- Bestuur
- Commissiestukken Realisatie post Brandevoort
Commissiestukken Realisatie post Brandevoort
Documentdatum | 10-12-2003 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Algemene en Bestuurlijke Aangelegenheden |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
~ Gemeente Helmond Commissie-format Verzoek College van B en W voor Commissiebehandeling. Vastgesteld in B en W vergadering van: 18 november 2003 Onderwerp: Realisatie post Brandevoort Inhoud: Met de stadsuitbreiding kan niet meer voldaan worden aan de opkomstnormen zoals die gelden voor de dekking van het brand risico. In het investeringsprogramma 2003-2006, jaarschijf 2004, zijn middelen opgenomen voor het inrichten van een tijdelijke post in Brandevoort. Ter voorkoming van een aanzienlijke kapitaalsvernietiging en het feit dat met de beschikbare middelen nauwelijks een enigszins adequate tijdelijke huisvesting tot 2009 te realiseren is, heeft de portefeuillehouder brandweer voorgesteld om onderzoek te verrichten naar een geïntegreerde nieuwbouw met de huidige beschikbare middelen in relatie tot het investeringsprogramma. Conclusie is dat nieuwbouw mogelijk is in totaal voor ¿ 1.300,000,-- te realiseren in 2005. De kosten van de voorfinanciering van de definitieve post bedragen ¿ 375.000,--. Bij het niet doorgaan van de tijdelijke post kunnen de kapitaal- en exploitatielastenlasten voor de tijdelijke voorziening tot een bedrag van ¿ 310.000,-- almede een restant krediet voor de verbouwing van de brandweerkazerne ten bedrage van ¿ 15.000,--worden aangewend als voorfinanciering voor de definitieve post. Uitgangspunt is wel dat de grond kosten pas in 2009 betaald worden. Vorenstaande opzet gaat er vanuit dat in 2009 in het IVP de grondkosten, de nieuwe post post en de daarbij behorende kapitaal- en exploitatielasten worden opgenomen. Aangezien de investering van de tijdelijke post vervalt, zal de op een stelpost in de begroting geraamde exploitatielasten worden opgenomen in de functionele begroting. Het dekkingstekort ad ¿ 50.000,-- wordt ten laste gebracht van de post onvoorzien incidenteel. (Begrotingswijziging nr. 2). Aldus is in 2005 een goed geoutilleerde brandweerpost beschikbaar, zijn de prijsstijgingen in bouwkosten tot 2009 "verdiend" en vindt er geen kapitaalvernietiging plaats. Met dit verzoek mee te zenden stukken: Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Het college van B en W verzoekt: voor te leggen aan: om behandeling in de raad op 8 januari 2003 waarbij rekening gehouden dient te worden met de adviezen van: de commissie ABA op 10 december 2003 Format post Brandevoort Pagina 1 van 2 GEMEENTERAAD VAN HELMOND Vergadering 8 januari 2004, agendapunt Onderwerp : krediet ten behoeve van de realisatie van een brandweerpost in Brandevoort Bijlage B&W vergadering Dienst I afdeling : 11 : 18 november 2003 : Brandweer Aan de gemeenteraad, Met de stadsuitbreiding kan niet meer voldaan worden aan de opkomstnormen zoals die gelden voor de dekking van het brandrisico en is het noodzakelijk geworden om een neven post brandweer in Brandevoort in te richten. Samenwerking met Nuenen of Mierio biedt in dit verband geen soelaas. Uit locatiestudies is gebleken dat als beste een dergelijke post in de omgeving van de rotonde gelegen langs de spoorlijn en UPC kan worden gebouwd. Hiermee is tevens een gunstige uitvalspositie voor Stiphout gecreëerd. Sinds een jaar is gewerkt aan een tijdelijke oplossing door een tijdelijke post in de voormalige loods van Van Rijsingen aan de Medevoort 31 in te richten. Hiermee waren relatief veel kosten gemoeid, die in een korte tijd zouden moeten worden afgeschreven. In het investeringsprogramma 2003-2006, jaarschijf 2004, zijn middelen opgenomen voor het inrichten van een tijdelijke post in Brandevoort. Ter voorkoming van een aanzienlijke kapitaalsvernietiging en het feit dat met de beschikbare middelen nauwelijks een enigszins adequate tijdelijke huisvesting tot 2009 te realiseren is, heeft de portefeuillehouder brandweer voorgesteld om onderzoek te verrichten naar een geïntegreerde nieuwbouw met de huidige beschikbare middelen in relatie tot het investeringsprogramma. Conclusie is dat nieuwbouw mogelijk is in totaal voor ¿ 1.300,000,-- te realiseren in 2005. De kosten van de voorfinanciering van de definitieve post bedragen ¿ 375.000,--. Bij het niet doorgaan van de tijdelijke post kunnen de kapitaal- en exploitatielastenlasten voor de tijdelijke voorziening tot een bedrag van ¿ 310.000,-- alsmede een restant krediet voor de verbouwing van de brandweerkazerne ten bedrage van ¿ 15.000,--worden aangewend als voorfinanciering voor de definitieve post. Uitgangspunt is wel dat de grond kosten pas in 2009 hoeven te worden betaald. Vorenstaande opzet gaat er vanuit dat in 2009 in het IVP de grond kosten, de nieuwe post post en de daarbij behorende kapitaal- en exploitatie lasten worden opgenomen. Aangezien de investering van de tijdelijke post vervalt, wordt voorgesteld om de op een stelpost in de begroting geraamde exploitatielasten op te nemen in de functionele begroting. Het dekkingstekort ad ¿ 50.000,-- wordt ten laste gebracht van de post onvoorzien incidenteel. (Begrotingswijziging nr. 2). Aldus is in 2005 een goed geoutilleerde brandweerpost beschikbaar op de juiste locatie, die aan het functionele, bouwkundige en civieltechnische programma van eisen voldoet, zijn de prijsstijgingen in bouwkosten tot 2009 "verdiend", vindt er geen kapitaalvernietiging plaats en worden vrijwillige brandweerlieden gemotiveerd door adequate huisvesting. Wij stellen u voor te besluiten tot het inrichten van een nieuwe brandweerpost Brandevoort binnen de beschikbare middelen. Het advies van de commissie algemene en bestuurlijke aangelegenheden zal, na ontvangst, voor u ter inzage worden gelegd. Gemeenteraad van Helmond Bijlage: 11 blz. 1 Burgemeester en wethouders van Helmond, De burgemeester, Drs. AAM. Jacobs. De secretaris, Mr. A.C.J.M. de Kroon. Gemeenteraad van Helmond Bijlage: 11 blz. 2 BESLUIT Bijlage: 11 Raadsvergadering d.d.: 8 januari 2004 De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2003. gelet op de bepalingen van de Gemeentewet; besluit: een krediet van ¿ 1.300.000,-- beschikbaar te stellen ten behoeve van de realisering van een brandweerpost in Brandevoort. Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 8 januari 2004, bijlage 11. De raad voornoemd, De voorzitter, De griffier, Gemeenteraad van Helmond Bijlage: 11 blz. 3 Gemeen te Helmond DIENST STEDELIJKE ONTWIKKELING & BEHEER H LBAARHEIDS NDERZ EK BRANDWEERP ST BRANDEV ORT /,~ tj,~ 'x "dlrf- ,,?i 't? F' '~~ ~' ~' ' SJ Opgesteld door: Afdeling Grondzaken / Vastgoed Opdrachtgever: Brandweer Helmond Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Inhoudsopgave Inhoudsopgave Hoofdstuk 0 Inleiding 1 Conclusie Hoofdstuk 1 Opkomstnormen Hoofdstuk 2 Locatie Hoofdstuk 3 Functioneel Programma van Eisen Relatieschema Overzicht ruimtebehoefte intern Functionele beschrijving ruimten Hoofdstuk 4 Bouwtechnisch programma van Eisen Voorschriften Duurzaam bouwen Isolatie algemeen Geluidsisolatie algemeen Vloeren Keuken Werktuigbouwkundige installaties Elektrotechnische installatie Overige installaties Hoofdstuk 5 Civieltechnisch Programma van Eisen Terreinverharding Periferie Diversen Hoofdstuk 6 Investeringsopzet en dekking Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 2 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 2 3 4 6 7 7 9 10 12 12 12 12 12 12 14 14 15 15 16 16 16 16 17 19 20 21 22 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 0 Inleiding / Conclusie De groei van de stad en de te hanteren opkomstnormering voor de brandweer in calamiteitensituaties maken het noodzakelijk dat in onze stad een tweede brandweerpost wordt gerealiseerd. Al in 2005 zal bij ongewijzigd beleid een onacceptabele situatie ontstaan. De overschrijding is dan 10 keer zo groot in vergelijking met de situatie in 1999. In 2001 is de mogelijkheid onderzocht om in Brandevoort een tijdelijke brandweerpost in te richten in de zgn. .. Van Rijsingen-Ioods" aan de Medevoort 31 te Helmond. Daaraan is geen uitvoering gegeven, omdat A deze locatie niet tot de gewenste dekking leidde B er relatief veel kosten mee gepaard gingen - becijferd op ¿ 230.000,- - die bovendien in een periode van 4 a 5 jaar afgeschreven moesten worden het kwaliteitsniveau van de huisvesting bij het genoemde investeringsniveau ad ¿ 230.000,- zeer sober bleef en te min was om daar vrijwillige brandweerlieden op een adequate manier te huisvesten. c Investeren op deze locatie in een tijdelijke voorziening betekende aldus een onverantwoorde kapitaalvernietiging van gemeenschapsgeld. Momenteel zijn er afspraken gemaakt om aan de betreffende hal een andere bestemming te geven. De afgelopen jaren hebben zich geen nieuwe mogelijkheden voorgedaan om elders een adequate tijdelijke brandweerpost te vestigen en daarom is in dit haalbaarheidsonderzoek onderzocht of het mogelijk is een structurele voorziening te realiseren. In overleg tussen de afdelingen Grondzaken, Financieel Beleid en de Brandweer is geconcludeerd dat dit mogelijk is door de thans beschikbare middelen in te zetten voor de financiering van de bouwkosten van de definitieve brandweerpost en gedurende een verantwoord geachte termijn van 3,5 jaar te rekenen met beperkte overige lasten, door bijv. geen middelen te reserveren voor toekomstig onderhoud. Verder is het uitgangspunt geweest dat de grond kosten pas in 2009 betaald hoeven te worden tegen de dan geldende grondprijs. Voorwaarde voor het nu realiseren van de definitieve brandweerpost is wel dat in 2009 zoals gesteld in het IVP 2004-2007 de volledige financiering wordt georganiseerd voor een structurele voorziening incl. grond kosten. De locatie van de definitieve voorzieningen is gesitueerd bij de rotonde op de Brandevoortse Dreef I Medevoort. Aldus: wordt de gewenste dekking gerealiseerd is er sprake van huisvesting die aan het functionele, bouwkundige en civieltechnisch Programma van Eisen voldoet, zoals aangegeven in dit onderzoek vindt geen kapitaalvernietiging plaats kunnen vrijwillige brandweerlieden gemotiveerd worden door adequate huisvesting. De inhoud van dit haalbaarheidsonderzoek is als volgt: In hoofdstuk 1 wordt de opkomstnormering nader toegelicht. In hoofdstuk 2 wordt beschreven op welke locatie de nieuwe brandweerpost het best kan worden gerealiseerd. De hoofdstukken 3 Um 5 vermelden achtereenvolgens aan welke functionele, bouwkundige en civieltechnische eisen een nieuwe brandweerpost gesteld moet voldoen. In hoofdstuk 6 zijn de investeringskosten geraamd en wordt de koppeling gelegd tussen kosten en beschikbare middelen. 3 Afdeling Grondzaken I Vastgoed 11-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 1 Opkomstnormen Met de verplaatsing van het bureau van de brandweer in 1985 naar de huidige locatie aan de Deurneseweg, kon met de toen geldende rijsnelheden en met de stedelijke bebouwing volstaan worden met 1 uitrukpost van de brandweer voor een acceptabele dekking van het risico ten gevolge van branden, ongevallen en rampen. Inmiddels is met de stadsuitbreiding de dekking onder de maat en moeten adequate voorzieningen getroffen worden. Afhankelijk van de soort bebouwing dienen brandweervoertuigen binnen een bepaalde tijd na alarmering op de plaats van het incident aanwezig te zijn (opkomstnormen). In een aantal gevallen worden deze opkomstnormen overschreden soms met 1 of soms met meerdere minuten. Algemeen aanvaard wordt nog een overschrijding met 1 minuut. Overschrijdingen met meerdere minuten geldt als onacceptabel. Onacceptabel wordt het des te meer ook naarmate er meer gebouwen betrokken zijn bij de overschrijding. Deze overschrijding wordt uitgedrukt in gebouwm in uten-oversch rijd ing. Tot 1999 betrof het aantal overschrijdingen met 2 minuten 496 gebouwen, zijnde 3 minuten 4 gebouwen 4 minuten 11 gebouwen Overschrijdingen totaal 992 gebouwminuten 12 44 1.048 gebouwminuten In 2005 zal het aantal overschrijdingen bedragen: met 2 minuten 1.496 gebouwen, zijnde 3 minuten 1.004 gebouwen 4 minuten 1.001 gebouwen Overschrijdingen totaal 2.992 gebouwminuten 3.012 4.044 10.048 gebouwminuten In 2015 zal het aantal overschrijdingen bedragen: met 2 minuten 2.662 gebouwen, zijnde 3 minuten 2.170 gebouwen 4 minuten 2.179 gebouwen Overschrijdingen totaal 5.324 gebouwminuten 6.510 6.716 18.540 gebouwminuten Wordt de brandweer van Mierio ingeschakeld, dan bedraagt in 2005 het aantal overschrijdingen: met 2 minuten 1.496 gebouwen, zijnde 2.992 gebouwminuten 3 minuten 2.004 gebouwen 6.014 4 minuten 2.004 gebouwen 44 9.050 gebouwminuten En ook met inschakeling van Mierio bedraagt het aantal overschrijdingen in 2015: met 2 minuten 2.662 gebouwen, zijnde 5.324 gebouwminuten 3 minuten 4.338 gebouwen 13.014 4 minuten 4.338 gebouwen 44 18.382 gebouwminuten Hulp vanuit Mierio biedt in beide gevallen geen soelaas, noch in 2005 noch in 2015. Vanuit Nuenen is de opkomst nog slechter dan vanuit Mierla. Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 4 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Momenteel worden in Brandevoort ca. 500 woningen per jaar gebouwd die vallen in de categorie van 2 minuten overschrijding. Bij ongewijzigd beleid zal in 2002 een overschrijding van 2.500 gebouwminuten bereikt worden. Zodat het kantelpunt voor het treffen van aanvullende voorzieningen, enerzijds vanwege het oplopende brand- en ongevalsrisico, anderzijds vanwege de mogelijkheid tot het opzetten van een brandweerpost, waarvoor voldoende vrijwilligers kunnen worden aangetrokken. Voor wat betreft de bemanning heeft de post Brandevoort het voordeel dat er nog geput kan worden uit de aangrenzende woongebieden en -overdag- uit het bedrijventerrein Groot Schooten. Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 5 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 2 Locatie Op basis van computerberekeningen volgens het zgn. "knooppuntensysteem" is gezocht naar een geschikte en beschikbare locatie. Gebleken is dat de best mogelijke locatie is gelegen in de nabijheid van de rotonde op de Brandevoortsedreef/Medevoort (zie bijlage 1). Reeds een aantal jaren geleden werd daarom een perceel gereserveerd dat aan het genoemde knooppunt op het bedrijventerrein aan de Brandvoortsedreef/Medevoort is gelegen. In bijlage 2 "standaard rijsnelheden" is de zgn. acht-minutengrens vanuit deze locatie aangegeven. Deze omsluit geheel Brandevoort, gedeeltelijk Stiphout, geheel Groot Schooten, het gebied Kroon Krollaan en Ashorst. Mede door de aanwezigheid van belangrijke uitvalswegen kan de brandweer vanaf deze plek op de snelste manier paraat zijn op die plaatsen waar dat nodig is. Volgens het bestemmingsplan (zie bijlage 3) zijn hier bedrijven toegestaan in de categorie 1, 2 en 3. De nieuwe brandweerpost valt in de groep "maatschappelijke dienstverlening", waardoor deze wordt ingedeeld in categorie 2. Er zijn bestemmingsplan matig geen beletselen om op de onderhavige locatie een nieuwbouw te realiseren. Als bijlage 4 zijn foto's bijgevoegd van het te bebouwen perceel zoals het er nu bij ligt. Het beoogde perceel is gelegen op het industrieterrein dat toegang geeft tot de wijk Brandevoort. De gemeente heeft hier de vestiging van hoogwaardige industrie en gebouwen gepland. Bij verdere uitwerking van het bouwplan moet hiermee in een vroeg stadium rekening worden gehouden. Daartoe zal overleg opgestart moeten worden met de afdeling Ruimtelijke Ordening. Ook de toekomstige uitstraling van de nieuwe brandweerkazerne vraagt om extra aandacht omdat deze moet voldoen aan de eisen die bouwen in Brandevoort stelt. Bij het bepalen van de stichtingskosten is hiermee rekening gehouden. De exacte ontsluiting van het betreffende perceel op de openbare weg dient nader overlegd te worden met de afdeling Verkeer. .-- 6 Afdeling Grondzaken I Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 3 Functioneel Programma van Eisen Relatieschema De routing van een brandweerkazerne is zeer belangrijk. De directe relatie tussen de diverse ruimten onderling is in schema op de volgende pagina's weergegeven. Daarbij is de kazerne grofweg te scheiden in een zgn. 'vies' gedeelte (remise) en een 'schoon' gedeelte (verblijfsruimten). De door middel van een streep verbonden ruimten dienen direct met elkaar in verbinding te staan. De achteringang dient bij een alarm als ingang voor de korpsleden. Voor de interne routing mogen geen kruisende verkeerslijnen voorkomen. Aandacht moet worden besteed aan de scheiding van schoon/vuil gebied met sanitaire voorzieningen. De stallingruimte voor de voertuigen dient bereikbaar te zijn door middel van vier overheaddeuren. Daarnaast dient een mogelijkheid gerealiseerd te worden om door middel van een vijfde overheaddeur een 'doorrijdfunctie' te creëren De kazerne dient zo ontworpen te worden dat bij een uitruk geen risico optreedt met betrekking tot onnodige obstakels in looproutes. Hiermee wordt gedoeld op pilaren hoogteverschillen, inventaris of kledingstukken. 7 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 Aankomende voertuigen .u. ..... ouo. ..-. u- u..--_.~ . . . . . . . 1 Technische installaties 11 Compressor ruimte 13 Adem beschermingsruimt e 2-3-7 Kleed- en doucheruimte heren en dames 10 Stallingruimte voertuigen Uitrukrichting Remise --. - ou OU - ou ou.. 0 Routing tijdens uitruk 4 Berging en logistieke voorraad 8 keuken 6 Magazijn uitrukmateriaal 20 Commandant ruimte 14 Werkplaats reparatie 18 Entree en meterkast 19 Verbindings- / bevelvoerdersruimte 12 Materiaal beheer en administratie 5 Les- en leermiddelen 16 Herentoilet VerblIjfsruimten 12 Werkkast 15 Damestoilet en mindervalidentoil et 9 Kantine- en instructieruimte 17 Vergader- en instructieruimte Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Overzicht ruimtebehoefte intern De vloeroppervlakten zijn gebaseerd op de uitgangspunten, die gesteld worden aan de desbetreffende functie. Deze uitgangspunten zijn in nauw overleg met de betrokkenen bepaald. De genoemde functionele vloeroppervlakten zijn indicatief. De werkelijke afmetingen zullen eerst na indeling, dan wel invulling in het ontwerp definitief worden bepaald. Alle verblijfsruimten, evenals de was- en werkplaatsen dienen op een zo kort mogelijke afstand van de stalling ruimte voor de voertuigen te worden gesitueerd om een zo snel mogelijke uitruk te garanderen. Bebouwd oppervlak ~ IRuimte I Voorziening 1 Technische installaties + boilerruimte 2 Was-, douche- en toiletruimte heren 3 Was-, douche- en toiletruimte dames 4 Berging I logistieke voorraad 5 Bering 6 Magazijn u itrukm aterieel 7 Kleedruimte heren en dames 8 Keuken 9 Kantine I instructie 10 Stalling ruimte voertuigen (rem ise) 11 Com pressor-ruimte 12 Werkkast 13 Adem bescherm ingsruimte 14 Werkplaats I reparatie 15 Toilet dames I mindervaliden 16 Toilet heren 17 Vergader- en instructie ruim te 18 Entree I portaal + meterkast 19 Verbindings- bevelvoerderruimte 20 Com mandantruim te 21 Materiaalbeheer I administratie Totaal netto vloeroppervlak ca. Algemene ruimten I verkeersruimte Constructies I gevels A rch itectu u r Totaal bruto vloeroppervlak ca. Buitenterrein Vloeistofdichte vloer Oefenterrein 30 parkeerplaatsen Overdekte fietsenstalling / containerruimte Voorterrein / opstelruimte Aan- en afvoerwegen + diversen Groenvoorziening Totaal oppervlak buitenterrein ca. Globaal netto oppervl. In m 2 20 30 15 10 15 20 55 20 73 250 5 5 20 20 7 7 40 10 15 18 15 670 63 33,5 33,5 800 50 100 375 30 300 545 300 1700 m2 m2 m2 m2 m2 m2 m2 m2 M inim um hoogte in m 1 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 3,0/3,5 6 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 2,6 3,0 13,5 2,6 2,6 2,6 2,6 m2 15% van netto vloeroppervlak excl. rem is 5% van totaal netto vloeroppervlak 5% van totaal netto vloeroppervlak m2 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort 1) Technische installaties Functionele beschrijving ruimten Deze ruimte dient vanaf het buitenterrein toegankelijk te zijn. 2) Was-, douche-, toiletruimte heren 3) Was-, douche-, toiletruimte dames 5) Berging 6) Magazijn uitrukmaterieel 7) Kleedruimte heren / dames 8) Keuken 9) Kantine / instructieruimte 10) Stallingruimte voertuigen 11) Compressorruimte 13) Adembeschermingsruimte 14) Werkplaats / reparatie 15) Toilet dames / minder validen 17) Vergader- en instructieruimte 20) Materiaalbeheer / administratie Algemeen Uitgaande van 6 douchekoppen, een wastrog voor tenminste 6 personen en voldoende toiletvoorzieningen. Wandtegels tot onderkant plafond in een lichte kleur. Uitgaande van 1 douchekop, 1 wastafel en toiletvoorziening. Wandtegels tot onderkant plafond in een lichte kleur. Rekening houdende met mogelijke toename vrouwelijk personeel. Berging voor de opslag van les- en leermiddelen die gebruikt worden tijdens oefeningen en instructies. Deze ruimte dient direct aan de stalling ruimte voor de voertuigen te grenzen Een gecombineerde kleedruimte voor heren en dames. Garderobe bluskleding per persoon: Helmaflegplaats, schoeisel, zitplaats, kapstokken en een kluisje voor persoonlijke bezittingen. Deze voorzieningen dienen op termijn voor 40 personen plaatsbaar te zijn. Voor het drogen van de bluskleding dient de verwarming en ventilatievoorziening van optimale regelbare kwaliteit te worden uitgevoerd. Hier wordt in beperkte mate voedsel bereid. In de keuken dienen aanwezig te zijn: diverse opberg kasten en Iaden, een aanrechtblok met warm- en koudwatervoorziening, magnetron, oven, koelkast, gasfornuis etc. De kantine / instructieruimte dient plaats te kunnen bieden aan 80 personen. In de stalling ruimte dienen vier brandweerwagens gestald te kunnen worden. De overheaddeuren dienen een doorrijhoogte van tenminste 4,25 m1 te hebben. Elektrische bediening van de overheaddeuren ontkoppel baar installeren, voorzien van onderloopbeveiliging, met de mogelijkheid tot hand matige bediening. Deze ruimte moet in de nabijheid van de adembeschermingsruimte in een buitengevel gesitueerd worden. De ruimte moet voorzien zijn van een voldoende geluidwerende voorziening. De ruimte moet in de nabijheid van de compressorruimte gesitueerd zijn. De adembeschermingsruimte heeft een 'schoon' karakter. Er moet een keukenblok in laboratoriumuitvoering met extra grote en diverse spoelbakken ten behoeve van het reinigen van de ademluchtapparatuur in geplaatst worden. Tevens dient er een werktafel met ademluchttestapparatuur in gesitueerd te kunnen worden. De adembeschermingsruimte dient in directe verbinding te staan met de stalling ruimte voor de voertuigen. Chemische resistentie afvoer spoelwater. Deze ruimte dient in directe verbinding te staan met de stallingruimte voor de voertuigen. Het damestoilet kan eventueel gecombineerd worden met een mindervalidentoilet. Deze ruimte dient via een geluidsdichte vouwwand (isolatie-index conform adviescentrum RGB voor onderwijsdoeleinden) gecombineerd te kunnen worden met de kantine- / instructieruimte. De gecombineerde ruimte dient plaats te kunnen bieden aan 80 personen. De vouwwand moet in geopende toestand geheel wegvallen in een nis. In deze ruimte wordt tevens het dynamische archief bewaard. Het statische archief wordt op het gemeentehuis bewaard. Het gehele gebouw dient toegankelijk te zijn voor mindervaliden 10 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Inrichting buitenterrein Voorterrein lopstelruimte Waspiaats I oefenruimte Oefenterrein Overdekte fietsenstalling Overige ruimten Overige voorzieningen Er dienen voor het totale brandweerkorps totaal 30 parkeermogelijkheden gecreëerd te worden, waarvan zes in de directe nabijheid van de entree ten behoeve van uitrukkende brandweerlieden. Daarnaast dienen in de nabijheid van de hoofdentree een vijftal parkeervoorzieningen gesitueerd te worden ten behoeve van bezoekers. De bestrating dient genormeerd te zijn op zwaar verkeer. Vóór de overheaddeuren dient een manoeuvreerruimte van minimaal 18 m 1 te zijn. Spoorvorming ten gevolge van belasting blusvoertuigen mag ook op lange termijn niet optreden. De waspiaats moet voorzien zijn van een vloeistofdichte deur. Ongeveer 100m2 van het oefenterrein moet gereserveerd worden voor de opslag van autowrakken. De fietsenstalling moet plaats bieden aan 20 fietsen. Daarnaast moet de vuilcontainer in deze ruimte geplaatst worden. Ruimten ten behoeve van garderobevoorzieningen e.d. behoren niet tot de nuttige werkruimte. Deze worden in de berekening in de toeslag voor verkeersruimte betrokken. Er dient rekening gehouden te worden met voldoende terreinverlichting tb.v. individuele vaardigheidsoefeningen met bijzondere gereedschappen alsmede terreinriolering. De terreinverlichting mag de omgeving niet hinderen. Tevens dient het achterliggende terrein afdoende te worden afgeschermd. 11 Afdeling Grondzaken I Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 4 Bouwtechnisch programma van Eisen Voorschriften Ten aanzien van kwaliteitsnormen en voorschriften wordt gesteld, dat alle van overheidswege vastgestelde en op dit project betrekking hebben de voorschriften, wetten, normen en Al-bladen van kracht zijn, zoals onder andere: De Woningwet; Het bouwbesluit; De Wet op de Ruimtelijke Ordening; De Wet Milieubeheer; Het vigerende bestemmingsplan; De arbeidsomstandighedenwet; Richtinggevende publicaties van de arbeidsinspectie De plaatselijke brandweervoorschriften; De aansluitvoorwaarden van het energiebedrijf; De richtlijnen van Handboek Toegankelijkheid van het Bouwbesluit. Duurzaam bouwen Materiaalkeuze : Het hele complex dient milieuvriendelijk, ARBO-technisch verantwoord en energiezuinig te worden gebouwd. Het gebouw dient een functionele brandveilige uitstraling te hebben. Bij materiaal keuze dient gebruik gemaakt te worden van de meest recente versie van het" Nationaal pakket Duurzaam Bouwen voor de Utiliteitsbouw", waarbij als uitgangspunt geldt dat de vaste maatregelen die hierin opgenomen zijn uitgevoerd worden. Daarnaast kan er ruimte zijn voor enige noviteiten op het gebied van duurzaam Bouwen. Isolatie algemeen Isolatie buitenschil : De buitenschil van het gebouw dient te voldoen aan een RC- waarde van 3,5. Geluidsisolatie algemeen De navolgende gel u idsisolatiewaarden dienen te worden gehanteerd : scheidingswand kantoor / gang R'w = 33 dB : scheidingswand kantoor / kantoor R'w = 40 dB : scheidingswand tussen remise en kantoren R'w = 42 dB : scheidingswanden vergaderfaciliteiten / kantine R'w = 42 dB : scheidingswanden rondom compressorruimte R'w = 65 dB Met betrekking tot de akoestische eisen zal het ontwerp door een bouwfysisch c.q. een akoestisch adviseur nader behoren te worden getoetst. Vloeren Algemeen : Geïsoleerde gewapend betonvloeren. Tp.v. één standplaats moet de vloer verzwaard worden t. b. v. stalling haakarmbak. Rekening te houden met: 400 kg / m2 voor standaard kantoorruimten een minimale vloerbelasting: 1.000 kg / m2 voor de remise, compressorruimte, werkplaats, voor magazijn en waspiaats. Afwerking : De bedrijfsvloeren moeten in een anti-slip uitgevoerd worden volgens ARBO-eisen. De vloeren in de stallingruimte en de buitenwaspiaats dienen voorzien te worden van roosteratvoeren 12 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort die zijn aangesloten op een olie-/ vetafscheider van voldoende capaciteit. Tegelvloeren in een niet besmettelijke kleur in verkeersruimte en ruimtes 2,3,4,7,8,12,13, 15 en 16. Zgn. 'zachte' vloerbedekking in een niet besmettelijke kleur in de ruimtes 9,17,18,19,20 en 21. Cementvloerafwerking in de ruimtes 1, 5, 6, 10, 11 en 14, volgens NEN 2741-82, klasse D30. Toelaatbare onvlakheid klasse 2A. Vloerverwarming : De vloeren van de ruimten 2, 3, 7 en 10 dienen primair voorzien te worden van een vloerverwarmingssysteem, waarbij rekening gehouden moet worden met een eventueel toekomstige uitbreidingsmogelijkheid van ruimte 10. Daarnaast kunnen die ruimtes die zich daarvoor lenen worden voorzien van een vloerverwarming. Gevels Algemeen : Voldoende glasoppervlak volgens de Arbeidsinspectie (normblad P30). De gevelinvullingen dienen voor wat betreft luchtdoorlatendheid, waterdichtheid, stijfheid en sterkte te voldoen aan de NEN-EN 12114, 12155, 12210, 12207-1 en NEN 1026 en 1027 en NPR 7058. Ten aanzien van de gevelinvulling dient een onderhoudsarm en duurzaam ontwerp als uitgangspunt te worden gehanteerd. Geluidsisolatie : De geluidwering van de gevels dient te voldoen aan de NEN 1070 en de regelgeving met betrekking tot wering van verkeerslawaai. Bedrijfsdeuren : Elektrisch bediende overheaddeuren van gerenommeerd fabrikaat met glaspanelen en ventilatievoorziening, onderloopbeveiliging en waterafvoersysteem (goedgekeurd door Arbeidsinspectie). Beglazing en zonwering : Om een te hoge warmtelast in het gebouw te voorkomen mag het glasoppervlak in de gevels van de kantoren maximaal 25% van het totale geveloppervlak bedragen. Tevens dient rekening te worden gehouden met het aanbrengen van een individueel bedienbare buitenzonwering. Per vertrek dient minimaal één raam per twee stramienen geopend te kunnen worden. Alle ramen dienen aan de binnenzijde te kunnen worden uitgerust met een instelbare helderheidwering (ARBO). Wassen : Voor de bewassing van de gevels er van uitgaan dat bewassing plaatsvindt van binnenuit c.q. met een staande ladder vanaf de begane grond tot een maximum van 10 m 1. Bij toepassing van een staande ladder is dit echter alleen toegestaan voor een max. glasoppervlak tot 200 m2. (Een en ander in het kader van de Arbowet te hanteren). Daken Algemeen : Duurzame dakbedekking met een 10-jarige verzekerde garantie op materiaal én verwerking, een aantoonbare levensduur van tenminste 25 jaar en in het bezit van een milieuverklaring. De mogelijkheden om een vegetatiedak toe te passen dienen als alternatief onderzocht te worden. Plafonds : Functionele systeem plafonds in alle ruimten met uitzondering van de ruimten 1, 6,10,11,12 en 14. 13 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Keuken Keukenvoorziening Werktuigbouwkundige installaties Verwarming Ruimtecondities : Ten behoeve van de keuken dienen de benodigde installatietechnische voorzieningen te worden opgenomen, te weten: koud en warm tapwater + afvoer, elektra-aansluiting (3 afzonderlijke groepen) en gasaansluiting. : Verwarming van de ruimten door een centrale verwarmingsinstallatie met radiatoren, regelbaar in meerdere groepen in verband met avondgebruik etc. Tevens rekening houden met een individuele regeling op de radiatoren in de werkruimten. Bepaalde ruimte zijn voorzien van vloerverwarming. : Binnencondities (maximale en minimale waarden) Ruim testaat I Entree Kan too rve rtre kke n Vergaderruim ten Adem bescherm ingsruim te Magazijn Kantine I instructie Sanitaire ruimten Douche I kleedruim te Pantry Verkeersruim ten Stallingruim te Compressorruimte Technische ruimten Relatieve vochtigheid Tem peratuur Max. zomer I Min. Winter in % in % Max. zomer I Min. Winter in .C in .C 18 20 20 20 18 20 18 23 18 18 18 18 10 70 70 70 70 70 30 30 30 30 30 23 23 23 23 Afzuiging / ventilatie 14 : Voor wat betreft de ventilatie-installatie geldt o.a. als uitgangspunt: Toevoerventilatie via de plafonds, afvoer door afzuiging van de plafondplenums via openingen in de verlichtingsarmaturen van de vergader- / kantine (3/5-voudige ventilatie) en kantoorruimten (2/3-voudige ventilatie) met 100% directe invoer van buitenlucht met warmteterugwinning / minimale afzuiging van 30 m3 per uur per persoon. Voor de keukenruimte een separate afzuiginginstallatie opnemen. : Het maximaal toelaatbare geluiddrukniveau in de kantoorruimten tg.v. de ventilatie en luchtbehandelinginstallatie mag 35 dB(A) bedragen. : Voor de eisen aan het binnenklimaat dient (volgens de Arbowet) te worden uitgegaan van de norm NEN ISO 7730. Er dient een temperatuuroverschrijdingsberekening opgesteld te worden, waarna definitief het benodigde ventilatievoud kan worden bepaald, zodat bovenstaande waarden niet zullen worden overschreden. Aan de hand van deze temperatuuroverschrijdingsberekening moet worden bepaald in hoeverre toepassing van topkoeling moet plaatsvinden. : centrale afzuiging uitlaatgassen in stallingruimte voertuigen. Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Gas-, water- en loodgieterwerk Gasleidingen Waterleidingen I sanitair Rioleringen binnen I buiten Elektrotechnische installatie Kracht- en zwakstroomverdeeli n stallati e Noodstroom Leidingen Loze leidingen Nutsvoorzieningen Telecommunicatie Verlichting Overige installaties Ademluchtcompressor + vulpanelen + controle Oproepinstallatie Voertuigaansluiting op elektra I compressielucht I data-overdracht + E508 Slangentestvoorziening Laarzenwasvoorziening : Volgens NEN 1078 en NPR 3378 (Voorschriften voor aardgasinstallaties) : Volgens NEN 1006 (Voorschriften drinkwaterinstallaties) : Sanitaire voorzieningen, gescheiden voor m Iv. Naast deze voorzieningen, in het kader van het verkrijgen van het lTS-symbool (Geboden Toegang), een mindervalide toiletvoorziening in het gebouw situeren. In overleg met de opdrachtgever en het waterleidingbedrijf het plaatsen van een bovengrondse brandkraan nieuw model AVK bij voorkeur in het openbare net i.v.m. vervuiling. : Volgens NEN 3216 (Richtlijnen voor ontwerp en uitvoering van riolering) : Volgens NEN 1010 en NEN 1041 (Iaag- en hoogspanningsinstallaties) : Mogelijkheid tot aansluiten noodstroomaggregaat : Leidingen zo veel mogelijk in kabelgootsystemen (wand I plafond). De kabelgoten dienen een reservecapaciteit te hebben van 25%. : Rekening houden met toekomstige aanpassingen : Het gebouw aan te sluiten op nutsvoorzieningen: elektriciteit aardgas, water, telefoon I CAI. : Rekening te houden met aansluitingen voor elektra, 2 stuks telefoon (1 st.) en data (2 st.) aan de gevel per stramien van 1,80 m1. In het kader van de beveiligingsrichtlijnen van de G.B.A.- gegevens dienen aansluitingen voor de telefoon en data gescheiden te worden toegepast. : Een energiezuinige elektra- en verlichtingsinstallatie met een verlichtingsniveau van ca. 450 lux, voor de kantoren en overige verblijfsruimten (op werkvlakhoogte) en 200 lux voor verkeersruimten (een en ander conform NEN 3087 in het kader van het nieuwe Arbobesluit (01-07-1997) en NEN 1890). De algemene verlichting dient per vertrek (onderverdeeld in een gangzone en raamzone) schakelbaar te zijn. De verlichtingsarmaturen dienen afgeschermd te zijn t.b.v. reflectiehinder in de beeldschermen. : Van toepassing : Van toepassing : Van toepassing : Van toepassing : Er moet een afspoel mogelijkheid voor het afspoelen van laarzen worden aangebracht (laarzenspoelinstallatie) 15 Afdeling Grondzaken I Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 5 Civieltechnisch Programma van Eisen Terreinverharding Elementenverharding Elementenverharding moet voldoen aan de gestelde eisen in de Standaard RAW- 2000 bepalingen volgens paragraaf Vloeistofdichte verharding Vloeistofdichte vloer Olie- en vetafscheider Periferie : Het gehele buitenterrein m.u.v. de waspiaats voorzien van betonstraatstenen (KOMO) dik 80 mmo Elementen verharding voorzien van een straatlaag dient in keperverband bestraat te worden, opsluiten door trottoirbanden 180/200x250mm. Stellen met schraal beton inclusief steunrug. : 31.41.01 : 31.42.02 : 31.42.03 : 31.43.01 : 31.44.01 : 31.45.01 : 31.45.02 : 31.46.01 : 31.46.04 : 31.46.06 : 31.47.01 : De waspiaats moet worden voorzien van een vloeistofdichte vloer, afvoer water moet plaatsvinden naar een olie- en vetafscheider. : Vloeistofdichte vloer moet worden aangelegd door een gecertificeerde aannemer volgens BRL 2362. Na aanleg van deze vloer moet deze worden gekeurd door een erkende keuringsinstantie. Deze instantie moet na goedkeuring een PBV verklaring afgeven. : Vloeistofdichte vloer aanbrengen volgens BRL 1801. : Milieuklasse 5c. : Verhardingsklasse 1 a. : Water afkomstig van de vloeistofdichte verharding moet worden afgevoerd naar een omliggende afwateringsgoot. Deze goot moet eveneens stofdicht zijn verbonden met de vloer. De afwateringsgoot zal het water afvoeren naar een olie- en vetafscheider volgens BRL 5261/01. Gehele constructie keuren door een erkende instantie. Onder periferie wordt verstaan de afscheidingsconstructie langs het hele terrein. Deze bestaat uit een hekwerk met een grasstrook van va. 1 meter aan de terreinzijde van het hekwerk. Poortconstructie moet functioneel en afsluitbaar zijn. Diversen T erreinverlichting Beplanting : Van toepassing : Van toepassing 16 Afdeling Grondzaken 1 Vastgoed 10-11-03 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Hoofdstuk 6 Investeringsopzet en dekking De realisatie van het hiervoor beschreven p.v.e. leidt tot de volgende stichtingskostenopzet. aantal eenh. prijs/eenh prijs bouwkosten bouwkosten (eenvoudige stijl) 800 BVO ¿ stijl brandevoort 20 % totaal bouwkosten installatiekosten elektrische installatie 800 BVO ¿ 50,00 werktuigbouwkundige installatie 800 BVO ¿ 135,00 brand preventieve installatie 800 BVO ¿ 18,00 inbraakbeveiliging 800 BVO ¿ 12,00 data bekabeling 800 BVO ¿ 5,00 specifieke brandweer installaties 1 pst ¿ 50.000,00 aansluitkosten nutsvoorzieningen 1 pst ¿ 7.500,00 totaal installatiekosten terreinkosten bestrating (incl. grondwerk) 975 m2 ¿ 32,50 groenvoorzieningen 300 m2 ¿ 20,00 parkeerplaatsen 375 m2 ¿ 35,00 bestrating vloeistofdicht 50 m2 ¿ 65,00 fietsenstalling 1 pst ¿ 4.000,00 afrastering met schuifpoort 1 pst ¿ 20.000,00 totaal terreinkosten inrichtingskosten diversen 1 pst ¿ totaal inrichtings kosten bijkomende honorarium architecten 8% ¿ 672.000,00 kosten honorarium installatieadvies 8% ¿ 233.500,00 honorarium constructeur 4% ¿ 672.000,00 honorarium overige adviseurs 1 pst ¿ 10.000,00 bv: akoestisch, bodem, fund. advies renteverlies bouwperiode PM leges 1,75% ¿ 905.500,00 onvoorzien 5% ¿ 1.018.562,50 totaal bijkomende kosten Interne kosten honorarium Vastgoed 7,15% ¿ 1.018.562,50 totaal overige kosten totaalbedrag stichtingskosten (prijspeii 2003) prijsstijging besteding 2004 en afronding TOTAALBEDRAG STICHTINGSKOSTEN Grondkosten zijn niet opgenomen. Afdeling Grondzaken / Vastgoed 1 0-11-03 17 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort In de gemeentelijke planning is volgens het IVP 2004 - 2007 het uitgangspunt dat m.i.v. 2009 financiering wordt georganiseerd voor een nieuwe, structurele brandweerpost in Brandevoort. Vanaf dat moment zijn ook de volledige exploitatiekosten aan de nieuwbouw toe te rekenen. In de meerjarenonderhoudsbegroting en het lVP 2004 - 2007 is voor de nevenpost opgenomen: - nr. 120.20 BRW-3 ¿ 56.914,- kapitaallasten lVP - meerjarenonderhoudsbegroting ¿ 13.789,- kapitaallasten - nr. 120.20 BRW-3 ¿ 374.620,- exploitatielasten, waarvan ¿ 240.000,- aangewend kan worden om gebouwelijke kosten te dekken. De vraag die derhalve aan de orde is, is of met de beschikbare middelen voorfinanciering kan plaatsvinden van de definitieve voorziening. Ervan uitgaande dat alle toestemmingen op korte termijn worden verkregen en de nieuwbouw in een normaal uitvoeringstraject medio 2005 gerealiseerd kan zijn, zou de voorfinancieringstermijn vanaf dit moment tot 2009 ca. 3,5 jaar bedragen. Afschrijvingen gaan in vanaf 1 januari 2006. De minimale kosten tot 2009 bedragen: 4,25% rente van ¿ 1.300.000,- gedurende 3,5 jaar Afschrijvingskasten 2006-2008 Beperkt onderhoud 1% van de bouwkosten (¿ 1.000.000,-) x 3,5, jaar alS/verzekeringen 0,6% v.d. stichtingskosten x 3,5 jaar Dagelijkse Exploitatiekosten (energie/schoonmaak e.d.) 3,5 jaar x ¿ 12.000,- = ¿ 193.375,-- = ¿ 78.000,-- = ¿ 35.000,-- = ¿ 27.300,-- = ¿ 42.000,-- --- Totaal afgerond ¿ 375.000,-- Er is beschikbaar in de periode 2004 Um 2008: Kapitaallasten Restant krediet verbouwing brandweerkazerne Exploitatiekosten = ¿ 70.699,-- = ¿ 15.000,-- = ¿ 240.000,-- ------ Totaal afgerond ¿ 325.000,-- In overleg met de afdeling Financieel Beleid wordt voorgesteld om het dekkingstekort ad ¿ 50.000,- ten laste te brengen van de post "onvoorzien incidenteel". Aldus kan met deze dekking de definitieve brandweerpost worden voorgefinancierd, waardoor enkele belangrijke voordelen worden gerealiseerd: er is vanaf medio 2005 een structurele, goed geoutilleerde brandweerpost beschikbaar; zijn de prijsstijgingen in bouwkosten tot 2009 "verdiend"; vindt er geen kapitaalvernietiging plaats door in ca. 4 jaar een tijdelijke voorziening af te schrijven. (Voor de tijdelijke voorziening zou ¿ 230.000,- beschikbaar zijn volgens de opgave van de afdeling Financieel Beleid). Er is vanuit gegaan dat de grondkosten in 2009 tegen het dan geldende prijspeil afgerekend hoeven te worden; de kapitaallasten van de tijdelijke post vervallen en de nieuwe brandweerpost m.i.v. 2009 in het IVP volledig wordt opgenomen. 18 Afdeling Grondzaken / Vastgoed 11-11-03 Bijlage 1 Situatie locatie . . . . . . == . . . . ' . . . " . " .. " " " a a . . ' . . . a ti . " . aa ' . . . . . . . . . . i D >\ D [;] .lP 0 Bijlage 2 Standaard rijsnelheden >L-. \ \ \ (' ::, .. ~\ "j\Z~:) \)\]6 --.\ ------l.~~- -. -- ------ - "\ - \ ... -')-/ / Bijlage 3 Bestemmingsplan -'-'- '--'- - IJ LJ ~ t - --- .- 1; Artikel 7 Bedrijfsdoeleinden 1. Gronden, aangewezen voor bedrijfsdoeJeinden, zijn bestemd voor: handels-en bedrijfsdoeleinden, alsmede voor ambachtelijke bedrijven, met uitzondering van horecabedrijven en detailhandel, behoudens indien het detailhandel in goederen betreft die zich beperkt tot detailhandel als zijnde een niet-zelfstandig onderdeel van het bedrijf, alsmede voor kantoordoeleinden, evenwel met uitzondering van zelfstandige kantoren, met dien verstande dat per bedrijfskavel het kantoorvloeroppervlak per bedrijf ten hoogste bedraagt openbare nutsdoeleinden; ontsluitingswegen, voet- en fietspaden, parkeer- en groenvoorzienin- gen en waterpartijen; ondergrondse gastransportleiding (dubbelbestemming) met inachtneming van het bepaalde in artikel 14 voorzoverde bestemming bedrijfsdoeleinden met de bestemming ondergrondse gastransportlei- ding (dubbelbestemming samenvalt), één en ander met de daarbij behorende bebouwing en voorzieningen, waaronder mede begrepen ten hoogste bedrijfwoning per bedrijf, met dien verstande dat bedrijfswoningen uitsluitend mogen worden gerealiseerd binnen het bestemmingsvlak met de nadere aanduiding "bedrijfswoningen toegestaan". 2. De bedrijven als bedoeld in lid 1 zijn uitsluitend toelaatbaar mits zij: vallen onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer (of genoemd worden in het Inrichtingen- en vergunningen besluit behorende bij de Wet milieubeheer) en vermeld staan in de bij deze voorschriften behorende Staat van bedrijfsactiviteiten onder de categorieen 1 en 2, alsmede onder categorie 3; niet vermeld staan in bijlage 1, de Staat van bedrijfsactiviteiten, maar naar het oordeel van burgemeester en wethouders naar hun aard gelijk te stellen zijn met de categorieen 1, 2 en 3; niet vallen onder de in bijlage 2 genoemde inrichtir]gen als bedoeld in artikel 41 Wet geluidhinder. 50% 24 3. Beschriivina in hoofdlijnen In dit lid wordt in aanvulling op artikel 4 in hoofdlijnen beschreven op welke wijze met het plan de bestemming, die ingevolge lid 1 van dit artikel aan de aldaar bedoelde gronden is toegekend, wordt nagestreefd. a. er dient gestreefd te worden naar de vestiging van bedrijven met een representatieve uitstraling; b. milieuhinder van bedrijven ten opzichte van het aangrenzende woongebied dient voorkomen te worden; c. bedrijven dienen op eigen terrein in hun parkeerbehoefte te voorzien; d. de wegen dienen zoveel mogelijk van laan beplanting te worden voorzien; . e. de voorterreinen, gelegen tussen de ontsluitingswegen en de bedrijfsbebouwing, mogen niet worden benut voor opslag; deze terreinen mogen uitsluitend worden ingericht voor parkeerplaatsen en tuinen. Opslag dient achter de bedrijfsbebouwing plaats te vinden of naast de bedrijfsbebouwing, mits niet zichtbaar vanaf de weg; f. de representatieve kanten van de bebouwing dienen op de (ontsluitings)wegen te worden geori~nteerd; g. gestreefd dient te worden naar een kwalitatief hoogwaardig entreegebied van het bedrijfsterrein. Naast een strakke bebouwing en een eenduidige inrichting van het bedrijfsterrein dienen de groen- voorzieningen de individuele bedrijfsvestigingen te benadrukken. Erfscheidingen anders dan in de vorm van groenvoorzieningen mogen pas achter de achtergevel van de representatieve bebouwing worden opgericht. Burgemeester en wethouders. kunnen ten behoeve van de representatieve eenheid van de zone nadere eisen aan erfscheidin- gen stellen. Gestreefd wordt naar één type erfscheiding voor de gehele zone; h. verlichting en reclame-aanduidingen dienen te passen binnen de nagestreefde representativiteit. Gestreefd wordt de verlichting op zowel bedrijfspercelen als de openbare gebieden op elkaar af te stemmen; . i. bedrijfswoningen mogen uitsluitend worden gebouwd met inachtneming van de bepalingen van de Wet geluidhinder. j. Gezien de ligging van het geprojecteerde bedrijven terrein in de directe nabijheid van de autosnelweg A2.70, dient het bedrijventerrein te worden aangemerkt als C-Iocatie met een toekomstig B-profiel hetgeen samenhangt met de komst van de zogenaamde voorstads- halte. Desondanks zal het accent liggen op het weren van arbeidsintensieve bedrijvigheid. Bebouwinq 4. Op de tot bedrijfsdoeleinden bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat: a. de gebouwen uitsluitend worden gebouwd binnen een op de plankaart als zodanig aangeduid bestemmingvlak; b. een bij een bedrijf behorend bouwperceel tot ten hoogste bebouwd mag worden; c. de goothoogte van de gebouwen ter;'! hoogste mag bedragen de op de plankaart ingeschreven hoogte; d. de nokhoogte van de bedrijfsgebouwen ten hoogste bedraagt de goothoogte van gebouwen plus f. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste bedragen g. de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens of de meest van de weg af gekeerde perceelsgrens tenminste bedraagt Zonerinq 5. Bedrijven in de categorie 3 van bijlage 1, alsmede bedrijven die naar hun aard hieraan gelijk gesteld zijn mogen uitsluitend gevestigd worden op een afstand van tenminste gemeten uit de meest nabij gelegen woon bebouwing , of toekomstige woonbebouwing. . Vriistellinqsbevoeqdheid 6. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen: a. van het bepaalde in lid 1 ten behoeve van perifere detailhandel, als bedoeld onder artikel 1 sub dd. met dien verstande dat ten behoeve van perifere detailhandel een parkeernorm op eigen terrein voor personenauto's van tenminste parkeerplaatsen per bedrijfsvloeroppervlak in acht dient te worden genomen. 75% 4m 15 m 3m 100 m 2 100m2 26 . 27 b. van het bepaalde in lid 2 voor bedrijven welke vermeld staan in de staat van bedrijfsactiviteiten, behorende bij deze voorschriften onder categorie 4, doch naar haar aard en invloed gelijk te stellen zijn met de bedrijven genoemd onder de categorieên 1 Um 3; c. van het bepaalde in lid 4 sub b. voor een percentage tot ten hoogste d. van het bepaalde in lid 4 sub g voor het bouwen op een kortere afstand van perceelsgrenzen danwel het bouwen in perceelsgrenzen; e. van het bepaalde in lid 5 voor een afstand van tenminste f. van het bepaalde in lid 4 sub c. voor een goothoogte van ten hoogste met dien verstande dat deze vrijstelling niet van toepassing is binnen het bestemmingsvlak met de nadere aanduiding "bedrijfswoningen toegestaan"; g. van het bepaalde in lid 4 sub c en d voor het overschrijden van de nok- en goothoogte van gebouwen ten behoeve van het plaatsen van satelietschotels en antennes met ten hoogste h. van het bepaalde in lid 4 sub f ten behoeve van ten hoogste antennemast met een hoogte van ten hoogste 7. Vrijstelling als bedoeld in lid 6 sub a. mag uitsluitend worden verleend, indien in voldoende mate vaststaat dat de toe te laten bedrijven passen in de distributie-planologische structuur binnen de gemeente en vooraf een verklaring van Gedeputeerde Staten is ontvangen dat zij tegen het verlenen van vrijstelfinggeen bezwaren hebben. 8. Vrijstelling als bedoeld in lid 6 sub e. mag uitsluitend worden verleend mits één en ander geen nadelige invloed heeft op de nabij gelegen woonbebouwing of toekomstige woonbebouwing. Parkeren 9. Op de tot bedrijfsdoeleinden bestemde gronden dienen ten aanzien van het parkeren de volgende bepalingen in acht te worden genomen: 8. ten behoeve van transport- en distributiebedrijven bedraagt per bedrijf de parkeernorm op eigen terrein voor personenauto's tenminste en ten hoogste parkeerplaatsen per bedrijfsvloeroppervlak; 85% 50 m 15 m 6m 1 45 m 1 2 200 m2 b. ten behoeve van productie- en overige bedrijven bedraagt per bedrijf de parkeernorm op eigen terrein voor personenauto's tenminste en ten hoogste parkeerplaatsen per bedrijfsvloeroppervlak; c. ten behoeve van het kantoorgedeelte in een bedrijf bedraagt de parkeernorm op eigen terrein voor personenauto's tenminste parkeerplaatsen per bedrijfsvloeroppervlak d. ten behoeve van een samenstelling van de in dit lid onder sub a. tlm c. genoemde bedrijfsdoeleinden wordt per bedrijf een samengestelde parkeernorm toegepast die naar evenredigheid is gebaseerd op de regelingen, als bedoeld onder sub a. tlm c. Nadere eisen 10. a. Burgemeester en wethouders zijn bevo,egd nadere eisen te stellen ten aanzien van: 1. de situering van de gebouwen; 2. de vorm van de bouwmassa; 3. de kapvorm en dakbMindiging van de gebouwen; 4. de situering en inrichting van de parkeervoorzieningen; 5. de situering en uitvoering van lichtmasten en lichtreclames. b. Nadere eisen, als bedoeld onder sub a" kunnen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van het verkrijgen van een harmonieuze ruimtelijke opbouw van het plangebied, met dien verstande dat de eisen ten aanzien van lichtmasten en lichtreclames eveneens gesteld kunnen worden ter voorkoming van hinder voor de in de omgeving van het plangebied voorkomende woonbebouwing. 28 1 2 100m2 2 100m2 \ SBI.code Omschrijving Con. A. <............afsland (In m) voor:..................> <.....................Index voor:..........................> grool. cata. dlver. IInu categ. geur alof geluld gevear lucht walar bodem verkear vlsu. ste gorle sltelt geluid eel efslend 92 ONDERWIJS 92.1 flm.3 Kleuter. en basisonderwijs 0 0 30 0 30 2 92.4 Voortgezelonderwl)s 0 0 50 0 50 3 92.5/.6 Beroepsonderwijs 30 0 30 10 30 2 92.7 Wetenschappelijk onderwijs 50 30 50 50 2 2 50 3 92.9/.9 Ovarlg onderwijs zondar 0 0 10 0 10 warkplaalsan ot laboraIoria 93 GEZONDHEIDSZORG EN VETERINAIRE DIENSTEN 93 GezondheIdszorg en veterinaire dlenstan: zlakenhulzen C 30 0 50 30 2 3 2 50 3 groepsprakllJken, klinieken C 10 0 30 10 2 30 2 Individuele prakIIJken 0 0 0 0 0 medlache laboretorla C 10 0 10 10 10 94 MAATSCHAPPELIJKE DIENSiVERLENING 94 Maatscheppelljke dienstverlening C 30 0 30 0 30 2 .,. (Incl. keukens) 95 SOCIAAL.CUL TURELE INSTELLINGEN 95 Sociaal. culturele Instellingen: buurt. en clubhuIzen C 0 0 50 0 2 50 3 bibliotheken en musea 0 0 10 0 2 10 dierentuinen C 50 10 50 10 3 50 3 studio's (film, iV, radio, geluld) C 0 0 50 30 2 50 3 37 Haalbaarheidsonderzoek Brandweerpost Brandevoort Afdeling Grondzaken / Vastgoed 10-11-03 23 |