- Bestuur
- Commissiestukken Notitie werk maken van detailhandel kadernotitie detailhandel
Commissiestukken Notitie werk maken van detailhandel kadernotitie detailhandel
Documentdatum | 12-07-2005 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Ruimtelijk Fysiek |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
Gemeente Helmond Commissie-format Verzoek College van B en,W voor Commissiebehandeling. Vastgesteld in B en W vergadering van: 28 juni 2005 Onderwerp: concept-notitie "Werk maken van detailhandel - kadernotitie detailhandel" Inhoud: Bijgaand treft uw commissie de concept-notitie "Werk maken van detailhandel - kadernotitie detailhandel" aan. Deze notitie geeft een integraal beleidskader voor de detailhandel op stedelijk niveau. In deze notitie wordt achtereenvolgens ingegaan op het beleid voor de detailhandel in het centrum, op perifere locaties en wijk- en buurtwinkelcentra. In de notitie komen achtereenvolgens specifiek de volgende zaken aan de orde voor de detailhandel: de algemene marktontwikkelingen, het gemeentelijk beleidskader en het handhavingsbeleid. Tenslotte wordt een concreet programma gegeven met actieplannen voor de periode 2005-2015 om de beleidsdoelstellingen voor de detailhandel daadwerkelijk te realiseren. Er dient. een s.pecifiek vernieuwd economisch beleidskader voor de detailhandel in het centrum en voor de perifere detailhandel te worden vastgesteld. Voor de Helmondse buurt- en wijkwinkelcentra wordt het bestaande beleid gecontinueerd. Voor de Helmondse buurt- en wijkwinkelcentra wordt het bestaande beleid gecontinueerd. ( Met uitzondering van detailhandel in Brandevoort) Voor het centrum betekent dit een toevoeging van detailhandel van circa 23.000 m2 bvo. Voor de perifere locatie Engelseweg betekent dit een toevoeging van grootschalige detailhandel van circa 20.000 m2 bvo. Voor de nieuwbouwwijk Brandevoort betekent dit een toevoeging van detailhandel voor het wijkwinkelcentrum van circa 8.000 m2 bvo. Deze concept-notitie zal in de inspraak worden gebracht en na afloop van de inspraakperiode via het college en de commissie MO & E ter vaststelling aan de gemeenteraad worden aangeboden. Financiële aspecten en dekking: Eventuele financiele consequenties komen in beeld bij het opstellen van de ontwikkelings- en realisatiestrategie voor de perifere locatie Engelseweg. Nadat deze naar verwachting in februari 2006 zijn opgesteld wordt een separaat voorstel met dekking aan u voorgelegd. Met dit verzoek mee te zenden stukken: Concept-notitie "Werk maken van detailhandel - kadernotitie detailhandel" Het college van B en W verzoekt: - De commissie M.O. & E kennis te nemen van deze concept-notitie "Werk maken van detailhandel- kadernotitie detailhandeL" commissieformat werk maken van detailhandel Pagina 1 van 2 CL \f\~ 0 EEn '4-7--0~ t.k,u, CONCEPT VVERK MAKE N VAN DETAILHANDEL - KADERNOTITIE DETAILHANDEL- GEMEENTE HELMOND JULI 2005 1 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor deze notitie. De detailhandel draagt in belangrijke mate bij aan de aantrekkingskracht van het stadscentrum en de leefbaarheid van wijken en buurten. Daarnaast is de detailhandel een sector, die zich kenmerkt door voortdurend in beweging te zijn. De laatste tijd zijn er met name nieuwe ontwikkelingen ten aanzien van de grootschalige en perifere detailhandel, zoals de opkomst van megastores (bijvoorbeeld grootschalige supermarkten en electrostores). Voor ons is dit reden om met name het bestaande beleid dat gericht is op perifere detailhandel uit 1997( nota "het perifere detailhandelsbeleid in Helmond" ) te actualiseren en het in te kaderen in een nieuw algemeen detailhandelsbeleidskader. Het gedeelte van het bestaande beleid dat met name gericht is op de Helmondse winkelcentra ( nota "Winkelcentra in de Helmondse wijken") dateert alweer uit 1992. Mede hierdoor en de snel voortgaande ontwikkelingen in de reguliere detailhandel is het noodzakelijk om tot een actualisatie van het beleid te komen. Deze kadernotitie - Werk maken van detailhandel - is het resultaat daarvan. Sinds de vaststelling door de raad van de nota "winkelcentra in de Helmondse wijken" uit 1992, is er veel bereikt. Bestaande buurt- en wijkwinkelcentra werden gerenoveerd zoals onder andere recentelijk nog het winkelcentrum in Mierlo-Hout. Tevens bevinden zich bepaalde winkelcentra zoals onder andere de winkelconcentratie in de Heistraat in de fase om tot herontwikkeling te komen. Ook zijn er winkelcentra in de fase om tot ontwikkeling te komen tot een wijkwinkelcentrum zoals in Brandevoort het geval is. In 2002 werd in Brandevoort overigens al wel, vooruitlopend op deze ontwikkeling, een tijdelijk winkelcentrum geopend. 1.2 Doel van deze notitie. ': Het doel van deze notitie is om een kader voor een vernieuwd integraal detailhandelsbeleid weer te geven. Helmond wil in deze kadernotitie mogelijkheden bieden voor nieuwe ontwikkelingen in de detailhandel in de vorm van nieuwe detailhandelsvormen en -concepten. Zij wil daarbij zoveel mogelijk hierop actief inspelen door deze nieuwe detailhandelsvormen- en concepten plaats te bieden binnen de bestaande detailhandelsstructuur. Tegelijkertijd mag dit niet ten koste gaan van de bestaande winkelstructuur. Doel van het detailhandelsbeleid is namelijk het op een evenwichtige, integrale en perspectiefvolle wijze versterken van de totale stedelijke detailhandelsstructuur van Helmond met het centrum voorop om daarmee de centrum positie van Helmond als winkelstad verder te versterken. Deze beleidsdoelstelling draagt bij aan een verbetering van de werkgelegenheid voor Helmond in het algemeen. Daarnaast draagt deze beleidsdoelstelling bij aan een verbetering van de winkelvoorzieningen op buurt- en wijkniveau en daarmee van de leefbaarheid in het bijzonder. In april 2005 is door de raad het Sociaal Economisch Beleidsplan Helmond 2005-2010 vastgesteld. In dit beleidsplan is aangegeven dat de detailhandelssector in Helmond thans al een aanzienlijk werkgelegenheidsbelang in de totale werkgelegenheid van de stad heeft. In 2003 waren er 3684 werkzame personen in de detailhandel in Helmond. Dat is ruim 10% van het totaal aantal werkzame personen in de stad. Een dergelijk werkgelegenheidspercentage zien we overigens ook in andere steden met een vergelijkbaar vloeroppervlakte detailhandel. In deze steden zit echter relatief meer werkgelegenheid in het centrum dan in Helmond. Dit komt doordat in Helmond in verhouding relatief meer detailhandel (meer werkgelegenheid) buiten het centrum gevestigd is. Deze notitie is een nadere uitwerking van dit Sociaal Economische Beleidsplan voor wat betreft de sector detailhandel. Thans wordt gewerkt aan een nieuw Algemeen Structuurplan voor de gemeente Helmond. Deze notitie heeft tevens als doel om voor de sector detailhandel bouwstenen te leveren voor dit structuurplan. De ruimtelijke claims van de sector detailhandel zullen op basis van deze kadernotitie worden verwerkt in dit structuurplan. Deze kadernotitie is al volgt opgebouwd. Hoofdstuk 2 gaat in op algemene marktontwikkelingen in de detailhandel. Hoofdstuk 3 geeft het provinciaal beleid voor de detailhandel en het gemeentelijk beleidskader voor detailhandel voor het centrum, voor buurt- en wijkwinkelcentra en perifere locaties. Hoofdstuk 4 behandelt het handhavingsbeleid voor de perifere detailhandel. En hoofdstuk 5 tenslotte 2 geeft een programma met actieplannen voor de periode 2005-2015 om de beleidsdoelstellingen voor de detailhandel in samenspraak met private partijen daadwerkelijk te realiseren. 3 2. ALGEMENE DETAILHANDELSONTWIKKELINGEN 2.1 Algemene nieuwe ontwikkelingen in de vraagzijde. Kenmerk van de detailhandel is de grote dynamiek. Veranderingen aan de vraag kant hebben invloed op het aanbod van de detailhandel. Een belangrijke wijziging aan de vraagzijde is landelijk gezien de veranderende samenstelling van de bevolking. Toename van de bevolking van buitenlandse afkomst alsook gezinsverdunning zijn bekende ontwikkelingen hierin. Ook treedt er een toenemende individualisering op. Naast deze veranderende samenstelling van de bevolking, wijzigt ook het koopgedrag van de consument. De moderne consument kan gekarakteriseerd worden als grillig, kritisch en weinig loyaal (kris-kras consument). Ten slotte is de mobiliteit van de consument voor winkelaankopen de laatste jaren verder toegenomen. Het lijkt erop dat het koopgedrag van de consument steeds meer onvoorspelbaar wordt. Dit is zowel in de food als de non-foodsfeer het geval. 2.2 Soorten winkel- en koopgedrag. Globaal kunnen we het gedrag van de hedendaagse consument onderverdelen in drie soorten: 1. Het doen van dagelijkse boodschappen. Het gaat hierbij vooral om de dagelijkse boodschappen, die normaal gesproken plaatsvinden in de buurt- en wijkwinkelcentra. Efficiëncy, gemak en nabijheid zijn hiervoor de belangrijkste typeringen. 2. Doelgericht winkelen op goed per auto bereikbare locaties. De consument gaat winkelen met het doel bepaalde, niet-dagelijkse goederen aan te schaffen. Het gaat hier bijvoorbeeld om doe-het-zelf artikelen en woninginrichting. Veelal vindt dit koopgedrag plaats op periferelocaties. Het aantal bedrijven dat een vestigingvoorkeur voor perifere locaties heeft groeit. 3. Recreatief winkelen. Bij recreatief winkelen gaat het vooral om 'vergelijkend winkelen' van producten met een zekere emotionele waarde. Consumenten stellen ook steeds hogere eisen aan de winkels en de winkelomgeving. De kwaliteit en het beleven van het verblijfsmilieu wordt hierdoor een steeds belangrijkere factor om consumenten aan te trekken. De term 'beleveniseconomie' kan aan deze ontwikkeling zeker gekoppeld worden. Dit recreatieve koopgedrag heeft ook een samenhang met het vestigingsgedrag van bedrijven. Het grootste deel van de detailhandel heeft nog steeds een voorkeur voor vestiging in bestaande winkelgebieden. Zij willen en kunnen gebruik maken van de gecombineerde aantrekkingskracht van winkels in winkelgebieden. Dit recreatieve winkelen maakt onderdeel uit van de tegenwoordig veel gebezigde term leisure waarop in de volgende paragraaf zal worden ingegaan. 2.3 Nieuwe aanbodsvormen en leisure. Als reactie op de veranderende consument en het veranderend koopgedrag dienen nieuwe aanbodvormen zich aan in Nederland. Voorbeelden zijn de opkomst van gemakwinkels (bij onder andere stations, benzinestations en luchthavens) het winkelen via internet en de groei van megastores. In de supermarktbranche is een ontwikkeling in gang gezet met megasupermarkten. De groep grote supermarktorganisaties hebben het over supermarkten ter grootte van circa 3.500 tot circa 4.000 m2 aan de rand van de stad. Locaties gelegen aan ringwegen vormen daarbij een interessante vestigingsmogelijkheid voor deze nieuwe aanbodvorm. In deze grootschalige vestigingen wordt meer dan alleen food verkocht. 4 Een speciaal punt van aandacht verdient door de toegenomen vrije tijd van de consumenten tegenwoordig de term leisure, die nauw gerelateerd is aan de detailhandel. Deze verzamelterm staat voor commercieel publieksverzorgende functies, die inspelen op de besteding van vrije tijd van de consument buitenshuis. De detailhandel heeft meer oog gekregen voor het belang van een goede in passing van leisure. Om een meerwaarde te vormen voor met name het recreatieve winkelen in het centrum mogen detailhandel en leisure geen afzonderlijke onderdelen zijn maar dienen beiden juist versterkend voor elkaar te zijn. 5 3. PROVINCIAAL EN GEMEENTELIJK DETAILHANDELSBELEID 3.1 Provinciaal beleid voor de detailhandel Op 2 juli 2004 is door G.S. van Noord-Brabant een beleidsbrief 'bedrijventerreinen, zelfstandige kantoorvestigingen, detailhandel en voorzieningen" vastgesteld. In relatie tot het onderwerp detailhandel vervangt deze beleidsbrief, de vigerende beleidsbrief 'detailhandel (PDV/GDV)' (GS , 5 maart 1995). Doel van dit provinciale detailhandelsbeleid is de bestaande verzorgingstructuur te versterken. In een aantal branches mogen winkels met een minimale omvang van 1500 m2 bvo zich buiten de bestaande of te ontwikkelen winkelconcentratiegebieden vestigen. De detailhandel in deze specifieke branches stelt zodanige bijzondere vestigingseisen in verband met de aard en de omvang van de goederen dat deze zich niet altijd in winkelconcentratiegebieden kan vestigen of niet meer gevestigd kan blijven. Het gaat hierbij om de vestiging van de volgende branches: detailhandel in auto's; detailhandel in boten; detailhandel in caravans en tenten; detailhandel in grove bouwmaterialen; detailhandel in keukens, badkamers en sanitair; bouwmarkten; en detailhandel in woninginrichting waaronder meubelen. De provincie geeft aan dat dergelijke detailhandel zich bij voorkeur geconcentreerd dient te vestigen aansluitend aan bestaande of nieuw te ontwikkelen winkelconcentratiegebieden of op een specifiek daartoe door het gemeentebestuur aangewezen gebied, goed ontsloten en gelegen binnen of direct aansluitend aan het bestaand stedelijk gebied. Voorgaande provinciale beleidslijnen zijn in Helmond met name van belang voor de perifere detailhandelsontwikkelingen aan de Engelseweg, die in paragraaf 3.2.5 uitgebreid aan de orde komen. 3.2 Detailhandelsbeleid van de gemeente Helmond Het algemene Helmondse detailhandelsaanbod gaat uit van een ruimtelijke hierarchie van winkelvoorzieningen. Aan de top staat het stadscentrum met het kernwinkelapparaat en aan de basis de wijk- en buurtwinkelcentra..Uitgangspunt is dat iedereen de dagelijkse levensbehoeften in de eigen buurt of wijk moet kunnen kopen. Dat is van groot belang voor de leefbaarheid van de wijken en buurten. Voor de meeste andere goederen is een groter draagvlak vereist. Hiervoor kan men voor een breder en gespecialiseerd aanbod in het centrum terecht. Tevens is er de mogelijkheid voor meer doelgericht winkelen op perifere locaties. De volgende paragrafen gaan specifiek in op het gemeentelijk detailhandelsbeleid voor deze verschillende locaties. 3.2.1 Detailhandel in het centrum van Helmond voor met name recreatief winkelen. In het gemeentelijk detailhandelsbeleid heeft de versterking van het centrum van Helmond de hoogste prioriteit. Dit is mede noodzakelijk omdat het huidige centrum haar positie als de winkelstad van de Peelregio nog onvoldoende inneemt. Helmond wil zich namelijk nadrukkelijk profileren (maar vooral ook waarmaken) als de winkelstad van de Peelregio. Dit kan door zich krachtig te positioneren met als doel de specifieke nichemarkt in te nemen en te genereren tussen het voornamelijk zakelijke, grootstedelijke winkelkarakter van Eindhoven en het overwegend dorpse winkelkarakter van de Peelregio. Deze nichemarkt combineert een gevarieerd, breed stedelijk winkelaanbod en andere leisurefuncties met een compact, gezellig en hoogwaardig verblijfsklimaat in het centrum dat voor de consument goed bereikbaar is en over voldoende parkeerplaatsen beschikt. Het huidige centrum van Helmond heeft vanuit economisch perspectief thans nog onvoldoende trekkracht voor eigen inwoners maar met name voor consumenten uit de regio. Er zijn daarom voortgaande structurele verbeteringen noodzakelijk en deels al in gang gezet om het centrum van Helmond voor met name het recreatieve winkelen attractiever te maken om voornoemde marktpositionering daadwerkelijk waar te maken. 6 Recreatief winkelen in het centrum Daarom is bijvoorbeeld recent al een aanvang gemaakt met de uitvoering van het project inzake de kwaliteitsimpuis voor het bestaande centrum. Dit project voorziet in de verbetering van het totale verblijfsklimaat voor de consumenten in het bestaande centrum met als doel dat consumenten vaker naar het stadscentrum komen en hen daar bovendien ook langer te laten verblijven. . Het centrum management Helmond stelt zich ten doel om het centrum van Helmond economisch beter te laten functioneren. In het kader van dit centrummanagement is eind 2002 een samenwerkingsovereenkomst getekend voor een periode van drie jaren tussen de gemeente, de Federatie Belangenverenigingen Stadskern Helmond en de vastgoedeigenaren in het centrum. Door middel van ten uitvoerlegging van deze samenwerkingsovereenkomst is de professionalisering van het centrummanagement een feit geworden. De samenwerking met de Federatie is meer gestructureerd en doelgerichter geworden. Met ingang van 2003 wordt jaarlijks een actieprogramma gemaakt met daarin een aantal verschillende projecten om het economisch functioneren van het centrum daadwerkelijk verder te verbeteren. Voorbeelden hiervan zijn het verbeteren van de organisatiegraad van de ondernemersverenigingen en een brancheringscommisie, die de branchering van het centrum verbeterd en de leegstand effectief aanpakt. Een ander voorbeeld is het project "collectieve winkelontzegging" dat de veiligheid van het winkelen in het centrum verbeterd en landelijk veel aandacht trekt. < De integrale structuurvisie van het centrum is recentelijk uitgewerkt in een Masterplan. Dit plan voorziet mede in de noodzakelijk geachte krachtige kwantitatieve en kwalitatieve impulsen op detailhandelsgebied, die tot doel hebben de regionale positie van Helmond als regionaal koopcentrum te vergroten. In totaal voorziet het Masterplan in de uitbreiding van het winkelhart met 23.000 m2 b.v.o detailhandel. Deze uitbreiding ( kwantitatief en kwalitatief) moet leiden tot een toename van de stedelijke en regionale koopbestedingen. Tevens is ook de koopkrachtbinding voor consumenten uit Helmond zeker voor verbetering vatbaar. Bij de plannen voor het centrum is het niet alleen van belang om de detailhandel uit te breiden en kwalitatief te verbeteren. Het gaat hierbij juist ook om het verbeteren van detailhandel (het winkelen), in relatie met de horeca en in relatie met de dag- en weekmarkt, die in het centrum gehouden wordt. Deze krachtige mix van winkelfuncties met andere functies dient ter verdere versterking van de centrum positie van Helmond als de (aantrekkelijke) winkelstad in brede zin voor de Peelregio. 7 KwaliteitsimpuIs in de Ameidestraat Een belangrijk onderwerp in het Masterplan is ook het verder verbeteren van de bereikbaarheid en parkeren in het centrum ten behoeve van de economische functies zoals de detailhandel en leisure. Vandaar dat het Masterplan er in voorziet om de bereikbaarheid voor de verschillende vervoerswijzen en de bevoorrading te verbeteren. Ook zullen er 2000 parkeerplaatsen aan het centrum worden toegevoegd. 3.2.2 Grootschalige detailhandel in het centrum van Helmond. Om maximaal in te kunnen spelen op potentiele koopstromen dienen met name nieuwe (ook grootschalige) detailhandelsformules en -concepten aan het winkelhart te worden toegevoegd. De gemeente Helmond kiest ervoor om naast de uitbreidingen in de (kleinschalige) detailhandel ook zoveel mogelijk vormen van grootschalige detailhandel in de non-foodsector in het centrum maximaal te accommoderen. Dit ter noodzakelijke versterking van het centrum van Helmond. Speciaal hiervoor is de locatie van en rond het huidige hoofdpostkantoor gereserveerd voor uitbreiding met 7.500 m2 voor grootschalige detailhandel. Hoofdbranche-groepen die passen binnen deze grootschalige detailhandelsvormen zijn schoeisel, confectie en textiel (waaronder kleding), electrotechnische artikelen (waaronder bruin- en witgoed) huishoudelijke en luxe artikelen, warenhuis(aanbod), persoonlijke verzorging en overige goederen en diensten. Er wordt dus geen zogenaamde locatie met GDV-aanbod buiten de bestaande winkelgebieden gepland. Deze vormen van grootschalige detailhandel worden vestigingsmogelijkheden geboden op voornoemde locatie in het centrum. Bij grootschalige detailhandel wordt hier uitgegaan van een detailhandelsvestiging met een minimale oppervlakte van 1000 m2 b.v.o. Voor branchegroepen, die passen binnen het perifere detailhandelsbeleid worden perifere locaties gereserveerd, zoals in paragraaf 3.7 zal worden beschreven. In relatie tot de opkomst van grootschalige supermarkten van circa 3.500-4.000 m2 wordt er in principe voor gekozen om te volstaan met één grootschalige supermarkt in het centrum. Het toevoegen van meer van dit soort grootschalige supermarkten zou naar de huidige verwachting tot een duurzame ontwrichting van de bestaande detailhandelsstructuur kunnen leiden. Suvtkade Mede door de specifieke ligging van het plan Suytkade in de directe nabijheid van het centrum en de voorgestane leisurefuncties in dit plan wordt hier ook beperkt detailhandel toegelaten. Het gaat echter uitsluitend om detailhandelsfuncties als ondergeschikte nevenactiviteit, die ondersteunend zijn voor en passen binnen het thema van de leisurefuncties zoals wellness, sport en health in Suytkade. 8 3.2.3. Verspreide bewinkeling buiten de winkelcentra. Helmond heeft al sinds jaren veel verspreide bewinkeling. Het beleid om de verspreide bewinkeling te verminderen zal verder worden voortgezet. Eventueel kan dit via verplaatsing van verspreide. bewinkeling naar een bestaande winkelconcentratie. Verplaatsing niet in aktieve zin maar wel door bijvoorbeeld een bestaande winkelconcentratie extra aantrekkelijk te maken. Door middel van de kwaliteitsimpuis in het centrum en de ondernemers adequaat te begeleiden wordt dit verplaatsingsproces de komende jaren zoveel mogelijk versneld. Ook dit is van belang om de centrum positie van Helmond verder te versterken. 3.2.4 Detailhandel in de wijk- en buurtwinkelcentra. Het beleid van de gemeente Helmond is gericht op het zorgdragen voor de kwaliteit van de detailhandelsvoorzieningen in de wijken. De gemeente richt zich op het moderniseren van de wijk- en buurtwinkelcentra en daarmee primair op het verbeteren van de economische vitaliteit. Wijkwinkelcentrum Houtvoort De gemeente heeft de laatste jaren veel inspanningen verricht om bestaande winkelcentra in samenwerking met de marktpartijen en ondernemers te vernieuwen. Voorbeelden hiervan zijn winkelcentrum Straakven en recentelijk nog het winkelcentrum Houtvoort en de Karper. Voor andere winkelcentra zijn al voorbereidingen getroffen om tot vernieuwing over te gaan. In Binnenstad-Oost zullen in de Heistraat de plannen voor een vernieuwd winkelplein in deze straat worden uitgewerkt. De huidige beleidskoers, die uitgaat van de bestaande balans van goed functionerende centra, die in Helmond dicht bij de consument zijn gelegen, zal worden voortgezet. Er is onvoldoende distributieve ruimte om op basis van de voorziene bevolkingsgroei van Helmond in de komende tien jaren om het aantal m2 detailhandel uit te breiden in de bestaande buurt- en wijkwinkelcentra. De wijk Brandevoort vormt hier een uitzondering op. In deze sterk groeiende wijk zal uiteindelijk een wijkwinkelcentrum worden ontwikkeld passend bij de omvang van de bevolking in deze wijk. Hiervoor is een uitbreiding van 8.000 m2 bvo voorzien. 9 3.2.5 Perifere detailhandel voor doelgericht winkelen. Mede op basis van een rapportage van BRO-adviseurs 1 worden de branchebeperkingen in het vigerende beleid voor de perifere detailhandel ook in het huidige beleidskader gehandhaafd. Dat wil zeggen dat zich in principe alleen detailhandel perifeer mag vestigen in de volgende categoriëen: 1. Auto's, boten, caravans; 2. Grove bouwmaterialen; 3. Brand en explosiegevaarlijke stoffen; 4. Keukens, badkamers, sanitair; 5. Bouwmarkten; 6. Tuincentra, hiertoe worden ook dieren benodigdheden- en voeding gerekend; 7. De gehele woninginrichtingsbranche (meubels en woningtextiel): ook verlichting, parket en babywoonwinkels worden in deze rapportage tot de woninginrichtingsbranche gerekend. Overeenkomstig het nieuwe provinciaal beleid zal globaal circa 1500 m2 b.v.o. worden aangehouden als minimummaat voor een perifere vestiging van bedrijven. Een toespitsing van dit beleid op locaties voor perifere detailhandel leidt tot de volgende beleidslijnen per locatie. De locatie EnQelseweQ. De reguliere PDV-ontwikkelingen zullen in principe plaats dienen te vinden aan de Engelseweg: een bundeling van de meeste perifere detailhandel op een plaats. De Engelseweg is hiervoor uiterst geschikt onder meer vanwege de centrale ligging in de verzorgingsstructuur, de goede bereikbaarheid vanuit de stad en de regio en de bestaande (clustering) van perifere detailhandelsactiviteiten ter plaatse. De Engelseweg heeft de potentie om uit te groeien tot een centrum rondom het thema 'Wonen' (ook doe-het-zelf, keukens, sanitair) met een regionale verzorgingspositie. Dit wordt ook bevestigd in het rapport "Winkelkompas regio Helmond"( Bureau Droogh, Trommelen, Broekhuis) Voor een optimale ontwikkeling van de PDV-concentratie aan de Engelseweg worden als belangrijkste uitgangspunten gehanteerd: . Streven naar de ontwikkeling van twee clusters, binnen de locatie, die in feite reeds in gang zijn gezet door de huidige invulling: In het oostelijk deel het bezoekersintensievere en meer Iocaal gerichte aanbod: doe-het-zelf / tuin, vervoer (o.a. motorzaken en verkoop van aanhangers) en kamperen. In het westelijk deel het bezoekersextensievere en meer regionaal verzorgende aanbod: woninginrichting en keukens/ badkamers. . Vestiging/uitbreiding van binnen de thema's passende, detailhandel in het gedeelte van de Engelseweg tussen de Churchillaan en Duizeldonksestraat wordt mogelijk aan zowel de noordzijde als de zuidzijde van de Engelseweg. De mogelijkheid de zuidzijde hierin te betrekken geeft meer ruimte. In het noordelijk gedeelte langs de Rooseindsestraat blijft PDV toegestaan. 1 Structuurvisie op de perifere detailhandel (BRO-adviseurs) 10 KAART: PDV- SITUATIE AAN DE ENGELSEWEG 11 Voor de perifere detailhandel op de locatie Engelseweg wordt een toevoeging van circa 20.000 m2 b.v.o. in aanbod op basis van het economische draagvlak mogelijk. Woninginrichtingscluster Engelseweg Ruimtelijk (meer vestigingsmogelijkheden) en economisch (verbreding branchering) zullen de vestigingsmogelijkheden sterk worden vergroot ter optimalisering van de locatie Engelseweg voor met name het woninginrichtingscluster en het doe-het-zelfcluster. De gemeente zal de haalbaarheid hiervan toetsen en tevens het voortouw nemen om in overleg met de ondernemers aan de Engelseweg met name voor de woninginrichting tot een cluster te komen dat een sterke en regionale uitstraling krijgt. Het uiteindelijke doel is om een optimaal en wervend vestigingsmilieu voor gevestigde en nog te vestigen bedrijven te komen. Daarnaast zal ook het totale verblijfsmilieu voor de consumenten aan de Engelseweg worden bezien om in overleg met de ondernemers tot verbetering hiervan te komen zodat er een zo hoogwaardig mogelijk en uitnodigend verblijfsmilieu voor de (regionale) consument zal ontstaan. Hierbij zullen aspecten aan de orde komen zoals onder andere de optimalisering van de bewegwijzering, het parkeren, de bereikbaarheid en de ruimtelijke inrichting. Overiqe locaties voor pdv-ontwikkelinqen. Het kiezen voor een sterke mate van concentratie aan de Engelseweg heeft gevolgen voor perifere detailhandelsontwikkelingen op de overige locaties in Helmond. Deurneseweq-Hoek- Deltaweq Deze locatie wordt gehandhaafd als pdv-Iocatie met een functie voor de oostelijke wijken. De branchering wordt beperkt tot bouwmarkten en tuincentra. Bedriiventerrein Hooqeind-overiq en de Weiier. Het huidige beleid biedt vestigingsmogelijkheden aan diverse branches hetgeen een versnipperd aanbod tot gevolg kan hebben (categorie 1 Um 4, zoals eerder aangegeven op blz 8). Mede gezien de keuze voor een sterke mate van concentratie aan de Engelseweg worden de mogelijkheden beperkt tot categorie 2 en 3. . Vanwege de aanwezigheid van de autoboulevard blijft op de Weijer (of een gedeelte ervan) de vestiging van autobedrijven mogelijk. 12 Kanaalzone Noord-Oost. Er zal hier geen PDV meer worden toegestaan. CenifareOos~wes~as Er zal langs deze centrale Oost-west-as geen pdv meer buiten het centrumgebied worden toegestaan. 3.2.6 Breed draagvlak vanuit het Helmonds bedrijfsleven De aangegeven beleidslijnen toegespitst op de perifere locaties zijn door de gemeente besproken met de Federatie Ondernemend Helmond en de Hoogeindse Ondernemerskring alsmede met de Kamer van Koophandel-Oost-Brabant. Op basis van deze besprekingen is door alle partijen een afzonderlijke schriftelijke reactie opgesteld. Uit deze besprekingen en ingediende schriftelijke reacties komt als gemeenschappelijk gedeelde visie duidelijk naar voren dat de ontwikkeling van een pdv-Iocatie aan de Engelseweg westzijde met een cluster voor wonen en aan de Engelseweg oostzijde een cluster voor doe-het-zelf door alle partijen breed wordt onderschreven. Wel vragen alle partijen om de grenzen van het gevoerde assortiment op deze pdv-Iocatie nauwlettend in de gaten te houden en waar noodzakelijk op te treden. Dit onder andere in relatie tot het belang van de bestaande winkelstructuur. De Hoogeindse Ondernemerskring vraagt specifiek om een geconcentreerde PDV-ontwikkeling aan de Engelseweg mede in relatie tot het zo zuinig mogelijk omgaan met de nog schaars beschikbare bedrijventerreinen. De beleidslijnen voor de perifere detailhandel hebben dus op basis van het voorgaande breed draagvlak gevonden bij partijen, die de belangen van het gevestigde bedrijfsleven behartigen. Er kan dus met recht worden vastgesteld dat deze partijen er duidelijk voor gekozen hebben de hoofdlijn te onderschrijven om de (reguliere) perifere ontwikkelingen te laten plaatsvinden aan de Engelseweg, zodat hier zich een compleet woonthemacentrum kan ontwikkelen alsook een doe-het-zelf centrum. Het hier geschetste beeld ten aanzien van de perifere detailhandel doet recht aan nieuwe ontwikkelingen in de detailhandel en aan het belang van de bestaande winkelstructuur. Er is bovendien volop ruimte voor de noodzakelijke dynamiek. De gemeente kiest in de praktijk voor een pro-actieve beleidsbenadering bij de ontwikkeling van de gewenste clusters aan de Engelseweg. Bij de uitvoering van het beleid zullen wij overigens de ontwikkelingen in de markt nauwlettend in de gaten houden. Bij de uitvoering van het beleid is tenslotte ook de handhaving van dit beleid noodzakelijk. Dit komt aan de orde in het volgende. hoofdstuk. 3.2.7 Detailhandel van agrarische producten op de boerderij Het komt steeds vaker voor dat agrarische bedrijven overgaan tot verkoopactiviteiten. Nieuwe initiatieven in deze dienen van geval tot geval beoordeeld te worden. Uitgangspunt daarbij is dat verkoop een nevenactiviteit blijft en dat het primair gaat om producten, die ter plaatse op de boerderij vervaardigd zijn. 3.3 Resumé In dit hoofdstuk is het nieuwe kader voor het detailhandelsbeleid beschreven. Dit nieuwe beleidskader geeft de beleidslijnen weer voor de specifieke winkellocaties. Dit zijn het centrum, perifere locaties en wijk- en buurtcentra. Het nieuwe beleidskader kan als volgt worden samengevat. Voor het centrum wordt op basis van het Masterplan centrum het beleidskader voor het centrum verruimd door uitbreidingsmogelijkheden voor de detailhandel te bieden met 23.000 m2 b.v.o. Voor de perifere locaties aan de Engelseweg worden de bestaande beleidslijnen verruimd. Er komen voor de perifere detailhandel meer vestigingsmogelijkheden en de branchering wordt verbreed. En voor de 13 0 buurt- en wijkwinkelcentra wordt het huidige beleid gecontinueerd. Voor de nieuwbouwwijk Brandevoort wordt echter een nieuwe winkelontwikkeling mogelijk. Door het detailhandelsbeleid voor de voornoemde locaties op deze wijze gestalte te geven is in het in principe mogelijk om op alle mogelijke (ook nieuwe) detailhandelsvormen en -concepten alsmede op Iocale en regionale koopstromen zo maximaal mogelijk in te spelen. Tegelijkertijd versterkt zij hierdoor de totale detailhandelsstructuur op stedelijk niveau en kan in het bijzonder het centrum van Helmond zich waarmaken als de winkelstad van de Peelregio. 14 4. HANDHAVING VAN HET BELEID 4.1 Inleiding De mogelijkheid om de verschillende uitbreidingsprogramma's voor de detailhandel (zie volgende hoofdstuk) in haar volle omvang in Helmond te realiseren is mede afhankelijk van een adequate handhaving van het beleid. Als immers allerlei vormen van illegale detailhandel worden toegelaten zal het moeilijker worden om de verschillende programma's voor de detailhandel in Helmond daadwerkelijk in te realiseren op de daartoe bestemde locaties. In het vorige hoofdstuk is het gemeentelijk beleidskader inzake perifere detailhandel uiteengezet. Dit planologisch beleid zal worden . uitgewerkt in juridische documenten (zowel privaatrechtelijk als publiekrechtelijk). Naast gronduitgifte is het bestemmingsplan een instrument om het na te streven gemeentelijk ruimtelijk beleid te effectueren. 4.2 Bestemmingsplan In bestemmingsplannen kan de toelaatbaarheid van grootschalige en perifere detailhandel op verschillende manieren worden geregeld. Behalve het direct positief bestemmen van bepaalde locaties kan ook gedacht worden aan vrijstellingen en wijzigingsbevoegdheden. Bovendien bestaan er mogelijkheden om een gewenste ontwikkeling in een bestemmingsplan te verwoorden door middel van een beschrijving in hoofdlijnen. Op voorhand is moeilijk te zeggen welke regeling het meest optimaal is. Dit is met name afhankelijk van de aard van het plangebied. Zodra nieuwe bestemmingsplannen worden opgesteld zullen die in overeenstemming worden gebracht met het nieuwe beleid ten aanzien van grootschalige perifere detailhandel. Voor de beoogde perifere detailhandelsconcentratie aan de Engelseweg betekent dit dat het gemeentelijk beleid inzake deze locatie wordt geregeld binnen de aanstaande herziening van het bestemmingsplan voor het bedrijventerrein Hoogeind. Voor de huidige verspreid door de stad gelegen perifere detailhandelsvestigingen (dus buiten de in par. 3.4 genoemde locaties) geldt dat de bestaande bestemmingen worden gehandhaafd, dat ze geen nieuwe uitbreidingsmogelijkheden meer krijgen en dat pas bij verplaatsing van de betreffende detailhandelsvestigingen gezocht zal worden naar een alternatieve invulling. 4.3 Handhaving in de praktijk Handhaving van het voorgestane beleid kan in de praktijk problemen opleveren. Te denken valt hierbij aan een sluipende gebruiksverandering en aan geleidelijke assortimentsuitbreiding c.q. branchevervaging. Voor het tegengaan van ongewenste ontwikkelingen en voor het succesvol kunnen uitoefenen van bestuursdwang ingeval van strijdig gebruik is een goed bestemmingsplan van essentieel belang. Het bestemmingsplan is niet alleen de basis voor de toetsing van bouwaanvragen (nieuwbouw of verbouw) maar tevens de basis om vast te stellen of de gronden en de daarop bevindende opstallen worden gebruikt overeenkomstig de aangegeven bestemming. Bij toepassing van de bestuursdwang zal gebruik worden gemaakt van de regelgeving zoals verwoord in de nota betreffende de bouwregelgeving. Daarnaast zullen wij met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven gezien de aandacht, die zij voor handhaving vragen, gaan overleggen op welke wijze zij ook een rol kunnen spelen in de handhaving van het beleid. Een mogelijkheid daarbij is de instelling van een brancheadviescommissie, die bij klachten kan adviseren. Hierover wordt overleg gevoerd met onder andere de Federatie Ondernemend Helmond (FOH) en de Kamer van Koophandel. 15 " 5. PROGRAMMA EN ACTIEPLAN NAAR DEELGEBIEDEN 5.1 Uitwerking beleidskader Als uitwerking van dit nieuwe beleidskader voor de detailhandel wordt hierna een programma en actieplan naar deelgebieden aangegeven. Het programma gaat op de eerste plaats in op het toe te voegen aanbod. De programma's en actieplannen voor de deelgebieden betreffen achtereenvolgens het centrum, de wijk- en buurtwinkelcentra en bij de perifere locaties, de locatie Engelseweg. Het draagvlak voor de onderbouwing van de uitbreidingsprogramma's wordt gevormd door de bestedingen van de consumenten en door de toename van de bevolking in de stad en regio. Dit programma geeft de detailhandel de noodzakelijke ruimte om zo optimaal mogelijk te kunnen functioneren op stedelijk niveau en is daarnaast een evenwichtig en perspectiefvol afgestemde mix, die recht doet aan de functies van de verschillende winkelgebieden. Het totale programma voorziet in de toegevoegde mix van globaal 51.000 m2 b.v.o. detailhandel voor de gemeente Helmond in de periode 2005-2015. Deze .51.000 m2 b.v.o. bestaat uit een toevoeging van 23.000 m2 b. v.o. voor het centrum, 8.000 m2 b.v.o. voor het wijkwinkel- centrum Brandevoort en 20.000 m2 b.v.o. voor de perifere locatie Engelseweg. Het centrum van Helmond voor met name het recreatief winkelen staat daarbij voorop maar er wordt eveneens een programma neergezet voor de wijk- en buurtwinkelcentra voor de dagelijkse boodschappen en de perifere locatie Engelseweg voor het doelgericht winkelen. 5.2 Programma en actieplan centrum Het programma voor het centrum bevat in totaal de toevoeging van circa 23.000 m2b.v.o. detailhandel op basis van het Masterplan centrum. Deze toevoeging bestaat uit 7.500 m2 b.v.o. grootschalige detailhandel, 10.000 m2 b.v.o. detailhandel en 5.500 m2 b.v.o. in de vorm van een foodcluster. Tevens zullen andere centrumfuncties, die van groot belang zijn voor het winkelen zoals bijvoorbeeld 1.500 m2 b.v.o. horeca worden toegevoegd. Naast het toevoegen van nieuw winkelaanbod zijn ook belangrijke randvoorwaarden zoals de kwaliteit van het verblijfsklimaat, de bereikbaarheid (o;a. voor het openbaar vervoer) en het parkeren, zaken die voortdurend aandacht vragen om tot verbetering te komen. Het actieplan omvat het project voor de kwaliteitsimpuis van het bestaand centrum ter verbetering van het verblijfsklimaat voor de consument in het centrum en de (bouw)projecten, die uitgewerkt worden in het kader van het Masterplan centrum. Tevens zal het centrummanagementjaarlijks met projecten komen die tot doel hebben het verbeteren van het economisch functioneren van het centrum van Helmond. 5.3 Programma en actieplan buurt- en wijkwinkelcentra. Het programma voor de buurt- en wijkwinkelcentra bevat een toevoeging van globaal 8.000 m2 b.v.o. op basis van de voorziene bevolkingsgroei van de gemeente Helmond. Daarnaast voorziet het programma in het onderhouden van de juiste randvoorwaarden voor het functioneren van de centra, zoals bereikbaarheid, parkeren en inrichting van de openbare ruimte. Het actieplan geeft aan dat de globaal 8.000 m2 b.v.o. voorziene toevoeging in zijn geheel zal dienen te worden gebruikt voor de uitbreiding van het winkelvoorzieningen in Brandevoort omdat in deze wijk de grootste groei van de bevolking de komende tien jaren zal plaatsvinden. De ontwikkeling van de nieuwbouw van het winkelcentrum dient in overeenstemming met het ontwikkelingstempo van het draagvlakniveau van de wijk te zijn uitgaande van de groei van de bevolking in de wijk Brandevoort. Op basis van de voorziene bevolkingsgroei in Helmond voor de komende tien jaren zijn er geen mogelijkheden om het totale aanbod van m2 detailhandel in de buurt- en wijkwinkelcentra te vergroten, afgezien van de uitbreiding van de winkelvoorzieningen in Brandevoort. 16 5.4 Programma en actieplan perifere locatie Engelseweg. Voor de perifere detailhandel op de locatie Engelseweg wordt een toevoeging van circa 20.000 m2 b.v.o. in aanbod mogelijk op basis van de eerder aangegeven rapportage van BRC-adviseurs. Het belangrijkste deel hiervan zal worden ingevuld op de locatie Engelseweg ter versterking van het woninginrichtingscluster en het doe-het-zelf cluster. De gemeente zal dan ook het overleg met de ondernemers op de locatie Engelseweg voor met name het woninginrichtingscluster verregaand intensiveren. Dit is noodzakelijk om gezamenlijk tot een zodanige verbetering te komen van het totale vestigingsmilieu voor de bedrijven en het verblijfsmilieu voor de consument zodat het woninginrichtingscluster een veel sterkere uitstraling en positie in de stad en voor de regio gaat krijgen. 17 n Er dient een deel plan in samenspraak met marktpartijen en ondernemers voor de Engelseweg te worden opgesteld. Dit deelplan Engelseweg is onderdeel van het masterplan Hoogeind. Voorts dienen in vervolggesprekken met marktpartijen nadere afspraken gemaakt te worden over het ambitieniveau. rol en taakverdeling voor het project "versterking perifere locatie Engelseweg". Dit dient vertaald te worden in een ontwikkelings- en realisatiestrategie. i'. , ." doe-hef-zelf clusfer Engelseweg Het uiteindelijke doel is een krachtig perifeer winkelcluster aan de Engelseweg met een sterk Iocaal en regionaal verzorgingsbereik. 5.5. Aandacht voor handhaving In november 2003 is de nota "Helmond, een veilige en leefbare stad" vastgesteld, waarin meer prioriteit wordt gegeven aan "de verbetering van de handhaving in het algemeen. Maar ook met name in de handhaving tegen het strijdig functiegebruik van gebouwen (WRO, bestemmingsplannen ). In deze notitie in hoofdstuk 4 aangegeven dat onze gemeente het initiatief neemt tot het instellen van een branche-adviescommissie met vertegenwoordigers en met draagvlak vanuit het bedrijfsleven. Een commissie, die ondersteunt en adviseert bij de uitvoering van het handhavingsbeleid. 18 |