- Bestuur
- Commissiestukken Bestuursacademie Zuid Nederland
Commissiestukken Bestuursacademie Zuid Nederland
Documentdatum | 29-11-2001 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Onderwijs, Cultuur en Financien |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
BES'TUURSacademie GFMF-FNIE HELMC),',11) 1 Nr,: CI.nr.: Por@ l Datum: OKT 2001 v4c a PAZ Atd-/Ruro KOPJE 9 r 0 Paraai Aan de besturen van de deelnemende overheden aan de Gemeenschappelijke Regel g P.O.& Bestuursacademie Zuid-Nederland OKT 2001 Tilburg, 9 oktober 2001 Ons kenmerk SP/GRO91001 Onderwerp nota van verantwoording bestuur Geacht college, Op verzoek van het dagelijks bestuur van het Openbaar Lichaam "Bestuursacademie Zuid-Nederland' (BAZN), doe ik u de nota van verantwoording toekomen. De nota strekt tot doel om aanvullende schriftelijke informatie te verstrekken over het bestuurlijk han- delen in de afgelopen jaren in het algemeen en rond het mislukken van de fusie met de bestuursacademies in het bijzonder. De nota is het sluitstuk op een serie van zes regio- nale bijeenkomsten waarin door bestuurders verantwoording is afgelegd en inzicht is verschaft over de BAZN. Bij de nota is een aantal bijlagen gevoegd, waarin meer techni- sche informatie is opgenomen, mede naar aanleiding van vragen gesteld door deelnemers tijdens de bijeenkomsten. Wellicht ten overvloede maak ik u er op attent, dat uw college over de situatie rond de BAZN al eerder drie brieven zijn gestuurd respectievelijk gedateerd op 6 juni, 5 juli en 23 juli met als onderwerpen; de ontstane problemen bij de BAZN, besluiten en vervolgstap- pen van het bestuur van BAZN en opheffing van de gemeenschappelijke regeling BAZN. De nota vormt het vierde schrijven in deze reeks. In de verwachting uw college hiermee te faciliteren in uw proces van advisering en standpuntbepaling rond de gevraagde besluitvorming met betrekking tot de opheffing van de gemeenschappelijke regeling BAZN per 1 januari 2002. Hoogachtend, Bestuur@a e Zuid-Nederland J.E. ghei MPM di teur a.i. Bijlage: nota van verantwoording + 5 bijlagen. Zuid-Nederland Meerkoldreef 6 postbus i266 5004 BG Tilburg telefoon (013) 465 13 SI f- (0I3) 465 I3 79 e-mail bazn@wxs.nl Nota van verantwoording Dagelijks Bestuur Bestuursacademie Zuid-Nederland 9 oktober 2001 Geacht College, De afgelopen maanden en weken hebben wij u met brieven en in regionale bijeenkomsten geïnformeerd over de achtergronden van het voornemen van ons algemeen bestuur om de gemeenschappelijke regeling Bestuursacademie Zuid-Nederland te liquideren en het bestuursonderwijs in de regio anders te organiseren. Om een dergelijk besluit te effectueren is bij eik van de deelnemende provincies, gemeenten en waterschappen een eigen besluitvormingstraject noodzakelijk. In reacties op onze eerdere brieven én tijdens de bijeenkomsten is gebleken,- dat er ten behoeve van deze besluitvorming behoefte bestaat aan een nadere schriftelijke toelichting over de ontstane situatie bij de Bestuursacademie. Aan deze behoefte voldoen wij gaarne, omdat wij mét de deelnemers van mening zijn dat een open en duidelijke verantwoording bijdraagt aan een goed begrip van de situatie en een afgewogen besluitvorming in uw eigen bestuurlijke gremia zal bevorderen. Huidige situatie In onze eerdere brieven berichtten wij u uitgebreid over de ontstane situatie bij de BAZN en onze overwegingen om uit drie verschillende scenario's de voorkeur te geven aan het onderzoeken van de mogelijkheden tot samenwerking en fusie met de Fontys Bedrijfshogescholen. Dit is het scenario dat voor de deelnemers de minste kosten met zich meebrengt. Onder verwijzing naar deze stukken beperken we ons hierbij tot de hoofdpunten: 1 . Na het mislukken van de fusie van de vier bestuursacademies tot één landelijk instituut is bij de BAZN in maart een zorgelijke situatie geconstateerd: er zijn ernstige tekorten die kunnen oplopen tot NLG 1 0 miljoen, er is om verschillende redenen discontinuiteit in het management en er is achterstand ontstaan in het ontwikkelen en aanbieden van nieuwe producten en diensten 2. Onder leiding van het bestuur en de inmiddels aangestelde interim-directeur wordt sinds eind april het zogenaamde 2-2-2-stappenplan gevolgd: 0 2 weken om inzicht te krijgen in de problematiek en te starten met de sanering 0 2 maanden om tekorten aan te pakken en een toekomstperspectief te schetsen 0 2 jaar om het bestuursonderwijs in een nieuwe vorm in de markt te zetten. 3. In juni werd de deelnemers voorgesteld de gemeenschappelijke regeling te beëindigen en het bestuursonderwijs gezamenlijk met de Fontys Hogescholen onder te brengen in een bedrijfseconomisch gezonde gezamenlijke onderneming. Gegeven de tekorten en op basis van de gemeenschappelijke regeling wordt de deelnemers gevraagd rekening te houden met een liquidatiebijdrage van drie tot maximaal zes gulden per inwoner. Op dit moment, begin oktober, is het marktonderzoek naar de mogelijkheden van fusie met Fontys ver gevorderd, is er scherp inzicht in de oorzaken van de tekorten en vertoont de lopende exploitatie mede dankzij een ondertussen verbeterd cursusaanbod een positief beeld. Anders gezegd: er moet nog veel gebeuren, maar het lek is boven. Aan uw bestuur zijn inmiddels concrete tekstvoorstellen ten behoeve van de besluitvorming over het beëindigen van de gemeenschappelijke regeling voorgelegd. Over de vervoigprocedure leest u meer aan het eind van deze brief en in de bijlagen. In dit schrijven willen wij eerst nader ingaan op de recente historie en de oorzaken van de situatie die in het bestuursonderwijs de afgelopen jaren is ontstaan. Wij doen dat nadrukkelijk vanuit het perspectief van de bestuurlijke verantwoordelijkheid daarvoor. Vervolgens gaan wij nog expliciet in op de verwachtingen voor de nabije toekomst en uw rol als deelnemer daarin. Historisch perspectief Wij onderscheiden vier tijdvakken, in eik waarvan cruciale beslissingen zijn genomen over de koers en de richting van het bestuursonderwijs in Zuid-Nederland. " De periode voor 1992 Eigen onderwijs aan ambtenaren kent een lange traditie bij de Nederlandse overheid. Tot aan de jaren zeventig is het gebruik dat ambtenaren een carrièrepad doorlopen, waar opleidingen als Gemeenteadministratie 1 en 11, Gemeentefinanciën 1 en 11 en Staatsinrichting onlosmakelijk bijhoren. Het onderwijs wordt onder auspiciën van de Vereniging van Gemeentebelangen ontwikkeld en gegeven door leidinggevende ambtenaren uit eigen kring. In de jaren zeventig start de professionalisering. De overheid houdt - veelal in de vorm van gemeenschappelijke regelingen per provincie - een eigen verantwoordelijkheid voor het onderwijs. Het veranderende profiel van de overheid in de jaren tachtig, interne specialisatie, een afnemende behoefte aan generieke opleidingen en een toenemende vraag naar functiegerichte opleidingen en bijscholingen is voor de relatief kleine instituten niet bij te benen. Een extern bureai adviseert schaalvergroting om de basis te verbreden. 0 De periode 1992 - 199 7. De Bestuursacademie Zuid Nederland ontstaat -niet zonder slag of stoot- in zijn huidige vorm uit een fusie van de drie provinciale academies. De academie was zelfstandig, maar floreerde nog niet. Bedrijfseconomisch bleek de schaal nog altijd te klein om de snel veranderende vragen uit de markt bij te houden en structureel levensvatbaar te zijn. We zitten in de periode van besturen op afstand, privatisering (PTT, NS, Loodswezen, etc. etc.), terug naar de kerntaken en een afkeer van gedwongen winkelnering. De 'markt' is 'fn', ook in de beleving van de overheid zelf. In dat licht bezien valt er achteraf te constateren dat bij de start van de BAZN een te smalle financiële basis is gelegd. De structurele bijdrage van een kwartje per inwoner is relatief laag en niet geïndexeerd, de nieuwe bestuursacademie krijgt geen eigen vermogen mee om te kunnen investeren en financiële tegenslagen op te kunnen vangen. ]n 1993 is een lening van 7 miljoen gulden noodzakelijk om achteraf de financiële effecten (wachtgeldregelingen, frictieverliezen etc.) van de dure fusie op te vangen. De relatief smalle basis en het gebrek aan permanente kwaliteit om vraaggestuurd en innovatief te kunnen werken maken samenwerking of fusie nodig. De vaststelling dat schaalvergroting noodzakelijk is, geldt niet alleen voor de Bestuursacademie Zuid- Nederland. De inmiddels ontstane academies in het westen, het noorden en het oosten van het land kampen met een vergelijkbare problematiek. Het bestuur van de BAZN zet een strategie uit om door middel van verdere samenwerking en schaalvergroting de marktpositie van het bestuursdienstonderwijs veilig te stellen. In 1 993 worden op initiatief van het bestuur van de BAZN tussen de vier academies de eerste afspraken gemaakt over samenwerking op het gebied van concrete opleidingen. Voor het bestuur van de BAZN is dit dan al de eerste stap in de richting van één opleidingsinstituut. Initiatieven op dit punt worden landelijk in 1 995 afgebroken en pas twee jaar later weer opgepakt. Vanuit het perspectief van ons bestuur zijn daarmee twee kostbare jaren verloren gegaan. Immers, de feitelijke omstandigheden in de markt en intern bij de instituten rechtvaardigden de onderbreking van het samenwerkingsstreven niet. De periode 199 7 - 200 1. Medio 1 997 wordt met instemming van ons algemeen bestuur de oprichtingsakte van de Stichting BAN (Bestuursacademie Nederland) getekend. Een stuurgroep bestaande uit de voorzitter en een bestuurslid van eik van de vier academies gaat de fusievorming leiden. Voor de BAZN is cruciaal dat onze directeur wordt benoemd tot algemeen directeur van het concern BAN in wording. Hoewel onbedoeld, leidt die benoeming tot een extra gevoelde verantwoordelijkheid bij de BAZN om te investeren in de fusie. Dat gebeurt in de praktijk ook bijna sluipenderwijs. Omdat de eigen werkorganisatie dicht in de buurt is, wordt er meer dan evenredig een beroep op ondersteuning en inzet vanuit de BAZN gedaan. Met de kennis van nu kunnen we zeggen dat in de jaren van de BAN veel energie, geld en menskracht is weggezogen uit zuid. Het moge hier niet onvermeld blijven, dat het Dagelijks Bestuur die feitelijke ontwikkeling wel gesignaleerd heeft, maar dat destijds heeft beschouwd als een tijdelijke en in de tijd beperkte investering in de toekomst. Achteraf gezien heeft die investering alleen ee.n negatief rendement opgeleverd. Het fusieproces heeft veel langer geduurd dan goed en nodig was, met name omdat de bestuursacademies in Oost en Noord -anders dan was overeengekomen- lang vast hielden aan een eigen visie op de fusie (een federatief samenwerkingsverband met regionale verankering in plaats van een geïntegreerd instituut.) Dat heeft het proces vertraagd en de kosten opgedreven. De discontinufteit van het management bij de BAZN is vooral ook in deze fase ontstaan. In afwachting van een fusie die steeds 'bijna rond' leek, is een aantal malen gekozen voor tijdelijke invulling van managementvacatures. Ondertussen raakten de samenwerkende academies qua bedrijfsvoering in toenemende mate vervlochten, omdat er praktisch vooruitgelopen werd op de afrondende formele besluitvorming. Een situatie die in een dergelijk proces normaal gesproken bijna onontkoombaar is, omdat er anders geen concrete fusieactiviteiten ontplooid kunnen worden zonder telkenmale terug te moeten gaan naar de achterbannen. In maart 2001 is na verschillende malen uitstel de fusie formeel afgeblazen. De te verwachten financiële problemen van de BAN als fusie van vier partijen zonder vermogen en met een niet sluitende exploitatie bleken uiteindelijk de bottieneck. c> De periode 2001 -2002. Het dagelijks bestuur trof zodra bekend werd dat de fusie mislukt was maatregelen om de daarmee ontstane crisis te lijf te gaan. Er werd per april een crisismanager benoemd om orde te scheppen. Het bestuur besloot om de deelnemers onmiddellijk te informeren toen de feiten en cijfers op tafel kwamen met betrekking tot de situatie in BAZN en besloot vast te houden aan de strategie, zoals in het begin van deze brief beknopt en eerder uitgebreider aan u beschreven. Bestuurlijke conclusie Destijds vooruitblikkend heeft bestuur gewerkt met een strategie om een sterke samenwerkingspartner te zoeken. In dat fusieproces is alles gedaan om de slaagkans te bevorderen. De directeur van Zuid, medewerkers van Zuid en middelen van Zuid zijn gedurende het proces ruimhartig beschikbaar gesteld. Vanaf 1 998 is men gefocust geweest op het realiseren van een fusie, waarbij nooit in overweging is genomen dat deze ook zou kunnen mislukken. ¿ Nu terugblikkend stelt het bestuur vast, dat te lang is vastgehouden aan de fusie met de drie andere academies en dat daarmee de belangen van Zuid te lang ondergeschikt zijn gemaakt aan het algemeen belang. ¿ Hoewel achteraf blijkt dat het bestuur laat en onvolledig geïnformeerd is over de situatie, neemt het bestuur daarvoor de volledige verantwoordelijkheid op zich. ¿ Zodra duidelijk was, dat de fusie was mislukt en wat de consequenties voor Zuid zijn, heeft het bestuur daadkrachtig ingegrepen, een nieuwe strategie vastgesteld en ervoor gekozen actief, open en zo duidelijk mogelijk met de deelnemers daarover te communiceren. De huidige besluitvormingsfase van het bestuursonderwijs en uw rol 0 Concreet gevraagd. besluit beëindiging regeling Wat op dit moment formeel aan de deelnemers wordt gevraagd is in te stemmen met het beëindigen van de gemeenschappelijke regeling BAZN en -conform de daarvoor gestelde regels- de balans op te schonen en aan te zuiveren. Formeel gezien is het niet de vraag om in te stemmen met het onderbrengen van het bestuursonderwijs in een mogelijke samenwerking met Fontys. Dat behoort na het beëindigen van de regeling tot de taak van het bestuur dat een liquidatiebesluit moet nemen. U behoeft voor de consequenties van samenwerking met Fontys dus als huidige deelnemer ook geen verantwoordelijkheid te nemen. Wel menen wij uiteraard dat voor alle deelnemers de strategie en het toekomstperspectief helder moeten zijn om tot een goed besluit te komen. Ook is het bestuur van plan het liquidatiebesluit te nemen in een open vergadering, waar de besturen van alle deelnemers kunnen meepraten over het besluit en de financiële gevolgen daarvan. 0 Beëindiging regeling goedkoopste oplossing Het beëindigen van de regeling en fusie met Fontys is voor de deelnemers de goedkoopste oplossing. De activiteiten worden in een groter kader voortgezet en een groot deel van de medewerkers gaat mee in de fusie. Het geheel beëindigen van het bestuursonderwijs is een veel duurdere oplossing, omdat in dat geval alle activiteiten stoppen en voor alle medewerkers een kostbaar sociaal plan moet worden uitgevoerd. Een derde alternatief, doorgaan in de huidige situatie, betekent behalve het saneren van de tekorten ook structureel doorlopende exploitatielasten, die niet meer gedekt kunnen worden uit alleen het nooit geïndexeerde kwartje per inwoner. 0 Geraamde kosten tussen NLG 3 en NLG 4 per inwoner Natuurlijk hebben wij alle begrip voor uw zorgen over het probleem, dat wij u vragen een beëindigingbesluit te nemen, zonder dat alle financiële consequenties geheel duidelijk zijn. In het verleden is vastgesteld dat de fusie met de BAN de deelnemers aan de BAZN zes gulden per inwoner zou kosten. Op grond van de fusieafspraken zou elke partner als reserve een bedrag van vijf maal het tekort over 1 999 (NLG 1,3 min.) moeten inbrengen. Daarnaast waren er hoge kosten voor wachtgeldregelingen. Bij de overname door Fontys geldt een dergelijke regeling niet. Deze overname geschiedt 'alleen' met een schone balans en zonder wachtgeldverplichtingen uit het verleden. Mede omdat door de personele ontwikkelingen en het perspectief bij Fontys de kosten van het sociaal plan mee zullen vallen, kunnen wij nu aangeven dat de kosten van het beëindigen van de gemeenschappelijke regeling aanmerkelijk lager zullen uitvallen dan de destijds berekende NLG 6 per inwoner. Om die reden geven wij nu een bandbreedte die ligt tussen NLG 3 en NLG 4. Zekerheid over de exacte kosten hebben wij op het moment dat het liquidatiebesluit wordt genomen, de afspraken met Fontys concreet zijn en de kosten van het sociaal plan gedekt. Uit de lopende exploitatie verwachten wij gezien de saneringsmaatregelen die in het voorjaar zijn genomen en gegeven de gezonde ontwikkeling van de cursusopbrengsten geen tegenvallers. 0 Mogelijk overleg met uw Ondememingsraden Tot slot nog dit. Verschillende deelnemers bieden in hun arbeidsvoorwaarden ambtenaren gunstige voorwaarden voor opleidingen die zij bij de BAZN volgen. Onder meer om die reden kan het nuttig zijn te toetsen of adviesrecht bij het gevraagde besluit tot beëindiging van de regeling aan de orde is. Wij adviseren u daarover met uw Ondernemingsraad contact op te nemen. Voor meer gedetailleerde informatie verwijzen wij u gaarne nogmaals naar onze eerdere brieven. In de bijlagen van deze brieft treft u aan: 1 .een overzicht van de belangrijkste vragen en antwoorden uit de informatieronde 2. onze persreactie naar aanleiding van de recente publicatie in NRC Handelsblad van 1 oktober j]. 3. een overzicht van de exploitatiecijfers van de BAZN sinds 1992. 4. een aantal technisch-juridisch scenario's die kunnen ontstaan ten aanzien van de mogelijke uitslagen van de stemming bij de deelnemers over het beëindigen van de regeling. 5. de financieel-technische mogelijkheden voor de deelnemers om het omzetten van de structurele bijdrage in een eenmalige beëindigingbijdrage tegen de minste lasten in de begroting te verwerken. Samenvattend vragen wij u voor 1 januari 2001 door uw algemeen bestuur (raad, ingelanden vergadering of provinciale staten) een besluit tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling BAZN te laten nemen en ons ten spoedigste van dit besluit op de hoogte te stellen. Mocht u in deze fase prijs stellen op een nadere toelichting, dan kunt u te allen tijde contact opnemen met de directeur a.i., de heer J.J.E. van Veghel. Er op vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn. Hoogachtend, Bestuursacademie Zuid-Nederland Mr. Th.A.G.M. van der Weijden voorzitter BIJLAGE 1 Meest gestelde vragen tijdens de zes informatiebiieenkomsten voor de deelnemers van de gemeenschappelijke regeling Bestuursacademie Zuid-Nederland (BAZN), inclusief antwoorden. 1 .Wat is de hoofdoorzaken van het niet doorgaan van de fusie tussen de vier bestuursacademies? Op 20 maart 2001 besloot het bestuur van de Stichting Bestuursacademie Nederland (BAN) om de overdracht van activiteiten, mensen en middelen van de vier bestuursacademies niet te accepteren. Feitelijk is daarmee het fusieproces geblokkeerd. Tevens besloot men om de Stichting BAN te liquideren. Dit onomkeerbare besluit maakt hervatting van dit fusieproces onmogelijk. Het hoofdmotief was dat het bestuur vanwege de slechte bedrijfsresultaten van de academies in het algemeen en die van BAZN in het bijzonder het niet aandurfde om de fusie door te zetten. 2. Zijn de kosten van 1 998, 1 999 en 2000 (zie bijlage 3) toe te schrijven aan de fusie die niet door is gegaan? De kosten zijn voor circa NLG. drie miljoen toe te rekenen aan het fusieproces, waarbij het ging om een combinatie van te treffen voorzieningen voor inactieven (personeel), hoger uitvallende tekorten bij de BAN en wegvallen van verdiencapaciteit door het inzetten van personeel ten behoeve van de fusie. 3. Waarom heeft het bestuur en de toenmalige directie niet eerder ingegrepen, gezien de slechte financiële resultaten van de afgelopen jaren? Het bestuur, zo blijkt achteraf, is laat en onvolledig geïnformeerd over de algemene bedrijfsvoeringsituatie en die rond de financiële situatie in het bijzonder. Het bestuur neemt daarvoor de volledige verantwoordelijkheid op zich. 4. Worden er nu nog door de BAZN kosten gemaakt voor de Bestuursacademie Nederland in liquidatie? Neen, de vereffenaars van de BAN zullen via een openbare bekendmaking op 16 oktober a.s. verklaren dat de stichting geliquideerd wordt. BAZN heeft onder conditie van finale kwijting de laatste vorderingen betaald. Er staan geen vorderingen meer tussen partijen open. 5. Kunnen de kosten die door de BAZN voor Bestuursacademie Nederland gemaakt zijn, verhaald worden op de BAN? Er is een poging ondernomen om achteraf ca. NLG. 1,5 miljoen aan kosten op de BAN te verhalen. Dit heeft feitelijk geleid tot een zeer bescheiden honorering van ca. NLG. 1 00.000,--. Er bleken in de praktijken geen sluitende afspraken vooraf te zijn gemaakt over de interne verrekening. Er zou sprake zijn van werken met gesloten beurzen. Bij de liquidatie zijn de besturen van de vier academies met het BAN-bestuur overeengekomen dat ieder voor zijn deel en allen gemeenschappelijk aansprakelijk zijn voor de kosten voortvloeiend uit de liquidatie van de stichting. Na liquidatie is daarmee de mogelijkheid tot verhalen vervallen. 1-4 6. Waarom is er gekozen voor een overname door Fontys Bedrijfshogeschooi? Is er ook nog gekeken naar andere partijen? Op basis van een interne verkenning en een daaraan gekoppelde sterktezwakteanalyse is gekeken naar een sterke partij met kwaliteiten op het onderwijskundige vlak en dat van marketing. Momenteel loopt er een onderzoek waarbij bekeken wordt of Fontys voor de BAZN zo'n versterking zou kunnen betekenen. Er is met andere partijen gesproken, die gesprekken zijn hangende de uitkomsten van het onderzoek opgeschort tot 1 november a.s. 7. Zijn de deelnemers nog op enige wijze verantwoordelijk als de BAZN samengaat met Fontys Bedrijfshogeschooi? Neen, bij opheffing van de regeling wordt de bestuurlijke en financiële participatie door lokale overheden bij het bestuursdienstonderwijs beëindigd Het is wel de wens van Fontys om de lokale overheden te inhoudelijk te betrekken bij het ontwikkelen en instandhouden van hun bedrijfsopleidingen voor de overheid. 8. Wat zijn de financiële consequenties van het samengaan van de BAZN met Fontys? Een verlaging van de uiteindelijke kosten per deelnemer bij de opheffing van de regeling. 9. Wat gebeurt er met de in dienst zijnde personeelsleden van de BAZN bij een overname door Fontys Bedrijfshogeschooi? Volgens de stelregel 'mens volgt taak' zal bij overname van de activiteiten ook personeel worden overgenomen door Fontys. In zo'n proces is er sprake van selectie aan de poort, wat kan betekenen dat voor een zeer beperkt aantal van de huidige medewerkers geen werk zal zijn bij Fontys. Deze medewerkers komen in aanmerking voor faciliteiten in het sociaal plan 1 0. Hoe staat het met de kwaliteit van het bestuursdienstonderwijs als de BAZN samengaat met Fontys? Fontys Hogescholen is een instituut met 35 hogescholen en ca. 34.000 studenten en verzorgt een zeer breed pakket aan opleidingen. Binnen deze organisatie is de Fontys Bedrijfshogeschooi verantwoordelijk voor de onbekostigde (bedrijfs-) opleidingen voor de particuliere en zakelijke markt. De Fontys Bedrijfshogeschooi is een door het Ministerie van Onderwijs c.a. erkend instituut en ISO-gecertificeerd en is daarmee uitstekend toegerust en in staat om algemeen erkende opleidingen voor de overheid te verzorgen. De keuze van het bestuur om met Fontys in zee te gaan is mede bepaald door de zekerheid, dat de Fontys Bedrijfshogeschooi beter in staat is om goed bestuursdienstonderwijs te verzorgen dan de BAZN thans alleen zou kunnen doen. 1 l.De andere drie bestuursacademies gaan samen verder en worden dus concurrenten van de BAZN. Is dat niet erg lastig? De BAZN stelt zich op het standpunt dat, als de kwaliteit van het bestuursdienstonderwijs en het belang van de cursist/klant gediend zijn met inhoudelijke samenwerking met de andere academies dit door BAZN/Fontys bevorderd zal worden. BAZN heeft niet gekozen voor institutionele samenwerking door middel van bijvoorbeeld fusie met de andere academies. BAZN gaat niet uit van concurrentiedenken, maar is nu wel doende om zich door middel van overname door Fontys te versterken. De focus van BAZN is gericht op de inhoudelijke kwaliteit van het bestuursdienstonderwijs en daar wordt de organisatorische en juridische vorm 2-4 aan ondergeschikt gemaakt. Het bestuur is er van overtuigd dat deze strategie ook in concurrentie zin goed past bij en aansluit op de behoeften van de lokale overheden. 12.BAZN is een gemeenschappelijke regeling. Hoe zit dat met de andere drie academies? De Bestuursacademies Randstad (West) en Noord zijn nog gemeenschappelijke regelingen; de Bestuursacademie Oost is een vereniging. 13.Waarom is nooit gemeld dat de deelnemersbijdrage van fl.0.25 per inwoner eigenlijk te laag is? Binnen het algemeen bestuurd leefde de overtuiging dat het verhogen van de deelnemersbijdrage onbespreekbaar was binnen de kring van deelnemers. 14.Waar is het bedrag van f]. 6,- per inwoner op gebaseerd? Het bedrag van fl. 6,-- is voor het eerst genoemd door de heer Van Luxemburg in zijn rol van waarnemend directeur rond de jaarwisseling van 2001. Bij de berekening ging men er toen vanuit dat de volgende componenten meegenomen moesten worden: 5 x het verlies over 1 999 ad NLG. 1,3 miljoen als verliescompensatie, de sanering van de schulden, het aanzuiveren van het negatieve exploitatieresuitaat over 2000, de bijdrage in de kosten van het sociaal plan, de wachtgeldverplichtingen voor de inactieven en de kosten voor de herwaardering van de liquidatiebalans van BAZN. Deze aanname is vervolgens door de directeur ad interim Van Veghei in april 2001 overgenomen als het risico dat maximaal gelopen zou worden in het slechtst denkbare geval bij een koude sanering. Conform de comptabiliteitsvoorschriften 1 995 heeft hij dit risico per brief gemeld aan de deelnemers met als advies om dat bedrag in de risieoparagraaf bij de begroting 2002 op te nemen. 1 5. Is er sprake van verwijtbaar handelen door het bestuur en/of management? Hoe zit het met de aansprakelijkheid van het AB en het DB ? De beoordeling van de verwijtbaarheid berust bij de afzonderlijke deelnemers. In de nota van verantwoording trekt het bestuur een conclusie, welke ter beoordeling voorligt bij de deelnemers. Met betrekking tot de aansprakelijkheid van het AB en DB wordt het volgende opgemerkt. De gemeenschappelijke Regeling is een volkomen publiekrechtelijke rechtspersoon met bestuurders en een bestuur, waarvoor grosso modo dezelfde uitgangspunten gelden inzake toezicht en verantwoording als voor bestuurders en besturen van provincies, waterschappen en gemeenten. ]n de praktijk betekent dit dat het primaat van de politiek geldt en het oordeel over het handelen dus in politieke zin aan de orde is. Een regeling zoals die voor privaatrechtelijke rechtspersonen geldt is daarbij in principe niet aan de orde. 1 6. Zijn alle besluiten die door het bestuur zijn genomen rechtsgeldig, gezien de lage opkomst bij de AB-vergaderingen? Ja, omdat zoals te doen gebruikelijk in dit soort situatie in de concovocatie voor de vergaderingen is uitgegaan van een zogenaamde tweede uitnodiging voor het geval het quorum niet aanwezig is. In deze tweede vergadering mocht vergaderd worden zonder dat het wettelijk quorum aanwezig is, dit naar analogie van bijvoorbeeld de gevolgde werkwijze bij collegevergaderingen van gemeenten ten tijde van het zomerreces. 17.is het mogelijk om een ambtelijke begeleidingscommissie samen te stellen? Ja, bijvoorbeeld voor het voorbereiden van de liquidatieregeling. 3-4 18.Wat doet de BAZN met het onafhankelijk onderzoek (bestuurlijke en de financiële gang van zaken) waarnaar gevraagd is? Het bestuur stelt zich op het standpunt zo'n onderzoek niet zelf te entameren. Men heeft zich via de bijeenkomsten en bijgaande nota verantwoord. Als desondanks toch behoefte blijft bestaan aan een onafhankelijk onderzoek dan zal het initiatief van buiten de BAZN moeten komen. Een aandachtspunt daarbij zal zijn of men als onafhankelijke bereid is de kosten te dragen die verbonden zijn aan zo'n onderzoek. 1 9. In hoeverre zijn eerder uitgetreden deelnemers nog verantwoordelijk? Zie bijlage 4 en de bijgevoegde regeling "Regeling uittreding deelnemers uit de gemeenschappelijke regeling BAZN' 20.Welke rol speelt Fontys in het sociaal plan? Fontys heeft geen rol in het sociaal plan. Dit is een verantwoordelijkheid van het bestuur van BAZN. 4-4 BIJLAGE 2 Persbericht BAZN 4 oktober 2001 Groei in aantal cursussen en cursisten Bestuursacademie Zuid-Nederland koerst op fusie met Fontys in voorjaar 2002 De Bestuursacademie Zuid-Nederland is volop in gesprek over samenwerking en mogelijk fusie met de Fontys Bedrijfshogeschooi. Berichten in NRC Handelsblad dat er geen basis is voor een fusie zijn onjuist. De Bestuursacademie zocht een nieuwe sterke partner, nadat de fusie van de vier regionale bestuursacademies dit voorjaar in een laat stadium om financiële redenen niet doorging. Om de weg voor een fusie met Fontys vrij te maken, moet er een nieuwe organisatievorm komen. De BAZN is nu een zogenaamde gemeenschappelijke regeling, waarin provincies, gemeenten en waterschappen in de drie zuidelijke provincies deelnemen. Het algemeen bestuur van de BAZN heeft de deelnemers voorgesteld de huidige gemeenschappelijke regeling op te heffen. Dat betekent onder meer dat de balans schuldenvrij moet worden gema@'akt en dat er voldoende geld is om verplichtingen als wachtgelden e.d. te garanderen. Daar is een eenmalige bijdrage van tussen de drie en vier gulden per inwoner voor nodig. Dat is inclusief het afdekken van de kosten (tussen de vijf en zeven miljoen gulden) van de mislukte fusie met de BAN. De suggestie in NRC Handelsblad dat de deelnemers gevraagd is om een bijdrage van zes gulden per inwoner om een faillissement af te wenden is onjuist. Het bedrag van zes gulden per inwoner kostte destijds de fusie met de andere academies. Mede door de mislukte fusie is de financiële positie van de BAZN de afgelopen jaren verslechterd. Dit jaar is orde op zaken gesteld. Naast een strakke begrotingsbewaking zijn interne saneringsmaatregelen genomen en is de focus gelegd op klanten en diensten. Door deze maatregelen zijn de kosten gedaald en de inkomsten uit cursussen gestegen en is er dit jaar weer sprake van een gezonde exploitatie. Bij de Bestuursacademie Zuid-Nederland werken nu ruim veertig mensen in vaste dienst. Voor het leiden en geven van cursussen en opleidingen wordt samengewerkt met ruim 200 freelance docenten. Dit seizoen worden er 325 cursussen en opleidingen aangeboden. Daarmee is de BAZN marktleider op het gebied van overheidsonderwijs in de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Meer informatie: Jos van Veghel, interim-directeur BAZN. Tel: 013 - 465 13 51 BIJLAGE 3 Overzicht van de exploitatieciifers van de BAZN sinds 1 992 0 1992 f 1. 203.689,-- 0 1993 f 1. 5.570,-- 0 1994 f 1. 581.993,10 0 1995 f 1. 279.607,-- 0 1996 f 1. 601.464,-- 0 1997 f 1. 327.479,-- 0 1998 f 1. 213.589,-- 0 1999 fl.1.338.348,-- 0 2000 fl.5.334.924,-- BIJLAGE 4 Mogeliike scenario's bii verschillende stemuitslagen ten aanzien van beëindi_qin_q gemeenschappelijke regeling Om de gemeenschappelijke regeling BAZN te beëindigen moeten alle deelnemende gemeentebesturen, besturen van waterschappen en provinciale staten daarover een besluit nemen. Daarbij is een twee-derde meerderheid van stemmen noodzakelijk. Dat kan tot de volgende scenario's leiden: 1 . Twee-derde of meer van de deelnemers (98) besluit tot beëindiging van de regeling en daarmee is het besluit effectief. Het algemeen bestuur van de BAZN zorgt dan voor liquidatie en brengt het bestuursonderwijs in het zuiden onder in een nieuwe organisatie, waarbij nu uitgegaan wordt van een fusie met de Fontys Bedrijfshogeschooi. 2. Een meerderheid (74), maar minder dan twee-derde van de deelnemers besluit tot beëindiging van de regeling. Het algemeen bestuur van de BAZN is dan niet gemachtigd tot beëindiging over te gaan en zal de exploitatie moeten voortzetten. Van de meerderheid van deelnemers die heeft gestemd voor beëindiging van de regeling kan dan elke deelnemer zelf besluiten uit de regeling te stappen. De meerderheid kan het algemeen bestuur daarbij verzoeken de uittrederegeling, bijgevoegd, zodanig te wijzigen dat de toekomstige exploitatietekorten niet meer ten laste mogen worden gebracht van de uittredende deelnemers. Een collectieve uittreding van meer dan de helft van de deelnemers heeft tot gevolg dat er sprake is van kostenafwenteling op een veel kleiner aantal deelnemers. Het is aannemelijk dat grote gemeenten uit de regeling zullen treden, waardoor de grote betalers wegvallen en het financiële effect voor de achterblijvers nog dramatischer wordt. De structurele kosten voor voortzetting komen dan, na betaling van de uitstapbijdrage, uiteindelijk voor de minderheid van de deelnemers die de regeling niet wilde beëindigen. 3. Een minderheid stemt voor beëindigen van de regeling. Het algemeen bestuur van de BAZN is dan niet gemachtigd tot beëindiging over te gaan en zal de exploitatie moeten voortzetten. Ook dan kunnen deelnemers zelf uit de regeling stappen. De structurele kosten voor voortzetting komen dan voor de meerderheid van de deelnemers die de regeling niet wilde beëindigen. De minderheid wordt na betaling van de uitstapbijdrage van de uittreders voor tien jaar met een aflopend percentage van 1 0% per jaar aansprakelijk voor het bijpassen van de te verwachten exploitatietekorten, zie de huidige uittrederegeling. Artikel 5: Verminderd draagvlak risico's: aansprakelijkheid. De uittredende deelnemer blijft gedurende 10 jaren na uittreding, te beginnen met het jaar volgend op het jaar van laatste deelname aan de gemeenschappelijke regeling, aansprakelijk voor bij de academie optredende nadelige exploitatieresuitaten als ook voor een optredend negatief liquidatie- resultaat. De aansprakelijkheid verminderd eik jaar met ééntiende deel, waarbij in het eerste jaar een aansprakelijkheid van honderd procent geldt, echter tevens berekend naar rato van de in artikel 4 genoemde deelnemersbijdrage. De hoogte van de aansprakelijkheid wordt eik jaar bepaald door het uit de jaarrekening ofwel liquidatierekening blijkende exploitatieresuitaat van het betreffende jaar. Bij de aanwezigheid van een eigen vermogen, zoals in artikel 4 bedoeld, wordt het deel van het nadelig exploitatieresuitaat c.q. liquidatieresuitaat van de uittredende deelnemer op dit eigen vermogen in mindering gebracht. Optredende voordelige exploitatiesaldi worden niet met de uittredende deelnemer verrekend doch worden voor de opvang van mogelijke toekomstige tekorten aan het eigen vermogen toegevoegd. Artikel 6: Verminderd draagvlak risico's: directe compensatie. Bij uittreding is een eenmalig bedrag van f 2,50 per inwoner verschuldigd. Dit bedrag is bestemd voor de mogelijke wachtgeldverplichtingen van de bestuursacademie. De rentebate van dit bedrag komt ten gunste van de exploitatie van de dienst bestuursacademie en vormt een compensatie voor de wegvallende deelnemersbijdragen. Voor de berekening van het verschuldigde bedrag wordt het inwonersaantal aangehouden op het moment van uittreden. Het bedrag van f 2,50 per inwoner wordt, voor het eerst in 1995, ge@fndexeerd met vier procent per jaar. Artikel 7: Rechtstreekse kosten. Alle door de bestuursacademie gemaakte kosten die rechtstreeks verband houden met de realisatie van de uittreding worden aan de uittredende deelnemer in rekening gebracht. Aldus vastgesteld in de vergadering van 14 december 1995. De secretaris, De voorzitter, e oer drs. arts A n@,@ P." ni |