- Bestuur
- Commissiestukken Milieuwerkprogramma nieuwe stijl
Commissiestukken Milieuwerkprogramma nieuwe stijl
Documentdatum | 11-11-2003 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Ruimtelijk Fysiek |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
TER KENNiSNJ~tME Gemeente Helmond Commissie-format Verzoek College van B en W voor Commissiebehandeling. Vastgesteld in B en W vergadering van: .z...U u..k.- £Oe 3 Onderwerp: Voorstel inzake opdrachtverlening aa'1'i DHV m.b.t. ontwikkelen milieuwerprogramma nieuwe stijl Inhoud: Op 16 april 2002 is aan DHV opdracht verleend tot het uitvoeren van een benchmarkingonderzoek naar de inrichtingsgebonden milieutaken met vergelijkbare gemeenten. Het benchmarkingonderzoek heeft zich geconcentreerd op de vraagstelling 'in hoeverre de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig dan wel doelmatig functioneert op het vlak van de bedrijfsgerichte milieutaken'. Er is een vergelijking gemaakt met gemeenten die eveneens haar milieutaken heeft uitbesteed aan een regionale milieudienst. Van de benchmark is een onderzoeksrapport ('Kijk op doelmatigheid' d.d. 5 december 2002) opgesteld. De conclusies Op basis van de bevindingen is het volgende voor de gemeente Helmond geconcludeerd: a. De gemeente Helmond begroot in termen van formatie en begrotingsbedragen niet meer dan de andere gemeenten gemiddeld doen. Hierbij moet eveneens in ogenschouw worden genomen dat het bodemtakenpakket voor Helmond groter is dan in de meeste andere gemeenten (circa 6 formatieplaatsen). b. Het inrichtingen bestand is in de periode 2000-2001 met 9% toegenomen. In de periode 2001-2002 is er sprake van stabilisatie. c. De gemeente Helmond heeft een hoge bedrijfsdichtheid een 'zwaar' inrichtingenbestand. d. Het aantal vergunningplichtige bedrijven is in de periode 2001-2002 met 40% gedaald. Een kleinere verder daling is als gevolg van de MDW-operatie te verwachten. e. Het beheersniveau voor vergunningverlening is in 2001 (prestatie) en wordt in 2002 (planning) niet gehaald. f. Het beheersniveau voor meldingen is in 2001 (prestaties) gehaald (10%), maar wordt voor 2002 (planning) niet gehaald. g. De planningen voor vergunningen en meldingen in 2002 zijn afgestemd op het beschikbare budget en niet op het beheersniveau h. De controle productie is nagenoeg vergelijkbaar met andere gemeenten en conform het beheersniveau. i. De vergunningen en controles van de milieudienst zijn niet goedkoop. Er is sprake van de hoogste kosten per vergunning en de bijna hoogste kosten per controle. De kosten per melding zijn in vergelijking tot de andere gemeenten gemiddeld. j. De gemeente Helmond ontvangt in tegenstelling tot de andere gemeenten van de milieudienst 'full- .,. 71F' --,.? ' Met dit verzoek mee te zenden stukken: Offerte van DHV d.d. 3 juni 2003 Het college van B en W verzoekt: voor te leggen aan: de commissie RF op I/-I.( met als' doel: kennisnemen van de opdrachtverlening aan DHV Commissieformat opdracht DHV mwp nieuwe stijl.doc Pagina 1 van 4 Ruimte voor eventueel vervolg inhoud: DHV komt tot de volgende slotconclusie. "Er kan niet worden vastgesteld dat de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig i.c. inefficiënt voor de gemeente Helmond werkt. Tegelijkertijd kan ook niet worden geconcludeerd dat de milieudienst zeer doelmatig i.c. efficiënt werkt. Het beeld dat is ontstaan is tamelijk diffuus en versnipperd. . De producten/diensten van de milieudienst zijn op sommige punten moeilijk vergelijkbaar zijn met de producten die andere Nederlandse gemeenten van milieudiensten ontvangen. In ieder geval kan worden vastgesteld dat de gemeente Helmond door de milieudienst van kwantitatief volledig producten wordt voorzien die worden gemaakt door hoog geschoolde miJieumedewerkers. Voor vergunningverlening stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbesteding/kosten in vergelijking tot de andere gemeenten matig scoren. . Voor meldingen en de controles stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbesteding/kosten gemiddeld tot goed is. . Het beeld voor 2002 ziet er voor de prestaties naar al/e verwachting minder goed dan in 2001." DHV heeft in haar rapport drie aanbevelingen geformuleerd voor de toekomstige relatie tussen de gemeente Helmond en de milieudienst regio Eindhoven op het vlak van de bedrijfsgerichte taken. 1. Er moet duidelijkheid worden gecreëerd in de beleidsmatige vertrekpunten. Met andere woorden, welk kwantitatief en kwalitatief niveau wenst de gemeente Helmond na te streven? 2. Voor de nabije toekomst dient de verhouding gemeente - MDRE transparant te worden gemaakt. . Zoveel mogelijk afspraken maken op basis van een vaste prijs per product, ongeacht of de werkelijke tijdsbesteding hoger of lager ligt. . Op basis van de vaste prijzen en het gewenste beheersniveau wordt het beschikbare budget vastgesteld. . Afrekening vindt plaats op basis van geleverde prestaties waarbij het beschikbare budget als een 'hard' gegeven fungeert. 3. De (bij)sturingsmogelijkheden voor de gemeente dienen te worden vergroot. Op basis van tussentijdse voortgangsrapportages moet de gemeente de planning kunnen bijstellen. Nieuwe eenheid Milieu Eén van de redenen voor de gemeente Helmond om een benchmarkonderzoek te entameren was de beperkte sturingsmogelijkheden richting de milieudienst. Reeds vooruitlopend op de benchmarkingresultaten is besloten om per 1 januari 2003 de aansturing, coordinatie etc van alle gemeentelijke milieutaken en de opdrachtgeversrol richting MORE onder te brengen binnen de Eenheid Milieu. De nieuwe eenheid Milieu zal nog 'handen en voeten' moeten krijgen. De volgende aspecten moeten worden uitgewerkt: 1. Vormgeven nieuwe Eenheid Milieu De positie van de Eenheid Milieu dient te worden verankerd binnen de Dienst S&B en de afstemmingsrelatie c.q. - processen met de andere dienstafdelingen dient te worden geborgd. Hierbij dient voortgeborduurd te worden op de interne notitie 'Bouwstenen Strategie, Cultuur en Structuur'. 2. Uitwerken relatie He/mond en milieudienst De relatie Helmond - MORE dient anders te worden ingevuld. Vanaf 1 januari 2003 worden de beleidsmatig/strategische milieutaken door de gemeente zelf uitgevoerd. Dit betekent dat de coordinatie en aansturing van de milieudienst bij de gemeente Helmond ligt. De opgave is het vormgeven van de nieuwe relatie tussen Helmond en de milieudienst op het vlak van onder meer de communicatie, planning & contral, bedrijfsvoering et cetera. 3. Ontwikkelen milieuprogramma Eén van de consequenties van het concreet invullen van de opdrachtgeverschap is dat de aansturing plaats moet vinden op basis van een werkprogramma. Kortom, wat moet wanneer door wie worden gedaan tegen welke kosten. De derde opgave betreft het ontwikkelen van het programma dat sturing geeft aan de taakuitvoering; zowel binnen de gemeente als richting de milieudienst (of alternatief). Commissieformat opdracht DHV mwp nieuwe stijl.doc Pagina 2 van 4 4. Herijking contract met milieudienst De taakuitvoering door de MDRE zal onder de nieuwe condities en onder de nieuwe voorwaarden (bijv. vaste prijzen per product) moeten plaatsvinden. Hierover moet met de milieudienst worden onderhandeld. Offerte DHV d.d. 2 juni 2003 Aan DHV is gevraagd ondersteuning te leveren bij de eerste drie opgaven. Het fysieke resultaat moet zijn een milieuwerkprogramma met hierin een beschrijving van de eenheid Milieu, de uitwerking van de relatie met de milieudienst alsmede de weergave van het milieu programma voor 2004 De centrale vraag, die via het werkprogramma moet worden beantwoord is hoe de eenheid Milieu moet functioneren binnen de dienst S&B wat hiervoor nodig. Hierbij gaat het om de keuzes die Helmond moet maken in het kader van de taakuitvoering van de eenheid Milieu. Relevante vragen zijn onder meer: . Is duidelijk wat de eenheid Milieu wil bereiken? Zijn doelen en ambities geformuleerd? Welke inhoudelijke keuzes zijn gemaakt? . Hoe ziet de milieubeleidscyclus eruit? Hoe functioneert deze? Welke instrumenten kunnen worden onderscheiden? Hoe ziet de relatie met andere cycli eruit? . Hoe ziet de interne organisatie van de taken eruit? (aanwezigheid en gebruik van procedures, de scheiding of integratie van taakuitvoering etc) . Hoe ziet de interne overleg-, afstemmings- en samenwerkingsstructuur eruit en verloopt deze? . Hoe verloopt de informatievoorziening op beleidsniveau? Het gaat hierbij om informatie om beleid te kunnen maken, de organisatie te kunnen sturen, de samenwerking vorm te kunnen geven etc. . Hoe verloopt de informatievoorziening op zaaksniveau? Het gaat hierbij om informatie om de taken uit te kunnen voeren. Men kan denken aan informatie over individuele bedrijven, de handelingen van andere afdelingen binnen de dienst S&B. . Hoe wordt de externe integratie vormgegeven? Wie zijn binnen de dienst S&B op welk moment de samenwerki ngspartners? . Welke overige ondersteunende processen zijn aanwezig dan wel noodzakelijk? Hoe wordt hieraan invulling gegeven? . Kosten, financien, middelen DHV heeft op 2 juni 2003 offerte uitgebracht voor de ontwikkeling bovenbedoeld milieuprogramma nieuwe stijl bestaande uit een beleidsdeel en een taakdeel. In het beleidsdeel zal: 1. een analyse gemaakt worden van de huidige situatie rond de invulling en uitvoering van de milieutaken en de problemen die zich daarbij voordoen binnen de gemeente Helmond 2. de ambities van de gemeente Helmond rond de beleidsmatige invulling van de taken worden weergegeven 3. beschreven worden welke werkwijze en welke instrumenten kunnen worden gehanteerd om de verschillende doelen te bereiken. Belangrijk aandachtspunt voor het bereiken van de gestelde doelen vormt verder de samenwerking met andere beleidsvelden en met de MDRE. In het taakdeel worden de beleidsuitgangspunten vertaald naar de uitvoeringspraktijk van het komende jaar Het uiteindelijke resultaat van de inschakeling van DHV is het MilieuWerkPlan (MWP) dat bestaat uit een uiteenzetting van de eenheid Milieu, de beschrijving van de relatie met de regionale milieudienst en het milieu programma. . Commissieformat opdracht DHV mwp nieuwe stijl.doc Pagina 3 van 4 Inzetraming DHV en kosten In het onderstaande overzicht is per opgave een raming van de inzet (in dagen) van DHV opgenomen De inzet is zoveel als mogelijk gespecificeerd naar activiteiten Opgave 1: Invulling eenheid Milieu 6 2 12 Opgave 2: Relatie met MORE 4 1 9 Opgave 3: MiUeuprogramma 4 11 16 Totaal 14 14 Bovengenoemde werkzaamheden worden geoffreerd voor een bedrag van 35.700 euro (inclusief BTW en een stelpost voor reiskosten. De uitvoering van de drie opgaven zal zoveel als mogelijk parallel lopen. Bij een start op 1 juli 2003 (week 27) zijn de werkzaamheden medio oktober afgerond. Commissieformat opdracht DHV mwp nieuwe stijLdoe Pagina 4 van 4 Gemeente Helmond Dhr. Drs. A.G.W.M. Kamp Postbus 950 5700 AZ HELMOND DHV Milieu en Infrastructuur BV Laan 1914 nr. 35 Postbus 1 076 3800 BB Amersfoort Telefoon (033) 468 27 00 Telefax (033) 468 28 01 Intemet www.dhv.nl Amersfoort, 2 juni 2003 uw kenmerk ons kenmerk dossier project betreft behandeld door telefoon . VI241-29-001 . Management & Organisatie . De eenheid Milieu in opbouw . Aangepast voorstel . Drs. Frank van Nijkerken . (033) 4682760 / 06-15093003 Geachte heer Kamp, Conform onze afspraak in het overleg van 28 mei j.1. ontvangt u bij deze ons aangepast voorstel voor advisering en begeleiding van de eenheid Milieu. Het voorstel bevat een gespecificeerd overzicht van de inzet en de kosten. . . Het voorstel is samen met deze brief eveneens via de elektronische post aan u toegezonden. Met vriendelijke groet, DHV Milieu en Infrastructuur BV Drs. Frank van Nijkerken Senior-adviseur Bestuur & Organisatie DHV Milieu en Infrastructuur BV maakt deel uit van de DHV Groep. Handelsregister Amersfoort nr. 31034768. Lid ONRI. Amersfoort, Amsterdam, Arnhem, Breda, Den Haag, Eindhoven, Gouda, Groningen, Heemskerk, Helmond, Hengelo, Leusden, Maastricht, Nieuwegein, Rotterdam, Utrecht, Westemoven, Zaanstad. Het kwaliteitssysteem van DHV Milieu en Infrastructuur BV is gecertificeerd volgens NEN ISO 9001 Gemeente Helmond De eenheid Milieu in opbouw! juni 2003 Voorstel voor advisering en begeleiding opbouw eenheid Milieu gemeente Helmond Gemeente Helmond De eenheid Milieu . In opbouwt dossier datum 2 juni 2003 registratienummerV1241-29-001 versie 2 (!) DHV Milieu en Infrastructuur BV Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV Milieu en Infrastructuur BV, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitssysteem van DHV Milieu en Infrastructuur BV is gecertificeerd volgens NEN ISO 9001. INHOUD 1 2 3 4 5 BLAD INLEIDING.... ...... ..................... xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx n..... .... .......... 3 1.1 1.2 1.3 1.4 VISIE OP OPGAVEN xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx7 D DE OPGAVEN IN PERSPECTIEF xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 7 2.2 INVULLING EENHEID MILIEU xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 7 2.3 RELATIE MET MILIEUDIENSTxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 9 2.4 ONTWERP VAN MILIEUPROGRAMMA xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 10 2.5 ............................. ........................... xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx .................. 11 ACHTERGROND xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx3 DE BENCHMARK NADER .BEKEKENxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 3 DE HUIDIGE SITUATIE ..."............... ........ ......... .................. ......,............... ...... ..... ........ 4 OPGAVEN VOOR DE NABIJE TOEKOMST xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 5 PR OJE CT AANP AK ..... ........ ................. ......... .................. ........ ...... ......... ..................... 13 INLEIDING ........ ........ ..... ..... ....... """""""""""""""""" .............. ........ ............... ...... 13 WERKWIJZE ......................... .......... ......................... ...... """"""" ........ ....... """"""" 13 INZETRAMING ................................................ .............. ....................... ..................... 13 PROJECTTEAM EN PRIJSSTELLIN G xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 15 4.1 4.2 4.3 3.1 3.2 3.3 ADVIESTEAM xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 15 PRIJSSTELLING """""""""""""""""""""""""""""............................................... 15 VOORWAARDEN """"""""""""""""""""""""""""""'"........................................ 16 COLOFON............................... ...... ........................... ............................. .... ....... ............. 17 BIJLAGE 1: ADVIES NOTITIE BENCHMARK HELMOND ........................................18 1 INLEIDING 1.1 Achtergrond Sinds medio 1994 voert de Milieudienst Regio Eindhoven (MDRE) alle milieutaken uit voor de gemeente Helmond. De MDRE stelt jaarlijks een milieuwerkprogramma op waarin de uit te voeren activiteiten en het benodigde budget zijn vermeld. Op basis van dit milieuwerkprogramma geeft de gemeente Helmond - impliciet - opdracht aan de MDRE voor de uitvoering van de geplande activiteiten. Een jaarlijks terugkerende discussie tussen de gemeente Helmond en de MDRE spitst zich toe op het budget voor de uitvoering van de milieutaken. De milieudienst is van mening dat het budget ontoereikend is en opgehoogd dient te worden. De gemeente Helmond vindt de argumenten van de milieudienst hiervoor te weinig overtuigend. De gemeente heeft naar eigen zeggen te weinig inzicht in de oorzaken van het zogenaamde budgettekort. Ten behoeve van de budgetdiscussie 2002 heeft de gemeente Helmond besloten de claim van de milieudienst niet te honoreren en een onderzoek in te stellen naar de doelmatigheid i.c. efficiëntie van de milieudienst. Hiervoor is een benchmarkingonderzoek geëntameerd met vergelijkbare gemeenten. Naast de discussies over de budgetomvang is de gemeente Helmond de mening toegedaan dat de samenwerking met de milieudienst niet optimaal verloopt. De gemeente heeft een aantal kritiekpunten. Deze hebben betrekking op: . Beperkte transparantie van de werkprocessen: weinig zicht op de aard (en keuzes in) van de taakuitvoering Geringe gemeentelijke (bij)sturingsmogelijkheden . . Onvoldoende en kwalitatief matige verantwoordingsinformatie Weinig pro-actieve opstelling van de milieudienst als adviseur . 1.2 De benchmark nader bekeken Het benchmarkingonderzoek heeft zich geconcentreerd op de vraagstelling 'in hoeverre de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig dan wel doelmatig functioneert op het vlak van de bedrijfsgerichte milieutaken'. Er is een vergelijking gemaakt met gemeenten die eveneens haar milieutaken heeft uitbesteed aan een regionale milieudienst. Van de benchmark is een onderzoeksrapport ('Kijk op doelmatigheid' d.d. 5 december 2002) opgesteld. De conclusies en aanbevelingen hieruit zijn door het college van B& W overgenomen en luiden als volgt. Conclusie De onderzoekers komen tot de slotconclusie dat niet kan worden vastgesteld dat de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig i.c. inefficiënt voor de gemeente Helmond werkt. Tegelijkertijd kan ook niet worden geconcludeerd dat de milieudienst zeer doelmatig i.c. efficiënt werkt. Het beeld dat is ontstaan is tamelijk diffuus en versnipperd. . De producten/diensten van de milieudienst zijn op sommige punten moeilijk vergelijkbaar zijn met de producten die andere Nederlandse gemeenten van milieudiensten ontvangen. In ieder geval kan worden vastgesteld dat de gemeente Helmond door de milieudienst van kwantitatief volledig producten wordt voorzien die worden gemaakt door hoog geschoolde milieumedewerkers. Voor vergunningverlening stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbesteding/kosten in vergelijking tot de andere gemeenten matig scoren. 3 . Voor meldingen en de controles stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbestedinglkosten gemiddeld tot goed is. Aanbevelingen De onderzoekers hebben op basis van de conclusies drie aanbevelingen geformuleerd voor de toekomstige relatie tussen de gemeente Helmond en de milieudienst regio Eindhoven op het vlak van de bedrijfsgerichte taken. 1. Er moet duidelijkheid worden gecreëerd in de beleidsmatige vertrekpunten. Met andere woorden, welk kwantitatief en kwalitatief niveau wenst de gemeente Helmond na te streven? Zo zal er duidelijkheid moeten komen wat onder het beheersniveau wordt verstaan, hoe omgegaan zal worden met veranderingen in het inrichtingenbestand, et cetera. 2. De huidige afspraken tussen de gemeente Helmond en de milieudienst zijn gebaseerd op de pijlers planning van prestaties én het beschikbare budget. Essentieel knelpunt hierin is dat de verhouding tussen beide pijlers onvoldoende eenduidig is. Gevolg hiervan is dat het bedrijfsrisico grotendeels bij de gemeente ligt. Voor de nabije toekomst dient de verhouding transparant te worden gemaakt. In concreto wordt het volgende geadviseerd: . Zoveel mogelijk afspraken maken op basis van een vaste prijs per product, ongeacht of de werkelijke tijdsbesteding hoger of lager ligt. Hiervoor dient eerst overeenstemming te worden verkregen in de prijs per product. Op basis van de vaste prijzen en het gewenste beheersniveau wordt het beschikbare budget vastgesteld. . 3. Afrekening vindt plaats op basis van geleverde prestaties waarbij het beschikbare budget als een 'hard' gegeven fungeert. Overschrijding is niet toegestaan. Bij een lager prestatieniveau dan de planning zal de fmanciering richting de milieudienst navenant lager zijn. De (bij)sturingsmogelijkheden voor de gemeente dienen te worden vergroot. Op basis van tussentijdse voortgangsrapportages moet de gemeente de planning kunnen bijstellen. Hiervoor moet overeenstemming worden bereikt over de inhoud en frequentie van de voortgangsrapportages alsmede het vaststellen van een periodiek plannings- en voortgangsoverleg tussen de gemeente.en de milieudienst. . De gemeente Helmond heeft DHV gevraagd om in het verlengde van de conclusies en aanbevelingen uit het onderzoek een aantal richtingen en aandachtspunten te benoemen welke leidend moeten (kunnen) zijn voor het budget en de omvang van de werkvoorraad. DHV heeft hiervoor een adviesnotitie opgesteld (adviesnotitie Benchmark Helmond, 6 december 2002). De adviesnotitie is als bijlage bij dit voorstel gevoegd. 1.3 De huidige situatie Het benchmarkonderzoek De milieudienst Regio Eindhoven heeft kennis genomen van de inhoud van het onderzoeksrapport (ook op de concept versies heeft de MORE gereageerd). Op basis hiervan heeft overleg plaatsgevonden tussen de gemeente en de MDRE. In dit overleg is - in het licht van de benchmarkresultaten - gesproken over de uitvoering van de milieutaken en het. beschikbare budget hiervoor. Vanuit de kant van de gemeente is het overleg als positief en constructief ervaren. Deze opvatting is echter veranderd nadat de gemeente een brief (d.d. 20 maart 2003) van de MORE ontving. Hierin onderschrijft de milieudienst de 4 benchmarkuitkomsten en aanbevelingen in grote lijnen maar ziet verder geen aanleiding tot het doorvoeren van wezenlijke veranderingen in de verhouding werkpakket en budget of in de relatie met de gemeente. De milieudienst heeft eveneens besloten een contra-onderzoek uit te voeren naar de kwaliteit van de dienstverlening. Nieuwe eenheid Milieu Eén van de redenen voor de gemeente Helmond om een benchmarkonderzoek te entameren was de beperkte sturingsmogelijkheden richting de milieudienst. Reeds vooruitlopend op de benchmarkingresultaten heeft de gemeente Helmond besloten om per 1 januari 2003 de aansturing, coordinatie etc van alle gemeentelijke milieutaken en de opdrachtgeversrol richting MORE onder te brengen binnen de Eenheid Milieu. Deze nieuwe eenheid is gepositioneerd binnen de nieuwe dienst S&B. Eén van doelstellingen van deze nieuwe dienst is het integreren (samenvoegen) van het beleid en de taken op het gebied van de directe leefomgeving zodat een meer uniform, gecoordineerd en gezamenlijk beleid en uitvoering kan plaatsvinden. De nieuwe eenheid Milieu zal nog 'handen en voeten' moeten krijgen. Het kan tot de mogelijkheden behoren dat de eenheid Milieu ook meerdere milieutaken van de milieudienst overneemt en zelf uitvoert. Hoewel in principe hierin een terughoudende opstelling wordt ingenomen. Alternatieven De adviesnotitie behorende bij het benchmarkrapport adviseert onder meer het doen van onderzoek naar alternatieven voor het uitvoeren van de milieutaken. De achterliggende gedachte is dat bij een onderhandelingsproces met de milieudienst altijd een alternatief achter de hand moet zijn om succesvol te kunnen onderhandelen. Binnen de gemeente Helmond is een werkgroep belast met het onderzoek naar de kosten van alternatieven voor de milieutaakuitvoering. De resultaten van de werkgroep zullen worden gebruikt bij de herijking van het contract tussen de milieudienst en de gemeente alsmede bij het vormgeven van de eenheid Milieu. Staat Helmond alleen? Inmiddels is ook bekend geworden dat de gemeente Helmond niet alleen staat in haar kritiek op de regionale milie~dienst. Ook de gemeente Eindhoven heeft besloten de aansturing van de milieudienst steviger vorm te geven middels een opgerichte milieuafdeling. Op dit moment vindt binnen de gemeente Eindhoven een discussie plaats over de koersbepaling. Indien de richting meer vorm heeft gekregen zal er nader overleg tussen de gemeenten Helmond en Eindhoven plaatsvinden. 1.4 Opgaven voor de nabije toekomst De gemeente Helmond heeft een viertal opgaven voor de nabije toekomst geformuleerd die een uitwerking moeten krijgen. 1. Vormgeven nieuwe Eenheid Milieu De positie van de Eenheid Milieu dient te worden verankerd binnen de Dienst S&B en de afstemmingsrelatie c.q. - processen met de andere dienstafdelingen dient te worden geborgd. Hierbij dient voortgeborduurd te worden op de interne notitie 'Bouwstenen Strategie, Cultuur en Structuur'. . . 5 2. Uitwerken relatie Helmond en milieudienst De relatie Helmond - MDRE dient anders te worden ingevuld. Vanaf 1 januari 2003 worden de beleidsmatig/strategische milieutaken door de gemeente zelf uitgevoerd. Dit betekent dat de coordinatie en aansturing van de milieudienst bij de gemeente Helmond ligt. De opgave is het vormgeven van de nieuwe relatie tussen Helmond en de milieudienst op het vlak van onder meer de communicatie, planning & control, bedrijfsvoering et cetera. De relatie kan nog veranderen indien de uitkomsten van interne werkgroep naar alternatieven hiertoe aanleiding geven. 3. Ontwikkelen milieuprogramma Eén van de consequenties van het concreet invullen van de opdrachtgeverschap is dat de aansturing plaats moet vinden op basis van een werkprogramma. Kortom, wat moet wanneer door wie worden gedaan tegen welke kosten. De derde opgave betreft het ontwikkelen van het programma dat sturing geeft aan de taakuitvoering; zowel binnen de gemeente als richting de milieudienst (of alternatief). 4. Herijking contract met milieudienst Vooralsnog wordt de relatie met de regionale milieudienst gecontinueerd. Dit betekent dat de milieudienst een deel van de milieutaken voor haar rekening zal nemen. De taakuitvoering zal echter onder de nieuwe condities en onder de nieuwe voorwaarden (bijv. vaste prijzen per product) moeten plaatsvinden. Hierover zal met de milieudienst worden onderhandeld. De uitkomsten van de interne werkgroep naar alternatieven alsmede de adviesnotitie benchmark Helmond worden gebruikt in dit proces. De gemeente Helmond heeft DHV gevraagd ondersteuning te leveren bij de eerste drie opgaven. In hoofdstuk 2 wordt de rol van DHV nader uitgewerkt. Hoofdstuk 3 bevat hiervoor de aanpak. 6 2 VISIE OP OPGA VEN 2.1 De opgaven in perspectief De opgaven zijn te beschouwen als drie afzonderlijke opdrachten. Tegelijkertijd hangen de opgaven ook nauw met elkaar samen. Om deze reden stelt DHV voor om ook toe te werken naar één fysiek resultaat waarin de uitkomsten van alle drie opgaven terugkomen. Het fysieke resultaat is dan het MilieuWerkPlan met hierin een beschrijving van de eenheid Milieu, de uitwerking van de relatie met de milieudienst alsmede de weergave van het milieuprogramma voor 2003. Opdracht Focus Resultaat In dit hoofdstuk worden de drie opgaven verder uitgewerkt. 2.2 Invulling eenheid Milieu De centrale vraag is hoe de eenheid Milieu moet functioneren binnen de dienst S&B i.c. binnen de gemeente? Wat is hiervoor nodig? Voor het duiden van de facetten die aan de orde moeten komen wordt het onderstaande model gebruikt. Het facet 'omgeving' komt in de volgende paragraaf aan de orde omdat het een externe relatie betreft, namelijk met de regionale milieudienst. 7 Omgeving Mensen Omgeving De doelstellingen Hierbij gaat het om de keuzes die Helmond moet maken in het kader van de taakuitvoering van de eenheid Milieu. Relevante vragen zijn: li Is duidelijk wat de eenheid Milieu wil bereiken? Zijn..doelen en ambities geformuleerd? Welke inhoudelijke keuzes zijn gemaakt? Hoe ziet de milieubeleidscyclus eruit? Hoe functioneert deze? Welke instrumenten kunnen worden onderscheiden? Hoe ziet de relatie met andere cycli eruit? li .. Indien de uitkomsten van de interne werkgroep naar alternatieven ertoe leidt dat de taakomvang van de eenheid Milieu wordt vergroot, dan zal dit meegenomen moeten worden in de doelstellingen van de eenheid Milieu. De structuren Dit facet omvat alles wat een meer statische vorm heeft gekregen: het takenpakket, de verantwoordelijkheidsstructuur, de infrastructuur et cetera. li Wie is met welke taken belast? Hoe liggen de verantwoordelijkheden en bevoegdheden ten aanzien van de taken? Hoe ziet de interne organisatie van de taken eruit? (aanwezigheid en gebruik van procedures, de scheiding of integratie van taakuitvoering etc) .. li 8 2.3 " Hoe ziet de interne overleg-, afstemmings- en samenwerkingsstructuur eruit en verloopt deze? De processen Het betreft de processen die gericht zijn op het effectueren van de 'output' van de eenheid Milieu en de secundaire ondersteunende processen. " Hoe verlopen de verschillen processen? Wat is de werkwijze? Wat zijn de resultaten? Wat zijn de knelpunten? Hoe verloopt de informatievoorziening op beleidsniveau? Het gaat hierbij om informatie om beleid te kunnen maken, de organisatie te kunnen sturen, de samenwerking vorm te kunnen geven etc. Hoe verloopt de informatievoorziening op zaaksniveau? Het gaat hierbij om informatie om de taken uit te kunnen voeren. Men kan denken aan informatie over individuele bedrijven, de handelingen van andere afdelingen binnen de dienst S&B. Hoe wordt de externe integratie vormgegeven? Wie zijn binnen de dienst S&B op welk moment de samenwerkingspartners? " " " " Hoe verloopt de planning- en controIcyclus binnen de gemeente? Op welke wijze moet de eenheid Milieu hierbij aanhaken? Welke overige ondersteunende processen zijn aanwezig dan wel noodzakelijk? Hoe wordt hieraan invulling gegeven? " De mensen Het gaat hier om de (aanwezigheid van de) leden van de eenheid Milieu en hun onderlinge verhoudingen: " Wat is de aanwezige en vereiste inhoudelijke deskundigheid en professionaliteit van de medewerkers? " Wat is de aanwezige en vereiste capaciteit (personeel en financieel) voor de uitvoering van de taken? Relatie met milieudienst De relatie tussen Helmond en de regionale milieudienst zal - ongeacht de uitkomsten van het onderhandelingsproces met de MDRE - anders worden ingevuld. Kern van de verandering is dat de eenheid Milieu de opdrachtgeversrol voor haar rekening neemt. De opgave is dan ook deze rol concreet uit te werken. DHV stelt voor om voor de beschrijving uit te gaan van de werking van een planning- en controIcyclus. Aan zowel de planning- als controlkant van de cyclus dient inzicht te worden verkregen in de volgende aspecten: " Informatiebehoefte planning en control (aard van de informatie, tijdstip van de informatie, informatiegebruikers etc) Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden (eenheid Milieu en MORE) " " Contactpersonen (intern en extern) 9 . Producten i.c. instrumenten (voortgangsbewaking taken, budgetbewaking, bestuurlijk! politieke gevoeligheden, . planningslijsten, analyses tijdsbesteding, kengetallen, managementrapportages etc). Samenwerkingsrelatie Uuridisch, organisatorisch, beleidsmatig etc) Overlegvormen (intern en extern) Tijdsplanning . . . . Communicatie (intern en extern) Kosten, financien, middelen . 2.4 Ontwerp van milieuprogramma In de huidige samenwerkingsrelatie stelt de regionale milieudienst jaarlijks een milieuwerkprogramma voor de gemeente Helmond en voor de regio op. Het betreft een programma met hierin producten inclusief te verwachten productie en kosten. Op zichzelf is het programma concreet. Het belangrijkste knelpunt is dat de gemeente Helmond niet kan beoordelen op deze producten ook gewenst i.c. nodig zijn!. Derhalve heeft de gemeente Helmond ten eerste behoefte heeft aan een programma met duidelijke beleids- en taakuitgangspunten (bijv. welk uitvoeringsniveau wordt bij handhaving nagestreeft, welke prioriteiten worden gesteld etc?). Op basis hiervan kan vervolgens een concrete werkplanning (met inzet, planning en kosten) worden opgesteld. DHV stelt het volgende voor: . De eenheid Milieu stelt jaarlijks een milieuprogramma op. . Het milieu programma bestaat uit een beleidsdeel en een taakdeel; het beleidsdeel ligt voor een periode van 4 jaar vast, het taakdeel stelt de prioriteiten voor het komende jaar. . Het milieuprogramma wordt door de MORE vertaald in een werkplanning. Voor de structuur en opzet van het milieuprogramma gaat DHV vooralsnog uit van de volgende inhoudsopgave: H.I: Inleiding Aanleiding Doel en functie Gemeentelijke context Leeswijzer H. 2: Beleidsuitgangspunten Voor de belangrijkste taken worden de beleidsuitgangspunten geformuleerd Vergunningverlening Handhaving Bodem Geluid Etc Dit naast de constatering dat de gemeente Helmond op dit moment geen invloed heeft op de omvang. In de vernieuwing van de relatie met de MDRE zal dit knelpunt worden opgelost. 1 0 H.3 Uitvoeringsprogramma Per taak komt er een A4 met: DoelsteUinglBeoogd resultaat' Activiteiten of projecten Werkwijze Indicatoren en kwaliteitseisen Verantwoordelijkheidsstructuur Betrokkenen en doelgroepen Toelichting op beleidsdeel (hoofdstuk 2) In het beleidsdeel wordt allereerst een analyse gemaakt van de huidige situatie rond de invulling en uitvoering van de milieutaken en de problemen die zich daarbij voordoen binnen de gemeente Helmond (voor zover deze nog niet in het benchmarkonderzoek aan de orde zijn geweest). Vervolgens worden de ambities van de gemeente Helmond rond de beleidsmatige invulling van de taken weergegeven. Om tot een goede invulling van de milieutaken te komen moet de gemeente Helmond een bepaalde strategie hanteren. In dit kader zal de gemeente allereerst verschillende beleidsdoelen moeten formuleren. Vervolgens richt de strategie zich op de wijze waarop de beleidsdoelen kunnen worden behaald. Beschreven wordt welke werkwijze en welke instrumenten kunnen worden gehanteerd om de verschillende doelen te bereiken. Belangrijk aandachtspunt voor het bereiken van de gestelde doelen vormt verder de samenwerking met andere beleidsvelden en met de MORE. Belangrijke vragen die in het kader van de strategie-bepaling in ieder geval beantwoord moeten worden richten zich op onder meer: 0 de controlefrequentie: op basis van welke kenmerken van de onderneming worden de controlefrequenties vastgesteld? 0 de wijze van handhaven: op welke wijze wil de gemeente haar handhaving inrichten, bijvoorbeeld gebiedsgericht, branchegericht of taakgericht? 0 de kwaliteitseisen: welke kwaliteitseisen wil de gemeente hanteren rond onder meer de behandelingstermijn van klachten en rond de vergunningverlening? 0 de bestuurlijke topprioriteiten: welke prioriteiten legt het bestuur bij de invulling van de bedrijfsgerichte taken? ' 0 op het actualiseringsniveau van vergunningen: De bovenstaande vragen zijn slechts illustratief. In het project zal duidelijk moeten worden wat exacte vragen zijn. Toelichting op taakdeel (hoofdstuk 3) In het taakdeel worden de beleidsuitgangspunten vertaald naar de uitvoeringspraktijk van het komende jaar. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de volgende format (inhoud is fictief): Milieuvergunningen en meldingen Portefeuillehouder Primaathouder Afdeling Doelen Het beperken van nadelige gevolgen voor het milieu, w,o, gevaar, schade en hinder, alsmede een doelmatige verwijdering van afvalstoffen, de zorg voor een zuinig gebruik van energie en grondstoffen en verkeersaspecten. Werkwijze , K waliteits- eisen Milieuvergunningen en meldingen Portefeuillehouder Primaathouder Mdeling Activiteiten Uitvoeren procedure tot nemen van Wm-beschikking: op aanvraag, op wijzigingsmelding 8.19 Wm of ambtshalve Behandelen bezwaar en beroep Afhandelen meldingen Amvb Opleggen/intrekken nadere eis bij Amvb Prestaties Op basis van 1096 inrichtingen W.v. 172 vergunningplichtige bedrijven 18 Verleende milieuvergunningen inc!. ambtshalve wijzigingen, wijzingsmelding art. 8.19 Wm, intrekken vergunning 92 Meldingen Amvb 8.40 Wm De opdracht richting DHV is het milieuprogramma te ontwikkelen. Hiervoor maakt DHV gebruik van het bestaande milieubeleidsplan aangevuld met recente informatiebronnen en interviews. 1 2 3 PROJECTAANPAK 3.1 Inleiding Het uiteindelijke resultaat is het MilieuWerkPlan (MWP) dat bestaat uit een uiteenzetting van de eenheid Milieu, de beschrijving van de relatie met de regionale milieudienst en het milieuprogramma. Het opstellen van het MWP vergt inzet van gespecialiseerde medewerkers vanuit DHV op het terrein van organisatorische, besturings-, management- en milieu- inhoudelijke kennis. Voor de uitvoering van deze taak stellen wij een uitvoeringsteam samen van drie adviseurs (zie hoofdstuk 4). 3.2 Werkwijze De uitvoering kenmerkt zich door intensieve samenwerking met de betrokkenen binnen de gemeente Helmond. Dat wil zeggen dat naast de reguliere werkzaamheden zoals documentenstudie er veel overlegmomenten en gesprekken plaats zullen vinden. In ieder geval worden gesprekken gehouden met alle onderdelen van de dienst S&B. Gezien de intensiteit stelt DHV voor om op vaste tijdstippen fysiek binnen de gemeente aanwezig te zijn. De uitvoering wordt begeleid door een kemteam. In het kemteam hebben in ieder geval de heer Kamp (projectleider van de gemeente Helmond) en DHV zitting. Samen met de projectleider wordt nagegaan welke personen precies zitting zullen hebben in het kemteam, wat precies de rol is van het kemteam en op welke momenten welke input van het kemteam wordt verwacht. 3.3 Inzetraming In het onderstaande overzicht is per opgave een raming van de inzet (in dagen) per soort adviseur. De inzet is zoveel als mogelijk gespecificeerd naar activiteiten. Eveneens is de doorlooptijd (in weken) aangegeven. In hoofdstuk 4 is de inzet vertaald in kosten. Opgave 1: Invulling eenheid Milieu 6 2 12 Opgave 2: Relatie met MDRE 4 9 Opgave 3: Milieuprogramma 4 11 16 I 3 Totaal 14 14 De uitvoering van de drie opgaven zal zoveel als mogelijk parallel lopen. Dit betekent dat de doorlooptijd van opgave 3 gelijk de overall-planning is. Bij een start op 1 juli 2003 (week 27) zijn de werkzaamheden medio oktober afgerond. 1 4 4 PROJECTTEAM EN PRIJSSTELLING 4.1 Adviesteam Drs. Frank van Nijkerken (projectleider) is senior adviseur binnen de afdeling Bestuur & Organisatie van DHV -milieu. Voorheen was hij onder meer werkzaam als management consultant bij Deloitte & Touche. Hij is organisatiekundige en gespecialiseerd in de bestuurlijke, organisatorische en beleidsmatige aspecten van het gemeentelijk milieu- en omgevingsbeleid. Hij heeft ruime ervaring op het gebied van evaluatie, ontwikkeling, uitvoering en monitoring van alle vormen van gemeentelijk milieubeleid. Tevens heeft hij zich gespecialiseerd in de organisatie- en bedrijfsvoeringsvraagstukken en was werkzaam bij de Milieudienst Regio Eindhoven. Hij is momenteel als verantwoordelijk voor het project 'K waliteitscriteria professionalisering van de handhaving' , verricht diverse organisatieonderzoeken en begeleidt de milieudienst IJmond in een kwaliteitsverbeterproces en is auteur van de VNG-handreiking 'monitoring als beleidsinstrument'. Frank van Nijkerken zal optreden als projectleider. Dr. Diana de Jong (senior adviseur) is werkzaam bij de afdeling Bestuur en Organisatie van DHV Milieu en Infrastructuur. Zij is onderzoeker en bestuurskundige en gepromoveerd op een evaluatieonderzoek naar internationaal natuurbeleid. Diana is deeltijd lector en onderzoeker bij Fontys Hogescholen te Eindhoven. Recent was zij betrokken bij het ontwikkelen van een monitorings- en evaluatieprogramma Bouwstoffenbesluit voor het ministerie van VROM, de evaluatie van de Milieutoets, de ontwikkeling van een leidraad voor externe integratie van provinciaal milieubeleid (provincie Groningen), het opstellen van een Provinciaal Milieubeleidsplan (Utrecht) en het opstellen van een set kwaliteitscriteria voor de handhaving. Haar werkveld concentreert zich rond (beleids)evaluaties, strategiebepaling, organisatiestructurering en organisatie- en beleidsontwikkeling. John Rayer (adviseur) is adviseur binnen de afdeling Bestuur & Organisatie van DHV- milieu. Hij is planoloog en gespecialiseerd in de organisatorische en beleidsmatige aspecten van het gemeentelijk milieu- en omgevingsbeleid. Hij heeft ervaring op het gebied van ontwikkeling, uitvoering en monitoring van gemeentelijk milieubeleid. 4.2 Prijsstelling Voor de uitvoering van het project door de voorgestelde adviseurs gelden de volgende tarieven: Projectleider Senior-adviseur Inhoudelijke specialisten /adviseur ¿ 1250,00 ¿ 1250,00 ¿ 850,00 In de onderstaande tabel zijn per opgave de kosten per soort adviseur en in totaliteit weergeven. Voor de reiskosten is een stelpost van 600 euro opgenomen. 1 5 Opgave 1: Invulling eenheid Milieu Projectleider en Sr. Adviseur Spec ialistenl adviseur Opgave 2: Relatie met MDRE Projectleider en Sr. Adviseur Spec ialistenl adviseur Opgave 3:Milieuprogramma Projectleider en Sr. Adviseur Specialistenladviseur Subtotaal (ex BTW en reiskosten)) Raming reiskosten 19% BTW Totaal (inc. 19% BTW en reiskosten) ---- e!L200 6 1250. 7.500. 2 850. 1.700. 4 1250. 5.0.0.0. 1 850. 850. 4 1250. 5.0.0.0. II 850. 9.350. "e5~850 £:1'4.350 e 29~400 £:600 e5.1()0 635.7'00 4.3 Voorwaarden RVOI Op onze werkzaamheden is de RVOI 1998 "Regeling van de Verhouding tussen Opdrachtgever en adviserend Ingenieursbureau" van toepassing. Wij zijn ervan uitgegaan dat u de regeling reeds in uw bezit heeft. Mocht dit niet het geval zijn, dan sturen wij u op uw verzoek graag een exemplaar toe. ISO DHV Milieu en Infi-astructuur BV werkt volgens een kwaliteitsborgingssysteem dat is gebaseerd op de NEN-ISO 90.0. I. In 1993 is het systeem door Lloyd's Register Quality Assurance gecertificeerd. Werken volgens dit kwaliteitssysteem waarborgt een optimale zorg voor het traject waarlangs onze producten tot stand komen en garandeert daarmee de kwaliteit va:n onze dienstverlening. Geldigheidsduur De geldigheidsduur van deze offerte bedraagt drie maanden na dagtekening van de aanbiedingsbrief. Betalingsregeling Bij opdrachtverstrekking stelt DHV de volgende betalingsregeling voor: D 30.% van de opdrachtsom bij opdrachtverlening. D Restant op basis van werkelijk bestede tijd met het totaalbedrag als plafond. 1 6 5 COLOFON Opdrachtgever Project : Gemeente Helmond . Voorstel voor advisering en begeleiding opbouw eenheid Milieu gemeente Helmond Dossier Omvang rapport Auteur Bijdrage Projectleider Projectmanager Datum Naam/Paraaf : 24 pagina's : Drs. Frank van Nijkerken . Drs. Frank van Nijkerken : Drs. Frank van Nijkerken : 2 juni 2003 I 7 Bijlage 1: Adviesnotitie Benchmark Helmond Inleiding De gemeente Helmond beeft een vergelijkend onderzoek laten uitvoeren ('een benchmark'). Het onderzoek betrof de bedrijfsgericbte milieutaken waarbij de vergelijking is gemaakt met gemeenten die eveneens haar milieutaken heeft uitbesteed aan een regionale milieudienst. Van de benchmark is een onderzoeksrapport ('Kijk op doelmatigheid' d.d. 5 december 2002) opgesteld welke bij deze notitie is gevoegd. Concept versies van het onderzoeksrapport zijn besproken met respectievelijk de wethouder en de leden van het managementteam. Het benchmarkingonderzoek heeft zich geconcentreerd op de vraagstelling 'in hoeverre de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig dan wel doelmatig functioneert op het vlak van de bedrijfsgerichte milieutaken'. De uitkomsten hiervan moeten vervolgens gebruikt kunnen worden om de discussie omtrent het budget en de omvang van de werkvoorraad te kunnen voeren. Dit laatste maakt op zichzelf geen onderdeel uit van het benchmarkingonderzoek. Desalniettemin heeft de gemeente Helmond aan DHV gevraagd om in het verlengde van de conclusies en aanbevelingen uit het onderzoek een aantal richtingen en aandachtspunten te benoemen welke leidend moeten (kunnen) zijn voor het budget en de omvang van de werkvoorraad. De voorliggende adviesnotitie voorziet hierin. De conclusie De onderzoekers komen tot de slotconclusie dat niet kan worden vastgesteld dat de milieudienst regio Eindhoven ondoelmatig i.c. inefficiënt voor de gemeente Helmond werkt. Tegelijkertijd kan ook niet worden geconcludeerd dat de milieudienst zeer doelmatig i.c. efficiënt werkt. Het beeld dat is ontstaan is tamelijk diffuus en versnipperd. . De producten/diensten van de milieudienst zijn op sommige punten moeilijk vergelijkbaar zijn met de producten die andere Nederlandse gemeenten van milieudiensten ontvangen. In ieder geval kan worden vastgesteld dat de gemeente Helmond door de milieudienst van kwantitatief volledig producten wordt voorzien die worden gemaakt door hoog geschoolde milieumedewerkers. . . V oor vergunningv,~rlening stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbesteding/kosten in vergelijking tot de andere gemeenten matig scoren. . Voor meldingen en de controles stellen de onderzoekers vast dat de geleverde prestaties en de gemiddelde tijdsbesteding/kosten gemiddeld tot goed is. De aanbevelingen De onderzoekers hebben op basis van de conclusies drie aanbevelingen geformuleerd voor de toekomstige relatie tussen de gemeente Helmond en de milieudienst regio Eindhoven op het vlak van de bedrijfsgerichte taken. I. Er moet duidelijkheid worden gecreëerd in de beleidsmatige vertrekpunten. Met andere woorden, welk kwantitatief en kwalitatief niveau wenst de gemeente Helmond na te streven? Zo zal er duidelijkheid moeten komen wat onder het beheersniveau wordt verstaan, hoe omgegaan zal worden met veranderingen in het inrichtingen bestand, et cetera. 2. De huidige afspraken tussen de gemeente Helmond en de milieudienst zijn gebaseerd op de pijlers planning van prestaties én het beschikbare budget. Essentieel knelpunt hierin is dat de verhouding tussen beide pijlers onvoldoende eenduidig is. Gevolg hiervan is dat I 8 3. het bedrijfsrisico grotendeels bij de gemeente ligt. Voor de nabije toekomst dient de verhouding transparant te worden gemaakt. In concreto wordt het volgende geadviseerd: . Zoveel mogelijk afspraken maken op basis van een vaste prijs per product, ongeacht of de werkelijke tijdsbesteding hoger of lager ligt. Hiervoor dient eerst overeenstemming te worden verkregen in de prijs per product. . Op basis van de vaste prijzen en het gewenste beheersniveau wordt het beschikbare budget vastgesteld. . Afrekening vindt plaats op basis van geleverde prestaties waarbij het beschikbare budget als een 'hard' gegeven fungeert. Overschrijding is niet toegestaan. Bij een lager prestatieniveau dan de planning zal de financiering richting de milieudienst navenant lager zijn. De (bij)sturingsmogelijkheden voor de gemeente dienen te worden vergroot. Op basis van tussentijdse voortgangsrapportages moet de gemeente de planning kunnen bijstellen. Hiervoor moet overeenstemming worden bereikt over de inhoud en frequentie van de voortgangsrapportages alsmede het vaststellen van een periodiek plannings- en voortgangsoverleg tussen de gemeente en de milieudienst. De resultaten, en hoe dan verder? Het benchmarkingonderzoek heeft een groot aantal facetten van de bedrijfsgerichte milieutaken geanalyseerd. Er is een aantal sterke punten benoemd maar er zijn ook zwakke punten te duiden. In ieder geval is duidelijk dat nog geen verandering is aangebracht in de oorspronkelijk aanleiding van het benchmarkingonderzoek. Nog steeds is sprake van verschil in opvatting tussen de gemeente Helmond en de milieudienst regio Eindhoven over het budget en de taakomvang. DHV adviseert de gemeente Helmond een aantal stappen te zetten om de relatie tussen de gemeente en de milieudienst volgens de geschetste aanbevelingen vorm te geven: . Stap I: Doel- en strategieformulering Stap 2: Implementatie van de gekozen strategie Stap 3: Formalisatie en organisatie van de 'nieuwe' afspraken . . Deze aanpak is voor de leden van het managementteam van de gemeente Helmond gepresenteerd en wordt hieronder verder toegelicht. Stap la: doelformulering De gemeente Helmond zal in eerste instantie voor zichzelf het gewenste adviesniveau moeten bepalen. Dat wil zeggen, op basis van de informatie uit het benchmarkingonderzoek moet worden bepaald wat de beleidsmatige vertrekpunten zijn (o.a. keuze van beheersniveau), welke omvang van het budget in relatie tot de taken omvang gewenst is, wat aanvaardbare productprijzen zijn en op welke wijze de planning en de control vorm gegeven dient te worden? Met uitzondering van de planning en control kan van de onderstaande tabel gebruik worden gemaakt om het adviesniveau te formuleren. I 9 Toelichting . De planning en prestaties voor 200 I zijn op basis van het jaarverslag 200 I Voor de planning 2002 is uitgegaan van de opgegeven aantallen uit het MWP en de gemiddelde tijdsbesteding voortkomend uit het benchmarkingonderzoek (prestaties 2001). Met andere woorden, dit is niet het budget dat is afgesproken op basis van het MWP 2002. Het budget voor 2002 op basis van het MWP is gelijk aan dat van 2001. Voor het beheersniveau 2002 is uitgegaan van het inrichtingen bestand I januari 2002 en de gemiddelde tijdsbesteding voortkomend uit het benchmarkingonderzoek. Vergunning 49 32 180.2002 85 uren 25 144.5003 85 uren 34 196.520 205.109 Melding 8.19 33 15 55.000 55,3 uren 8 30.083 55,3 uren 15 56.406 Publicatiekosten 4.538 3.062 2.500 2.500 Subtotaal 82 209.647 47 238.262 33 177.083 49 255.426 Melding 8.40 Integr. controle 446 272.268 441 295.097 10, I uren 372 245.371 9,7 uren 476 313.969 Hercontrole Subtotaal TOTAAL , 32 stuks x 66,25 (uurtarief) x 85 uren J 25 stuks x 68 (uurtarief 2002) x 85 uren . Bij deze berekening is uitge!¥lan \'an een gemiddelde tijdsbesteding "an 7,1 uren (\'oortkomend uit benchmark) ip\' 4,3 uren. Het ,-erschil is het ge\'olg ,-an de wijze ,'an tijd\'erantwoording. De 4,3 uren is exclusief yoorm'erleg. De 7,1 uren is inclusief \'ooro\'erleg. DHV Milieu en Infrastructuur DV Uitkomsten In 2001 en 2002 is het beschikbare budget voor de regionale milieudienst 511.411 euro. Indien het aantal prestaties leidend zou zijn voor de planning 2002 dan zou het beschikbare budget 49.850 euro lager moeten uitvallen dan het vastgestelde budget op basis van het MWP. Als uitgegaan wordt van het beheersniveau volgens de VOGM-frequenties (= beheersniveau) dan zou het budget 638.435 euro bedragen. Dit is 127.024 euro meer dan het beschikbare budget voor 2002. Bepalen adviesniveau Om het adviesniveau voor 2003 te bepalen, moet de gemeente Helmond een aantal keuzes maken. Deze liggen onder meer op het vlak van: .. Kritisch te kijken naar het gewenste beheersniveau. Hierbij kan worden gedacht aan de aanpassing van de controlefrequentie naar beneden toe (bijvoorbeeld 0,05 (cat. 1), 0,1 (cat. 2),033 (cat. 3) en 1,0 (cat. 4)). Wellicht een onderscheid te maken tussen vergunningen en meldingen 8.19 waarbij de gemiddelde tijdsbesteding voor meldingen 8.19 een andere kan zijn. Wellicht een onderscheid te maken tussen integrale controles en hercontroles waarbij de gemiddelde tijdsbesteding voor hercontroles een andere kan zijn. Tot slot De bovenstaande aspecten zijn slechts enkele facetten van het bepalen van het adviesniveau. Er dienen ook keuzes te worden gemaakt op het vlak van veranderingen in het inrichtingenbestand, de productkwaliteiten, de vaste prijzen etc. .. .. Stap tb: Strategieformulering De vraag is vervolgens hoe het gewenste adviesniveau bereikt kan worden. De milieudienst regio Eindhoven werkt bijvoorbeeld op dit moment niet met vaste prijzen per product in het kader van de af- en verrekening. Met welke strategie maakt de gemeente Helmond de meeste kans om de beschreven doelen te bereiken (bijvoorbeeld het principe van vaste prijzen per product)? De gemeente Helmond zal voor zichzelf een strategie moeten ontwikkelen. Hierbij zal een keuze gemaakt moeten worden in de volgende facetten i.c. rollen die de gemeente wil mnemen: .. Solistisch of gemeenschappelijk optreden. De gemeente kan in haar strategie individueel opereren richting de milieudienst of medestanders (andere (fusie)gemeenten) zoeken om vervolgens gezamenlijk een 'blok' te vormen richting de milieudienst. Ambtelijk of bestuurlijk optreden. De gemeente kan het voorliggende vraagstuk volgens de ambtelijke lijn (technisch inhoudelijk) of via de bestuurlijke lijn (politiek maatschappelijk) 'insteken' . li li Intensief of extensief opereren. De gemeente kan voor het oplossen van het vraagstuk uitgaan intensief contact en overleg met de milieudienst of juist op een beperkt aantal momenten interactie plegen. Gemeenle Helmond / Eenheid Milieu iu Opbouw' 2 juni 2003, versie 2 - 3 - DRY Milieu en Infrastructuur BV Probleemeigenaar of klant met keuze. De gemeente kan zichzelf opstellen als een partij die 'vast zit aan de milieudienst' (probleemeigenaar) of zich profileren als een opdrachtgevende partij die ook alternatieven (klant met keuze) heeft. Door deze vier rollen de combineren zijn drie hoofdstrategieën te benoemen: li l. Strategie van dwingend optreden (solistisch en extensief optreden door het Helmondse bestuur waarbij de gemeente zich opstelt als een opdrachtgevende partij). Strategie van consensusvorming (gemeenschappelijk en intensief optreden door zowel het Helmondse bestuur als ambtelijke organisatie waarbij in de gesprekken met de milieudienst wisselend een opdrachtgevende rol en de rol van verlengd lokaal bestuur wordt aangenomen). 2. 3. Strategie van expert volgen (solistisch en extensief optreden door de Helmondse ambtelijke organisatie waarbij de opstellen er een is van probleemeigenaar). In de huidige relatie tussen de gemeente en de milieudienst wordt min of meer de strategie van de expert volgen gehanteerd. Blijkbaar is dit niet zo'n succesvolle strategie. Het volgen van de strategie van dwingend optreden heeft een aantal belangrijke voordelen. De strategie is makkelijker beheersbaar dan de strategie van consensusvorming (minder actoren), is minder tijdrovend en laat duidelijk zien dat er sprake is van een ernstige situatie. Daarentegen bevat de strategie van dwingend optreden ook een afbreukrisico. De relatie kan zodanig verstoord worden dat dit enerzijds leidt tot een - schijnbare - onoplosbare situatie en anderzijds een negatief signaal richting andere deelnemers aan het samenwerkingsverband. Met andere woorden, voorkomen dient te worden dat er uiteindelijk sprake zal zijn van 'alleen verliezers' doordat men een neergaande spiraal is terecht is gekomen. Desalniettemin lijkt de strategie van dwingend optreden een schikte lijn om mee te starten. Indien de situatie hierom vraagt kan geswitcht worden naar de strategie van consensusvorming. Stap 2: Implementatie van gekozen strategie Nadat de doelen zijn geformuleerd en de strategie is gekozen en is uitgewerkt, zal in samenspraak met de regionale milieudienst - intensief dan wel extensief - gekomen moeten worden tot een verbetering van de zakelijke werkrelatie inclusief het vaststellen van het budget en de taakomvang. Kortom, de strategie moet in praktijk worden gebracht om de doelen te verwezenlijken. Bij de implementatie van de strategie (het 'onderhandelingsproces') zal de gemeente rekening moeten houden met de volgende aspecten: .. Er dient bereidheid te zijn om alternatieven te accepteren. De gemeente dient bijvoorbeeld bereid te zijn om een deel van het takenpakket door een andere organisatie uit te laten voeren dan de milieudienst. li Naast de doelformulering zal ook inzicht en overeenstemming verkregen moeten worden in de minimumgrens. Het onderhandelingsproces moet zich afspelen binnen een bepaalde bandbreedte. Indien het proces zich begeeft onder de. minimumgrens dan zal dit voor de gemeente onacceptabel moeten zijn. De alternatieven kbmen vervolgens aan bod. Binnen de gemeente zal duidelijk moeten zijn wie bij de implementatie betrokken is in welke hoedanigheid. Van belang is voorts dat de gemeente met I 'stem' spreekt en dat geen sprake is van verschillende gemeentelijke standpunten. li Gemeente Helmond / Eenheid Milieu in Opbouw' 2 juni 2003. versie 2 - 4 - DHV Milieu en Infrastructuur UV Stap 3: Formalisatie en organisatie Nadat overeenstemming is bereikt met de milieudienst (of gekozen is voor een alternatief), zal gewerkt moeten worden aan de formalisatie van de afspraken en het organiseren hiervan. De werkzaamheden liggen onder meer op het vlak van het ontwikkelen van de planning & controlinstrumenten. Gemeente Helmond I Eenheid Milieu in Opbouw! 2 juni 2003, versie 2 - 5 - |