevergoeding op grond van artikel 49 WRO.

3. C. Warmerdam. Ruusbroeciaan 11 3, 5702 AW, Heimond

reactie:

a. Een woontoren van 13 lagen hoort niet in de woonwijk thuis. Afgevraagd wordt of er wel behoefte is

aan een dergelijk markant punt in de wijk. Een woontoren van 3 a 4 lagen kan meer rekenen op

draagvlak onder de bewoners.

b. Bijkomend probleem betreft de parkeeroverlast. De toekomstige bewoners zullen meer auto's in

hun bezit hebben dan dat er parkeerplaatsen zijn met als gevolg dat zij hun auto elders moeten

parkeren. Ook krijgen de nieuwe bewoners bezoekers die met hun auto komen, wat het probleem

alleen maar vergroot. Er ontstaat dan een situatie die nu reeds elke avond voorkomt als mensen voor

hun studie de school in de Ruusbroeciaan bezoeken.

c. De ingang van de ondergrondse parkeerruimte is gepland aan de Ruusbroeciaan. Gelet op de

reeds bestaande verkeersintensiteiten op de Ruusbroeciaan en de snelheden waarmee gereden

wordt, moet gezocht worden naar een alternatieve ingang waarbij de overlast van autoverkeer zo

minimaal mogelijk is.

Commentaar:

a. Ten behoeve van de herontwikkeling van deze locatie is op zeer zorgvuldige wijze een

stedebouwkundige studie uitgevoerd die heeft geleid tot de randvoorwaarden en uitgangspunten die

de basis zijn van het te ontwikkelen bouwplan.

De locatie'klooster Ruusbroeciaan' ligt in Heimond Noord en is gesitueerd in de wijk Haverveid die

voor het grootste deel in de jaren zestig tot stand is gekomen. Heimond Noord kent een structuur met

vooral laagbouw woonmilieus langs de randen. Min of meer centraal in de wijk ligt een groen- en

waterrijke zone waar ook de bijzondere bebouwing is geconcentreerd. Winkels, scholen, kantoren,

bejaardentehuis, flatgebouwen en ook het kloosterterrein liggen in of aan deze zone. Veelal betreft het

hier hoogbouw van 7 tot 9 lagen. Het parkachtige kloosterterrein ligt precies op de plek waar de

groen- en waterstructuur'de hoek om gaat'. Binnen de stedenbouwkundige structuur van de wijk

neemt de kloosterlocatie een belangrijke positie in. Zij is als het ware de zuidelijk afsluiting deze zone

en verbindt als een soort van scharnierpunt de wijk met de rest van de binnenstad. Binnen deze

context biedt deze locatie kansen om Heimond Noord meer profiel te geven. Meer profiel als

woonmilieu door een nieuw woningaanbod te scheppen dat aanvullend is ten opzichte van het

bestaande. Maar ook door in stedenbouwkundige zin meer profiel te geven aan dit stadsdeel in de

vorm van een nieuw beeld dat zal bijdragen aan de herkenbaarheid van de wijk.

Een belangrijk punt hierbij is dat in ieder geval het groene tuinachtige karakter van de locatie

gehandhaafd dient te blijven. Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank

element toe te voegen het bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven.

Wanneer er laagbouw plaatsvindt, zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van

de gemeente geen wenselijke optie is. Tevens sluit dit uitgangspunt goed aan op het landelijke

beleidsthema van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik dat door de gemeente opgepakt dient te worden

bij concrete bouwplannen.

b. Zie 2.b

c. Zie l.a

4. W. Gerritse-Smaelens, Jan Steenlaan 19, 5702 HX, Heimond

reactie:

Het grote bezwaar betreft de bouw van de toren. Veel te hoog, deze past absoluut niet in de wijk. Er

moet heel goed nagedacht worden en rekening gehouden worden met de mening van de

buurtbewoners.

Commentaar:

Zie 3.a

5. P.L.J. van Duppen, Ruusbroeciaan 129.5702 AW, Heimond

reactie:

De heer van Duppen is tegen de bouw van een hoge toren. Als argumenten worden aangedragen:

a. het gebouw past absoluut niet in de buurt (horizonvervuiling/verstoring van het beeld in de wijk);

b. het gebouw zal voor waardevermindering voor de woning zorgen;

d. het gebouw zal voor parkeeroverlast zorgen;

d. het gebouw mag niet gebouwd worden volgens het huidige bestemmingsplan.

e. het gebouw zal in bepaalde jaargetijden het zonlicht aan de woning onttrekken (schaduwwerking);

Gevraagd wordt om bovenstaande argumenten nog eens goed op het plan los te laten zodat tot een

acceptabel plan gekomen kan worden waar omwonenden zich ook in kunnen vinden (bv het bouwen

van eengezinswoningen enlof het bouwen van een middelhoog appartementencomplex van max. 5 á

6 bouwlagen (hoogte ca 18 m).

Commentaar:

a. Zie 3.a

b. Zie 2.c

c. Zie 2.b

d. Indien uiteindelijk de commissie stedelijke ontwikkeling en de gemeenteraad instemmen met dit

project, leidt deze planontwikkeling tot een bestemmingsplanwijziging waarin het plan wordt

opgenomen.

e. In opdracht van de eigenaar van het perceel is een bezonningstudie uitgevoerd om de effecten van

de bebouwing op de omgeving in beeld te krijgen. Hieruit is gebleken dat bij een hoogte van 13

verdiepingen de effecten op de omgeving ten opzichte van de al bestaande bebouwing nihil zijn.

Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank element toe te voegen het

bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven. Wanneer er laagbouw plaatsvindt,

zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van de gemeente geen wenselijke optie

is.

6. T. Fransen, Tesselschadelaan 8, 5702 DE, Heimond

reactie:

Gemeld wordt dat een argument van de gemeente is dat er een markant punt in dit gedeelte van de

stad moet komen. Naar de mening van de heerlmevrouw Fransen is het echter eerder een financiële

kwestie, namelijk 200 meter verderop staat een kerk als markant punt. Verder past het geheel niet

binnen de wijk omdat er over het algemeen laagbouw staat. Indien er een markant punt in deze

omgeving zou moeten komen dan is een plek bij het kanaal of in Dierdonk een betere optie.

Tevens wordt de vraag gesteld waarom wel in de omgeving van de Ruusbroeciaan een markant punt

en niet in de wijken zoals Stiphout, Brandevoort en Dierdonk waar ook volop nieuwbouw is/wordt

gesitueerd.

Geconcludeerd wordt tot slot dat iedereen denkt als deze woontoren maar niet bij mij achter in de tuin

komt te staan. Het overgrote deel van de omgeving is daarom ook faliekant tegen de komst van de

woontoren.

Commentaar:

Zie 3.a

De stad bestaat uit een samenhangend dynamisch geheel van wijken en buurten met een verschillend

karakter. Dit karakter wordt bepaald door een samenspel van veel factoren zoals functies,

verkavelingstypen, bevolkingsopbouw, architectuur, etc. Deze karakters zijn niet per definitie statisch

maar kunnen in de tijd veranderen als gevolg van veranderingen in de samenleving. Vanuit

stedebouwkundig oogpunt is het dan ook van belang om continu te blijven zoeken naar de beste

manier om zowel de stadsuitbreiding als de bestaande stad optimaal te laten functioneren in de

huidige tijd.

7. Mw. B.J.C.M. van Lierop-van Neerven, Ruusbroeclaan 125, 5702 AW, Heimond

reactie:

a. Verzocht wordt om de in- en uitrit van de nieuw te realiseren appartementencomplex te verplaatsen

naar de Th. van Kempenstraat. Als een van de redenen wordt hiervoor gegeven dat het leefgenot

sterk achteruit zal gaan door het hinderlijk licht van het uitrijdende verkeer dat in de huiskamer zal

schijnen.

b. Tevens zal de waarde van het pand hierdoor dalen.

c. Een tweede reden voor verplaatsing is het feit dat de Ruusbroeciaan regelmatig vol staat met

geparkeerde auto's van bezoekers van de aanwezige school en uitritten tegenover elkaar in een

smalle straat ook niet direct zijn aan te bevelen.

Commentaar:

a. Zie 1.

b. Zie 2.c

c. Zie 2. b

8. F.T.P. Driessen en D.M.W. Luijten, Th. van Kempenstraat 1, 5702 AV, Heimond

reactie:

De appartementen die evenwijdig aan de Th. van Kempenstraat gebouwd worden volgen niet de

bebouwingslijn van de laagbouw die momenteel gevormd worden door de refter en de keuken. De

architect wil deze bebouwing dichter bij de scheidslijn tuin broederklooster-gemeentegrond leggen en

iets schuin de tuin inbouwen. Hierdoor kunnen naar de mening van de insprekers de bomen niet

gespaard worden. Dit is in strijd met een van de voorwaarden gesteld bij de verkoop. Een oplossing

zou kunnen zijn om het plan te bouwen zoals de stedenbouwkundige het getekend heeft.

Commentaar:

Naar aanleiding van deze inspraakreactie en een opmerking die is gemaakt tijdens de inspraakavond

door de heer van Lieshout is het een en ander nog eens nader bekeken. Op basis van een zeer

uitgebreide en zorgvuldig uitgevoerde bomeninventarisatie is er een bebouwingslijn vastgesteld

waarbinnen alle nieuw toe te voegen bebouwing gesitueerd dient te worden. Aan de zijde van de Th.

van Kempenstraat heeft dit tot gevolg dat de bebouwing verder naar achter komt te liggen, ongeveer

in de lijn van de bestaande bebouwing. De afstand tussen de twee gevels aan de Th. van

Kempenstraat zal daardoor ongeveer 40 meter gaan bedragen. De afstand van de woontoren tot de

woningen aan de Jan van Goyenlaan bedraagt ongeveer 60 meter en tot aan de woningen aan de

Ruusbroeciaan en de Th. van Kempenlaan ongeveer 85 meter.

9. M. Willems en M. van Bakel, Ruusbroeciaan 46, 5702 AX, Heimond

reactie:

a. lnsprekers maken bezwaar tegen de bouw van een torenflat omdat men een torenflat van 13 a 14

verdiepingen geheel niet vindt passen in de wijk.

b. Ook verwacht men problemen met het parkeren en de verkeersveiligheid.

c. Tot slot vraagt men zich af waarom er hier gebruik gemaakt gaat worden van artikel 1 9 lid 2. Er is

toch geen sp.,ake van urgentie aangezien er in Heimond genoeg woningen in aanbouw zijn?

Commentaar:

a. Zie 3.a.

b. Zie 2.b

c. De urgentienoodzaak is in de nieuwe artikel 1 9 procedure komen te vervallen en is derhalve geen

argument meer voor al dan niet toepassen van artikel 1 9.

10. Projectgroel2 Dagelijks Beheer Heimond-Noord, Secretariaat J. Nacken, Pla Hobbemalaan

39, 5702 VV, Heimond

reactie:

a. De projectgroep is van mening dat de bouw van een "torenflat" onacceptabel is. Men herleidt aan

de hand van de afmetingen van het hoofdgebouw dat het grondoppervlak van de "torenflat" ongeveer

600 m2 bedraagt, hetgeen een zeer ernstige aantasting van het bestaande groen met zich meebrengt.

b. Tevens merkt men op dat het vigerende bestemmingsplan nog van kracht is en dat in het nieuwe

bestemmingsplan als een van de hoofdpunten is opgenomen dat het bestaande groen niet mag

worden aangetast.

c. Tot slot merkt men op dat de gedane toezegging inzake het opnemen van een bezwaarmogelijkheid

tegen de vrijstellingsbevoegdheden gestand zal moeten worden gedaan.

d. De Projectgroep ziet alleen maar economische belangen en is van mening dat de "torenflat" geen

enkele positieve bijdrage levert aan Heimond-Noord.

Commentaar:

a. Een exacte oppervlaktemaat van de bebouwing is op dit moment nog niet te geven, omdat het

uiteindelijke bouwplan nog niet bekend is. Echter een oppervlakte van 600 M2 voor de toren lijkt wat

aan de grote kant. Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank element toe te

voegen het bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven. Wanneer er laagbouw

plaatsvindt, zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van de gemeente geen

wenselijke optie is.

b. De wijk Heimond Noord is opgebouwd rondom een zeer duidelijk vormgegeven groenstructuur. Het

behot

,td van deze groenstructuur is van groot belang voor,@het karakter van de wijk. Daarom zal"zij in

het nieuwe bestemmingsplan ook expliciet vastgelegd worden in een bestemming

'Groenvoorzieningen' waarin niet gebouwd mag worden. Voor het groen op particuliere terreinen, en

met name op de grote percelen zoals het onderhavige, is in het nu vigerende bestemmingsplan niets

geregeld. In het nieuwe bestemmingsplan zal geregeld worden dat het groene karakter van deze

gebieden gehandhaafd dient te blijven.

c. Op het moment dat het nieuwe bestemmingsplan'Heimond Noord'in werking is kan een aantal

bestemmingen binnen het plan gewijzigd worden in een andere, ten behoeve van een betere

stedebouwkundige invulling. Dit kan alleen middels een zogenaamde wijzigingsbevoegdheid van

Burgemeester en Wethouders. Binnen de hiervoor te volgen procedure is de mogelijkheid aanwezig

om zienswijzen en bedenkingen in te dienen. Tevens dient het besluit na vaststelling voor

goedkeuring aan GS te worden aangeboden.

d. Zie 3.a

1 1. Gierzwatuwwerkgroep Nederland afd. Heimond, Coordinator J.V.d. Rijt. Hendrik

Mesdagstraat 11, 5702 VK, Heimond

reactie:

De Stichting Gierzwaluvvwerkgroep vraagt extra aandacht voor de gierzwaluw bij de toekomstige

nieuwbouw en herinrichting van het Broederklooster. Gewezen wordt op enkele stellingen uit de nota

"Natuur voor mensen, Mensen voor NatuuC'van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en

visserij, juli 2000. In deze nota wordt de aanpak voor natuurbeleid voor de komende 1 0 jaar geschetst.

Commentaar:

De gemeente is met u van mening dat de natuur in de stad steeds meer in de belangstelling staat,

maar ook steeds meer onder druk komt te staan door allerlei ontwikkelingen zoals sloop en

nieuwbouw. De gemeente beseft het belang van vogel en milieuvriendelijk bouwen dan ook ter degen

Omdat de gemeente zelf zeer weinig bouwt heeft zij met name een rol in het stimuleren van het

milieu- en vogelvriendelijk bouwen. . Dit gebeurt bijvoorbeeld door het toepassing geven aan het

convenant Duurzaam Bouwen bij het behandelen van bouwaanvragen. Door de ontwikkelaar Vannel

Vastgoed is toegezegd dat bij het herontwikkelingsplan voor het Broederklooster eveneens rekening

zal worden gehouden met de gierzwaluw en andere soorten vogels.

Gemeente Helmond

inhoud

TOELICHTING

1. planherziening

1. aanleiding 3

2. ligging en begrenzing 4

3. geldende bestemmingsplannen 5

2. stedebouwkundige structuur

1 . historische ontwikkeling 6

2. de structuur 7

3. karakteristieke opbouw 9

3. wonen

1 de woonbebouwing nader getypeerd 1 1

2. woningvoorraad 12

3. ontwikkelingen binnen de woonwijk 1 3

4. voorwaarden voor kwalitatief

hoogwaardig woomnilieu aanwezig 1 5

5. vervangende nieuwbouw 1 5

6. verbetering/uitbreiding woningbouw 1 6

7. aanvullende nieuwbouw 17

8. woongebied 22

4. voorzieningen

1 . de voorzieningenstructuur 24

2. het voorzieningenniveau 25

3. voorwaarden voor handhaving van het niveau 26

4. ruimte voor voorzieningen 28

5. detailhandel en horeca 28

6. maatschappelijke voorzieningen 29

5. werken

1 . bedrijvigheid ontbreekt 30

2. vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en

ambachtelijke bedrijven 30

3. werken binnen een woonwijk 3 1

4. nieuwe vonnen van bedrijvigheid 3 1

6. groen

1 . groenstructuur 33

2. groene randen 34

3. solitairen in het groen 35

4. ecologische verbindingszone 35

7. verkeer

1. ontsluitingsstructuur 36

2. hiërarchische verkeersstructuur 37

3. ongewijzigde ontsluitingsstiuctuur 38

4. parkeennogelijkheden vastgelegd 39

8. waterhuishouding (natte paragraaf)

1 waterplan 40

2. waterhuishoudkundige voorzieningen 41

3. ontwikkelingen op waterhuishoudkundig gebied 42

4. verbetering waterhuishouding 43

9. milieu

1 algemeen 44

2. ruimtegebruik/verkeer en vervoer 45

3. geluid 45

4. lucht 46

5. bodem 46

6. bedrijven 47

7. duurzaamheid/energie 48

8. milieubescherining/leefbaarheid 49

9. bebouwingsvrij e zone Zuid Willemsvaart 49

10. procedure

1 . inspraak 50

2. resultaten wettelijk overleg ex artikel 1 0 BRO 50

BIJLAGEN

VOORSCHRIFTEN

PLANKAARTEN

-2-

1. Planherziening

plangebied

1. Aanleiding.

In het kader van de actualisering van oude bestem-

mingsplannen wordt de wijk Helmond Noord ter

hand genomen. Deze herziening wordt voorname-

lijk gemaakt ten behoeve van een goed ruimtelijk

beheer van dit stadsdeel. In het gebied geldt mo-

menteel een groot aantal bestemmingsplannen,

waarvan een deel dateert uit de zestiger en zeventi-

ger jaren. Ongewenste ontwikkelingen qua bebou-

wing en gebruik van gronden kunnen daardoor

moeilijk voorkomen worden. Bovendien wijkt de

feitelijke situatie op een aantal punten af van deze

oude bestemmingsplannen.

-3-

In het kader van het Grote Stedenbeleid is de buurt

Hehnond Noord-Oost betiteld tot aandachts ebied

9

of beheersprioriteitsgebied. Op 30 mei jl. heeft de

gemeenteraad besloten dat de buurt Helmond

Noord-Oost dit stempel definitief kwijt moet ra-

ken. Het is de opvatting van de raad om, in lijn met

de kemstadsvisie, in 2010 geen aandachtsgebieden

binnen de gemeentegrenzen te kennen. Het instru-

ment om dit toekomstbeeld werkelijkheid te maken

is integrale planvoitning. Op dit moment wordt er

gewerkt aan het opstarten van dit integrale plan-

proces om uiteinden k te komen tot een plan van

aanpak voor het oplossen van knelpunten op korte

terinijn en een visie voor de totale buurt voor de

lange terinijn.

In de gewijzigde Wet op de Ruimtelijke Ordening

heeft de zelfstandige projectprocedure (zpp) zijn

intrede gedaan. Op basis van een geldend bestem-

mingsplan dat niet ouder is dan 10 jaar kan, mits

van een goede ruimtelijke onderbouwing voorzien,

de zpp toegepast worden om nieuwe, thans nog

niet te voorziene ontwikkelingen mogelijk te ma-

ken. Voor de onderbouwing/beoordeling van zpp's

moet dit nieuwe bestemmingsplan mede de basis

vormen.

2. Ligging en begrenzing.

Het plangebied maakt deel uit van het stedelijk

gebied van Helmond en is globaal ten noorden van

de binnenstad gelegen. Meer precies gaat het om

het gebied ten noorden van Oostende, Uiverlaan,

Wethouder Ebbenlaan en Rembrandtlaan ' tussen

de oude loop en de omleiding van de Zuid Wil-

lemsvaart.

De noordelijke plangrens wordt gevonnd door de

Nieuwe Aa, de oostelijke plangrens door de omlei-

ding van de Zuid Willemsvaart. De zuidelijke

plangrens wordt gevonnd door de hiervoor reeds

genoemde wegen. De westelijke plangrens valt

samen met de grens van het bestemmingsplan Bui-

-4-

tengebied '97, dat ter plaatse de onbebouwde gron-

den tussen de oude loop van de Zuid Willemsvaart

en de wijk Hehnond Noord (de Bundertj es) regelt.

3. Geldende bestemmingsplannen.

Op dit moment gelden voor het plangebied 36

bestemmingsplannen, die deel uitmaken van een 8-

tal bestemmingsplangebieden. Een overzicht van

de geldende bestemmingsplannen, alsmede een

kaart met de gebieden waarvoor deze plannen gel-

den, zijn als bijlage 1. opgenomen.

Behalve dat door dit nieuwe bestemmingsplan een

actueel ruimtelijk kader wordt verkregen, geeft het

terugbrengen van al deze plannen tot één plan meer

overzichtelijkheid en doelmatigheid in de bouw-

plantoetsing.

-5-

2. Stedebouwkundige

structuur

historische kadastrale kaart Grote Historische Atlas

van Nederland 1838-1857

1. Historische ontwikkeling.

In de Middeleeuwen (13e eeuw) maakte het plan-

gebied deel uit van de Abdij van Binderen, die in

grote lijnen het gehele gebied ten noorden van de

weg naar Deume omvatte. Onderdeel van de abdij

was de "caininata" (stenen gebouw met schoor-

steen). Deze naam is als Kemenade nog steeds aan

een deel van het plangebied verbonden. De naam

Binderen is nog steeds in gebruik voor de kapel en

de omgeving daarvan.

Het gebied is grotendeels onbebouwd gebleven tot

in de tweede helft van de twintigste eeuw. Toen

werden binnen het plan Binderen enkele zelfstandi-

ge buurten, in omvang afgestemd op de grootte van

-6-

een toemnalige parochie, gerealiseerd. Vervolgens

werden in de zestiger en zeventiger jaren binnen de

plannen Bloem- en Paardenvelden, de Bus, de

Kemenade en de Eeuwsels buurten gebouwd, ge-

bruil<:rnakend van de destijds gangbare stempehne-

e, g enm door een herhaling van

verkaveling(selement)en.

In de zeventiger en tachtiger jaren was door toene-

mende leegstand, werkloosheid en criminaliteit

sprake van verpaupering en probleemcumulatie in

een deel van het plangebied. Onderdeel van de

bestrijding hiervan was de sloop van de flats Ja-

gershoven ten faveure van grondgebonden woning-

en. Tevens werd de naam van dit gebied gewijzigd

van Jagershof in Haverveld.

De meest recente ingreep betreft de omleiding van

de Zuid Willemsvaart. Na de omleiding loopt deze

langs de oostzijde van het plangebied.

Gezien de recente realisering van de diverse buur-

ten binnen Helmond Noord vanaf de veertiger tot

in de negentiger jaren zijn geen beschermde monu-

menten of andere cultuurhistorisch waardevolle

gebouwen aanwezig. Wel zijn buurtcentrum De

Boerderi . en het Peppellaantje nog relicten van het

i

vroegere agrarische landschap.

Verstoring van eventueel aanwezige archeologi-

sche waarden binnen het plangebied is in het kader

van deze bestemmingsplanherziening niet aan de

orde. Het betreft een bestaande woonwijk, waarin

binnen de planperiode geen ontwikkelingen zijn

voorz en, anders dan beperkte vervanging van

bestaande bebouwing. Grootschalige herstructure-

ringsopgaven zijn op dit moment evenmin voor-

zien.

2. Structuur.

De diverse woonbuurten zijn als 2 woonzones aan

weerszijden van een middenstuk, bestemd voor

-7-

noord-zuid zonering

bijzondere functies, gesitueerd. Te zamen met de

aangrenzende groerizones, zijnde de Bundertjes en

de zone van de kanaalomleiding, is hierdoor een

duidelijk noord-zuid gerichte zonering ontstaan,

van afwisselend groenzones en woonzones.

Over deze zonering is een oostwest gerichte groen-

structuur gelegd, die enerzijds de woonlobben

geleed in woonbuurten en die anderzijds de diverse

groenzones en woonlobben in oostwest richting

met elkaar verbindt. Aldus is een woonwijk, opge-

bouwd uit door groenzones duidelijk afgebakende

woonbuurten ontstaan. Binnen de woonbuurten is

veelal sprake van blokken/verkavelingen, die her-

haald/gestempeld zijn toegepast.

-8-

oost-west groenstructuur

In de groenzones liggen, veelal als losse elementen

in het groen gestrooid, voorzieningen als het win-

kelcentrum, bejaardentehuizen, verzorgingstehui-

zen en scholen. De grootste concentratie aan losse

voorzieningen is in het middenstuk van de wijk

gelegen. De in het middenstuk aanwezige woonbe-

bouwing is eveneens als losstaande bebouwing in

het groen gesitueerd.

3. Karakteristieke opbouw.

De wijk Helmond Noord vormt nog steeds een

duidelijke weerslag van de wijze van bouwen in de

zestiger en zeventiger jaren. De karakteristieke

opbouw van duidelijk afgebakende woonbuurten

-9-

en groenzones met solitaire bebouwing is nog vrij-

wel geheel intact. Handhaving van deze karakteris-

tieke opbouw is uitgangspunt bij toekomstige in-

grepen in de wijk.

Voor de woonbuurten betekent dit temninste hand-

having van de scherpe begrenzing naar de groenzo-

nes en van het stempehnatige karakter van de ver-

kaveling. Binnen de groenzones staat handhaving

van de bebouwingswijze van solitairen in het oen

gr

voorop.

-10-

3. Wonen

i.gb.- 3

l.gb.-4

1

h..,b..@ 2

bebouwingscategorieën

1. De woonbebouwing nader getypeerd.

De bebouwing in de woonbuurten is per deelge-

bied (bestemmingsplangebied) beschreven en gety-

peerd (zie bijlage 2.: typering woningbouw per

deelgebied). Aan de hand van deze typering is voor

de gehele wijk het aantal bebouwingscategorieën

binnen de woonbuurten terug te brengen tot 4

laagbouw- en 2 hoogbouwcategorieën.

De laagbouwcategorieën betreft bebouwing tot

maximaal 3 bouwlagen, plat of met een kap/lesse-

naar afgedekt, in een verkaveling met:

1. half-open/open bouwblokken;

2. half-gesloten bouwblokken (hoekoplossing);

3 verspringende bouwstroken;

4. rechte bouwstroken.

De hoogbouwcategorieën betreft bebouwing tot

maximaal 9 bouwlagen en plat afgedekt. De hoog-

bouw:

1 . maakt enerzijds deel uit van verkavelingen

met half-open en open bouwblokken,

2. vonnt anderzijds solitair in de hoofdgroen-

structuur gelegen bebouwingselementen.

Aan de hand van deze zes categorieën kan de be-

bouwing in de woonbuurten binnen het nieuwe

plan in grote lijnen beschreven worden.

2. Woningvoorraad.

Het woningaantal in het plangebied bedraagt circa

5000 woningen. Ongeveer 80% hiervan bestaat uit

eengezinswoningen, de resterende 20% bestaat uit

meergezinswoningen. Het aandeel kleinere wo-

ningen (3 vertrekken of minder) is met 18% ge-

middeld vrij laag. Slechts 35% van de woningen

betreft koopwoningen, wat gerelateerd aan het

Helmondse gemiddelde van 45% aan de lage kant

is.

De bouw van de wijk in de zestiger en zeventiger

jaren is bepalend voor de ouderdom van het over-

grote deel van de woningen. Ruim 85% van de

woningen dateert uit de periode 1950-1979. Van

het resterende deel is ruim 10% gebouwd als ver-

vangende nieuwbouw in de periode 1990-1997.

Momenteel (2000) wordt een vervangend nieuw-

bouwproject gerealiseerd aan de Jan van Goyen-

laan.

-12-

ode!

am

t 1949

1950-1959

196Ü-1969

1970-1979

1 gso- 1 989

1990-1999

ouderdom woningen

3. Ontwikkelingen binnen de woonwijk.

De waardering voor de diverse buurten binnen

Helmond Noord is blijkens het onderscheid in

verhuisbewegingen niet overal gelijk. Afgaande op

onder andere de ouderdom van de woningen en het

type woningbouw, is binnen enkele buurten een

afnemende waardering te verwachten. Met name

de buurten met woningen uit de 5 0-er jaren, alsme-

de de buurten met gestapelde woningbouw (mai-

sonnettes) kunnen hiermee geconfronteerd worden.

Vervanging, verbetering/uitbreiding of aanvulling

van de woningbouw kan noodzakelijk zijn.

-13-

Vervangende woningbouw:

]L

in het verleden zijn de flats Jagershoven tengevol-

ge van de slechte verhuurbaarheid vervangen door

grondgebonden woningen. Recent zijn ook de

maisonnette-woningen met daarboven eengezins-

woningen aan de Jan van Goyenlaan/Hobbemalaan

vervangen. Ook deze woningen bleken niet goed

meer verhuurbaar te zijn. In de nabije toekomst

gaan vergelijkbare problemen zich mogelijk voor-

doen bij de oudere, minder gewaardeerde woning-

bouwcomplexen met gestapelde woningen. Ver-

vangende nieuwbouw lijkt ook hier op tennijn aan

de orde.

Verbetering/uitbreiding woningbouw:

een tweede ontwikkeling hangt samen met de ver-

zoeken van particulieren tot uitbreiding van hun

woning, om deze aan de tegenwoordige woonwen-

sen aan te passen. Uitbreiding van deze veelal

complex-gewijze gebouwde woningen vraagt om

bijzondere aandacht voor de vormgeving. Het

complex-gewijze karakter mag door de individuele

uitbreidingen niet verloren gaan.

Aanvullende woningbouw:

de aanleg van de omleiding van de Zuid Willems-

vaart en de realisering van de woonwijk Dierdonk locatie Jan van Goyenlaan

aan de overzijde van die omleiding, geven aanlei-

ding de rand van Helmond Noord aan deze zijde

kritisch te bezien. De zone direct langs de kanaal-

omleiding is thans extensief bebouwd. Grote delen

van de zone zijn ingericht als plantsoen of kinder-

boerderij. De in deze zone aanwezige woningbouw

bestaat uit drie lagen, gesitueerd dwars op de ka-

naalomleiding. Aan de kanaalomleiding zijn

slechts blinde gevels gelegen, waardoor de zone

tussen bebouwing en kanaalomleiding min of meer

als restniimte over blijft. Realisering van aanvul-

lende woningbouw op de koppen van de bestaande,

al dan niet gelijktijdig te vervangen woningbouw,

gericht op de kanaalomleiding, kan de wijk Hel-

mond Noord een gezicht naar de kanaalomleiding

geven, vergelijkbaar met de zeilwoningen langs de

Fokkerlaan in Helmond-oost. Voor het aanbod aan

-14-

kwalitatief hoogwaardige woomnilieus in Hel-

mond Noord kan dit een aamnerkelijke verrijking

betekenen.

4. Voorwaarden voor kwalitatief hoogwaar-

dig woonmilieu aanwezig.

Uitgangspunt voor Helmond Noord is een woon-

wijk met een grote diversiteit aan woningtypen en

woomnilieus. Gezien de aanwezigheid van toerei-

kende commerciële en maatschappelijke voorzie-

ningen en groen- en verkeersvoorzieningen, alsme-

de gezien de korte afstand tot het centrum van

Helmond en het buitengebied, is sprake van uitste-

kende voorwaarden voor kwalitatief hoogwaardige

woonmilieus. Waar nodig worden, om deze kwali-

tatief hoogwaardige woomnilieus ook te verwezen-

lijken, vervanging, verbetering en/of aanvulling

van de woningbouw mogelijk gemaakt.

5. Vervangende nieuwbouw.

Aan vervangende woningbouw wordt medewer-

king verleend, voor zover de nieuwe woningbouw

de karakteristieke opbouw van duidelijk afgeba- locatie kanaalomleiding

kende woonbuurten en groenzones met solitaire

bebouwing in Helmond Noord respecteert. Het

stempelmatige karakter van de verkaveling moet

als ontwerpuitgangspunt worden gehanteerd.

Bij vervangende nieuwbouw is uitbreiding van het

aantal bouwlagen mogelijk, langs de hoofdgroen-

structuur en de hoofdwegen. Op diverse locaties

worden beide hoofdstructuren reeds begeleid door

bebouwing in drie of meer bouwlagen. Uitbreiding

van eze ogere begeleidende bebouwing kan de

herkenbaarheid van beide hoofdstructuren verder

versterken.

Recent is aan de Jan van Goyenlaan/Hobbemalaan

vervangende woningbouw gerealiseerd. De rand-

-15-

voorwaarden, waaraan deze nieuwe woningbouw

vooraf is getoetst, zijn:

- markering van de kruising Jan van

Goyenlaan-Hobbemalaan als belangrijke krui-

sing in de hoofdwegenstructuur en belangrijk

oriëntatiepunt in de omgeving;

- benutting van de goede ontsluitingsmogelijk-

heden: gemotoriseerd verkeer via Jan van

GoyenlaanNondellaan, langzaam verkeer

eveneens via Jan van GoyenlaanNondellaan

(stedelijk fietsroutenet) en openbaar vervoer

via Hobbemalaan/Paulus Potterlaan;

- gebruik maken van de bestaande parkeei'MO-

gelijkheden langs de omliggende straten.

Gelet op deze randvoorwaarden zijn langs de Jan

van Goyenlaan en de Pieter de Hooghstraat aan-

eengesloten woningen in 3 respectievelijk 2 lagen

en op de hoek van de Jan van Goyenlaan-Hobbe-

malaan gestapelde woningen in 4 lagen gereali-

seerd. Op vergelijkbare wijze is ook vervangende

nieuwbouw mogelijk op andere locaties binnen

Helmond Noord.

6. Verbetering/uitbreiding woningbouw.

Verbetering en/of uitbreiding van de veelal plan Jan van Goyenlaan

complex-gewijze gerealiseerde woningbouw is

mogelijk, onder de voorwaarde dat de karakteris-

tieke verschijningsvon-,n van het complex door de

individuele verbetering/uitbreiding niet verloren

gaat. De karakteristieke verschijningsvorm is daar-

toe vastgelegd (aantal bouwlagen, dakvorm). Af-

wijking hiervan is alleen mogelijk wanneer daar-

door het stedenbouwkundig beeld niet wordt aan-

getast. Hiervoor wordt verwezen naar de beschrij-

ving per buurt in bijlage 2.

-16-

7. Aanvullende nieuwbouw.

Ook aan aanvullende nieuwbouw wordt medewer-

king verleend, voor zover die inpasbaar is binnen

de karakteristieke opbouw van de wijk en een uit-

breiding betekent voor het aanbod aan kwalitatief

hoogwaardige woonmilieus in Hehnond Noord.

Abdij laan 2.

Het plangebied "Abdijlaan 2" bevindt zich op de

locatie van "'t Abdijke", een voormalig kerkge-

bouwtje dat zal worden afgebroken. Het plan om-

vat 7 patiowoningen, gesitueerd aan een nieuwe

binnenstraat, die eindigt in een cul-de-sac. De wo-

ningen hebben een uitgebreid programma op de

begane grond, en zijn derhalve uitennate geschikt

voor senioren. De architectuur van het plan is strak

en eigentijds. De hoofdvolumes zijn kubusvonnige

blokken in twee bouwlagen, waartegen aanbouwen

zijn geplaatst. Aan de Abdijlaan worden de zijtui-

nen met een pergola in beton afgeschennd.

Gelet op de directe omgeving is het een zeer logi-

sche gedachte om deze locatie te herontwikkelen

ten behoeve van woningbouw. In ruimtelijk op-

zicht dient te worden aangesloten op de omringen-

de woonwijk. Vergelijkbare hoogte, dichtheid en

verschijningsvorm zijn daarbij aan de orde.

Aan het plan hebben de volgende randvoorwaarden

ten grondslag gelegen:

- de nieuwe woningen dienen te passen in de

bestaande omgeving. Dit betekent dat er in

principe uitsluitend grondgebonden woningen

gerealiseerd kunnen worden;

- een mogelijke verkaveling gaat uit van wo-

ningen, die georiënteerd zijn op een nog aan

te leggen weg, met inritconstructie zo moge-

lijk eindigend in een draaicirkel;

- voor wat betreft het woningprogramma wordt

bij een dergelijke verl<:aveling de voorkeur

-17-

gegeven aan een invulling met patiobungalows;

bouwmassa: hoofdzakelijk één-laagse bebou-

wing, met incidenteel een verdieping;

afstand bebouwing tot zijdelingse perceels-

grens: bebouwing van 1 laag mag in de zijde-

lingse perceelsgrens gebouwd worden;

een verdiepingslaag dient minimaal 3 meter

uit de zijdelingse perceelsgrens te liggen en

bij voorkeur aan de naar de straat gekeerde

zijde;

aan de zijde van de Abdijlaan, het ontslui-

tingsweggetje en de woningen aan de Hel-

mondselaan dient de bebouwing minimaal 1

meter uit de erfgrens te staan.

De ontsluiting van het plangebied vindt plaats via

de bestaande wegenstructuur. De voorgenomen

planontwikkeling en bestemming zijn geen aanlei-

ding om hierin veranderingen aan te brengen. Wel

wordt een nieuwe, openbare binnenstraat aange-

legd, eindigend in een cul-de-sae. De ontsluiting

door het openbaar vervoer vindt plaats via de bus-

lijnen 51 en 52 via het Oostende en de Uiverlaan

en 54 via het Oostende en de Willem Prinzenstraat.

De dichtstbijzijnde haltes liggen op een loopaf-

stand van ongeveer 250 meter.

Het parkeren voor alle te realiseren woningen vindt

deels plaats binnen het plangebied. Voor alle wo-

ningen geldt een parkeemorm van 1,5 parkeer-

plaats per woning. Hiervan kan 1 parkeerplaats

worden aangemerkt als een prive-parkeerplaats, de

overige 0,5 is bedoeld voor bezoekersparkeren en

kent derhalve een meer openbaar karakter. De

totale parlceerbehoefte van het plan komt daarmee

op (7 x 1,5.) 10,5 parkeerplaatsen. De openbare

parkeerplaatsen zijn voorzien aan de Abdijlaan,

alwaar gebruik gemaakt kan worden van de be-

staande parkeervoorzieningen. Met betrekking tot

de toegankelijkheid van de nieuwe binnenstraat zal

rekening moeten worden gehouden met het feit dat

er geen bezoekersparkeren mogelijk is langs deze

weg. Hoewel de weg-breedte (5 meter) voldoende

ruimte biedt om eenzijdig te parkeren, dient reke-

-18-

ning gehouden te worden met de benodigde ruimte

om in en uit te steken op de priveparkeerplaatsen.

Ruusbroeclaan.

De locatie betreft het terrein van het voormalig

Broederklooster aan de Ruusbroeclaan. De locatie

is gelegen in het zuidelijke gedeelte van de centrale

voorzieningenzone. De Ruusbroeclaan, met de in

het verlengde liggende Reigerlaan, is de hoofdont-

sluiting van de buurt Binderen. Deze weg is een

directe zijstraat van de Nachtegaallaan, de hoofd-

ontsluiting van de wijk Heknond-Noord. De Ruus-

broeclaan eindigt in de centrale groenzone van de

wijk die zorg draagt voor de ruimtelijke geleding

van de wijk en haar verdeeld in een achttal woon-

buurten.

Deze locatie was oorspronkelijk bestemd voor

woningbouw in een portiekflat-achtige bebouwing

van ongeveer 3 á 4 lagen met kap. De uiteindelijk

opgerichte bebouwing (begin jaren 60) in de vorm

van et looster is anders van karakter en functie.

Het parkachtige kloosterterrein ligt precies op de

plek waar de groen- en waterstructuur 'de hoek om

gaat'. Binnen de stedenbouwkundige structuur van

de wijk neemt de kloosterlocatie een belangrijke

posit e in. Het naast het kloostercomplex gelegen

bejaardenhuis is met 7 lagen het 'hoogtepunt' van

de wijk. Herhalende patronen van vooral rijenwo-

ningen bepalen het beeld van dit deel van de stad.

Binnen deze context biedt de ontwikkeling van de

kloosterlocatie kansen Helmond Noord meer pro-

fiel te geven. Meer profiel als woonmilleu door een

nieuw woningaanbod te scheppen dat aanvullend is

ten opzichte van het bestaande. Maar ook door in

stedenbouwkundige zin meer profiel te geven aan

dit stadsdeel in de vorm van een nieuw beeld dat

zal bijdragen aan de herkenbaarheid van de wijk.

Gezien het unieke karakter van de plek en van met

name et oofdgebouw, is het stedenbouwkundig

-19-

zeer te rechtvaardigen dat deze kwaliteiten worden

benadrukt door middel van het sparen van zoveel

mogelijk ruimte en groen en het markeren van de

plek door middel van een speciaal, kwalitatief

hoogwaardig appartementencomplex.

Het oorspronkelijke kloostergebouw is in de jaren

zestig gebouwd in opdracht van de Broeders der

Liefde te Maastricht. Behoud van de karakteristie-

ke voorgevel en groene tuinbegrenzing zijn het

vertrekpunt voor de omvonning van het klooster-

complex tot bijzonder woonmilieu in een groene

setting. De groenkwaliteiten zijn onderzocht en

bevinden zich vooral geconcentreerd langs de ran-

den van het terrein.

Bij de gemeente Helmond is een verzoek in-

gediend om het laagbouwgedeelte aan de westzijde

te slopen. Ongeveer evenwijdig aan de Thomas

van Kempenstraat wil de exploitant een nieuw

bebouwingsblok in 3 lagen bovenop een half ver-

diept aangelegde parkeergelegenheid realiseren.

Qua lengte en hoogte is deze nieuwbouw vergelijk-

baar met het bestaande hoofdgebouw. Tevens

von-nt dit gebouw swnen met het bestaande hoofd-

gebouw een afbouw van de strokenverkaveling van

de buurt, waardoor de erachter liggende tuin duide-

lijk gedefinieerd word.

Tevens is door de exploitant in de tuin, ten zuiden

van de kapel, een toren gepland van gemiddeld 13

lagen hoog. De toren accentueert de markante ste-

denbouwkundige positie van de kloosterlocatie. De

hoogte van de toren is zodanig dat het silhouet

vanuit belangrijke richtingen als 'slank' zal worden

ervaren en zodanig dat de toren zich voldoende kan

onderscheiden ten opzichte van het naastgelegen

bejaardenhuis dat een hoogste gedeelte van 7 lagen

telt.

De positie van de toren in de tuin is zodanig dat

ruime afstanden tot bestaande bebouwing worden

gerespecteerd. De afstand van de toren tot de

dichtst bij gelegen bebouwing aan de Vondellaan

-20-

bedraagt ca 75 m. Bij dergelijke afstanden is de

privacybescherming van de bestaande bewoners

voldoende gewaarborgd.

De ontsluiting van het plangebied zal plaatsvinden

via de bestaande wegenstructuur, derhalve de

Ruusbroeclaan en de Thomas van Kempenstraat.

Aan de zijde van de Ruusbroeclaan wordt de huidi-

ge uitgang/uitrit benut, aan de zijde van de Thomas

van Kempenstraat zal een tweede uitrit t.b.v. de

geplande parkeergarage worden gesitueerd.

Het parkeren zal moeten plaatsvinden binnen het

plangebied, derhalve op eigen terrein. Gelet op de

gekozen uitgangspunten m.b.t. het behoud van de

groene structuur is het realiseren van een onder-

grondse parkeerkelder een vereiste. Voor de onder-

havige locatie geldt de volgende norm:

Parkeemonn (uitgaande van appartementen): min.

1,5 parkeerplaats per woning."

Zone Zuid Willemsvaart.

Aanvullende nieuwbouw kan voorts plaatsvinden

in de zone langs de omleiding van de Zuid Wil-

lemsvaart. Teneinde de karakteristieke opbouw ter

plekke te respecteren en een kwalitatief hoogwaar-

dig woomnilieu te realiseren zijn hier de volgende

randvoorwaarden aan de orde:

- handhaving van de open ruimten tussen de

woningbouw teneinde de relatie tussen de

kanaalomleiding en de achterliggende woon-

wijk intact te houden;

- ruime aandacht voor de architectuur van de

nieuwe bebouwing. Gerefereerd wordt aan de

kwaliteit van het aan de overzijde gelegen

Dierdonk en de zeilwoningen, welke iets zui-

delijker aan de kanaalomleiding zijn gereali-

seerri -

- benutting van de potenties van de ligging aan

en uitzicht over de kanaalomleiding;

- oriëntering van de woningen op de kanaalom-

leiding teneinde de sociale veiligheid bij de

-21-

non-stop fietsroute langs de kanaalomleiding

te vergroten;

rekening houden met de bestaande woningen

(privacy, bezonning);

verbetering van de groenstructuur, inclusief

voet- en fietspaden;

gebruikmaken van de bestaande wegenstruc-

tuur en beperkte uitbreiding met de benodigde

parkeervoorzieningen.

Aldus kan een hoogwaardig woorimilieu, met wo-

ningen in het groen en een weids uitzicht over de

kanaalomleiding en het achterliggende buitenge-

bied/de achterliggende wijk Dierdonk, worden

gerealiseerd.

8. Woongebied.

Analoog aan het in het vorige hoofdstuk gemaakte

onderscheid tussen laag- en hoogbouw worden

twee bestemmingen woongebied (1 en II) over

Helmond Noord gelegd. Binnen deze bestemmin-

gen worden voor de onderscheiden deelgebieden

binnen zowel de laagbouw als de hoogbouw in de

voorschriften toegespitste bebouwingsregels ge-

hanteerd. Binnen de onderscheiden deelgebieden is

voor een aantal aspecten (maximum aantal bouwla-

gen en dakvorm) nog een verdere differentiatie

aangebracht overeenkomstig de thans bestaande

situatie. Deze is weergegeven op de plankaart.

Uitgangspunt is handhaving van het bestaande

stedenbouwkundige karakter. Echter binnen de

bestemming "woongebied I" (laagbouw) is ten

behoeve van de uitbreiding en vervanging van

bestaande woningen onder voorwaarden vrijstel-

ling mogelijk van het aangeduide aantal bouwla-

gen en de dakvon-n. Daarbij is het maximum aantal

bouwlagen beperkt tot 2, uitgezonderd langs de

hoofdgroen- en hoofdwegenstructuur waar het

maximum aantal bouwlagen 3 mag bedragen.

Wordt vervangende nieuwbouw aan de

hoofdgroen- en hoofdwegenstructuur met een gro-

ter aantal bouwlagen nagestreefd, dan is wijziging

-22-

mogelijk in de bestemming "woongebied H"

0 ouw).

Een aparte bestemming is opgenomen voor de

woonbebouwing in de groenzone aan de kanaalom-

leid g. Gezien het streven Helmond Noord aan

deze zijde een gezicht te geven is over deze zone

de bestemming "woongebied Hl" gelegd, waarbin-

nen ten hoogste 10% van het bestemmingsvlak

mag worden gebruikt voor het oprichten van be-

bouwing met bijbehorende verharding.

-23-

4. Voorzieningen

Eli@

situering voorzieningen

1. De voorzieningenstructuur.

In Hehnond Noord zijn twee winkelcentra gelegen:

de Bus en Vondellaan. De Bus is gelegen in de

middelste groenzone, centraal tussen de woonbuur-

ten in Hehnond Noord. In het winkelcentrum de

Bus is 3500 ml verkoopvloeroppervlak aanwezig,

waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met

name supennarkt). Winkelcentrum Vondellaan ligt

aan de zuidelijke rand van Helmond Noord, deels

buiten het plangebied. Het winkelcentrum (met als

voornaamste trekker de buiten het plangebied gele-

gen supen-narkt) heeft een verkoopvloeroppervlak

van 2200 M2@ waarvan de foodsector 60% inneemt.

In beide winkelcentra is voornamelijk buurt- dan

wel wijkgerichte detailhandel gevestigd. Bij beide

-24-

winkelcentra is destijds een motorbrandstoffenver-

kooppunt gerealiseerd.

Een tiental basisonderwijsvoorzieningen is ver-

spreid over de- diverse buurten in Helmond Noord

aanwezig. Daarnaast zijn nog enkele speciaal on-

derwijsvoorzieningen en een vijftal voortgezet

onderwij'svoorzieningen aanwezig, gesitueerd cen-

traal in de middelste groenzone en aan de zuidkant

van de westelijke groenzone.

Verspreid over Helmond Noord zijn verder een

viertal kerken, een viertal wijkcentra en een vijftal

medische voorzieningen (huisartsen, fysiothera-

peuten e.d.) aanwezig.

Tot slot is nog een tiental voorzieningen op het

gebied van sport en recreatie aanwezig, variërend

van kinderboerderij tot dansschool. Grenzend aan

Helmond Noord, aan de overzijde van de Rem-

brandtlaan, is het sportpark De Braak met diverse

gebouwde sportvoorzieningen (petanque, sport- en

tennishal) gelegen. Eveneens grenzend aan Hel-

mond Noord, maar dan aan de overzijde van de

Keizerin Marialaan, zijn het zwembad De Wissen

en et Jan V sser Museum gelegen.

In grote lijnen zijn, naast de verspreide, binnen de

afzonderlijke buurten gelegen voorzieningen, twee

voorzieningen-concentraties aan te wijzen: centraal

in de middelste groenzone en in het zuidelijk deel

van de westelijke groenzone (deels buiten het plan-

gebied).

2. Het voorzieningenniveau.

Het totaalpakket aan voorzieningen in Helmond

Noord is van hoog niveau. Een deel van de voor-

zieningen, met name de schoolvoorzieningen, ont-

stijgt het wijkniveau en functioneert op stads- en

deels ook regionaal niveau. De voorzieningen op

wijkniveau zijn logischerwijze vooral centraal

-25-

gelegen in de middelste groenzone (winkelcentrum

de Bus en in mindere mate Vondellaan).

Veranderende draagvlakken en behoeften tenge-

volge van de veranderende bevolkingssamenstel-

ling en de over het algemeen steeds groter worden-

de exploitatielasten leggen een steeds grotere druk

op de instandhouding van het voorzieningenni-

veau. Processen van concentratie en zelfs integratie

van voorzieningen in steeds grootschaligere ruim-

telijke eenheden zijn dan ook al jaren gaande.

In de wijk staan relatief veel scholen: een kwart

van het totale scholenaanbod staat in Helmond

Noord, terwijl hier slechts 14% van het totale aan-

tal inwoners woont. Enerzijds betrekken de basis-

scholen ook leerlingen uit de binnenstad, ander-

zijds vervullen enkele basisscholen (islamitische

school, vrije school) een functie voor grotere delen

van of zelfs de gehele stad.

Een actuele ontwikkeling betreft de behoefte aan

een jongerenaccommodatie voor jongeren in de

leeftijd van 12 tot en met 17 jaar. Een locatie voor

deze nieuwe voorziening is gevonden in de zone

langs de kanaalomleiding naast het buurtcentrum

De Terp.

3. Voorwaarden voor handhaving van het

niveau.

Handhaving van het voorzieningenniveau op ten-

minste het huidige niveau is uitgangspunt voor

Helmond Noord. Verdere verhoging van het ni-

veau ligt niet in de lijn der verwachtingen. Tenein-

de handhaving van het huidige niveau ook naar de

toekomst te kunnen garanderen, moet enige ruimte

gecreëerd worden om verdere ontwikkelingen bin-

nen de voorzieningenstructuur (concentratie of

integratie) op te kunnen vangen.

-26-

situering ontwikkelingsruimte

In de nota "Winkelcentra in de Helmondse wijken"

(gemeente Helmolid, 1993) is ten aanzien van de

bestaande winkelcentra in de wijken het beleid

gericht op verbetering van de kwaliteit van de

bestaande winkelvoorzieningen. Uitbreiding van

het aantal of het oppervlak is niet aan de orde.

De bestaande spreiding van (basis)onderwijsvoor-

zieningen vormt het uitgangspunt om een pluri-

fonn onderwijsaanbod bereikbaar te kunnen hou-

den. Handhaving van deze spreiding staat voorop.

-27-

4. Ruimte voor voorzieningen.

Enige ontwikkelingsruimte voor voorzieningen

wordt gesitueerd nabij de bestaande voorzienin-

gen-concentraties in de middelste groenzone, als-

mede bij de onderwijsconcentratie aan de Keizerin

Marialaan. Gezien de ligging centraal in Helmond

Noord en de goede bereikbaarheid vanuit de gehele

wijk is de middelste groenzone de aangewezen

locatie voor eventueel noodzakelijke ontwikkelin-

gen op zowel commercieel als maatschappelijk

gebied.

De ontwikkelingsruimte nabij de Keizerin Maria-

laan richt zich vooral op bovenwijkse voorzienin-

gen. De ligging direct ten noorden van het centrum

en goed bereikbaar vanuit de gehele stad, alsmede

de reeds aanwezige onderwijsvoorzieningen,

maal-,t deze locatie bij uitstek geschikt voor

ontwikkelingen op onderwijsgebied. In dit gebied

vindt op korte tennijn vervangende nieuwbouw

plaats voor een aantal onderwijsvoorzieningen,

waarbij ook sprake is van concentratie en integra-

tie.

In beide gebieden is de nodige ruimte aanwezig, of

te creëren door middel van het vervangen van ver-

ouderde bebouwing. Belangrijke randvoorwaarde

is het groene karakter, dat in deze gebieden als

onderdeel van de groenzones moet worden gehand-

haafd. Bebouwing is slechts mogelijk als solitairen

in het groen.

5. Detailhandel en horeca.

De bestaande detailhandels- en horecavoorzienin-

gen in De Bus en aan de Vondellaan (zie bijlage 3.:

overzicht voorzieningen in De Bus en aan de Von-

dellaan) worden positief bestemd. Uitbreidingsmo-

gelijl@cheden, anders dan op basis van het vigerende

bestemmingsplan mogelijk, worden niet opgeno-

men. Uitwisseling van functies en kwaliteitsverbe-

tering zijn binnen de bestemmingen onder voor-

-28-

waarden wel mogelijk. De voorzieningen in De

Bus worden bestemd tot "wijkvoorzieningen".

B en deze bestemming zijn ook de reeds in De

Bus gevestigde maatschappelijke doeleinden toe-

gestaan. Aan de Vondellaan worden de voorzienin-

gen bestemd tot "wijkvoorzieningen en wonen", in

verband met de op de verdiepingen aanwezige

woningen.

6. Maatschappelijke voorzieningen.

Alle bestaande maatschappelijke voorzieningen

worden als zodanig bestemd. Uitbreiding is moge-

lijk tot aan bepaalde, vastgelegde bebouwingsper-

centages, om te voorkomen dat de gebieden met

voorzieningen d chtslibben met bebouwing en het

groene karakter teniet wordt gedaan. Binnen met

name deze bestemming "maatschappelijke voor-

zieningen" is nog enige ruimte aanwezig voor

verdere ontwikkelingen.

Een belangrijke maatschappelijke voorziening, die

nog gemist wordt in Helmond Noord is een jon-

gerenaccommodatie. Om dit gemis te ondervangen

is een locatie gezocht en gevonden bij en in combi-

natie met het buurthuis "de Terp" aan de Breitner-

laan. De mogelijkheid tot realisatie van deze voor-

ziening zal in dit plan worden meegenomen.

-29-

5. Werken

l@ 11 gil

situering werkgelegenheid

1. Bedrijvigheid ontbreekt.

Het werken hangt in Helmond Noord nauw samen

met de voorzieningen. Andere werkgelegenheid,

zoals bij ambachtelijke of industriële bedrijven, is

in verband met de overwegende woonfunctie nau-

welijks aanwezig. Alleen aan Oostende is een repa-

ratiebedrijf aanwezig bij een aldaar gevestigde

detailhandel in witgoed e.d.

2. Vrije beroepen, beroepsuitoefening aan

huis en ambachtelijke bedrijven.

Op bescheiden schaal heeft de laatste jaren ook in

Helmond Noord het verschijnsel vrije beroepen

-30-

(praktijk/adviesbureau aan huis) en beroepsuitoefe-

ning aan huis (fotograaf, kleennaker e.d.) zijn in-

trede gedaan. Verspreid over de wijk zijn bij de

woningen kleinschalige, binnen de woonomgeving

passende bedrijfsactiviteiten, als administratiekan-

toren en adviesbureaus, gevestigd. Op nog kleinere

schaal hebben zich ook een aantal consument ver-

zorgende ambachtelijke bedrijijes, zoals kapsalons

en reparatiebedrijfjes, gevestigd, eveneens ver-

spreid over de gehele wijk.

De toekomst zal waarschijnlijk een toename van

dit soort activiteiten te zien geven, in de vorm van

thuis- of telewerken (werken op afstand). Bij vol-

oen e omvang kan de behoefte ontstaan aan ge-

meenschappelijke aanvullende voorzieningen.

3. Werken binnen een woonwijk.

De wijk Helmond Noord is in de eerste plaats een

woonwijk. Voor bedrijvigheid is hier slechts een

ese e den plaats weggelegd. Uitgezonderd de

werkgelegenheid binnen de voorzieningen, zal de

werkgelegenheid zich ook in de toekomst beperken

tot vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en -

ambachtelijke bedrijfjes. Belangrijke voorwaarde

is dat de (bedrijfs-)activiteiten ondergeschikt zijn

aan e woon ctie en passen binnen de woonom-

geving c.q. geen overlast veroorzaken. Binnen de

bestemming "woongebied" is de uitvoering van

vrije beroepen rechtstreeks en de beroepsuitoefe-

ning aan huis of uitvoering van consument verzor-

gende ambachtelijke bedrijfjes via vrijstelling mo-

gelijk. Het aanwezige reparatiebedrijf is onder de

bestemming "bedrijfsdoeleinden" gebracht.

4. Nieuwe vormen van bedrijvigheid.

Het t ema wonen en werken wint meer en meer

aan actualiteit, niet alleen in het kader van verbete-

ring van de leefbaarheid in monofunctionele woon-

wijken, maar ook gezien de beperkte voorradigheid

-31-

van specifieke bedrijventerreinen en om de toch al

hoge mobiliteit (woon-werkverkeer) niet onnodig

te laten toenemen.

Voor verbetering van de leefbaarheid is het stimu-

leren van bedrijvigheid en werkgelegenheid een

belangrijke impuls. Bedrijvigheid draagt bij aan

verlevendiging van de vaak monotone woonfunctie

in tal van wijken. Naast de mogelijkheden voor

vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en

kleinschalige consument verzorgende ainbachtelij-

ke bedrijfjes, moeten in Helrnond Noord de moge-

lijkheden worden geboden om op termijn

woningbouwcomplexen, welke niet meer aan de

eisen van de tijd voldoen, te vervangen door klein-

schalige werklocaties (gecombineerd met de woon-

functie) met bedrijven uit de lichtere milieucatego-

rieën. Binnen deze locaties zouden zich dienstver-

lenende en/of startende ondernemers kunnen vesti-

gen.

Voorwaarden waaronder dergelijke werklocaties

denkbaar zijn, betreffen:

- het moet gaan om woon-werk combinaties,

derhalve bedrijven met een bedrijfswoning;

- de bedrijven moeten in een woonomgeving

passen, derhalve zijn alleen milieucategorie 1

en 2 toelaatbaar;

- de bedrijven mogen geen milieuhinder voor

de omgeving opleveren (geluid, geur, stof);

- de bedrijven mogen geen verkeers- en/of par-

keeroverlast tot evolg hebben;

9

- de bedrijven moeten kleinschalig van aard

zijn, derhalve is de maximale perceelsgrootte

gelimiteerd;

- bij de bedrijven zijn geen zelfstandige von-nen

van horeca en/of detailhandel toelaatbaar.

In het plan is een wijzigingsbevoegdheid opgeno-

men teneinde op termijn de realisering van klein-

schalige werklocaties mogelijk te maken. De hier-

voor genoemde voorwaarden zijn aan deze wijzi-

gingsbevoegdheid gekoppeld.

-32-

6. Groen

groenstructuur

1 Groenstructuur.

Belangrijk onderdeel van de stedenbouwkundige

structuur van Hehnond Noord is de groenstructuur,

bestaande uit drie noord-zuid gelegen groenzones

met dwarsverbindingen daartussen. De groenstruc-

tuur kent voornamelijk een park-/plantsoen-achtige

invulling met verspreid een aantal speelvoorzie-

ningen en in de oostelijke groenzone een kinder-

boerderi . Binnen de groenstructuur is een reeks

van waterpartijen aanwezig langs de Vondel-, Jan

Steen- en Venuslaan.

De westelijke groenzone wordt gevonnd door het

natuurgebied De Bundertjes, dat ter plaatse is aan-

geduid als geledingszone binnen Helmond. In deze

-33-

zone zijn als bijzonder elementen de Aa en de

gracht om Binderen gelegen. De zone wordt aan de

westkant begrensd door de oude loop van de Zuid

Willemsvaart. De oostelijke groenzone wordt be-

grensd door de omleiding van de Zuid Willems-

vaart. Deze kanaalomleiding, inclusief groene

randen, vortnt eveneens een geledingszone binnen

Heknond. De Nieuwe Aa aan de noordzijde van de

wijk completeert de aanwezigheid van waterlopen

rondom Helmond Noord. Ter plaatse is de Nieuwe

Aa omgeven door een natuurontwikkelingsgebied

met extensieve wandehnogelijkheden. Met het

gebied Overbrug aan de overzijde van de Zuid-

Willemsvaart behoort het gebied De Bundertjes tot

het dalgebied van De Aa.

Een deel van de zuidzijde van Helmond Noord

wordt begrensd door sportpark De Braak (overzij-

de Rembrandtlaan).

2. Groene randen.

Inherent aan de opzet van Helmond Noord is het

gegeven dat binnen de afzonderlijke buurten rela-

tief weinig (binnen de buurt Bloem- en Paarden-

velden zelfs zeer weinig) groen aanwezig is. Het

groen bevindt zich met name in de groenstructuur

aan de randen van de buurten en subbuurten. De

opzet van de groenstructuur is echter zodanig, dat

het groen vanuit de (sub-)buurten overal over korte

afstand bereikbaar is.

De omvang van de groenstructuur is de afgelopen

jaren wel teruggelopen. Realisering van nieuwe

voorzieningen en ook woningbouw binnen de

groenzones hebben tot een verdichting van de be-

bouwing, en daarmee automatisch tot een afname

van het groen, geleid.

De groenstructuur is de afgelopen jaren opgeknapt,

waarbij veel bosschages/struiken in het kader van

de sociale veiligheid zijn verwijderd en vervangen

-34-

door gras met bomen. Tegelijkertijd is ook de ver-

harding binnen de groenstructuur vernieuwd.

3. Solitaire bebouwing in het groen.

Handhaving van de groene geleding van de wijk in

buurten en subbuurten is uitgangspunt betreffende

de groenstructuur. Daartoe moet zeer omzichtig

worden omgegaan met het nog aanwezige groen.

Indien nieuwe bebouwing in de groenzones wordt

opgericht, dan zal daarbij het principe van solitai-

ren in het groen moeten worden gehanteerd. Een

zo compact mogelijke bouwwijze, die het groen zo

veel mogelijk intact laat, is daarbij voorwaarde.

Herstel van schade aan en noodzakelijke aanpas-

singen van het groen dienen daarbij meegenomen

te worden. Verder is extra aandacht voor de situe-

ring van eventuele bebouwing noodzaak om ver-

snippering van de groenstructuur tegen te gaan.

Binnen de bestemming "groenvoorzieningen" is

geen aanvullende woningbouw toegestaan. Reali-

sering van nieuwe bebouwing is hier dan ook al-

leen mogelijk na planherziening.

4. Ecologische verbindingszone.

De groenzone langs de oever van de Zuid Willems-

vaart is aangeduid als ecologische verbindingszo-

ne. In het bestemmingsplan zal deze zone met een

breedte van 25 m als medebestenuning worden

opgenomen, ter bescherming van de functie van

deze zone binnen de ecologische structuur.

-35-

7. Verkeer

ontsluitingsstructuur gemotoriseerd verkeer

1 Ontsluitingsstructuur.

Gemotoriseerd verkeer:

verkeerskundig vonnen Oostende, Uiverlaan, Wet-

houder Ebbenlaan en Rembrandtlaan, behorende

tot de hoofdwegenstructuur van Helmond, de basis

voor de verdere wijkontsluiting. Ook de voltooide

PW 205 maakt deel uit van de hoofdwegenstruc-

tuur. Vanaf deze hoofdwegenstructuur is via de

Nachtegaallaan en de Venuslaan de centrale lus

bestaande uit Astronautenlaan, Jupiterlaan, Jan

Steenlaan en Nieuwveld bereikbaar. Voor de ont-

sluiting van de afzonderlijke buurten zijn verder

van belang de Vinkelaan, de Reigerlaan, de Hobo-

straat-Harmoniestraat, de Astronautenlaan (2" deel)

en de Vondellaan-Jan van Goyenlaan-Hobbema-

-36-

laan-Paulus Potterstraat-Jaines Ensorlaan-Melis

Stokelaan.

Langzaam verkeer:

de langzaam verkeerstructuur volgt deels de hoofd-

wegenstractuur en de wijkontsluiting. Tot het ste-

delijk fietsroute netwerk behoren de fietsroutes

over de Nachtegaallaan, via het winkelcentrum de

Bus over de Venuslaan richting Dierdonk en via de

Hannoniestraat en Saxofoonstraat naar het Bunder-

pad. Verder zijn er langzaam verkeersroutes aan-

wezig langs de randen van Hehnond Noord, (om-

leiding Zuid Willemsvaart, Nieuwe Aa, Aa) en

binnen de groenstructuur als extra dwarsverbin-

dingen (langs de Frans Halslaan/Jan Steenlaan en

langs Vincent van Goghlaan). Recent is een nieu-

we brug voor langzaam verkeer over de omleiding

van de Zuid Willemsvaart gereed gekomen als

extra verbinding met Dierdonk.

Openbaar vervoer:

vanaf het station Helmond loopt een geregelde

stadsbusdienst via de binnenstad door Helmond

Noord. In grote lijnen volgt deze dienst de Nachte-

gaallaan, Hannoniestraat en Jan Steenlaan.

Parkeren:

grootschalige parkeermogelijkheden zijn aanwezig

bij de diverse voorzieningen binnen de wijk. Voor

het overige zijn binnen de woonomgeving op eigen

terrein, in de straat of op pleintjes de nodige par-

keerplaatsen voor bewoners aanwezig.

2. Hiërarchische verkeersstructuur.

De verkeersstructuur, zoals hiervoor beschreven, is

hiërarchisch van opzet. Het onderscheid tussen

hoofdwegenstructuur, wijkontsluiting en buurtont-

sluiting is duidelijk herkenbaar en vergemakkelijkt

de oriëntatie binnen de wijk.

-37-

"31@

V

ontsluitingsstructuur langzaam verkeer

Het stelsel van langzaam verkeersroutes flmctio-

neert naar behoren.- De uitloopmogelijkheden in de

groenstructuur en het aangrenzende buitengebied

zijn via de langzaam verkeersroutes uitstekend

bereikbaar.

3. Ongewijzigde ontsluitingsstructuur.

De ontsluitingsstructuur voor Helmond Noord

functioneert naar behoren. Aanpassingen zijn thans

niet aan de orde.

Wel zal op korte termijn op basis van het principe

"duurzaam veilig" in Helmond Noord een 30-kilo-

meterzone worden ingesteld. Alleen de zogeheten

-38-

ontsluifings- en stroomwegen worden buiten deze

snelheidsbeperking gehouden. In Hehnond Noord

zijn dit Nachtegaallaan, Hobbemalaan, Venuslaan,

Nieuwveld en Jan Steenlaan. Op een aantal plek-

ken zullen extra maatregelen noodzakelijk zijn om

het gebied als 30-kilometerzone te kunnen laten

functioneren.

4. Parkeermogelijkheden vastgelegd.

Teneinde in de toekomst over voldoende parkeer-

gelegenheid te kunnen blijven beschikken zijn aan

de in het plan opgenomen uitbreidingsmogelijk-

heden voorwaarden met betrekking tot het aantal

parkeerplaatsen opgenomen. Uitbreiding is veelal

mogelijk, mits aan de gestelde parkeemon-nen

voldaan blijft worden. Conforin de ASVV 1996

(CROW) wordt voor de wijkvoorzieningen in De

Bus een parkeemonn van 3 parkeerplaatsen per

100 m2 bvo gehanteerd. Voor de wijkvoorzienin-

gen aan de Vondellaan is geen parkeemonn opge-

nomen, daar hier binnen de bestemming "wegver-

keer" geparkeerd wordt. Voor de maatschappelijke

voorzieningen wordt een parkeemonn van 2,5

parkeerplaatsen per 100 m@ bvo gehanteerd. De

parkeerplaatsen dienen binnen de betreffende be-

stemmin gerealiseerd te worden.

9

-39-

8. Waterhuishouding

(natte paragraaf)

oppervlaktewateren

1 Waterplan.

In het gemeentelijk Waterplan zijn het voorkomen

van verdroging, het terugdringen van waterver-

bruik en het verbeteren van het rioolstelsel belang-

rijke uitgangspunten. Maatregelen in de vorm van

de aanleg van een gescheiden (of verbeterd ge-

mengd) rioolstelsel, het infiltreren van regenwater

in de bodem, beperken van het verharde oppervlak

kunnen in het plangebied worden uitgevoerd. Bij

(vervangende) nieuwbouw kan worden gedacht aan

gescheiden watercircuits (drinkwater en grijs-/re-

genwater) en andere watersparende voorzieningen.

-40-

2. Waterhuishoudkundige voorzieningen.

Hehnond Noord is omgeven met waterlopen/kana-

len. Aan de oostzijde de omleiding van de Zuid

Willemsvaart, aan de noordzijde de Nieuwe Aa en

aan de westzijde de Aa, de gracht om Binderen en

de oude loop van de Zuid Willemsvaart. De omlei-

ding en de oude loop van de Zuid Willemsvaart

hebben een scheepvaart- respectievelijk beperkte

scheepvaartfunctie. De Nieuwe Aa wordt recht-

streeks gevoed met water ui de kanaalomleiding en

krijgt ook water van de rioolwaterzuivering. Bin-

nen Helmond Noord zijn vijvers aanwezig langs

Vondellaan, Jan Steenlaan en Venuslaan, welke via

de singel langs de Astronautenlaan afwateren op de

Nieuwe Aa. Er zijn waterinlaten ter hoogte van de

Constant Perinekelaan en de Jan van Goyenlaan

om de vijvers van Vondellaan en Haverveld te

kunnen verversen met water ui de kanaalomlei-

ding.

Het plangebied maakt deel uit van een drietal riole-

ringsgebieden, te weten gebied 15 Binnenstad-

oost, gebied 18 Eeuwsels-Kemenade en gebied 19

Bloem- en Paardenvelden. Voor het gebied

Binnenstad-oost is de afgelopen jaren de riolering

omgebouwd van een gemengd stelsel naar een

verbeterd gemengd stelsel. Onder meer zijn enkele

overstorten gesaneerd en zijn diverse hoofdriolen

vergroot. Dit rioleringsgebied voldoet hiermee aan

de huidige milieu-eisen. In het gebied Eeuwsels-

Kemenade is riolering aanwezig van het type ge-

mengd stelsel, met een rioolgemaal in de Carillon-

straat en een overstort in het verlengde van de

Sterrenlaan. Ook in het gebied Bloem- en Paarden-

velden is riolering van het type gemengd stelsel

aanwezig, met een rioolgemaal in de hoek Con-

stant erme e aan/Breitnerlaan en een overstort in

een aan de Jacob Catslaan gelegen vijver. De stel-

sels in beide laatstgenoemde gebieden voldoen niet

meer aan e hu dige milieu-eisen.

-41-

3. Ontwikkelingen op waterhuishoudkundig

gebied.

Regenwater.

Teneinde grondwaterstandsverlaging en verdro-

ging tegen te gaan wordt getracht schoon regenwa-

ter, dat valt op daken en verkeersluwe straten, in

het gebied te behouden, conform de in het Water-

plan vastgelegde ambities. Waar mogelijk (nieuwe

situaties) moeten daartoe infiltratievoorzieningen

worden getroffen.

Riolering.

Ombouw van de gemengde stelsels naar een verbe-

terd gemengd stelsel is thans aan de orde. Daartoe

moeten aanvullende voorzieningen worden getrof-

fen, zoals het realiseren van een bergbezinkbassin'

achter de bestaande overstorten.

Onderzocht wordt nog of de totale bergingscapaci-

teit van het rioleringsstelsel van de afstromin sge-

9

bieden 16, 17 en 18 voldoende is bij de geldende

milieu-eisen, of dat een randvoorziening nodig is.

De overstort van stromingsgebied 19 op de vijver

aan de Jacob Catslaan wordt voorzien van een

bergingskelder.

Ten behoeve van verdere kwaliteitsverbetering op

langere termijn kan bij rioolrandvoorzieningen

extra bergingscapaciteit nodig zijn en/of zuivering,

bijvoorbeeld door middel van water- en moeras-

planten ("helofytenfilters"). De mate waarin in

Hehnond Noord afkoppeling plaatsvindt bein-

vloedt de bergingscapaciteit van het bestaande

rioolstelsel, en daarmee de frequentie en milieu-

effecten van overstorten.

Binnen het plangebied zullen mogelijkheden voor

afkoppeling benut worden bij rioolvervanging. Bij

(vervangende nieuw)bouwplannen wordt op basis

-42-

van het Bouwbesluit een gescheiden stelsel toege-

past.

4. Verbetering waterhuishouding.

Het is de bedoeling de toevoer van "gebieds-

vreemd" water uit de kanaalomleiding te beperken

en zo mogelijk op te heffen. Wanneer het plange-

bied meer schoon, eigen water naar de vijvers kan

afvoeren, kunnen de inlaten misschien komen te

vervallen. De Binderse Gracht ten westen van het

plangebied wordt, evenals de Gulden Aa, van wa-

ter voorzien vanuit de oude Zuid Willemsvaart en

kan op termijn misschien profiteren van gebiedsei-

gen water. Er wordt nog gestudeerd op mogelijk-

heden om ook vanuit Binnenstad Oost en Helmond

Oost overtollig schoon water naar Helmond Noord

te leiden.

-43-

9. M!Heu

J'50'dB

1 RW@,1

'I'euzoneringen

mi 1

1. Algemeen.

Milieubeleid wordt steeds meer geïncorporeerd in

andere beleidsvelden. Verbreding van milieubeleid

naar andere beleidsterreinen (externe integratie) is

een belangrijk uitgangspunt in het gemeentelijke

Milieubeleidsplan. Ook in de ruimtelijke planvor-

ming is structureel aandacht voor milieudoel-

stellingen noodzakelijk. De milieudoelstellingen

worden daartoe inte aal en vanaf een zo vroeg

gr

mogelijk stadium in het planvonningsproces mee-

gewogen. Hierdoor zijn de milieubelangen vol-

waardig afgewogen tegen andere belangen die

evenzeer claims kunnen leggen op de schaars be-

schikbare ruimte.

-44-

Een duurzame ontwikkeling van de stad Helmond

is een belangrijk beleidsuitgangspunt dat zijn door-

werking heeft in meerdere beleidsterreinen. Samen

met de externe integratie van milieubeleid leidt dat

ertoe dat de milieuaspecten van dit plan niet alleen

in dit hoofdstuk aan de orde komen. Naast enkele

specifieke milieu onderwerpen wordt daarom al-

leen ingegaan op de meest belangrijke milieudoel-

stellingen.

2. Ruimtegebruik/verkeer en vervoer.

Het bestemmingsplan Helmond Noord betreft de

actualisering van oude plannen. Het ruimtegebruik

wordt niet gewijzigd. Het plangebied heeft een

optimale ontsluiting voor langzaam verkeer en

wordt bediend door het openbaar vervoer (stads-

bus).

3. Geluid.

In en nabij het bestemmingsplan liggen een aantal

verkeerswegen met verkeersintensiteiten welke tot

relatief hoge geluidbelastingen kunnen leiden. De

belangrijkste wegen zijn opgenomen in de Verkeers-

milieukaart van de gemeente Hehnond.

Aangezien de wijk Helmond Noord grotendeels tot

30 km-zone is aangewezen, ingevolge het Gemeen-

telijk Verkeersveiligheidsplan (GVVP), kan akoes-

tisch onderzoek voor nieuwe geluidgevoelige be-

stenun ngen zich beperken tot de resterende 50 km-

wegen. Dit betreft Oostende, Uiverlaan, Nachtegaal-

laan, Wethouder Ebbenlaan en Rembrandtlaan. Het

nieuwbouwproject aan de Abdijlaan bevindt zich

binnen de zones van enkele van deze wegen. Het

akoestisch deelrapport voor dit project wordt als

losse bijlage bijgevoegd.

Het project aan de Ruusbrocclaan valt buiten de

zones van genoem e 50 -wegen, nader akoes-

-45-

tisch onderzoek is derhalve niet noodzakelijk. Wel

is het in het kader van de bouwvergunningsprocedu-

re in een later stadium nodig, ter bepaling van de

benodigde gevelwering als bedoeld in artikel 22 van

het bouwbesluit, om de geluidsbelasting op de nieu-

we woningen te bepalen van de Ruusbroeclaan,

Thomas van Kempenstraat, Tesselschadelaan en

Vondellaan.

4. Lucht.

Uit berekeningen in het kader van de Verkeersmi-

lieukaart van de gemeente Hehnond blijkt dat bij

ongewijzigd beleid in het jaar 201 0 geen overschrij -

dingen te verwachten zijn van concentraties kool-

monoxide, stikstofdioxide, en benzeen ten gevolge

van het wegverkeer.

5. Bodem.

In het plangebied zijn in de periode na 1993 een

aantal locaties onderzocht op de aanwezigheid van

bodemverontreiniging. Uit deze onderzoeken is

gebleken dat in het algemeen de bovengrond licht is

verontreinigd. In de ondergrond zijn geen verontrei-

nigingen aangetroffen. Het grondwater is plaatselijk

licht verontreinigd. Een groot deel van het gebied is

niet onderzocht. Uit historisch onderzoek zijn geen

ontwikkelingen bekend die erop wijzen dat de bo-

dem plaatselijk ernstig verontreinigd zal zijn.

Indien er (vervangende) nieuwbouw gaat plaatsvin-

den, dient in het kader van de bouwvergunningspro-

cedure een onderzoeksrapport te worden verlangd

inzake de gesteldheid van de bodem. Aan de hand

van de resultaten van het onderzoek kan worden

vastgesteld of (en zo nodig) welke saneringsmaatre-

gelen nodig zijn alvorens tot verlening van de bouw-

vergunning kan worden overgegaan.

Voor de locatie Ruusbroeclaan is conform boven-

staande geen afzonderlijk bodemonderzoek uitge-

-46-

voerd. In het kader van de bouwvergunningsproce-

dure zal wel een onderzoeksrapport worden ver-

langd inzake de gesteldheid van de bodem.

In het kader van het nieuwbouwproject van wonin-

gen aan de Abdijlaan is een verkennend bodemon-

derzoek uitgevoerd. Hieruit blijkt, dat er geen histo-

rische ontwikkelingen bekend zijn die erop wijzen

dat ter plaatse de bodem verontreinigd zal zijn, met

uitzondering van het terreingedeelte bij de boven-

grondse tank. Hier moet rekening worden gehouden

met een verontreiniging van de grond met minerale

olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen. Na

verwijdering van de tank zal de onderliggende

grond schoon worden opgeleverd.

6. Bedrijven.

De bedrijvigheid in en om het plangebied is in

hoofdzaak geclusterd en wordt qua milieubelasting

gekenmerkt door kleinschalige activiteiten. Ook

scholen en maatschappelijke instellingen kunnen

aartoe worden gerekend. Hoewel er nauwelijks

klachten bekend zijn kunnen er, tussen de bedrijvig-

heid en de aangrenzende en soms aanpandig gelegen

woonbebouwing fficties ontstaan. De Wet Milieu-

beheer vormt het belangrijkste juridische kader

waarmee mogelijke overlast kan worden aange-

pakt. Alle bedrijvigheid in het plangebied valt

onder een toereikende vergunning en/of kennisge-

ving. De daarbij behorende voorschriften worden

nage ee . In et algemeen kan worden gesteld dat

vanwege bestaande en mogelijke bedrijfsactivitei-

ten in en rond het plangebied geen milieuhinder te

verwachten is.

Voor een tweetal bedrijfsactiviteiten gelden afstan-

den die in acht genomen moeten worden. Voor het

benzineverkooppunt aan de Nachtegaallaan gelden

veiligheidscontouren in verband met LPG opslag

die op de plankaart staan aangegeven. Voor de

ligging van deze contouren geldt in hoófdlijnen het

volgende:

-47-

afstand tot vulpunt (opstelplaats voor tankau-

to's): 80 m;

afstand tot LPG-reservoir: 40 m.

Genoemde afstanden gelden voor woningen en

gebouwen in categorie 2. Voor minder gevoelige

bestemmingen (cat. 1) zijn de afstanden respectie-

velijk 30 en 20 m. Bouwen binnen de veiligheids-

contour is niet toegestaan. Bovendien moet een

afstand van 20 meter vanaf de afleverzuil worden

aangehouden voor bestemmingen of functies cate-

gone 1 en 2. De afstanden welke van toepassing

zijn voor bestemmingen/functies categorie 2 gel-

den eveneens voor incidentele woonbebouwing,

woonwijken en een flatgebouw.

Ten noorden van het plangebied is de Rioolwater-

zuivering (RWZI) van het waterschap gevestigd.

Deze RWZI is een gezoneerde inrichting in het

kader van de wet Geluidhinder. De zone (50 dB(A)

contour) staat op de plankaart vermeld. Het oprich-

ten van geluidgevoelige bebouwing is alleen toege-

staan indien de berekende gevelbelasting lager

blijkt dan 50 dB(A) etmaalwaarde.

7. Duurzaamheid/energie.

In de gemeente Helmond wordt gestreefd naar

duurzame (nieuw)bouw, waarbij het energiever-

bruik zoveel mogelijk wordt teruggedrongen. De

gemeente heeft het convenant "Duurzaam bouwen

Regio Eindhoven" ondertekend. In dit convenant is

een basispakket opgenomen van 26 (voor project-

matige bouw 34) verplichte en 46 aanbevolen

maatregelen. Te realiseren woningbouw dient mi-

nimaal te voldoen aan de eisen op grond van de

Bouwverordening, alsmede aan de verplichte- en

minimaal aan 25 (projectbouw 28) van de aanbe-

volen maatregelen van het convenant "Duurzaam

bouwen". Hierop zal in het kader van de afgifte

van een bouwvergunning worden getoetst.

-48-

8. Milieubescherming/leefbaarheid.

Een klein gedeelte van het plangebied is gelegen

binnen het reserveringsgebied voor toekomstige

ondwaterwinning van het waterwingebied Hel-

gr

mond in de Bakelse Bossen. De huidige bescher-

mingszone van het waterwingebied ligt echter

buiten het plangebied. Er gelden derhalve geen

belemmerende voorschriften voor activiteiten in

het plangebied.

Binnen de zoneringen voor veiligheid (LPG) en

geluid (RWZI) gelden beperkingen ten aanzien van

nieuwbouw van woningen en andere milieugevoe-

lige bouwwerken.

9. Bebouwingsvrije zone Zuid

Willemsvaart.

Aan weerszijden van de Zuid Willemsvaart geldt

een bebouwingsvrije zone van 50 m, onder andere

ten behoeve van het civieltechnisch en nautische

beheer van de desbetreffende vaarweg. Deze zone

valt gedeeltelijk samen met de ecologische verbin-

dingszone langs de omleiding van de Zuid Wil-

lemsvaart.

-49-

10. procedure

1. Inspraak.

Het plan heeft in het kader van de inspraak vanaf

30 november 2000 4 weken ter inzage gelegen bij

het gemeentelijk informatiecentrum. Op 4 decem-

ber 2000 heeft er een inspraakavond plaatsgevon-

den in het Dr. Knippenbergcollege. Het verslag

van deze avond is als bijlage 4. in dit plan opgeno-

men.

De terinzagelegging heeft geleid tot een schriftelij-

ke reactie van de heer T.Peters namens de besturen

van de Coöperatieve Vereniging van eigenaren in

het winkelcentrum De Bus U.A. en de ondeme-

mersvereniging De Bus, alsmede namens alle le-

den van de voornoemde vereniging van eigenaren

afzonderlijk. De inspraakreactie wordt samengevat

en becommentarieerd in de bij het plan behorende

inspraaknota.

Ten behoeve van de herontwikkeling van het

klooster aan de Ruusbroeclaan heeft een afzonder-

lijke inspraakprocedure plaatsgevonden. Aange-

zien de planontwikkeling voor deze locatie in dit

bestemmingsplan haar juridische vertaling krijgt,

wordt het resultaat van de schriftelijke inspraak

voor deze herontwikkeling meegenomen in de

inspraaknota van het totale plan. Het betreft hier 1 1

schriftelijke reacties welke in de inspraaknota wor-

den samengevat en becommentarieerd.

2. Resultaten wettelijk overleg

ex artikel 10 BRO.

Van de gehoorde instanties hebben de Provinciale

Planologische Commissie (PPC) alsmede het Wa-

terschap De Aa inhoudelijk gereageerd op het

voorontwerp. De inhoud van de overlegreacties

wordt hieronder besproken.

PPC.

De PPC kan instemmen met de voorgenomen

ontwikkeling van een woontoren langs de

-50-

Ruusbroeclaan en adviseert om deze ontwik-

keling in hetplan mee te nemen.

Reactie gemeente:

Hiervan wordt kennisgenomen. De bestemming

van het terrein van het voormalige broederklooster

zal dienovereenkomstig worden aangepast.

Langs de Zuid-Willemsvaart loopt een ecolo-

gi.sche verbindingszone. Deze zone moet in

het plan worden opgenomen. Bij nieuwe

bouwmogelijkheden in de groene zone langs

het kanaal zal moeten worden aangetoond dat

dit niet ten koste gaat van de mogelijkheden

voor deze ecologische verbindingszone

(Cat. l).

Reactie:

De verbindingszone zal op de kaart worden opge-

nomen. De verplichting om aan te tonen dat nieu-

we bebouwingsmogelijkheden niet ten koste mo-

gen gaan van de mogelijkheden voor de ecologi-

sche verbindingszone zal worden opgenomen in

het 2' lid van artikel 8 "Beschrijving in hoofdlij-

nen

Artikel 6 (Woongebied I) lid 2 sub b: er is

geen maximale maat gesteld aan de verho-

gingsmogelijkheid van de nokhoogte. Ondui-

delijk is wat bedoeld wordt met de zinsnede

dat per bouwstrook de verhoging van de nok-

hoo te bij de afzonderlijke woningen uniform

9

moet zijn.

Reactie:

De desbetreffende bepaling wordt bij nader inzien

onnodig geoordeeld en wordt derhalve geschrapt.

Artikel 6 lid 3 sub a gaat eraan voorbij dat

ruimtelijke ordening toelatingsplanologie is.

De bepaling dat " ... bestaande woningen en

andere gebouwen dienen te worden gehand-

haarfd, dan wel te worden vervangen" is daar-

mee in strijd.

Reactie:

Met de aangehaalde bepaling wordt beoogd het

conserverende karakter van het bestemmingsplan

-51-

uit te drukken. Als bouwvoorschrift is de bepaling

echter niet functioneel, derhalve kan deze beter

worden geschrapt.

Artikel 9 Wijkvoorzieningen: de commissie

vraagt aandacht voor de handhaving van het

2' lid, omdat uitwisseling van functies recht-

streeks mogelijk is, maar er wel voorwaarden

aan vestiging zijn verbonden. Zij adviseert om

in dat kader de bestaande toestand goed te

inventariseren. De opmerking geldt ook voor

artikel 10 Wijkvoorzieningen en wonen. In lid

2 sub c is geen maximum gesteld aan de om-

vang van supermarkten.

Reactie:

Mede naar aanleiding van de inspraakreactie van

de Winkeliersvereniging De Bus wordt de regeling

in artikel 9 lid 2 in die zin aangepast, dat een aantal

beperkende voorwaarden komen te vervallen.

Bijlage 3. bevat een inventarisatie van de aanwezi-

ge winkels en overige voorzieningen in zowel win-

kelcentrum De Bus als aan de Vondellaan.

De regeling met betrekking tot de aanwezige su-

perrnarkten wordt in die zin aangepast, dat er

slechts twee grootschalige winkelvestigingen van

meer dan 250 M2 bruto vloeroppervlakte aanwezig

mogen zijn. Aan een maximale oppervlakte per

vestiging bestaat geen behoefte, gezien de in de

supermarktbranche aanwezige dynamiek. Het aan-

geven van een tamelijk willekeurige bovengrens

kan ontwikkelingen blokkeren die niet per se onge-

wenst hoeven te zijn.

Artikel 11 Maatschappelijke Voorzieningen:

Onduidelijk is waarop wordt gedoeld met de

zin "Uitbreiding van de aanwezige hoeveel-

heid bebouwing binnen deze zones is toege-

staan...". De commissie adviseert om de groe-

ne zones binnen deze bestemming nader aan

te geven en op te nemen in de doeleindenom-

schrijving.

Reactie:

Met de aangehaalde bepaling wordt tot uitdrukking

gebracht dat het uitgangspunt van handhaving van

-52-

het groene karakter uitbreiding van de bebouwing

tot het op de kaart aangegeven maximale bebou-

wingspercentage- niet in de weg staat.

Het als zodanig bestemmen van deze groene zones

zou afbreuk doen aan de gewenste flexibiliteit

binnen de bestemming. Bovendien betreft het hier

particuliere terreinen.

De PPC wijst erop dat voor bebouwing in de

groene zones die in de bestemming "Groen-

voorzieningen" wordt voorzien minimaal een

wijzigingsbevoegdheid nodig is.

Reactie:

In de bestemming "Groenvoorzieningen" is geen

bebouwing voorzien. Wellicht wordt gedoeld op de

mogelijke nieuwbouw in de bestemming

"Woongebied in Groenvoorzieningen". Deze be-

stemming bevat zowel bestaande gestapelde wo-

ningen als de mogelijkheid van aanvullende

nieuwbouw, eveneens in de vorm van gestapelde

woningen. Teneinde verwarring te voorkomen zal

de naam van de bestemming worden gewijzigd in

"Woongebied III".

Waterscliap De Aa:

Het Waterschap verzoekt om -naast de opge-

somde maatregelen in het gemeentelijk

waterplan- in nieuwe situaties ruimte te reser~

veren voor retentie in de vorm van stadswa-

ter. Daarnaast verzoekt het waterschap om

oppervlaktewateren in de vorm van stadswa-

ter, die thans zijn begrepen in de bestemming

groenvoorzieningen, afzonderlijk te bestem-

men en als zodanig aan te geven op de plan-

kaart.

Reactie:

Een concrete reservering van ruimte voor nieuw

stadswater vraagt meer inzicht in afkoppelings-,

infiltratie-, bergings- en afvoennogelijkheden bin-

nen et plangeb ed. Als dat er is biedt het bestem-

mingsplan voldoende basis voor een nadere afwe-

ging van belangen. De aanwezige ruimte blijft in

dit plan open.

-53-

In de doeleindenomschrijving van de bestemming

"Groenvoorzieningen" is voorzien in de flmctie

van ontvangen, bergen en/of afvoeren van water.

Een specifieke bestemming voor oppervlaktewate-

ren is niet logisch bij de thans te verwachten veran-

deringen in de waterhuishouding en de onzekerhe-

den over de concrete uitwerking daarvan.

-54-

bijlagen

bij de toelichting

bijlage l.: overzicht geldende bestemmingsplannen Hehnond Noord

bijlage 2.: typering woningbouw per deelgebied

bijlage 3.: overzicht voorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan

bijlage 4.: verslag inspraakavond

bijlage l.:

overzicht geldende

bestemmingsplannen

Groot Binderen

m~rddgn

Verklaring:

0 Geen Bestemmingsplan

D U.P. In Hoofdzaken Bloem- en Paardenvelden

23 U.P. Binderen

23a B.P. 2eHerziening Binderen

23b B.P. 3eHerziening Binderen

23e B.P. 4eHerziening Binderen

e

23d B.P. 5 Herziening Binderen

23h B.P. Herziening Binderen Bakelsedijk 152-

23i B.P. Herziening Binderen Rembrandtlaan

231 B.P. Herziening Binderen Hoek Oostende - Helmondselaan

23n B.P. De Braak

24 U.P. Bloem- en Paardenvelden

24a B.P. 1 'Herziening Bloem- en Paardenvelden

24b B.P. Johannes Verineerlaan

24c B.P. Jan van Goyenlaan

24d B.P. Herziening Jan van Goyenlaan - Hobbemalaan

24e B.P. Herziening Bloem- en Paardenvelden (Uitbreiding Pannehoeve)

27 B.P. De Kemenade

27a B.P. Raafstraat

28 B.P. De Eeuwsels 1

28a B.P. Omgeving Saxofoonstraat

28b B.P. Omgeving Hobostraat

28c B.P. Herziening de Eeuwsels 1 Omgeving Basstraat

28d B.P. Herziening de Eeuwsels 1 Hobostraat - Tamboerijnstraat

29 B.P. de Eeuwsels 11

29a B.P. Herziening de Eeuwsels 11 Omgeving Adonislaan

29b B.P. Herziening de Eeuwsels 11 Oberonlaan - Uranuslaan

29c B.P. Herziening de Eeuwsels Il Autoboxen Apollostraat - Spoetnikstraat

30b B.P. Haverveld

30ba B.P. Haverveld uitwerking l' fase

3Obb B.P. haverveld James Ensorlaan

30bc B.P. Haverveld Uitwerking 2' fase Omgeving Anna Bijnsstraat

e

30bd B.P. Haverveld Uitwerking 3fase Ruusbroeclaan - J. v. Heelustraat

30be B.P. Haverveld Clubgebouw Tesselschadelaan procedure gestopt

30bf B.P. Haverveld College Nieuwveld

30bg B.P. Haverveld Uitwerking 4' fase / Omgeving Jan Steenlaan - Tesselschadelaan

31 B.P. de Bus 11

3 1 a B.P. 1 eHerziening de Bus II Administratief

3 lb B.P. Herziening de Bus Il / Uitbreiding Dansschool Nieuwveld

D U.P. In Hoofdzaken Bloem- en Paardenvelden

bijlage 2.:

typering woningbouw

per deelgebied

Binderen.

Het deelgebied Binderen kent grotendeels een min

of meer rechthoekig verkavelingspatroon, opge-

bouwd uit open en half-open bouwblokken. De

bebouwing is voor het merendeel gesitueerd in

rechte stroken binnen de bouwblokken en wordt

gevonnd door half-vrijstaande en aaneengesloten

woningen in twee of drie bouwlagen, afgedekt met

een kap. Plaatselijk zijn ook rijen garageboxen

aanwezi

9

Een eerste uitzondering hierop vortnen de op en-

kele locaties aan de hoofdgroen- en hoofdwegen-

structuur aanwezige gestapelde woningen in vier

bouwlagen zonder kap.

Een tweede uitzondering hierop vonnt de opbouw

van het verkavelingspatroon rond de Korhoender-

hof met deels een hof-vortnige invulling. De be-

bouwing bestaat uit aaneengesloten woningen in

twee bouwlagen zonder kap, die verspringend ten

opzichte van elkaar zijn gesitueerd.

Het deelgebied vonnt een klassiek voorbeeld van

naoorlogse volkswoningbouw c.q. stedenbouw.

Bloem- en Paardenvelden.

Het deelgebied Bloem- en Paardenvelden kent een

strikt orthogonaal verkavelingspatroon, opge-

bouwd uit half-open en open bouwblokken. De

bebouwing is binnen deze bouwblokken in rechte

stroken gesitueerd en bestaat uit aaneengesloten

woningen in twee bouwlagen, afgedekt met een

kap. Plaatselijk zijn ook rijen garageboxen aanwe-

zig.

Een uitzondering l@erop vonnen de gestapelde wo-

ningen op enkele locaties aan de hoofdwegen-/-

groenstructuur. De bebouwing bestaat hier uit vier

of vijf bouwlagen zonder kap.

Een uitzondering vormen eveneens de gestapelde

woningen in de groenzone langs het kanaal. Deze

gestapelde woningen zijn als solitaire bebouwing

in de groenzone geplaatst. De bebouwing bestaat

uit 3 bouwlagen, afgedekt met een kap.

Het tot dit deelgebied gerekende zuidwestelijke

blok behoort qua stedenbouwkundige opzet eigen-

lijk tot het deelgebied Binderen.

-2-

uit-

De Kemenade.

De Kemenade kent een strikt orthogonaal verkave-

lingspatroon, opgebouwd uit half-open en open

bouwblokken. De bebouwing is gesitueerd in rech-

te stroken binnen de bouwblokken en bestaat uit

half-vrijstaande en aaneengesloten woningen in

één of twee bouwlagen met kap. Plaatselijk zijn

ook rijen garageboxen aanwezig.

Binnen de Kemenade is een strikte scheiding tus-

sen de half-vrijstaände en aaneengesloten wonin-

gen gemaakt.

-3-

De Eeuwsels 1.

Ook het gebied De Eeuwsels 1 kent een strikt or-

thogonaal verkavelingspatroon, opgebouwd uit

half-open en open bouwblokken. De bebouwing,

bestaande uit half-vrijstaande en aaneengesloten

bebouwing in twee bouwlagen en plat afgedekt of

met kap of lessenaar, is gesitueerd in rechte stro-

ken binnen de bouwblokken. Verspreid zijn ook

rijen garageboxen aanwezig, vaak als afsluiting

van de bouwblokken.

De bebouwing is merendeels afgedekt met een kap.

De bebouwing met plat dak of lessenaarsdak, be-

treft eenduidig af te bakenen complex-gewijze be-

bouwing.

-4-

De Eeuwsels 11.

De Eeuwsels II kent een strikt orthogonaal verka-

velingspatroon, ingevuld met bouwstroken. De

bouwstroken liggen niet in bouwblokken maar aan

groenplekken of aan de hoofdgroenstructuur. De

bebouwing bestaat uit aaneengesloten woningen in

één, twee of drie bouwlagen, plat afgedekt of met

kap. Meerdere bouwstroken bestaan uit woningen

van verschillende hoogte.

Een uitzondering hierop von-nen de gestapelde wo-

ningen, gesitueerd aan de hoofdgroenstructuur.

Deze bebouwing bestaat uit zeven bouwlagen zon-

der kap.

-5-

Haverveld.

Ook het Haverveld kent een in principe orthogo-

naal verkavelingspatroon. Dit is echter niet overal

even strikt toegepast. Het verkavelingspatroon is

ingevuld met half-open en open bouwblokken,

welke op hun beurt zijn ingevuld met bouwstro-

ken, bestaande uit half-vrijstaande en aaneengeslo-

ten woningen in twee bouwlagen, met kap of lesse-

naarsdak.

Een uitzondering hierop vonnt de invulling van de

bouwblokken aan weerszijden van de Melis Stoke-

laan. Binnen deze bouwblokken zijn de bouwstro-

ken door hoekoplossingen met elkaar verbonden,

waardoor deels half-gesloten bouwblokken zijn

ontstaan (herontwikkeling voonnalige Jagersho-

ven).

Een verdere uitzondering vormen de solitair in de

hoofdgroenstructuur gelegen gestapelde woningen

van de Haverveld.... Deze bebouwing bestaat uit

maximaal vijf bouwlagen zonder kap.

-6-

De Bus 11.

De Bus II komt grotendeels overeen met De Eeuw-

sels II: een strikt orthogonaal verkavelingspatroon,

ingevuld met bouwstroken gelegen aan de hoofd-

groenstructuur. De bebouwing bestaat uit aaneen-

gen,

gesloten woningen in één, twee of drie bouwla

plat afgedekt of met kap.

Ook hier vonnen gestapelde woningen, gesitueerd

aan de hoofdgroenstructuur de uitzondering. De

bebouwing bestaat uit zes tot negen bouwlagen

zonder kap.

-7-

bijlage 3.:

overzicht voorzieningen

in De Bus en

aan de Vondeflaan

De Bus.

Overzicht aanwezige voorzieningen in De Bus:

- supermarkt Nieuwveld 1

- cafetaria Nieuwveld 3

- detailhandel in vis Nieuwveld 3

- kapsalon Nieuwveld 5

- restaurant Nieuwveld 7

- detailhandel in kleding Nieuwveld 9

- kapsalon Nieuwveld 1 1

- drogisterij annex postagentschap Nieuwveld 13

- detailhandel in kleding Nieuwveld 15

- detailhandel in vlees en vleeswaren Nieuwveld 17

- supermarkt Nieuwveld 19

- detailhandel in brood en banket Nieuwveld 19

- detailhandel in bloemen en planten Nieuwveld 19

- detailhandel in tabaksproducten Nieuwveld 21

- detailhandel in kleding Nieuwveld 21

- apotheek Nieuwveld 23

- detailhandel in dierbenodigdheden Nieuwveld 27

- detailhandel in aardappelen, groente en fruit Nieuwveld 29

- detailhandel in behang Nieuwveld 33

- detailhandel in brood en banket Nieuwveld 35

- detailhandel in kaas Nieuwveld 37

- detailhandel in dranken Nieuwveld 39

- detailhandel in speelgoed Nieuwveld 43

- detailhandel in bloemen en planten Nieuwveld 47

- drogisterij Nieuwveld 49

- openbare bibliotheek Nieuwveld 49

- detailhandel in huishoudelijke artikelen Nieuwveld 49

datum opname: februari 1999

laatste actualisering: december 2001

Vondellaan.

Aanwezige voorzieningen aan de Vondellaan:

- benzineservicestation Wethouder Ebbenlaan 170

- reisbureau Wethouder Ebbenlaan 178

- restaurant Wethouder Ebbenlaan 200

- detailhandel in bloemen en planten Wethouder Ebbenlaan 202

- videotheek Vondellaan 2

- detailhandel in brood en banket Vondellaan 32

- detailhandel in boeken, tijdschriften, kantoor-

en schoolbenodigdheden Vondellaan 46

- apotheek Vondellaan 48

- detailhandel in ijzerwaren en gereedschappen Vondellaan 62

- kapsalon Vondellaan 78

datum opname: februari 1999

laatste actualisering: december 2001

bijlage 4:

LJL-JLJL-/W verslag inspraakavond

VERSLAG INSPRAAKAVOND BESTEMMINGSPLAN HELMOND -NOORD

Datum 4december2000

Plaats Dr. Knippenborgeollege, Nachtegaallaan 40

Aanwezig Wethouder Mevr. M. Jonkers - Goedhart, do heren T. v.d Bergh en R. Boonman

(ruimtelijke ordening), mevr. A. van Vilsteren (Communicatie), en ± 65 belang-

stellenden

19.30 uur: Welkom en inleiding door wethouder Jonkers - Goedhart.

19.35 uur: toelichting op de huidige situatie, het nieuwe bestemmingsplan en de planprocedure door dhr.

Boonman

20.10 uur: Pauze

20.25 uur: Gelegenheid voor het stellen van vragen.

Dhr. Nacken, Hobbemalaan 39: zegt bezorgd te zijn over de combinatie van wonen en werken. Het nieuwe

bestemmingsplan staat toe dat bedrijijes in de categorie 1 en 2 zich in de wijk vestigen. Hij vreest dat daaruit

overlast kan ontstaan als bedrijijes groter worden. Hij vraagt zich af of ook een vuurwerkopslag zich in de wijk zou

kunnen vestigen. Hij vraagt of de gemeente kan vaststellen welke beddjven er zich wel of niet mogen vestigen.

Dhr. van de Waterlaat, Vinkeniáan 234: vult hierbij aan dat niet alleen het vigerende bestemmingsplan maar ook

de woningen 30 tot 40 jaar oud zijn. Hij woont in een gedeelte van de wijk waar de woningen geen spouwmuren

hebben en daardoor zeer gehorig zijn. Ais in zo,n woning een bedrijije, bijvoorbeeld een naaiateliertje, wordt

begonnen zullen de buren daar zeker geluidsoverlast van ondervinden. Hij vraagt of daar in het nieuwe

bestemmingsplan rekening mee is gehouden.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat zij merkt dat de combinatie wonen en werken een belangrijk

onderwerp is voor de aanwezigen. Dat de vraag leeft hoe ver gaat de gemeente daarin, is het in de hand te houden

en blijft het daarbij nog een prettige woonwijk.

Dhr. Boonnian: antwoordt dat de wijzigingsbevoegdheid, want daar gaat het hier over, alleen betrekking heeft op

nieuwbouw. Op het moment dat woningen worden vervangen kan van de wijzigingsbevoegdheid gebruik worden

gemaakt. Bedrijf@categorie 1 en 2 zijn daarbij toegelaten maar wel onder de voorwaarde dat er geen milieubinder

voor de omgeving ontstaat. Dat sluit een groot aantal bedrijven uit. Bedrijijes die zich willen vestigen zijn ook

gebonden aan een bepaalde maximale grootte. Aanvragen zullen toch individueel beoordeeld en getoetst worden.

Dhr. Nacken: reageert dat hij heeft begrepen dat de vdjstellingsbevoegdheid in deze bij B&W ligt en dat

buurtbewoners geen bezwaar meer kunnen indienen. Hij vindt dat B&W hiermee een v@jkaart is gegeven. Klopt

dat?

Dhr. v.d Bergh: antwoordt dat er inderdaad geen bezwarenprocedure aan de vrijstelling is gekoppeld.

Wethouder Jonkers - Goedhart: vult aan dat als er vrijstellingsbevoegdheden voor B&W worden opgenomen dat

altijd is bij weinig ingrijpende veranderingen. In het concept-bestemmingsplan wordt beschreven om wat voor

bedrijven het gaat. Aanvragen zullen altijd getoetst worden aan de milieuvergunning en op de effecten van verkeer

en parkeren. Het is niet zo dat een rijwoning vervangen kan worden door een bedrijf. Dat kan alleen op een plek

waar sprake is van vernieuwing. De wethouder zegt vanwege de gevoeligheid van de combinatie wonen en werken

in de wijk het verstandig te vinden om de manier waarop de gemeente mee wil werken aan een dergelijke

bestemming toch meer onderhevig te maken aan de reactie uit de buurt en om daarvoor een formule te bedenken.

Dhr. Nacken: merkt op dat bij aanvraag voor opslag van vuurwerk in de wijk de gemeente wel een vergunning kan

weigeren maar wanneer de aanvrager voldoet aan de wet milieubeheer en naar de rechter stapt hij alsnog gelijk

krijgt.

Wethouder Jonkers - Goedhart-, antwoordt dat om zo'n situatie te voorkomen, opslag van vuurwerk misschien

maar gewoon moet worden uitgesloten. Er wordt notitie van zijn opmerking genomen dat opslag van vuurwerk een

activiteit is die in de woonwijk niet wordt gewenst.

Dhr. Nacken: merkt verder op dat wordt uitgegaan van een hoogwaardige woonkwalitelt in de wijk. Handhaving

van de winkels in de Vondellaan draagt bij tot die hoogwaardige kwaliteit en moeten dus behouden blijven. Hij is i],

dat opzicht bezorgd over de tendens binnen de gemeente om de winkels naar het centrum te trekken.

Wethouder Jonkers - Goedhart. antwoordt dat het bestemmingsplan er van uitgaat dat die situatie blijft zoals ze

is. ]n de Vondellaan blijft dus de detailhandelsbestemming gehandhaafd.

Dhr. Christiaans, Basstraat 102: zegt in het bestemmingsplan de Bundertjes te missen. Volgens de

uitnodigingsbrief is de westgrens van het plangebied de Zuid-Willemsvaart. Er is aangegeven dat de bebouwing

mag afwijken met 1 0%. Geldt dat ook voor de Bundertjes?

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit verkeerd in de brief heeft gestaan. Het gebied De Bundertjes

valt buiten het plangebied en blijft dus zoals het is.

Dhr. Van Veen, Projectgroep Dagelijks Beheer: geeft aan dat deze projectgroep het overlegorgaan is voor de

wijk met de gemeente. Problemen in de wijk, of die ontstaan in de wijk, komen in dit drie maandelijks overleg aan

de orde.

Verder vraagt hij of er in de toekomst nog voorzieningen komen in het noordwestelijke gedeelte van de wijk. De

wijkgebouwen de Terp en de Kamenij beschikken over een zaal waar activiteiten kunnen plaatsvinden terwijl in de

Boerderij de ruimte zeer beperkt is. Hij is bezorgd dat de verenigingen in de wijk voor hun activiteiten gedwongen

naar voorzieningen elders moeten uitwijken. Hij verwijst naar de situatie die ontstaan is voor de drumband nu het

Abdijke Is verkocht.

Wethouder Jonkers - Goedbart: antwoordt dat deze vraag buiten het onderwerp van de avond gaat maar dat er

wel notie van zal worden genomen. Verder zegt ze dat er overleg is met de gebruikers van het Abdijke die daar nu

weg moeten. Het is haar niet bekend dat er vanuit Welzijn behoefte zou zijn om de Boerderij te vergroten en daar is

in het bestemmingsplan ook geen rekening mee gehouden.

Dhr. Van den Einde, Saxofoonstraat 30: merkt op dat het erg goed zou zijn als het Con Bdo gebouw zijn

jeugdfunctie zou terugkrijgen.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat in de bestemmingsplanher-ziening niet alle accommodatie-

problemen kunnen worden opgelost. Via de afdeling Welzijn zal Worden g6fnventariseerd wat er aan initiatieven

liggen die eigenlijk een plek moeten krijgen in het bestemmingsplan.

Vraag: In het bestemmingsplan worden voor de uitbreidingsmogeiijkheden van de huizen drie maten genoemd

namelijk: 10, 12, en 14 meter. Waarvan is dat afhankelijk?

Dbr. Boonman: antwoordt dat die maten in principe afhankelijk zijn van de kaveidiepte van het deelgebied A, B, of

C, waarin de woning is gelegen. Die onderverdeling is gemaakt naar verkavelingstype waarbij standaard 12 meter

als een normale woningdiepte kan worden gezien. Deze is gekoppeld aan de meest voorkomende woningtypen A

en B. Bij type C is van een wat mindere bouwdiepte uitgegaan omdat die kavels heel anders zijn en er de ruimte

niet is om zo diep te bouwen. Verkavelingstype D zijn diepere kavels.

Dhr. Kolenberg, Hoboplein 28: zegt dat toen hij 5 jaar gelden zijn woning kocht daar aan de achterzijde volgens

het bestemmingsplan dezelfde woningen zouden komen. Hij wil weten, als het gebouw van de Bombardon en de

Maasvissers gesloopt wordt, of er op die plek woningen komen.

Drh. Boonman: antwoordt dat het bestemmingsplan er van uitgaat dat de situatie blijft zoals die nu is. Op het

moment dat er gesloopt zou worden kan daar een woonbestemming komen. Wanneer het nieuwe

bestemmingsplan gaat vigeren vervalt de oude situatie.

Dhr. Kogenberg: vraagt de situatie van het oude bestemmingsplan over te nemen als de functie die er nu ligt

vervalt. De rij woningen die ooit was gepland zou in zijn ogen daar uitstekend passen.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit als suggestie wordt meegenomen in het traject van het nieuwe

bestemmingsplan.

Dhr. Kolenberg: wijst verder op de onduidelijke situage aan het Hoboplein. Van een strook die daar is aangelegd

is niet duidelijk of dat parkeerplaatsen zijn of niet. Als daar wordt geparkeerd wordt de rijstrook erg smal. Hij vraagt

om een duidelijke situatie en om aan te geven wat parkeerstrook is en wat rijbaan. Hij heeft hierover een brief

geschreven aan de gemeente.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat wordt bekeken of dit een zaak is die wel of niet in het

bestemmingsplan kan worden geregeld. Dhr. Kolenberg zal een reactie krijgen.

Aanwezige: zegt zich voor het Peppelplantsoen bij de opmerking van de vorige spreker aan te sluiten. Daar is het,

voor wat het parkeren betreft, een hele vervelende situatie.

2

Dbr. H. Teeuwen, winkeliersvereniging De Bus en Vereniging van Eigenaren winkeleentrum De Bus: geeft

aan dat hij het jammer vindt dat er bij de planning van deze avond geen rekening is gehouden met de koopavond,

Daarom kon hij niet vanaf het begin van de bijeenkomst aanwezig zijn.

Hij zegt te hebben begrepen dat het nieuw bestemmingsplan geen detailhandel in de woonwijk toestaat.

Hij vraagt wat er in het bestemmingsplan is aangegeven voor het winkelcentrum De Bus en voor het terrein naast

de benzinepomp.

Dhr. Boonman: licht het besterrimingsplan op de gevraagde punten nogmaals toe. In het nieuwe bestemmingsplan

blijft de situatie conform de huidige situatie. De bestaande detailhandel blijft maar heeft geen

uitbreidingsmogelijkheden. Er kan wel uitwisseling plaatsvinden. Voor het terrein van de benzinepomp blijft de

regeling hetzelfde als in het huidige bestemmingsplan.

Dhr. Teeuwen: vraagt als het bestemmingsplan aangeeft dat de detailhandelsoppervlakte van WC De Bus niet

mag worden uitgebreid en maar uit een bouwlaag mag bestaan, waarom de Konmar supermarkt dan wel twee

bouwlagen heeft. De verdieping is dan wel voor ondersteunende functies in gebruik maar dat betekent dat er meer

verkoopruimte beneden is. Dus toch uitbreiding. "Mogen wij de passages en de pleinen van het winkelcentrum

dicht bouwen t.b.v. uitbreiding van de winkels?" De gemeente mag ten aanzien van de andere winkeliers niet met

twee maten meten. Gelijke monniken, gelijke kappen. De winkeliers willen graag in WC De Bus blijven maar ook

uitbreidingsmogelijkheden hebben en daarvoor niet naar de city moeten verhuizen.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat in het ontwerpbestemmingsplan het detailhandelsoppervlak is

opgenomen zoals het was. De kwestie die aangegeven wordt met de opmerking gelijke monniken, gelijke kappen

zal nader worden bekeken en bestudeerd. Verder geeft de wethouder aan dat naast de benzinepomp niet mag

worden uitgebreid en dat er ook geen andere bebouwing mag komen.

Dhr. Cortenbach, Raafstraat 15: Wijst op de witte vlekken, dat zijn onbebouwde hoeken en omdat de grond

schaars wordt is hij bezorgd dat door ingebruikname van die witte vlekken veel groen uit de wijk zal verdwijnen. Hij

wil weten of het groen wat aangegeven Is in het bestemmingsplan zo blijft omdat B&W de bevoegdheid heeft om

met de bebouwing 10% af te wijken van wat het plan aangeeft. Hij geeft als voorbeeld dat aan de Reigerlaan

diverse voorzieningen zijn gelegen, als daar bij een eventuele verbouwing 10% mag worden afgeweken met de

bebouwing dan blijft er van het groen niets over.

Dhr. v.d. Bergh: antwoordt dat die bevoegdheid van B&W betrekking heeft op de bouwkundige maten die in een

plan zitten. Via die bepaling kunnen geen stukken grond worden bebouwd die anders niet voor bebouwing in

aanmerking komen. Het is juist een nadrukkelijk uitgangspunt in het bestemmingsplan om het groen te behouden

zoals het is.

Dhr Cortenbach: reageert dat er een hoek bij de therapeutische Inrichting is bijgekomen ten koste van het groen

zonder dat iemand dat wist. Bijzondere bebouwing heet dat en dat gebeurt steeds weer.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat ze bezorgdheid constateert over het volbouwen van deze klein

groene plekjes. In principe is de gemeente dat niet van plan. Dat wordt vastgelegd in dit ontwerpbestemmingsplan.

Soms is het moeilijk om dit staande te houden vanwege maatschappelijk belang, bijvoorbeeld als een huisarts zou

vertrekken uit de wijk omdat er geen mogelijkheid tot bijbouwen is of voor de bouw van een nieuwe praktijk. Op

zo'n moment ontstaat er een dilemma en moet er een moeilijke afweging worden gemaakt.

Dhr. Cortenbach: reageert dat de gemeente, bijvoorbeeld op het moment dat het bestemmingsplan gewijzigd

moet worden omdat het Abdijke verkocht is, daar een tandartsen- of huisartsenpraktijk mogelijk kan maken.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat de gemeente blij is dat er private eigenaren eigendommen als het

Abdijke verwerven omdat anders de kans op verpaupering dreigt. Op zich zijn dat goede initiatieven. D e gemeente

moet in zo'n zaak de afweging maken wat er in de wijk verantwoordt is om met zo'n gebouw te doen. De gemeente

kan echter niets afdwingen alleen sturen. Adieen als ze zelf een gebouw in eigendom kdjgt kan het helemaal naar

eigen voorkeur worden bestemd.

Dhr. Nacken: vraagt om in het bestemmingsplan het aantal m2 groen vast te leggen wanneer de maisonnettes aan

de Joh. Vermeerlaan worden gesloopt.

Dbr Boonman: antwoordt dat de bebouwing voor dat gebied is vastgelegd op 10% en maximaal 5 bouwlagen.

Daar is men aangebonden als daar iets zou gaan gebeuren.

Vraag: gaat de vergunning voor bijvoorbeeld een werkplaats aan huis bij verkoop mee over naar de nieuwe

eigenaar.

3

Dhr. v.d. Bergh: antwoordt dat het hier gaat om het wijzigen van de bestemming, de gewijzigde bestemming rust

op het pand. Dat verandert niet bij verkoop van het pand. Bij verandering van activiteit die milleuvergunningplichtig

is, moet daarvoor wel opnieuw een milieuvergunning worden aangevraagd.

Dhr. de Roo, Joh. Vermeerlaan: vraagt of er al iets bekend Is over de uitvoering van nieuwbouw in vijf bouwlagen

aan de Joh. Vermeedaan.

Dhr. Boonman: antwoordt dat daar nog geen initiatieven voor zijn genomen. In het bestemmingsplan wordt de

huidige situatie vastgelegd met name het karakter van dit gebied.

Dhr. Christiaans: merkt op dat de parkeerdruk bij WC De Bus erg is toegenomen -sinds er een afdeling van het

ROC aan het Nieuwveid is gevestigd. Hij vraagt of daar exb-a parkeerplaatsen kunnen komen.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat uitgangspunt van de gemeente bij nieuwbouwplannen is, dat het

parkeren op eigen terrein wordt geregeld. AJs er nieuwbouw of verbouw plaatsvindt in de wijk dan moet parkeren

op eigen terrein worden opgelost. Het liefst ziet de gemeente dat die parkeerplaatsen onder de grond gaan. De

parkeerovedast door het ROC aan het Nieuwveid heeft misschien te maken met te weinig ruimte op eigen terrein.

Ze zegt toe daar naar te laten kijken en zo mogelijk daar iets aan te doen.

Mevr. Van Bree, Basstraat: vraagt welk beleid de gemeente voert ten aanzien van de groenstroken in de straten.

In de Eeuwsels worden groenstroken, die eerder een mooi beeld gaven in de straten, verkocht aan de bewoners.

Die zetten hun schuttingen tot aan het trottoir. Dit geeft een vervuiling van het straatbeeld. Zij vraagt bij verkoop van

dergelijke stroken voorschriften op te nemen om deze vervuiling tegen te gaan. Een groene omheining zou

bijvoorbeeld veel mooier zijn.

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat deze kwestie misschien eens in de ldankbordgroepen aan de orde

kan komen. De gemeente staat niet afwijzend tegen verkoop van overhoeken onder bepaalde randvoorwaarden.

Een beleidsnotifie daarover is nog in de maak en de suggestie om daarin een kwaliteitsleidraad te hanteren spree kl

de wethouder zeer aan.

Vraag: wanneer gaat de 30 km zone in?

Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit het terrein is van wethouder Hesen. In de eerste maanden van

2001 zal er nog een informaticavond komen waar de gang van zaken en de maatregelen die In dat kader zullen

worden genomen nader worden toegelicht.

21.30 uur: wethouder Jonkers sluit de avond af.

7 december 2000

Voor verslag:

Anne van Vilsteren,

afdeling Communicatie

4

inhoud van de

voorschriften

BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Artikel 1. 3

WIJZE VAN METEN Artikel 2. 7

ANTI-DUBBELTELBEPALING Artikel 3. 8

VERWIJZING NAAR KAART Artikel 4. 8

LIJST VAN

BEDRIJFSACTIVITEITEN Artikel 5. 9

WOONGEBIED 1 Artikel 6. 10

WOONGEBIED 11 Artikel 7. 13

WOONGEBIED 111 Artikel 8. 15

RZIENINGEN Artikel 9. 17

WIJKVOORZIENINGEN

EN WONEN Artikel 10. 18

MAATSCHAPPELIJKE

VOORZIENINGEN Artikel 1 1. 19

DETAILHANDEL Artikel 12. 21

BEDRIJVEN Artikel 13. 21

OPPUNT VOOR

MOTORBRANDSTOFFEN Artikel 14. 22

GROENVOORZIENINGEN Artikel 15. 23

ECOLOGISCHE ZONE

(medebestemming) Artikel 15a 24

WEGVERKEER Artikel 16. 26

WIJZIGINGSBEVOEGDHEDEN Artikel 17. 27

GEBRUIKSBEPALING Artikel 18. 29

-l-

VRIJSTELLINGSBEVOEGDHEID

t.a.v. BEBOUWING Artikel 19. 30

OVERGANGSBEPALING Artikel 20. 3 1

STRAFBEPALING Artikel 21. 32

TITEL Artikel 22. 32

Bijlage 1. bij de voorschriften: VERKAVELINGSPRINCIPES

Bijlage 2. bij de voorschriften: LIJST VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN

-2-

BEGRIPS-

OMSCMUJVINGEN Artikel 1.

In deze voorschriften wordt verstaan

onder:

plan. de kaarten, genummerd 000285 weer evende de

9

bestemmingen van het bestenuningsplan "Hehnond

Noord" alsmede deze voorschriften;

1 . aanbouw: een met het hoofdgebouw verbonden gebouw

dat qua aftnetingen ondergeschikt is aan het hoofdge-

bouw;

2. aaneengesloten woning: woning, deel uitmakend van

tenminste drie of meer middels de hoofdmassa verbonden

woningen;

ambachten k bedri-if: bedrijf waarbij het accent ligt op het

in handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het

installeren van goederen, alsmede het verkopen en/of le-

veren van goederen, die verband houden met het ambacht

als niet zelfstandig onderdeel van de onderneming;

4. bebouwingspercentage: het percentage van het bouwper-

ceel voor zover gelegen binnen het bebouwingsvlak, dat

ten hoogste mag worden bebouwd;

5. beroepsuitoefening aan huis: de uitoefening van een be-

roep, niet zijnde een vrij beroep, in de woning waarin de

beroepsuitoefenaar woont, een en ander zoals beoefend

door een horlogemaker, een fotograaf, een kleermaker of

vergelijkbaar beroep met uitzondering van een kapper;

6. bijgebouw: vrijstaand gebouw dat zowel qua aftnetingen

als in functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofd-

gebouw;

7. bouwlaag: de begane grond of een- verdieping van een ge-

bouw; een onderhuis, zolderverdieping of vliering wor-

den hier niet onder begrepen;

8. bouwperceel: de aaneengesloten bebouwde en/of onbe-

bouwde grond, behorende bij een bestaand of op te rich-

ten bouwwerk of complex van bouwwerken;

-3-

9. bouwwerk: elke bouwconstructie van enige omvang van-

hout, steen, metaal of ander materiaal welke op de plaats

van bestemming hetzij direct of indirect met de grond

verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op

de grond;

10. bruto vloeroppervlakte: de totale oppervlakte van de

bouwlagen met inbegrip van de daartoe behorende maga-

zijnruimte en overige dienstruimten;

11. consumentgebonden dienstverlening: het bedrijfsmatig

verlenen van diensten, waaronder begrepen een dans-

school, sportschool en/of fitnesscentrum, alsmede aan

detailhandel verwante bedrijfsfuncties voor de (zakelijke)

dienstverlening ter plaatse aan particulieren, zoals een

kapsalon, schoonheidssalon, wasserette, videotheek,

bank, reisbureau, assurantie-, advocaten-, notaris- en

makelaarskantoor;

12. detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden - waar-

onder begrepen de uitstalling ten verkoop - het verkopen

en/of leveren van goederen aan personen die de goederen

kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan

in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

13. erker: hoekig of rond, buiten de gevel van een gebouw

uitgebouwd gedeelte van een ruimte, waarvan de wanden

grotendeels bestaan uit glas;

14. gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toeganke-

lijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden

omsloten, ruimte vormt;

15. gestgpelde woning: woning in een gebouw dat teruninste

twee boven elkaar gelegen woningen bevat;

16. groothandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waar-

onder begrepen de uitstalling ten -verkoop, het verkopen

en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel

aan instellingen of personen ter aanwending in een andere

bedrijfsactiviteit;

-4-

17. half-vrijstaande woning: woning, welke slechts aan één

zijde middels het hoofdgebouw met een andere woning of

ander gebouw is verbonden;

18. hoofdgebouw: gebouw dat zowel functioneel als qua

afmetingen bepalend is voor de bestemming;

19. horeca 1: een bedrijf dat zich uitsluitend of in overwegen-

de mate richt op het verstrekken van consumpties voor

gebruik terplaatse en dat een winkelondersteunende func-

tie heeft, alsmede een bedrijf dat uitsluitend of in overwe-

gende mate gericht is op het verschaffen van logies. Daar-

onder wordt in ieder geval verstaan een restaurant, cafeta-

ria, lunchroom, snackbar en een hotel;

20. horeca II: een bedrijf als omschreven als horeca 1 en

tevens een bedrijf dat zich uitsluitend, of in overwegende

mate richt op het bieden van spel, dans, vermaak en

ontmoeting in combinatie met het verstrekken van con-

sumpties voor gebruik ter plaatse, een en ander met uit-

zondering van een spelautomatenhal; Daaronder wordt in

ieder geval verstaan een discotheek, nachtclub, bioscoop,

zalencentrum en een kegelbaan;

21. kW. afdekking van een gebouw met een dakhelling van

temninste 15' en ten hoogste 75';

22. maatschgppeli-jke doeleinden: openbaar bestuur, dienst-

verlening van overheidswege, godsdienstuitoefening,

verenigingsleven, onderwijs, volksgezondheid en andere

culturele of daarmee gelijk te stellen doeleinden, zoals

een dansschool, sportschool of kinderdagverblijf;

23. maten en aanduidingen: de op de plankaart of in deze

voorschriften aangegeven hoogten, breedten, lengten,

oppervlakten, diepten en percentages, alsmede de aange-

geven dakvorm;

24. patiowoning: woning met open binnenplaats, temninste

aan drie zijden met gebouwen omsloten;

25. seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten

ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij

-5-

bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht,

of vertoningen van erotisch-pomografische aard plaatsvin-

den. Onder een seksinrichting worden in elk geval ver-

staan: een (raam)prostitutiebedrij f, waaronder begrepen een

seksclub, bordeel, privé-huis en erotische massagesalon,

een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een

parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

26. semi-openbaar: openbaar, niet afgesloten, voor een ieder

toegankelijk, doch in particulier eigendom zijnde terrein;

27. verkavelingsiype: wijze van verkavelen zoals weergege-

ven in bijlage 1 bij de voorschriften;

28. voorgevel: de naar de weg gekeerde gevel van een hoofd-

gebouw, met dien verstande dat bij hoekbebouwing spra-

ke kan zijn van meerdere voorgevels;

29. voorgevelrooilijn: de lijn die kan worden getrokken door

de voorgevels van'bestaande hoofdgebouwen of, op

plaatsen waarop een hoofdgebouw ontbreekt, in het ver-

lengde daarvan;

30. vrijstaande woning: woning, welke noch middels het

hoofgebouw noch middels een aanbouw met een andere

woning of ander gebouw verbonden is;

31. vrii beroep: beroep uitgeoefend op administratief, juri-

disch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptech-

nisch of hiermee gelijk te stellen gebied;

32. woning: een gebouw, geschikt en bestemd voor de huis-

vesting van niet meer dan één huishouden.

-6-

WIJZE VAN

METEN Artikel 2.

Bij de toepassing van deze voorschriften wordt als

volgt gemeten:

a. het oppervlak van een gebouw:

tussen de omtreklijnen van de horizontale projectie van de

buitenwerkse gevelvlakken of de harten van de schei-

dingsmuren;

b. de breedte en de diote van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken, dan wel de harten

van de scheidingsmuren;

c. de goot- of boeihoogte van een gebouw:

tussen de snijlijn van het dakvlak met het daaronder gele-

gen buitenwerkse gevelvlak en het aan het gebouw aan-

sluitende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in

geaccidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau,

bepaald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de

naar de weg gekeerde gevel;

d. oud van gebouwen:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of tot de harten

van scheidingsmuren en boven begane grondvloeren,

zulks met inbegrip van erkers en dakkapellen;

e. bouwhoogte van gebouwen:

van het hoogste punt van het gebouw (met uitzondering

van schoorstenen, liftopbouwen etc.) tot aan het aanslui-

tende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in geac-

cidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau, be-

paald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de naar

de weg gekeerde gevel;

f. hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde:

van het hoogste punt van het bouwwerk tot aan het aan-

grenzende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in

geaccidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau,

bepaald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de

naar de weg gekeerde gevel;

-7-

g. breedte van bouwpercelen:

tussen de zijdelingse perceelsgrenzen van het bouwperceel

in de naar de zijde van de weg gekeerde perceelsgrens;

h. afstand tot de (ziidelingse) perceelsgrens:

de kortste afstand van enig punt van een gebouw tot de

(zijdelingse) perceelsgrens van het bouwperceel;

i. afstand tot de bestemmingsgrens:

de kortste afstand van enig punt van een bouwwerk tot de

bestemmingsgrens;

j. afstand tussen gebouwen:

de kortste afstand tussen de buitenwerkse gevelvlakken

van de gebouwen;

k. de hoogte van een bouwlaal.

tussen de bovenzijde van de vloeren geheel of gedeeltelijk

onder elkaar gelegen bouwlagen.

ANTI-DUBBELTEL-

BEPALING Artikel 3.

Geen bouwwerk of complex van bouwwerken mag worden

opgericht indien daardoor een ander bouwwerk of complex

van bouwwerken met het daarbij behorende bouwperceel,

hetzij niet langer zou blijven voldoen aan, hetzij in groter

mate zou gaan afwijken van het plan.

VERWIJZING

NAAR KAART Artikel 4.

Tenzij in de voorschriften anders is bepaald, gelden ter bepa-

ling van het maximale aantal bouwlagen, de dakvorm en het

maximale bebouwingspercentage de hiervoor op de plankaart

aangegeven maten en aanduidingen.

-8-

LIJST VAN

BEDRIJFS-

ACTIVITEITEN Artikel 5.

Bij de toepassing van de voorschriften geldt de lijst van be-

drijfsactiviteiten, zoals opgenomen in bijlage 2 bij de voor-

schriften, waarbij de verschillende categorieën de volgende

betekenis hebben:

categorie 1:

inrichtingen, welke door hun aard nodig en/of toelaatbaar

zijn tussen of omniddellijk naast woningen;

categorie 2:

inrichtingen, welke door hun aard toelaatbaar zijn tussen

of omniddellijk naast woningen, indien geconcentreerd in

een wijk- of buurtcentrum;

categorie 3:

inrichtingen, welke door hun aard slechts toelaatbaar zijn

aan de rand van woonwijken;

categorie 4:

inrichtingen, welke door hun aard gescheiden dienen te

zijn van de woonwijken, bijvoorbeeld door middel van

groenstroken, plantsoenen of water;

categorie 5:

inrichtingen, welke door hun aard behoorlijk ver verwij-

derd moeten zijn van de woonwijken;

categorie 6:

inrichtingen, welke door hun aard uitsluitend op grote

afstand van woongebieden gesitueerd kunnen worden.

-9-

WOONGEBIED 1 Artikel 6.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Woongebied I" aangewezen gronden

zijn bestemd voor:

a. woondoeleinden in de vorm van eengezinswoningen;

b. tuin of erf;

e. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en

parkeervoorzieningen;

d. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa-

den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie-

ningen;

e. garageboxen,

een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie-

ningen.

2.Beschrijving in hoofdlijnen.

Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand

zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten:

a. per deelgebied betekent dit handhaving van de volgende

verkavelingen en woningtypes:

deelgebied verkavelingstype woningtype

A half-open of half-vrijstaande en

open bouwblokken aaneengesloten

woningen

B half-gesloten bouw- aaneengesloten

blokken met door woningen

hoekoplossingen

verbonden stroken

c bouwstroken, aaneengesloten

met verspringende woningen

voorgevelrooilijn

D bouwstroken, aaneengesloten

met rechte woningen en

voorgevelrooilijn patio-woningen

1

(zie voor verklaring verkavelingstypes bijlage 1. bij de

voorschriften);

b. uitgangspunt voor nieuwe woningen is behoud van het

stedenbouwkundig karakter, zoals tot uitdrukking komend

in het schema onder a. van dit lid alsmede de voorgevel-

rooilijn, het aantal bouwlagen en de dakvorm;

c. bij uitbreiding en/of vervanging van de bebouwing wordt

uitgegaan van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per

eengezinswoning en 1,0 parkeerplaats per seniorenwo-

ning. Voorwaarde daarbij is dat de bestaande parkeerba-

lans minimaal gehandhaafd moet blijven. Wijziging van

de bebouwing mag niet ten koste gaan van het aanwezige

aantal parkeerplaatsen;

d. de bestaande oppervlakte aan openbaar groen dient mini-

maal gehandhaafd te blijven.

3.BeboumLng.

A. Gebouwen.

Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend

gebouwen worden opgericht of verbouwd overeenkomstig de

volgende regels:

a. de bestaande voorgevelrooilijn of uit de bestaande omge-

ving af te leiden voorgevelrooilijn blijft gehandhaafd;

b. de voorgevelrooilijn mag niet worden overschreden, met

M2

uitzondering van één erker van maximaal 5 over maxi-

maal 40% van de gevelbreedte met een diepte van maxi-

maal 1,5 m in situaties waarbij de voorgevelrooilijn niet

direct grenst aan gronden in gebruik voor openbare ver-

keersdoeleinden of groenvoorzieningen;

c. de woningdiepte mag ten hoogste de in onderstaand over-

zicht weergegeven diepte bedragen:

deelgebied A: 12 m;

deelgebied B: 12 m;

deelgebied C: 10 m;

deelgebied D: 14 m,

met dien verstande dat de diepte van de resterende achter-

tuin ten n-iinste 8 m moet bedragen;

d. het hoofdgebouw dient in, mits niet grenzend aan de

bestemming groenvoorzieningen of wegverkeer, of ten

minste 2,5 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden

gesitueerd;

e. bij woningen met een kap dient de bestaande dakhelling

en nokhoogte gehandhaafd te blijven;

-li-

f. bij woningen in deelgebied D, bestaande uit maxhnaal 2

bouwlagen en afgedekt met een plat dak, mag een extra

bouwlaag worden toegevoegd over de volledige breedte

en maxünaal de helft van de diepte van de woning;

g. per woning mogen maximaal 2 bijgebouwen worden

opgericht;

h. het oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen mag per

woning in totaal maximaal 40 M2 of@ indien dit meer is,

het bestaande oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen

bedragen, met dien verstande dat achter de achtergevel of

het verlengde daarvan van een woning een onbebouwde

ruimte moet blijven met een oppervlak van tenminste 30

M2

i. de goot- of boeihoogte van aanbouwen en bijgebouwen

mag maximaal 3 m bedragen;

j. de bouwhoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag

maximaal 4,5 m bedragen met dien verstande dat de

bouwhoogte in de erfscheiding maxhnaal 3 m mag bedra-

gen;

k. aanbouwen en bijgebouwen dienen in, mits niet grenzend

aan de bestemming groenvoorzieningen of wegverkeer, of

ten minste 1 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden

gesitueerd, vanaf tenminste 3 m achter de voorgevelrooi-

lijn.

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde passend in de bestem-

ming mogen worden opgericht, met dien verstande, dat:

a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen achter de voorgevelrooilijn

niet meer dan 2 m en voor de voorgevelrooilijn niet meer

dan 1 m mag bedragen en de hoogte van vlaggemnasten

en daarmee vergelijkbare bouwwerken ten hoogste 5 m

mag bedragen.

C. Nadere eisen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te

stellen ten aanzien van de situering en aftnetingen van gebou-

wen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien dit nood-

zakelijk is:

a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving

in hoofdlijnen;

-12-

b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni-

sche en/of landschappelijke inpassing;

c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren.

WOONGEBIED II Artikel 7.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Woongebied II" aangewezen gronden

zijn bestemd voor:

a. woondoeleinden in de vorm van gestapelde woningen;

b. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en

parkeervoorzieningen, al dan niet'ondergronds;

c. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa-

den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie-

ningen;

een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie-

ningen.

2.Beschrijving in hoofdlijnen.

Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand

zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten:

a. per deelgebied betekent dit handhaving van de volgende

verkavelingen en woningtypes:

deel ebied verkavelingstype woningtype

9

E half-open of gestapelde

open bouwblokken woningen

F solitairen in/aan gestapelde

het groen woningen

(zie voor verklaring verkavelingstype bijlage 1. b" de

ij

voorschriften);

b. uitgangspunt voor nieuwe woningen is behoud van het

stedenbouwkundig karakter, zoals tot uitdrukking komend

in het schema onder a. van dit lid alsmede de voorgevel-

rooilijn, het aantal bouwlagen en de kapvorm;

-13-

c. bij uitbreiding en/of vervanging van de bebouwing wordt

uitgegaan van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per

eengezinswoning en 1,0 parkeerplaats per seniorenwo-

ning. Voorwaarde daarbij is dat de bestaande parkeerba-

lans minimaal gehandhaafd moet blijven. Wijziging van

de bebouwing mag niet ten koste gaan van het aanwezige

aantal parkeerplaatsen;

d. de bestaande oppervlakte aan openbaar groen dient mini-

maal gehandhaafd te blijven.

3.Beboumtug.

A. Gebouwen.

Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend

gebouwen worden opgericht of verbouwd met handhaving van

de bestaande functie overeenkomstig de volgende regels:

a. de bestaande voorgevelrooilijn of uit de bestaande omge-

ving af te leiden voorgevelrooilijn blijft gehandhaafd;

b. de woningdiepte mag ten hoogste 14 m bedragen;

c. de bebouwing dient in- of ten minste 5 m uit de zijdelingse

erfscheiding te worden gesitueerd.

B. Bouwwerken, geen woning zijnde.

Bouwwerken geen gebouwen zijnde passend in de bestenuning

mogen worden opgericht, met dien verstande, dat:

a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag be-

dragen en de hoogte van vlaggerunasten en daarmee ver-

gelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen.

C. Nadere eisen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te

stellen ten aanzien van de situering en aftnetingen van gebou-

wen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, indien dit nood-

zakelijk is:

a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving

in hoofdlijnen;

b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni-

sche en/of landschappelijke inpassing;

c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren.

WOONGEBIED IR Artikel 8.

l.Doeleindenomschrijv!n2.

De op de kaart voor "Woongebied III" aangewezen gronden

zijn bestemd voor:

a. woondoeleinden;

b. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa-

den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie-

ningen;

c. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en

parkeervoorzieningen,

een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie-

ningen.

esc ivm2 hoofdlijnen.

Bij de ontwikkeling van de binnen deze bestemming vallende

gronden worden de volgende uitgangspunten in acht genomen:

a. het groene karakter van de strook langs de oever van de

kanaalomleiding dient gehandhaafd te worden. Beperkte

uitbreiding van de aanwezige hoeveelheid bebouwing

binnen deze strook is toegestaan, teneinde ter plaatse op

de kanaalomleiding georiënteerde woningen te kunnen

realiseren;

e structuur van open ruhnten tussen de bebouwing dient

gehandhaafd te worden teneinde de relatie tussen de ka-

naalomleiding en de achterliggende woonbuurten intact te

houden;

c. nieuwe woningen dienen te z'ij'n georiënteerd op de ka-

naalon-deiding teneinde Helmond Noord een gezicht naar

de kanaalomleiding te geven en de sociale veiligheid in de

groenstrook met doorgaande fietsroute te verbeteren;

d. nieuwe woningen dienen van kwalitatief hoogwaardige

architectuur te zijn teneinde meer differentiatie binnen het

woningaanbod van Helmond Noord te krijgen en het

gewenste gezicht naar de kanaalomleiding te accentueren;

e. de bestaande ontsluitingsstructuur en parkeervoorzienin-

gen dienen slechts in beperkte mate uitgebreid te worden,

uitgaande van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per

woning;

f. nieuwe bebouwing dient op een afstand van minimaal 50

m uit de as van de kanaalomleiding te worden gesitueerd

teneinde een doorgaande groenstrook langs de kanaaloin-

leiding van voldoende breedte te handhaven en voldoende

-15-

afstand te bewaren tot de kanaalomleiding in verband met

de scheepvaartfunctie.

3.Bebouwing.

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend wor-

den gebouwd gestapelde woningen met bijbehorende aanbou-

wen en bijgebouwen, een en ander met bijbehorende bouw-

werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat:

A. Gebouwen.

a. de afstand tot de functie verkeersdoeleinden moet tenmin-

ste 5 m bedragen;

b. de woningdiepte mag ten hoogste 14 m bedragen;

c. de bebouwing dient in of ten minste 5 m uit de zijdelingse

erfscheiding te worden gesitueerd;

d. de hoogte per bouwlaag mag ten hoogste 3,2 m bedragen;

e. het oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen mag per

woning in totaal maximaal 25 M2 of@ indien dit meer is,

het bestaande oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen

bedragen, met dien verstande dat achter de achtergevel of

het verlengde daarvan van een woning op de begane

grond een onbebouwde ruimte moet blijven met een op-

pervlak van tenminste 30 M2;

f. de goot- of boeihoogte van aanbouwen en bijgebouwen

mag maximaal 3 m bedragen;

g. de bouwhoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag

maximaal 4,5 m bedragen met dien verstande dat de

bouwhoogte in de erfscheiding maximaal 3 m mag bedra-

gen;

h. aanbouwen en bijgebouwen dienen in, mits niet grenzend

aan de openbare weg, of ten minste 1 m uit de zijdelingse

erfscheiding te worden gesitueerd, vanaf tenminste 3 m

achter de voorgevelrooilijn.

B. Bouwwerken, geen woning zijnde.

Bouwwerken geen gebouwen zijnde passend in de bestemming

mogen worden opgericht, met dien verstande, dat:

a. de hoogte van bouwwerken, geeif gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag be-

dragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee ver-

gelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen.

-16-

C. Nadere eisen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te

stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van gebou-

wen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, indien dit nood-

zakelijk is:

a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving

in hoofdlijnen;

b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni-

sche en/of landschappelijke inpassing;

c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren.

WIJK-

VOORZIENINGEN Artikel 9.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Wijkvoorzieningen" aangewezen gron-

den zijn bestemd voor detailhandel, consumentgebonden

dienstverlening, horeca 1 en maatschappelijke doeleinden, een

en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorziening-

en.

2.Beschrijving in hoofdlijnen.

Uitwisseling van functies is mogelijk onder de volgende

voorwaarden:

a. de functies dienen te zijn gericht op c.q. te passen binnen

het verzorgingsniveau van de omliggende wijk;

b. binnen de bestemming mogen maximaal 2 grootschalige

detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van

meer dan 250M2zijn gevestigd;

e. binnen de bestemming zijn geen dienstverlenende of

horecabedrijven met een brutovloeroppervlak van 250 M2

of meer toegestaan;

d. aan de parkeerbehoefte dient binnen de bestemming te

worden voldaan. Ten minste moet aan de parkeernorm

van 3 parkeerplaatsen per 100 M2 brutovloeroppervlak

worden voldaan;

e. uitoefening van detailhandels-, dienstverlenende of hore-

cabedrijven op de verdieping is niet toegestaan, anders

dan in de vorm van opslag.

-17-

3.Bebouwing.

Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend

worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming,

een en ander met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen

zijnde, met dien verstande dat:

A. Gebouwen:

de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" ten minste 5

m moet bedragen.

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde:

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag

bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee

vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra-

gen.

WIJK-

VOORZIENINGEN

EN WONEN Artikel 10.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Wijkvoorzieningen en wonen" aangewe-

zen gronden zijn bestemd voor:

a. detailhandel, dienstverlening en horeca l;

b. woondoeleinden,

een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie-

ningen.

2.Beschrijving in hoofdlijnen.

Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toe-

stand, uitbreiding van het totale brutovloeroppervlak van de

detailhandels-, dienstverlenende en horecabedrijven wordt niet

toegelaten. Uitwisseling van functies'is mogelijk onder de

volgende voorwaarden:

a. de functies dienen te zijn gericht op c.q. te passen binnen

het verzorgingsniveau van de omliggende wijk en het aan-

grenzende noordelijke deel van Helmond-centrum;

-18-

b. binnen de bestemming mogen geen detailhandels-, dienst-

verlenende of horecabedrijven met een brutovloeropper-

vlak van 250 M2 of meer ontstaan of worden gevestigd;

c. uitoefening van detailhandels-, dienstverlenende of hore-

cabedrijven is op de verdiepingen niet toegestaan, anders

dan in de vorm van opslag. De verdiepingen hebben naast

de opslagfunctie alleen een woonfunctie.

3.Bebou~.

Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend

worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestenuning,

een en ander met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen

zijnde, met dien verstande dat:

A. Gebouwen.

a. de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" of 0 m of ten

minste 3 m moet bedragen;

b. uitsluitend gestapelde woningen mogen worden gebouwd;

e. de woningdiepte maximaal 14 m mag bedragen.

aanbouwen en bijgebóuwen, behorende tot de woningen,

uitsluitend achter de voorgevelrooilijn mogen worden

opgericht.

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag

bedragen en de hoogte van vlaggerimasten en daarmee

vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra-

gen.

MAATSCHAPPELIJKE

VOORZIENINGEN Artikel 11.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de plankaart voor "Maatschappelijke voorzieningen"

aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. maatschappelijke doeleinden;

b. bedrijfswoningen, op de met "b" aangeduide percelen;

c. groenvoorzienmgen, tuin en erf,

-19-

een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie-

ningen.

2.Beschrijvint! in hoofdlijnen.

Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand

zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten:

a. het groene karakter van de zones met maatschappelijke

voorzieningen dient gehandhaafd te worden. Uitbreiding

van de aanwezige hoeveelheid bebouwing is toegestaan,

binnen de op de plankaart aangegeven bepalingen voor

bebouwingspercentage en aantal bouwlagen;

b. de open ruimte binnen deze bestemming moet worden

gehandhaafd in samenhang met de ruhnte van aangrenzen-

de groenvoorzieningen, zodat de gebruikswaarde van die

ruimte en het karakter en de kwaliteit van "bebouwing in

het groen" worden gehandhaafd c.q. versterkt. Het reali-

seren van nieuwe bebouwing dient zo geconcentreerd

mogelijk plaats te vinden;

c. de bestaande ontsluitingsstructuur en parkeervoorzienin-

gen dienen zo beperkt mogelijk uitgebreid te worden, met

dien verstande, dat moet worden uitgegaan van een par-

keernorm van 2,5 parkeerplaatsen per 100 M2 brutovloer-

oppervlak. De parkeervoorzieningen moeten binnen de

bestemming worden gerealiseerd.

3.BebouwinL-.

Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend

worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming

met bijbehorende aan- en/of bijgebouwen en bouwwerken

geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat:

A. Gebouwen.

a. de afstand tot de bestemmingen "Wegverkeer" en

"Groenvoorzieningen" tenminste 5 m moet bedragen;

b. uitsluitend vrijstaande bedrijfswoningen mogen worden

gebouwd;

c. de diepte van een bedrijfswoning maximaal 14 m mag

bedragen;

d. de inhoud van een bedrijfswoning minimaal 300 M3 zal en

maximaal 600 m@ mag bedragen;

e. bijgebouwen bij een bedrijfswoning moeten voldoen aan

het bepaalde in artikel 6, lid 3., onder A..

-20-

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag

bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee

vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra-

gen.

DETAILHANDEL Artikel 12.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Detailhandel" aangewezen gronden zijn

bestemd voor detailhandel.

2.Bebouminp,.

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend wor-

den gebouwd gebouwen ten dienste van de bestenuning en

bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat:

A. Gebouwen:

de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" 0 m of ten

minste 3 m moet bedragen.

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag

bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee

vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra-

gen.

BEDRIJVEN Artikel 13.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de plankaart voor "bedrijven" aangewezen gronden zijn

bestemd voor:

a. reparatiebedrijven van witgoed en daarmee vergelijkbare

apparaten;

-21-

b. bedrijven die voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de

in artikel 5 opgenomen lijst van bedrijfsactiviteiten, zulks

met uitzondering van kantoren, detailhandelsbedrijven,

horecabedrijven, verkooppunten van motorbrandstoffen

en inrichtingen als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluid-

hinder, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen ver-

oorzaken;

c. bedrijven die niet vertneld staan in de in artikel 5 opgeno-

men lij st, maar naar het oordeel van Burgemeester en

Wethouders, qua belasting voor de omgeving daannede

gelijk te stellen zijn.

2.Bebou3iLng.

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden

gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming en bouw-

werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat:

A. Gebouwen:

de afstand tot de perceelsgrens of 0 m of ten minste 3 m

moet bedragen.

B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedra-

gen en de hoogte van vlaggeninasten en daarmee vergelijk-

bare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen.

VERKOOPPUNT

VOOR MOTOR-

BRANDSTOFFEN Artikel 14.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "verkooppunt voor motorbrandstoffen"

aangewezen gronden zijn bestemd voor een verkooppunt van

motorbrandstoffen, waarin uitsluitend de verkoop is toegestaan

van:

a. brandstof en smeenniddelen;

b. benodigdheden voor gebruik, reiniging of spoedeisende

reparaties van motorvoertuigen, alsmede accessoires;

-22-

c. artikelen voor lichaarnsverzorging, geringe eetwaren,

consumptie-ijs, alcoholvrije dranken en tabak en tabakspro-

ducten, voor zover die onderweg met een voertuig plegen

te worden gebruikt.

2.BebouM n"

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden

gebouwd gebouwen ten dienst van de bestemming en bouw-

werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat:

A. Gebouwen.

de afstand tot de bestemming "wegverkeer" temninste 5 m

moet bedragen.

ouwwer en, geen gebouwen zijnde.

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de

hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedra-

gen, de hoogte van een luifel niet meer dan 6 m mag be-

dragen, waarbij de minimale vrije hoogte van een luifel 4.5

m of meer moet bedragen en de hoogte van vlaggenmasten

en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m

mag bedragen.

GROENVOOR-

ZIENINGEN Artikel 15.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Groenvoorzieningen" aangewezen gron-

den zijn bestemd voor:

a. openbaar en semi-openbaar groen;

et ontvangen, bergen en/of afvoeren van water, alsmede

waterpartijen en infiltratievoorzieningen;

c. recreatieve voorzieningen, waaronder begrepen verhardin-

gen ten behoeve speelvoorzieningen, fiets- en voetpaden.

2.Beschrijving in hoofdlijnen.

Bij de ontwikkeling van de binnen deze bestemming vallende

gronden worden de volgende uitgangspunten in acht genomen:

a. de bestaande groenvoorzieningen dienen temninste gehand-

haafd te worden als drager van de structuur van de wijk

-23-

Hehnond Noord en de gebruikswaarde die deze hebben als

openbare ruimte. De groenvoorzieningen worden zodanig

ingericht dat de toegankelijkheid en sociale veiligheid

kunnen worden gewaarborgd;

b. binnen de groenvoorzieningen is de aanleg van voorzie-

ningen voor het ontvangen, bergen en/of afvoeren van

water in de vorm van vijvers, bergbezinkbassins en daar-

mee vergelijkbare voorzieningen toegestaan.

3.Bebouming,

A. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden

gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die passen in

deze bestemming, zoals speelwerktuigen, zitbanken, afvalbak-

ken en afrasteringen, met dien verstande dat:

de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet

meer dan 3 m mag bedragen.

B. Nadere eisen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te

stellen ten aanzien van de situering, afmetingen en hoogtelig-

ging van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde,

indien dit noodzakelijk is:

a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving in

hoofdlijnen;

b. voor een verantwoorde landschappelijke, stedenbouwkun-

dige en/of architectonische inpassing;

c. om uit oogpunt van veiligheid en milieu een optimale

situatie te creëren.

ECOLOGISCHE ZONE

(medebestemming) Artikel 15a.

I.Doeleindenomschrijving.

In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 8 (Woongebied

III), 1 1 (Maatschappelijke voorzieningen) en 15 (Groenvoorzie-

ningen) zijn de op de kaart voor "Ecologische zone" aange-

wezen gronden medebestemd voor de ontwikkeling van ecolo-

gische waarden en de totstandkoming van een doorgaande

ecologische verbinding.

-24-

2.Beboumin

--g.

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend bouw-

werken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, voor zover

noodzakelijk voor het beheer en het onderhoud in het kader van

de bestemming met dien verstande, dat de hoogte maximaal 1,5

m mag edragen.

3.Aanlegyergunning.

A. Werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden.

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke

vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergun-

ning) de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of

we aam eden uitte voeren:

a. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren

van de bodem;

et ve en en rooien van houtgewas;

c. het aanbrengen van ondergrondse leidingen;

d. het aanbrengen of aanleggen van kaden, aanlegplaatsen of

oeverbeschoeiingen; '

e. et graven of dempen van sloten en greppels;

f. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen.

B. Uitzonderingen.

Het in dit lid onder A. vervatte verbod geldt niet voor het uit-

voeren van:

a. werken en werkzaamheden voor zover van ondergeschikte

betekenis en van geringe omvang binnen het op de bestem-

ming gerichte normale onderhoud en beheer;

b. werken en werkzaamheden, die op het tijdstip waarop het

plan rechtskracht verkrijgt in uitvoering zijn;

c. an ere werken en/of werkzaamheden die uit een oogpunt

van de ruimtelijke ordening geen ingrijpende betekenis

hebben.

C. Toelaatbaarheid.

De werken en werkzaamheden als bedoeld in dit lid onder A.

zijn slechts toelaatbaar, indien door werken en werkzaamheden

dan wel de daarvan direct, hetzij indirect te verwachten gevol-

gen geen onevenredige aantasting van de belangen van de in de

doeleindenomschrijving genoemde voorzieningen ontstaan of

kan ontstaan.

-25-

D. Adviesprocedure.

Alvorens te beslissen omtrent een aanlegvergunning als bedoeld

in dit lid onder A. kunnen burgemeester en wethouders schrifte-

lijk advies inwinnen bij een deskundige inzake natuur en land-

schap omtrent de gevolgen van voorgenomen activiteiten voor

het belang van de ecologische zone en de eventueel te stellen

voorwaarden.

4.Samenvallen andere bestemmingen.

Indien en voorzover de "ecologische zone" samenvalt met een

andere bestemming prevaleert de "ecologische zone", tenzij het

gebruik en/of bouwen binnen de hoofdbestemming niet strijdig

is met de medebestemming.

WEGVERKEER Artikel 16.

l.Doeleindenomschrijving.

De op de kaart voor "Wegverkeer" aangewezen gronden zijn

bestemd voor wegen en straten, rijwiel- en voetpaden, verharde

en onverharde bermen met bijbehorende voorzieningen zoals

parkeergelegenheid, groenvoorzieningen, wateropvang- en

infiltratievoorzieningen en geluidwerende voorzieningen, met

uitzondering van verkooppunten van motorbrandstoffen.

2.Beboumtnp,

Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden

gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde, die dienen voor de

in de doeleindenomschrijving genoemde doeleinden, met

uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen.

-26-

WIJZIGINGS-

BEVOEGDHEDEN Artikel 17.

1. De bestemming "Woongebied l" kan, voor zover het betreft

percelen deel uitmakend van stroken gelegen parallel aan

de bestemmingen "Groenvoorzieningen" of "Verkeersdoe-

leinden", door burgemeester en wethouders met toepassing

van artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening

worden gewijzigd in de bestemming "Woongebied 11",

teneinde het oprichten van gestapelde woningen mogelijk

te maken, mits hierdoor:

a. het stedenbouwkundige karakter van de wijk niet

wordt aangetast;

b. de privacy, de lichttoetreding en het uitzicht van in de

directe omgeving gelegen percelen niet worden aan-

getast,

met dien verstande dat bij de wijziging het bepaalde in

artikel 7. "Woongebied 11" van overeenkomstige toepassing

wordt.

2. De bestemming "Maatschappelijke voorzieningen" kan

door burgemeester en wethouders met toepassing van

artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden

gewijzigd in de bestemmingen "Woongebied l" en "Woon-

gebied 11", teneinde het oprichten van woningen mogelijk

te maken, met dien verstande dat bij de wijziging het be-

paalde in artikel 6. "Woongebied l", respectievelijk artikel

7. "Woongebied 11" van overeenkomstige toepassing

wordt.

3. De bestemming "Detailhandel" kan door burgemeester en

wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op de

Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestemming-

en "Woongebied l", "maatschappelijke voorzieningen" of

"bedrijven", teneinde in geval de verspreid gelegen detail-

handelsvestigingen worden beëindigd, tot een in de wijk

passend hergebruik van opstallen en gronden te komen,

met dien verstande, dat:

a. wijziging in de bestemming "bedrijven" alleen is toe-

gestaan bij detailhandelsvestigingen grenzend aan de

bestemming "bedrijven";

b. bij wijziging het bepaalde in artikel 6. "Woongebi'ed

I", respectievelijk artikel 1 1. "Maatschappelijke voor-

-27-

zieningen" of artikel 13. "bedrijven" van overeenkom-

stige toepassing wordt.

4. De bestemmingen "Woongebied I", "Woongebied 11" en

"Maatschappelijke doeleinden" kunnen door burgemeester

en wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op

de Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestem-

ming "Wonen en werken", teneinde de vestiging van klein-

schalige bedrijven met bedrijfswoningen mogelijk te ma-

ken, met dien verstande, dat:

a. alleen bedrijven toelaatbaar zijn , die passen in een

woonomgeving, derhalve zijn alleen bedrijven uit

milieucategorie 1 en 2 toelaatbaar;

b. de bedrijven geen milieuhinder voor de omgeving

mogen veroorzaken;

c. de bedrijven geen verkeers- en/of parkeeroverlast tot

gevolg mogen hebben;

d. de maximale perceelsgrootte per bedrijf maximaal 750

m2 mag bedragen;

e. per bedrijf één bedrijfswoning is toegelaten;

E bij de bedrijven geen zelfstandige vormen van horeca

en/of detailhandel toelaatbaar zijn;

g. bij de wijziging nog nadere voorschriften kunnen

worden gegeven.

5.Procedure:

a. het ontwerp voor een wijziging, als omschreven in lid 1 ligt

gedurende twee weken bij de gemeente voor eenieder ter

inzage;

b. de burgemeester maakt de terinzagelegging tevoren in één

of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden

verspreid en voorts op de gebruikelijke wijze bekend;

e. de bekendmaking houdt de mededeling in van de bevoegd-

heid tot het indienen van bedenkingen;

d. gedurende de in sub a genoemde ten-nijn kan een iedere

belanghebbende bij burgemeester en wethouders schrif-

telijk bedenkingen indienen tegen het ontwerp;

e. binnen drie maanden na afloop van de in sub a genoemde

tennijn beslissen burgemeester en wethouders omtrent de

vaststelling van de wijziging; indien tegen het ontwerp

bedenkingen zijn ingediend, wordt het besluit met redenen

omkleed;

f. na de vaststelling wordt de wijziging aan de raad ter kennis

gebracht; burgemeester en wethouders delen aan hen, die

-28-

bedenkingen hebben ingediend, de beslissing daaromtrent

mede;

g. bij het ter goedkeuring aanbieden van het besluit aan

Gedeputeerde Staten, worden gelijktijdig de ingediende

bedenkingen overgelegd;

h. burgemeester en wethouders zenden onverwijld een af-

schrift van het besluit van Gedeputeerde Staten aan hen die

bedenkingen hebben ingediend.

GEBRUIKS-

BEPALING Artikel 18.

1. Het is verboden grond en/of opstallen te gebruiken, in

gebruik te geven of te laten gebruiken op een wijze of tot

een doel strijdig met de in het plan opgenomen bestem-

mingen. Hieronder wordt in ieder geval verstaan het ge-

bruik van grond en/of opstallen voor een seksinrichting,

gokhal, kienhal of casino. Hieronder wordt niet verstaan de

uitoefening van vrije beroepen in woningen, mits de wo-

ning als zodanig blijft flmctioneren.

2. a. Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van

het bepaalde onder 1 indien strikte toepassing zou

leiden tot een beperking van het meest doelmatige

gebruik, welke beperking niet door dringende redenen

wordt gerechtvaardigd.

b Burgemeester en wethouders maken hun voornemen

tot het verlenen van vrijstelling als bedoeld onder 2a

bekend en geven gedurende 14 dagen eenieder de

mogelijkheid tot het indienen van bezwaren

urgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen

van het bepaalde onder 1 ten aanzien van beroepsuitoefe-

ning aan huis, mits:

a. de woning als zodanig blijft flmctioneren;

b. er geen sprake is van overlast of hinder voor de

woonomgeving;

e. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd eenbe-

perkte verkoop in het klein in verband met de be-

roepsuitoefening aan huis;

d. de benodigde parkeerruimte aanwezig is.

-29-

4. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen

van het bepaalde onder 1 ten aanzien van het uitoefenen

van een ambachtelijk bedrijf aan huis, mits:

a. de woning als zodanig blijft functioneren;

b. alleen bedrijfsactiviteiten worden uitgeoefend, die

passen in een woonomgeving, derhalve zijn alleen

bedrijfsactiviteiten uit milieucategorie 1 en 2 toelaat-

baar;

c. de bedrijfsactiviteiten geen milieuhinder voor de

woonomgeving veroorzaken

d. de bedrijfsactiviteiten geen verkeers- en/of parkeer-

overlast tot gevolg hebben;

e. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een be-

perkte verkoop in het klein in verband met de betref-

fende activiteit.

VRIJSTELLINGS-

BEVOEGDHEID

t.a.v. BEBOUWING Artikel 19.

1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd van de in de

planvoorschriften genoemde maten en afmetingen vrijstel-

ling te verlenen met ten hoogste 10%.

2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te

verlenen voor de bouw van bouwwerken, geen gebouwen

zijnde, ten dienste van het algemeen nut, zoals trafokasten

en verdeelkasten, met een maximale hoogte van 1.50 meter

1 M2.

en een maximale oppervlakte van

3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te

verlenen van de voorschriften van het plan, voor het aan-

brengen van geringe verschuivingen in de plaats, richting

en/of afmetingen van de bestemmingsgrenzen, wanneer dit

gewenst is voor een efficiëntere verkavelingswijze danwel

de praktische uitvoering van het plan, mits de belangen van

derden daarbij niet onevenredig worden geschaad.

4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te

verlenen van het bepaalde in artikel 6. "Woongebied I", lid

3., onder A. en artikel 7. "Woongebied II", lid 3., onder A.

-30-

ten aanzien van de bestaande of uit de bestaande omgeving

af te leiden voorgevelrooilijn, alsmede de woningdiepte,

het aantal bouwlagen en de dakvorm, zoals vastgelegd op

de plankaart, ten behoeve van het uitbreiden van bestaande

woningen of het oprichten van nieuwe vervangende wo-

ningen, mits hierdoor:

- het stedenbouwkundige karakter en de uitstraling van

de wijk niet onevenredig worden aangetast;

- de privacy, de lichttoetreding en het uitzicht alsmede

het woongenot van in de directe omgeving gelegen

percelen niet onevenredig worden aangetast,

met dien verstande dat het aantal bouwlagen maximaal 2

mag bedragen, met uitzondering van woningen deel uitma-

kend van stroken gelegen parallel aan de bestemmingen

"Groenvoorzieningen" of "Verkeersdoeleinden", waarvan

het aantal bouwlagen maximaal 3 mag bedragen.

OVERGANGS-

BEPALING Artikel 20.

ouwen.

Bouwwerken, welke ten tijde van de terinzagelegging van het

ontwerp van dit plan bestaan, dan wel nadien worden gebouwd

0

en worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde

bij of krachtens de Woningwet, en die in enigerlei opzicht van

het plan afwijken, mogen, mits de bestaande afwijkingen naar

aard en omvang niet worden vergroot:

a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

na et tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel

worden vernieuwd of veranderd, mits de bouwaanvraag

geschiedt binnen twee jaar na het tenietgaan.

rilstellingsbepaling.

Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van

het bepaalde in lid I., dat de bestaande a:Rvijkingen naar de

omvang niet mogen worden vergroot en toestaan dat een een-

malige vergroting plaatsvindt van de inhoud van de in lid 1.

toegelaten bouwwerken met niet meer dan 1 0%.

-31-

3.Gebruik van gronden en opstallen.

a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond ten

tijde van het verbod tot gebruik in strijd met de aan die

gronden en bouwwerken gegeven bestemming, en dat in

enigerlei opzicht afwijkt van het plan, mag worden voort-

gezet of gewijzigd, op het moment van het onherroepelijk

worden daarvan.

b. Het is verboden het met het plan strijdige gebruik van

grond en opstallen te wijzigen indien hiervoor de afwijking

naar de aard van het plan wordt vergroot.

4.Uitzondering op het overgangsrecht.

a. Het gestelde in lid 1. is niet van toepassing op bouwwer-

ken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van de terinzage-

legging van het ontwerp van dit plan, doch zijn gebouwd in

strijd met het toen geldende plan, daaronder begrepen de

overgangsbepaling van dat plan.

b. Het gestelde in lid 3. is niet van toepassing op het gebruik

dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestem-

mingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van

dat plan.

STRAFBEPALING Artikel 21.

Overtreding van het bepaalde in artikel "Gebruiksbepaling"

lid 1 en "Overgangsbepaling" lid 2 sub b van deze voorschrif-

ten wordt aangemerkt als een strafbaar feit als bedoeld in

artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

TITEL Artikel 22.

Deze voorschriften kunnen worden aangehaald onder de titel

"Voorschriften behorende bij het bestemmingsplan Helmond

Noord".

-32-

bijlage 1.

bij de voorschriften:

VERKAVELINGS-

PRINCIPES

open

bouwblok

bouwstroken

recht

half-open

bouwblok

L bouwstroken

verspringend

half-gesloten

bouwblok

solitair

bijlage 2.

bij de voorschriften:

LIJST VAN

BEDRIJFSACTIVITEITEN

INHOUD

OPSLAGEN GEVAARLIJKE STOFFEN 1

INSTALLATIES 1

01 LAND- EN TUINBOUW 2

02 BOSBOUW 3

03 VISSERIJ 3

1 1 DELFSTOFFENWINNING 3

20121 VOEDINGS- EN GENOTMIDDELENINDUSTRIE 3

22 TEXTIELINDUSTRIE 5

23 KLEDING INDUSTRIE 5

24 LEDERWARENINDUSTRIE 5

25 HOUT EN MEUBELINDUSTRIE 5

26 PAPIER- EN PAPIERWARENINDUSTRIE 6

27 GRAFISCHE INDUSTRIE EN UITGEVERIJEN 6

28 AARDOLIE- EN STEELKOOLVERWERKENDEINDUSTRIE 6

29 CHEMISCHE INDUSTRIE 6

30. KUNSTMATIGE EN SYNTHETISCHE GAREN- EN VEZELFABR 7

31. RUBBER- EN KUNSTSTOFVERWERKENDE INDUSTRIE 7

32 BOUWMATERIALEN-, AARDEWERK- EN GLASINDUSTRIE 7

33 BASIS METAALINDUSTRIE 8

34 METAALPRODUKTENINDUSTRIE 9

35. MACHINE-INDUSTRIE 9

36. ELEKTROTECHNISCHE INDUSTRIE 9

37 TRANSPORTMIDDELENINDUSTRIE 9

38. INSTRUMENTEN- EN OPTISCHE INDUSTRIE 10

39, OVERIGE INDUSTRIE 10

40 OPENBARE NUTSBEDRIJVEN 10

51 BOUWNIJVERHEID 10

52 BOUWINSTALLATIEBEDRIJVEN 11

61162 GROOTHANDEL 11

63164 TUSSENPERSONEN IN DE GROOTHANDEL 12

67 HOTELS, RESTAURANTS, CAFE'S E.D. 12

68 REPARATIEBEDRIJVEN VOOR GEBRUIKSGOEDEREN 12

71 SPOORWEGEN 12

72 WEGVERVOER 12

73 ZEEVAART 13

74. BINNENVAART 13

75 LUCHTVAART 13

76 HULPBEDRIJVEN VAN HET VERVOER 13

77 COMMUNICATIEBEDRIJVEN 13

81 BANKWEZEN 13

82 VERZEKERINGSWEZEN 13

83 EXPLOITATIE VAN EN HANDEL IN ONROERENDE GOEDEREN 13

84 ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 14

85 VERHUUR VAN MACHINES EN ANDERE ROERENDE GOEDEREN 14

90 OPENBAAR BESTUUR 14

91 RELIGIEUZE ORGANISATIES 14

92 ONDERWIJS 14

93 GEZONDHEIDSZORG EN VETERINAIRE DIENSTEN 14

94 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING 14

95 SOCIAAL-CULTURELE INSTELLINGEN 14

96 SPORT EN RECREATIE 14

97 BEDRIJFS- EN WERKNEMERSORGANISATIES 15

98 OVERIGE DIENSTVERLENENDE BEDRIJVEN 15

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .......... ......... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

OPSLAGEN GEVAARLIJKE STOFFEN

butaan, propaan, LPG:

bovengronds, @ 3 m3 30 30 2

bovengronds, 3-8 m3 50 - 50 3

bovengronds, 8-50 m3 100 2 100 3

bovengr., 50-250 m3 300 3 300 4

ondergronds, @ 20 m3 50 - 50 3

ondergr., 20-250 m3 200 - 200 4

niet reactieve gassen 50 2 50 3

(incl. zuurston, gekoeld

gasflessen (acetyleen,

butaan, propaan e.d.):

@10.0001 30 30 2

10.000-50.000 1 100 100 3

@ = 50.000 1 200 200 4

brandbare vloeistoffen:

ondergronds, Kl/K2-kl. 30 10 1 3 30 2

ondergronds, K3-kl. 10 10 1 3 10 1

bovengronds, Kl/K2-kl. 30 50 1 2 - 50 3

10 m3

bovengronds, Kl/K2-kl, 50 100 2 2 3 100 3

1 0-1 000 m3

- bovengronds, K3-kl. 10 30 1 2 - 30 2

< 10 m3

- bovengronds, K3-kl. 30 50 1 2 3 50 3

1 0-1 000 m3

munitie,

275.000 patronen en - 1 0 - 1 - 10 1

1 kg buskruit

= 275,000 patronen en 30 1 30 2

3 kg buskruit

vuurwerk @ 1 000 kg 10 1 10 1

bestrijdingsmiddelen:

< 500 kg 100 3 100 3

500-2.500 kg 200 3 200 4

kunstmest, niet explosief - 50 30 1 50 3

kuilvoer 50 10 0 1 1 50 3

gierldri@mest:

open, 350 m3 300 - 2 - 300 4

open, = 350 m3 500 2 500 5

gesloten, @ 350 m3 50 2 50 3

gesloten, 350 - 750 m3 100 2 - 100 3

gesloten, @ = 750 m3 200 2 1 200 4

INSTALLATIES

gasfiessenvulinstallaties 1 0 0 30 100 1 1 1 2 1 100 3

(butaan, propaan)

laadschoppen, shovels, 30 - 100 10 1 1 1 - 1 100 3

,bulldozers

laboratoria:

chemisch/biochemisch 30 0 30 50 1 1 1 1 1 50 3

medisch en hoger 10 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2

onderwijs

lager en middelbaar 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

onderwijs

luchtbehandelingsinst. c 10 0 30 0 1 1 1 1 30 2

t.b.v. detailhandel

keukeninrichtingen c 30 0 10 10 1 1 1 1 30 2

koelinstallaties freon c 0 0 50 0 1 1 1 1 50 3

1,5 - 300 kW

koelinstallaties ammoniak c 0 0 50 100 1 1 1 1 100 3

1,5-300 kW

tl,tal energy installaties c 10 0 50 30 1 1 1 1 50 3

(gasmotoren)

afvalverbrandingsinstall.

t.b.v. energie-opwbkking:

V.C. @ 1,5 t/u c 30 30 30 30 2 1 1 1 1 30 2

v.c. > = 1,5 tfu c 100 50 50 50 3 1 1 2 2 100 3

rioolgemalen c 30 0 1 0 0 1 1 1 1 1 30 2

noodaggregaten t. b.v. 1 0 0 50 10 1 1 1 - 1 50 3 1

eiektriciteitsopwekking

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A, . ............ afstand (in m) voor ....................> ..................... index voor: ..................................... groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

verfspuitinstallaties en 100 30 50 50 2 1 1 1 100 3

moffel- en emailleerovens

vorkheftrucks met 1 0 10 50 1 0 1 1 1 1 50 3

verbrandingsmotor

vorkheftrucks, elektrisch 0 10 30 0 1 1 1 1 30 2

gas: reduceer-, compressor-, c 0 0 10 1 0 1 1 1 1 1 10 1

meet- en regelinst.

categorie A

t.nsformatoren < 1 MVA c 0 0 10 1 0 1 1 1 1 1 10 1

vatenspoelinstallaties 50 1 0 50 50 2 3 3 - 1 50 3

hydrofoorinstallaties c 0 0 30 0 1 1 1 - 1 30 2

windmolens:

wiekdiameter < 8 m c 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3

wiekdiameter 8 - 14 m c 0 0 100 50 1 1 1 1 2 100 3

wiekdiameter @ = 14 m c 0 0 200 50 1 1 1 1 3 200 4

stookinstallaties:

gas, @ 2,5 MW c 1 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2

gas, 2,4 - 50 MW e 30 0 50 50 1 1 1 1 1 50 3

gas > = 50 MW c A 30 0 200 50 2 1 1 1 2 200 4

olie, < 2,5 MW 30 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2

olie, 2,5 - 50 MW 30 10 50 30 2 1 1 1 1 50 3

olie, @ = 50 MW c A 50 30 200 50 3 2 2 1 2 200 4

kolen, 2,5 - 50 MW c 30 100 100 30 2 1 1 1 1 100 3

Zie voor overige categorieën onder SBI-code 40.2

(2) Zie voor overige categorieën onder SBI-code 40.12

- kolen, @ = 50 MW c A 50 300 300 50 3 2 2 1 2 300 4

stoomwerktuigen 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3

luchtcompressaren 10 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3

liftinstallaties 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2

motorbrandstofpompen 30 0 30 30 1 1 3 2 1 30 2

afvalwaterbehandelingsinstallaties:

@ 100.00 ].e. c 200 30 100 10 1 1 1 1 1 200 4

100.000 - 300.000 I.e. c 300 50 200 1 0 1 1 1 2 1 300 4

@ = 300.000 I.e. e 500 50 300 10 1 1 1 2 1 500 5

radio- of TV-zendmasten c 0 0 0 1500 1 1 1 1 3 1500 6

radarinstallaties c 0 0 0 1500 1 1 1 1 3 1500 6

01 LAND- EN TUINBOUW

01.11 Akkerbouwbedrijven c 10 30 30 100 1 1 1 1 1 100 3

(bedrijfsgebouwen)

01.12 Veehouderijen (niet intensie0:

melkrundvee c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3

schapen- en geitenhouderijen c 100 30 30 1 0 1 1 1 1 1 100 3

01.13 Gemengde veehouderijen (niet intensief) c 100 30 50 10 1 1 1 1 1 100 3

01.14 Nerts- en pelsdierfokkerijen:

nertsen en vossen c 200 30 50 1 0 1 1 1 1 1 200 4

konijnen c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3

01.15 Paardenfokkerijen c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3

01.16 Intensieve veehouderijen:

varkensfokkerijen c 200 30 100 1 0 1 1 1 1 1 200 4 1

varkensmesterijen c 200 30 100 1 0 1 2 2 1 1 200 4 i

kalvermesterijen c 200 30 50 1 0 1 2 2 1 1 200 4 i

stiermesterijen e 100 30 50 1 0 1 2 2 1 1 100 3 1

01.17 Huisdierfokkerijen (kennels) e 30 10 10 10 1 1 1 1 1 100 3

01.18 Pluimvee- en gevogeltefokkertjen:

=en (dunne mest) c 500 50 50 30 1 1 1 1 1 500 5 1

ppen (dunne mest) c 200 50 50 30 1 1 1 1 1 200 4 1

mestkuikens c 200 50 50 30 1 1 1 1 1 200 4 1

-eenden c 300 50 50 1 0 1 1 1 1 1 300 4

kalkoenen e 100 50 50 10 1 1 1 1 1 100 3 1

kuikenbroederijen e 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3

01.19 Bijen- en insektenteelt:

bijen c 1 0 0 1 0 30 1 1 1 1 2 30 2

maden, wormen e.d. c 50 1 0 30 10 1 1 1 1 1 50 3

01.21127 TuinboLrwbedrijven met open grondteeft c 1 0 1 0 1 0 1 0 1 2 2 2 1 1 0 1

01.28 Bijzondere tuinbouwbedrijven:

champignonkwekerijen (algemeen) c 30 10 50 50 1 1 2 1 1 50 3

champignonkwekerijen c 100 10 50 50 1 1 2 1 1 100 3

met mestferrnentatie

bloembollen droog- en c 30 30 30 1 0 1 1 2 1 1 30 2

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBi-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... <..................... index voor: ...................................... groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid aal afstand

prepareerbedrijven

01.29 Tuinbouwbedrijven met bedekte teelt(kassen):

zonder kasverwarming c 10 1 0 10 10 1 1 2 1 1 10 1

met kasverwarming:

met olie 30 1 0 50 10 2 1 2 1 1 50 3

met gas c 1 0 0 50 1 0 1 1 1 1 1 50 3

met kolen c 30 100 50 1 0 2 1 2 1 1 100 3

01.3 Plantsoenendiensten, hoveniersbedrijven 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1

01.4 Agrarische dienstverlenende bedrijven

met opslag bestrijdingsmiddelen 30 10 10 200 1 1 3 2 1 200 4

met machineverhuur, 10 10 100 10 1 1 1 2 1 100 3

c,q. werken met landbouwmachines

- Kl stations 50 10 50 0 1 1 1 2 1 50 3

02 BOSBOUW

02,01 Bosbouwbedrijven 10 10 50 0 1 1 1 1 1 50 3

03 VISSERIJ

03.02 Z

B=isjbedrijven c 100 0 100 30 1 1 1 2 2 100 3

03.05 erijbedrijven c 50 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3

03.G4 Oester- en -.s@eiteeltbedrijven c 100 10 50 0 1 2 1 1 1 100 3

03.05 Schelpen- en wiervisserij bedrijven c 100 30 50 0 1 1 1 1 1 100 3

03.06 Visteeltbedrijven c 50 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3

03.07 biervissenKweKerijen c 30 30 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

1 1 DELFSTOFFENWINNING

11,01 Kolenmijnbouw c 200 300 300 200 3 3 2 3 3 300 4

12.01 Aardoliewinputten e 50 0 100 300 2 2 3 1 2 300 4

12.02 Aardgaswinning incl. gasbehandelingsinstalf.:

100.000.000 N m3/d c 30 0 500 300 1 1 1 1 1 500 5

= 100.000.000 N m3/d e A 50 0 700 500 2 1 1 1 1 700 5

12.03 Aardolie- en gasexplo ratie (tijdelijke activ.) e 50 30 100 300 1 2 3 1 2 300 4

19.11 Zand- en grindwinning c 10 200 300 30 1 2 1 3 3 300 4

19.12 Mergelwinning c 10 200 500 100 1 2 1 3 3 500 5

19.2 Zoutwinning (putten) c 50 10 100 50 1 3 3 1 1 100 3

19,91 Veenderijen c 50 50 100 50 1 2 1 2 2 100 3

19.92 Splijt- en kweekstoffen- c 10 0 100 1500 2 1 1 2 2 1500 6

bewerkingsbedrijven

20121 VOEDINGS- EN GENOTMIDDELENINDUSTRIE

20.1l.,13 Slachthuizen, slachterijen e 100 0 200 10 1 3 1 3 1 200 4

20.12 Loonslachtersbedrijven 50 0 50 0 1 2 1 1 50 3

Vleeswaren- en vleesconservenfabrieken c 100 0 200 10 1 2 1

20.14 1 2 2 200 4

20.15 Pluimveesiachterijen c 100 0 200 10 1 3 1 3 1 200 4

20,16 Vetsmelterijen c 700 0 100 50 1 2 1 2 2 700 5

20.17 Bewerkingsinr. van darmen c 300 0 100 10 1 2 1 2 2 300 4

en vleesafvallen

20.21 Zuivelproduktenfabrieken:

gedroogde produkten, c A 200 100 500 100 1 2 1 3 2 500 5

P.C. > = 1,5 t/u

geconcentreerde prod. c A 200 30 500 100 1 2 1 3 2 500 5

verdamp.cap. @ = 20 t/u

overige zuivelprod.fabr. c 50 50 300 100 1 2 1 3 2 300 4

20.22 Melkproduktenfabrieken:

v.c. < 55.000 trj c 50 0 100 10 1 2 1 2 1 100 3

v. c. > = 55.000 trj c A 100 0 300 2 3 2 300 4

20.23 Consumptie-ijsfabrieken c 30 0 100 1100 11 1 11 2 2 100 3

20.31 Visbewerkingsinrichtingen

drogen c 700 100 200 30 1 1 1 2 2 700 5

conserveren c 200 0 100 10 1 2 1 2 2 200 4

roken c 500 0 50 30 2 2 1 2 2 500 5

verwerken anderszins c 300 10 50 10 1 2 1 2 2 300 4 1

20.41 Meelfabrieken:

p.c. @ 500 tfu c 50 100 200 100 1 1 1 2 2 200 4

p,c. > = 500 tlu e A 200 200 300 100 1 1 1 2 2 300 4

20.42 Grutterswarenfabrieken e 50 100 200 100 1 1 1 2 2 200 4 1

20.51 Suikerfabrieken (biet):

v.c. < 2 .500 trl c 500 100 300 200 1 3 2 3 2 500 5

v.c. > = 2.500 trj c A 1000 200 700 300 1 3 2 3 3 1000 5

20.61 Olie- en vettenfabrieken:

zonder hexaan-extractie c 200 50 100 50 1 1 2 3 2 200 4

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. <............ afstand (in m) voor: ........... ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

p.c. < 250.000 trj

zonder hexaan-extractie, c A 300 100 300 100 2 1 2 3 3 300 4

p.c. > = 250.000 tfj

met hexaan-extractie, e - 200 50 100 300 1 1 2 3 2 300 4

p.c. < 250.000 trj

met hexaan-extractie, c A 300 100 300 500 2 1 2 3 3 500 5

p.c. > = 250.000 tij

20-62 Margarinefabrieken e.d.:

p.c. < 250.000 tfj c - 100 10 200 30 1 1 1 3 2 200 4

p.c. > = 250.000 tij c A 300 10 300 50 1 2 2 3 3 300 4

20,71 Groente- en fruitconservenfabrieken:

jam c 50 1 0 50 1 0 1 1 1 1 1 50 3

fruit c 50 10 100 1 0 1 2 1 2 2 100 3

groente algemeen c 100 10 100 10 1 2 1 2 2 100 3

met koolsoorten e 200 10 100 10 1 2 1 2 2 200 4

met drogerijen c 300 10 200 30 1 1 1 2 2 300 4

met uienconservering c 300 10 100 10 1 2 1 2 2 300 4

(zoutinieggerij)

20.72 Groente-inmakerijen en inieggerijen c 100 10 100 10 1 1 1 2 2 100 3 1

20.81.1 Broodbakkerijen, v.c. @ 2500 kg meel/week:

alleen voor eigen winkelbedrijf c 30 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2

ook voor toelevering aan derden c 50 1 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3

20.81.2 Broodfabrieken c 100 30 100 100 1 1 1 2 2 100 3

20,82 Beschuitfabrieken e.d. 100 30 50 100 1 1 1 2 2 100 3

20.83 Banketbakkerijen 10 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

20.84 Biscuit-, koek- en banketfabrieken 100 30 50 100 1 1 1 2 2 100 3

20.91 Cacao- en chocoladefabr. 500 50 100 100 1 1 1 2 3 500 5

20.92 Suikerwerkfabrieken:

zonder suiker branden 100 30 50 50 1 1 1 2 2 100 3

met suiker branden 300 30 50 50 1 1 1 2 2 300 4

21.1 Zetmeel (-derivaten) fabr.:

P.C. < 10 t/u c 200 50 200 50 1 2 1 1 2 200 4

P.C. > = 10 t/u c A 500 200 500 100 1 3 1 2 3 SC}0 5

21.21 Mengvoederfabrieken:

P.C. @ 100 tiu c - 200 1G0 300 100 1 1 1 3 3 300 4

P.C. > = 100 t/u e A 300 200 500 100 1 1 1 3 3 500 5

21.29 Veevoederfabr. n.e.g.:

destruc@ebedrijven c 1000 100 300 50 1 2, 1 3 2 1G00 5 1

beender-, veren, vis- c 1000 100 100 50 1 2 1 3 3 1000 5

en vleesmeelfabrieken

drogerijen (gras, pulp, c 500 100 200 100 1 1 1 2 2 500 5

groenvoeder, veevoeder)

drogerijen (gras, pulp, c A 1000 300 500 100 1 1 1 3 3 1000 5

groenvoeder, veevoeder) capac. < 1 0 tiu water

capac. > = 1 0 t/u water

21.31 Deegwarenfabrieken 50 30 50 10 1 1 1 2 2 50 3

21.32 Branderijen:

kofrie 500 50 200 50 1 1 1 2 2 500 5 1

overige 100 30 50 10 1 1 1 1 1 100 3

(theepakkerijen e.d.)

21.33 Azijn-, mosterd- en specerijenfabrieken 200 30 50 10 1 1 1 2 1 200 4

21.34 Bakmeel- en puddingpoederfabrieken 200 50 50 100 1 1 1 2 2 200 4

21.35 Bakkerijgrondstoffenfabr, 200 50 50 100 1 1 1 2 2 200 4

21.36 Soep- en soeparomafabr.:

zonder poederdrogen 100 10 50 30 1 2 1 2 2 100 3

met pederdrogen 300 50 50 50 1 2 1 2 2 300 4

21.37 Aardappelproduktenfabr. 500 50 100 50 1 2 1 2 2 500 5

21.39 Voedingsmidd.fabr. n.e.g. 200 30 50 30 1 2 1 2 2 200 4

21.41 Gist- en spiritusfabr.:

p.c. - 5.000 tfj c 300 50 200 100 1 2 1 1 2 300 4

P.C. > = 5.000 tri c A 700 100 500 2G0 1 2 2 2 3 700 5

21.42 Distilleerderijen e.d. c 300 30 200 100 1 1 1 2 2 300 4

21.51 Bierbrouwerijen c 300 50 300 50 1 2 1 3 2 300 4

21.52 Mouterijen c 300 50 100 50 1 2 1 2 2 300 4

21.6 Frisdrankenfabriek c 50 10 200 30 1 2 1 3 2 200 4

21.7 Tabakverwerkendb ind.:

sigaretten c 200 50 100 50 1 1 1 2 2 200 4

sigaren 100 30 50 30 1 1 1 1 1 100 3

excl. sigaretten/sigar. c 200 50 100 50 1 1 1 2 2 200 4

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: .......................... ........... groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

22 TEXTIELINDUSTRIE

22.11 Wolvezelbewerk.fabr. 100 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

22.12 Wolspinnerijen e.d. 50 10 100 50 1 1 1 1 2 100 3

22.13 Wolspinnerijen-weverijen@

aant. weefgetouwen , 50 30 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3

aant. weefgetouwen @ = 50 A 50 30 300 50 1 1 1 2 2 300 4

22.14 Wolweverijen:

aant, weefgetouwen @ 50 1 0 10 100 30 1 1 1 1 2 100 3

aant. weefgetouwen > = 50 A 10 30 300 50 1 1 1 2 2 300 4

22.21 Katoenvezelbewerk.fabr. 50 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3

22.22 Katoenspinnerijen 50 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3

22,23 Katoentwijnerijen, -spoelerijen, 30 10 100 50 1 1 1 1 2 100 3

naaigarenfabr.

22.24 Katoenspinnerijentweverijen:

aant. weefgetouwen < 50 30 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3

aant. weefgetouwen > = 50 A 50 10 300 50 1 1 1 2 2 300 4

22.25 Katoenweverijen:

aant. weefgetouwen @ 50 10 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3

aant. weefgetouwen > = 50 A 10 10 300 50 1 1 1 2 2 300 4

22.31 Tricostukgoederenfabr. 10 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3

22.32 Kousen- en sokkenfabr. 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3

22-33 Tricot onder- en nachtkledingfabrieken 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3

22.34 Tricot bovenkledingfabr. 10 10 50 50 1 1 1 2 2 50 3

22.39 Tricotfabrieken n.e.g, 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3

22.41 Textielblekerijen, 200 10 200 50 1 2 2 3 2 200 4

-ververijen, -drukkerijen 200 10 200 50 1 2 2 3 2 200 4

22.42 Loonbiekerijen, verversen, 200 10 200 50 1 2 2 2 2 200 4

-drukkerijen

22.43 Textielveredelingsbedrijven n.e.g. 100 10 200 50 1 2 2 2 2 200 4

22.51 Kokos e.d. vloermattenfabrieken 100 50 200 50 1 1 1 2 2 200 4

22.52 Tapijtfabrieken 200 30 200 100 1 1 1 2 2 200 4

22.6 Linoleum- en viitzeilfabrieken 700 100 200 100 2 1 1 2 2 700 5 1

22.71 Huishoud- en woningtextielfabrieken 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3

22.72 Dekenstikkerijen, spreienfabrieken e.d. 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3 1

22.73 Zeilen, tenten- en dekkiedenfabrieken 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3

22.79 Textietwarenfabrieken (excl. kleding )n.e.9. 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3

22.91 Band, vlecht-, kant- en passementfabrieken 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3

22.92 Vilt- en vezelvliesfabr. 30 30 50 10 1 11 1 1 1 50 3

22.93 Touwslage,i .1.en 30 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3

22.94 Jutespinnerijen-weverijen:

aant. weefgetouwen @ 50 100 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3

aant. weefgetouwen @ = 50 A 300 10 300 50 1 2 1 2 2 300 4

22.95 Vlasbewekin@sinricht. (vlasroterijen) 200 50 100 50 1 1 1 1 2 200 4

22.99 Te@ie@in'. n.. g. (coaten, cacheren, 50 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3 i

impregneren)

23 KLEDING INDUSTRIE

23.1 Confectiekledingindustrie 10 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2

23.2 Loonconfectiefabrieken 10 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2

23.3 Maatkledingbedrijven 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1

23.4 Pelsbereiderijen, bontfabrieken 50 10 10 10 1 1 1 1 1 50 3

en bontwerkerijen

23.5 Hoeden-, petten- en mode- 10 1 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

artikelenfabrieken

24 LEDERWARENINDUSTRIE

24.1 Lederfabrieken 300 100 100 50 1 3 3 2 2 300 4

24.2 Lederwarenfabrieken 50 10 30 30 1 1 1 2 2 50 3 i

(excl. kleding)

24.3 Schoenindustrie 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

25 HOUT EN MEUBELINDUSTRIE

25.1 Houtzagerijen en -schaverijen 30 100 200 50 1 1 1 2 2 200 4

25.21 Triplex- en fineerfabr. 100 30 100 100 1 1 1 2 2 100 3

25.22 Vezel- en spaanderplaatfabrieken 200 100 100 100 2 1 1 2 2 200 4

25.23 Houtconserveringsbedr. (druk/vacuum

-processen of drenken e,d.):

met zoutoplossingen 30 50 100 10 1 2 3 2 1 100 3

met organ. oplossingen 300 50 100 30 3 2 3 2 1 300 4

metereosootofcarbalineum 500 50 100 50 2 2 3 2 1 500 5

25.31 Timmerfabrieken 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBi-wde omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ....................><..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

25.32 Parket- en hardhoutvloerenfabrieken 100 30 200 50 1 1 1 2 2 200 4

25,33 Fabrieken voor geprefabriceerde 50 50 200 50 1 1 1 2 2 200 4

houten gebouwen

25.4 Houten emballage ind, 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3

25.5 Overige houtwarenind.:

vermogen @ 50 kW 10 30 50 30 1 1 1 1 1 50 3

vermogen > = 50 kW 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3

25.61 Kurkwarenfabrieken 200 50 50 50 1 1 1 2 2 200 4 1

25.62 Borstelwarenfarieken 50 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

25.63 Mandenmakerijen 1 0 0 1 0 30 1 1 1 1 1 30 2

25,69 Vlechtwarenfabr. n.e.g. 10 0 10 30 1 1 1 1 1 30 2

25.71 Meubelfabrieken (incl. lakspuiterij) 100 100 100 50 2 1 2 2 2 100 3

25.72 Grafkistenfabrieken 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2

25,73 Rietmeubelfabrieken 50 10 30 30 1 1 1 1 1 50 3

25,74 Matrassenfabrieken 30 50 50 50 1 1 1 2 2 50 3

25.75 Woningstoffeerderijen 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1

26 PAPIER- EN PAPIERWARENINDUSTRIE

26.1 Papier- en kartonfabr,

p.c. @ 3 tfu 50 50 50 30 1 2 1 1 2 50 3

p.c. 3 - 15 t/u c A 100 50 200 50 1 2 1 2 2 200 4

p.c. > = 15 t/u c A 200 100 300 100 2 3 1 3 2 300 4

26.2 Papierwarenindustrie 10 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2

26.31 Golfkartonfabrieken:

p.c. @ 3 t/u c 50 30 100 30 1 2 1 2 2 100 3

P.c. @ = 3 tiu c A 100 50 300 50 2 2 1 2 2 300 4

26.32 Kartonnagefabrieken 30 10 100 30 1 1 1 2 2 100 3

27 GRAFISCHE INDUSTRIE EN UITGEVERIJEN

27.11 Dagbladdrukkerijen c 50 10 200 30 1 1 2 2 1 200 4

27.12 Hoogdrukkerijen (klein) en kopieerinrichtingen 30 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3

27.13 Vlakdrukkerijen:

offset-, vellendrukkerijen 30 10 50 10 1 1 2 1 1 50 3

offset-, rotatiedrukkerijen (groot met c 200 10 100 30 2 2 2 2 2 200 4 1

thermische drogerij)

vlakdrukkedjen n.e.g. 50 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3

27.14 Rotatie-diepdrukkerilen:

zonder terugwinning oplosmiddel c 200 10 100 30 2 2- 2 2 2 200 4 1

@hmet lefugwnning oplosmiddel c 50 10 100 30 1 2 2 2 2 100 3 1

27.15 Mg@. '..he bedrijven 30 1 0 1 0 30 1 2 1 1 1 30 2

27.16 L..r@z.@.rje. 0 0 1 0 0 1 1 1 1 1 1 0 1

27.19 Dk@e@.@.n n eg. 30 1 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 1

27.2 Uitgeverijen (kantoren) 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1

27.3 Binderijen 30 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2

28 AARDOLIE- EN STEELKOOLVERWERKENDEINDUSTRIE

28.1 Aardolieraffinaderijen:

zonder petrochemie c A 1500 50 1000 1000 3 3 3 3 3 1500 6

met petrochemie c A 1500 50 1500 1500 3 3 3 3 3 1500 6

28.21 Cokesfabrieken:

zonder steenkoolvergassing en zonder c A 1500 700 700 200 3 2 3 2 3 1500 6

produktie kooielektrode

met steenkoolvergassing c A 15G0 700 1000 300 3 2 3 2 3 1500 6

met produktie kooielektroden c A 1500 700 1000 200 3 2 3 2 3 1500 6

28.22 Bitumineus wegenbouwmaterlatenfabrieken:

P.C. < 100 t/u 300 100 100 30 2 1 2 3 2 300 4

p@c.@=lootfu A 500 200 300 50 3 1 2 3 3 500 5

28.23 Bitumineus dakbedekkingsmaterialenfabrieken:

P.C. 100 100 30 2 1 2 3 2 200 4

P.C.@=100t1u A 500 200 300 50 3 1 2 3 3 500 5

28.24 Smeeroliën- en vettenfabrieken 50 10 100 100 1 1 2 2 2 100 3

28.29 Overige aardolie- en steenkoolproduktenfabr.:

steenkoolproduktenfabr, n.e.g. 300 300 200 50 2 1 2 2 2 300 4 1

aardolieproduktenfábrieken n,e.g. 500 10 200 100 3 2 2 2 2 500 5 1

29 CHEMISCHE INDUSTRIE

29.1 Kunstmeststoffenfabrieken c 700 300 500 700 3 3 2 3 3 700 5

29.2 Kunstharsenfabrieken e.d, c 700 50 300 500 3 2 3 3 3 700 5

29.3 KJeur- en verfstoffenfäbrieken c 300 50 300 200 2 2 3 3 3 300 4

29.41 lndustr. gassenfabrieken-

luchtscheidingsinstall. e A 30 10 700 100 1 1 1 3 3 700 5

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-mde omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: .................................... groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

v.c. > = 10 t lucht 1 d

overige gassenfabr. niet explosief c 100 10 500 100 2 1 1 3 3 500 5

overige gassenfabr. explosief c 100 10 500 500 2 1 1 3 3 500 5 1

29.42 Anorg. chemische grondstoffenfabrieken n.e.g.:

niet vallend onder inrichtingsbesluit c 200 50 3G0 300 2 2 3 2 3 300 4 1

Wlv c.q. Wm of onder "post Seveso-richtlijn"

vallend onder inrichtingenbesluit Wlv c.q. c 500 100 500 700 3 3 3 3 3 700 5

Wm of onder "post-Seveso-richtlijn"

29.43 Synth. reuk- en smaakstoffenfabrieken c 1000 10 300 100 2 2 2 2 2 1000 5 1

29.49.1 Methanolfabrieken:

P. C. < 1 00.000 tfj c 100 10 200 100 2 2 2 2 2 200 4

P.C.>=100.000tfj c A 300 10 500 300 3 2 2 3 3 500 5

29.49.2 Vetzuren- en alkanolenfabr. (niet synthetisch):

p,c. @ 50.000 trl c - 300 10 200 100 1 2 2 2 2 300 4

p.c. > = 50.000 tfj c A 500 10 500 300 2 2 2 3 3 500 5

29.49.3 Grondstoffenfabrieken voor geneesmiddelen en

fijnchemir-aliën:

p,c. @ 1,000 tfj c 200 10 200 300 2 2 2 1 2 300 4

p.c. > = 1.000 tfj e 300 10 300 500 2 2 3 2 2 500 5

29.49.4 Organ. chemische grondstoffenfabrieken n.e.g.:

niet vallend onder inrichtingenbesluit Wlv e 300 30 200 300 3 3 3 2 3 300 4 i

c.q. Wm of onder "post Seveso-richtlijn:

vallend onder inrichtingenbesluit Wlv c.q. e 1000 30 500 700 3 3 3 2 3 1000 5

Wm of onder "post-Seveso-richtlijn"

29.51 Verf-, lak- en vernisfabrieken e 300 30 200 300 2 2 3 3 2 300 4 1

29.61 Geneesmiddelenfabrieken:

fabricage c 100 10 100 100 1 2 1 2 2 100 3

formulering en afvullen geneesmiddelen 30 10 50 50 1 1 1 2 1 50 3

29.62 Verbandmidd.fabrieken 10 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2

29.71 Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken 300 200 200 100 2 2 3 3 2 300 4 1

29.72 Parfumerie- en cosmeticafabrieken c 300 30 50 50 1 1 1 2 2 300 4 1

29.8 Chem. bestrijdingsmiddelenfabrieken:

fabricage c 300 50 100 1500 3 2 3 3 3 1500 6

formulering en afvullen c 100 10 30 700 1 1 3 2 2 700 5

29.91 lijm- en plakmiddelenfabrieken:

zonderdierlijkegrondstoffen 100 10 100 100 2 2 3 3 2 100 3

met dierlijke grondstoffen 500 30 100 100 2 2 3 3 2 500 5

29.92 Chem. kantoorbenodigdhedenfabrieken 100 10 50 50 2 1 3 3 2 100 3 1

29.93 Poetsmiddelenfabrieken 100 10 100 50 2 1 3 3 2 100 3

29.94 Fotochem.prod. fabrieken 50 10 100 100 2 2 3 3 2 100 3

29.95 Springstoffen-, vuurwerk- e.d. fabrieken 30 10 50 500 1 1 3 1 2 500 5

29.99 Chem. produktenfabrieken n.e.g. c 200 30 100 200 2 2 3 2 2 200 4 1

30. KUNSTMATIGE EN SYNTHETISCHE GAREN- EN VEZELFABR.

30.0 Kunstmatige en synthetische garen- en vezelfabr. C 300 30 300 300 2 2 3 3 3 300 4 1

31. RUBBER- EN KUNSTSTOFVERWERKENDE INDUSTRIE

31.11 Rubberbandenfabrieken c 300 50 300 100 1 1 1 2 1 300 4

31.12 Rubberartikelenfabrieken 100 10 50 50 1 1 1 1 2 100 3

31.19 Rubberregeneratiebedr. 300 50 100 50 1 1 1 2 2 300 4

31.2 Loopvlakvemieuwingsbedrijven:

vloeropperr. < 1 00 m2 50 10 30 30 1 1 1 1 1 50 3

voeroppe.>=100m2 200 50 100 100 1 1 2 2 2 200 4

31.3 Kunststofverwerk.fabr.,

zonder fenolharsen 200 50 100 100 1 1 1 2 2 200 4

met fenolharsen 500 50 100 200 1 1 1 2 2 500 5

32 BOUWMATERIALEN-, AARDEWERK- EN GLASINDUSTRIE

32.11 Baksteen en baksteenelementenfabrieken 30 100 200 30 1 1 1 2 2 200 4

32.12 Dakpannenfabrieken 50 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4

32.2 Aardewerkindustrie:

vermogen elektrische ovens totaal @ 40 kW 10 50 30 10 1 1 1 1 1 50 3

vermogen elektrische ovens totaal > 40 kW 30 200 100 30 1 2 1 2 2 200 4

32.3 Kalkzandsteenfabrieken:

P.C. @ 1 00.000 tfj 10 100 100 30 1 1 1 2 2 100 3

P.C.>=100.000tfj A 30 300 300 50 1 2 1 3 3 300 4

32.41 Cementfabrieken:

P. C. < 1 00.000 trl c 10 300 500 30 1 1 1 2 3 500 5

P.C.>=100.000tfl e A 30 700 1000 50 2 2 2 3 3 1000 5

32.42 Kalkfabrieken:

P.C. < 1 00.000 tfl 30 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIROr2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

- P.C, > = 1 00, 000 tfj A 50 500 300 50 1 2 1 3 3 500 5

32.43 Gipsfabrieken:

P.C. @ 100.000 t@ 30 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4

P.C.>=100,000tfj A 50 500 300 50 2 2 2 3 3 500 5

32.51 Betonwarenfabrieken:

zonder persen, triltafels 10 100 200 30 1 1 1 2 2 200 4

en bekist.trillers

met persen, triltafels of bekistingstrillers, 10 100 300 30 1 1 1 2 2 300 4

p.c, @ 1 00 t/d

met persen, triltafels of bekistingstrillers, A 30 200 700 30 1 1 1 3 3 700 5

P.c. > = 100 t/d

32.52 Asbestcementwarenfabr.:

p.c.<100tld 10 50 100 100 2 1 1 2 2 100 3

P.c, > = 100 t/d A 30 100 300 300 3 1 2 3 2 300 4

32.53 Betonmortelcentrales,

P.C.@lootfu 10 100 100 10 1 1 1 3 2 100 3

P.C.>=lootlu A 30 200 300 10 1 1 1 3 3 300 4

32.54 Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken 50 100 100 30 1 1 1 2 2 100 3

32.6 Natuursteenbewerkingsbedrijven:

zonder breken, zeven en drogen 0 30 100 10 1 1 1 1 2 100 3

met breken, zeven of drogen 1 0 100 300 10 1 1 1 1 2 300 4

V.C. @ 1 00.000 tfj

met breken, zeven of drogen, A 30 200 700 10 1 1 1 2 3 700 5

V. C. > = 1 00.000 trj

32.71 si ijp- en polijstmiddelen fabrieken 1 0 50 50 10 1 1 1 1 2 50 3 1

32.72 Steen-, grit- en krijtmalerijen:

algemeen (excl. steenbrekerijen) 10 100 200 10 1 1 1 2 1 200 4 1

steenbrekerijen in open lucht A 10 200 700 10 1 1 1 2 2 700 5

uitsluitend sorteren in gesloten gebouwen A 10 30 300 10 1 1 1 2 1 300 4

schelpenmalerijen 100 100 200 10 1 1 1 2 1 200 4

32.73 lsolatiemater.fabrieken (excl. glaswal):

steenwol, p.c. @ = 5.000 tfj c A 100 200 300 30 1 1 1 2 2 300 4

overige isolatiemater. c 200 100 100 50 1 1 1 2 2 200 4

32.79 Minerale produktenfabriken n.e.g. 50 100 100 50 1 1 1 2 2 100 3

32.81 Glasfabrieken:

glas en glasprodukten,

p.c. < 5.000 til 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3

p,c. > = 5.000 trj c A 30 100 300 50 2 1 1 2 2 300 4

glaswol en glasvezels:

p.c. @ 5.000 trj 300 100 100 30 1 1 1 1 1 300 4

p,c. > = 5.000 trj c A 500 200 300 50 1 1 1 2 2 500 5

32.82 Glasbewerkingsbedrijven (graveren, etsen etc.) 10 50 50 30 1 1 1 1 1 50 3

32.83 Glas-in-loodzetterijen 10 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2

33 BASIS METAALINDUSTRIE

33.1 Ruwijzer- en staalfabr.:

P.C. < 1.000 trj 700 700 700 300 2 2 3 1 2 700 5

P.C. > = 1.000 trl c A 1500 1500 1500 500 3 3 3 3 3 1500 6

33.2 Stalen buizenfabrieken:

P.o. < 2.000 m2 30 30 500 30 2 2 2 2 2 500 5

P.o. > = 2.000 m2 A 50 100 1000 50 3 3 3 3 2 1000 5

33.31 Koudbandwalserijen:

p.o. < 2.000 m2 30 50 500 30 1 1 1 2 2 500 5

p.o. > = 2.000 m2 A 50 100 1000 50 1 1 2 3 3 1000 5

33.32 Profteizetterijen:

p.o. < 2.000 m2 30 30 300 30 1 1 1 2 2 300 4

P.o. > = 2.000 m2 A 50 50 700 50 1 1 2 3 3 700 5

33.33 Draadtrekkerijen e.d.:

p.c. < 2.000 m2 30 30 300 30 1 1 1 2 2 300 4

P.a. > = 2.000 m2 A 50 50 500 50 1 1 2 3 3 500 5

33.41 Non-ferro-metaalerts-voorbewerkingsbedrijven:

P.C. @ 1.000 trj 50 100 300 30 1 1 2 1 2 300 4

P.C. > = 1.000 Vi A 200 300 700 50 2 2 3 2 3 700 5

33.42 Primaire non-ferro-metaalfabrieken:

P.C. < 1.000 tij 100 100 300 30 1 2 2 1 2 300 4

P.C. > = 1.000 tr) A 200 300 700 50 2 3 3 2 3 700 5

33-43 Non-ferro-metaalsmelterijen e.d.:

p.c. < 4.000 trl 100 50 300 30 1 2 2 1 2 300 4

p.c. > = 4.000 trj 200 100 500 50 2 3 3 2 3 500 5

33.44 Non-ferro-metaalwalserijen, -trekkerijen e.d.:

p.o. > 2.000 m2 A 100 100 1000 100 2 1 2 3 3 1000 5

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-cade omschrijving Con- A. ...afstand (in m) voor: ....................> <..................... index voor ............................ groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

34 METAALPRODUKTENINDUSTRIE

34.01 IJzer- en staalgieterijen

p.c. 4,000 tfj 50 100 200 30 1 1 2 2 2 200 4

p. c. = 4.000 tlj c 100 300 500 50 2 2 2 3 3 500 5

34.02 Non-ferro-metaalgieter.:

p.c. @ 4.000 trj 50 100 100 30 2 1 2 1 2 100 3

p.c.@=4.00Otfj c 100 300 300 50 3 2 2 3 3 300 4

34.11 Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken:

p.o. @ 2.000 m2 30 50 200 30 1 1 1 2 2 200 4

P.o. > = 2.000 m2 A 50 100 500 50 2 2 2 3 3 500 5

34.12 Stamp-, pers-, dieptrekken forceerbedrijven 10 30 100 30 1 1 2 1 2 100 3

34.2 Schroeven-, massadraaiwerk-, veren e.d. ind. 10 30 100 30 1 1 2 1 2 100 3

34.3 Tank-, reservoir- en pijpleidingbouwbeddjven:

p.c. @ 2.000 m2 30 50 300 30 1 1 2 2 2 300 4

p.o. > = 2.000 m2 A 50 100 700 50 1 1 2 3 3 700 5

34.4 Overige constructiewerkplaatsen (excl. lakken):

gesloten gebouwen 30 30 200 30 1 1 2 2 2 200 4

in open lucht, p.o. @ 2.000 m2 30 100 300 50 1 1 2 2 2 300 4

in open lucht, p.o. > = 2.000 m2 A 50 200 500 50 1 1 3 3 3 500 5

34.5 Metalen meubelfabr. e.d. 100 30 100 50 2 1 3 2 2 100 3

(incl. lakken en moffelen)

34.6 Metalen emballage ind. (incl. lakken en

moffelen):

p.o. @ 2.000 m2 100 30 100 50 1 1 3 2 2 100 3

p.o. > = 2.000 m2 A 200 50 300 50 2 1 3 3 3 300 4

34.7 c.v.-ketel en -radiatorenfabr. (excl. moffelen) 100 30 100 50 2 1 2 2 2 100 3

34.8 Overige metaalwarenind. 50 30 100 30 1 1 3 2 2 100 3

34.91 Smederi@en, lasinricht., bankwerkerijen e.d. 50 30 100 30 1 1 2 2 2 100 3 1

34.92 Reparatiebedrijven voor landbouwmachines e,d. 50 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3

34.93 Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven:

algemeen 100 100 100 50 1 3 3 2 2 100 3

mechanische oppervlaktebehandeling 30 100 100 30 1 1 2 2 2 100 3

(slijpen, polijsten)

anodiseren, eloxeren 50 10 100 30 1 2 3 2 2 100 3

chemische oppervlaktebehandeling 50 10 100 30 1 3 3 2 2 100 3

emailleren 100 50 100 50 1 1 2 1 1 100 3

galvaniseren (vernikkelen, verchromen,

verzinken, verkopen e.d.) 100 30 100 50 1 3 3 2 2 100 3

stralen 30 200 200 30 2 1 1 2 2 200 4

metaalharden 30 50 100 50 2 1 2 1 2 100 3

lakspuiten en moffelen 100 30 100 100 2 1 2 2 2 100 3

scoperen (opspuiten van zink) 50 100 100 30 2 1 2 2 2 100 3

thermisch verzinken 200 200 100 50 2 1 2 2 2 200 4

thermisch verzinnen 200 200 100 50 2 1 2 2 2 200 4

35. MACHINE-INDUSTRIE

35. Machine-industrie:

p.o. < 2.000 m2 30 30 100 30 1 2 1 100 3

1 1

P.o. > = 2.000 m2 50 50 200 50 1 1 2 3 2 200 4 1

met proefdraaien verbrand.matoren > 1 MW A 50 50 300 50 1 1 2 3 2 300 4 1

36. ELEKTROTECHNISCHE INDUSTRIE

36.1 Elektrische draad- en kabelfabrieken 100 30 200 50 2 1 1 2 2 200 4 1

36.21 Eiektromotoren- en generatorenfabrieken 300 50 30 100 1 1 3 1 2 300 4

36.22 Schakel- en installatiemateriaalfabrieken 300 50 30 100 1 2 3 1 2 300 4

36.91 Accumulatoren- en batterijenfabrieken 100 100 100 50 1 1 2 2 2 100 3

36.92 lampenfabrieken 300 50 30 500 2 1 3 2 2 500 5

36.93 tlm Eiektrotechnische ind. 30 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3 1

.96 n.e.g.

36.95.1 Fabrieken voor gedrukte bedrading 50 30 50 50 1 3 3 1 2 50 3

36.97198. Elektrische en elektrotechnische apparatenfabr. 100 50 100 50 1 2 2 2 2 100 3

36.99. Elektrische installatiebedrijven 10 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2

37 TRANSPORTMIDDELENINDUSTRIE

37.1 Autofabrieken en'-assemblagebedrijven:

p.o.<10.000m2 c 200 30 300 50 2 1 2 3 2 300 4

P,o. > = 10.000 m2 A 300 50 500 50 2 2 2 3 2 500 5

37.21 Aanhangwagen- en opleggerfabrieken 30 30 200 30 1 1 1 2 2 200 4

37.22 Carrosseriefabrieken 100 30 200 50 1 1 1 2 2 200 4

37.3 Auto-onderdelenfabrieken 30 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ........... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

37.41 tim 45 Scheepsbouw- en reparatiebedrijven:

houten schepen 30 50 50 10 1 1 2 1 1 50 3

kunststof schepen 100 50 100 50 1 1 2 1 1 100 3

metalen schepen 25 m 100 100 200 30 2 2 2 1 2 200 4

metalen schepen = 25 m enlof proefdraaien C A 200 200 500 50 2 3 3 2 3 500 5

verbr.motoren @ = 1 MW

37.46 Scheepsschilder- en schoonmaakbedr. e,d. c 300 200 300 200 2 3 3 1 2 300 4

37.47 Scheepssioperijen 100 200 700 100 1 1 3 1 3 700 5

37.5 Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen

(lijnwerkplaatsen):

algemeen 50 50 100 30 1 1 2 2 2 100 3

r@et proefdraaien verbrand.motoren > = 1 mw A 50 50 300 50 1 1 2 2 2 300 4

37.6 Rijwiel- en motorrijwielfabrieken 100 30 100 50 2 1 1 2 2 100 3

37.7 Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven:

zonder proefdraaien motoren 50 50 200 100 1 1 2 2 2 200 4

met proefdraaien motoren A 100 50 1000 100 1 1 2 2 2 1000 5

Transportmiddelenindustrie n.e.g. 50 30 100 50 1 1 1 2 2 100 3

38. INSTRUMENTEN- EN OPTISCHE INDUSTRIE

38. Instrumenten- en optische industrie 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2

39. OVERIGE INDUSTRIE

39. Overige industrie voor zover n.e.g. 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2

39.3 Foto- en filmiaboratoria c 30 0 1 0 30 1 3 1 2 2 30 2

39.41 Speelgoedartikelenfabr. 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

39.42 Sportartikelenfabrieken 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

39.5 Sociale werkplaatsen met lakspuiterijen 100 50 100 50 2 1 1 2 2 100 3

39.99.1 Compostbedrijven:

open 700 300 200 50 1 2 2 3 2 700 5

gesloten 100 50 100 50 1 2 2 3 1 100 3

39.99.2 Zwarte grond-produktiebedrijven c 100 100 50 30 1 2 1 2 2 100 3

39.99.3 Overige be- en verwerkende industrie n.e.g. 50 30 50 30 1 1 1 1 1 50 3

40 OPENBARE NUTSBEDRIJVEN

40.11 Eiektriciteitsproduktiebedr.

(vermogen @ = 50 MW):

kolengestookt c A 100 700 7(}0 300 3 2 2 2 3 700 5

oliegestookt c A 100 30 500 300 3 2 2 2 3 500 5

gasgestookt c A 30 30 500 300 2 2 1 1 3 500 5

kerncentrales c 30 30 500 1500 2 2 1 1 3 1500 6

gasturbine-centrales c A 10 10 300 300 2 1 1 1 2 300 4

40.12 Eiektriciteitsdistributiebedrijven, met

transformatorvermogen:

-@ 10 MVA c 0 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2

10-IOOMVA e 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3

100 - 200 MVA c 0 0 100 50 1 1 1 1 2 100 3

200 - 1 000 MVA c A 0 0 300 50 1 1 1 1 2 300 4

= 1000 MVA c A 0 0 500 50 1 1 1 1 2 500 5

40.2 Gasdistributiebedrijven:

gascompressorstationsvermogen<100mw C 0 0 300 200 1 1 1 1 1 300 4

gascompressorstations vermogen > = 1 00 MW C 0 0 500 200 1 1 1 1 2 500 5

gasdrukregel- en meetruimten (kasten en c 0 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2

gebouwen), cat. B en C

gasontvang en -verdeelstations, cat. D c 0 0 100 50 1 1 1 1 1 100 3

40.31 Waterwinning-tbereidingbedrijven:

met chloorgas c 50 0 50 1500 1 1 1 1 2 1500 6 1

bereiding met chloorbleekloog e.d. enlof c 1 0 0 50 50 1 1 1 1 2 50 3

straling

40.32 Waterdistributiebedrijven, met pompvermogen:

< 1 MW c 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2

1 -is mw e 0 0 100 1 0 1 1 1 1 1 100 3

>=lsmw c 0 0 300 10 1 1 1 1 2 300 4

40.4 Warmtevoorzieningsbedr.:

stadsverwarming c 30 0 100 50 2 1 1 1 2 100 3

blokverwarming e 10 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2

51 BOUWNIJVERH9ID

51 Bouwbedrijven:

algemeen 10 30 50 30 1 1 1 1 2 50 3

impregneren, bitumineren, verven 50 30 50 50 1 1 1 1 2 50 3

ijzervlechten, steenbewerken 10 50 100 30 1 1 1 1 2 100 3

10

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. <............ afstand (in m) voor: ........... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

52 BOUWINSTALLATIEBEDRIJVEN

52. Bouwinstallatiebedrijven 1 0 1 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2

61162 GROOTHANDEL

61.11 Akkerbouwprodukten, algemeen assortiment 30 30 30 30 1 1 1 2 2 30 2

61.12 Granen 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3

61.13 Zaaizaad en pootgoed 1 0 1 0 50 30 1 1 1 2 1 50 3

61.14 Fijne zaden en peulvruchten 1 0 1 0 30 30 1 1 1 2 1 30 2

61.15 Hooi en stro 30 50 50 50 1 1 1 2 2 50 3

61.16 Meng-, kracht- en ruwvoeders 30 50 50 30 1 1 1 2 2 50 3

61.17 Bloemen, planten en tuinbenodigdheden 10 10 30 10 1 1 1 2 1 30 2

61.18 Meststoffen:

kunstmest (niet explosies 30 50 30 50 1 1 1 2 2 50 3

dierlijke mest, open opslag 200 30 30 30 1 1 1 2 2 200 4

dierlijke mest, gesloten opslag 50 30 30 30 1 1 2 2 2 50 3

61.19 Akkerbouwprodukten n.e.g. 30 30 30 30 1 1 1 2 1 30 2

61.21 Levend vee c 50 10 100 10 1 1 1 2 1 100 3

61.22 Wilde dieren, siervolgens e.d. c 50 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3

61.31 Textielgrondstoffen en -haiffabrikaten 30 30 30 50 1 1 1 2 2 50 3

61.32 Huiden en vellen 100 10 30 30 1 1 1 2 2 100 3

61.33 Leder en -haiffabrikaten 50 10 30 30 1 1 1 2 2 50 3

61.34 Ruwe tabak 100 30 30 30 1 1 1 2 2 100 3

61.39 Ruwe tropische produkten n.e.g. 100 30 30 30 1 1 1 2 2 100 3

61.41 Ertsen (incl. overslag):

opslagopp. , 2.000 m2 c 50 500 300 30 1 1 2 3 3 500 5

opslagopp. @ = 2.000 m2 c A 100 700 1000 50 2 1 2 3 3 1000 5

61.42 IJzer, staal- en haiffabrikaten 10 50 200 30 1 1 1 2 2 200 4

61.43 Non-ferro metalen en -haiffabrikaten 10 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3

61.44 Minerale olieprodukten (excl. brandstoffen) 50 10 50 100 1 1 2 2 2 100 3 1

61.45 Vaste, vloeibare en gasvormige brandstoffen 100 10 50 500 1 1 2 2 2 500 5 1

(algemeen assortiment)

61.46 Vaste brandstoffen:

klein, lokaal verzorgingsgebied 10 100 50 30 1 1 1 2 2 100 3

kolenterminal (opslagopp. > = 2.000 m2) c A 50 700 500 100 1 1 2 3 3 700 5

61.47 Vloeibare brandstoffen:

vloeistoffen, o.c. @ 100.000 m3 50 10 50 200 1 1 2 2 2 200 4

vloeistoffen, o.c. @ = 100.000 m3 100 30 50 500 1 1 3 2 3 500 5

tot vloeistof verdichte gassen 50 0 50 200 1 1 1 2 2 200 4

61.51 Chemische grondstoffen en chemicaliën voor 50 50 30 300 1 1 3 2 2 300 4

industriële toepassi.ng

61.52 Bestrijdingsmiddelen 50 30 30 500 1 1 2 2 2 500 5

61.53 Oliën, vetten en oliehoudende grondstoffen 100 30 300 50 1 1 1 2 2 100 3

61.54 Rubber 50 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3

61.6 excl. Hout, vlakglas, sanitair 10 1 0 50 50 1 1 1 2 2 50 3

.661.69 en bouwmaterialen

61.66 Zand en grind 1 0 50 100 1 0 1 1 1 2 2 100 3

61.69 Bouwmaterialen n.e.g. 10 50 50 30 1 1 1 2 2 50 3

61.71.8 Machines, apparaten etc. 10 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

61.91 Verpakkingsmaterialen 10 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3

61.92 Scheepsbenodigdheden 1 0 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2

61.99 Vakbenodgdheden e d 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2

62.1 Mebeln , '@tq.,te,@en e.d. 1 0 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3

62.2 H.,s,.ud IJke "klen, ijzerwaren, auto- 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2

accessoires, houtwaren e.d.

62.27 Verfien behang 10 10 30 100 1 1 1 2 2 100 3

62.3 Text elwaren, schoeisel e.d. 30 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2

62.4 Plantaardige voedings- en genatsmiddelen c 30 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

62,5 Dierlijke voedingsmidd. c 30 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3

62.6 Farmaceutische, medische, kosmetische 30 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3

artikelen en reinigingsmiddelen

62.7 Papier, boeken en kantoorbehoeften 10 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3

62.8 Optische, fotografische, sport- e.d. artikelen:

zonder vuurwerk 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2

met vuurwerk enlof munitie 1 0 10 30 100 1 1 1 2 2 100 3

62.91.92 Schroot

algemeen 30 30 100 30 1 1 2 2 2 100 3

met shredders, persen A 30 100 500 50 1 1 3 2 3 500 5

autosloperij .en 30 30 50 50 1 1 3 2 3 50 3

62.93 Oude materie en en afvalstoffen (excl. schroot):

oud papier, lompen en rubber 30 30 30 30 1 1 1 2 2 30 2

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-wde omschrijving Con- A ............ afstand (in m) voor: .................... <..................... index voor: ................................... .. groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

dierlijk afval 300 10 30 10 1 1 1 2 2 300 4 1

puin, glas en hout 10 30 100 10 1 1 1 2 2 100 3

63164 TUSSENPERSONEN IN DE GROOTHANDEL

63164 Tussenpersonen in de groothandel (kantoren) 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

65166 Detailhandel, buurtverzorgend, voor zover n.e.g. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

65.12 Vis, met bakken 30 0 10 10 1 1 1 1 1 30 2

65.13 Vlees, met roken, koken of smelten 30 0 10 10 1 1 1 1 1 30 2

65.22 Brood en banket, met bakken voor 30 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2

eigen winkelbedrig

65.28 Supermarkten:

verkoopopp. < 250 m2 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

verkoopopp. @ = 250 m2 0 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2

65.31 Apotheken 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

65.43 Drogisterijen 10 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

65.92 Antiek, indien met werkplaats (logen) 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1

66.15 Bouwmaterialen:

verf(waren) 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

"doe het zelf' 10 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2

66,2 Personenauto's, fietsen, motorfietsen e.d, 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

66,31 Benzine-service-stations:

zonder L.P.G. 30 0 30 30 2 1 2 3 1 30 2

met L. P. G. 30 0 30 100 2 1 2 3 1 100 3

66.71 Huisbrandstoffen 10 10 10 30 1 1 2 1 2 30 2

66.82 Munitie < 275.000 patronen en @ 1 kg buskruit 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

66.89 Vuurwerk < 1.000 kg 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

66.91 Warenhuizen 0 0 30 30 1 1 1 3 2 30 2

67 HOTELS, RESTAURANTS, CAFE'S E.D.

67.11 Restaurants c 30 0 10 10 1 1 1 2 1 30 2

67.12 Cafetaria's, snackbars, viskramen c 30 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2

67.13 Dineruitzendingsbedrijven c 30 0 10 10 1 1 1 2 1 30 2

67.21 Cafés , bars c 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2

67.22 [Jssalons 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

67.23 Nachtclubs, bar-dancings e.d. c 10 0 50 10 1 1 1 2 1 50 3

67.3 Besloten consumptie-inrichtingen (kantines) c 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

67.4 H otels en pensions:

zonder maaltijd e 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1

met maaltijd c 30 0 10 10 1 11 1 2 1 30 2

67.5 Vakantiecentra, logiesverstrekkende bedrijven C 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 1

68 REPARATIEBEDRIJVEN VOOR GEBRUIKSGOEDEREN

68.1 Schoen- e.a. lederwarenreparatiebedrijven 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

68.21 Autoreparatiebedrijven (excl. plaatwerken, 10 10 30 30 1 1 2 2 1 30 2

spuiten en tectyleren)

68.22 Autoplaatwerkerijen 10 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3

68.23 Autospuitinrichtingen 50 30 50 50 2 1 1 1 1 50 3

68.24 Autobeklederijen 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1

68.29 Autorepar.bedr. n.e.g.:

zonder tectyleerderij 10 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2

met tectyleerderij 100 10 30 30 1 2 2 2 1 100 3

68.3 Fietsen-, brom- en motorfietsen- 10 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2

reparatiebedrijven

68.4 Uurwerkreparatiebedr. 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

68.5 Goud- en zilversmederijen (reparatiebedr,) 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

68.6 Reparatiebedrijven voor eiektr. 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

gebruiksgoederen

68.7 Reparatiebedrijven voor muziek- 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

instrumenten

68.9 Reparatiebedrijven voor n.e.g. 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

gebruiksgoederen

71 SPOORWEGEN

71.0 Spoorwegen:

stations c 10 10 100 50 1 1 1 3 2 100 3 1

rangeerterreinen c A 30 30 300 300 1 1 1 3 2 300 4 1

72 WEGVERVOER

72.11 Bus-, tram- en metrostations c 1 0 1 0 100 1 0 1 1 1 2 2 100 3 1

72.12 Groepsvervoerbedrijven c 1 0 1 0 100 1 0 1 1 1 2 1 100 3

72.21 Taxibedrijven c 1 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

12

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor:... ...................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

72,22 Touringcarbedrijven c 10 10 100 30 1 1 1 2 1 100 3

72.3 Goederenwegvervoerbedrijven:

zonder schoonmaken tanks c 10 10 100 30 1 1 1 3 2 100 3

met schoonmaken tanks c 200 30 100 100 2 2 2 3 2 200 4

72.41 Autoparkeer- en stallingsbedrijven c 30 10 50 30 1 1 1 3 2 50 3

72.42 Fietsenstallingsbedrijven c 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3

72.43 Pomp- en compressorstations van pijpleidingen C 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3

72.49 Wegvervoer verwante bedrijven n.e.g. c 10 10 100 30 1 1 1 2 2 100 3

73 ZEEVAART

73.112 Zeevaartbedrijven (kantoren):

vloeropp.<150 m c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

vloeropp. > = 150 m c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

73.3 Zeevaart laad-, los- en overslagbedrijven:

containers c 30 10 300 100 1 1 1 3 3 300 4

stukgoed c 10 50 500 100 1 1 2 3 3 500 5

ertsen, mineralen e.d. c A 100 700 1000 50 2 1 2 3 3 1000 5

granen of meelsoorten c A 200 700 500 100 1 1 1 3 3 700 5

steenkool c A 100 700 1000 100 2 1 3 3 3 1000 5

olie, L.P.G. e.d. c 300 50 200 1000 2 2 3 2 3 1000 5

tankercieaning c 300 30 200 200 2 3 3 1 2 300 4

74. BINNENVAART

74.1 Binnenvaartbedrijven (kantoren):

vloeropp. < 1 50 m c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

vioeropp. @ = 150 m c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

74.2 Binnenvaart laad-, los- en

overslagbedrijven:

containers 1 0 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

stukgoederen 10 30 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

ertsen, mineralen e.d.:

opslagopp. @ 2.000 m2 30 200 300 30 1 1 2 2 2 300 4

opslagopp. @ = 2.000 m2 A 50 500 700 50 2 1 2 3 3 700 5

granen of meelsoorten:

v.c. @ 500 tiu 50 300 200 50 1 1 1 2 2 300 4

v.c. @ = 500 t/u A 200 700 300 100 1 1 1 3 3 700 5

steenkool:

opslagopp. < 2.000 m2 50 300 300 50 1 l. 2 2 2 300 4

opslagopp. > = 2.000 m2 A 100 700 700 100 2 1 3 3 3 700 5

olie, L.P.G. e.d. 100 10 50 700 1 1 2 2 3 700 5

tankercieaning 300 30 200 200 2 3 3 1 2 300 4

75 LUCHTVAART

75.1 Lurhtvaartbedrijven (kantoren) c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

75.21.1 Luchthavens c 50 50 150 100 2 1 2 3 3 1500 6

75.21.2 Luchtverkeersregel.bedr. e 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

75.21.3 Vliegtuigverhuurbedrijven e 30 10 300 30 1 1 2 1 1 300 4

76 HULPBEDRIJVEN VAN HET VERVOER

76 excl. Hulpbedrijven van het c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 1 0 1

.21 en.3 vervoer n.e.g. (kantoren)

76.21 Wegings- en metingsbedr. c 10 10 100 30 1 1 1 3 1 100 3 1

76.3 Veem- en pakhuisbedrijven c 100 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1

77 COMMUNICATIEBEDRIJVEN

77.01 Postdiensten c 0 1 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 1

77.02 Telefoon-, telegraafdiensten e.d. c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

81 BANKWEZEN

81 Banken:

vloeropp. @ 150 m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 1 0 1

v oeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

82 VERZEKERINGSWEZEN

82 Verzekeringsbedrijven:

vloeropp. < 150 m2 c 0 0 1 0 0 1 1 1 1 1 1 0 1

vloeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

83 EXPLOITATIE VAN EN HANDEL IN ONROERENDE GOEDEREN

83 Exploitatie- en handelsbedr.

13

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

in onroerend goed@

vloeropp. < 150 m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

vloeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

84 ZAKELIJKE DIENSTVERLENING

84 excl. Zakelijke dienstverlening

.95 en .97 (kantoren):

vloeropp.<150m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

vloeropp.>=150m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

84.95 Beurzen, tentoonstellingsgebouwen c 10 30 100 30 1 1 1 3 2 100 3

84-97 Veilinggebouwen e.d. c 50 50 100 30 1 1 1 3 2 100 3

85 VERHUUR VAN MACHINES EN ANDERE ROERENDE GOEDEREN

85.1 Autoverhuurbedrijven c 10 10 50 10 1 1 1 2 1 50 3

85.2 Machineverhuurbedrijven c 10 10 50 10 1 1 1 2 2 50 3

a5.3 Verhuurbedrijven van gebruiksgoederen - - 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

85.9 Verhuurbedrijven van roerende c 10 10 50 10 1 1 1 2 2 50 3 i

goederen n,e.g.

90 OPENBAAR BESTUUR

90 excl, Openbaar bestuur c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

4 t/m 6 voor zover n.e.g.

90.4 Politiekantoren c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

90.5 Brandweerkazemes c 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3

90.6 Land-, lucht- en c 10 30 300 100 1 1 3 3 1 300 4

zeemachtkazemes e.d.

91 RELIGIEUZE ORGANISATIES

91.0 Kerkgebouwen e.d. c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

92 ONDERWIJS

92.1 tam .3 Kleuter- en basisonderwijs 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

92.4 Voortgezetonderwijs 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3

92.51.6 Beroepsonderwijs 30 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2

92.7 Wetenschappelijk onderwijs 50 30 50 50 1 1 1 2 2 50 3

92.81.9 Overig onderwijs zonder 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

werkplaatsen of laboratoria

93 GEZONDHEIDSZORG EN VETERINAIRE DIENSTEN

93 Gezondheidszorg en

veterinaire diensten-

ziekenhuizen c 30 0 50 30 1 2 1 3 2 50 3

groepspraktijken, klinieken c 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2

individuele praktijken 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1

medische laboratoria c 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 1

94 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING

94 Maatschappelijke dienstverlening c 30 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 i

(incl. keukens)

95 SOCLAAL-CULTURELE INSTELLINGEN

95 Sociaal-culturele instellingen:

buurt- en clubhuizen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 1

bibliotheken en musea 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1

dierentuinen c 50 10 50 10 1 1 1 3 1 50 3

studio's (film, TV, radio, geluid) c 0 0 50 30 1 1 1 2 1 50 3

theaters, bioscopen c 0 0 30 0 1 1 1 3 1 30 2

(gesloten gebouwen)

ateliers voor kunst 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

muziek en balletscholen 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

sociaal-culturele instellingen n.e.g. c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 1

96 SPORT EN RECREATIE

96.12.1 Zwembaden:

overdekt c 30 0 50 10 1 1 1 3 1 50 3

niet overdekt c 30 10 200 10 1 1 1 3 1 200 4

96.12.2 Spartaccornmodaties:

sporthallen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

bowlingscentra c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

14

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ....................<..................... index voor: ............................. groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

skelterbanen:

< 8 u/w in gebruik c 50 30 500 30 1 1 2 2 1 500 5

@ = 8 u/w in gebruik c A 50 50 1000 30 1 1 2 2 1 1000 5

autocircuits, motorcross-

terreinen e.d.:

8 u/w in gebruik 100 50 700 50 1 1 2 3 1 700 5

= 8 u/w in gebruik A 100 100 1500 50 1 1 2 3 1 1500 6

overdekte kunstijsbanen c 0 0 100 100 1 1 1 2 1 100 3

stadions en openluchtijsbanen c 0 0 300 0 1 1 1 3 2 300 4

maneges 50 30 30 0 1 1 1 2 1 50 3

tennisbanen (met verlichting) 0 0 50 0 1 1 1 2 2 50 3

veidsportcomplex (met verlichting) 0 0 50 0 1 1 1 2 2 50 3

golfbanen 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2

kunstskibanen 0 0 30 0 1 1 1 1 2 30 2

hondendressuurterreinen 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3

96.12.7 Schietinrichtingen:

vrije buitenbanen:

schietbomen 10 0 500 1500 1 1 1 1 1 1500 6

kleiduiven 10 0 200 300 1 1 1 1 1 300 4

geweerbanen 30 0 1500 1500 1 1 1 1 1 1500 6

pistoolbanen 30 0 1500 1500 1 1 1 1 1 1500 6

boogbanen 0 0 30 200 1 1 1 1 1 200 4

buitenbanen met voorzieningen:

schietbomen 10 0 300 500 1 1 1 1 1 500 5

geweerbanen 10 0 1000 1500 1 1 1 1 1 1500 6

pistoolbanen 10 0 1000 200 1 1 1 1 1 1000 5

boogbanen 0 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2

binnenbanen:

geweer- en pistoolb. c 0 0 200 10 1 1 1 1 1 200 4

boogbanen c 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1

96.13 Sportschoten, gymnastiekzalen c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

96.22 Recreatiecentra, vaste kermis e.d. 30 10 200 10 1 1 1 3 3 200 4 1

96.23 Casino's c 30 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

96.29 Amusementsgelegenheden,

dansscholen e 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

feestzalen c 0 0 100 0 1 1 1 2 1 100 3

amusementshallen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

modelvliegtuigvelden 30 0 300 100 1 1 1 1 1 300 4

97 BEDRIJFS- EN WERKNEMERSORGANISATIES

97 Bedrijfs- en werknemers- 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

exej. 97,5 organisaties (kantoren)

97.5 Research- e.d. wetenschappelijke 10 0 30 50 1 2 1 1 1 50 3

instellingen met laboratorium

98 OVERIGE DIENSTVERLENENDE BEDRIJVEN

98.11.1 Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. 50 50 50 30 1 1 1 2 1 50 3

98.11.2 Vuilstortplaatsen 300 300 300 10 1 2 3 3 3 300 4

98.11.3 Vuiloverslagstations c 200 300 300 30 1 1 2 3 3 300 4

98.11.4 Gemeentewerven, chemisch afvaldepots 30 50 50 10 1 1 3 2 1 50 3

98.12 Rioolwaterzuiverings- en gierver-

werkingsrichtingen (geen korrelfabr.):

(1) 100.000 i.e. c - 200 30 100 10 1 1 1 1 1 200 4

(1) 100.000 - 300.000 i.e. C A 300 50 200 10 1 1 1 2 1 300 4

(1) @ = 300.000 i.e. c A 500 50 300 30 1 1 1 3 2 500 5

indien thermische slibdroging 700 100 300 50 2 - - - - 700 5

rioolgemalen c 30 0 10 0 1 1 1 1 1 30 2

98.13 Afvalverwerkingsbedr.:

afvalscheidingsinstall. c 200 200 300 50 1 1 1 3 2 300 4

verwerking afgewerkte olie c 100 10 50 50 2 1 3 2 2 100 3

kabelbranderijen 200 50 30 30 3 1 2 1 2 200 4

radio-actiefafval c 10 50 200 1500 1 1 1 1 1 1500 6

pathogeen afvalverbranding 30 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2

(voor ziekenhuizen) .

oplosmidcielterugwinning 100 10 10 50 2 1 2 1 2 100 3 1

vuitverbrandingsinr.:

huisvuil, slib c A 300 200 300 50 3 1 2 3 3 300 4 i

vuilverbrandingsinr.: c A 300 200 300 50 3 1 2 3 3 300 4

chemisch afval

verwerking fotochemisch en 30 50 50 30 1 2 2 1 1 50 3

15

CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000

SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor:., .................. ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver-

tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit

geluid eel afstand

galvano-afval

puinbreken en -zeven, 30 100 300 10 1 1 1 2 2 300 4

V.C. < 1 00.000 M

puinbreken en -zeven, A 30 200 700 10 1 1 1 3 3 700 5

v.c. > = 100.000 tri

mestverwerking:

zie SBI 98.12; voor korrelfabrieken nog geen normen

(1) 1 m3 kalvergierfdag = 170 i.e., 1 m3 varkensgierldag 700 i.e.

98.14 Ongedierte bestrijdings- en 10 10 30 100 1 1 2 1 1 100 3

ontsmettingsbedrijven

98.15 Polderbemalingsinricht. 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3

98.21 Schoonmaakbedrijven voor gebouwen c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

98.22 Schoorsteenveegbedrijven 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

98.23 Autowasserijen 10 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3

98.24 Glazenwasser, n 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

98.29 Schoonmaakbedr. n,e,g. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

98.31 Wasser j@en en strijkinrichtingen c 50 10 100 30 1 2 1 2 2 100 3

98.32 Chems e wasserijen en verve(ijen 30 10 30 30 1 2 2 2 1 30 2

98.33 Wasverzendinrichtingen 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

98.34 Stoppage- en oppersinr. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1

98.35 Wasserettes, wassal"ns 10 0 10 0 1 2 1 1 1 10 1

98.36 Tapijtreinigingsbedr'j n 30 30 50 30 1 2 1 2 1 50 3

98.4 Kappersbedrijven en 10 0 0 0 1 1 1 1 1 10 1

schoonheidsinstituten

98.5 Foto-ateliers (incl. ontwikkelen) 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1

98.91 Begrafenisondernemingen:

uitvaartr-entra 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1

begraafplaatsen 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1

crematoria 100 10 30 10 2 1 1 2 2 100 3

98.92 Badhuizen en sauna-baden c 10 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

98.93 Dierenasiels en -pensions c 30 0 100 0 1 1 1 1 1 100 3

98.99 Persoonlijke dienstverlening n.e,g, c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2

1 6

Uw Reactie
Uw Reactie