- Bestuur
- Commissiestukken Actieprogramma integraal veiligheidsbeleid
Commissiestukken Actieprogramma integraal veiligheidsbeleid
Documentdatum | 28-01-2002 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Algemene en Bestuurlijke Aangelegenheden |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
Actieprogramma IVB Heimond 2002 Programma over de uitvoering van het integraal veiligheidsbeleid in de gemeente Heimond in het jaar 2002. Gemeente Heimond, College van Burgemeester en Wethouders Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 INHOUD Pagina 1 . Inleiding 1.1 lntensivering veiligheidsaanpak in Heimond 3 1.2 Beleidsprioriteiten IVB Heimond 2001-2004 3 1.3 Accenten in het actieprogramma van 2002 4 1.4 Leeswijzer 5 Overzicht van de 12 acties het Actieprogramma IVB 2002 7 2. Acties binnen de beleidsprioriteiten 2.1 Vermindering overlast 9 2.2 Vermindering inbraak, fietsendiefstal en vernieling 16 2.3 Vermindering geweld 19 2.4 Vermindering verkeersongevallen 21 2.5 Vermindering gevoelens van onveiligheid 24 3. Acties binnen de overige velligheidsfacetten 3.1 Prostitutieoverlast 29 3.2 Brandvelligheid 30 3.3 Opslag en transport gevaarlijke stoffen 30 3.4 Zware criminaliteit 31 4. Organisatorische randvoorwaarden 32 Bijlagen 37 1. Een aantal begrippen 2. Overzicht van lopende maatregelen, projecten en activiteiten 3. Communicatieplan 2 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 1. Inleiding 1.1 lntensivering velligheidsaanpak in Heimond In de afgelopen anderhalf jaar is naar aanleiding van de ambtelijke notitie 'In een hogere versnelling' het vigerende integraal veiligheidsbeleid (IVB) in de periode 1995 - 2001 en de uitvoering daarvan zowel organisatorisch als inhoudelijk tegen het licht gehouden. Waar dat nodig en mogelijk was hebben wij ons beleid aangepast of 'herijkt' aan de actualiteit van vandaag en de kansen van morgen. De herijking vindt mede plaats in het kader van de Stadsvisie Heimond 2010 en het daaruit voortgekomen Meedarenontwikkelingsprogramma. Dit actieprogramma markeert dan ook de overgang naar een intensivering in de veiligheidsaanpak in Heimond de komende jaren. Een intensivering die zich het beste laat kenmerken door een meer systematische en samenhangende aanpak van de veiligheid in onze gemeente, samen met betrokken partijen. De drie belangrijke vernieuwingen in de veiligheidsaanpak die wij in 2001 hebben doorgevoerd zijn de volgende: - Wij hebben per 1 maart 2001 een nieuw beleidskader voor het integraal veiligheidsbeleid, waarin wij onze visie, ambitie, prioriteiten en werkwijze hebben vastgelegd: het Masterplan IVB Hetmond 2001-2004. - De uitvoering van het Masterplan wordt geregeld door jaarlijks op te stellen actieprogramma's, waarvan het nu voorliggende Actieprogramma IVB 2002 de eerste is. Zowel masterplan als actieprogramma zijn ontwikkeld in nauwe samenwerking met en consultatie van gemeenteraad, bestuur, ambtenaren, politie, OM, stichting Stadswacht, bureau Halt, maatschappelijke instellingen, bewoners en bedrijfsleven. - Wij hebben een nieuwe fulitime functie gecreëerd in de vorm van een beleidscoördinator. Deze coördinator IVB, die per 1 oktober 2001 is aangesteld, coördineert de dagelijkse uitvoering van het integraal veiligheidsbeleid en is ambtelijk verantwoordelijk voor de uitvoering van dit actieprogramma.. Deze vernieuwingen hebben een goede en noodzakelijke basis gelegd voor de uitvoering van het eerste Actieprogramma IVB. 1.2 Beleidsprioritelten IVB Heimond 2001-2004 In het masterplan hebben wij onze beleidsprioriteiten voor de periode 2001 - 2004 vastgesteld. We streven, in aansluiting op de stadsvisie, naar: - Minder overlast (paragraaf 2. 1 ) - Minder inbraak, fietsendiefstal en vernieling (paragraaf 2.2) - Minder geweld (paragraaf2.3) - Minder verkeersongevallen (paragraaf 2.4) - Minder gevoelens van onveiligheid (paragraaf 2.5). Naast deze inhoudelijke actiepunten hebben wij ook een drietal nieuwe organisatorische randvoorwaarden geschapen, om de intensivering daadwerkelijk mogelijk te maken (hoofdstuk4). 3 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Behalve de acties die behoren bij de IVB-prioriteiten, hebben wij in dit actieprogramma ook kort aangegeven hoe wij werken aan andere IVB-thema's, waarvoor wij het beheersen van het huidige niveau afdoende vinden. Het gaat dan om prostitutieoverlast, brandveiligheid, opslag en transport gevaarlijke stoffen en zware criminaliteit. 1.3 Accenten in het actieprogramma van 2002 Beperkte speelruimte Tijdens de voorbereidingen van dit actieprogramma werd snel duidelijk dat in het kader van het huidige integraal veiligheidsbeleid al heel wat zaken op de rails zijn gezet, die sporen met de uitgangspunten van het Masterplan IVB 2001-2004 (maart 2001). Beleidsmatig is daarvoor een vertaling opgenomen in begrotingen en afdelingsplannen. Wel kan geconstateerd worden dat - ondanks sterke betrokkenheid, goede intenties en groot enthousiasme van velen - nog te vaak langs elkaar heen wordt gewerkt en kansen voor een effectievere veiligheidsaanpak blijven liggen. We hebben er dan ook voor gekozen om in dit actieprogramma voor alle beleidsprioriteiten allereerst samenhang te brengen in de huidige maatregelen, projecten en activiteiten in Heimond op het terrein van het integraal veiligheidsbeleid. Een schematisch over-zicht hiervan hebben wij opgenomen in bijlage 2. Dit actieprogramma wordt gepresenteerd op een tijdstip dat de begroting voor 2002 en de afdelingsplannen al zijn vastgesteld. Vanaf 2002 streven wij naar een tijdiger koppeling met de beleids- en begrotingscycli van alle partners die bij het integraal veiligheidsbeleid zijn betrokken. Anders werken aan veiligheid Dit actieprogramma is zoveel mogelijk geschreven binnen de kaders van reeds eerder gemaakte afspraken tussen verschillende partijen over 2002. Dat wil niet zeggen dat het programma een 'sigaar uit eigen doos' is, integendeel. Alleen al het inzichtelijk maken van de huidige maatregelen, projecten en activiteiten die - in aanvulling op alle reguliere werkzaamheden - worden ondernomen ter verbetering van de veiligheid en leefbaarheid maakte verschillende witte vlekken duidelijk, vooral op het organisatorische vlak. Door middel van organisatorische aanpassingen, een meer systematische manier van werken, een betere aansluiting van bestaande projecten, het betere regelen van de betrokkenheid van burgers; e.e.a. samengevat in totaal 12 nieuwe acties, nemen wij deze tekortkomingen vanaf 2002 weg, als eerste stappen naar effectiever veiligheidsbeleid. Hiertoe zullen in sommige gevallen binnen reguliere middelen extra middelen worden vrijgemaakt. Haalbaar en realistisch Het Actieprogramma IVB richt zich op drie resuitaatsrubrieken uit het Grotestedenbeleid, en wel veiligheid, verbetering fysieke leefomgeving en interne en externe communicatie en organisatie. Eikjaarlijks actieprogramma zal zijn eigen accenten krijgen om uiteindelijk in 2004 de doelstellingen te behalen, zoals deze in het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) in 1999 en in het Rapport tussentijdse zelfanalyse in 2001 zijn vastgesteld. Zo zal bijvoorbeeld in het Actieprogramma IVB over het jaar 2003 een direct verband worden gelegd met het (nieuw op te stellen) jaarlijkse Handhavingsprogramma van de gemeente Heimond. In 2002 gaan wij aan twee inhoudelijke prioriteiten, die door de Heimondse burger en politiek als zeer belangrijk worden ervaren, de meeste aandacht te geven: 'vermindering overlast' en .vermindering onveiligheidsgevoelens'. Op die manier is het mogelijk om al gedurende het eerste actieprogrammajaar aantoonbare en bij de burger merkbare verbeteringen in de veiligheid of veiligheidsbeleving gerealiseerd te zien. Hoe wij dat willen bereiken is in dit actieprogramma nader uitgewerkt. 4 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 1.4 Leeswijzer De opbouw van dit actieprogramma is als volgt. In hoofdstuk twee geven wij voor alle beleidspdoriteiten uit het Masterplan kort aan wat de 'diagnose' is van de huidige aanpak en problematiek, wat de doelstelling is voor 2002, welke nieuwe acties worden uitgevoerd en door wie. Hoofdstuk drie gaat kort in op de overige IVB-thema's die vooralsnog niet tot de beleidspriodteften behoren. Het gaat om thema's waarvoor geen extra impuls nodig is. Wij geven in dat hoofdstuk de werkwijze aan omtrent prostitutieovedast, brandveiligheid, opslag en transport van gevaarlijke stoffen en zware criminaliteit. In het vierde en tevens laatste hoofdstuk staan de nieuwe organisatorische randvoorwaarden centraal. Hier gaan wij enerzijds nader in op organisatorische veranderingen ter verbetering van de samenhang, zoals de aanstelling van een coördinator IVB en de Stuurgroep IVB nieuwe stijf. Maar ook op de verbetering van de samenwerking door het uitvoeren van een nieuw communicatieplan, dat gericht is op het vergroten van de interne afstemming en externe communicatie. Verder zetten wij ook uiteen op welke wijze wij meer systematiek gaan aanbrengen bij de verdere ontwikkeling en uitvoering van ons veiligheidsbeleid. In bijlage 1 hebben wij allereerst een aantal veelgehanteerde begrippen toegelicht. In bijlage 2 treft u een schematisch overzicht van alle lopende maatregelen, projecten en activiteiten die in aanvulling op de reguliere werkzaamheden ook in 2002 worden uitgevoerd, gerangschikt naar prioriteit. Daarbij zijn ook de doelstellingen, aanspreekpunten, betrokken partijen, werkwijze en de plaats op de veiligheidsketen zo goed mogelijk weergegeven. Bijlage 3 tenslotte bestaat uit het communicatieplan, dat aangeeft hoe wij vanaf 2002 gaan communiceren over onze veiligheidsaanpak, zowel intern, extern als naar de burgers toe. In het schema op de volgende bladzijden (pag. 7 en 8) treft u samengevat alle acties uit dit Actieprogramma IVB 2002 5 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Overzicht van de 12 acties uit het Actieprogramma IVB 2002 Minder overlast 1. Verbeteren afhandeling Nieuw en lntensiv. DSB Com,DSB,Pol,Woco, 1 . Eenduidige centr.registrate en 1 en 11 2@002 Regulier overlastmeidingen Fll,Sl4,Sl5,Sl6, SSH,Nov,SMO,SWH afhandeling U17 2. Vooiiichting in- en extern 2. Vergroten betrokkenheid Nieuw en lntensiv. DAW DAW,DSB,Pol,SWH,S 1 . Rapportage verkenning 111 2002 Regulier sociale omgeving S14,Sl5,Sl6 Jz,Halt, SSH,RVK, 2. Plan van aanpak 111 en IV 2002 Rec,Nov,SMO, 3. Een nieuw gestart project Eind 2002 lndiv..burger 3. Proef: meer aandacht voor Nieuw en lntensiv. DSO DAW,DSB,Bc,BJZ, 1 . Veiligheidschecklist 1 en 11 2002 Regulier overlast- en veiligheidsdsico's Fll,Sl4,Sl5,Sl6, Pol,Brw,SSH,Nov, 2. 5 getoetste plannen 111 2002 tijdens planfase U17 smo 3. Workshop 111 en IV 2002 4. Vergroten rol van de Nieuw DAW O&S,DAW,Sch,JPT 1 . lnventarisatierapport 1 en 11 2002 Regulier Heimondse scholen Fl l,Sl4, S15,Sl6, 2. Vier scholen participeren 111 en ]V 2002 U17 3. Stappenplan voor uitbreiding Eind 2002 5. Onderzoeken haalbaarheid Nieuw DAW BJZ, O&S en extern 1 . Rapportage haalbaarheid 111 2002 Fl. 45.000 Bestedingsreserve gebruikersruimte Fl l,Sl3,Sl4,Sl5, 2. Beslissing over komst IV 2002 veiligheid S16, U17 6. Uitbreiden aanpak Nieuw DAW DAZ,Bco,Pol,AMW, 1. lmplementatie in Binnenstad-oost Eind 2002 Fl. 330.000 Leefbaarheidsfonds woonoverlast Fl l,Sl3,Sl4,Sl5, SWH,SSH,Nov,Riagg in de periode GSB S16, U17 SMO,Woco 2000-2003 Minder inbraak, 7. Vergroten van de pakkans lntensivering JkH/ DAZ,DSB, Pol,JkH, 1. Workshop Medio 2002 Regulier fietsendiefstal en Fl l,Sl4,Sl5,Sl6, U17 OM Halt,SSH 2. Uitvoering nieuwe aanpak Eind 2002 vernieling 3. Aanvraag extra politie-inzet Medio 2002 8. Intensiveren snel- lntensivering CIVB DSB,Pol,JkH,Halt, 1 . Workshop -Uèdió 2-002 Regulier herstelaanpak Fl l,Sl4,Sl5,Sl6, U17 SSH 2. Starten nieuwe aanpak Eind 2002 Minder geweld 9. Ontwikkelen en uitvoeren Nieuw Pol DAW,Pol,JkH, 1 . Onderzoeksrapportage ]VA aanpak geweld Fl l,Sl3,Sl4,Sl5, 2. Ontwikkelen aanpak IV 2002 Fl. 45.000 Bestedingsreserve S16,Ul7 3. Start uitvoering nieuwe aanpak, in 12003 Fl. 25.000 veiligheid aansluiting regionaal taxibeleid Minder 10. Herijken Gemeentelijk lntensivering DSBI DSB,Pol,3VO,sch, OM, 1. Rapportage evaluafieonderzoeken 111 2002 verkeersongevallen Verkeersveiligheidsplan Plus Fg,Fll,Sl4,Sl5, DSO SSH, org. 2. Rapportage analyse VO's 1112002 S16 U17 Ouderen,fietsbond 3. Ontdikkelen herijkt VVP 111 en IV 2002 Fl. 75.000 Hers.laanv.subs. SO/RO 4. Kleine doelgerichte actie n.a.v.1 en 2 111 en IV 2002 5. Begroten extra middelen 111 en IV 2002 6. lmplementafie intensiveringsacties Vanaf 11 2003 7. Herprofilering platform verkeersveiligh. 2002 Minder onvelligheids- 1 1. De wijk meer aan het woord Nieuw Bco Bco,Com 1 . Themabijeenkomsten klankbord 1 en 11 2002 Regulier gevoelens Fg,Fl l,Sl4,Sl5,Sl6 2. Inventarisatie per wijk Til 2002 U17 3. Rapportage per wijk IV 2002 4. Uitvoeren tenminste een maatregel IV 2002 5. Terugkoppelen aanpak IV 2002 12. De gemeente meer aan het Nieuw Com Bco, Com 1 . Voorlichting IVB extern V 2 Fl. 25.000 Veilig eidsfond woord F9,Fll,Sl3,Sl4,Sl5, 2. Burger betrekken IV 2002 S16,Ul7 3. Voortgangsrapportage door CIVB 11 en ]V 2002 4. Voortgangsrapportage extern 11 en IV 2002 7 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 4L Organisatorische randvoorwaarden A. Meer samenhang in beleid lntensivering CIVB Alle partners IVB 1. Instellen Gemeentelijke regiegroep 1 2001 Regulier en uitvoering 2. Opstarten partneroverleg 1 2001 3. Aanstellen coordinator IVB IV 2000 4. Hedjken ddehoeksoverleg 1 2001 B. Meer gerichte en betere lntensivering CIVB Alle partners IVB 1 Optimaliseren netwerk IVB Vanaf 111 2000 Regulier samenwerking C. Meer systematisch werken Nieuw en Intensivering CIVB Alle partners 1 Werken via Masterplan en Start 2001 acheprogramma's 2. Evalueren en Leren 3. Nieuwe initiatieven BJZ 4. Opzetten handhavingssystemathiek Verkla"ing van afkortingen: Gemeente Heimond, dienst Stadsbeheer (DSB); dienst Bestuurszaken (DBZ); Dienst Stadsontwikkeling (DSO); dienst Algemeen Welzijn (DAW); afdeling Bestuurs-Ju(idische Zaken (BJZ) afdeling communicatie (Com); afdeling Onderzoek & Statistiek (O&S); afdeling Beleidscoördinatie (Bco), Politie Heimond (Pol), Openbaar Ministerie (OM), Jusbbekantoor Heimond (JkH), Brandweer Heimond (Brw), Woningcorporafjes (Woco), Stichting Stadswacht Heimond (SSH), Novadic (Nov.), Stichting Maatschappelijke Opvang Heimond (SMO), Stichting Welzijnsbevordering Heimond, /afdeling jongerenwerk (SWH), Bijzonder Jeugdwerk Brabantlafdeling straathoekwerk (BJB), Stichting Jeugdzorglafdeling JPP (SJz), Jeugdpreventieteams (JPT), Gemeentelijke Regiegroep IVB (Reg), Bureau Halt (Hit), Raad voor de Kinderbescherming (RvK), Reclassering (Rec), Scholen (Sch), Heimond Sport 2. Acties binnen de beleidsprioriteiten In dit hoofdstuk geven wij per prioriteit aan: - wat wij daaronder verstaan (begripsbepaling); - tot welke analyse wij zijn gekomen over de huidige problematiek en haar aanpak (diagnose); - waaruit moet blijken of de acties het beoogde effect hebben bereikt (doelstelling); - welke aanvullende maatregelen, projecten en activiteiten (acties) wij gaan uitvoeren om de resultaten te behalen en de doelstelling te bereiken. Bij eik onderdeel in de diagnose hebben wij zo mogelijk een verwijzing opgenomen naar de later beschreven actie die gericht is op het geconstateerde, door middel van de vermelding '(-> Actie l).' 2.1 Vermindering overlast Begripsbepaling Onder overlast verstaan we in dit verband een norm- of grensoverschrijdende hinder, veroorzaakt door personen die een gevoel van onbehagen of onveiligheid oproepen bij andere burgers, overwegend passanten of omwonenden. Het gaat hoofdzakelijk om visuele overlast, geluidsoverlast, hinderlijk gedrag en lichte APV-overtredingen door deze personen. De aanpak van personen met crimineel gedrag is van een geheel andere orde en vallen niet onder deze beleidsprioriteit; een gedeelte daarvan komt terug in de aanpak van inbraak, fietsendiefstal en vernielingen (paragraaf 2.2). Diagnose Jaarlijks worden er bij de politie in Heimond ongeveer drieduizend meldingen van overlast geregistreerd. Ook bij Stichting Stadswacht Heimond komt een vergelijkbaar aantal meldingen binnen. In de eerste drie kwartalen van 2001 registreerde de Stadswacht al ruim 3400 overlastmeidingen, waarvan bijna 800 direct van burgers afkomstig zijn. Niettemin is ook bekend dat een groot gedeelte niet gemeld of geregistreerd wordt. De overlast wordt grotendeels veroorzaakt door rondhangende jongeren, softdrugsgebruikers en -handelaren, dak- en thuislozen, alcohol- en harddrugsverslaafden en buren. De overlast van de eerste groep is het meest voorkomend, maar van de andere groepen is de mate van overlast veelal groter. De huidige aanpak van verschillende partijen, is gericht op een breed scala aan activiteiten in preventieve en repressieve sfeer (zie hiervoor ook het overzicht in bijlage 2). De grote hoeveelheid aan acties - die mede gericht zijn op het beheersen, verminderen en voorkomen van overlast op straat - ten spijt, neemt de overlast jaarlijks toe.' Onze analyse van de huidige aanpak en problematiek, die gezamenlijk met verschillende betrokkenen tot stand is gekomen, heeft ons tot een aantal verklaringen gebracht voor het uitblijven van het gewenste effect. Betrokkenheid bewoners schiet tekort Allereerst zien we dat de betrokkenheid van bewoners bij het bedenken of ondersteunen van de overlastaanpak (te) gering is. Dit is een groot gemis omdat wij veronderstellen dat juist bij hen een bijdrage in het inzicht bieden in en oplossen van de overlast aanwezig is. Ons inziens heeft dat te maken met een aantal factoren. Zo verwachten veel burgers dat'de' overheid verantwoordelijk is voor het beheersen, verminderen en voorkomen van overlast op straat. Tegelijkertijd hebben wij als overheid voor onszelf en naar de burgers toe niet goed duidelijk gemaakt wat wij eigenlijk van onszelf en de burgers verwachten. Evenmin hebben wij tot nu toe - intern en extern - goed gecommuniceerd over hoe wij zelf omgaan met klachten en meldingen 'Veiligheid in Heimond, Inventarisatie en analyse van de aard en omvang van de (on)veiligheid in de gemeente Heimond, E S & E /Gemeente Heimond (maart 2001), bijlage bij het Masterplan IVB Helmond 2001-2004. Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 over overlast. Veel werkafspraken die de gemeente intern en met externen gemaakt hebben blijken bovendien niet voldoende te werken (-> Actie l). Inzicht in overlastproblematiek is onvoldoende Daarnaast hebben wij ondanks registraties over overlastmeidingen onvoldoende inzicht in de overlastproblematiek en zijn aard, omvang en achtergronden. Meldingen van overlast vinden immers niet altijd plaats. En als men al iets meldt, meldt men bij verschillende instanties (politie, Stadswacht, woningcorporatie, instellingen, gemeente of Jeugdpreventieteam), waar vervolgens op verschillende wijze met de melding wordt omgesprongen. Doordat ook een eenduidige definitie van de verschillende overlastvormen ontbreekt is het niet alleen lastig het probleem en de probleemveroorzakers goed te benoemen, maar heeft de huidige aanpak niet de gerichtheid en effectiviteit die nodig is om de overlast daadwerkelijk te verminderen. Een extra impuls is nodig (-> Actie l). Afstemming en samenhang laten te wensen over De afstemming tussen alle betrokken partijen en de samenhang tussen hun maatregelen, projecten en activiteiten gericht op het verminderen van overlast zijn onvoldoende. Een belangrijke verklaring hiervoor is dat tot nu toe de coördinatie tussen de partijen en hun acties vaak te wensen over laat, terwijl vele tientallen personen in Heimond zich vanuit verschillende invalshoek en professionaliteit met deze thematiek bezig houden. Zo zijn alleen al op straat wijkservicemedewerkers, buurtconciërges, contactfunctionarissen leefbaarheid, buurtbrigadiers en stadswachten hierbij betrokken. Juist bij overlastbestrijding is een integrale benadering ons inziens de enige juiste: namelijk een meer gecoördineerde wijze van werken aan de oorzaken (in de planvorming van wijken, pleinen en openbaar gebied; door dadergerichte preventie; door zorgtrajecten of individuele hulpverlening) maar ook het verminderen van de gevolgen van het overlastgevend gedrag, bijvoorbeeld door een goed systeem rondom meldingen, probleemgericht toezicht, handhaving van de openbare orde en voorlichting aan en participatie door omwonenden (--> Actie 1 en Organisatorische randvoorwaarden A en B in hoofdstuk 4). Sociale omgeving weinig ingezet bij structurele aanpak Uit onderzoek is gebleken dat structurele gedragsbeïnvloeding van overlastveroorzakers onder meer bewerkstelligd wordt door de inzet van personen uit de eigen sociale omgeving. In Heimond wordt dit mechanisme nog maar nauwelijks ingezet. Wij laten hiermee mogelijk een kans liggen om overlast veroorzaakt door jongeren mede te verminderen door de inzet van teeftijdsgenoten, van jongeren of juist vaders met dezelfde (etnische) achtergrond of rolmodellen (bijvoorbeeld voetballers van Heimond Sport). Of om overlastgevend gedrag veroorzaakt door harddrugs- en alcoholverslaafden, juist door afgekickte verslaafden te laten beïnvloeden (--> Actie 2). Uitvoering aanpak niet systematisch genoeg Uit analyse van de huidige aanpak blijkt dat van veel maatregelen, projecten en activiteiten niet duidelijk is wie er eigenlijk verantwoording voor draagt (als het goed of juist fout loopt), of dat er geen doelstellingen bekend zijn. Vaak is evenmin helder wat precies de status is van een project of wat de vorderingen zijn. In de meeste gevallen ontbreekt er een vorm van evaluatie. Indien er wel een evaluatie is geweest, blijkt dat bij veel betrokkenen onvoldoende duidelijk is of en zo ja, op welke wijze, er een bijstelling heeft plaatsgevonden. Hierdoor is het mogelijk dat wij nog steeds met iets bezig zijn dat geen effect oplevert. Het is tevens denkbaar dat we ons hierdoor op de verkeerde aspecten van een probleem richten. Of dat we als het ware 'achter een probleem aan lopen' door allerlei aanpassingen in een bestaande aanpak, in plaats van het voor te zijn door pro-actief en preventief te werken. Het gaan werken met het Politiekeurmerk Veilig Wonen voor nieuwbouwwoningen heeft bijvoorbeeld al goede resultaten opgeleverd. Wij denken dan ook dat een meer systematischer manier van werken ons zal helpen bij het effectiever maken van de huidige aanpak van overlast, alsook van andere veiligheidsaspecten (--> Actie 3 en Organisatorische randvoorwaarde C in hoofdstuk 4). Naast deze algemene punten, is er nog een aantal punten dat specifiek voor een bepaalde groep overlastveroorzakers geldt. 10 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Kennis door schoof overjongeren(overlast) onvoldoende benut Hoewel de Heimondse scholen de laatste jaren steeds meer betrokken worden bij de veiligheidsaanpak in onze gemeente, zowel in preventieve als in repressieve zin, willen gemeente, politie, justitie, Stadswacht, reclassering en hulpverlening de scholen een nog actievere rol geven om de overlast van jongeren te verminderen. Met name bij het bespreken van verschillende 'cases' in het Jeugdprevenfieteam (J PT) is er behoefte aan een grotere rot voor scholen. Op dit moment participeren al wel twee scholen in het JPT. Grote rem voor de betrokkenheid is op dit moment de capaciteit van de staf op diverse scholen. Anderzijds legt de Wet Beheer Persoonsgegevens de nodige beperkingen op, waardoor het uitwisselen van gegevens over kinderen niet zomaar kan plaats vinden, terwijl alle partijen daarbij gebaat lijken te zijn (--> Actie 4). Problematiek alcohol- en harddrugsverslaafden en dak- en thuislozen neemt toe Jaarlijks wordt er bij de politie Heimond zo'n 250 keer melding gemaakt van overlast, veroorzaakt door dak-of thuislozen en alcohol- en harddrugsgebruikers. Stichting Stadswacht Heimond registreert jaarlijks eveneens vele tientallen meldingen. Omdat bekend is dat een groot deel van alle overlastgevallen niet wordt gemeld, ligt het werkelijke aantal aanzienlijk hoger. Een kleine groep Heimonders geeft aan vaak last te hebben van overlast door dronken mensen op straat (6 procent) of drugshandel en -gebruik (zeven procent), al worden in deze cijfers ook uitgaanspubliek en blowende mensen op straat meegerekend. Het zouden niet zozeer de naar schatting 200 harddrugsgebruikers zijn die het merendeel van de extreme overlast veroorzaken, maar vooral de ongeveer 50 personen die als muiti-gebruikers of muiti-problematisch te typeren zijn (alcohol - en drugsverslaafd, psychische problemen, dak- of thuisloos). De overlast concentreert zich in en rond de binnenstad, Binnenstad-Oost en het NS-station Heimond en heeft een grote invloed op de veiligheidsbeleving van passanten en omwonenden. We constateren dat veel verslaafden langer in Hetmond blijven en dat de groep geleidelijk aan groter wordt. Ook het aantal dak- en thuislozen stijgt. Onze wettelijke mogelijkheden om op te treden zijn beperkt en de voorzieningen vooralsnog ontoereikend. Een gebruikersruimte ontbreekt. Hoewel wij recentelijk de tijden van de dag- en nachtopvang beter op elkaar hebben laten aansluiten, mede naar aanleiding van onze veiligheidsanalyse eerder dit jaar, zijn aanvullende gezamenlijke inspanningen nodig (-> Actie 1 en Actie 5). Overlast softdrugshandel onvoldoende beheersbaar Ons coffeeshopbeleid uit 1995 wordt momenteel herzien. Het college heeft inmiddels tot uitbreiding van het aantal coffeeshóps van een naar drie besloten. Op dit moment vindt het grootste deel van de softdrugsgerelateerde overlast plaats rondom illegale verkooppunten in woonwijken. Wij verwachten dat het toestaan van drie legale coffeeshops, onder strikte voorwaarden, de overlast in de wijken zal verminderen. Dit stelt ons tevens in staat meer en gerichter aan preventie en voorlichting te doen. Een uitbreiding spoort ook met ervaringen elders in den lande in steden van vergelijkbare grootte. Vooralsnog lijken de in gang gezette ontwikkelingen voldoende om tot een beheersbare situatie te komen en is geen verdere actie nodig in het kader van dit actieprogramma. Burenoverlast.- groeiend probleem waarover weinig bekend is Buren- en woonoverlast wordt in Heimond in toenemende mate als probleem ervaren. In het afgelopen jaar hebben verschillende partijen gewerkt aan het ontwikkelen van een gecoördineerde aanpak, waaronder gemeente, politie, woningcorporaties, (hulpverlenings-) instellingen en bewoners. Omdat er zeer uiteenlopende ideeën en opvattingen zijn over hoe om te gaan met burenoverlast, zoals bijvoorbeeld versterkt toezicht, betere voorlichting of uitbreiding van aanspreekpunten voor wijkbewoners, is een heldere en doelgerichte aanpak nodig en wenselijk. Het evaluatieverslag van het Samenwerkingsverband Aanpak Woonoverlast Binnenstad-Oost Guni 2001) biedt hiertoe goede aanknopingspunten (-> Actie 6). Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Doelstelling Hoofddoel van de uitvoering van de aanvullende acties is om in 2004 minder overlast te hebben in Heimond. Het beoogde maatschappelijke effect dat wij nastreven in het jaar 2002 is een stabilisatie of afname in de overlast vergeleken met de twee voorgaande jaren. Omdat zowel de aanpak van overlast als de registratie van meldingen in diezelfde periode een verandering door maakt, zijn registraties op dit moment geen betrouwbare bron om het succes van de maatregelen aan af te lezen. Daarom willen wij een toets op ons nieuwe overlastbeleid aan de hand van bewonersonder@zoek. Zo willen wij dat uit de gemeentelijke lnwonersenquéte uit 2003 blijkt dat de groep Heimonders die aangeeft vaak last te hebben van overlast door dronken mensen op straat (6 procent in 2001), drugshandel en -gebruik (zeven procent in 2001) of jongeren (1 5 procent in 2001) in 2003 is gestabiliseerd of verminderd. Het behalen van deze doelstelling wordt mede beïnvloed door een aantal andere, reeds lopende maatregelen, projecten en activiteiten, zoals samengevat in het schema in bijlage 2. Acties ter vermindering van overlast in 2002 Aan de hand van de eerder aangegeven diagnose zijn wij tot de volgende acties gekomen, die gezamenlijk - in aanvulling op de bestaande aanpak - moeten leiden tot overlastvermindering. Actie 1. Verbeteren afhandeling overlastmeidingen Wij gaan in 2002 de afhandeling van alle overlastmeidingen verbeteren. Door het realiseren van een afgestemde eenvormige registratie met een controleerbare voortgangs- en afdoeningsbewaking zal het aantal meldingen op den duur afnemen, het gevoel van onveiligheid van de melder verminderen en de betrokkenheid van de burger bij de aanpak vergroten. Hiertoe houden wij samen met betrokken partijen de huidige werkwijze omtrent het melden, afhandelen en terugkoppelen van de verschillende vormen van overlast tegen het licht. Aandachtspunt daarbij is het onderzoeken van de mogelijkheid om een wijk- of gebiedsgerichte benadering te kiezen. Opdrachtgever. Burgemeester (bestuurlijk) en directeur Dienst Stadsbeheer (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Heimond, dienst Stadsbeheer Resuitaat.@ 1. Nieuwe eenduidige en eenvonnige registratie, afhandeling en terugkoppeling van overlastmeldingen, afgestemd tussen alle betrokken partijen. 2. Informatiebrochure voor ambtenaren, betrokken exteme partijen en burgers. 3. Twee maal perjaar een voortgangsartikel in de Traverse. Betrokken partijen': Gemeente Hetmond (afdeling communicatie; dienst Stadsbeheer), Politie Helmond, Woningcorporaties, Stichting Stadswacht Heimond, Novadic, Stichting Maatschappelijke Opvang (SMO), Stichting Welzijnsbevordering Heimond (SWH)lafdelingjongerenwerk, Bijzonder Jeugdwerk Brabantlafdeling straathoekwerk Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: Eerste helft 2002 Samenhang: Actiepunten 4, 7, 8, 11 en 12,@ MOP-programmapunten Fl 1, S14 en S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de betrokken partijen gezamenlijk Financiën en dekking: Reguliere middelen. Mogelijk aangevuld door nader te bepalen bedrag uit de Stimuletingsregeling Criminaliteitspreventie van het ministerie van Justitie voor het onderdeel 'buurtbemiddeling'. Actie 2. Vergroten betrokkenheid sociale omgeving Wij willen de sociale omgeving van de overlastveroorzaker meer bij de aanpak van de overlast betrekken om daarmee een bijdrage te leveren aan een meer structurele oplossing. De wijze 2De partijen die genoemd worden onder'betrokken partijen' zijn op een of andere wijze betrokken bij het ontwikkelen of uitvoeren van een actiepunt. De precieze rol die zij daarbij vervullen kan verschillen. Bij aanvang van het ontwikkelen en uitvoeren van het actiepunt worden deze rollen concreet benoemd - op deze rol kunnen partijen worden aangesproken. 12 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 waarop dat kan plaatsvinden hangt echter sterk af van de soort overlast die iemand veroorzaakt, de achtergronden en oorzaken van het overlastgevend gedrag en de haalbaarheid (capaciteit en prioriteit) bij de betrokken organisaties. Op basis van een verkenning van diverse mogelijkheden van de verschillende benaderingen stellen wij een plan van aanpak op, in samenwerking met betrokken organisaties. De aanpak richt zich niet direct op de hele gemeente, maar vooral op wijken en buurten waar de uitingen van het overlastgevend gedrag het meest pregnant zijn. Een pdoritering hierin wordt onderdeel van het plan van aanpak. De uitvoering van deze aanpak zal nog voor eind 2002 plaats vinden. Opdrachtgever. Wethouder Welzijn (bestuurlijk) en directeur Dienst Algemeen Welzijn (ambtelijk) Actiehouder. Gemeente Heimond, Dienst Algemeen Welzijn Resultaat. 1. Rapportage met uitkomsten van de verkenning, 2. Plan van aanpak Vergroten betrokkenheid sociale omgeving, 3. Tenminste één nieuw gestart project in 200212003. Aanspreekbare partijen: Gemeente Heimond (Dienst Algemeen Welzijn, Dienst Stadsbeheer, Projectbureau Binnenstad Oost, Politie HeimondlAfdelingen Centrum, West en Oost, Stichting Welzijnsbevordering Heimond (SWH)lafdeling jongerenwerk, Bijzonder Jeugdwerk Brabantlafdeling straathoekwerk, Stichting Jeugdzorglafdeling JPP, Bureau Halt, Stichting Stadswacht Helmond, Raad voor de Kinderbeschenning, Reclassering, Novadic, Stichting Maatschappelijke Opvang Hetmond (SMO), Woningcorporaties, VO-Scholen, Heimond Sport, individuele burgers uit de sociale omgeving van de overlastveroorzaker(s). Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Zomer 2002 2. Tweede helft 2002 3. Eind 2002 Samenhang Actiepunten 4 en 7, MOP-programmapunten S14, S15 en S16 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen en additionele subsidies (Buurt aan Zet) Actie 3. Proef: meer aandacht voor overlast- en veiligheidsrisico's tijdens planfasen Omdat in veel gevallen al tijdens de planfasen van nieuwbouw, verbouw, herinrichting of herbestemming van panden, wijken of openbaar gebied (met name pleinen, parken en speelvoorzieningen) overlastgevende of onveilige situaties voorkomen kunnen worden, gaan wij in 2002 extra aandacht hieraan besteden door meer systematisch hieraan te gaan werken. Hierbij wordt tegelijkertijd ook aandacht geschonken aan een ander veiligheidsaspect, te weten de brandveiligheid. Wij gaan dat doen aan de hand van een proef, waarbij de coördinator IVB, de medewerker Jeugd en Veiligheid, een preventieambtenaar van de brandweer, een vertegenwoordiger vanuit de politie, een ambtenaar van de dienst Stadsontwikkeling en een ambtenaar van de dienst Stadsbeheer door middel van een checklist in totaal vijf plannen in verschillende ontwikkelingsstadia tegen het licht houden. De status van de plantoetsingen in deze vorm is nog 'vrijblijvend' en 'adviserend.' Na deze proef in petit comité zullen zij de checklist aanpassen en hun ervaringen delen met anderen, tijdens een workshop met verschillende betrokkenen. Het veiligheidsbewustzijn van ambtenaren die de fysieke inrichting van de stad (in)direct beïnvloeden wordt daarmee vergroot. Ook ontstaat er hierdoor een gemeenschappelijk beeld wanneer een nieuw plan de 'veiligheidstoets' kan doorstaan. In het Actieprogramma 2003 zou vervolgens, bij gebleken positieve ervaringen van het werken met deze checklist, als nieuwe actie het verankeren van deze werkwijze bij alle gemeentelijke vakdiensten en -afdelingen opgenomen kunnen worden. Opdrachtgever. College van B&W (bestuurlijk) en directeur Dienst Stadsontwikkeling (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Heimond, Dienst Stadsontwikkeling Resultaat.- 1. Een veiligheidschecktist voor gemeente-ambtenaren 1 3 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 2. Vijf getoetste gemeentelijke plannen 3. Een workshop voor gemeente-ambtenaren over veiligheid in de fysieke leefomgeving en de toepassing van de checklist in hun dagelijks werk Betrokken partijen: Gemeente Heimond (Dienst Algemeen Welzijn, Dienst Stadsbeheer, Dienst Stadsontwikkeling, BestuursdienstlEeleidscoördinatie, Bestuursdienst'BJZ, Politie HeimondlAfdelingen Centrum, West en Oost, Brandweer Heimond, Stichting Stadswacht Heimond, Novadic, Stichting Maatschappeqke Opvang Heimond (SMO). Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning. 1. Eerste helft 2002 2. Zomer 2002 3. Tweede helft 2002 Samenhang: Actiepunten 5, 7, 8, 11 en 12, MOP-programmapunten Fl l, S14 en S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen Naast bovenstaande acties, is er nog een aantal acties dat specifiek voor een bepaalde groep overlastveroorzakers geldt. Actie 4. Vergroten rol van de Heimondse scholen Wij willen de scholen in Heimond een grotere rol geven in de aanpak van overlast veroorzaakt door rondhangende jongeren. Verschillende rollen zijn denkbaar, variërend van het signaleren en melden van risicojongeren aan betrokken instanties, tot het uitvoeren van projecten op scholen, zoals 'Veilig op School' en zelfs meer structureel door bijvoorbeeld de invoering van het concept van de brede school, waarop (in een ander verband dan het integraal veiligheidsbeleid) binnen de Dienst Algemeen Welzijn een eerste oriëntatie plaats vindt. De invulling van deze grotere rol zal per (type) school of locatie verschillen en hangt enerzijds af van de problematiek rond de schoollocaties en de huidige aanpak. Anderzijds speelt ook de bereidheid en capaciteit van de scholen zelf een rol. Twee scholen participeren vanaf augustus 2001 al in het Jeugdpreventieteam (JPT). Door een inventarisatie in het kader van de Jeugdmonitor, uitgevoerd door de gemeentelijke afdeling Onderzoek en Statistiek, zullen wij de mogelijkheden om meer scholen ook meer te betrekken in kaart brengen. Op basis van de uitkomsten zullen wij vervolgens bepalen hoe wij stapsgewijs het aantal scholen en de rol van de scholen verder gaan vergroten. De uitvoering van de stappenplan kan in 2003 zijn beslag krijgen en onderdeel worden van het volgende Actieprogramma IVB 2003. Opdrachtgever.- Wethouder Welzijn (bestuuilijk) en directeur Dienst Algemeen Welzijn (ambtelijk) Actiehouder. Gemeente Heimond, Dienst Algemeen Welzijn Resuitaat.@ 1. lnventarisatierapport van afdeling Onderzoek en Statistiek, met daarin per school de mogelijkheden tot een gr@otere rot en de namen van contactpersonen; 2. Minimaal vier schoten participeren in een maandelijks overleg van de Jeugdpreventieteams,@ 3. Stappenplan over verdere vergroting van het aantal scholen en hun (grotere) rol bij de aanpak van overlast veroorzaakt doorjongeren Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Bestuursdienstlafdeling Onderzoek & Statistiek, Dienst Algemeen Welzijn, scholen in Heimond en de Jeugdpreventieteams Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Eerste helft 2002 2. Tweede helft 2002 3. Eind 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 3, 1 1 en 12, MOP-progr-ammapunten Fl 1, S 1 4 en S 1 5, S16, U17 14 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking. Reguliere middelen Actie 5. Onderzoeken haalbaarheid gebruikersruimte Wij staan voor de moeilijke opgave om minder overlast op straat te krijgen terwijl ernst en omvang van de probleemveroorzakers aantoonbaar toenemen. Meer toezicht op straat vermindert de overlast ons inziens onvoldoende en de (weliswaar effectieve) manier om een gericht programma op te stellen voor iedere gebruiker, mede in het kader van de Stelselmatige Dader Aanpak (SDA) levert slechts op de lange termijn daadwerkelijke vermindering van de overlast op. Om een positief effect op de overlast ook op de korte termijn te bereiken, zou de komst van een gebruikersruimte voor alcohol- en drugsverslaafden soulaas kunnen bieden. Gebruikersruimten kennen behalve voordelen ook mogelijke nadelen en een eventuele komst van een dergelijke voorziening verdient derhalve een zorgvuldige voorbereiding. Wij gaan daarom allereerst een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren, waarin de lusten en de lasten rondom mogelijke locaties inzichtelijk worden gemaakt. Een Veiligheidseffectrapportage en een consuitatieronde met de Klankbordgroepen zullen onderdeel uitmaken van dit haalbaarheidsonderzoek. Op basis van de uitkomsten zal de gemeenteraad na de zomer van 2002 een beslissing nemen of er al dan niet een gebruikersruimte gaat komen en zo ja, waar. Indien er een gebruikersruimte komt, zal deze naar verwachting op zijn vroegst begin 2003 operationeel kunnen zijn. Opdrachtgever. Wethouder Welzijn (bestuurlijk) en directeur Dienst Algemeen Welzijn (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Heimond, Dienst Algemeen Welzijn Resultaat. 1. Rapportage over haalbaarheid gebruikersruimte voor alcohol- en drugsverslaafden; 2. Beslissing over de komst (al dan niet) van een gebruikersruimte Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Bestuursdienstlafdeling Bestuurs-Juridische Zaken, dienst Stadsontwikkelinglafdeling Ruimtelijke Ordening Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Zomer 2002 2. Voor eind 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 3, 11 en 12,- MOP-programmapunten Fl 1, S13, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: fl45. 000, - (E 20.420, 1 1) uit Bestemmingsreserve Veiligheid Actie 6. Uitbreiden aanpak woonoverlast Najaar 2001 heeft de gemeenteraad besloten de werkwijze omtrent het verminderen van (extreme) woonoverlast, die in een pinot in Binnenstad-Oost ontwikkeld is, te verbreden. De pilot heeft ons veel geleerd over de grote differentiatie in woonoverlastvormen en de daarop toegespitste benaderingen die nodig zijn om het probleem structureel te verminderen en te voorkomen. De pilot heeft ons ook duidelijk gemaakt dat een aanpak tegen woonoverlast alleen werkt onder strakke regie en coördinatie, een duidelijke rolverdeling, een goede voortgangsbewaking en een niet aflatende vasthoudendheid en betrokkenheid van vele partijen. òp basis van de adviezen uit het evaluatieverslag van het Samenwerkingsverband Aanpak Woonoverlast Binnenstad-Oost guni 2001), gaan wij de aanpak in 2002 verder verbreden naar de overige delen van Binnenstad-Oost. Eind 2002 stellen wij op basis van de ervaringen eventueel nieuwe gebieden vast voor het jaar 2003. Ook zullen wij in incidentele gevallen een beroep doen op deze aanpak indien zich elders in de stad een extreem voorval voordoet dat middels deze benadering op te lossen is. Opdrachtgever.- Wethouder Welzijn (bestuurlijk) en directeur Dienst Algemeen Welzijn (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Hetmond, Dienst Algemeen Welzijn, projectbureau 1 5 Actieprogramma IVB Helmond 2002 Versie 20 december 2001 Verantwoordelijk.- Algemeen Maatschappelijk Werk in samenwerking met Gemeente Hetmond, coördinator IVB Resultaat. Invoering aanpak woonoverlast in gehele gebied Binnenstad-Oost Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Dienst Algemeen Welzijn, projectbureau, Bestuursdienst'Beleidscoördinatie, Politie HeimondlAfldelingen Centrum, Algemeen Maatschappelijk Werk (AMKO, Stichting Welzijnsbevordeiing Hetmond (SWH), Stichting Stadswacht Heimond, Novadic, RIAGG, Stichting Maatschappelijke Opvang Heimond (SMO), Woningcorporaties Woonpartners en Volksbelang. Voortgangsbewaking: Gemeente Helmond, coördinator IVB Planning: Eind 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 11 en 12,@ MOP-programmapunten Fl l, S13, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen en Leefbaarheidsfonds GSB (waarin voor de periode 2000 - 2003 fl330. 000, -(E 149.74 7,4 7) geraamd is). 2.2 Vermindering inbraak, fietsendiefstal en vernieling Begripsbepaling Onder inbraak verstaan wij het aantal inbraken en pogingen daartoe in woningen en auto's. Ook diefstal uit of vanaf de auto rekenen wij onder'auto-inbraak.' Onder fietsendiefstal verstaan wij diefstal van fietsen (niet zijnde brom- of snorfietsen) of pogingen daartoe. Onder vernieling verstaan wij alle vormen van vandalisme of baldadigheid waarbij schade aan een object is toegebracht. Graffiti rekenen wij hier ook onder. Het voorkomen van deze vermogensdelicten moet blijken uit de aangifteregistratie van politie Hetmond, meidingenregistraties aan Stichting Stadswacht Heimond en uit de tweejaarlijkse lnwonersenquéte waarin gevraagd wordt naar slachtofferschap van deze delicten. De aanpak van deze delicten is in alle grote steden prioriteit in het kader van het Grotestedenbeleid. Wij hanteren dan ook zo veel als mogelijk de definities die binnen het Grotestedenbeleid zijn afgesproken. Diagnose Aanpak richt zich op de juiste problemen De veiligheidsaanpak in gemeente Heimond richt zich al enige jaren mede op het terugdringen van inbraak, fietsendiefstal en vernieling. Dat vindt zowel in pro-actieve zin plaats (Politiekeurmerk Veilig Wonen in nieuwbouwprojecten), als in preventieve zin (er zijn inmiddels vier bewaakte fietsenstallingen in het centrum, het aantal Stadswachten is uitgebreid). Ook in repressieve zin (het Hausseteam van de politie) en in de sfeer van nazorg (het Quickserviceteam verwijdert graffiti in het kader van de integrale graffiti-aanpak, justitie treft schaderegelingen) voerde de verschillende partijen gezamenlijk een probleemgericht beleid. Aanpak niet succesvol genoeg De aanpak lijkt ten dele succes te hebben. Het aantal woninginbraken is door de jaren heen afgenomen en kent al enige jaren een betrekkelijk klein woninginbraakrisico dat schommelt rond de 1,5 procent. In de regio en landelijk ligt dit percentage echter nog lager. Ondanks de vele maatregelen is het aantal vernielingen waarvan jaarlijks aangifte wordt gedaan echter hoog, evenals het aantal gestolen fietsen waarvan aangifte wordt gedaan. Er wordt veel aandacht besteed aan preventieve maatregelen, maar de daadwerkelijke en beleefde pakkans van daders van dit type delicten blijkt nog steeds te klein, net als de opsporingscapaciteit en -prioriteit bij de politie. Daarnaast worden vernielingen en bekladdingen in veel gevallen niet gemeld, zoals eerder geconstateerd in paragraaf 2.1, of niet hersteld zodat zij lange tijd het straatbeeld negatief blijven beïnvloeden. Vooral dit laatste heeft een directe invloed op de veiligheidsbeleving van de Heimonders. 16 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 In het vergroten van de pakkans, vergroten van de opsporingsmogelijkheden van de politie en intensivering van de snelherstel-aanpak liggen ons inziens de kansen om nog in 2002 meer effect uit de totale aanpak te behalen (--> Actie 7 en Actie 8). Meer individuele hulpverleningstrajecten gewenst De opgepakte veelplegers worden zoveel mogelijk via de Stelselmatige Dader Aanpak (SDA), via de Individuele Traject Begeleiding SDA Jeugd (ITB-SDA-J) en via een Individuele Traject Begeleiding Cdminaliteit ]n Relatie,tot Etnische Minderheden (ITB-CRIEM) aangepakt. Voor 9eenmalige daders' is het project Preventie Recidive Heimond ontwikkeld, maar dat project is (nog) niet ten uitvoering gebracht. De succesvolle trajecten ten spijt, worden veel doelstellingen van verschillende hulpverleningstrajecten tot nog toe niet altijd gehaald. Een van de oorzaken hiervan blijkt te zijn dat er te laat wordt geconstateerd dat tussentijdse resultaten uitblijven en er eigenlijk in een eerder stadium bijstellingen nodig waren (--> Organisatorische randvoorwaarde C in hoofdstuk 4). Meer maar nog onvoldoende vroegtijdig signaleren Daarnaast bestaat de sterke indruk dat wij weliswaar steeds meer maar nog steeds niet genoeg investeren in het signaleren en voorkomen van delinquent of deviant gedrag op jonge leeftijd. Zowel de Jeugdpreventieteams (JPT's) als bijvoorbeeld het Project Marokkaanse jongeren houden zich onder meer bezig met vroegtijdige signalering, soms preventief, via onderwijs en welzijninstellingen, dan weer curatief, via dezelfde instanties voor wat betreft risicojongeren. Ook politie en justitie doen moeite om er steeds vroeger bij te zijn, al verwijst Politie Heimond relatief weinig jongeren door naar het Halt-bureau. Vooral met dit laatste laten wij een duidelijke kans ongemoeid om jongeren te helpen uit het politie- en justitiecircuit te blijven (--> Actie 7 en Organisatorische randvoorwaarde C in hoofdstuk 4). Doelstelling Het beoogde effect van het uitvoeren van de bestaande en aanvullende acties is dat het totale slachtofferschap van vermogensmisdrijven en van vernielingen in het jaar 2004 terug is op het niveau van 1998. MOP-doelstellingen Afgeleid van de doelstellingen uit het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) stellen wij dat uit de lnwonersenquéte van 2005, die gaat over het jaar 2004, moet blijken dat de indicator voor vermogensdelieten (op de schaal 1 -1 0) maximaal 4,3 aangeeft. Daarnaast moet uit de enquéte blijken dat maximaal 1 0, 1 % van de Heimonders in 2004 slachtoffer is geweest van vernieling. Met het behalen van deze doelstellingen zou de situatie zijn teruggekeerd naar die van 1998. In de tussentijd willen wij dat uit de lnwonersenquéte van 2003, die gaat over het actieprogrammajaar 2002, blijkt dat de indicator voor vermogensdelicten (op de schaal 1 -1 0) maximaal 4,4 aangeeft wat hetzelfde niveau is als het jaar 2000. Daarnaast moet uit de enquéte blijken dat maximaal 1 1 % van de Heimonders in 2002 slachtoffer is geweest vernieling, wat ruim 1,6 procentpunt minder is dan in 2000. Aanvullende Actieprogramma-doelstellingen Daarnaast willen wij dat ook uit de politieregistraties uit andere onderdelen van de lnwonersenquéte blijkt dat het slachtofferschap is verminderd. Gecorrigeerd naar aangiftebereidheid en inwonersaantal willen wij dan ook dat in 2004 het aantal aangiften van woninginbraken op het lage niveau blijft van 1 999 en dat het aantal aangiften van auto-inbraken en fietsendiefstallen terug is op het niveau van 1998. Ditzelfde moet blijken uit de lnwonersenquéte van 2005. Voor aangiften en meldingen van vernielingen (inclusief graffiti) gaan wij vanaf 2002 een andere nader vast te stellen registratie voeren; derhalve gebruiken we de inwonersenquétes voorlopig als beste bron. Voor het jaar 2002 betekent dit dat wij streven naar een gelijk blijvend woninginbraakrisico van rond de 1,5%, een daling naar maximaal 650 aangiften van auto-inbraken en een daling naar 17 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 maximaal 950 aangiften van fietsendiefstallen. Wij gaan er daarbij van uit dat de aangiftebereidheid in dat jaar niet wezenlijk kleiner of groter is dan in 1999, omdat anders een vertekend beeld ontstaat. Uit de 1 nwonersenquéte van 2003 moet verder blijken dat het slachtofferschap in het jaar 2002 voor auto-inbraak ('specifiek: diefstal uit/vernieling van auto') maximaal 26% bedraagt (in 2004: 25%), van fietsendiefstal maximaal 12% (in 2004: 1 1 %) van vernieling maximaal 12% (in 2004: 19%) en van woninginbraak maximaal 8% (in 2004: ook 8%). Acties ter vermindering van inbraak, fietsendiefstal en vernieling in 2002 Aan de hand van de eerder aangegeven diagnose zijn wij tot de onderstaande acties gekomen, die in aanvulling op de bestaande aanpak moeten leiden tot vermindering van de hier genoemde aspecten. Wij verwachten allereerst dat het continueren van de huidige aanpak grotendeels voldoende moet zijn om de doelen voor 2002 te behalen. Hier en daar zal wel kritisch naar de effectiviteit van de eigen werkwijze gekeken moeten worden, maar ingrijpende wijzigingen zijn ons inziens voor 2002 niet wenselijk of gewoonweg niet haalbaar. Verder zijn een aantal nieuwe acties die zich (mede) richten op het verminderen van overlast (Overlastacties 3 en 4 en de organisatorische randvoorwaarden A en C) ook van invloed op het verminderen en voorkomen van inbraak, fietsendiefstal en vernieling. Deze acties gaan wij hier dan ook niet herhalen. En tot slot willen wij ons in de aanpak van deze beleidsprioriteit in 2002 vooral richten op de aanpak van vandalisme, omdat een intensivering in de aanpak vooral daar wenselijk en nodig is. Het aantal aanvullende acties binnen deze prioriteit blijft derhalve beperkt tot twee. Actie 7. Vergroten van de pakkans Omdat wij vertrouwen hebben in de vete preventieve maatregelen, projecten en activiteiten gericht op (potentiële) daders van vandalisme en baldadigheid en graffiti-spuiters, willen wij de 1veiligheidsketen'- samen met het volgende actiepunt 8 - sluiten door binnen de voor 2002 gestelde capacitaire en Normatieve kaders te zoeken naar alternatieve mogelijkheden tot het vergroten van zowel de beleefde (gepercipieerde) pakkans als de feitelijke pakkans. Hiertoe de gezamenlijke inzet is vereist van gemeente, politie, bureau Halt, OM, Stichting Stadswacht Heimond. Beperkende factor is nadrukkelijk dat vandalisme, baldadigheid en graffiti ook in 2002 geen prioriteit is van Politie Heimond en dus van de politie nauwelijks inzet verwacht mag worden. Anderzijds heeft het nieuwe Justitiekantoor in Heimond samen met haar partners dit onderwerp een van haar speerpunten benoemd, wat nieuwe kansen geschapen heeft. Voor 2002 betekent dit dat de gemeenteraad tijdig de gewenste politie-inzet op dit punt kenbaar maakt voor het jaar 2003. Op initiatief van het Openbaar Ministerie (vanuit het Justitiekantoor Heimond) zullen deze partijen tijdens een eenmalige workshop een concrete en creatieve aanpak formuleren. Een aanpak die, met alle organisatorische en financiële beperkingen van dien, de feitelijke en beleefde pakkans daadwerkelijk vergroot in 2002. De partijen gaan ook gezamenlijk vaststellen hoe het effect van deze nieuwe aanpak wordt vastgesteld. Opdrachtgever.- De burgemeester Actiehouder.- Openbaar Ministerie, vanuit Justitiekantoor Hetmond Resultaat. 1. Workshop over aanpak vandalisme, baldadigheid en graffiti waarbij een vernieuwende aanpak voor 2002 wordt opgesteld, 2. Het uitvoeren van de nieuwe aanpak voor 2002, 3. Het tijdig kenbaar maken van de gewenste politie-inzet voor 2003 op dit beleidsspeerpunt, door de gemeenteraad via de burgemeester, Betrokken partijen: Gemeente Helmond, Dienst Algemeen Welzijn, Dienst Stadsbeheer, Politie HetmondlAfdelingen Centrum, West en Oost, Justitiekantoor Heimond, Bureau Halt, Stichting Stadswacht Heimond. Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Medio 2002 2. Eind 2002 18 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 3. Medio 2002 Samenhang.- Actiepunten 1, 2, 8, 11 en 12" MOP-programmapunten Fl 1, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking.- Reguliere middelen Actie 8. Intensiveren snel-herstelaanpak Bij het sluitend maken van de aanpak gericht op (potentiële) daders van vandalisme, baldadigheid en graffiti hoort niet alleen het vergroten van de pakkans (actie 7) maar ook het intensiveren van de aanpak om de schade snel te herstellen. Dit ontmoedigt daders en zorgt voor het behoud van een schoon en onbeschadigd straatbeeld. Complicerende factor voor deze aanpak is op dit moment een tekortschietende systematiek van signaleren, melden en herstellen. Daarnaast hebben de betrokken partijen (gemeente, politie, bureau Halt, OM, Stichting Stadswacht Heimond) de programma's, prioriteiten en budgetten voor 2002 al vastgesteld, waardoor er op het eerste gezicht weinig speelruimte lijkt voor verbetering. Op initiatief van de coördinator IVB zullen deze partijen tijdens een eenmalige workshop een concrete en creatieve aanpak formuleren. Een aanpak die, met alle organisatorische en financiële beperkingen van dien, een sneller herstel ten gevolg heeft dan de huidige aanpak van beschadigingen, vernielingen of bekladdingen in de openbare ruimte. Hierbij kan sterk geleund worden op de successen van de reeds in gang gezette integrale graffiti-aanpak. Om het effect op de veiligheidsbeleving en de leefbaarheid in de wijken zo groot mogelijk te laten zijn, krijgen bewoners een (nader vast te stellen) rol bij het prioriteren van hetgeen er snel aangepakt moet worden in de wijk. De partijen gaan gezamenlijk vaststellen hoe het effect van deze nieuwe aanpak wordt vastgesteld. Opdrachtgever. Wethouder Stadsbeheer (bestuurlijk) en directeur Dienst Stadsbeheer (ambtelijk) Actiehouder. Gemeente Heimond, coördinator IVB Resultaat., 1. Workshop over snel herstel vandalisme, baldadigheid en graffiti waarbij een vernieuwende aanpak voor 2002 wordt opgesteld, 2. Het starten van de uitvoering van de nieuwe aanpak in 2002, Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Dienst Stadsbeheer, Politie HeimondlAfdelingen Centrum, West en Oost, Justitiekantoor Helmond, Bureau Halt, Stichting Stadswacht Heimond. Voortgangsbewaking: Gemeente Hetmond, coördinator IVB Planning: 1. Medio 2002 2. Eind 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 4, 7, 1 1 en 12, MOP-programmapunten Fl 1, S 14, S 1 5, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen 2.3 Vermindering geweld Begripsbepaling Onder geweld verstaan wij in dit verband het uiten van fysiek geweld tegen personen. Diagnose Jaarlijks wordt er in Heimond tussen de 500 en 600 aangiften gedaan van geweld, zowel gepleegd op de openbare weg (tussen onbekenden en in de relatiesfeer) als gepleegd in huiselijke kring. Het is bekend dat van een groot deel van de geweidsdelieten geen aangifte wordt gedaan. Ook is duidelijk dat de omvang en de ernst van het geweld geleidelijk aan toeneemt. De omvang en toename in het geweld baart ons zorgen, evenals politie en justitie. Het verminderen van geweld kent dan ook een hoge prioriteit voor deze drie partijen. 19 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Aanpak huiselijk geweld nog in kinderschoenen Wat het verminderen van huiselijk geweld betreft is de verantwoordelijkheid voor de aanpak geruime tijd onduidelijk geweest. Verschillende partijen waren er op even verschillende manieren bij betrokken. Politie Brabant Zuid-Oost heeft het initiatief genomen om bij welzijns- en hulpverleningsinstanties, via de provincie, aandacht te vragen voor een pro-actieve aanpak van huiselijk geweld. De politie ziet de eigen organisatie als vindplaats en zal ook de repressieve kant voor haar rekening nemen als hulpverlening of bemiddeling niet slaagt. Maar ook andere partijen voelen zich medeverantwoordelijk voor een aanpak, of een gedeelte daarvan. Zo richten veel scholen zich bijvoorbeeld door middel van het Marietje Kessels-project op het vergroten van de weerbaarheid van kinderen. Ook het Justitiekantoor Helmond gaat zich mede richten op de aanpak van huiselijk geweld, door onder meer uitbreiding van slachtofferzorg en schadebemiddeling. Hoewel er in de afgelopen twee jaar veel initiatieven gestart zijn, moeten we ook constateren dat de kennis over huiselijk geweld (aard, omvang, achtergronden, effecten, beïnvloedingsmogelijkheden) en dus ook de daadwerkelijke aanpak ervan nog in de kinderschoenen staat. Aanpak uitgaansgeweld in gevorderd stadium Op het gebied van uitgaansgeweld zijn onlangs eveneens verschillende initiatieven gestart. Op initiatief van Heimondse onderwijsgevenden, meewerkenden van de Vredesgroep Kerken Heimond en burgers tegen Zinloos Geweld hebben wij samen een overlegplatform opgericht, dat werkt aan preventie van zinloos geweld. Dit platform, waarin ook politie, jongerenwerk SWH en het PON participeren, heeft een videofilm gemaakt in Heimond over zinloos geweld. De video gaat gebruikt worden als start voor wijkdiscussies en als lesmateriaal op scholen. Daarnaast wordt er momenteel een onderzoek afgerond naar achtergronden van uitgaans- en verkeersgeweid door politie Brabant Zuid-oost en de Katholieke Universiteit Brabant (IVA Tilburg). Hierin worden handvatten geboden voor een nieuw beleidsinitiatief op dit terrein Actie 9). Een hiermee samenhangend initiatief is het verbeteren van het taxivervoer in het uitgaanscentrum door het creëren van verbeterde opstelplaatsen waardoor conflictsituaties beperkt worden. In een vergevorderd ontwikkelingsstadium bevindt zich verder het taxiveiligheidsproject. Dit regionale project, dat getrokken wordt door de politie, zal eveneens in 2002 uitgevoerd gaan worden. Het project richt zich enerzijds op het tegengaan van geweld tegen taxichauffeurs en anderzijds op het tegengaan van geweld in uitgaancentra rondom taxi- opstapplaatsen, waar uitgaanspubliek en chauffeurs het slachtoffer van zijn. Ook in 2002 zal de politie horeca-expertmeetings organiseren waarbij net als in 2001 praktijkoefeningen worden gehouden tussen portiers, politie, horeca en gemeentelijke veiligheidscoördinatoren en werkafspraken worden gemaakt. Al met al zijn verschillende partijen actief en is een aanpak van uitgaansgeweld in gang gezet. Doelstelling Hoofddoeistelling van de uitvoering van de acties en de aanvullende actie is dat er in het jaar 2002 minder slachtoffers zijn van geweidsdelicten dan in de voorgaande twee jaar. Als referentie nemen wij hiervoor het gemiddelde aantal bij politie Heimond geregistreerde aangiften van geweld in 2000 en 2001. Daarnaast willen wij ook een toets op onze aanpak aan de hand van bewonersonderzoek. Zo willen wij dat uit de lnwonersenquéte uit 2003 blijkt dat het percentage Heimonders dat aangeeft in de afgelopen twaalf maanden (in 2002) slachtoffer te zijn geweest van geweld maximaal 5 procent bedraagt. In 2000 was dat nog 6%. Acties ter vermindering van geweld in 2002 Aan de hand van de hier geschetste diagnose zijn wij tot het volgende actiepunt gekomen, dat, samen met de bestaande aanpak, moet leiden tot vermindering van het geweld in Heimond. Wij 20 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 komen hier uit op slechts één aanvullende actie, omdat wij menen dat deze samen met de reeds in gang gezette maatregelen afdoende is. Actie 9. Ontwikkelen en uitvoeren aanpak geweld Wij vertrouwen erop dat de uitkomsten van het onderzoek door politie Brabant Zuid-Oost en de Katholieke Universiteit Brabant voldoende basis leveren voor een aanpak ter vermindering geweld in onze stad. Vooruitlopend daarop willen wij het uitvoeren van deze aanpak alvast als actiepunt in dit programma opnemen. Daarmee wordt deze aanpak nu reeds geborgd in onze organisatie. Wie in de ontwikkeling en de uitvoering van de geweidsaanpak precies welke activiteiten ontplooien is nog niet bekend. Afgesproken is in eik geval dat de aanpak in 2002 ontwikkeld wordt en uiterlijk begin 2003 van start gaat. Opdrachtgever. De burgemeester Actiehouder Politie Heimond Resultaat. 1. Onderzoeksrapportage over achtergronden en oorzaken van het geweld in Heimond door IVA TILBURG; 2. Ontwikkeling van een aanpak ter vennindering van geweld in Heimond, 3. Start uitvoering nieuwe aanpak tegen geweld, in aansluiting op het het regionaal taxiveiligheidsproject Betrokken partijen: In ieder geval Gemeente Heimond, Dienst Algemeen Welzijn, Politie HeimondlAfdelingen Centrum, West en Oost, GGZ en Justitiekantoor Hetmond. Overige partijen worden vastgesteld tijdens ontwikkeling van de aanpak Voortgangsbewaking: Gemeente Helmond, coördinator IVB Planning: 1. Eerste kwartaal 2002 2. Derde kwartaal 2002 3. Laatste kwartaal 2002 Samenhang: Actiepunten 2, 4, 10, 11 en 12" MOP-programmapunten Fl 1, S13, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar Financiën en dekking: Reguliere middelen, fl45. 000, -(,E20.420, 1 1) onderzoek IVA en fl25. 000, - (E 11.344,51) voor regionaal taxiveiligheidsproject (Bestemmingsreserve Integraal veiligheidsbeleid) 2.4 Vermindering verkeersongevallen Begripsbepaling Onder verkeersongevallen verstaan we het aantal bij de politie geregistreerde verkeersongevallen in Heimond, waarbij we het onderscheid maken tussen ongevallen 'met uitsluitend materiele schade' (UMS), ongevallen met letsel en ongevallen met dodelijke afloop. Het verminderen van het aantal verkeersongevallen is al jaren speerpunt van landelijk verkeersveiligheidsbeleid (in het kader van 'Duurzaam Veilig') en het Grotestedenbeleid, waaraan Heimond zich heeft gecommitteerd in de uitvoering. Verminderen van het aantal emstige verkeersongevallen is daarmee expliciet doel van gemeentelijk beleid geworden. Diagnose Verkeersonveiligheid nam jaarlijks fors toe De ontwikkeling van het aantal verkeersongevallen laat tot en met 1999 een ongunstig beeld zien. De toename in de periode 1995 - 1999 bedroeg zelf 46% terwijl juist een vermindering van 20 procent beoogd werd over de periode 1996 - 2004 (Meerjarenontwikkelings-programma, 1999, pagina 59). Dagelijks vonden er in het peiljaar 1999 gemiddeld 5 verkeersongevallen per dag plaats in Helmond. In een van de drie gevallen gaat het daarbij om andere dan ongevallen met uitsluitend materiële schade. Volgens het door de gemeenteraad vastgestelde Gemeentelijk Verkeersveiligheidsplan van 1997 (GVVP) moet uiteindelijk in 201 0 een vermindering behaald zijn van 50% van het aantal doden, 21 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 en 40% van het aantal gewonden, vergeleken met 1986. Daarmee is Heimond wel degelijk op de goede weg. Actieplan verkeersruimte systematisch. In het kader van het door de gemeenteraad vastgestelde Gemeentelijk Verkeersveiligheidsplan van 1997 (GWP) stellen wij jaarlijks het Actieplan Verkeersruimte op, op basis van analyses van verkeersongevallenregistraties. Op basis van de 'black spots' die deze analyse oplevert, wordt een maatregel gecontinueerd of aangepast. Het inzetten van Rood Licht Camera's, die tevens knippen bij te hoge snelheden, behoort ook tot een van deze maatregelen, waarover de gemeenteraad jaarlijks beslist. In 1999 is een aantal van de GWP-maatregelen uitgevoerd. Sindsdien zijn de cijfers omtrent verkeersongevallen wat gunstiger. Het totaal aantal ongevallen in de jaren 1999, 2000 en 2001 (geextrapoleerd) bedroeg respectievelijk 1887, 1692 en 1745 - over de laatste drie jaar bezien dus een wat gunstiger lijn. Het aantal ongevallen met letsel daalt wel gestaag sinds 1998. Van 233 in 1998, via 215 in 1999 en 182 in 2000 lijkt voor 2001 het aantal verkeersongevallen met letsel uit te komen op 14d3. Het aantal ongevallen met dodelijk slachtoffer varieert in die periode tussen de 2 en 5. Ter vergelijking: in het basisjaar 1996 vielen er 185 slachtoffers, terwijl de doelstelling is om dit in het streefjaar 201 0 teruggebracht te hebben tot 108 slachtoffers. Actieplan verblijfsgebieden goed op schema, effect nog onbekend Met de voorbereiding van de inrichting van 30-km zones in een aantal wijken is in Heimond, in samenwerking met bewoners, een start gemaakt met het uitvoeren van landelijk beleid. Uiterlijk in 2002 zal in alle 'verblijfsgebieden' binnen de bebouwde kom de maximumsnelheid zijn teruggebracht van 50 naar 30 kilometer per uur. Op dit moment is ook al driekwart van de gebieden waar de maximumsnelheid van 80 naar 60 kilometer wordt teruggebracht op correcte wijze ingericht, door drempels en verkeersborden. Wat het effect is van deze ingrepen op de verkeersveiligheid wordt op dit moment onderzocht. Nieuwe landelijke verkeersregels ingevoerd, effect nog onbekend Door de (landelijke) invoering van de bromfiets op de rijbaan en 'rechts gaat voor met de bijbehorende campagnes verwachten wij bovendien dat er een goede preventieve maatregel is toegevoegd aan de bestaande repressieve maatregelen Het Heimondse Platform Verkeersveiligheid verzorgt mede daarover veel preventieve en educatieve activiteiten. De meeste initiatieven zijn gericht op mentaliteits- en gedragsverandering van verkeersdeelnemers. Het effect van deze nieuwe verkeersregels op het aantal verkeersongevallen is nog niet bekend. De eerste bevindingen duiden echter op een positief beeld. Effectiviteit maatregelen Alles overziend valt ons op dat wij zeer gericht en op systematische wijze maatregelen en acties ontwikkelen. Resultaten zijn er in dat opzicht voldoende. De effectiviteit van deze aanpak lijkt desalniettemin nog niet structureel genoeg, gezien de verwachte stijging van het aantal verkeersongevallen in 2001 ten opzichte van 2000. Wij bepleiten daarom om in 2002 een grondige analyse te maken van de oorzaken van dit uitblijvende structurele effect. Met het gegeven van toenemend verkeer in Heimond willen wij desondanks dat er niet méér maar juist minder ongevallen plaats vinden (-> Actie 14). Doelstelling De uiteindelijke doelstelling is om in 2010 het aantal verkeersslachtoffers ten opzichte van 1996 terug te brengen van 185 naar 108 (-42% ). In 2000 bedroeg het aantal slachtoffers 182. Om het streefgetal in 201 0 te behalen wordt als "tussendoeistelling" er naar gestreefd om in 2004 het aantal slachtoffers met ruim 30 te hebben teruggebracht ten opzichte van 2000 (daling van 20% ten opzichte 1996). Om de daling die de afgelopen 3 jaar is ingezet structureel te maken en om de doelstelling in 2004 te halen zullen de komende jaren ingrijpende maatregelen nodig zijn. 3 Pofitiecijfers GIDS 22 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Acties ter vermindering van het aantal verkeersongevallen Aan de hand van de eerder aangegeven diagnose zijn wij tot de conclusie gekomen dat er belangrijke actie nodig is, in aanvulling op de bestaande aanpak. Actie 1 0. Herijken Gemeentelijk Verkeersvelligheidsplan Het is nu al bekend dat in 2003 en 2004 vergaande maatregelen nodig zijn om de afgesproken verkeersveiligheidsdoeistellingen te behalen. Het lopende evaluatieonderzoek naar de effecten van de huidige maatregelen zal hiertoe zeker goede aangrijpingspunten bieden. Wij denken echter dat er meer nodig is om het aantal verkeersongevallen drastisch te laten dalen tot het door de gemeenteraad vastgestelde gewenste niveau. Wij gaan dan ook op basis van de uitkomsten van de nu lopende onderzoeken (evaluatie aanpak verblijfsgebieden, evaluatie landelijke invoering verkeersregels, de studie Hoofdwegenstructuur (HWS» en een grondige analyse van de achtergronden en oorzaken van alle verkeersongevallen in Heimond (inclusief de jaren 2000 en 2001) het bestaande GVVP uit 1997 'herijken.' Dit leidt enerzijds tot de ontwikkeling en uitvoering van een hedjkt verkeersveiligheidsplan (een VVP Plus) en mogelijk anderzijds tot een inzicht in kleine, relatief eenvoudige en zichtbare ingrepen die een groot effect op het verminderen van het aantal verkeersongevallen en/of onveiligheidsgevoelens kunnen hebben. Speciale aandacht in dit herijkte plan zal er zijn voor oorzaken van verkeersongevallen op niet- black spots en mogelijke oplossingen daarvoor. Ook zullen wij analyseren welke verklarende factoren er zijn (geweest) waarom maatregelen uit het verleden al dan niet effect hebben gehad. In principe zullen de landelijke acties op verkeersgebied in Heimond gevolgd worden. In prioritering zullen die landelijke acties zoveel mogelijk aansluiten bij de uitkomsten van de eerder genoemde onderzoeksuitkomsten. Voor de uitvoering van het herijkte GVVP zullen in 2002 extra financiële middelen moeten worden vrijgemaakt om de uitvoering in 2003 en 2004 te garanderen. Opdrachtgever. Wethouder Verkeer (bestuurlijk) en directeur Dienst Stadsbeheer (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Heimond, Dienst Stadsbeheerlafdeling Beheer, bureau openbare ruimte, Groep Verkeer en Parkeren (V&P) in combinatie met Dienst Stadsontwikkeling, afdeling Ruimtelijke Ordening. Resultaat. 1. Rapportages van (nu nog lopende) evaluatieonderzoeken naar aanpak verblijfsgebieden, landelijke invoering verkeersregels en de studie Hoofdwegenstructuur (HWS» 2. Rapportage over analyse achtergronden en oorzaken verkeersongevallen, inclusief 2000 en 2001 3. Ontwikkeling van een herijkt Gemeentelijk Verkeersveiligheids Plan (VVP Plus), afhankelijk van de politieke besluitvorming n. a. v. 1 en 2. 4. Indien er relatief eenvoudige maatregelen mogelijk zijn op basis van de rapportages genoemd onder 1 en 2 zijn worden deze maatregelen geefectueerd 5. Er zijn extra financiële middelen vrijgemaakt voor het uitvoeren van het VVP Plus in 2003 en 2004 6. lmplementatie van het VVP plus, met speciale aandacht voor bestrijding van de in 2 geconstateerde achtergronden en oorzaken 7. Herprofilering van het Platform verkeersveiligheid met als doel een betere onderlinge actieafstemming en uitvoering binnen de vertegenwoordigde organisaties. Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Dienst Stadsbeheerlafdeling Verkeer, Groep Verkeer en Parkeren (V&P); Platform Verkeersveiligheid (Gemeente Heimond, afdeling Communicatie; Dienst Stadsbeheer, afdeling Verkeer,- Politie Helmond, 3V0, Ouderenorganisaties, 23 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Scholen; Fietsersbond, Gehandicaptenoverleg Heimond), Openbaar Ministerie en Stichting Stadswacht Heimond Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Kwartaal 111 2002 2. Kwartaal 111 2002 3. Tweede helft 2002 (affiankelijk van 1 en 2) 4. Tweede helft 2002 (afhankelijk van 1 en 2) 5. Tweede helft 2002 6. Vanaf tweede kwartaal 2003 7. Kwartaal lifl 2002 Samenhang: Actiepunten 2, 3, 4, 9, 10, 11 en 12" MOP-programmapunten F9, Fll, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Een maal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen (voor resultaat 1, 2 en 4 75. 000, - (E 34.033,52) uit aanvullende middelen vanuit subsidies dan wel door reshuffeling van uitvoeringsmiddelen om resultaat 3 mogelijk te maken; in de loop van 2002 vrij te maken middelen voor resultaat 6. 2.5 Vermindering onvelligheidsgevoelens Begripsbepaling Onder onveiligheidsgevoelens verstaan wij in dit actieprogramma het gevoel van angst, onbehagen of onveiligheid onder Heimonders. Een veelgebruikte algemene definitie van onveiligheidsgevoel is 'de angst om slachtoffer te worden van een delict of incident zonder daarop invloed te kunnen uitoefenen.' Omdat wij net als de andere grote steden binnen het Grotestedenbeleid vooral het veiligheidsgevoel in de directe woonomgeving willen vergroten, zal het begrip ook in tweeën worden verdeeld, te weten onveiligheidsgevoelens in het algemeen en onveiligheidsgevoelens in de eigen buurt. Diagnose Onveiligheidsgevoelens nemen toe, ook in de wijken Bijna een op de vier mensen voelt zich wel eens onveilig in de eigen buurt en dit aandeel neemt - op twee wijken na - toe (24% in 2000 tegenover 19% in 1998). Gemeentebreed zegt ruim een op de drie Heimonders zich wel eens onveilig te voelen in 2000 (35%) en ook dit aandeel neemt toe (in 1998 was dit nog 31 %). De verschillen tussen de wijken zijn groot. De wijken waar de onveiligheidsgevoelens in de eigen buurt het grootst zijn, zijn respectievelijk Binnenstad, Rijpelberg, Heimond West, Heimond Oost en Heimond Noordwest. Andere wijken zitten net onder het gemiddelde (Heimond Noord en Brouwhuis). In de wijken 't Hout, Stiphout en Dierdonk voelt naar verhouding het minst aantal mensen zich wel eens onveilig. Nog te weinig aandacht voor wat burgers belangrijk vinden Waardoor mensen zich onveilig voelen hangt van veel persoonlijke factoren af, zoals leeftijd, geslacht, slachtofferschap, leefstijl of woonbuurt. Maar ook andere factoren kunnen van invloed zijn op onveiligheidsgevoelens, zoals na de vuurwerkramp in Enschede, de cafébrand in Volendam en de terreuraanslagen in Amerika is gebleken. Uit de veiligheidsanalyse (Veiligheid in Heimond, 2001) werd duidelijk dat incidenten en delicten in de intermenselijke sfeer een groot deel van de problemen veroorzaken, zoals bijvoorbeeld de verschillende vormen van overlast, conflicten en geweld. Wij zijn ons daarom ook nu op deze zaken gaan richten omdat wij ervan overtuigd zijn dat een veiligheidsaanpak die zich richt op wat burgers belangrijk vinden, uiteindelijk ook het meeste effect sorteert op het verminderen van onveiligheidsgevoelens. 24 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Wij stellen ook vast dat wij in navolging daarvan ons meer moeten richten op wat burgers bezig houdt. Wij beslissen als bestuur nog steeds over het veiligheidsbeleid, maar de burger bepaalt in hoeverre het ook succesvol is, of dit nu terecht is of niet. Met de lnwonersenquéte, de veiligheidsanalyse als basis voor het Masterplan IVB en de bevolkingsraadpleging in het kader van de tussentijdse zelfanalyse van het Grotestedenbeleid, onderstrepen wij dat wij al begonnen zijn met een meer vraaggerichte vorm van veiligheidsbeleid. In 2002 gaan wij hiermee verder Actie 1 l). Communicatie nog te weinig zelf in de hand Evenzeer werd duidelijk dat de gemeente de regie over het communiceren over veiligheid nog niet goed in handen heeft en dat er tot nu toe (daardoor) vooral wordt gereageerd op berichten in de media, in plaats van zelf het voortouw te nemen in goede communicatie lichting interne en externe partijen en burgers (--> Actie 12). Nog te weinig bewuste beïnvloeding van veiligheidsbeleving Uit het Masterplan IVB werd verder duidelijk dat bewoners nog maar nauwelijks actief worden geïnformeerd over of betrokken worden bij de veiligheidsaanpak. Wij hebben de indruk dat de huidige instrumenten voor een grotere betrokkenheid van de burger, zoals de Klankbordgroepen, zeker nuttig zijn, maar in de huidige opzet niet altijd even efficiënt en effectief (-> Actie 1 l). Doelstelling Het beoogde effect van de aanvullende acties, gericht op het verminderen van onveiligheidsgevoelens, is dat in het jaar 2004 het aandeel inwoners dat zich (wel eens) onveilig voelt tot 25% is gedaald in alle wijken en dat nog maar 17% van de mensen aangeeft zich wel eens onveilig te voelen in de eigen buurt. Dit zal moeten blijken uit de lnwonersenquéte uit 2005. Bij een geleidelijke daling zou dit betekenen dat in de tussenliggende periode elke twee jaar tussen de 4% en 5% minder mensen zich wel eens onveilig voelen. In dit actieprogramma over 2002 willen wij daar naar toe werken. Een aantal nevendoeistellingen achten wij daarvoor nodig. Onze vooronderstelling is namelijk dat mensen zich pas minder onveilig gaan voelen, als dat vooral in de eigen buurt het geval is. Uit de lnwonersenquéte uit 2003 zal dan ook moeten blijken dat het aandeel mensen dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt is gedaald van gemiddeld 24% in 2000 naar 20% in 2002. Dat betekent dat wij de grootste dalingen willen realiseren in respectievelijk de wijken Binnenstad (in 2000: 34%), Rijpelberg (33%), Heimond West (32%), Heimond Oost (29%) en Heimond Noordwest (24% in 2000). Acties ter vermindering van onveiligheidsgevoelens in 2002 Wij zijn er van overtuigd dat het verminderen van onveiligheidsgevoelens niet louter het resultaat is van een optelsom van acties gericht op het verbeteren van de veiligheid in het algemeen of van het verminderen van het aantal slachtoffers. Praktijkervaring in veel grote steden heeft uitgewezen dat het positief beïnvloeden van de (on)veiligheidsbeleving van burgers ook gezocht moet worden in 'betrokkenheids-mechanismen.' Op basis van de eerder gestelde diagnose hebben wij voor twee belangrijke 'mechanismen van betrokkenheid' een actie geformuleerd, een vraaggerichte (actie 1 1) en een aanbodgerichte (actie 12). Actie 1 1. De wijk meer aan het woord Om onze veiligheidsaanpak vraaggerichter te gaan maken, zullen wij de negen Klankbordgroepen de gelegenheid geven om de prioriteit in de veiligheidsaanpak in de eigen wijk mede te bepalen. Wij willen dat de wijken aan het woord komen en ons door middel van het bestaande instrument van de Klankbordgroepen aangeven wat er in 2002 - in volgorde van prioriteit - in de wijk nog meer moet gebeuren dan in het verleden al gebeurd is om de veiligheidsbeleving, vaak gerelateerd aan leefbaarheid, in de wijk te verbeteren. We gaan ervan uit dat dit eenvoudig en minder eenvoudig op te lossen zaken zijn, die we soms op korte termijn, soms op middellange termijn en soms ook niet op kunnen lossen. 25 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 In Binnenstad-Oost wordt met ingang van het laatste kwartaal van 2001 al een vergelijkbare, vraaggerichte insteek gekozen via 'Buurt aan zet' - een door het rijk gesubsidieerde aanpak ter verbetering van de veiligheid en leefbaarheid, onder gemeentelijke regie door een actieve vorm van bewonersparticipatie op wijkniveau. Door het rijk en de gemeente wordt hiervoor voor de jaren 2002 en 2003 gezamenlijk 3,75 miljoen gulden beschikbaar gesteld. Onderdeel van het wijkprogramma zijn ook activiteiten ter bevordering van de veiligheid. Voor de overige wijken gaan wij een iets aangepaste benadering toepassen. Tijdens speciale themabijeenkomsten van de Klankbordgroepen worden de belangrijkste knelpunten, die het velligheidsgevoel negatief beïnvloeden, geïnventariseerd en wordt gezamenlijk een prioriteit bepaald wat als eerste zou kunnen en moeten worden aangepakt. De inventarisatie moet leiden tot het ingang zetten van een reeks van maatregelen, waarvan de eersten al voor het einde van 2002 worden uitgevoerd en zichtbaar en merkbaar voor de wijkbewoners zijn. De uitkomsten van deze speciale inventarisatieronde langs de wijken worden met hulp van de afdeling Onderzoek en Statistiek centraal verzameld door de afdeling Beleidscoördinatie, die de Klankbordgroepen onder haar verantwoordelijkheid heeft. Samen met de coördinator IVB wordt bekeken welke (kleine) maatregelen direct kunnen worden uitgevoerd of ingepast in reguliere werkzaamheden. Voor meer ingrijpende maatregelen wordt zo mogelijk een oplossing gezocht door hen onderdeel te maken van werkzaamheden in 2003. Via de Klankbordgroepen en de media zullen wij de betrokkenen op de hoogte brengen van wat er met de aangedragen suggesties en (al dan niet te nemen) maatregelen gedaan is. Opdrachtgever.- Burgemeester (bestuurlijk) en hoofd afdeling Beleidscoördinatie (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Helmond, Dienst Bestuurszaken, afdeling Beleidscoördinatie Resultaat. 1. Negen themabijeenkomsten van de Klankbordgroepen(De wijk aan het woord') waarin problematiek, prioriteit en aanpak van onveiligheidsgevoelens worden geïnventariseerd. 2. lnventarisatierapportage door afdeling Onderzoek en Statistiek over problematiek, piloriteit en aanpak per wijk, met onderscheid korte termijn, middellange termijn en lange termijn 3. Wijkaanpak-r-apportage, door afdeling Onderzoek en Statistiek in samenwerking met afdeling Beleidscoör@dinatie, waarin is aangegeven welke suggesties zijn aangedragen, en (onderbouwd) welke maatregelen er (al dan niet) getroffen wor@den en wanneer 4. In elke wijk is in 2002 tenminste één maatregel getroffen naar aanleiding van de themabijeenkomsten 5. Aan alle wijken is de wijkaanpak teruggekoppeld Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Dienst Bestuurszakenlafdeling Beleidscoördinatie; afdeling Communicatie. En de (nader vast te stellen) partijen die bij de uitvoering betrokken worden Voortgangsbewaking: Gemeente Heimond, coördinator IVB Planning: 1. Eerste helft 2002 2. Derde kwartaal 2002 3. Vierde kwartaal (begin) 2002 4. Vierde kwartaal (eind) 2002 5. Vierde kwartaal 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 12, MOP-programmapunten F9, Fll, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder Financiën en dekking: Reguliere middelen Actie 12. De gemeente meer aan het woord We gaan meer en beter communiceren met burgers, over onze veiligheidsaanpak. Wij hebben daarvoor een communicatieplan opgesteld, dat als bijlage bij dit actieprogramma is toegevoegd. In het communicatieplan geven wij aan waarom en hoe wij beter gaan communiceren naar alle betrokken bij de aanpak van (on)veitigheid in onze stad en waarover. Dit actiepunt kan onderverdeeld worden in drie onderliggende aandachtsvelden. 26 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Zeggen wat we doen Allereerst gaan we meer uitdragen wat we doen in het kader van het uitvoeren van ons veiligheidsbeleid (inspanningen en resultaten), maar ook wat niet en waarom. Speciaal voor burgers maken wij daarbij een onderscheid tussen communiceren met alle burgers van de stad, met specifieke doelgroepen (zoals senioren, allochtonen, winkeliers, alle inwoners in een specifieke buurt) of juist met individuen (bijvoorbeeld mensen die aangifte komen doen of een vraag hebben over veiligheid). Wij gaan dan ook meer op de persoon of groep personen afgestemde informatie geven, op een wijze die ook daarbij past. Zeggen wat we verwachten In de tweede plaats gaan wij meer en duidelijker aangeven welke rol wij in eik specifiek geval verwachten van de burger. Als hulpmiddel gebruiken wij daarvoor de participatieladder, die een toenemende betrokkenheid van burgers bij beleid inhoudt. In de participatieladder, waarbij het gaat om de volgende aspecten: informeren - meedenken - adviseren - meebeslissen - zelfbesturen zien we dat de burger nog te vaak onderaan deze ladder staat bij het inzichtelijk maken van, of oplossingen zoeken voor, veiligheidsgerelateerde vraagstukken. Wij gaan burgers meer betrekken als meedenken en adviseur. Doen wat we beloven In de derde en laatste plaats gaan wij minder beloven, maar wel meer doen wat we beloven. Hoewel de overheid overwegend een betrouwbare partner is, komt het helaas nog wel eens voor dat wij meer toezeggen dan we kunnen waarmaken, vanwege vaak volstrekt legitieme redenen. Zeker wat veiligheid aangaat zijn incidenten vaak aanleiding voor onrust onder bewoners, winkeliers of andere ondernemers - onrust of angst die kan toenemen als er zaken worden toegezegd die niet kunnen worden nagekomen. Hoewel dit nooit geheel uit te sluiten is, gaan wij als gezamenlijke partijen die zich richten op het verbeteren van de veiligheid in de stad, in ieder geval minder beloven, maar wel meer doen wat we beloven. De coördinator IVB zal hiertoe als'iuis in de pels'fungeren en mensen aanspreken op hun beloften, onder het mom van 'afspraak is afspraak.' Opdrachtgever. De burgemeester (bestuurlijk) en hoofd Communicatie (ambtelijk) Actiehouder.- Gemeente Heimond, afdeling Communicatie Resultaat.- 1. Informatie over veiligheidsaanpak is meer op de persoon of groep personen gericht dan te doen gebruikelijk, conform het communicatieplan 2. De burger is aantoonbaar meer betrokken als meedenken en adviseur, waar hij ons tot op heden 'slechts'van informatie voorzag 3. Tweemaal perjaar een verslag van de coördinator IVB aan college en MT waarin hij rapporteert over het al dan niet nakomen van 'afspraken in relatie tot het verbeter-en van de veiligheid in Helmond'van afdelingen of organisaties 4. Tweemaal perjaar een artikel in De Traverse, voor alle burgers, waarin wordt aangegeven hoe de voortgang is van de resultaten binnen dit actiepunt Betrokken partijen: Gemeente Heimond, Dienst Bestuurszaken, afdeling Beleidscoördinatie (coördinator IVB) ende afdeling Communicatie. Voottgangsbewaking: Gemeente Helmond, coördinator IVB Planning: 1. Laatste kwartaal 2002 2. Laatste kwartaal 2002 3. Tweede en vierde kwartaal 2002 4. Tweede en vierde kwartaal 2002 Samenhang: Actiepunten 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 1 0, 1 l; MOP-programmapunten F9, Fll, S13, S14, S15, S16, U17 Evaluatie en bijstelling: Eenmaal perjaar door de actiehouder 27 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Financiën en dekking., Reguliere middelen en fl25.000,- (E 11.344,51) voor drukwerk, zoals posters en brochures 28 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 3. Acties binnen de overige veiligheidsfaceften Voor een aantal thema's die binnen de reikwijdte van het integraal veitigheidsbeleid vallen hebben we in het Masterplan IVB 2001 - 2004 afgesproken dat zij een minder grote inhaalslag nodig hebben dan de beleidsphoriteiten. Het gaat om prostitutieoverlast, brandveiligheid (inclusief rampenbestrijding), opslag en transport gevaarlijke stoffen (inclusief milieuhinder) en zware criminaliteit. Vergeleken met de prioriteiten hebben we de aanpak hiervan redelijk goed op orde. Ook zijn onlangs ten aanzien van deze onderwerpen diverse nieuwe beleidsimpuisen gegeven op landelijk en regionaal niveau. Omdat het actieprogramma een uitvloeisel is van het Masterplan en haar prioriteiten, worden er hier geen concrete acties benoemd, zoals dat voor de andere facetten wel het geval is. Per facet geven we kort aan hoe de problematiek in Heimond luidt (voor zo ver bekend), wat het doel is van de aanpak en wat de globale werkwijze daarvan is voor 2002. 3.1 Prostitutieoverlast Als gevolg van de wijziging van het Wetboek van Strafrecht (artikel 250 bis) is het in gemeenten vanaf 1 oktober 2000 toegestaan een actief prostitutiebeleid te voeren. Voorafgaand aan deze wetswijziging hebben wij in Heimond een inventarisatie gehouden van aanwezige seksinrichtingen. Gebleken is dat in Heimond op dat tijdstip twee bordelen waren en een seksbioscoop. Bekend is verder ook dat in Heimond in eik geval een escortbureau actief is. Als uitgangspunt voor het integraal prostitutiebeleid hebben wij gekozen voor het bevriezen van de huidige situatie. De achterliggende overweging is dat in een stad van de grootte van Heimond de marktwerking er kennelijk toe heeft geleid dat twee bordelen voldoende zijn. Genoemde inrichtingen zijn vergunningplichtig. Dat geldt in Heimond niet voor escortbureaus. Landelijk is discussie gaande over de vraag of toch geen vergunningplicht moet worden ingevoerd voor escortbureaus gezien de ontwikkelingen in deze branche. Cruciaal is welke handhaafbare vergunningvoorwaarden gesteld kunnen worden. Hiernaar is op dit moment een landelijk onderzoek gaande. Door de gemeenteraad is voor het prostitutiebeleid een beleidskader vastgesteld dat deels betrekking heeft op handhaving van regelgeving en deels op de bejegening van prostituees en klanten. Binnen de politieregio Zuidoost-Brabant is gekozen voor een eenduidige aanpak met handhavingsteams. Feitelijk zijn beide bordelen momenteel gesloten. Een bordeel dat gevestigd was in een woonwijk is in verband met overlastklachten door de gemeente aangekocht; het andere bordeel wordt momenteel niet geëxploiteerd. Openstelling van bordelen is pas mogelijk indien voldaan wordt aan alle geldende regelgeving, ofwel het bestemmingsplan bouwverordening, verordening op de seksinrichtingen, Drank en Horecawet, Overlastverordening Heimond 1994, Verordening beperking horecabedrijven en milieuwetgeving. De gemeente voert geen actief beleid bij het zoeken van nieuwe locaties voor het vestigen van een bordeel. Eventuele voorstellen van gegadigden worden afgewacht. Nieuwe locaties zullen onder meer in overeenstemming moeten zijn met het provinciaal planologisch beleid. 29 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 3.2 Brandveiligheid Gemiddeld genomen over een periode van vijf jaar heeft de gemeente Heimond dagelijks te maken met een brand. In 2000 werd de brandweer ingezet voor 400 branden en 203 keer voor een brandmeiding. Daarnaast werd in totaal 369 keer uitgerukt voor hulpverlening. Sinds 1995 is er sprake van een geleidelijke stijging. Als gevolg van de substantiële groei van Heimond in de komende jaren en de toename van het wegverkeer wordt aangenomen dat de kans op een autonome groei van genoemde cijfers aanwezig is. In de komende actualisering van het beleidsplan brandweer voor de jaren 2002-2005 zal op dit punt nader worden ingegaan. Zeker is dat binnen afzienbare tijd in het gebied Brandevoort een (nood)uitrukpost van de brandweer komt om de westelijk gelegen stadsdelen binnen de daarvoor gestelde normtijden te kunnen bedienen. Door de toegenomen verkeerscongestie op de Traverse is dat pure noodzaak. Plannen zijn in voorbereiding om in 2003 een noodvoorziening in gebruik te nemen. Hoewel versterking van het brandweerkorps daarvoor noodzakelijk is, moeten we ook constateren dat de in het Beleidsplan Brandweer 1998-2001 noodzakelijk geachte personeelsuitbreiding nog niet geheel gerealiseerd is. Terwijl brandveiligheid al enige jaren hoog op de agenda staat, hebben de vuurwerkramp in Enschede en de nieuwjaarsbrand in Volendam ons nogmaals met de neus op de feiten gedrukt. Het is zaak om naast repressief optreden ook aandacht te schenken aan voorbereidende maatregelen op het terrein van pro-actie, preventie en preparatie. De brandweer heeft thans weliswaar al een expliciete rol bij de planontwikkeling (zie ook actie 3 uit dit Actieprogramma). Momenteel wordt niettemin aansluiting gezocht op de na Enschede en Volendam gedane aanbevelingen op landelijk niveau en de door de regionale brandweer Zuid-Oost Noord-Brabant gemaakte vertaalslag. Het preventie-activiteitenplan voor 2002 zal worden bijgewerkt. Nauwlettend wordt toegezien op de aanwezigheid, handhaving en begeleiding (in de vorm van ontruimingsoefeningen) van gebruikvergunningen, in het bijzonder in horecabedrijven, scholen, hotels en verzorgingstehuizen. Rampenbestrijding blijft een prioritair taakveid van Brandweer Heimond. Medewerking wordt verleend aan de totstandkoming van het regionaal beheersplan rampenbestrijding, waarbij de regionale brandweer Zuid-Oost Noord-Brabant het voortouw neemt. De gemeente beschikt over een in 1992 vastgesteld rampenplan. Mede op basis van het regionaal beheersplan rampenbestrijding wordt gewerkt aan de totstandkoming van een geactualiseerd rampenplan, dat uiterlijk begin 2003 gereed zal zijn. Het model rampenbestrijdingsplan van de regionale brandweer wordt gebruikt voor incidenten bij LPG-tankstations. Andere rampenbestrijdingsplannen in de gemeente zijn niet nodig. Opleiding- en oefenschema's zijn vastgesteld voor brandweerpersoneel, bestuurders en gemeenteambtenaren. 3.3 Opslag en transport gevaarlijke stoffen De externe veiligheid ten aanzien van gevaarlijke stoffen is onderdeel van het integraal veiligheidsbeleid. Centraal staat hierbij de beperking van mogelijke effecten van gevaarlijke activiteiten voor de omgeving. In dit jaarlijks door de gemeente te actualiseren Actieprogramma IVB zal hoe dan ook aandacht geschonken worden aan de externe veiligheid. Voor de vaststelling van externe veiligheid zal gewerkt gaan worden met normstellingen, zoals die in verschillende beleidsnota's op landelijk niveau zijn vastgelegd. In het Nationaal Milieubeleidsplan 4 zijn normen voor nieuw beleid vastgesteld. De gemeente houdt hier in haar beleid rekening mee. In de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en in het besluit gevaarlijke stoffen, wordt het vervoer, het laden en lossen en het laten staan van vervoermiddelen met gevaarlijke stoffen geregeld. In relatie met de studie hoofdwegenstructuur dient vanuit brandweer, SO en SB aandacht te worden besteed aan de gevolgen van een eventuele ondertunneling van de Kasteeltraverse. Ook het ontwikkelde vrachtwagenparkeerbeleid verdient binnen dit kader aandacht. 30 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Het gemeentelijke rampenplan voorziet in de aanpak van een calamiteit in zijn algemeenheid en wordt als zodanig ook beoefend. Door de regionale brandweer Zuid-Oost Noord-Brabant wordt enigszins analoog aan het coördinatieplan autosnelwegen een coör@dinatieplan rallincidenten voorbereid - een plan dat evenzeer past in het regionale beheersplan rampenbestrijding, dat momenteel wordt ontwikkeld. Wezenlijk voor het beleid is de handhaving. In dit verband kan melding gemaakt worden van het lopende regionale project "Risicovolle beddjven". Bedrijven Waar met stoffen gewerkt wordt die de externe veiligheid in gevaar kunnen brengen, worden stelselmatig en door alle betrokken ambtelijke diensten gezamenlijk bezocht, nadat eerst een vooraanschrijving is verstuurd. Zo zijn dit jaar in Heimond alle 41 bedrijven bezocht. De controles vonden plaats aan de hand van een standaard checklist. Het is de bedoeling dat in 2002 dit project gecontinueerd wordt. 3.4 Zware criminaliteit Het opsporen en vervolgen van plegers van zware criminaliteitsdelicten is het primaat van politie en justitie. Het regiokorps Brabant Zuid-Oost wil door een hoge pakkans, een lage opbrengst van criminele activiteiten en het verhinderen van criminele organisaties om te infiltreren in de legale economie een bijdrage leveren van het verminderen en voorkomen van deze vorm van criminaliteit. Hieronder rekenen wij onder meer illegale vuurwapenhandel, productie en verkoop van harddrugs, productie en illegale verkoop van softdrugs op grote schaal, georganiseerde autocriminaliteit, roofovervallen en activiteiten die vallen onder (voorbereidingen voor) terrorisme. Politie Brabant Zuid-Oost werkt momenteel aan het korpsjaarplan voor 2002, waarin de werkwijze en aandachtspunten voordat jaar ten aanzien van het verminderen of voorkomen van zware criminaliteit worden vastgelegd. Over de inspanningen in het kader van de terrodsmebestrijding, naar aanleiding van de aanslagen in Amedka, doen wij in het kader van dit actieprogramma geen uitspraken. Voor gemeente Heimond is er een kleine rol weggelegd, in de sfeer van preventie (vergunningverlening, toezicht, controle op naleving, voorlichting) en opvang van en nazorg aan eventuele slachtoffers. Ook verleent de gemeente ten allen tijde medewerking aan rechercheonderzoek door gegevens beschikbaar te stellen. Binnen afzienbare tijd kan de gemeente ook gebruik maken van de mogelijkheden die de Wet Bevordering Integriteitbeoordelingen door het Openbaar Bestuur biedt. 3 1 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 4. Organisatorische randvoorwaarden Begripsbepaling Onder het begrip 'organisatorische randvoorwaarden voor veiligheidsbeleid' in Heimond verstaan wij in dit actieprogramma twee aspecten. Enerzijds de staande organisatie(s) die bij de uitvoering van het integraal veiligheidsbeleid betrokken zijn en anderzijds de werkwijze die zij daarbij hanteren. Hoewel beide aspecten aan de orde komen, krijgt de werkwijze de nadruk omdat de meeste acties daarmee te maken hebben. Diagnose Sedert 1995 wordt in Heimond uitvoering gegeven aan het integraal veiligheidsbeleid. Door deelname aan het Grote Stedenbeleid vanaf 1996 is hieraan een extra impuls gegeven. In de loop der jaren is het belang hiervan sterk toegenomen (Beleidsplan Nederlandse Politie en Integraal Veiligheidsprogramma 1998). Door deelname aan het nieuwe convenant Grote Stedenbeleid in 1999 heeft Heimond zich gecommitteerd om een extra beleidsinspanning te doen op het vlak van het integraal veiligheidsbeleid. Dat heeft tot een organisatorische vertaling geleid in de notitie 'in een hogere versnelling'. Onderkend is dat een extra beleidsimpuis noodzakelijk is, gericht op inhoud en het versterken van samenhang. Aandacht valt daarbij op het bevorderen van de veiligheid op straat en de veiligheidsbeleving van de Heimonders. Samenhangend beleid nog niet goed mogelijk De samenhang en integraliteit in de veiligheidsaanpak bleek daarnaast onvoldoende gewaarborgd omdat het beleidsveid de afgelopen jaren een snelle groei gekend heeft die niet parallel liep met de daarvoor vrijgemaakte ambtelijke capaciteit. Het ontbreken van een centrale coördinator IVB droeg daar zeker toe bij. Daarnaast is 'denken aan veiligheid' bij beleidsvorming en -uitvoering nog niet voor iedereen even vanzelfsprekend, voornamelijk doordat de huidige werkprocessen niet altijd daarop gericht zijn of gewoonweg omdat de deskundigheid ontbreekt (-> Organisatorische randvoorwaarde A). Samenwerking nog niet efficiënt aenoea Mede als gevolg van de gestelde diagnose zijn ook de verantwoordelijkheden tussen partijen en personen niet altijd duidelijk geregeld. Dit maakt samen werken in projecten lastig en daar zijn er in Heimond veel van. De Heimondse ambtelijk-bestuurlijke cultuur draagt daar mede toe bij: 'iedereen' werkt met iedereen samen, men ontmoet elkaar in diverse dwarsverbanden en met vele 'petten' en de sfeer is informeel. Kortom, er wordt eerder te veel dan te weinig samengewerkt. Hoewel deze cultuur zeker zijn waarde heeft, zou een meer zakelijke en resuitaatgerichte inslag een bijdrage kunnen leveren aan een effectieve en efficiëntere veiligheidsaanpak Organisatorische randvoorwaarde B). Systematiek schiet tekoft Bij de geschetste snelle ontwikkelingen binnen het beleidsveld en de beperkte ambtelijke capaciteit hoort ook dat de systematiek van werken voor verbetering vatbaar is. De Stuurgroep IVB stuurt feitelijk niet door de samenstelling, de werkwijze en een niet op het doel van de vergadering afgestemde agendering. Het Kemteam IVB fungeerde formeel als ambtelijk voorportaal van de Stuurgroep, maar kwam als zodanig niet goed tot zijn recht, en heeft in de nieuwe situatie met de coördinator IVB geen toegevoegde waarde meer. Daarnaast is het besluitvormingstraject voor nieuwe maatregelen en projecten die een veiligheidscomponent in zich (kunnen) hebben niet helder en verdient überhaupt het'projectmatig of resuitaatgericht werken' de nodige intensivering. Zo ontbreken vaak doelstellingen van projecten of blijven projecten gewoonweg bestaan, zonder dat bekend is of zij nog bestaansgrond hebben op basis van hun resultaat of effect. Er wordt te weinig geëvalueerd en daarvan geleerd. Het feit dat wij nu beleidsprioriteiten hebben geformuleerd voor de periode 2001 - 2004, op basis van een veiligheidsanalyse en het formuleren van onze visie en ambitie, draagt al wel bij aan het 32 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 maken van noodzakelijke keuzen en systematischer werken aan veiligheid, maar er is meer nodig (-> Organisatorische randvoorwaarde C). Doelstelling Als doelstelling voor een verbeterde organisatie van het veiligheidsbeleid halen wij graag onze ambitie aan zoals wij die hebben geformuleerd in het Masterplan 2001 - 2004. Namelijk dat in 2004 bij de ontwikkeling en uitvoering van alle vormen van gemeentelijk beleid dat (in)direct burger, bezoeker of bedrijfsleven raakt, er controleerbaar aandacht is voor de verschillende schakels uit de veiligheidsketen (p roactie-preventie-preparatie-repressie-nazorg). Door zo te werken verwachten wij dat de kans om slachtoffer te worden van een strafbaar feit afneemt evenals de angst daarvoor, conform onze doelstellingen uit het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP). Een drietal organisatorische randvoorwaarden gaan het mogelijk maken om deze doelstelling te bereiken. A. Meer samenhang in beleid en uitvoering; B. Meer gerichte en betere samenwerking; C. Meer systematiek in onze manier van werken. A. Meer samenhang in beleid en uitvoering (ontschotting) Wij gaan meer samenhang brengen in ons integraal veiligheidsbeleid en in de uitvoering ervan. Dat doen wij op een aantal manieren. 1. Gemeentelijke Regiegroep IVB (Stuurgroep IVB nieuwe stijf) a. Om de regiefunctie van dit gemeentelijk overleg en de verandering ervan te onderstrepen zorgen we er voor dat per 1 januari 2002 de naam van de oude Stuurgroep IVB meer correspondeert met de functie. De Stuurgroep IVB nieuwe stijl gaat heten 'Gemeentelijke Regiegroep Integraal Veiligheidsbeleid.' b. Om het overleg werkbaar en to the point te houden, veranderen we ook de samenstelling, de omvang en de frequentie van de Regiegroep IVB met ingang van 1 januari 2002. Het overleg dat maandelijks na afloop van de B&W vergadering bijeenkomt, bestaat uit zeven personen: de burgemeester (voorzitter), coördinator IVB (secretaris), de wethouders Welzijn en Stadsbeheer, Hoofd afdeling Beleidscoördinatie, de officier van justitie en één IVB- themaverantwoordelijke onder de afdelingschefs van Politie Heimond. e. Om de Regiegroep IVB beter te laten sturen, de voortgang van het IVB beter te laten monitoren, te bewaken en bij te sturen en de bijeenkomsten meer inhoud te geven, gaat er tevens met een nieuwe agenda gewerkt worden. Een agenda die gekoppeld is aan de uitgezette koers van het Masterplan en Actieprogramma, maar die ook ruimte laat voor andere, actuele zaken de hierop van invloed kunnen zijn. De coördinator IVB verzorgt de agendavorming. 2. Partneroverleg IVB Heimond a. Om de belangrijkste intern en extern betrokkenen periodiek informatie, kennis en ervaringen te laten uitwisselen over de voortgang, knelpunten en nieuwe ontwikkelingen die van invloed zijn op de veiligheid in Heimond, beginnen we met ingang van 1 januari 2002 met het nieuw in te stellen 'Partneroverleg Integraal Veiligheidsbeleid Heimond'. b. Dit overleg lijkt in samenstelling nog het meest op de 'oude'Stuurgroep IVB, maar heeft geen collegevoorbereidende status meer. Het overleg bestaat uit tenminste de vaste leden: burgemeester, wethouders, gemeentesecretaris, diensthoofden, coördinator IVB (technisch voorzitter), politiechefs, OM, Stadswacht en een notulisl Per overleg bekijken we afhankelijk van de agendapunten welke agendaleden er uitgenodigd worden, zoals bijvoorbeeld Novadic, RIAGG of vertegenwoordigers van scholen. Ook kunnen organisaties zich aanmelden voor het houden van een presentatie. Het Partneroverleg IVB kan gezien worden als een kweekvijver en vindplaats van nieuwe inzichten en agendapunten voor ieders eigen organisatie. 33 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 c. De overlegfrequentie van het Partnerovereg IVB is eens per vier maanden (drie maal per jaar). 3. Kemteam IVB Het Kernteam IVB verdwijnt met ingang van 1 januari 2002, omdat de coördinator IVB de toegevoegde waarde van het kernteam overneemt. 4. Coördinator IVB a. De coördinator IVB, in dienst per 1 oktober 2001 als beleidscoördinator bij de centrale afdeling Beleidsondersteuning en Communicafie, gaat de rol van het Kemteam IVB overnemen door samenhang, systematiek en samenwerking binnen het veiligheidsbeleid en de uitvoering daarvan te bewaken en te regisseren. b. Hij wordt in de dagelijkse uitvoedng van het veiligheidsbeleid ambtelijk verantwoordelijk voor het (doen) uitvoeren van het Masterplan IVB en het Actieprogramma IVB. De coordinator IVB staat hierarchisch onder het hoofd beleidsondersteuning en communicatie. C. De coördinator zal bovenal als inhoudelijk adviseur en procesmanager fungeren, intern en extern, behalve voor expliciet benoemde uitvoerende taken uit het Actieprogramma. Hij wordt geen coördinerend ambtenaar rampenbestrijding - deze functie is ondergebracht bij de brandweer. d. Hij gaat de centrale interne en externe communicatie over het integraal veiligheidsbeleid en de uitvoering daarvan verzorgen in samenwerking met de afdeling communicatie. e. De coördinator IVB wordt secretaris van de Regiegroep IVB, technisch voorzitter van het Partneroverleg IVB en secretaris van de lokale driehoek, uiterlijk met ingang van 1 januari 2002. 5. Driehoeksoverleg en politiechefsoverleg Naast deze intern gemeentelijke veranderingen gaan wij nog voor januari 2002 de huidige werkwijze in het (lokale) driehoeksoverleg en het politiechefsoverleg beter op elkaar afstemmen, mede in het licht van de veranderingen in de Regiegroep en het Partneroverleg. De vijf veranderingen die hier genoemd zijn dragen allen bij aan het proces van 'ontschotting' waarop wij - mede in het kader van het Grotestedenbeleid - een actief beleid voeren. B. Meer gerichte en betere samenwerking Behalve de nadrukkelijke aandacht voor communicatie met en participatie van bewoners (actie 12), gaan wij ook de samenwerking binnengemeentelijk alsook tussen de gemeente en externe partijen verbeteren. Wij doen dit aan de hand van een communicatieplan, dat als bijlage is toegevoegd aan dit actieprogramma. Een van de sleutelwoorden bij goede samenwerking is een eenduidigheid in begrippen, zodat spookverhalen of onduidelijkheden zoveel mogelijk worden voorkomen. Het communicatieplan geeft het belang van deze eenduidigheid aan en biedt handvatten hoe hiermee om te gaan, of concreet: watje met wie communiceert, op welke wijze en waarom. De coördinator IVB zorgt ervoor dat alle intern en extern betrokkenen op de hoogte zijn van het veiligheidsbeleid van de gemeente. Ook zal hij hen adviseren zoveel mogelijk de benadering te volgen en medewerking te verlenen aan het communicatieplan. Wij zijn er van overtuigd dat een betere interne en externe communicatie niet leidt tot meer samenwerking, maar wel tot een prettiger en meer gerichte vorm van samenwerken aan veiligheid. C. Meer systematisch werken 34 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Belangrijke winst na de herijking van het integraal veiligheidsbeleid is dat wij met ingang van 2002 meer systematisch gaan werken aan veiligheid. Dit blijkt uit de volgende (nieuwe) organisatorische randvoorwaarden. 1. Masterplan en Actieprogramma's a. Het Masterplan IVB 2001 - 2004 is het nieuwe beleidskader voor veiligheidsbeleid in deze periode, alle nieuwe initiatieven op het gebied van veiligheid zullen wij toetsen aan dit kader, waarin visie, de ambitie, de problematiek, de prioriteiten, de doelstellingen en de werkwijze van het'herijkte'veiligheidsbeleid is vastgelegd. In 2005 gaan wij wederom ons beleid herijken voor de periode 2005 - 201 0 op basis van nieuwe analyses. b. Wij gaan werken met jaarlijks op te stellen actieprogramma's. Programma's die jaarlijks van omvang en karakter kunnen verschillen al naar gelang de problematiek dat vraagt. c. Het actieprogramma voor 2002 wordt eind 2002 geëvalueerd door de coördinator IVB om te bezien in hoeverre de opzet ervan verbeterd kan worden en als voorbereiding voor het Actieprogramma 2003. Hij spreekt hiervoor twee maal per jaar de verantwoordelijk actiehouder aan voor een kort verslag van de voortgang van de uitvoering van de actiepunten. d. Om de regieroi binnen het integraal veiligheidsbeleid ook naar externe partijen beter vorm en inhoud te geven, gaat de lokale driehoek op instigatie van de burgemeester de drie beleidscycli (gemeente - politie - OM) zo veel mogelijk gevolgtijdelijk op elkaar afstemmen. Het komt te vaak voor dat er geen veiligheidsgerelateerde acties ondernomen kunnen worden door verschillende partners en afdelingen omdat voor het komende (anderhalf) jaar de jaarplannen al rond zijn. Dat betekent dat in de tijd gezien eerst het Actieprogramma IVB opgesteld gaat worden, gevolgd door respectievelijk de (gemeentelijke) afdelingsjaarplannen, de jaarplannen van de politie, Stadswacht en tenslotte die van het OM. Hiermee wordt begonnen in januari 2002. Wij verwachten dat in het jaar 2004 deze afstemming voltooid zal zijn. 2. Terugkoppelen, evalueren en leren van bestaande aanpak a. De terugkoppeling over veiligheidsgerelateerde vraagstukken, besproken in de lokale driehoek, het politiechefsoverleg en Regiegroep IVB en andere overleggremia, gaat verder worden verbeterd. De Regiegroep IVB gaat hier periodiek op toezien. b. Gemeente Heimond wil het aspect'evaluatie' de plaats geven die het verdient, namelijk een vaste plaats bij iedere actie die ondernomen wordt gericht op het vergroten van de veiligheid in de stad. Bij alle nieuwe acties in dit Actieprogramma is dat nu het geval. Maar ook voor alle lopende maatregelen, projecten en activiteiten willen wij de vinger aan de pols houden. Afdeling Onderzoek en Statistiek gaat in 2002 derhalve alle lopende maatregelen, projecten en activiteiten inventariseren en evalueren, zoals deze zijn samengevat in het schema in bijlage 2. Deze inventarisatie onder alle 'trekkers' vindt plaats in opdracht van de coördinatorIVB en heeft ten doel om een goed en actueel inzicht te krijgen in alle lopende initiatieven die de veiligheid in Heimond ten goede komen. Een ander doel is om duidelijkheid te krijgen over de status en effectiviteit ervan. 3. Nieuwe (veitigheids)initiatieven a. De besluitvorming en totstandkoming van nieuw beleid, nieuwe maatregelen, projecten, activiteiten en initiatieven die een veiligheidscomponent in zich (kunnen) hebben wordt duidelijker en eenduidiger. Enerzijds door een nader vast te stellen werkwijze op basis van een proef (uit actie 3) met plantoetsingen. Anderzijds op basis van het werken met een format voor projectplannen, waarmee wij in het kader van het Grotestedenbeleid al met toenemend succes werken. Ook de acties uit dit Actieprogramma zijn zoveel mogelijk opgebouwd rondom dit format. Alle nieuwe projectplannen die een veiligheidscomponent in zich (kunnen) hebben, moeten in conceptvorm worden besproken met of worden voorgelegd aan de coördinator IVB, die hierover een (procedure)advies zal uitbrengen aan de aangever. b. De coördinator IVB gaat ambtelijk de Bestemmingsreserve Veiligheid beheren Oaarlijks fl200.000,-(E 90.756,04) in 2002 en 2003) en criteria opstellen wanneer er in principe 35 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 aanspraak gemaakt zou kunnen worden op die Bestemmingsreserve, indien reguliere budgetten niet toereikend zijn. 4. Handhavingssystematiek Afdeling Bestuurs-Juridische Zaken (BJZ) gaat een aanpak opstellen om de systematiek van de handhaving van de openbare orde en veiligheid in Heimond te verbeteren. De ervaringen van de handhavingsaanpak in Binnenstad-Oost worden hierin meegenomen, alsmede de aanbevelingen van het kabinet naar aanleiding van 'Enschede en Volendam.' Een voorstel voor deze aanpak van BJZ wordt vooijaar 2002 verwacht. Hierdoor ontbreekt het onderdeel handhaving als instrument in dit actieprogramma. In het Actieprogramma voor 2003 zal 'handhaving' een prominente rol in gaan nemen bij alle acties. 36 Actieprogramma IVB Heimond 2002 Versie 20 december 2001 Bijlage 1. Een aantal begrippen In zowel het masterplan als in het actieprogramma komen verschillende begrippen aan bod, die vaak door elkaar gebruikt worden. Om verwarring te voorkomen, wordt hieronder aangegeven wat wij onder deze termen verstaan in het kader van het integraal veiligheidsbeleid. Een maatregel, project of activiteit kan op een denkbeeldige lijn worden afgezet tegen reguliere werkzaamheden. Een maatregel die wordt genomen in het kader van het veiligheidsbeleid, is in principe structureel of langdurend van opzet. Als voorbeelden kunnen het plaatsen van een stoplicht of het aanstellen van een stadswacht worden genoemd. Een project dat wordt gestart in het kader van het veiligheidsbeleid, is eindig van karakter. Het is vaak bedoeld als experiment dat na evaluatie een vast onderdeel van de reguliere werkzaamheden kan worden. Als voorbeelden kunnen een pinot cameratoezicht en een experiment met gratis heroïneverstrekking worden genoemd. Een activiteit is een eenmalige handeling die in het kader van het veiligheidsbeleid wordt verricht. Als voorbeelden kunnen het organiseren van een congres en een voorlichtingsavond worden genoemd. In het kader van 'resuitaatmanagement'hanteren wij steeds vaker en consequenter de begrippen actie, resultaat, effect en doel. Een actie drukt een handeling uit die iemand uitvoert. Bijvoorbeeld: 'Politie Heimond stuurt meer jongeren door naar bureau Halt.' Een resultaat is iets waar je een persoon of organisatie op kunt aanspreken, omdat ervan uit wordt gegaan dat deze ook invloed en controle heeft op de (afgesproken) handeling. Bijvoorbeeld: Politie Heimond stuurt in 2002 minimaal 50 jongeren door naar Bureau Halt. Een effect drukt het beoogde maatschappelijke effect uit van de resultaten op de veiligheid of veiligheidsbeleving. Het is een 'te monitoren doelstelling' die zo SMART-mogelijk geformuleerd wordt (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden). Bijvoorbeeld: 'in 2002 vinden er 1 0% minder geregistreerde aangiften van vernielingen plaats in Heimond.' Een doel drukt het uiteindelijke doel waar de acties en de resultaten om begonnen waren. Vaak uitgedrukt in '-er termen (meer, minder, groter, kleiner) en vastgelegd in bredere kaders als Meerjarenprogramma of Masterplan. Bijvoorbeeld: 'Minder vernielingen op straat.'Als uit monitoren of evalueren blijkt dat een effect uitblijft wordt ook het doel niet behaald en moeten actie(s) worden bijgesteld of herijkt. 37 Actieprogramma IVB Heimond 2002 (concept 30 november 2001) Bijlage 2. Overzicht van lopende maatregelen, projecten en activiteiten in Heimond Vermindering Veiligheidsnet Vergroten van Medewerker Jeugd & Gemeente, St. Bijeenbrengen, preventief Dit van oorsprong Overlast werk Heimond veiligheid door Veiligheid Welzijnsbevordering begeleiden en .project, gaat geleidelijk slagvaardigere aanpak Heimond, Bijz. jeugdwerk coördineren van aan over in een Doorjongeren van criminaliteit en Brabant, St. Jeugdzorg, activiteiten gericht op systemafische manier overlast door jongeren politie, Stadswacht, OM, preventie (JPT) en van werken (zie Raad van de repressie (SDA) organisatorische Kinderbescherming, randvoorwaarde C). Reclassering, Novadic Jeugdpreventie Aanbieden van Medewerker Jeugd & Politie, Stadswacht, St:. - aanbieden van Preventief Verband met actie 2 team (JPT) hulpverlening om Veiligheid (en op welzijnsbevordedng, Bijz. vraaggericht (vergroten overlast door jeugd tot stadsdeelniveau 3 JPT- jeugdwerk Brabant, St. hulpverleningsaanbod betrokkenheid sociale ongeveer 25 jaar te coördinatoren) jeugdzorg - combinatie van omgeving) en actie 4 bestrijden en te groepsgewijze (vergroten rol scholen) voorkomen benadering en individuele (hulp)trajecten Stelselmatige Bestrijding Medewerker Jeugd & OM, politie, Raad voor de Combinatie van Repressief Verband met actie 7 daderaanpak jeugdcriminaliteit door Veiligheid 1 coördinator SDA Kinderbescherming, langdurige hulptrajecten (vergroten pakkans) en (SDA) aandachtvoor Reclassering Nederland, en een zware justitiële 8 (snel-herstel aanpak) stelselmatige plegers Novadie verslavingszorg, St. stok voor jongeren tussen van misdrijven Jeugdzorg de 18 en 25 jaar met politiecontacten Individuele Idem als SDA, maar Projectleider SDA-J Gemeente, jeugdreciassering, - interveniërend en Repressief Verband met actie 7 Trajectbegelei gericht op verplichte (Jeugdreciassedng) jeugdstrafrechtketen, lokale controlerend (vergroten pakkans) en ding SDA-Jeugd begeleiding van netwerken (ouders, scholen, - gericht op individuele 8 (snel-herstel aanpak) (SDA-J) jongeren van 12-17 sportelubs, jongere jaar jeugdhulpvedeningsinstellinge - nadruk op afbreken van n etc.) (beginnende) criminele carriere Individuele Bestrijding van Projectleider CRIEM Gemeente, jeugdreciassering, - systeembenadering Preventief Trajectbegeleidi criminaliteit onder jeugdstrafrechtketen, lokale - praktische zaken enlof ng Criminaliteit jongeren van 12-17 netwerken (ouders, scholen, veranderingen in gang in Relatie tot jaar (Marokkaans, sportelubs, zetten Integratie van Turks, Surinaams of jeugdhulpverleningsinstellinge - nadruk op leefgebieden Etnische Antilliaans) en van 18- n etc.) waar sprakeldreiging is Minderheden 21 jaar waarvoor van ontsporing. (CRIEM) strafrecht van minder- - vrijwillige begeleiding jarigen is toegepast Veilig op School Structurele inbedding Gemeente, dienst Algemeen Gemeente, Stadswacht, - op basis van nuimeting Preventief Verband met actie 4 van preventieve Welzijn politie, schoten inzicht in huidige situatie (vergroten rol scholen) maatregelen op terrein en in knelpunten van jongeren, school - opstellen en en veiligheid binnen implementeren van het schooibeleid en actieplannen en IVB monitoring Actieprogramma IVB Heimond 2002 concept 2 -11-2001 walm aal Weerbaarheids Vergroten van de Gemeente, OCGH, RIAGG, GGD, OCGH, Stadswacht, Trainingen mentale en Preventief Projecten weerbaarheid van GGD Zuidoost-Brabant RIAGG Heimond fysieke weerbaarheid, (vergroten rol schoten). (Marietje kinderen/jeugdigen / training sociale Sterke wens vanuit Kessels, Cursus bevorderen van (het vaardigheden Dienst Algemeen opkomen voor gevoel van) openbare Welzijn om de jezelf, cursus veiligheid van succesvolle met plezier naar kinderen en jeugdigen weerbaarheids-projecten school) uit te breiden Overige Jeugdigen obekend Afhankelijk van project, maar Scholen, afdeling Welzijn, Schooladoptieplan van Preventief Verband met actie 4 voorlichting op maken met risico's en de politie speelt een Bureau Jeugdzorg, Bureau politie en project HALT (vergroten rol scholen) scholen consequenties van essentiële rol Halt, politie, OM van gemeente met Doe delinquent gedrag. Effe Normaal (wordt: Nick & Linda), Robin Doet, vuurwerk- en vandalismevoorlichting groep 8, spijbelaanpak Project Klankbordgroepen Gemeente (DAW, afdeling Gemeente, - een projectgroep en Preventief Marokkaanse creëren die kunnen S&W) en de projectgroep Vertegenwoordigers van regiegroep die Jongeren adviseren in bepaalde Marokkaanse jongeren Marokkanen, scholen, voortganglafstemming prioriteitswijken (oost, hulpverlening, PALET bewaken noordoost en west) - toetsingscommisie die m.b.t. Marokkaanse aanvragen beoordeelt jongeren - klankbordgroepen voor onderlinge dialoog tussen gemeente en instellingen Werkgroep Vermindering overlast Politie Politie, Gemeente, Vaste extra Preventief /repressief Verband met actie 9 Openbare Orde door uitgaand publiek Stadswacht, OM, politiesurveillance in (aanpak geweld). Uitgaansgebied horecaondernemers, weekends. Periodiek Project loopt al 12 jaar. Havenpleinl taxibedfijven, portiers, overleg tussen betrokken Projectstatus zou ervan Steenweg beveiligingsbeddjven partijen. Hanteren lage afkunnen toierantiegrens en preventief optreden. Vermindering Pilotproject Vermindering Gemeente, Dienst Algemeen Dienst Algemeen Welzijn, - Insteek is zware Repressief/Preventief Verband met actie 1 overlast Woonoverlast (extreme) Welzijn AMW, SWH, Novadic, woonoverlast en niet (verbeteren afhandelen woonovedast RIAGG, Politie, SMO, individuele overlastmeidingen) en Door buren Woningbouwvereniging problematieken actie 6 (uitbreiding Woonpartners, - team woonoverlast waar aanpak naar andere Woningbouwvereniging cases worden ingebracht delen van Binnenstad Volksbelang (vaak door politie) Oost) en mogelijk later - casemanagers worden ook naar andere wijken. ingezet Brochure Vermindering overlast Afdeling communicatie Afdeling communicatie Burenboekje met regels Preventief Verband MM actie 6 burenoverlast door buren voor samenleven, tips en (uitgebiëiding aanpak eventuele juridische woonoverlast stappen, is gratis ter beschikking bij de Stadswinkel Vermindering 39 Actieprogramma IVB Heimond 2002 concept 2 -11-2001 overlast Door drugshandelaren en drugs - en alcoholgebruikers Vermindering Bemoeizorg Vermindering overlast Stichting Maatschappelijke Gemeente, politie, sociale Activiteiten zijn in kader Preventief Verband met actie 1 overlast door dak-en thuislozen Opvang dienst, Rabobank, van thuislozenzorg, (verbeteren afhandelen en muiti- maatschappelijk werk, c(isisopvang en overlastmeidingen). Door dak- en probleemgevallen RIAGG, Novadic, dagbesteding en Wordt nog project thuislozen (Thuislozen)zorg, arbeidstraining genoemd, maar zou van (crisis)opvang projectstatus af kunnen omdat het een nieuwe reguliere werkwijze inhoudt. Beheersing en Grafriti-project Vermindering graffiti Stadswacht Stadswacht, Bureau Voorlichting; meldpunt; Preventiefirepressief Verband met actie 1 vermindering Jeugdzorg Brabant, Bureau aanhouden van daders (verbeteren afhandelen inbraak, Halt, SWH, Politie Heimond verwijderen graffiti bij overlastmeidingen) , actie fietsendiefstal, en Helzo (reinigingsteam) degenen die zijn 7 (vergroten pakkans) en Vernieling aangesloten bij het actie 8 (intensiveren snel- project herstelaanpak). Project zou van projectstatus afkunnen als het een reguliere werkwijze is geworden. Vermindering Regionaal Inzicht kdjgen in Politie 1 IVA Tilburg Politie, gemeenten, Onder meer het Preventief Verband met actie 9 geweld onderzoek achtergronden en taxibedrijven, OM en horeca interviewen van (aanpak geweld). Eerste uitgaans-en oorzaken van geweld verdachten. De uitkomsten onderzoek verkeersgeweld uitkomsten leveren verwacht najaar 2001. aanbevelingen op voor partners in integrale veiligheid voor aanpak Regionaal Minder geweld SKKB SKKB, politie, Horeca, Afspraken onderling over Preventie Verband met actie 9 Taxiveiligheidspr taxibedrijven signaleren en melden (aanpak geweld) oject Geweids- Vermindering geweld Politie Gemeente, politie, OM Op basis van een Preventief 1 repressief Verband met actie 9 protocol en verhogen veiligheid duidelijk protocol grenzen (aanpak geweld) stellen en consequent handhaven Werkgroep Vermindering overlast Politie Politie, Gemeente, Vaste extra Preventief /repressief Verband met actie 9 Openbare Orde door uitgaand publiek Stadswacht, OM, politiesurveillance in (aanpak geweld). Project Uitgaansgebied horecaondememers, weekends. Periodiek loopt al 12 jaar. Havenpleinl taxibedrijven, portiers, overleg tussen betrokken Projectstatus zou ervan af Steenweg beveiligingsbeddjven partijen. Hanteren lage kunnen. toierantiegrens en 1preventief optreden. Lokaal platform Vermindering geweld 1 Platform Burgers, Politie, gemeente, Het maken en vertonen Preventief Verband met actie 9 Stop geweld en verhogen veiligheid bedrijfsleven, SWH, PON, van een video (aanpak geweld). Het 40 Acfieprogramma IVB Heimond 2002 concept 2 -11-2001 Heimond (-sgevoelens) ROC Ter Aa, Vredesberaad (eenmalig). Discussies op platform is op Initiatief van Kerken wijkniveau en op schoten. een aantal burgers opgezet Vermindering Actieplan Vermindering Gemeente, Dienst Politie, Gemeente en OM Op basis van analyse Preventief Verband met actie 1 0 verkeersongevallen Verkeersruimte verkeersongevallen Stadsbeheer verkeersonvei(ige locaties (aanpak Gemeentelijk (black spots) aanwijzen Verkeersvelligheidsplan om daar vervolgens door Plus) maatregelen op te investeren Project Rood Handhaven van de Gemeente, Dienst Gemeente, Politie, Om De gelokaliseerde 'black ' Repressief en preventief Verband met actie 1 0 Licht Camera's verkeersveiligheid Stadsbeheer spots'zijn voorzien van (aanpak Gerrfeentelijk ('flitspalen') camera's voor registreren Verkeersvelligheidsplan te hoge snelheden en Plus). Maakt onderdeel uit rijden door rood. van het actieplan verkeersruimte Actieplan Black Lokaliseren van Gemeente, Dienst Gemeente, politie, OM Zie het actieplan (op Preventief Verband met actie 1 0 Spots verkeersonveilige Stadsbeheer basis van de analyse (aanpak Gemeentelijk gebieden worden maatregelen aan Verkeersveiligheidsplan het bestuur voorgelegd Plus). Maakt onderdeel uit van het actieplan verkeersruimte Inrichting Duurzaam veilig Gemeente, Dienst Gemeente, Politie, OM Terugbrengen van Preventief Verband met actie 1 0 verblijfsgebiede verkeer in Stadsbeheer maximumsnelheid in (aanpak Gemeentelijk n 30 en 60 km/u verschillende bebouwde kom van 50 Verkeersveiligheidsplan zones verblijfsgebieden km/u naar 30 km/u en in Plus) 60km-zones van 80 km/u naar 60 km/u door het neerzetten van verkeersdrempels en verkeersborden Bromfietsen op Vermindering aantal Gemeente, Dienst Gemeente, Politie, OM Voorlichting, aanpassen Preventief Verband met actie 1 0 rijbaan verkeersongevallen Stadsbeheer infrastructuur en plaatsen (aanpak Gemeentelijk verkeersborden Verkeersvolligheidsplan Plus). Deze maatregel is sinds 15 december 1999 van kracht. Voorrang Vermindering óemeente, Dienst Gemeente, Politie De gemeente is een Preventief Verband met actie 10 bestuurders van verkeersongevallen Stadsbeheer voodichtingscampagne (aanpak Gemeentelijk rechts gestart en heeft onder Verkeersvelligheidsplan meer drempels en Plus). Deze maatregel is plateaus laten plaatsen. sinds 1 mei 2001 van Op alle gelijkwaardige kracht. kruisingen hebben bestuurders van rechts voorrang. Vermindering Opzetti ringen van Openbaar Ministerie Alle (para)justitiediensten, Kortere lijnen tussen Repressief Verband met actie 7 onveiligheids Justitie] Iliteit, verhogen Team Peellandlde Kempen 'geschakelde' (aanpak woonoverlast), Gevoelens Heimor (para)justitiële diensten actie 8 (intensiver( 1 41 Actieprogramma IVB Heimond 2002 concept 2 -11-2001 ve lig eidsgevoelens en instellingen. hë~ aanpak) e burgers en aanpakken Openstelling van 09:00- (de wijk meer aan het van overlast in sfeer 17:30. lnloop- en woord). Opstap naar van openbare orde baliefunctie voor burgers structurele maatregel en van Heimond. Voor werkwijze. minderjarige jeugd wordt GAMMA-aanpak toegepast Zie: Masterplan IVB Heimond 2001-2004, gemeente Hetmond, maart 2001 Dit overzicht is bedoeld om maatregelen, projecten of activiteiten aan te geven die anders zijn dan de gebruikelijke, reguliere werkzaamheden van alle betrokken organisaties. Het aangeven van alle werkzaamheden van betrokken partijen zou een onuitputtelijke, onoverzichtelijke opsomming worden. Door de status van maatregel, project of activiteit wordt veelal een indicatie gegeven van de tijdelijkheid of de duur van de actie. Indien sommige werkzaamheden zich richten op meerdere onderwerpen is deze maatregel, project of activiteit bij meer prioriteiten ondergebracht. 42 Communiceren over veiligheid Communicatieplan voor het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Heimond Bijlage bij het (Concept) Actieprogramma IVB Heimond 2002 - Gemeente Heimond, College van Burgemeester en Wethouders 2 november 2001 Inhoud pagina 1. Inleiding 3 2. Communicatie over veiligheid: doelstellingen 4 3. Communicatie over veiligheid: doelgroepen 5 3.1 Interne betrokkenen 5 3.2 Externe organisaties 6 3.3 Inwoners en bezoekers van de gemeente Heimond 6 4. Een eenduidige boodschap voor alle doelgroepen 10 1. Inleiding Succesvol beleid gaat hand in hand met heldere communicatie. De gemeente Heimond acht communicatie over beleid in alle fasen van de beleidscyclus van groot belang voor het realiseren van de beleidsdoeistellingen. Daarom heeft zij deze notitie, Communiceren over veiligheid, opgesteld, die een bijlage vormt bij het Actieprogramma IVB Hetmond 2002. Communiceren over veiligheid is bestemd voor een ieder die binnen de gemeente Heimond op enige wijze een bijdrage levert aan het integrale veiligheidsbeleid, en beoogt zo eenheid te creëren in de manier waarop de gemeentelijke communicatie over veiligheid invulling krijgt. In de komende paragrafen komen algemene uitgangspunten en richtlijnen voor gemeentelijke communicatie over veiligheid en veiligheidsbeleid aan bod. Doelstellingen en doelgroepen worden beschreven, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen interne betrokkenen (ambtenaren en bestuurders van de gemeente Heimond), externe organisaties die een bijdrage leveren aan de uitvoering van het veitigheidsbeleid, en de inwoners en bezoekers van Heimond, voor wie het veiligheidsbeleid uiteindelijk bestemd is. 2. Communicatie over veiligheid: doelstellingen Door middel van afgestemde communicatie in de verschillende fasen van het beleidsproces, wil de gemeente Heimond: - informeren: ambtenaren, bestuurders, bewoners, bedrijven en bezoekers worden optimaal geïnformeerd over de vorderingen van het veiligheidsbeleid; - om zo bij te dragen aan bewustwording: denken aan veiligheid (door ambtenaren, bestuurders, bewoners, bedrijven en bezoekers) en bijdragen aan veiligheid worden de normaalste zaken van de wereld; - om zo bij te dragen aan vergroting van de veiligheid en een vermindering van onveiligheidsgevoelens: een positieve veiligheidsbeleving wordt vastgehouden en versterkt. De primaire boodschap die aan alle gemeentelijk communicatie over het veiligheidsbeleid ten grondslag ligt, is dan ook: Heimond is een veilige gemeente. Om Heimond nog veiliger te maken, onderneemt de gemeente verschillende activiteiten. Dit kan zij echter niet alleen. De inzet van andere gemeentelijke sectoren, bewoners, bedrijven en bezoekers is een onmisbaar onderdeel van een geslaagde veiligheidsaanpak. Niet alleen de gemeente ook andere partijen communiceren bewust of onbewust over veiligheid. De directe invloed van de gemeente op de boodschap die zij uitzenden is beperkt. Door er echter zorg voor te dragen dat de gemeentelijke communicatie al deze andere partijen bereikt en steeds een eenduidige boodschap heeft, is de kans groter dat de boodschap van de gemeente ook de boodschap van andere partijen wordt. Daarnaast zal de gemeente afspraken maken met uitvoerders van het veiligheidsbeleid over afstemming van communicatie-uitingen over activiteiten, maatregelen en projecten. In de komende paragrafen wordt nader ingegaan op de doelgroepen die de gemeente in dit kader onderscheidt en op de specifieke doelstellingen die zij (met in achtneming van de primaire boodschap en doelstellingen) wil realiseren. Ook middelen die kunnen worden ingezet, komen exemplarisch aan bod. De uiteindelijke coördinatie en aansturing van het gemeentelijke communicatiebeleid rondom het thema veiligheid ligt in handen van de coördinator veiligheid die hier in nauw contact met de afdeling Voorlichting vorm aan zal geven. 3. Communicatie over veiligheid: doelgroepen Bij de communicatie over integraal veiligheidsbeleid kan onderscheid worden gemaakt tussen drie doelgroepen: - interne betrokkenen binnen de gemeente Heimond: ambtenaren en bestuurders; - externe organisaties die betrokken zijn of zullen worden bij (een of meerdere fasen van) het beleidsproces; - de mensen voor wie het veiligheidsbeleid bestemd is: in meest brede zin alle inwoners en bezoekers van de gemeente Heimond. Hoewel de overkoepelende boodschap voor alle drie de groepen hetzelfde is en ook moet zijn, doen zich verschillen voor in zowel de concrete doelstellingen als de wijze waarop de communicatie tot stand kan komen. Deze aspecten worden hieronder nader uitgewerkt. 3.1 Interne betrokkenen Intern betrokkenen zijn enerzijds direct bij het veiligheidsbeleid betrokken beleidsmedewerkers en bestuurders, en anderzijds de overige beleidsmedewerkers en bestuurders van de gemeente Heimond die meer zijdelings met het thema veiligheid in aanraking komen. Direct bij het veiligheidsbeleid betrokken beleidsmedewerkers en bestuurders Communicatiedoeistellingen: - elkaar op de hoogte houden van ontwikkelingen op het beleidsterrein; - afstemming en samenhang realiseren binnen het integrale veiligheidsbeleid; - samenwerking tussen de verschillende betrokken beleidssectoren versterken. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - periodiek overleg; - e-mail; - individuele contacten; - berichtgeving in intern orgaanlinterne nieuwsbrief. Overige beleidsmedewerkers en bestuurders Communicatiedoeistellingen: - realiseren dat er bij de ontwikkeling en uitvoering van alle vormen van gemeentelijk beleid dat (in)direct burger, bezoeker, en bedrijfsleven raakt, controleerbaar aandacht is voor de verschillende schakels in de veiligheidsketen; - veiligheid hoog op de politieke en beleidsagenda houden; - afstemming en samenhang met andere beleidssectoren versterken. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - brede verspreiding van het Masterplan Veiligheid; - berichtgeving in intern orgaanlnieuwsbrief; - periodieke informatielunch over het veiligheidsbeleid; 5 een informatief kaartje voor op het prikbord om beleidsmedewerkers te herinneren aan de aandacht voor veiligheid binnen ieder beleidsterrein; informatie op internettintranet. 3.2 Externe organisaties Bij externe organisaties kan evenals binnen de gemeentelijke organisatie, onderscheid worden gemaakt tussen die organisaties die direct betrokken zijn bij een of meerdere fasen van de beleidscyclus van het integrale veiligheidsbeleid ('beleidsuitvoerders'), en die organisaties die zijdelings gevolgen ondervinden van het beleid of mogelijk in de toekomst om een bijdrage zullen worden gevraagd. Beleidsuitvoerders Communicatiedoetstellingen: - realiseren van afstemming en samenhang van verschillende maatregelen, activiteiten en projecten in het kader van het actieprogramma IVB; - organisaties betrokken houden bij het veiligheidsbeleid; - organisaties stimuleren in hun eigen communicatie-uitingen aan te sluiten bij de gemeentelijke communicatie over veiligheid, om zo overeenstemming in de boodschap van gemeente en beleidsuitvoerders te realiseren. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - periodiek overleg tussen gemeente en alle uitvoerende organisaties; - individuele contacten tussen gemeente en een uitvoerende organisatie; - nieuwsbrief; - één aanspreekpunt binnen de gemeente. Overige organisaties Communicatiedoeistellingen: - draagv!ak creëren voor het beleid; - draagvlak creëren voor de eventuele toekomstige inzet van de betreffende organisaties. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - nieuwsbrief; - berichtgeving via kranten; - gerichte correspondentie (bijvoorbeeld in de vorm van een brief). 3.3 Inwoners en bezoekers van de gemeente Heimond Iedere inwoner van Heimond maakt deel uit van de doelgroep van het lokale veiligheidsbeleid, evenals iedere bezoeker van de stad. Deze mensen komen immers allemaal bewust of onbewust in aanraking met het thema veiligheid en leveren daar zelf ook (wederom bewust of onbewust) een bijdrage aan. De manier waarop de doelgroep veiligheid in Heimond ervaart, is een belangrijke graadmeter voor het succes van het beleid. Communicatie speelt hier een belangrijke rol bij. Bewoners van Heimond krijgen hun informatie over veiligheid lang niet alleen van de gemeente of van met de gemeente samenwerkende organisaties. 6 Kranten rapporteren over gebeurtenissen, mensen krijgen een hoop informatie 'van horen zeggen'. De gemeente Heimond is hier op bedacht en zal dergelijke berichtgeving blijven volgen. Wanneer de Stadswinkel zelf communiceert over veiligheid, zal het niet altijd nodig of wenselijk zijn de hele groep te benaderen. Er kan onderscheid worden gemaakt naar verschillende subgroepen, bijvoorbeeld mensen die allemaal in dezelfde wijk wonen, of groepen die door middel van maatregelen en activiteiten specifieke beleidsaandacht krijgen, bijvoorbeeld omdat ze fysiek kwetsbaarder zijn (ouderen, vrouwen), of juist omdat ze zelf veiligheidsproblemen veroorzaken (bepaalde groepen jongeren). Ook kan individueel contact plaatsvinden tussen burger en gemeente, bijvoorbeeld wanneer een burger de gemeente belt met vragen over het veiligheidsbeleid. Hieronder worden communicatiedoetstellingen en -middelen besproken voor respectievelijk de totale groep van inwoners en bezoekers, subgroepen en individuen. Communicatie over veiligheid met alle inwoners en bezoekers van Heimond Bepaalde informatie zal de gemeente met alle inwoners en soms ook bezoekers van Heimond willen delen, omdat het veiligheid en veiligheidsgevoelens in algemene zin kan vergroten. Deze vorm van communicatie wordt ook wel macro- of massacommunicatie genoemd) Communicatiedoeistellingen: - draagvlak voor beleid creëren enlof vergroten; - op hoofdlijnen informeren van zoveel mogelijk inwoners en bezoekers van Heimond over de inhoud van het veiligheidsbeleid; - het beeld bevestigen en versterken dat de gemeente veel doet om de veiligheid in Heimond te vergroten en dat dit vruchten afwerpt; - bijdragen aan de bewustwording dat veiligheid een zaak is die iedereen aangaat en waar iedereen een steentje aan kan bijdragen. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - de lokale media; - gemeentepagina's in Traverse; - een nieuwsbrief (algemeen of rondom afzonderlijke projecten); - informatie op internet; - communicatie via uitvoerende organisaties; - de organisatie van een veiligheidsweek. Voorbeeld De gemeente Heimond heeft een Masterplan IVB opgesteld. Zij acht het van belang dat zo veel mogelijk burgers hiervan op de hoogte zijn, omdat het een belangrijke stap is in het vergroten van de veiligheid in de gemeente. Door middel van persberichten probeert zij via lokale en regionale kranten en huis-aan-huis-bladen aandacht te vragen voor dit onderwerp. Communicatie met doelgroepen van specifieke beleidsonderdelen Niet alle onderdelen van het veiligheidsbeleid zijn voor iedere burger even interessant. Sommige plannen zijn bijvoorbeeld op een specifieke locatie en daarmee ook op een specifieke doelgroep gericht (ook wel mesocommunicatie genoemd). 7 In zo'n situatie is het niet zinvol een boodschap uit te zenden naar alle inwoners van Heimond. Concrete activiteiten, maatregelen en projecten vormen veelal het startpunt voor communicatie aan subgroepen. Dit betekent dat uitvoerende organisaties een zeer belangrijke rol hebben bij het inkleuren van dit onderdeel van de communicatie over veiligheid. Participatie van bewoners vindt bij uitstek op dit niveau plaats, door mensen met een gedeeld belang aan te spreken en hen binnen verschillende beleidsfases de mogelijkheid te geven in te spreken en mee te denken. Ook dit is een onderdeel van het communicatiebeleid van de gemeente Heimond. Communicatiedoeistellingen: - subdoeigroepen informeren over onderdelen van het veiligheidsbeleid waar zij direct mee in aanraking komen; - participatie van deze subdoeigroepen bij het betreffende beleidsonderdeel bevorderen; - draagvlak voor (onderdelen van) het veiligheidsbeleid creëren enlof vergroten; - het beeld bevestigen en versterken dat de gemeente veel doet om de veiligheid in Heimond te vergroten en dat dit vruchten afwerpt; - bijdragen aan de bewustwording dat veiligheid een zaak is die iedereen aangaat en waar iedereen een steentje aan kan bijdragen. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - communicatie en contacten via uitvoerende organisaties; - participatietrajecten; - bewonersbrieven; - de lokale media; - gemeentepagina's in Traverse; - een nieuwsbrief rondom afzonderlijke projecten; - informatie op internet. Voorbeeld De gemeente wil op een veldje aan de rand van een wijk een hangplek met skatebaan inrichten om overlast door jongeren in andere delen van de wijk af te laten nemen. DE aanvankelijke behoefte hiertoe is eerder geuit door jongeren en bewoners zelf. Zowel jongeren als bewoners van huizen in de nabije omgeving van het veldje worden eerst door middel van een brief op de hoogte gesteld van de plannen, en vervolgens gevraagd om samen mee te denken over de aankleding van de 'hangplek' en de gedragsregels die er gaan gelden. Met dit participatietraject beoogt de gemeente bewoners gunstig te stemmen, en de jongeren zo ver te krijgen dat ze ook daadwerkelijk gebruik zullen maken van de nieuwe hangplek. Communicatie met individuele leden van de totale doelgroep Communicatie over veiligheid kan ook plaatsvinden tussen de gemeente en een individuele inwoner of bezoeker, ook wel microcommunicatie genoemd. Vaak zal het initiatief voor deze vorm van contact liggen bij de doelgroep zelf: inwoners of bezoekers die met vragen over veiligheid of veiligheidsbeleid bijvoorbeeld langskomen op of bellen met de Stadswinkel, of contact opnemen met de politie. 8 Communicatiedoeistellingen: - concrete vragen over veiligheid en veiligheidsbeleid beantwoorden. Communicatiemiddelen die in dit kader kunnen worden ingezet, zijn onder meer: - telefoonlijn/telefonisch meldpunt; - publieksbalie in de Stadswinkel; - spreekuur; - voorlichting door uitvoerende organisaties, zoals de politie. Voorbeeld Een inwoner van de gemeente Heimond heeft in de krant over het Masterplan IVB gelezen en belt de gemeente om te vragen of hij daar een exemplaar van kan krijgen. 9 4. Een eenduidige boodschap voor alle doelgroepen Een eenduidige boodschap aan alle doelgroepen, en afstemming van de communicatie aan de verschillende doelgroepen en door verschillende sectoren en organisaties, is een belangrijke voorwaarde voor succesvolle communicatie. Het is immers waarschijnlijk dat sommige personen op verschillende momenten deel uit maken van meerdere doelgroepen. Een politieman die in Hetmond werkt en woont, maakt deel uit van een uitvoerende organisatie en krijgt via deze weg informatie over het veiligheidsbeleid. Als hij echter 's avonds de krant openslaat doet hij dat als inwoner van Heimond. De boodschappen die verschillende doelgroepen krijgen, moeten daarom consistent zijn. Dat betekent dat de verschillende afdelingen en organisaties die communiceren over veiligheid en veiligheidsbeleid zoveel mogelijk op één lijn moeten zitten. De coördinator IVB heeft hierin een coördinerende rol, niet door zelf aan alle communicatie-uitingen vorm en invulling te geven, wel door te zorgen dat alle betrokkenen op de hoogte zijn van het communicatiebeleid van de gemeente en hier ook hun medewerking aan verlenen. 10 |