Raadsnotulen

Documentdatum 17-06-2004
Bestuursorgaan Gemeenteraad
Documentsoort Raadsnotulen
Samenvatting

NOTULEN

ZEVENDE vergadering van de gemeenteraad van Heimond, gehouden op donderdag 17 juni

2004 om 17.00 uur.

Bij aanvang van de vergadering zijn aanwezig de leden-, J.F. Boetzkes, C.H.M. van der Burgt,

W.M.H. Dams, H.M.J.M. van Dijk, S. Ferwerda, L.T.J. Fransen, J.L. Henraat, E.A.H. van Kilsdonk,

G.T.H. Klaus, W. Klerkx, J.F.J. Kuypers, mevrouw M.M. de Leeuw-Jongejans, mevrouw M.A.J. Mattheij-

van Woensel, mevrouw A. Meinardi, S. Mokadim, M. Naoum, G.B. P raasterink, L.J.A Ristenpatt,

J.H.J.M. Roefs, A.J.G. Saüvé, L.M.M. Smits, O.A.W.M. Spierings, mevrouw J.M.G. Spiëripgs-van

Deursen, A. Spruijt, P.H.C. Streeder, M.A. Tijani, T.J.W. van de Ven, J.G.M. Verbakel, mevrouw E.P.W.

de Voogd-van Dortmont, J.M.C. van Wetering, A.F.H. Wijnen, mevrouw J.A.M. Wittevee,n-van den Berg

en S.H. Yeyden.

Later ter vergadering komen de leden: L. den Breejen en C.J. M. Vereijken.

Afwezig zijn de leden: J.H.J. Kuijpers en T.J. van Mullekom.

Voorts zijn aanwezig de wethouders: C.J. Bethiehem, R.A.C. van Heugten, J.B.C;W. van den Heuvel,

mevrouw B.M. Houthooft-Stockx en P.G.M. Tielemans.

VOORZITTER: drs. A,A.M. Jacobs, burgemeester,

GRIFFIER: mr. J.P.T.M. Jaspers.

De VOORZITTER opent de vergadering.

Hierna spreekt hij als volgt: Dames en heren! Bericht van verhindering is ingekomen van de heren

Kuijpers en Van Mullekom. De heer Van Mullekom laat u groeten. Het gaat de goede kant op met zijn

conditie en volledig herstel is niet uitgesloten.

De heren Den Breejen en Vereijken hebben laten weten later ter vergadering te komen.

1 Aanwiizing van een lid als bedoeld in artikel 16 van het reglement van orde 2002.

De VOORZITTER trekt nummer 35, zodat eventuele hoofdelijke stemmingen zullen aanvangen bij

de heer Spruijt.

2. Vaststelling ontwerpagenda.

De ontwerpagenda wordt zonder stemming ongewijzigd vastgesteld.

3. Behandeling ingekomen stukken en mededelingen.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Ingekomen stuk nr. 1 betreft een door de gemeente Bloemen-

daal aangenomen motie met betrekking tot het afschaffen van het gebruikersdeel van ':de 07B... Wij

hebben deze motie in de vergadering van de commissie MO&E besproken. Voorgesteld is de. motie,te

betrekken bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2004. Ik weet niet of er fracties zijn die op@ het

onderwerp willen terugkomen, maar ons zou er best iets aan gelegen zijn om, ondanks het feit dat een

discussie over dit punt plaatsvindt tussen VNG en Den Haag, als gemeente Heimond op dezelfde

manier te reageren als de gemeente Bloemendaal heeft gereageerd.

De VOORZITTER: Ik constateer dat de heer Smits een voorstel heeft gedaan. Als de raad het

daarmee eens is, noteer ik dat wij hierop terugkomen aan het eind van de behandeling van de

voorjaarsnota.

-2- 17 juni 2004

Hierna wordt, met inachtneming van de toezegging met betrekking tot stuk nr. 1, overeen-

komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

4. Vaststelling van de Voorjaarsnota 2004.

ALGEMENE BESCHOUWINGEN.

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Geachte- voorzitter, wethouders, raadsleden, en toehoorders!

Graag geeft de CDA-fractie haar visie op de voorjaarsnota van 2004. Onze bijdrage zullen wij onder-

steunen door middel van een powerpoint-presentatie, zodat de lijn van ons betoog gemakkelijker te

volgen zal zijn. De voorjaarsnota,oogt vrolijk..Zoals u echter op het scherm ziet, zijn de brandnetels

nabij. In de inleiding staat geschreven dat wij minder gaan praten en meer gaan doen. Nästrevens-

waardig, maar vanmiddag blijven wij toch wel lang op onze stoelen zitten, vrees ik.

De CDA-fractie wil met deze presentatie u een beeld geven van haar visie op de diverse speer-

punten en uiteenzetten waar onze dilemma's en overwegingen liggen.

Speerpunt 1: Veiligheid en handhaving.

De CDA-fractie kan zich vinden in de voorgenomen bel eidsplannen van het college. Naar aan-

leiding van de buurtschouw van 7 juni jl. heeft het college van B&W besloten om 3 ton extra vrij te

maken voor de binnenstad. Wij ondersteunen dit-initiatief, maar willen wel graag..van@,de"wetbouder

horen hoe dit financieel een plek krijgt. Wanneer komt het voorstel hiertoe in de commissie aan de

orde?

Speerpunt 2: Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening.

Op twee onderwerpen willen wij nader ingaan, te weten de WVG en het minimabeleid.,

Wet voorzieningen gehandicapten (WVG).

Het is de taak van de gemeente om mensen met een functiebeperking een garantie op vervoer

te bieden. Het voorstel van het college houdt in een uitbreiding van het aantal vervoerszones van twee

naar vijf en afbouwen van het forfait. Daarnaast wordt voorgesteld om de vergoeding voor verhuis-

kosten te verhogen. De discussie heeft zich gefocust op de communicatie tussen de gemeente en het

Gehandicapt enoverleg Heimond (GOH) over de invulling van het voorstel en de@ consequenties

daarvan.

De CDA-fractie vindt dat wij als gemeente op een adequate wijze uitvoering moeten geven aan

de WVG. Wij moeten er tevens zorg voor dragen dat,de euro' s efficiënt en effectief worden besteed.

Graag willen wij dat er verder onderzoek wordt gedaan naar de reden waarom 70% van de doelgroep

geen gebruik maakt van het collectief vraagafhankelijk vervoer. Als wij immers de oorzaak weten, dan

kunnen wij daar met ons beleid beter op inspelen.

De CDA-fractie kan instemmen met het financiële kader van het desbetreffende onderdeel in de

voorjaarsnota. Wij hechten veel waarde aan de mening van de gebruikers van deze regeling en wij

doen dan ook een dringend beroep op de wethouder om, in constructief overleg met het GOH, tot een

invulling van de regeling te komen die voor beide partijen acceptabel en uitvoerbaar is. Wij gaan ervan

uit dat maatwerk altijd mogelijk blijft en waar;,nodig ook -geleverd wordt. Verder. pleiten wij ervoor om de

regeling na een jaar te evalueren.

(De heer Den Breejen komt, 'om 17.07 uur,

ter vergadering.)

Minimabeleid.

De aandacht voor deze kwetsbare doelgroep wordt binnen de @voorjaar@snota ook financieel

onderschreven. Begrippen,lals laagdrempeligheid,@ maatwerk en een extra geldbedrag van E 715.000,--

structureel, geven aan dat het het college menens is om woorden om te zetten in daden. De CD.A-

fractie kan dit alleen maar ondersteunen en vraagt nogmaals aandacht voor de problematiek van de

schuldhüipverlening. Preventie moet insteek.."van, beleid @ zijn, met name waar@ het.@ dei doelgroep.-.jon-

geren betreft.

Speerpunt 4: Onderwijs, Jeugd en Kinderopvang.

Wij belichten vier onderdelen: De Groene Campus, de GOA-gelden, een visie op de insteek van

hetjeugdbeleid en het peuterspeelzaalwerk

De Groene Campus.

De recente ontwikkelingen betreffende De Groene Campus op Suytkade stemmen tot tevre-

denheid. De vestiging van VMBO, MBO en HBO op De Groene Campus kan uitgroeien tot een ver-

nieuwende (boven-)regionale trekker. Daar mag Heimond trots op zijn. Wij hopen dat de groene spade

spoedig de grond in kan.

-4- 17 juni 2004

Speerpunt 9: Economisch beleid en werkgelegenheid.

Graag belichten wij twee onderdelen, te weten de NV REDE en Berkendonk.

REDE.

Binnen de CDA-fractie is pittig gediscussieerd over de voor- en nadelen van het collegevoorstel.

Argumenten om het direct aandeelhouderschap van. REDE op te geven, zijn er genoeg. Er niet

uitstappen is evenzeer verdedigbaar.

Het college heeft er alles aan gedaan om intern met zijn minderheidsbelang de effectiviteit vafl

REDE vobr Heimond té:@:verhogen. Dit lijkt maar niet te lukken. Het geld dat wij spenderen aan REDE,

@komt volgens het colle.ge onvoldoende ten goede aan de Heimondse economie. Het college is ervan

overtuigd dat de gemeente Heimond zelf beter in staat is om sturing te geven aan en controle uit te

oefenen op de economische ontwikkeling binnen onze stad. De CDA-fractie kan akkoord gaan met het

voorstel ter zake en,geeft het "het voordeel van de twijfel", zo u wilt. Het is nu zaak om de

gereserveerde middelen om te zetten in doelmatige projecten, waar ook REDE een rol in kan ver-

vullen. Daarnaast dient door middel van een goed communicatietraject met alle betrokkenen de keuze

van Heimond onderbouwd te worden.

Berkendonk.

Met verbazing hebben wij kunnen lezen dat het college ernaar streeft om uiterlijk per 1 januari

@006 het beheer en onderhoud en de kosten daarvan over te dragen aan een of meerdere private

ppen over, namelijk de

"padijen. Volgens ons@slaat de wethouder hiermee een aantal essentiële sta

.Mening en visie van ons als raadsleden. In september 2003 hebben wij de discussienota in de com-

missie samenleving en economie ter kennisname ontvangen. Sindsdien is het onderwerp niet meer

terug geweest in de commissie en moeten wij de voornemens van het college lezen in de voorjaa rs-

nota. De CDA-fractie wil dit agendapunt besproken zien in de commissie MO&E en vervolgens willen

wij met elkaar de keuze maken voor het juiste model.

Speerpunt 10: Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting.

Het is verheugend te zien en te horen dat de bouwwerkzaamheden in Binnenstad-Oost

begonnen zijn. Het is nu zaak dat de vaart erin blijft. Er wordt door alle partijen hard gewerkt en wij

hopen dat de eerste bewoners snel kunnen terugkeren naar de vernieuwde wijk.

Reserves en voorzieningen.

In het jaar 2004 wordt een daling van het saldo reserves en voorzieningen van E 230 miljoen

naar E 200 miljoen berekend. Terecht besteedt het college in de nota Reserves en voorzieningen ruim

aandacht aan deze materie. Inmiddels is per e-mail op 15 juni jl. nieuwe aanvullende informatie over

extra tekorten in 2005 en 2004 bekend gemaakt. Bij een enkele reservepost willen wij even stilstaan.

Ten eerste de reserve infrastructurele werken. Uit het overzicht van het verloop van de reserve

infrastructurele werken blijkt, dat in 2005 een negatief saldo van E 1,8 miljoen wordt verwacht. Hoewel

dit erger lijkt dan het is, geeft het naar onze mening toch enige reden tot zorg, met name gelet op de

nieuwste ontwikkelingen, waarbij aanvullingen uit andere reserves minder vanzelfsprekend wordt. Ik

denk nu met name aan de meicirculaire. Wij vragen ons af of de realistische planning IVP 2004-2008

onder"-druk komt te staan. Met andere woorden: dreigt mogelijk vertraging van een aantal in 2005

voorziene investeringen,@ en, zo ja, welke? Anders. geformuleerd: moet de realistische planning IVP

2004-2008 nu al bijgesteld gaan worden?

Pijlerreserves en de post onvoorzien.

'Om tussentijds een aanvullende bezuiniging van E 2,4 miljoen in. 2004 te realiseren stelt het

college een incidentele ingreep voor bestaande uit een drietal maatregelen. In beginsel kunnen wij de

denkrichting van het college steunen. Wij vinden echter wel dat in het vervolgtraject ter voorbereiding

van de begroting 2005 ook helderheid over wenselijk geachte minimumbedragen voor de pijler-

reserves en de post onvoorzien incidenteel en structureel aan de orde is. Uit de beantwoording van in

eerste instantie gestelde vragen blijkt dat de weerstandscapaciteit van de gemeente onder andere

wordt bepaald door het vrije deel van de pijlerreserves en de post onvoorzien.

."Het waar mogelijk al in 2004 realiseren van bezuinigingen die in het kader van de Voorjaars-

ota 2004 zijn voorgesteld om vanaf 2005 te implementeren.' Dit is een van de drie maatregelen die

het college voorstelt ter incidentele aidekking van het extra tekort in 2004 na de meicirculaire. Wij

verzoeken het college om nog voor het zomerreces dit jaar met nadere voorstellen dienaangaande te

komen. Kan het college dat toezeggen? Voorstellen om de tegenvallers voor het jaar 2005 en verder

op te vangen, kunnen in het traject van de begroting 2005 meelopen.

Tot besluit.

Wij kunnen instemmen met de Voorjaarsnota 2004, behoudens hetgeen wij bij amendement

hebben voorgesteld en met inachtneming van de door ons gemaakte kanttekeningen, waar wij

uiteraard graag een reactie op ontvangen.

-3- 17 juni 2004

GOA.

Door bezuinigingen van de rijksoverheid worden wij in Heimond geconfronteerd met het effect

van de uitvoering hiervan in het GOA-beleid. Het geld gaat in de toekomst rechtstreeks naar de

scholen en daardoor verliest de gemeente haar regierol in deze.

Door de onderlinge samenwerking tussen de scholen te blijven stimuleren en met het maken

van goede afspraken moet de opgebouwde expertise behouden blijven. Daarnaast pleiten wij' ervoor-,

om door middel van maatschappelijke stages onze scholieren meer voeling te laten krijgen met onze

samenleving. Wij hebben daar reeds vorig jaar aandacht voor gevraagd en in -Eindhoven wordt dit nu

reeds in de praktijk gebracht. De aandacht die uitgaat naar GOA en OALT willen wij graag in een

breder perspectief plaatsen.

Insteekjeugdbeleid.

In de eerste grafiek die nu op het scherm wordt getoond, kunt u lezen wat de omvang is van de

risicogroepen in Nederland. Het aantal allochtone gezinnen bedraagt 150.000; het aantal gezinnen

gekenmerkt door mishandeling door de ouders bedraagt ongeveer 80.000. (Deze gegevens komen uit

een boekwerk van de Gezinsraad.)

In de tweede grafiek kunt u lezen wat de omvang is van de negatieve effecten voor kinderen.

Duidelijk wordt dat, hoewel verhoudingsgewijs er minder gezinnen zijn die gekenmerkt worden door

rriishandeling en verslaving, het risico voor kinderen uit deze categorie vele malen hoger ligt in.ver-

ge ijking met de kinderen uit allochtone gezinnen, waarvan ruim @92% het gewoon goed doet. Zoals u

k@'nt'zien in deze grafiek, is uiteindelijk de problematiek van onze allochtone jeugd vrij klein in ver-

gelijking met de problematiek die ontstaat in gezinnen waar ouders zelf niet meer goed functioneren

ten gevolge van ernstige psychische klachten, verslavingsproblemen en, in de meest bedreigende

situatie, waar ouders hun kinderen lichamelijk of geestelijk mishandelen. Het %betreft hier ongeveer

tussen de 60.000 en -80.000 kinderen in Nederland die hierdoor zeer ernstige gevolgen ondervinden.

Kinderen uit deze gezinnen hebben behoefte aan langdurige en continue begeleiding. Zoals u weet,

vindt mishandeling plaats in alle lagen van de bevolking en niet voor niets heeft de CDA-fractie tijdens

de behandeling van de begroting 2004 middels een motie nadrukkelijk de aandacht gevraagd voor

huiselijk geweld. Ons inziens zou de prioriteit van de jeugdzorg in Heimond moeten liggen bij de' ze

problematiek en wij vragen het college dringend om structureel beleid hierop te maken.

Peuterspeelzaalwerk.

De CDA-fractie is blij met de voorstellen van het college om alle peuterspeelzalen professionele

ondersteuning te geven. Geld en inzet die betere programma' s voor de groepen mogelijk maken, zijn

zeker goed besteed.

De CDA-fractie vindt al jaren dat vrijwilligers ondersteund moeten worden. Wij constateren dat

een stap in de goede richting wordt gezet, een stap die tevens getuigt van realiteitszin.

Speerpunt 6: Cultuur.

Met het antwoord van de wethouder ten aanzien van het Theo Driessen Instituut kunnen wij niet

instemmen. Juist de kamermuziekcyclus is een verrijking voor het culturele leven in Heimond en

verdient dan ook in de komende-jaren onze ondersteuning. Als CDA-fractie dienen wij hiervoor, mede

@m,@2ens de fracties van SDHOH, VVD, GL/D66 en de HSP, een amendement in.

Ten aanzien van het architectuurcafé begrijpen wij dat de subsidie uit de@begroting grondzaken

behouden blijft. Alles afwegende kunnen wij instemmen met het desbetreffende voorstel.

Mede naar aanleiding van de presentatie in de commissie samenleving maakt de CDA-fractie

zich zorgen over de exploitatie van 't Speelhuis. De uitdaging zal liggen op het vlak van public rela-

tions en het creatief omgaan met kaartverkoop. Wat te denken van opa&oma-kaartjes, waarmee

grootouders hun kleinkinderen goedkoop kunnen meenemen naar een musical? Wat te denken van

"last minute"-kaartjes?

rpunt 7: Sport en recreatie.

Reeds in 2002 heeft het college de toezegging gedaan om een sportpark in Brandevoort te tèa-

liseren. In het huidige voorstel schuift het college de zaak nu weer door naar 2006. Dat is niet terecht.

Dá'f3randevoorters kunnen nu alleen nog maar fierijeppeni @en dat is niet eens een Brabantse sport!

Niet verder uitstellen dus, maar gewoon beginnen. De gronden zijn eigendom van de gemeente en

wachten op uitvoering. De wijkraad heeft zijn visie gegeven op de nadere invulling en de bewoners

kijken verlangend uit naar een sportterrein.

Speerpunt 8: Centrumplannen.

De nieuwe plannen zijn positief ontvangen door iedereen. De marktpartijen staan te popelen om

aan de slag te gaan. Heimond krijgt eindelijk een volwaardig centrum. Onze complimenten voor het

college. Wij volgen de ontwikkelingen op de voet. Zoals blijkt uit de laatste brief van het college, zal

het masterplan geoptimaliseerd worden en kunnen wij dat in septemberloktober beoordelen. Daar

kunnen wij mee instemmen.

-5- 17 juni 2004

Wij wensen het college veel succes bij de nadere uitwerking als voorbereiding op de begroting

van 2005. De ambtenaren danken wij voor al het verrichte werk. Tot slot dank ik de aanwezigen voor

hun aandacht.

De VOORZITTER: Dames en heren! Door de heer Roefs is het volgende amendement inge-

diend:

Amendement Theo Driessen Instituut.

De Raad van de gemeente Heimond in vergadering bijeen op donderdag 17 juni 2004

Overwegende dat

stedelijke culturele infrastructuur één van de speerpunten van beleid is;

het Theo Driessen Instituut een parel is in het Heimondse culturele leven, in het bijzonder op

het gebied van de kamermuziek;

het TDI beschikt over een accommodatie welke bij uitstek geschikt is voor deze vorm van

muziek

Ván oordeel zijnde dat

",cultuureenbindendéfactoristussenmenseneneenb"dragelevertaanhetwelbevindenvan

de burger en de aantrekkelijkheid van de stad;

de kamermuziekcyclus een culturele betekenis heeft die de stadsgrenzen van Heimond over-

stijgt en in die zin van grote promotionele waarde is,

Besluit

hetCollegeopdrachttegevenomdesubsidievanE3.700,--voordeKamermuziekcyclus@

van het TDI te handhaven en de dekking te halen uit de post Bevordering Culturele Leven.,

En vervolgt de vergadering."

Dit amendement is ondertekend door de heren Roefs, Praasterink, Dams, Ferwerda en

mevrouw De Voogd-van Dortmont.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Mijnheer de voorzitter! Natuurlijk moeten wij, zoals reeds

eerder werd betoogd, tevreden zijn met deze voorjaarsnota, waarin de bezuinigingen zijn doorgevoerd

conform de wensen van de commissie-Dams, terwijl bovendien de meerjarenbegroting op dit moment

redelijkerwijze in evenwicht is. Een niet geringe prestatie van het college die in onze ogen de hoogste

waardering verdient. Waardering over de afwikkeling van de grootste bezuinigingsoperatie in de

geschiedenis van onze stad, die wij in goede harmonie hebben opgelost. Helaas is het einde kennelijk

nog niet in zicht, gelet op het persbericht dat de gemeente deze week deed uitgaan.

Toch beginnen wij ons betoog met de reservepositie van de gemeente. Dit in afwijking van de

CDA-fractie, die met dit onderwerp eindigde. Wij spraken daar in eerste instantie onze zorgen over uit

.,@,en, vroegen concreet naar de werkelijk vrij besteedbare reserve van de gemeente. Het antwoord

@á rop is duidelijk door het college gegeven (pag. 5 van de schriftelijke beantwoording), te weten circa

E 2,9 miljoen. Als wij het goed zien, zijn alle andere reserves wettelijk verplicht of nodig om, bijvoor-

beeld ook in de toekomst een sluitende begroting mogelijk te maken. Maar toen wij onze zorgen

@kënbaár'maakten, hadden wij het over het verloop hiervan, anders gezegd: hoe hoog is. het saldo van

'de vrij besteedbare reserve aan het begin van 2004 in vergelijking met het door het college verwachte

saldo van deze reserve aan het einde van het jaar. In feite is dit natuurlijk het weerstandsvermogen

van de gemeente. En daarover maakt de SDHOH-fractie zich dan wel zorgen.

In, dat kader speelt evenzeer de vraag naar de mogelijke onderhoudachterstand op de

t l"ke panden in beheer bij de afdeling vastgoed. Op de vraag die wij daarover stelden,

gemeen e ij

k2r'@e'gen -wij geen antwoord. Deze achterstand zal moeten worden ingelopen door middel-van een jaar-

e reservering. De vraag is of zulks uit deze reserve kan. Of moet een dergelijke reserve ontstaan

itr hét'@'a@@fstoten (dus verkopen) van panden of door voordelige exploitatieresuitaten?

Ook de reserve infrastructurele werken is negatief. Dan doet het er niet zo veel toe of dit via de

@cöncernadministratie gaat of bij de grondexploitatie thuishoort. Wij zullen het negatieve saldo moeten

wegwerken. Volgens de planning van dit moment zal dat het geval zijn in het jaar 2009.

Wij zullen ons als raad - op basis van de antwoorden van het college van burgemeester en

wethouders - te zijner tijd over onze financiële situatie moeten buigen, zeker daar waar wij begrijpen

dat er extra bezuinigingen van de rijksoverheid zijn te verwachten.

(De heer Vereijken komt, om 17.27 uur, ter

vergadering.)

-6- 17 juni 2004

Veiligheid en handhaving.

Naar aanleiding van het schrijven van de gemeente Amsterdam hebben wij voorgesteld aan het

presidium de kwestie van het rijksbeleid ten aanzien van softdrugs in de commissie ABA te agen-

deren. Wij zijn de mening toegedaan dat ook binnen onze gemeente de discussie hierover op korte

termijn principieel gevoerd moet worden. Het schrijven van de raad van Amsterdam kan hierbij een

goede handleiding zijn.

Overigens blijkt dat veel burgers zich storen aan het "kleine" handhavingsbeleid: openings-,en

sluitingstijden, illegale pensions, rommel en afval op straat en zo verder. De vraag rijst bij ons of de

pensionverordening moet worden aangepast. Overigens zouden wij ook kunnen denken aan aan-

passingen van de brandveiligheidsvoorschriften of de Algemene Politieverordeni,ng (APV).

Bij de uitwerking van de centrumplannen;zou terdege rekening moeten worden gehouden met

de detailhandelsontwikkeling op het industrieterrein. Bij de toegezegde uitwerking van het leisure-

beleid komen wij hierop terug.

NV REDE.

Zoals in eerste instantie al aangegeven, ondersteunt de SDHOH-fractie de opvatting van het

college ter zake REDE volledig. De directe resultaten die REDE voor Heimond heeft geboekt, zijn ook

in onze ogen mager. Je kunt je bijvoorbeeld afvragen waarom REDE in de Heistraat heeft afgehaakt

of hoe het zit met de leegstand. Deze vraag ontlenen wij aan een recent artikel in de lokale @pers.

Wij zijn ook niet zo onder, indruk van de brief van REDE d.d. 2 juni j]. Immers, er verandert niet

zo heel veel. Als REDE overtuigd is van de resultaten die zij heeft bereikt, zal dat ook in de toekomst

natuurlijk geen probleem hoeven te zijn. Aandelentransacties tussen goedwillende partners hoeven

dan geen belemmering te zijn, maar kunnen in goede harmonie - naar wij verwachten per 1 januari

2006 of zoveel eerder als juridisch mogelijk is - worden opgelost.

Minimabëieid.

Wij zijn het hartgrondig eens met de opmerking dat in het kader van de Bijzondere bijstand

gezocht moet worden naar nadere beleidsvoorstellen met betrekking tot beheersing van de toename

van aanvragen en de klantvriendelijkheid. Wellicht verdient het aanbeveling om, alvorens met een

beleidsnota te komen, de beleidskaders af te stemmen met de raadscommissi@e.

Brain,port.

Heimond heeft veel "maakindustrieën" binnen de stadsgrenzen. Steeds meer zien wij dat dit

soort bedrijven met een kaartje enkele reis in oostelijke richting verdwijnen. Dat geeft:te denken. Maar

of kennisindustrie dan wel@ de oplossing wordt, vraagt de SDHOH-fractie zich af 'Ook dit soort äcti-

viteiten verdwijnt uit Nederland. Recente artikelen van oud-staatssecretaris Vermeend, die hier even-

eens zijn twijfel over uitspreekt, bevestigen dit vermoeden. Dan rijst de vraag welke extra argumenten

de raad of het college nog kan inbrengen. In onze optiek in ieder geval prudent omgaan met de daarin

te investeren schaarse middelen.

Wij zullen het - volgens de SDHOH-fractie - meer moeten zoeken in de vrijetijdsindustrie. Dat

betekent voor ons met spoed plannen uitwerken met betrekking,tot Berkendonk en.dergelijke. Het is

een goede zaak dat samen met Deurne te doen. De gemeentelijk bijdragen aan@@de.éxploitatié mogen

wat ons aangaat worden afgebouwd. De exploitatiekosten moeten ook in de toekomst voor de

gemeente budgettair neutraal blijven.

Onderwijs.

Wij zullen - volgens.de SDHOH-fractie - grote,aandacht moeten besteden en met snelheid

handelen daar waar het gaat om uitbreiding van onderwijscapaciteit zoals in het geval van De Groene

Campus. Ook hier gaat het immers om structurele arbeidsplaatsen. Wij hebben destijds gevraagd om

snelheid. Wij hebben bevorderd dat,dit.punt in de commissie aan de orde werd.gesteld. Onze, brief ter

zake dateert al van 20 januari 2004@ @@ib : 1 te

. middels@schijnen eri als wijde @krant-goed ezen, openingen

zijn. De desbetreffende brief van OMO is - en dat is een vraag! - waarschijnlijk...bij.de..gerTieente

binnengekomen. Volgens dit schrijven kunnen er besprekingen plaatsvinden.zonder:voorwaarden

vooraf. De SDHOH-fractie zou van deze brief graag een kopie ontvangen. Ook het Jan van Brabant

heeft zich in dezelfde zin uitgesproken als OMO dat heeft gedaan. Voor de goede orde: er ligt een

convenant dat is afgesloten tussen het Jan van Brabant, Helicon en Fontys en geen der partijen

schijnt behoefte te hebben aan een nieuw en ander convenant. Maar laat ons wel zijn: de SDHOH-

fractie wil in dit opzicht garen op de klos en wel op zeer korte termijn. In de voorgaande genoemde

brieven staan partijen open voor compromissen. Wellicht vindt de vertraging zijn,oorzaak in vroegere

en wellicht nog bestaande bestuurlijke en ambtelijke verbindingen met OMO.

Rest natuurlijk nog de kwestie van de doordecentralisatie. Tijdens de raadsvergadering van juni

1999 heeft de fractie van toen nog Ondernemend Heimond gesteld:

-7- 17 juni 2004

"Gelet op het feit dat Ondernemend Heimond in principe voorstander is van verantwoor-

delijkheid leggen daar waar zij thuishoort, zijn wij in principe voor doordecentralisatie van

onderwijsmiddelen. Maar dat geldt dan niet alleen voor TKC, OMO etc. Neen, dat geldt dan

voor het hele onderwijsveld: lager en middelbaar-, openbaar en bijzonder onderwijs. Daar zal in

onze ogen een plan en een strategie voor moeten worden ontwikkeld. Verdeling van middelen

is prima, maar niet voor de één andere regels hanteren dan voor de ander. Dat is voor ons eerl

voorwaarde vooraf."

WI' willen op dit moment de broze relaties tussen de verschillende partijen niet ondermijnen

-'door expliciet inzet te vragen van het college van burgemeester en wethouders met betrekking t ot het

Vraagstuk van de doordecentralisatie. De voortgang van de verdere ontwikkeling van De Groene

taffipus is daarvoor te wezenlijk. Wij nemen dan ook aan dat het college van burgemeester en wet-

houders ken' nisneemt van onze opvattingen ter zake.

Wij spraken onze twijfel uit over de bètaalbaarheid van de professionalisering van het peuter-

speelzaalwerk. Wij constateren dat ook het college worstelt met de structurele dekking van deze pro-

fessionalisering - getuige de uitspraak eh ik citeer ( ág 20):

p

"het bedrag a me elijke stimulerings- en overgangsmäátregel om

v n E 800 000,- opgeno n als tijd

te komen tot een betere positionering van het peuterspeelzäalwerk. Dit is incidenteel geld om

verdere uitwerking van: het toe 'd

voorlopig een invulling te geven aan komstige belei

Mijnheer de voorzitter, de SDHOH-fractie wil dat wij eerst als raad de kaders hiervoor stellen

1vòrens de'geiden ter beschikking te stellen. Dat was de achtergrond van onze vraag om eerst met

@onze collega's uit de raad hierover van gedachten te wisselen. In principe is dat toegezegd@@doo@ het

college, maar dat betekent dan wel dat wij dat geld nu niet definitief vaststellen.

Wat de positionering van het peuterspeelzaalwerk betreft: aansluiting bij het basisonderwijs

heeft onze voorkeur.

Voorts ontvingen wij een schrijven van het Of een Turks Platform inzake het onderricht in

vr1eemde talen, nu het onderwijs in allochtone levende talen (OALT) wordt afg@schaft@ Natuurlijk is het

belangrijk dat er lessen Worden gegeven in allochtone talen. Maar als het zo belangrijk i;,:-" zal dit' in

onze ogen door de belanghëbbèndeh zelf betaald moeten worden. Nederland heeft een goed systeem

en de gewenste extra's zu len als zodanig voor rekening van de betrokkenen moeten komen.

In dat kader willen wij nogmaals expliciet het coiiègebeleid met betrekking tot het afschaffen van

aécommodatiesubsidies voor specifieke groeperingen ondersteunen. Dit betekent dat er contracten

moeten worden afgebouwd. De SDHOH-fractie zo 1u1graag een overzicht ontvangen van het tijdspad

en de daaraan gekoppelde detailleringen. De hiermede in gang gezette ontwikkeling @behoeft wat de

SDHOH-fractie betreft geen eindstation te zijn. Wij zullen ons; moeten realiseren dat 'de afbouw van

alle specifieke subsidies binnen een periode van vier jaar zijn beslag dient te krijgen.

WVG.

De ontwikkeling met betrekking tot de VVVG baart ons zorgen. Wij realiseren ons dat er twee

aspecten spelen op dit moment, te weten:

'Het vaststellen van de financiële kaders die uitgangspunt moeten @zijn voor de begroting van 2005;

@'2. @ Het vaststellen van de inhoudelijke zaken waarvoor de beschikbare middelen moeten worden

ingezet.

Het doet ons plezier dat het college van burgemeester en wethouders deze twee zaken' heeft

losgekoppeld. De inhoudelijke discussie zal plaatsvinden tijdens de raadsvergadering van' @ @juli ä.s.

WI" hebbén@ groot respect voor de wijze waarop onder meer het GÖHI de belangen van de VVVG-

cliënten behärtijt. Wij' zijn dan 'ook van mening dat actieve communicatie vooraf tussen college'@:en

GOH @nodig is en ook goed zou kunnen werken. Dat Voorkomt in ieder geval dat Wij nu nog tee s

,nadere informatie krijgen. Zien wij het goed, dan 'blijft er slechts één punt over, te weten het vervoer.

òáä'@bij gaat het om drie mogelijkheden zoals die zijn voorgesteld door'het GOH, te weten: 1. scoot-

mobiel en Winterbudget 2. collectief vraagafhankelijk vervoer - tegen openbaarvervoerstarief @ en 3.

-@fó@fáitair bedrag.

Het cóliege vraagt desalniettemin nu te kiezen en de financiële kaders vast te stellen. Vanuit

begrotingsópzicht is dat volkomen juist. Wij zullen juist, ook naar de toekortst toe, de WVG betaalbaar

moeten houden. De SDHOH-fractie heeft zich in de commissie uitgesproken,voor afschaffing van het

forfaitaire bedrag in het kader van de vervoersvoorzieningen. Dat blijft zo. Maar in het kader Va n de

inhoudelijke discussie willen wij ons in samenspraak met de GOH wel bezinnen over mogelijke her-

schikkingen en herprofileringen binnen de thans vast te stellen financiële kaders.

@ Uiteraard ondersteunen wij het amendement dat mede namens onze fractie is ingediend en dat

gaat over het niet-bezuinigen op de@ kamermuziekcyclus van het Theo Driessen Instituut.

Natuurlijk willen wij @ de antwoorden van het college van burgemeester en wethouders af-

wachten, maar daarop vooruitlopende zullen wij, met inachtname van onze opmerkingen in eerste en

-8- 17 juni 2004

tweede termijn, akkoord gaan met de besluiten zoals die geformuleerd zijn in het ontwerpraadsbesluit.

Consensus over onder meer uitgangspunten van bezuinigingen, omdat wij ook bij moeilijke beslis-

singen kleur moeten durven te bekennen.

Voor het gevoel van de SDHOH-fractie zijn de komende tijden nog, veel problemen te verwach-

ten. Problemen die wederom te maken hebben met de bezuinigingsvoorstellen van de regering. Aan-

passingen die dan tijdig doorgesproken moeten worden en nodig zullen zijn. Maar daar waar wij als

raad in goede harmonie uit de bezuinigingsoperatie zijn gekomen, hebben wij-er het volste vertrouwen

in dat soort zaken in de toekomst,-evenzeer met raad, en@college te,kunnen realiserenz.,iEen.,signaal -

wellicht met een aantal andere gemeenten - in de richting van den Haag zou hier, zeker,@op @ziin plaats

zijn.

Mijnheer de voorzitter! Traditioneel,onze dank voor de inzet van het college en, de ambtelijke

organisatie. Dank ook voor de steun en inzet die ik van mijn fractie heb ondervonden. En onze d ank

aan Onze Lieve Heer, die het mogelijk maakte mee te werken aan het wel en wee van onze"städ.

De heer SMITS (HB): Mijnheer de voorzitter, raadsleden'- wethouders en overige, aanwe1zia en.

goedemiddag! Op de drempel van de overgang van het.voorjaar naar,de,zomer, volgende week - en

aan de vooravond van het zomerreces, wordt van ons als fractie verwacht dat wii oòrdelen, over de

uitgangspunten die door het, college in. de Voorj;aarsnota 2004 voor de begroting. 2005 zijn uit-

gestippeld: het slaan van: de -,overbekende piketpalen, met@ het 1 verzoek @toth.@t: - n@äke@.-..vá@ -politieke

keuzes voor de uitgaven en inkomsten,voo,r-,2005. Het uiteindelijke re@uli át,van dit:stuk@en, de"besluit-

vorming vandaag zal worden vertaald naar de begroting 2005, die eind oktober/b@gin november aan

ons zal worden voorgelegd en waar wij dan over moeten besluiten.

De voorstellen en uit an untén van, de Voorjaarsnota 2004 werden afgelopen" maandag

1 g gsp

echter wreed verstoord, een schokgolf voor de lokaal financieel betrokkene n. [)e meicircülaire,.werd

door minister Remkes gepresenteerd, gedownioad van de internetsite van het ministerie van Dinnen-

landse zaken. Donkere financiële wolken -dreven over vele gemeenten, want er zou worden gekort op

het gemeentefonds. De verrekening naar de gemeente, het zogenaamde. accres 20@Ö4, salut1onder -

druk. De,kreet "Als het regent in Den Haag, druppelt het in de giemee@tes," kreea@ dit@ keer van de

minister een variant: "gezamenlijk de trap op, maar ook gezamenlijk de trap af'.

Onze rekenmeesters hebben de meicirculaire inmiddels vertaald. Dit, betekent dat wij @ voor het

lopende jaar dekking moeten zoeken voor nog eens E 2,4 Miljoen extra en inlde begroting 2005

structureel nog eens E 2 miljoen. Afgelopen dinsdag vernamen wij dit via de media., i'erwi-1 de wet-

houder financiën maandagavond nog met de commissie MO&E als portefëuilieh'óuder had,ve@gaderd

eh de commissieleden eventueel had kunnen voorinformeren. Voorzitter, een gemiste:ci,uale kans.

Naar onze inzichten is weer de verkeerde informatieve marsroute gevolgd.

Gisteren vonden wij de "onheilspellende boodschap" op onze deurmat en tevens in onze.- e-

mailbox met, zoals te verwachten was, een collegevoorstel vanwege de accreskorting. Goed. Wij

wachten met belangstelling de uitwerking van de voorstellen af. Overigens, voorzitter, zien onze

landelijke rekenmeesters.,.na"2005iai.weer-@een".positieve,..ontwikkeling4.voor wat,-.het--accres@,betreft.

Schijnbaar voorzien zij minder regen of minder hoge trappen in, de toekomst.

Voorzitter! 1Bij de schriften ke behandeling in eerste termijn zijn wij als fractie Heimondse

Belangen al uitgebreid ingegaan op uw voorstellen. Wat ons in eerste instantie, bij het lezen van de

fractiebijdragen opviel, was:. dat:@.-deze in. sommige@@gevallen."in@"een.-,vrij@-@summiere..@.."vor -m -waren in-

geleverd. Onze fractie maakte maximaal gebruik., Velen onder u, zullen nu gelijk, reageren met de

opmerking dat onze fractie nooit schroomt om een schriftelijke inbreng of bijdrage te doen. Binnen

Heimondse Belangen tellen wij vaak onze zegenen, als wij merken.dat onze in schriftelijke bijdragen

vervatte ideeën vaak later terugkomen"als waardevolle@aanvullingen.bin nen het. Helmond!@e.

Een recent voorbeeld-is@.@hetfinvullen.vari,een.@grootschali imuziekevenement,-voor.,de@ieugd,

@g

waarvoor met name het vorige-college,-totaal geen oor" had. Blij zijn wij met de. gemee@ieliike financiële

injectie om te komen tot zo'n grootschalig muziekevenement. De wethouder cultuur, ,,heeft waar-

schijnlijk zijn mandaat gebruikt-,binnen.,het@-evenementenbudget.,-Minder-t@gelukk@g@, ijn.,@w. "..met-,het:,feit

ij

dat onze. duate raadsvertegenwoordiger, Erik van Kilsdonk, werd geweerd, van een eerste jeugdbijeen-

komst in Plato in het kader van dit jeugdevenement. Zowel ambtelijk als bestuurlijk werd geen waarde

gehecht aan zijn aanwezigheid. Onze fractie begrijpt dit niet. Het is net zo onbegrijpelijk-als toen in de

vorige raadsperiode mij de deur werd gewezen bij een klankbordgroep4bewonersbijeenkoms,t in

Binnenstad-Oost.

Voorzitter! Het lijkt wel of de duale verhoudingen worden aangescherpt. Mogelijk is, dit al een

voorbode van de verkiezingskoorts. Saillant is dat ook collegeleden steeds vaker - soms ook samen -

bij openingen, recepties of workshops worden gesignaleerd. Onlangs liepen er zelfs vijf wethouders

rond tijdens een buurtschouw in Binnenstad70ost. Vroeger, nog in het monistische tijdperk, kwam

-9- 17 juni 2004

:wethouder Jan van der Zanden gewoon op een vrijdagavond gezellig naar een wijk toe om dan de

knelpunten samen met de betrokken bewoners te bekijken. Maar ja, tijden veranderen en misschien

waren de problemen ook van iets mindere aard.

Wij denken dat de wethouders, de uitvoerenden binnen het duale bestel, de politieke betrok-

kenheid missen en de voeling en het contact met de achterban dan wel de burgers missen. Kortom:

de duale rollen tussen raad en college worden naar onze mening aangeschept.

Als fractie Heimondse Belangen proberen wij onze duale volksvertegenwoordigende politieke

..1r6 nhoud te geven. Zo hebben wij onlangs ons Mobiel Informatie Punt gepresenteerd, zaterdag voor

dë@éerste keer "on tour', standplaats winkeleentrum Brouwhorst, en bestemd voor ontmoetingen met

bewoners van Rlipelberg en Brouwhuis.

Goed voorzitter, ik ga terug naar de uitgangspunten van de Voorjaarnota 2004. Wij hadden de

ind@u4k dat vele fracties tevreden waren met de voorstellen. De eerste twee bijdragen van vanavond

bevestigen dat. Ook bij onze fractie leefde, zeker bij de presentatie begin mei, deze indruk. Alleen,

zoals wij in onze schriftelijke bijdrage aangaven, hebben wij onze indruk toch wat bijgesteld. Met name

de-invullihg van de beleidsmatige bezuinigingen volgens het advies van' de commissie-Dams en de

voorgestelde intensiveringen - vanwege het vrij besteedbare deel van de jaarrekening 2003 - gaven

ó@nz'e@'@fractie enige stof tot discussie. De indruk van onze fractie was dat het college wel op een heel

ing van het

bijzondere rooskleurige wijze de financiële positie van onze gemeente omschreef. De houd

.6Ö11, ge had iets van@- goed gedaan, jochie; zijn er nog opmerkingen; nee? dan gaan wij zo aan de

@la@-g!'@Dat is iets in de trant van: wij kloppen ons zelf op de borst en geven ons zelf een ruime vol-

doende. Want wat zijn de vooruitzichten in de Voorjaarsnota 2004? Een sluitende begroting 2005,

reserves op peil, investeringsprogramma's afgedekt - maar wel enige zorg over het mëerjaren-

'perspectief, de egalisatiereserve en het peil van het weerstandsvermogen, om maar een paar items te

noemen. Kortom, het college heeft een houding van: wie doet ons wat?

Zoals al aangegeven in onze eerste termijn, zetten wij onze vraagtekens bij een en ander.

Zeker in het licht van de negatieve geluiden van o.a. het Centraal Plan Bureau over de economische

barometer voor Nederland in 2005 en natuurlijk ook van de meicirculaire, die ons een beetje koud op

het dak is komen vallen.

Het lijkt wel of wij financieel gezien in Heimond op een roze wolk zitten en het onder die wolken

zwaar weer is! Voorzitter, dat kan toch niet zo zijn? Ook wij zullen op onze tellen moeten gaan

passen. Naar onze inzichten moet de knop "om" en moeten wij ons, nog meer dan wij voorheen al

deden, gaan focussen op ons financieel beleid, ons uitgavenpatroon en de financiële bedreigingen.

De tering naar de nering zetten. Waar heb ik dat meer gehoord?

Het financiële beleid van het zittende college heeft naar onze inzichten een nogal vreemd-

soortig karakter. Ons is opgevallen dat de laatste twee jaren de jaarrekeningen aardige financiële

overschotten hebben opgeleverd. In 2002 circa E 14 miljoen en vorig jaar zelfs circa E 17 miljoen.

Vorige colleges bleven doorgaans steken op E 2 á 3 miljoen en die waren daar al heel trots op! Over

de overschotten wordt overigens netjes binnen de marap's, en inmiddels berap's, gerapporteerd en

-worden de voordeeltjes vervolgens door het college ingezet of geoormerkt voor uitgaven: structureel,

onvoorzien incidenteel, naar de reserves voor majeure projecten. Dit allemaal binnen het duale

(vraagteken, vraagteken!) collegeprogramma.

it jaar mogen en kunnen wij - na aftrek - als overschot van jaarrekening 2003 een vrij

D

ëdbaar bedrag van E 3,1 miljoen in de begroting 2005 wegzetten voor de diverse intensive-

ringen. Wij hebben bij de controle van de jaarrekening 2003, weliswaar schriftelijk, hierop al gerea-

geerd en gevraagd om bij het opstellen van de begroting 2005 accurater te werk te gaan. Een accu-

rater sluitende begroting, mede omdat ook onze bewoners hun deel bijdragen. Om de lokale belas~

tingdruk in toom te houden want, zoals bekend, is de financiële last van onze burgers één van de

hoogste in Brabant. Ja maar, hoor ik het college al zeggen, zij profiteren toch direct van de herbeste-

dingen?

Voorzitter, daarmee kom ik terug bij het uitgangspunt van het debat van vandaag, de politieke

keü-@es die worden voorgesteld. U stelt in uw collegeprogramma duidelijk het motto "mensen voor

stenen"; een sociaal evenwichtig beleid voeren, één van de drie s'en. Nou, voorzitter, in de bezui-

nigingsronde treft u met name vele mensen, zij het met kleinere bedragen, bijvoorbeeld in de cultuur-

sector en voor verenigingen en instanties. Die hoef ik hier niet allemaal niet op te sommen, want wij

hebben allemaal de brieven en reacties kunnen lezen. Maar ook grotere instanties uit bijvoorbeeld de

welzijnssector hebben gereageerd. O.a. de SWH heeft dat gedaan.

Als wij bijvoorbeeld de stenen van de nieuwe fontein op het Boscotondoplein achterwege

zouden laten, dan waren vele gedupeerden nu al geholpen! Of als wij niet zouden investeren in het

mechanisme van ophaalbruggen, die toch nooit meer zullen worden gebruikt, dan hadden wij minder

brieven van gedupeerden ontvangen.

-1 o- 17 juni 2004

Verder was en is er de discussie met de doelgroep van de VVVG; achter de schermen, via e-

mail en commissievergaderingen, via brieven van het college. Het was allemaal heel levendig. Het

dossier VVVG ontaardt naar onze visie momenteel in een welies-nietesdiscussie. Op 6 juli a.s. moeten

wij hier een weloverwogen besluit over een voorstel inzake de VVVG gaan nemen. Wat ons betreft

mag het college daar in een vergadering van de commissie samenleving nog best een agendapunt

aan wijden.

Verder, voorzitter, denken wij dat wij binnenkort weer een nieuw hoofdstuk in het dossier Klein

Arsenal kunnen gaan beschrijven Het college schrijft,in zijn antwoord in eerste,termijn, dat.onderkend

is dat Klein Arsenal voor de eerste maanden van de nieuwe voetbalcompetitie zelf moet zorgen voor

speel- en kleedaccommodätie. Anders gezegd: het college geeft in bedekte vorm aan dat aan de

situatie op sportpark de Braak -een einde komt en de vereniging zelf op zoek moet gaan naar een

speelveld dat de club kan gebruiken tot aan het moment dat de nieuwe accommodatie klaar zal zijn.

En dat laatste kon nog wel eens heel lang duren... Om maar eens in voetbaltermen te spreken: het is

stil aan de overkant!

Voorzitter; ik ga afsluiten. Ik had het nog kunnen hebben over het referentiekader bij groen-

beheer, of over onze indruk dat het onderhoud in de openbare ruimte de laatste perioden niet vooruit

maar misschien zelfs wat achteruit is gegaan. De bewoners gaven het college in een en.quéte een

mager zesje; weliswaar een voldoende, maar toch. Wij gaven als voorbeeld in onze @ eerste instantie

de schrikbarende overlast van kauw omresten op ons-:mooie straatmeubilair -rondom ons mooie

1 - 1 '9

Boscotondogebouw. Laat het cöiiege,er in, godsnaam voor zorgen dat de kauwgomresten@-een@keer

weggehaald worden. Géén reactie in eerste termijn. Dat zal dus wel goed komen op termijn - althans,

dat verwachten wij!

Wij hadden het ook kunnen hebben over de vele toezeggingen die het college in de. beant-

woording in eerste termijn heeft gedaan. Na het zomerreces zullen ons nog vele nota's, plannen en

planuitwerkingen worden voorgeschoteld.

. Op de nadelige gevolgen,van de opheffing van de onroerendezaakbelasting hadden wij hier ook

nog kunnen ingaan. Want die gaat, gezien de meicirculaire, op 1 januari 2005 in.

En wat te doen met de gereserveerde middelen voor de afrekening van het BTW-compen-

satiefonds? En dan de zin of de onzin om het budget knelpunten woonomgeving te halveren! Of het

parkeerprobleem dan wel de parkeerdruk in vooral de oudere woonwijken. Etc. etc. etc.

Voorzitter, ik wil afronden met twee onderwerpen.

Ten eerste de NV REDE. Uiteindelijk stelt het college dat wij via onze SRE-bijdrage,blijven

participeren in REDE. Het college wil echter zelf wat extra financiële ruimte om enkele projecten op te

starten. Voorzitter, het opzeggen van het lidmaatschap van REDE is in onze- visie onjuist. Wij moeten

streven, naar meer invloed en inbreng, zowel bestuurlijk, via onze collegevertegenwoordiger, als

ambtelijk. Wat meer op de tafel slaan en wat meer op de voorgrond treden! Daar moet naar onze

inzichten aan gewerkt worden. Wij zijn absoluu t tegen opzeggen van het lidmaatschap en zullen in het

kader van de vaststelling van de begroting 2005, als het college in zijn standpunt blijft volharden, op

dit punt zeker een amendement voorbereiden.,-Dat was op,dit moment,ook mogelij@,:geweest, maar wij

hebben dat niet gedaan. Wij geven het college zelfs het advies de extra gelden voor economische

projecten in de begroting 2005 voor andere doeleinden in te zetten.

Dan het tweede, onderwerp. Om het geheel . af te -ronden hebben wij toch -nog een

amendementje voorbereid.. .,Dat.-.mag"men . ook...verwachten van een,.. oppositiepartij. Wij..stellen. bij

amendement voor de gelden voor de herpla,nt op"'t Hout en de Apostelwijk naar voren te halen om

zodoende in het -najaar te kunnen planten. Wij denken namelijk dat wetho uder stedelijk beheer

inmiddels heeft vernomen dat het najaar het beste plantseizoen is!

De VOORZITTER:,. Dames.. en' heren! Door..de,, heer Smits is het volgende amendement

ingediend:

"Amendement 2.

AMENDEMENT

De raad van de gemeente Heimond bijeen d.d. 17 juni 2004.

Onderwerp: Vaststelling van de Voorjaarsnota 2004

De raad,

Gehoord de beraadslaging,

Overwegende dat;

- voorafgaande aan het rooien en de effectuering van de kapvergunning, medio 2003, aan de

omwonenden en verenigingen toezeggingen zijn gedaan m.b.t. de voortgang van de her-

plantplicht,

17 juni 2004

- middelen zowel in de VJN 2004 en vervolgens in de begroting 2005 zullen worden vrij-

gemaakt,

- het plantseizoen voor bomen bij voorkeur in het najaar ligt,

Besluit

- de herplant van de stormschade van juni 2003 op 't Hout en Apostelwijk uit te voeren in het

najaar 2004,

- na het vaststellen van de VJN 2004 de planuitwerking verder te voltooien en overleg-

linformatieavonden plannen 1 opstarten met direct omwonenden,

- het bedrag van E 150.000,-- tijdelijk te voorfinancieren c.q. begrotihgtechnisch naar voren te

halen, binnen de regulier bekende financiële gemeentelijke processen.

En gaat over tot de orde van de dag.

Dit amendement is ondertekend door de heer Smits.

De heer DAMS (VVD): Voorzitter! Voorzitter, leden van het college, leden van de raad en overige

.aanwezigen! Vandaag naderen wij het einde van het proces van de voorjaarsnota. Een uitgelezen

,moment om nog even stil te staan bij de totstandkoming van deze nota. De VVD-fractie@ is de mening

,toegedaan dat nog nimmer in de geschiedenis van de voorjaarsnota in Heimond zoveel participanten

ad 1 in het proces.betrokken zijn geweest. Nadat de bezuinigingscommissie kaders aangegeven heeft,

,is het college met zijn ambtenaren aan de slag gegaan en heeft het grotendeels binnen de aangegeven

kaders een doorzicht naar 2005 opgesteld. Een doorzicht waar niemand echt vrolijk van kan zijn, maar

.,wel een doorzicht dat in hoofdlijnen door het merendeel van de betrokkenen, ook van de raad, gezien -de

schriftelijke bijdrage in eerste instantie en ook van het ambtelijk apparaat, blijkens het schriftelijke ant-

woord van het college, onderschreven wordt. Natuurlijk zijn op onderdelen in de details variaties te con-

stateren, maar dat is een wezenlijk kenmerk van ons democratisch bestel en hangt onlosmakelijk samen

met bezuinigingen. Bezuinigen doet altijd pijn en de keuzes zijn altijd mede ingegeven door partij-

programma's. De WD-fractie acht het herhalen van eerder uitgesproken complimenten dan ook op zijn

plaats.

Waar wij pas dinsdag jl. op de hoogte zijn gesteld van de effecten van de meicirculaire, is de ver-

wachting dat daarin nog substantiële aanvullende bezuinigingen aangekondigd zouden worden, beves-

tigd. Een additionele structurele bezuiniging vanaf 2005 van E 2 miljoen vereist wederom creativiteit en

het maken van verdere pijnlijke keuzes. Wij adviseren het college ter voorbereiding van zijn voorstellen

in deze richting voor de begroting 2005 na te gaan waar de maximale bandbreedte van de kaders van

de bezuinigingscommissie nog niet bereikt zijn en aanvullende bezuinigingen bij de desbetreffende

programmaonderdelen te zoeken. Lastenverzwaring voor de burger heeft in eerste instantie uitdrukkelijk

niet onze voorkeur.

Bij de beantwoording door het college zijn nog enkele inhoudelijke punten blijven liggen. Ook

willen wij bij enkele punten nog even stilstaan.

Met betrekking tot het programma Onderwijs, jeugd- en kinderopvang heeft de WD-fractie gesteld

z@ich,@te kunnen verenigen met de opvatting dat het peuterspeelzaalwerk aansluiting en samenwerking

Z.OU'@ moeten zoeken met het basisonderwijs. Wij hebben de suggestie gedaan om aan subsidie-

t kénning de voorwaarde van samenwerking te verbinden. Hierop hebben wij in eerste instantie geen

reactie gekregen, zodat wij bij deze de wethouder uitnodigen alsnog op onze suggestie in te gaan.

Ten aanzien van het programma Cultuur betreft dit op de eerste plaats de impuls voor evene-

menten in het centrum. Onze fractie zou het toe juichen als verlevendiging van het centrum middels

evenementen qua impuls ook na 2007 gecontinueerd zou kunnen worden. Randvoorwaarde, en dat

:ii@6@lg'e duidelijk zijn,@-, is de beschikbaarheid van middelen. Dat was de inhoud van onze schriftelijke op-

merking. Wij hebben er begrip voor dat momenteel daarin geen inzicht kan worden gegeven en wij

zullen daarom bij gelegenheid van de Voorjaarsnota 2007 hier nader op terugkomen.

Met betrekking tot de kamermuziekcyclus van het Theo Driessen Instituut, een kwalitatief hoog-

staande cyclus die relatief weinig subsidie vergt, zou onze fractie het op prijs stellen als de wethouder de

bezuiniging hierop nog eens wil heroverwegen. Met beperkte middelen kan immers Heimond hiermee

cultureel op de kaart blijven. Om die reden hebben wij het door de heer Roefs ingediende amendement

mede ondertekend.

Ten aanzien van de orgelcollectie hebben wij met genoegen kennis genomen van het onderzoek

naar herhuisvesting in zaal Hot News. Inmiddels zijn wij in de tweede helft van juni aangeland. Wij ver-

nemen dan ook graag van de wethouder nader hierover, en dat betekent inclusief de financiële con-

sequenties en de dekking van deze herlocatie. Wel is binnen onze fractie de vraag gerezen of over-

-12- 17 juni 2004

wogen is, in verband met verlevendiging van het centrum, een locatie op de Markt te zoeken c.q.

waarom de keuze op huisvesting op de Steenweg lijkt te vallen.

De WD-fractie heeft uit het antwoord ten aanzien van de Sporthal Suytkade afgeleid dat hier een

rendabeler exploitatie mogelijk wordt in vergelijking met de City-Sporthal. Toch blijft onze concrete vraag

naar de toekomstige exploitatie. Graag willen wij het college de gelegenheid geven hierop in tweede

termijn nader in te gaan.

De Regionale Economische Dienst. Eindhoven (REDE) is, zoals ook in de naam aangegeven

wordt, een regionale dienst, @die,-voor@de"geheie,regioldiensten. behoort -te-leveren en waarvan de bekos-

tiging door de gehele regio gedragen zou moeten worden. Dit impliceert een bekostiging op basis van

een eenduidige verdeelsleutel door alle regiogemeenten naar evenredigheid. In dat licht is de VVD-

fractie het volledig eens met het college dat er plaats is voor één.aandeelhouder, te weten het SRE, die

dan ook zorgdraagt voor de bekostiging van deze economische dienst. Dit impliceert dat ook Eindhoven

haar directe aandeelhoudersschap zou moeten beëindigen. Wij vragen ons af in hoeverre hierover reeds

overleg met Eindhoven heeft plaatsgevonden. Een meerderheid van onze fractie is overigens de mening

toegedaan dat, ook indien Eindhoven niet voornemens is terug te treden als directe aandeelhouder,

Heimond dit voornemen toch moet doorzetten omdat de voordelen, van:een dubbele aandeelhoudersrot

moeilijk zichtbaar te maken zijn. Wij gaan daarmee @al.@3 fractie akkoord met het collegevoorstel om een

grotere regierol te hebben in de.besteding, van onze beschikbare middelen, maar zouden het op@-prijs

stellen als overleg met Eindhoven@-zou,@iéiden, tot:een@gezamenlijk optreden in deze. Graag vernemen: wij

van het college wat eventuele verdere'consequenties zijn van deze stap. Dan doelen wij specifiek op

aspecten als: tegen welke prijs worden de aandelen overgedragen; wat zijn de consequenties met

betrekking tot de aanvullende overeenkomst tussen de gemeente Heimond en de REDE; zijn er nog

aanvullende gevolgen van het beëindigen van de directe aandeelhoudersband etc.

Resteert de@constatering dat het college onze suggestie ten aanzien van de Brandevoorter fly-over

niet overneemt, maar wel de vinger aan de pols zal houden. Wij zijn ervan overtuigd dat het college dit

op alle programmaonderdelen doet, evenals wij dat als raad doen. Maar zeker ten aanzien, van de:;fly-

over zal de WD-fractie het college daarbij vergezellen.

Ten slotte, voorzitter. Zoals gebruikelijk heeft de WD-fractie niet de behoefte de haar toegemeten

tijd vol te praten, als dit niet nodig is. Aldus willen wij graag een bijdrage leveren om wat in te lopen. Rest

ons echter - dat gaat over de hoofden van de college- en raadsleden heen richting de gemeente-

secretaris - te onderstrepen dat de kwaliteit en de efficiency van het ambtelijk apparaat verbeterd kan

worden door beleidsvoorbereiders de cursus "Rapporteren in A-4 formaaf', waar dit voorjaar in het VNG-

blad nadere informatie over stond, te laten volgen. Waar de gemeente op allerlei fronten de kwaliteit

verbetert kunnen wij dit immers op het gebied, van bondigheid en helderheid van de ambtelijke stukken

nog niet altijd constateren.

De heer YEYDEN @ (PvdA): Voorzitter! De voorliggende voorjaarsnota staat wat ons betreft in het

teken van evenwicht zoeken, evenwicht tussen mensen materie. Het college reageert heftig, op onze

bijdrage in eerste instantie als het gaat om de kwestie vant. beleid maken in relatie,tot het-sociaie

evenwicht. Wij zijn hier; als fractie blij mee, want deze reactie laat zien @ dat het college hierop aan-

spreekbaar is. En dat is -winst!"Tegelijk,@ blijven wij,van mening- dat, bijvoorbeeld in relatie tot de finan-

ciële reserveringen met betrekking,tot,de centrumplannen, Suytkade e@d., met name-de:@sectorwelzijn

er bekaaid afkomt. Dit berust op een bewuste keuze van de meerderheid van de raad die door onze

fractie niet gedeeld wordt. Wij zien nu de gevolgen en kunnen hier niet mee instemmen.

Ook de aandacht van het college voor de ontwikkeling van de werkgelegenheid baart ons

zorgen. Het college beweert dat het daarfors,,in investeert",maar het blijft bij woorden.,Concrete acti-

viteiten, projecten en een visie,ontbreken op het gebied,van de bestrijding van de jeugdwerkloosheid,

terwijl dit onderwerp landelijk de,aandacht heeft.,Het college zal begrijpen dat wij niet zo gecharmeerd

zijn van het landelijke beleid, en zeker niet op het beleidsterrein van werkgelegenheid. Maar de werk-

loosheid onder de jongeren is---groot, ook-,in"t,Heimond. Dit. varieert van -jongeren diel- een opleiding

hebben op VMBO-niveau tot universitair niveau. Wanneer er geen werkgelegenheidsprojecten worden

opgestart voor deze jongeren, bestaat het gevaar dat er een generatie voor de arbeidsmarkt verloren

gaat.

Gelet op de bovengenoemde negatieve ontwikkelingen op het gebied van bestrijden van

jeugdwerkloosheid en het wegwerken van knelpunten op de sociale sector, stellen wij tijdelijke maat-

regelen voor. Hiervoor willen wij de E 2,5 miljoen gebruiken die het college wil inzetten voor de City-

Sporthal. Wij stellen voor om:

1. gedurende drie jaar een bedrag E 400.000,--,jaarlijks in te zetten voor de bestrijding van jeugd-

werkloosheid;

-13- 17 juni 2004

2. gedurende drie jaar E 300.000,-- jaarlijks in te zetten om een overgangsregeling te treffen voor

de bezuinigingen in de welzijnssector;

3. gedurende drie jaar een bedrag van E 100.000,-- in te zetten om de knelpunten in de woon-

omgeving van bestaande wijken op te lossen.

Samenwerken.

Laten wij vooropstellen dat de PvdA een groot voorstander is van samenwerken; samenwerking-

met@ de -:bewonersgroepen in de stad alsook regionale samenwerking en samenwerken op landelijk en

Európé,ë@@@-niveau.@@@De,"éssentie van de wijze van samenwerken is het democratische gehalte ervan.

Helaas constateren wij dat bij het samenwerken met de bewonersgroepen in de stad zonder overleg

de subsidierelatie wordt opgezegd. Op regionaal niveau, zoals het SRE en Brabantstad, gebeurt er nu

te@ veel-@in, het portefeuiliehoudersoverleg. Zelfs de raadsleden worden niet voldoende geïnformeerd,

laat staan dat de inwoners van de stad geïnformeerd worden. Binnen de regionale samenwerking

dienen kanalen aanwezig te zijn waarlangs de inwoners hun mening kunnen uiten en de beslissingen

kunnen beïnvloeden. (Over de samenwerkingsactiviteiten op landelijk en Europees niveau hoeven wij

het niet eens te hebben.) Het is van de zotte dat inwoners van de regio pas na massale acties infor-

matie krijgen over dossiers zoals de wegenruit rondom Eindhoven.

Wij zien ook wel positieve ontwikkelingen voor wat samenwerking betreft, namelijk de samen-

werking, met marktpartijen. Dit vinden wij belangrijk voor de ontwikkeling van onze stad. Hiermee

willen @wij; het college dan ook complimenteren. Wij vinden echter ook dat dezelfde aandacht en kwa-

liteit van samenwerking gerealiseerd moet worden met betrekking tot de minder goed bedeelde bewo-

nersgroepen in Heimond. Het mag nooit zo zijn dat de slogan "Money tanks" een Helmregel wordt in

onze stad.

SociaaL

Wij blijven moeite houden met de forse bezuinigingen op de sector welzijn. Om te beginnen

vragen wij ons af hoe het staat met de uitkering van de langdurigh-eidstoeslag 2003. Hoeveel mensen

hebben een aanvraag ingediend, hoeveel zijn er toegekend en wat heeft dit gekost?

EVAILEF, werkgroep vrouwen in de bijstand.

De bezuiniging op de werkgroep vrouwen in de bijstand wijzen wij af. Inmiddels heeft een

gesprek hierover met het college plaatsgevonden. Voor het geval het college niet tot andere

gedachten komt, zullen wij hierover een amendement indienen. EVA staat voor: economie, vrouwen

en armoede. De werkgroep EVA/LEF stelt zich ten doel vrouwen die geconfronteerd worden met

armoede, een ontmoetingspiek te geven waar zij elkaar kunnen steunen en in contact te brengen met

anderen, waardoor hun situatie zich mogelijk positief kan ontwikkelen.

Stichting Leergeld.

Wij zijn geschrokken 'Van het antwoord van het college met betrekking tot de werkzaamheden

van de stichting Leergeld. Men heeft nog geen honderd aanvragen afgewerkt. De gemeente heeft wel

de verantwoordelijkheid neergelegd bij stichting Leergeld, maar deze organisatie niet voldoende gefa-

eiliteerd. Door de organisatie niet voldoende te faciliteren, heeft het college een goed functionerende

stichting@-in de problemen gebracht.

WoonWagenwer,k.

Met het collegeántwoord met betrekking tot het woonwagenwerk kunnen wij evenmin leven. Wij

hechten@,aan@.voortzëtting van het huidige welzijnswerk in 2005. Daarna zou in goed overleg eventueel

soräk-é"@'@'künnen zij';n :Van een afbouwregeling, waarin de nadelige neveneffecten van afnemende

begeleiding meegenomen kunnen worden. Refererend aan bijvoorbeeld de situatie in Maastricht,

stellen wij voor om de begeleiding in Heimond te handhaven, vooral omdat wij hier vooralsnog geen

problemen ervaren. Ook over het woonwagenwerk willen wij een amendement indienen.

Buitenlands vrouwencentrum (BVC).

n@onze ogen heeft het college in zijn beantwoording onze argumenten niet of nauwelijks mee-

genomen. @Ten aanzien van het buitenlands vrouwencentrum weten wij ons ondersteund door het

ministerie;van VROM,i@dat onderkent dat allochtone vrouwen nauwelijks betrokken zijn en worden bij

hüri-Wòbh@@' ëh leefdmjëving. Daarom is het project Woonatelier in Heimond gestart. De participatie

van deze vrouwen, en daardoor van hun kinderen, verdient in de ogen van de PvdA-fractie in ieder

geval in de komende vierjaarlijkse periode ondersteuning door het BVC. Ook hiervoor dienen wij ook

een amendement in.

Theo Driessen Instituut.

Dit onderwerp is al aan de orde geweest. De voorgestelde marginale bezuinigingen op deze

groep in de samenleving kunnen wij absoluut niet plaatsen. Volgens de PvdA-fractie heeft deze groep

binnen de Heimondse samenleving een behoorlijke culturele toegevoegde waarde. Wij stellen dan ook

voor om de jaarlijkse subsidiebijdrage van E 3.700,-- te handhaven. Het door de fracties van CDA,

SDHOH, VVD, GUD66 en HSP ingediende amendement zullen wij ondersteunen.

-14- 17 juni 2004

OALT.

De collegebenadering van dit onderwerp roept alleen maar vraagtekens op. In eerste instantie

wil het college de hiermee gemoeide doeluitkering inzetten ten behoeve van de peuterspeelzalen.

Vervolgens komt het college met een corrigendum, waarin het voorstelt een bepaald bedrag verdeeld

over drie jaar in te zetten. Vervolgens geeft het college aan dat het ervoor zal zorgen dat het bedrag

van E 400.000,-- opgemaakt wordt. Daarbij -reageert het college niet op het initiatief van een groep

Heimonders, dat is ondersteund met 600 handtekeningen. Wij zijn zeer benieuwd hoe het college het

restant van deze doeluitkering wilt opsouperen en; voor welk doëi,het college dit1@,.qeld wil, inzetten...., ,

WVG.

In zijn beantwoording geeft het college aa n dat er niet bezuinigd wordt op het budget voor de

uitvoering van de VVVG en dat het er. alles-.aan,zal,doen om.,met-,belangenorganisaties -in..overleg,te

treden. Het college slaagt er telkens weer in om problemen t e veroorzaken in de communicatie met

doelgroepen. Wij zullen het de raad besparen hier een complete lijst voor te lezen. Een goede com-

municatie met de belanghebbenden is volgens de PvdA-fractie het minste wat het college kan doen.

De belangenorganisaties willen alleen keuzemogelijkheden inzake scootmobiel, winte@budget, taxibus

enlof een bedrag om zelf vervoer te regelen.

Integratie.

Wij wachten nog steeds de lntegratienota vol spanning af. Wij hopen in het kader van de begro-

tingsbehandelingen een zinnige discussie..met,,het."colle-ge.-te"kunnen voer,en,over,,de.sociaal".even-

wichtige invulling van dit beleidsterrein.

Economie.

Zoals al eerder aangegeven, vindt de PvdA-fractie het een slechte zaak om als gemeente uit de

NV REDE te stappen. De lokale benadering van de economie die het college voorstaat, kunnen wij

niet plaatsen. Zeker niet als het college aan de ene kant toezegt dat het meedoet aan de econo-

mische driehoek Eindhoven-Leuven-Aken en aan de andere kant zegt uit REDE te stappen. Volgens

onze informatie speelt REDE een belangrijke rol bij de genoemde economische driehoek. Bovendien

is de beroepsbevolking van Heimond groter dan dat er banen in de stad zijn. Dat betekent dat een

groot,deel van de Heimonders buiten Heimond een baan heeft en dat Heimond voordeel heeft bij

vestiging van bedrijven in de regio.

Nu de regio Eindhoven de status heeft gekregen van Brainport van Nederland, ligt het voor de

hand dat er ook kansen zijn voor Heimond. De PvdA-fractie heeft onlangs de visie uitgesproken dat

Heimond samen met REDE, TNO en het lnnovatieplatform voor industriesteden een lobb in.Den

y

Haag moet ondernemen om de ontwikkeling van de brandstofcel in de Brainport van Nederland op

gang te brengen. Het voordeel van Heimond is dat wij in de Brainport van Nederland liggen en TNO

autotechniek in onze stad gevestigd is. Wij moeten proberen om deze ontwikkeling en aanverwante

industrieën naar Heimond te halen. Hierover dienen wij een motie in.

Ruimte en wonen.

De wijze waarop het Regionaal Structuurplan (RSP) tot nu toe door het college is benaderd, is

een schoolvoorbeeld van wat, de PvdA bedoelt met ondemocratisch. gehalte. Ook. al werk.je conform

wetgeving, dan wil dat niet zeggen dat de raad buitenspel moet worden gezet, zelfs.al gaat.het om

een PR-concept. In de gehele regio hebben commissies enlof raden meegewerkt aan de reactie op dit

concept aan het adres van.de,stuurgroep RSP., Zo niet in Heimond. Het bleef bij een opiniërende

vergadering van de commissie RF ,en, de-mogelijkheid. om,individueel.te..reageren.op, decollegebrief.

Inhoudelijk heeft de PvdA-fractie toen duidelijk gemaakt dat,wij Lungendonk niet willen op-

nemen in de planperiode tot 2015 en Diesdonk willen ontwikkelen over een langere periode dan de

periode tot 2020. Wij zijn dan ook verheugd dat wij de fractie van GUD66 aan onze zijde vinden.

Wonen.

Wij hebben geen antwoord mogen ontvangen. op onze vraag,om, in -overleg met,eigenaren,

mogelijke andere bestemmingen.voor leegstaande kantoren en bedrijfsgebouwen te onderzoeken,

bijvoorbeeld de bestemming appartementen. Dit zou mede een oplossing kunnen vormen voor het

vastlopen van de doorstroming in de,huursector.",Een andere oplossing-is,dat, in,samenwerking met

corporaties, huizen gekocht worden voor de huursector. Dit vanuit de basisgedachte voor corporaties:

bij schaarste woningen kopen en bij overschot woningen verkopen. Hiermee kun je ook de leefbaar-

heid en de verhouding tussen koop- en huurwoningen in de wijken reguleren.

De VOORZITTER: U heeft nog een halve minuut, mijnheer Yeyden.

De heer YEYDEN (PvdA): Ik ga gewoon door, voorzitter.

Het blijft nog steeds een feit dat er in Heimond bijna 6.000 woningzoekenden zijn, met daar-

naast het feit van een zeer lage (sociale) woningproductie. Dit zorgt voor een wel heel grote druk op

-15- 17 juni 2004

woningen in de sociale sector. Toch beweert het college dat er meer dan ruim voldoende sociale

woningen aanwezig zijn. Deze woningen worden bewoond door de zogenaamde '.scheefwoners". Om

scheefwoners te laten doorstromen heb je "bevorderingsmiddelen" nodig. Er zijn hierover geen

prestatieafspraken gemaakt. Op een aantal plekken in Heimond waar bouwactiviteiten gepland waren,

lijken deze te zijn stilgelegd of stopgezet. Wij denken dan aan het Broedershuis (Ruusbroeciaan), het

FNV-gebouw, een aantal panden in de Heistraat tegenover het Gerardusplein, de oude St. Jans

Mavo, de Molenstraat (city-entree). Men zal begrijpen dat de leefbaarheid in deze omgevingen er nie@

.op @voöruit gaat.

Over leefbaarheid gesproken. Wij zijn er voorstander van dat de leefbaarheid in de bestaande

wijken zo optimaal mogelijk moet zijn, met aandacht voor de oplossing van de bij het college bekende

kaé unten. De kwaliteit van de bestaande wijken moet goed zijn en blijven.

(P,

De VOORZITTER: Ik verzoek u af te ronden, mijnheer Yeyden.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Het mag niet zo zijn dat door de eenzijdige aandacht voor

de projecten in het kader van de centrumontwikkeling, Suytkade en De Groene Loper, de bestaande

wijken ondergesneeuwd worden en aan kwaliteit inboeten.

Wat de centrumontwikkeling betreft: de presentatie van het uitgewerkte plan is uitgesteld. Wij

wachten de presentatie van dit plan met spanning af. In ieder geval zijn wij geen voorstander van het

samenvoegen van de budgetten van centrumontwikkeling. Deze moeten transparant en gedifferen-

tieerd zijn.

Bij de behandeling van de hoofdwegenstructuur in de afgelopen raadsvergadering is een dikke

st reep gehaald door de ondertunneling van de Traverse. De PvdA-fractie vindt nog steeds dat de

ondertunneling van de Traverse op de politieke agenda moet blijven. De Traverse blijft een barrière,

maar vooral zowel stedenbouwkundig als verkeerskundig een probleem.

Voorzitter, ik kom aan de laatste alinea van mijn betoog.

Milieu.

Vervuiling met stikstofoxide pleegt een behoorlijke aanslag op de volksgezondheid. Vandaar dat

wij in eerste termijn hierover vragen hebben gesteld. Het antwoord van het college vinden wij niet

bevredigend. Ik noem een voorbeeld. Anno 2004 ligt het gehalte aan stikstofoxide ongeveer op de

grenswaarde van 40 microgram per m3 met 7400 motorvoertuigen per dag. Anno 2010, met 10.300

motörvoertuigen per dag, daalt het gehalte tot 33 microgram per m3. Dit vraagt om nadere uitleg van

het college.

Gezien de tijd, voorzitter, zal ik nu maar stoppen.

De VOORZITTER: Dames en heren! Door de heer Yeyden zijn de volgende amendementen

alsmede een motie ingediend:

"Amendement 3.

AMENDEMENT

'@'De ondergetekenden, leden van de raad van de gemeente Heimond;

gehoord de gevoerde discussies in de vergadering van 17 juni 2004,

00

betreffende V rjaarsnota 2004, tweede instantie

van mening zijnde, dat:

de doelgroep van vrouwen in de bijstand die als alleenstaanden in zeer moeilijke omstandig-

heden zijn geraakt, zowel materieel als emotioneel, ontspanning en ontmoeting nodig

hebben;

dat er tevens zorg gedragen dient te worden voor bemiddeling waar mogelijk en nodig

stellenderaadvoortebesluiten(burgemeesterenwethoudersuittenodigen):

dat de subsidie voor 2005 gehandhaafd blijft, waarbij nadere voorwaarden kunnen worden

gesteld."

Dit amendement is ondertekend door de heren Yeyden, Den Breejen, Boetzkes, Tijani en

mevrouw Witteveen-van den Berg.

"Amendement 4.

AMENDEMENT

De ondergetekenden, leden van de raad van de gemeente Heimond;

gehoord de gevoerde discussies in de vergadering van 17 juni 2004,

betreffende Vooijaarsnota 2004, tweede instantie

-16- 17 juni 2004

van mening zijnde, dat:

- elders bij gebrek aan intermediairs de verhouding tussen gemeente en

woonwagenbewoners vaak een moeizame relatie is

- datdaaromhetwederzijdswantrouwenteoverbruggenintermediairsnoodza lijkzijn

- dat de intermediair in Heimond tot volle tevredenheid functioneert en wegvallen hiervan tot

grote consequenties kan leiden.

stellen de raad voor te besluiten (burgemeester en wethouders uit te nodigen):

de SWH te-blijven subsidiëren in de kosten die gemoeid zijn met de professionele@onder-

steuning van het woonwagenwerk."

Dit amendement is ondertekend. door de heren Yeyden, Den. Breejen, Boetzke,@@ Tijani. en

mevrouw Witteveen-van den Berg.

"Amendement 5.

AMENDEMENT

De ondergetekenden, leden van de raad,van de gemeente Heimond;

gehoord de gevoerde discussies in de vergadering van 17 juni 2004,

betreffende Voorjaarsnota 2004, tweede instantie

van mening zijnde, dat:

- het Buitenlands Vrouwen,.Centrum onmisbaar is voor de participatie van -allochtone vrouwen

én hun kinderen in onze samenleving

stellen de raad voor te besluiten (burgemeester en wethouders uit te nodigen):

- de SWH de komende vier jaren te blijven subsidiëren, in de kosten die gemoeid zijn met de

professionele ondersteuning van de beroepskrachten van het Buitenlands Vrouwen

Centrum."

Dit amendement is ondertekend door de heren Yeyden, Den Breejen, Boetzkes, Tijani, en -

mevrouw Witteveen-van den Berg.

"Motie 1.

MOTIE

De ondergetekenden, leden van de raad van de gemeente Heimond; gehoord de gevoerde dis-

cussies in de vergadering van 17 juni 2004,

Betreffende Voorjaarsnota 2004, tweede 2e instantie

van mening zijnde, dat:

- regionale economische samenwerking belangrijk is voor Heimond;

- dat de NV REDE een belangrijke rol kan spelen bij de stimulering van de regionale

economie en die van Heimond;

- dat de NV REDE een aanzienlijke rol. speelt bij de totstandkoming van de economische drie-

hoek Eindhoven-Leuven-Aken.

- Heimonders niet alleen in Heimond werken maar ook in de regio.

stellen de raad voor te besluiten. (burgemeester,en wethouders. uit te nodigen):

- dat de Gemeente Heimond blijft; participeren in de NV"REDE..als, -aandeelhouder: en,-hiermee

sturing geeft aan de regionale economische ontwikkeling."

Deze motie is ondertekend door de heren"Yeyden" -Den Breejen" Boetzkes, Tijani, en mevrouw

Witteveen-van den Berg.

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT, (HSP): Voorzitter! Voorzitter, dames en heren! In haar

schriftelijke bijdrage aan de Voorjaarsnota 2004 heeft de Heimondse Senioren Partij (HSP) reeds haar

waardering uitgesproken aan het."adres van de samenstellers van deze,.nota. Ook de. snelle,-,-schrif-

telijke beantwoording van de vragen in eerste instantie willen wij hierin betrekken.

Wij zijn ons er van bewust dat er in het kader van de meicirculaire, die op de valreep nog is

binnengekomen, er wederom extra zal moeten worden bezuinigd en dat er eerst bij de begrotings-

behandeling in november a.s. wat meer helderheid te verwachten is.

Veiligheid en handhaving.

De HSP vindt de duidelijkheid ten aanzien van het bestaansrecht van de Stichting Stadswacht

Heimond (SSH) een goede zaak. Wij hopen dat de benoeming van zeven buitengewone opsporings-

ambtenaren (BOA's) en het onderbrengen van buurtconciërges bij de SSH positieve resultaten op-

levert.

-17- 17 juni 2004

Verder hebben wij er begrip voor dat het tijdstip van evaluatie van de duale handhavings-

organisatie niet vervroegd wordt van 2008 naar het einde van de huidige collegeperiode.

De periodieke bestuursrapportage aan de raad, met betrekking tot verdere ontwikkelingen,

zullen wij kritisch volgen.

Sociale voorzieningen en maatschappelijke dienstverlening.

De HSP hoopt dat de SOOH (Samenwerkende Ouderenorganisaties Heimond) zich vinden kan

-in het - via het programma Welzijn 2005 nog door de raad vast te stellen - subsidiebedrag van

Voor de ORO (Opmaris Reitven Organisatie, verstandelijklmeervoudig gehandicapten)

bestaat bij het college de verwachting, na recentelijk overleg, dat men de bezuiniging van E 15.000,--

naar behoren kan opvangen. Wij hopen dit met het college en blijven alert.

-@',@Wet voorzieningen gehandicapten (WVG).

De HSP maakt van haar hart geen moordkuil. Wij vinden dat de behandeling c.q. invulling van

de VVVG door de gemeente Heimond zeker geen schoonheidsprijs verdient; erger nog, zelfs niet in

aanmerking komt voor de poedelprijs! Wat in de schriftelijke beantwoording van de voorjäarsnota

inzake het onderwerp cliëntparticipatie als een "enigszins storende vergissing" w ordt afgedaan, vinden

@@wij een blunder van-de eerste orde.

Ook van het feit dat de gemeente Heimond behoort tot de 15% van de gemeenten in Nederland

die het het slechtste doen door minder dan 75% van de toegekende middelen in te zetten voor de

VVVG, worden wij niet vrolijker

Dat ongevëer- 65 á 70% van de ouderen gebruikmaakt van de WVG, Verplicht onze partij @tot

extra zorg en aandacht. Voeg daarbij het advies van de commissie-Dams en van de raad niet te

bezuinigen op dit programmaonderdeel, en u begrijpt dat de HSP volledig staat achter het advies dat

door de belangenorganisaties aan de raad is voorgelegd.

Sociale participatie.

Wij betreuren het ten zeerste-dat er voor vrijwilligers van 65 jaar en ouder met ingang van 1

januari 2004 geen vrijwilligerspremie ad E 50,-- per maand meer beschikbaar was. Dat er voor dit jaar

@'binhen de gemeente nog een potje is gevonden waaruit de E 8.400,-- is betaald (het ging zegge en

schrijve om @ 14 personen), geeft deze senioren weer wat adem. Velen van hen behoren tot 'de

minimagroep.

De HSP wil de slogan "Van senioren voor senioren" ernstig onder uw aandacht brengen. Wij

doen dan ook met kiem een beroep@ op college en raad om creatief aan de slag te gaan en te proberen

het gevoel van discriminatie, dat bij deze senioren leeft, weg te nemen.

Wij denken dat er in het kader van een mogelijke verbreding van specifieke doelgroepen nog

wel het een en ander te verwezenlijken zal zijn.

Cultuur.

Een totaal ander onderwerp, maar voor senioren ook heel belangrijk is de dansorgelcoliectie uit

de Gavioiizaal. Hopelijk jaag ik wethouder Tielemans met mijn vraag niet weer tegen mij in het harnas,

maar, beste wethouder, is er al duidelijkheid met betrekking tot het onderbrengen van deze collectie in

pand "Hot News" aan de Steenweg?

Economisch beleid en werkgelegenheid (NV REDE).

De HSP heeft in haar schriftelijke bijdrage reeds aangegeven met belangstelling een voorst--].

,@tegémoet te zien om de rechtstreekse subsidierelatie met de NV REDE om te zetten in Heimóhdse

.,belangenprojectLnn.;-ln het kader van zowel de begrotingen 2004 als de Voorjaarsnota 2004 heeft de

HSP aangegeven geen voorstander te zijn van de cofinanciering voor sociaal-económische ontwik-

kelihg van de regio. Wij vonden en vinden, zeker in deze tijd van bezuinigingen, E 5,22 @per inwoner

,van de stad Heimond een bedrag om wakker van te liggen. Tel daarbij de rijkskortingen die resulteren

@in een aanvullende bezuiniging van ongeveer E 2,4 miljoen in 2004 en van E 2 miljoen in het jaar

2005, en het wakker liggen gaat over in een nachtmerrie.

'Tot slot.

Van de onlangs overleden, eens machtigste man van de wereld, Ronald Reagan, was bekend

@@d t hij, in zijn beleving, alleen maar adequaat kon werken wanneer hem belangrijke stukken werden

aangeleverd op één A-viertje! U voelt natuurlijk al, dames en heren, waar ik naar toe wil:

Wat moeten we toch met al dat papier?

Meestal kan het toch ook op één A-vier!

Tot zover de bijdrage van de HSP-fractie in tweede instantie.

De heer KLAUS (SP): Voorzitter! Om te beginnen enkele algemene opmerkingen.

De wethouder financiën bedankt de partijen die zitting hebben genomen in de commissie

bezuinigingen, de commissie- Dams, en die daarin de kaders voor de bezuinigingen hebben: aan-

gegeven. Hij is trots op dit functioneren van het dualisme. Bij ons komt nu de vraag op of de wet-

-18- 17 juni 2004

houder dat ook zou hebben gezegd als de commissie-Dams heel andere prioriteiten had gesteld. Stel

de commissie-Dams had gezegd: doe maar een tandje minder met het centrum - zoals wij steeds

betogen - zou de wethouder dan ook trots zijn? Of noemt de wethouder iets dualistisch als het hem

goed uitkomt en noemt hij het een "onverantwoord voorstel" als het hem niet zint?

Voorzitter! Al vele jaren staat het gemeentebeleid in het teken van de bezuinigingen. En inder-

daad, het is waar, de economische situatie en,het landelijk beleid spelen daar een belangrijke rol bij.

En die kan de gemeente niet zomaar naar haar hand zetten. Toch frappeert het ons dat bezuinigingen!

telkens weer aan de man worden gebracht als "vera ntwoord",en@""sociaal.evenwichtig"-.-..Jaar. in jaar.uit

wordt bezuiniging op bezuiniging, gestapeld, maar het,is altijd "verantwoord"., Dit ter, overdenking.

In eerste instantie hebben wij gesteld dat het college het centrumplan -betaalt met geld van de

kinderopvang en van geld bedoeld, voor de uitvoering van -de"Wetvoorzieningen-.gehandicapten. @Wij

zien dit als een kernachtige samenvatting van de keuzes die worden gemaakt en wij stellen vast dat

het college dit niet weerspreekt.

Na deze algemene opmerkingen loop ik nu een aantal concrete zaken langs.

Om te beginnen de sociale werkvoorziening, de Atiantgroep. Het college -en een deel van de

raad zijn verheugd over de positieve resultaten van de Atiantgroep"want.,dat,-betekent een meevaller

voor de gemeente. En dat is het ook, maar voor ons, is.,dat juist,een reden tot zorg. Hoe kan@ nou een

sociale werkplaats winst maken. of ten minste quitte spelen als ware,-het een commercieel. bedrijf? Het

socialekaraktervanwatooiteens"sociale-werkplaatsen'.waren,staat.alheel.lan onder.-druk..,En@als

gezegd: wij maken ons daar,juist, zorgen over. Voorzitter, is het wel een -taak-van, een-,.raadslid, of een

wethouder om zichzelf dit soort vragen te stellen? Formeel zullen de bevoegdheden wel goed

geregeld zijn, maar vanuit een oogpunt van maatschappelijke betrokkenheid vinden wij' het alleen

maar kijken naar het financiële eindplaatje zonder je af te vragen wat daar achter schuil gaat, een

kortzichtige benadering.

Veiligheid is een speerpunt van beleid. Maar wat betekent dit als in de praktijk de capaciteit

daalt,hettoezichtdusafneemt?-.Watisdekwalificatie'.',speerpuntvanbeleid"danwaard?

Het college wil het schoolzwemmen afschaffen. Voorzitter, wij vinden dit een erg, onsympathiek

voorstel. Wij zijn van mening dat het nut van het schoolzwemmen inhoudelijk niet ter discussies staat.

Het gaat er niet alleen om een diploma te halen; het is ook natte gymnastiek. Wij weten dat het

vervoer organisatorisch wel eens lastig is, maar daarom zou je het schoolzwemmen niet moeten af-

schaffen; je zou het vervoer moeten verbeteren. Los daarvan: klopt het dat Heimond een zoge naamde

pilot-gemeente is die geld krijgt,van het ministerie - ook dit jaar nog - voor het schoolzwemmen?, En -is

het niet raar om zo af te dingen op het nut van schoolzwemmen, als je daarvoor zelfs tot op dit

moment geld krijgt van het rijk om het juist te stimuleren?

Over het centrum schrijft de wethouder dat het masterplan met veel enthousiasme is ont-

vangen. Maar daarna krijgen wij bericht dat er toch ook bedenkingen zijn en dat daarom de presen-

tatie, maar liefst drie maanden wordt uitgesteld. Dit heeft ons zeer verrast, vooral omdat het,zo op.de

valreep is. Als bepaalde zaken serieus bijstelling verdienen, dan ontdek je dat toch niet vier dagen

tevoren?

De wethouder schrijft met zoveel woorden. dat je, het centrumplan, ook als'..,een, wierkgelegen-

heidsproject kunt zien. Waarom wordt dat niet gezegd ten aanzien van de stadswacht? Dat is toch ook

werk? Los daarvan denken wij dat het-zo eenvoudig niet zit, mede gezien het vertrek."van V&D uit

onze stad. Het college weet daar,alles,van,@-wantl.het is,op..bezoek -geweest,bii,de,.directie.,

Voorzitter, wij herzien wel eens ons standpunt. Dat hebben wij bijvoorbeeld gedaan ten aanzien

van de hoofdwegenstructuur. Daar is dan wet aanleiding toe. Bij het onderwerp hoofdwegenstructuur

is ook echt iets veranderd.,Maar als het gaat om.het-centrumplan, houden wij vast,aan ons oordeel

een maatje te groot", evengoed,als, het college vasthoudt aan zijn opstelling.",.Wij,.vind n..dat-wij-M

ons standpunt ten aanzien van het centrumplan -een legitieme-afweging van @belangen maken.

Over legitieme afwegingen gesproken: de brief van 15 juni jl. naar aanleiding van de net gepu-

bliceerde meicirculaire, volgens welke Heimond nog dit jaar aanvullend (!) E 2,4. miljoen -en volgend

jaar E 2 miljoen moet bezuinigen". doet,bij.ons devraag-rijzen,of,het-verantwoord"is,hetcentrumplan

nog steeds buiten de bezuinigingen te houden.

Dat zelfde blijven wij doen als het gaat om het volkshuisvestingsbeleid. Dit beleid schiet ernstig

tekort. Juist in de achterliggende periode waarbij - laten wij zeggen - het concept Dierdonk en Brande-

voort is toegepast, is het aantal woningzoekenden de hoogte in geschoten. Dit zou toch tot naden n

moeten stemmen. Het is niet zo dat wij zeggen dat nu maar lukraak "massaal goedkope huur-

woningen ergens neergeplempt moeten worden" zoals de wethouder min of meer suggereert. Wat wij

wel zeggen is, dat het beleid een stevige sociale correctie verdient. En dan komen inderdaad de cor-

poraties in beeld. Maar als de wethouder een projectontwikkelaar kent die bereid is forse onrendabele

investeringen voor zijn rekening te nemen, vinden wij dat ook goed.

-19- 17 juni 2004

Wij zijn het eens met uw insteek inzake het minderhedenbeleid. Wij zien dit niet als bezuini-

gingsbeleid, maar als een bijdrage aan integratie. Het is beter om samen gebruik te maken van voor-

zieningen die er zijn voor iedereen. Wel is het zaak dit zorgvuldig aan te pakken.

Dan de Wet voorzieningen gehandicapten. Daar gaat deze keer veel aandacht naar uit en dan

vooral naar het vervoer. Om te beginnen een -rekensom die wij ook in de commissie hebben gemaakt.

Een WVG'er die in het huidige systeem 200 ritten maakt met de taxbus levert, vergeleken met het

systeem dat nu wordt voorgesteld, in geld uitgedrukt ruim E 500,-- in. Hij raakt namelijk zijn vaste

@@-9-d'@ag@-per kwartaal van E 90,-- euro kwijt, plus dat hij voortaan E 0,90 per rit moet betalen. Nu maakt

niet iedereen 200 ritten, maar dat doet aan het principe niks af Wie 100 ritten maakt, levert in geld

ui @gedrukt E 360,-- plus E 90,--, is E 450,--, in. Het is ons dan ook een raadsel hoe de wethouder kan

zeg .. gen dat dit geen bezuinigingsvoorstel is.

Op dit moment"krijgen de mensen voor een belangrijk deel vervoer in natura, te weten ritten met

de taxbus. Een heel groot deel ervan blijft ongebruikt op de plank liggen. De taxbus wordt als het ware

gemeden. Dit is toch een sterke aanwijzing dat veel mensen liever voor ander vervoer kiezen. Tegen

l@@ achtergrond vinden wij het afschaffen van het vrij te besteden bedrag (iedereen krijgt nu on-

geveer-E 360,-- per jaar) niet erg sympathiek, want dat beperkt de eigen keuzemogëiijkheid nog meer.

Maar de wethouder redeneert precies omgekeerd. Hij zegt: de eigen keuzevrijheid is slecht voor het

collectief vervoer, want de taxbus heeft gegarandeerde klanten nodig om te kunnen bestaan. Daar.

komt nog bij dat men in de rest van de regio dat andere systeem dit heeft; wij moeten daarin mee.

Kd@tom' wij kunnen geien kant uit en hebben eigenlijk geen keuze, lijkt de wethouder te willen zeggen.

De gemeente moet voortaan het vervoer tot en met vijf zones buiten de gemeentegrens voor

haar rekening nemen. Als wij dat doen bij het huidige systeem, vliegen de kosten omhoog, zo wordt

ons voorgehouden. En daarom zouden wij het systeem moeten aanpassen. Maar net als het GOH dat

doet, vragen wij ons af of dit werkelijk zo is. Wij denken dan ook dat het idee van het GOH om het

forfaitaire bedrag in stand te houden en dan na een proefperiode de echte cijfers te beoordelen, ten

minste een poging waard is. En als het tot kostenstijging leidt, vinden wij dat geen drama. Wij maken

immers andere keuzes en wij hoeven niet per se een miljoen of meer over te houden van het WVG-

geld om het aan het centrum te besteden.

Voorzitter! Wij hebben verschillende reacties binnengekregen op de voorjaarsnota. Ik wil er hier

één noemen: de reactie van het Theo Driessen Instituut (kamermuziek). Stedelijke culturele infra-

structuur speerpunt van beleid? vraagt men zich af. Daar heb je weer zo'n speerpunt. De wethouder

noemt als argument voor de bezuiniging het besloten karakter van het instituut. Maar de deur staat

altijd wijd open, lezen wij in de brief. En als dat zo is, dus als het argument van de wethouder niet

opgaat, is hij dan bereid om van de voorgestelde bezuiniging af te zien?

Tot slot, voorzitter. Het valt op dat de verhalen van de partijen - ook die van ons - korter zijn dan

in voorgaande jaren. Anderen moeten maar beoordelen of dat de kwaliteit wel of niet ten goede komt.

Wij hebben er geen moeite mee. Korter maar socialer, lijkt ons een goed motto.

De VOORZITTER: U heeft nog geen tien minuten gesproken, mijnheer Klaus, en dat is inder-

däd':ko@t!

De heer FERWERDA (GL/D66): Voorzitter! Zoals wij reeds in onze schriftelijke bijdrage aan-

,-gaven: vinden wij de,voorjaarsnota-nieuwe-stijl een helder stuk.

'in uw brief van 15 juni jl. maakt u melding van nieuwe bezuinigingen. De route die u kiest om

deze,extra bezuinigingen aan te pakken, delen wij. De door de commi1ssie-Dams geslagen piketpalen

.@@Wat wordt de naam Dams trouwens veel genoemd - zullen ook in dit traject richtinggevend zijn. Wij

overigens bij ons standpunt dat de lasten voor de burger niet nog meer verhoogd kunnen

wo"rd'en,;:-mi-j-nheer Dams.

Onlangs vernamen wij dat de commissaris van de Koningin in Noord-Holland binnen twee jaar,

het ---personeelsbestand bij de provincie had teruggebracht met een derde. Daaraan werd toegevoegd

@dä'f-',--de@ dienstverlening aan de burger daaronder niet had geleden. Wij pleiten er niet voor om het

aantal ambtenaren nu maar gelijk met een derde te verminderen. Wij pleiten er wel voor binnen de

eigen ambtelijke organisatie scherp te letten op efficiency en de noodzaak van zaken die aangepakt

moeten worden. Ons bekruipt wel eens het idee dat wij voor alles en nog wat een nota denken nodig

hebben, terwijl somtijds een A-viertje kan volstaan. Wij zijn voor - en dat moet u snappen! - méér A-

viertjes.

Voor zover wij kunnen overzien, voert de gemeente Heimond ten aanzien van de minst draag-

krachtigen in onze samenleving geen asociaal beleid. Wij willen hierbij opgemerkt hebben dat sociaal

beleid niet alleen een geldkwestie is, maar dat vooral de effecten van het beleid belangrijk zijn. Wij

willen nu geen eindoordeel uitspreken over de voorstellen van het college met betrekking tot de VVVG.

-20- 17 juni 2004

Naar ik heb begrepen komen deze voorstellen in de raadsvergadering van 6 juli a.s. aan de orde. Wij

constateren wel dat de communicatie tussen een belangrijk adviesorgaan op dit gebied en het college

andermaal niet optimaal is. Als het college geen behoefte heeft aan adviesorganen, moet het deze

onverwijld opheffen, zo is ons advies.

Zoals eerder vermeld, zijn wij voorstander van afschaffing van het doeigroepenbeleid. Dat wil

zeggen dat specifieke subsidies voor specifieke groepen uit de samenleving in principe worden af-

gebouwd en dat reguliere organisaties de gewenste en noodzakelijke aandacht voor specifieke

groepen in hun reguliere programma,onderbrengen. Dat,geldt wat ons betreft..dus.,ook voor -het, woon-

wagenwerk. Dat dit bij gelijk blijvend of krimpend budget een herijking van taken betekent, m oge

duidelijk zijn.

In de onlangs besproken nota Woonwagenwerk wordt vastgesteld dat de woonwagenbewoner

nog wel enige tijd specifieke aandacht nodig zal hebben. In de voòrjaarsnota wordt voorgesteld het

subsidie in twee termijnen af te bouwen. Dat kan, mits maar duidelijk is dat binnen de reguliere pro-

gramma's de zorg voor deze groep dan wel na die periode verzekerd is. Anders is het college in zijn

eigen visie niet consequent bezig. Graag de mening van @het college hierover.

Tevens zien wij bij de begrptingsbehandeling in het najaar,graag een. helder schema voor de

afbouw van subsidies ten behoeve van.accommodaties voor specifieke groeperingen tegemoet. De

heer Praasterink heeft hier ook,al op gewezen. Veralgemenisering van beleid betekent immers ook

gebruik kunnen maken van,algemene, hiervoor aangewezen voorzieningen...

De verdere professionalisering. van het peuterwerk juichen wij toe. De E 200.000 extra voor de

komende vier jaar schept wel verplichtingen voor de jaren daarna. Het kan bij deze eenmalige impuls

ons inziens niet blijven.

Wij zien met belangstelling de voorstellen van de wethouder met betrekking tot de toekomstige

inrichting van de voorschooise opvang tegemoet, met dien verstande dat w

,,,ij ervan uitgaan dat maxi-

maal gebruik wordt gemaakt van de know-how die het veld op dit terrein heeft opgebouwd.

Het collegevoornemen om de activiteiten van het Theo Driessen Instituut onder te brengen in 't

Speelhuis vinden wij een slecht plan, ingegeven door - een wethouder van cultuur kan niet overal

verstand van hebben - kamermuziekanalfabetisme. Wij zeiden het al: het is zoiets als het Concert-

gebouworkest laten spelen in een circustheater. Wij ondersteunen dan ook van harte het amendement

dat in deze door de coalitie is ingebracht.

De nadere toelichting op onze vraag wat kennisgeoriënteerde fabricage nu precies inhoudt,

heeft ons helaas niet die verheldering gebracht waarop wij hoopten. Of zouden wij', het simpel zo

moeten verstaan dat samenwerking met de regio voor onze stad niet alleen hoogst gewenst is, maar

ook meerwaarde oplevert?

En zo slaan wij een bruggetje naar het onderwerp de NV REDE, door,de een gezien als een

bad guy, door de ander gezien als onmisbaar instrument van economische ontwikkeling, niet alleen

ten dienste van de regio, maar zeker ook van onze stad. Uit de informatie die tot heden met

betrekking tot dit onderwerp tot ons is gekomen, moeten wij concluderen dat het college geen fan is

van REDE. Maar waarom dat zo.is"voorzitter, wordt-ons niet.duidelijk.,.Ook-.de.brief."van.14.,juni j]. '71

levert ons daaromtrent geen duidelijkhéid niet op. Als je vindt'dat een regionale club jouw belangen

niet goed behartigt, dan kaart je dat intern aan en probeer je binnen dat gremium de door jou

gewenste veranderingen erdoorte krijgen., Het.lijkt me dat dat in samenspraak met-partner-Eindhoven

toch wel had moeten lukken. Wij hebben de indruk dat,hierin nau*elijks of,geen energie,@gestoken is.

Het college wil REDE gewoon niet meer.

Maar zo gemakkelijk zal het niet gaan om per 2006 E 125.000,-- vrij te spelen, terwijl er tot

2008, volgens informatie, contractuele verplichtingen liggen. Het.is onze visie dat werkgelegenheid

niet geschapen wordt vanuit Heimond, maar een regionaie.aanpak behoeft"waarbij. REDE een niet

onbelangrijke rol kan vervullen. Naar onze mening dient Heimond@ de regionale samenwerking als

uitgangspunt te kiezen voor het bereiken van de eigen doelstellingen. Onze stelling is dat Heimond in

z'n eentje in deze tijd van mondialisering geen banen kan scheppen die substantieel zijn. In het

Europa anno 2005 kun je geen instrumenten gebruiken van.de.vorigeleeuw. Prima. dat wij;een goed

werkende economische dienst hebben, maar bedrijven van enige omvang komen niet op het post-

papier van de gemeente Heimond binnen. Heimond zal voor zijn economische ontwikkeling altijd sterk

moeten inspelen op de regionale referentiepunten, waar Eindhoven een sterk concentratiepunt in

vormt, zo is mij verzekerd door mensen die er verstand van hebben. Daarvoor is een regionale aan-

pak, ja zelfs een bovenregionale aanpak, noodzakelijk. En in dat veld is REDE een instrument om in

te zetten. En als het instrument 'niet goed werkt, dan ga je eerst kijken, met de andere aandeel-

houders, hoe het verbeterd kan worden. Maar gooi @het niet direct weg. Dat vinden wij verkeerde

flinksheid. Voorzitter, wij zullen met betrekking tot dit punt een motie indienen.

-21-

17 juni 2004

Het argument om te bezuinigen op ontwikkelingssamenwerking omdat dit soort activiteiten geen

lokale aangelegenheid betreft, spreekt ons niet aan. Het zou Heimond niet misstaan om, ook in tijden

van recessie, ten minste een bijdrage van 16 eurocent per inwoner ten behoeve van projecten in de

Derde Wereld waar Heimondse organisaties en Heimonders bij betrokken zijn, in stand te houden. Het

gaat hierbij om drie lopende projecten, die, ieder een jaarlijkse subsidie krijgen van E 4.538,--. Wij

dienen hier een amendement over in.

In het lnvesteringsprogramma 2004-2008 is voor 2006 ten behoeve van de openbare ruimti

'@'hòdt een bedrag opgenomen van een kleine 4 ton. Wij zagen gaarne dat dit bedrag in 2005 aan-

gewend gaat worden. Het vooralsnog in de ijskast liggen van het masterplan mag niet betekenen dat

Wij",de openbare ruimte nog meer laten versionzen dan nu al het geval is. Wij roepen het college op op

kofté termijn met belanghebbenden om de tafel te gaan zitten om de noodzakelijke verbeteringen te

kunnen doorvoeren.

Een dezer weken zal ons een plan worden voorgeschoteld aangaande de herinrichting van de

Markt c.q. het Citygebied. Wij gaan er daarbij van uit dat het onzalige plan om de volwassen groene

wand van de Markt te doorbreken omdat er wellicht een fraai geveltje achter huist, niet uitgevoerd

wordt. Het bespaart ook nog eens geld. Hoe is het anders te rijmen dat op de Steenweg, waar wellicht

wëi:@p@ake is van enig fraai gevelwerk - alles uiteraard in het relatieve - een zelfde leilindenrij is

ge -@laatst, die op termijn eveneens de gevels aan het zomerse gezicht zal onttrekken? En laten wij de

@p

k 'e"tenen@ van "voor eeuwig markt en kermis op de Markt" nou eens afwerpen, opdat de geest vrij-

gi@@@aákt kan worden voor simpele, maar doeltreffende invullingen in onze "huiskamer'.

1 Nu de Traverse blijft liggen, verwachten wij plannen voor de aankleding daarvan. Daarbij

kunnen wij ons goed voorstellen dat een verdere compartimentering van ruimtes onder de Traverse

een meerwaarde heeft. In die zin is de sloop van het Meyhuis, ook als dat straks weer leegkomt, wat

ons betreft niet meer aan de orde.

Ten slotte voorzitter, een enkel woord over bestuurlijke integriteit en bestuurlijke transparantje.

De fractie van Heimondse Belangen zegt in haar bijdrage de indruk te hebben dat collegeleden

zich wel eens te veel laten leiden door "de drie s'en". Daarmee wordt Baväria bedoeld, die in sommige

dossiers naar het inzicht van Heimondse Belangen wel eens te overheersend kan zijn. Tot onze niet

geringe verbazing gaat het college op deze "terzijde" niet in. Wij vinden dit nu een opmerking waar alle

twijfels bij weggenomen moeten worden. Dat vinden wij des te dringender gewenst, omdat ook in het

dossier multifunctioneel centrum Stiphout toch een zweem van geheimzinnigheid is blijven hangen. Je

kon de avond van de behandeling van het voorstel multifunctioneel centrum Stiphout niet verlaten met

het idee dat er op alle gebieden klare wijn door het college was geschonken. Wij weten dat er rond 't

Aambeeld en de Kurruf diverse belangen in het geding zijn. Wij noemen, zonder uitputtend te zijn, de

belangen van de toekomstige gebruikers, de huidige en toekomstige uitbater van het geheel, de aan-

nemer die mag gaan bouwen. Allen hebben hun belangen die, zo op het oog gezien, ook nog eens

met elkaar verstrengeld zouden kunnen zijn. In zo'n situatie is transparantje vanwege de gemeente

absoluut een must, zodat achteraf niet allerlei rumoes ontstaat. Deze transparantje hebben wij node

geoist,@,terwijf die, met het Steenwegkwartier nog in het verschiet, toch zeer gewenst is.

De VOORZITTER: Dames en heren! Door de heer Ferwerda zijn een amendement en een

motie ingediend:

"Amendement 6.

AMENDEMENT ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

naar aanleiding van de behandeling van de Voorjáarsnota;

De Raad van de gemeente Heimond in vergadering bijeen op 17 juni 2004,

verwerpende dat:

de particuliere Heimondse organisaties voor, ontwikkelingssamenwerking door,hun, nauwe

banden met mensen in de Derde Wereld een grote bijdrage leveren aan de bewustmaking

en het solidariteitsgevoel;

er onverminderd grote verschillen zijn in rijkdom tussen Nederlanders en de armen in ont-

wikkelingslanden;

het gemeentelijke aandeel in de steun aan de drie lopende projecten veel waard is, de vrij-

willigers stimuleert en de continuïteit van de projecten mede veilig stelt;

Van mening dat:

- plotselinge stopzetting van de subsidie een ongewenste breuk is in het beleid en niet strookt

met de driejaarlijkse toezeggingen die voorheen aan de betrokken organisaties zijn gedaan;

Verzoekt het college:

-22- 17 juni 2004

- de subsidie aan de drie particuliere organisaties voor ontwikkelingssamenwerking te hand-

haven op het huidige niveau: eik E 4538,-- per jaar;

- dezesolidariteitmetdearmstenindeDerdeWereldvanE0,16perinwonertebeschouwen

als een gewenste voortzetting van beleid.

En gaat over tot de orde van de dag."

Dit amendement is ondertekend door mevrouw Meinardi en de heer Ferwerda.

"Motie 2.

Motie NV REDE.

De Raad van de gemeente Heimond in vergadering, bijeen op 17 juni,.2004,

Overwegend dat:

- De huidige recessie in Zuidoost-Brabant hard toeslaat en ook haar sporen in -Heimond

nalaat,"

- Z idoost-,Brabant zowel bij het ministerie van. Economische Zaken als bij het ministerie van

u

VROM een bijzondere,.positie inneemt

- Deze bijzondere positie- alleen maar vorm,.kan krijgen als er in Zuidoost-Brabant sprake is

van een krachtig netwerk en van een eendrachtig optreden naar buiten van gemeentes in

deze regio

- Eindhoven met Heimond hierin een voortrekkersrol en voorbeeidfunctie vervullen Acquisitie

en werkgelegenheid in het Europa anno 2005 geen zaak meer is van een enkele gemeente

Van mening dat:

Het plotseling. beëindigen van het individueel aandeelhouderschap geen bijdrage levert aan

de hierboven gewenste bundeling van krachten

Een verkeerd signaal is naar de samenwerkingspartners in de regio als naar Den Haag en

Brussel

Verzoekt het College:

- Tot opschorting van dit voorgenomen besluit met voorlopig een half jaar

- Nodigt het College uit gesprekken aan te gaan met de andere aandeelhouders en belang-

hebbende partners over de gewenste toekomstige koers van NV REDE

- Waarna het de resultaten van dit overleg zal voorleggen aan de Raad.

En gaat over tot de orde van de dag."

Deze motie is ondertekend door de heer Ferwerda en mevrouw Meinardi.

De heer KLERKX (FWK): Voorzitter! De twaalf en een halve minuut die mij zijn toegekend, heb

ik zeker niet nodig. U hoeft uw stopwatch niet in te drukken, voorzitter, ik heb slechts één A-viertje. Ik

ken mijn plaats als eenmansfractie!

In de schriftelijke eerste, instantie,ben ik uitvoerig ingegaan op Op,speerpuntenl-en,.de, program-

mapunten. Dat doe ik vanavond niet. Een enkele opmerking wil ik echter wel plaatsen. Het betreft dan

in hoofdlijnen de aan de orde.zijnde voorjaarsnota dan wel de beantwoording door het college en de

door het rijk alsnog extra,opgeiegde bezuinigingen.

Toen ik bij ontvangst@van,-de..'Beantwoording.van,de vragen,in,eerste-instantie' - deze vluchtig

doornam, was ik enigszins teleurgesteld. Dat weten de wethouders. Mijn eerste indruk was dat er

weinig aandacht aan de beantwoording van de door mij gestelde vragen was besteed, maar bij

verdere bestudering kwam ik tot een.tegenovergestelde conclusie, namelijk dat juist op al mijn vragen

was ingegaan; iets waarvoor ik het -college wil bedanken.

Op één antwoord wil ik tijdens deze behandeling nog kort: ingaan. Op-pag.. 24@onderaan gaat

wethouder Tielemans in op de vragen die ik gesteld heb aangaande de:subsidieverorden.ing muziek-

korpsen. De door mij aangedragen argumenten worden door de wethouder "valide" genoemd. Verder

wordt ingegaan op de evaluatie van.de-subsidieverordening-amateurkunst-,-die"nog-,niet-is,afgerond.

De achterliggende gedachte van mijn gestelde vragen was juist om daar niet op te wachten. Ik vraag

de wethouder vanavond wat meer duidelijkheid te verschaffen over de hierover door mij gestelde

vragen.

Dan een opmerking over de extra opgelegde bezuinigingen.

De meicirculaire heeft, zoals te verwachten was, slecht nieuws gebracht; zeer slecht nieuws

zelfs. Met grote inspanningen hebben wij via deze voorjaarsnota E 6 miljoen opgelegde bezuinigingen

weten te verwerken. Als klapper worden wij nu nog eens geconfronteerd met een rijkskorting van E 2

m iljoen ingaande 2005 en bovendien E 2,4 miijoen voor dit jaar. Een bedrag van E 8 miljoen euro

bezuinigen is voor een gemeente als Heimond, die de laatste jaren zich zo positief ontwikkelt, in feite

-23- 17 juni 2004

een te zware opgave. Te zwaar omdat hierdoor de ontwikkeling van Heimond gevaar loopt. Dat mag

en kan niet. Wij zullen alles in het werk moeten stellen om dat te voorkomen.

Het college komt per brief van 15 juni j]. met twee voorstellen, een voorstel voor 2004 en een

voorstel voor een mogelijke aanpak om de opgelegde bezuinigingen voor 2005 en later te verwerken.

Ik kan akkoord gaan met het voorstel tot dekking van de opgelegde bezuiniging voor 2004 zoals in

eerdergenoemde brief is aangegeven. Ik hoef daar nu niet verder op te in te gaan, want een en ander

is goed verwoord.

Over de aanpak vanaf 2005 het volgende. Het college wil bij de aanbieding van de concept-

begroting 2005 met extra bezuinigingsvoorstellen komen. Mijn voorstel is om daar de commissie-

Dams zonodig weer bij te betrekken.

Een, tweede opmerking die ik, gezien de extra opgelegde bezuinigingen, omtrent de voor-

liggende voorjaarsnota wil maken, is de volgende. Het heeft in feite weinig zin om nu een voorjaars-

nota vast te stellen waadn een structurele bezuiniging van E 2 miljoen nog niet is verwerkt. Weliswaar

worden bij deze behandeling van de voorjaarsnota diverse zaken met betrekking tot de begroting

2005 uitvoerig aan de orde gesteld en worden daar afspraken over gemaakt. Echter, ik ben van

mening dat het conceptraadsbesluit dat is verwoord op pagina 52 en waarin alles wordt vastgelegd,

waarschijnlijk aangepast moet worden. Ik denk met name aan de punten 7 en 8. -Graag de mening van

het college hierover.

Ik wens het college uiteraard heel veel succes bij de voorbereiding van de begroting 2005.

De heer NAOUM (FMN): Voorzitter! Geachte voorzitter, leden van het college! In mijn bijdrage

zal ik, behalve op één punt, niet uitgebreid ingaan op de door het college voorgestelde bezuinigingen.

In de vragen van de raad en in de schriftelijke reactie van het college is daarop al uitgebreid ingegaan.

Vandaag richt ik mij op enige algemene opmerkingen over de gang van zaken bij deze voo 'aarnota

ri

en een aantal punten die volgens mij wezenlijk voor onze stad op dit moment en in de toekomst zijn.

Eerst een vriendelijke opmerking; het college moet er niet van schrikken. In zijn geheel is de

voorjaarsnota volgens mij een redelijk stuk en zijn de bezuinigingsvoorstellen evenwichtig.

Over de gang van zaken rond de voorjaarsnota ben ik minder te spreken. Ik noem twee voor-

beelden.

Het eerste voorbeeld is persoonlijk. Als ik een brief aan een vriend schrijf, dan krijg ik antwoord

op die brief. ]k heb nog nooit meegemaakt dat ik een puzzel ontvang waarin de antwoorden op tien

brieven zijn verwerkt. Dat laatste geldt wel voor de antwoorden van het college. Zonder twijfel is het

makkelijk voor de ambtenaren om alles te sorteren via programmalijnen, maar voor mij als eenmans-

fractie is het een klus uit te zoeken welk antwoord op welke vraag het college heeft gegeven. Ik

verzoek het college in de toekomst om, behalve een algemene notitie, ook een specifiek antwoord op

mijn vragen te geven. Daarbij dan ook graag antwoorden op alle vragen, want de antwoorden op

sommige vragen kon ik niet vinden. Misschien waren ze te goed verstopt. De ijver van het college om

te antwoorden op vragen van college- en grote partijen, is volgens mij nog groter dan de ijver van het

cerliege als het gaat om antwoorden aan oppositie- en kleine partijen. Jammer vind ik dat.

Het tweede voorbeeld raakt de maatschappelijke organisaties in onze stad. In een brief die

voorafgaand- aan de publicatie van de voorjaarsnota aan allerlei organisaties is gestuurd, werd aan-

gekondigd dat zij ook met de gevolgen van de bezuinigingen te maken zouden krijgen. In vele

gëVällen-.-wäs en--is er geen sprake van bezuinigingsplannen. De onrust en verwarring ten gevolge van

deze brief is slecht voor het vertrouwen van burgers in de overheid.

Dat geldt ook voor organisaties waarmee overleg vooraf is vastgelegd, terwijl dat overleg er niet

is@ geweest. Ik bedoel in het bijzonder het Gehandicaptenoverleg Heimond. Draagvlak bij de burgers is

'wezenlijk, zeker in tijden van bezuiniging. Ik verzoek het college in de toekomst de communicatie met

maatschappelijke organisaties zorgvuldiger te doen dan bij de voorjaarsnota is gebeurd.

Nu naar de inhoud.

Mijn grootste zorg is de economische achteruitgang in onze stad en de gevolgen die dit voor de

b@rg"brs,@kán gaan,hebben. Ik kom daarover veel te weinig zorg in de voorjaarsnota tegen. In een jaar

tijd zijn er volgens het CWI 1314 werklozen bij gekomen, een stijging van 32,7%.

Op 1 april hadden mensen in Heimond geen werk, dat is meer dan 13,7% van de beroeps-

bevolking. Steeds meer maakindustrie, met banen voor lager opgeleiden, verdwijnt.

De rijke jaren, het feest, zijn voorbij. Dromen over een architectencafé en een City-Sporthai is

niet meer van deze tijd. Nu vraagt de tijd om actie van het college ten behoeve van burgers zonder

werk en opleiding. Onder de werklozen zijn veel mensen met een lage opleiding, die allochtoon of

ouder zijn. Ouder ben je tegenwoordig al als je ouder dan 45 bent. Ik merk elke dag dat die mensen

hulp nodig hebben en de bestaande instanties CWI en UVVV hen onvoldoende kunnen helpen.

-24- 17 juni 2004

Daarom doe ik een klemmend beroep op het college. College, pak uw verantwoordelijkheid op,

probeer samen met het bedrijfsleven zoveel mogelijk vacatures of een goede opleiding voor onze

werklozen te vinden en doe het nu. Het gaat mij daarbij niet alleen om werkloosheidbestrijding maar

ook om de werkgelegenheid straks.

Voorzitter! Ik lees mooie verhalen over technologie en slimme productie. Heel mooi en heel

nodig. Maar een boel mensen in Heimond hebben geen diploma van de universiteit en zullen dat ook

nooit krijgen. Voor die mensen is het nodig dat er ook werk voor mensen met weinig opleiding blijft-

Ook hier verwacht ik dat het collecte snel,plannen presenteert voor werkgelegenheid-voor mensen, met

weinig opleiding.

Om de vorige punten te bereiken moet het college twee dingen doen.

Ten eerste moet het college, goed blijven. samenwerken in.de regio. De.meeste.werkgelegen-

heid en vacatures liggen buiten de grote steden. Het is in ons belang om goede contacten de blijven

houden. Ik geloof,dat het college dat echt wil. Toch vind ik de verandering van onze relatie met de NV

REDE niet verstandig. Misschien zijn de financiële en economische motieven van het college wel juist.

Maar het is het verkeerde signaal op het verkeerde moment. Dat is niet in het belang van het college.

Ik begrijp ook niet hoe bepaalde:bezuinigingen,zijn uit te,ieggen, als ik aan de andere,"kant de

reserves en potjes en prestigeprojecten,-bekijk, waar,kennelijk wel geld voor is.

Ik ben en blijf tegen bezuinigingen op de welzijnsinstellingen en nodig het college uit tot meer

soberheid bij zaken op het terrein van cultuur,@ sport en centrumontwikkeling. Die komen wel aan de

orde als er weer meer mensen in Heimond werk -hebben.

Ik wens het college en de raad samen veel wijsheid toe.

De VOORZITTER: Dames en heren!.Wij zijn ruim gebleven binnen de tijd die beschikbaar was

voor de beraadslaging in tweede termijn van de raad. Ik stel voor dat wij nu een uur en een kwartier

schorsen. Daarna zal het college in tweede termijn antwoorden.

Hierna schorst de VOORZITTER, om 19.00 uur, de vergadering tot 20.15 uur.

Na heropening der vergadering verleent de VOORZITTER het woord aan de heer Tielemans.

De heer TIELEMANS (wethouder): Mijnheer de voorzitter, dames en heren leden van de raad!

De behandeling in tweede termijn van de voorjaarsnota heeft de raad aangegrepen voor het geven

van korte, maar krachtige reacties. Minder praten en meer doen is, zo stelt het college met in-

stemming vast, ook het parool van de raad. Bovendien breken bijna alle woordvoerders een lans voor

een "A4-cultuur' in de schriftelijke communicatie met de raad. Dus compacte voorstellen, liever dan

dikke nota's. Wij zullen ons dat in de oren knopen. Wij hadden al begrepen dat de raad de Voörjaars-

nota 2004 een helder, compact en leesbaar stuk vond en dachten dus op de goede weg te zijn. De

raad mag overigens niet de illusie hebben dat een A4-cultuur ambtenaren overbodig zou maken.--Ik

heb het al eens vaker gezegd: de ambtenarendichtheid van de gemeente Heimond is relatief erg laag.

Minstens zo belangrijk als de, zojuist gedane vaststelling, is de vaststelling dat de door het

college gepresenteerde voorjaarsnota kan rekenen op een behoorlijk politiek draagvlak. De fracties

van CDA, SDHOH, VVD, GUD66,- HSP en FWK onderschrijven en ondersteunen, weliswaar met

kanttekeningen, de voorjaarsnota. Het college is,de raad, en meer-in het bijzonder de genoemde

fracties, erkentelijk voor de uitgesproken waardering en de aan de dag gelegde constructieve op-

stelling. De fracties die zich hierbij nog niet hebben aangesloten, roepen wij op om alsnog hun ver-

antwoordelijkheid te nemen. Er is, dames en heren leden van de fracties van PvdA, Heimondse

Belangen en SP, tijd noch ruimte -voor herbezinning. Ik stel tegelijkertijd vast dat geen der zojuist

genoemde fracties een redelijk alternatief voor de voorstellen van @het college heeft geboden.

De heer Smits van de fractie van Heimondse Belangen stelt dat zijn fractie wat somberder is

geworden naar aanleiding van de prognoses van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Daar kan ik

tegenover stellen dat wij wat optimistischer zijn..geworden naar.aanleiding,van de, prognoses van de

Nederlandsche Bank. Ik denk echter niet dat wij ons te veel moeten -baseren op al die prognoses die

de revue passeren. Wij moeten ons realiseren dat de meicirculaire houvast biedt, hoe pijnlijk dit ook is,

gelet op de keuzes die wij ten gevolge daarvan moeten maken. Dat zijn pijnlijke keuzes, waar

niemand omheen kan of de kop voor in het zand kan steken. Dat geldt ook voor de oppositie.

Ik vind het wat teleurstellend dat de heer Smits en zijn fractie niet verder komen dan twee

stellingnames. De eerste stellingname is dat het college de tering naar de nering moet zetten. Maar

dat hebben wij gedaan en dat zullen wij blijven doen. Niet voor niets hebben wij, van de E 6 miljoen

ombuigingen voor volgend jaar, een derde ingevuld met maatregelen die in eigen vlees snijden.

-25- 17 juni 2004

Daarmee willen wij het goede voorbeeld aan de stad geven. De stelling van de heer Smits en de

zijnen is dus niet tegen dovemansoren gezegd en wij hebben bewezen dat het ons ernst is.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! ]k citeerde alleen de heer Remkes uit zijn brief bij de mei-

circulaire.

De heer TIELEMANS (wethouder): Ja, maar de heer Smits heeft zijn citaat ook gericht aan hef

cóli.ege.:Dat is zijn goed recht, maar ik pareer dat met de opmerkingen die ik zo-even gemaakt heb.

Dat geldt ook voor de tweede stellingname van de fractie Heimondse Belangen dat het college

nog accurater zou moeten begroten. Dat wij er nog meer werk van moeten maken om de voor-

calculaties en de nacai'cuiaties beter op elkaar te laten sluiten, zeg ik de heer Smits graag toe. Dit is al

voorwerp van onze continue aandacht. Daarmee hebben wij echter de bezuinigingsproblematiek van

E 2 miljoen dit jaar, E 6 miljoen volgend jaar en daar bovenop nog eens E 2 miljoen in het kader van de

meicirculaire, niet getackeld. Een dergelijke ombuigingsoperatie vergt dat de erntaa van e raad -

afwegen en kiezen - gepaard gaat met heldere keuzes en heroverwegingen in de zin zoals het college

heeft aangegeven. Het,'--kan ook in de zin zoals de heer Smits en zijn fractie het kennelijk proberen te

doen, namelijk in de vorm van een alternatief. Men komt echter niet verder dan een paar statements,

zonder deze vergezeld @te doen gaan van concrete voorstellen.

Iets jdergelij

ks@géldt, constateer ik in alle nuchterheid, ook voor de bijdrage van de PvdA-fractie.

De heer Yeyden stelt@'dat het betere evenwicht tussen mens en materie, waarvoor het college zegt te

staan, niet uit de verf komt. Hij gaat dan even voorbij aan het feit dat de handhaving van het minima-

beleid bijna E 800.000,-- extra kost en dat wij in het kader van de voorjaarsnota daarvoor adequate

dekking aangeven; hij gaat voorbij aan het feit dat het college in het kader van de werkgelegenheids-

bevordering voorstelt de E 5,22-bijdrage aan het regiofonds met ingang van volgend jaar voor drie jaar

lang te hervatten; hij gaat voorbij aan het feit dat wij samen met andere partners, UVVV, CWI, ROC

e.a., bezig zijn een concept te ontwikkelen voor een bedrijfsverzamelgebouw. Al deze punten, deze

nieuwe en vernieuwende initiatieven van de kant van het college, vergeet hij te vermelden. Vervolgens

zegt hij, kort door de bocht, ongenuanceerd en zonder onderbouwing, dat het evenwicht tussen mens

en materie in het collegebeleid onvoldoende uit de verf komt.

De heer Yeyden stelt ook dat het beleidsterrein welzijn er, vergeleken met Suytkade en het

centrum, bekaaid van afkomt. In één adem stelt hij vervolgens voor de ondertunneling van de

Traverse: hoog op de politieke agenda te zetten. Dat kan en mag hij doen, maar dan nodig ik hem toch

uit om dit voornemen vergezeld te doen gaan van concrete voorstellen. Roepen dat de Traverse

ondertunneld moet worden en daar vervolgens geen financiële consequenties aan verbinden, is

getuigenispolitiek en daar zit deze stad niet op te wachten.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik vind het fijn, wethouder, dat u selectief omgaat met

onze bijdrage. Wij hebben echter ook andere voorstellen gedaan, die...

De heer TIELE-MANS (wethouder): Daar kom ik nog op.

De,heer YEYDEN,j(PvdA): Dan zal ik nog even geduid uitoefenen.

De heer TIELEMANS (wethouder): Goed. Als ik de bijdrage van de PvdA-fractie en de voor-

stellen van het college naast elkaar leg, zit er in feite slechts licht op één punt. Dat betreft heel

concreet de verplaatsing van de City-Sporthal. De PvdA-fractie is van mening dat deze verplaatsing

niet-vergezeld hoeft te;gaan van de E 2,5 miljoen extra ten laste van de ruimte incidenteel onvoorzien.

Voor@deze E 2,5 miljoen stelt de PvdA-fractie enkele andere bestedingsdoelen voor. Dat is het enige

verschil. Dat rechtvaardigt niet de stellingname...

@,'@'De @heer DEN BREEJEN (PvdA): Heeft de wethouder onze amendementen dan niet gelezen?

Of gaat het daar niet over?

De heer TIELEMANS (wethouder): Ik heb de PvdA-amendementen gelezen. Ik heb ook gezien

dat de PvdA-fractie drie bestedingsdoelen aangeeft en extra geld wil bestemmen voor de bestrijding

van de jeugdwerkloosheid, voor de overgangsregeling bezuinigingen welzijnssector en voor de knel-

punten woonomgeving.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): De wethouder heeft het nu niet over onze amendementen.

-26- 17 juni 2004

De heer TIELEMANS (wethouder): De PvdA-fractie heeft ook drie amendementen ingediend,

waarin overigens geen concrete dekking is aangegeven. Ik ga er van uit dat dekking eveneens moet

komen uit de E 2,5 miljoen die niet wordt uitgegeven voor de verplaatsing van de City-Sporthal. Dat is

het enige waar de PvdA-fractie mee komt, maar op alle andere punten komt deze fractie niet met

alternatieven, waarmee zij impliciet aangeeft dat de koers van het college de juiste koers is.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij willen niet alle punten ondergraven, want wij mogen er

van uitgaan dat er binnen het college-sprake"is van enige invloed,,van de sociale democratie.

De heer TIELEMANS (wethouder): Daar mag de heer Yeyden van uitgaan. Dat is,ook een van

de redenen waarom de drie s'en zijn" geïntroduceerd, met de s van sociaal evenwichtig., Daarom -kan

de voorjaarsnota de toets der kritiek doorstaan.

De heer YEYDEN (PvdA): Over die drie s'en maken wij ons niet zo druk. De wethouder...

De heer TIELEMANS (wethouder): Dat was mijn conclusie ook!

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Ik voel mij natuurlijk ook aangesproken door het verhaal van

de wethouder. In mijn bijdrage heb ik"gezegd,dat,het colleae de.,begroting.samensteltop. basis van, het

collegeprogramma. Zoals men weet hebben@,wij van het begin af aan in deze,raadzaál gepleit voor een

raadsprogramma. Daar kan het collegeprogramma natuurlijk als. onderlegger voor dienen. Ik vind het

dan logisch dat wij af en toe het collegeprogramma nog eens bekijken. Destijds hebben wij aan-

gegeven dat wij het er niet zo mee eens waren en dat wij bepaalde dingen graag, anders hadden

gezien. Het lijkt mij heel normaal dat dit soort zaken bij elke behandeling van begroting of voorjaars-

nota weer aan de orde komt en dat wij er dan op terugkomen.

De heer TIELEMANS (wethouder): Het is het goed ,

,recht van de fractie van -de heer Smits, met de heer

Smits voorop, om het collegebeleid te kritis eren

vanuit de invalshoek van het collegeprogramma.

Maar als hij zegt dat het beleid van het college niet

deugt, bijvoorbeeld dat de collegevoorstellen de

pijnlijke gevolgen van de bezuinigingen niet op een

sociaal verantwoorde manier verdelen, dan nodig ik

de heer Smits uit om dat aan te tonen. Ik nodig hem

ook uit met een alternatief te komen waarbij dit wel

gebeurt. De heer Smits blijft echter volstaan met

getuigenissen en met mooie- verklaringen. Ik stel

vast@ dat@de mensen in,deze:,stad,daar niets voor

kopen.@ -- Juist: -nu, in @- deze tijd van financieel-

economische teruggang, juist nu wij voor de opgave

staan de schaarste te verdelen, juist nu komt het

erop@aan om:evenwichtige keuzes te maken, op een

-manier zoals het college dat voorstaat.

De heer SMITS (HB): En dan nog zeggen wij, wethouder, dat!@ommige politieke keuzes die het

college maakt, niet de onze@-..zijn@:I:Dat; mogen, wij, gewoon zeggen. @@Sommige-gelden @worden ge@fn-

-vesteerd in zaken - misschien vindt u het flauw, maar ik noem weer het voorbeeld van de fontein op

het Boscotondoplein waar E 150.000,-- voor wordt uitgegeven - die wat ons betreft niet hadden

gehoeven. [k weet dat u ermee lacht, maar met zo'n bedrag hadden wij heel veel kleine zaken, die nu

worden stopgezet, in stand kunnen houden. ln'eik gevái'hadden wij ais fractie' andere politieke keuzes

gemaakt, als wij het voor het zeggen hadden gehad.

De heer TIELEMANS (wethouder): In het kader van de totale ombuigingsproblematiek van E 10

miljoen op een totale concernbegroting van E 170 miljoen zijn het soort bedragen dat de heer Smits

noemt slechts bijzaken. Daar gaat het niet om. U Verliest zich iedere keer weer in bijzaken, mijnheer

Smits, en ik roep u op om eens met de hoofdzaken van beleid en bestuur bezig te zijn. Die vergen een

bestuurlijke aanpak en vragen om stuurmanskunst. U mag een alternatief hebben voor het college-

-27- 17 juni 2004

beleid. Graag zelfs. Maar komt u daar dan mee voor de dag en onderbouwt u het, zodat wij erover

kunnen discussiëren. Met Don Quichotte-achtige discussies kan ik namelijk niet verder.

De heer SMITS (HB): Het is helemaal niet Don Quichotte-achtig.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter, -ik zou graag nog iets zeggen- op de opmerking van de

wethouder dat het gaat om bijzaken, om peanuts. De subsidie voor vrouwen in de bijstand is inder-

daad' peanuts:@'E 1500,- per jaar. Toch wordt daar op bezuinigd. Iets dergelijks geldt ook voor de

kamermuziek. Verder zijn bijna 300 huishoudens aangewezen op de Voedsëibank. Toch stelt de wet-

houder dat de prestigeprojecten gewoon doorgaan en dat daarop niet bezuinigd mag worden. Vindt de

wethouder het dan raar als wij ons zorgen om maken?

De heer TIELEMANS (wethouder): Ja, dat vind ik heel raar, want uitgerekend wij, het nu

zittende college, hebben gezegd dat prestigeprojecten van onze politieke agenda af gaan. Daar

hebben wij ook werk van gemaakt. Dat hebben wij bewezen toen het ging om het Kunst- en cultuur-

p! in, dat wij hebben Ingewisseld voor een veel realistischer concept in het Steenwegkwartier. Dat

hebben wij ook bewezen door ons voorstel de ondertunneling van de Traverse van de agenda te

h-alen. Niet dat wij iets tegen het tunnelconcept hebben, maar het is niet haalbaar en niet betaalbaar.,

[adam arvöo'r @in @dë plaa- ts@@ zijn wij gekomen met sociaal evenwichtige voorstellen. Dat getuigt inderdaad

van politiek invbélingsvermogen.

De heer YEYDEN (PvdA): Dus daarom moeten wij een uitstel van drie maanden van de

presentatie van de centrumplannen onder ogen zien?

De heer TIELEMANS (wethouder): Nee, nu haalt u allerlei dingen door eikaar@ mijnheer

Yeyden.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): U doet zelfs niet anders, mijnheer Tielemans!

De heer TIELEMANS (wethouder): Ik doe niet anders? Ik zeg alleen dat wij op een aantal

punten op hoofdlijnen van beleid duidelijke keuzes presenteren. Daar hoeft men het niet mee eens te

zijn en degenen die het daar niet mee eens zijn, zijn uitgenodigd hun alternatieven hier op tafel te

leggen. Ik stel echter vast dat men die niet heeft.

De heer YEYDEN (PvdA): Die liggen er wel!

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Wij bieden een alternatief aan, maar de wethouder wil dat niet

als alternatief betitelen. Wij hebben wel degelijk een voorstel met dekking voorgelegd. Als de dekking

de-wethouder niet bevalt, dan is dat zijn goed recht, maar de wethouder moet niet doen alsof wij geen

inhoudelijk alternatief neerleggen, want dat doen wij wel. Ik maak dus bezwaar tegen de voorstelling

van zaken van de wethouder. Die is niet realistisch.

--De @heer TIELEMANS (wethouder): Het enige waarmee de PvdA-fractie komt, is een voorstel

om de E 2,5 miljoen bestemd voor de verplaatsing van de City-Sporthal te herbestemmen. Verder doet

de PvdA-fractie niets.

De heer DEN @BREEJEN (PvdA): Dat is toch voldoende onder de omstandigheden?

De heer T] ELEMANS (wethouder): Vindt u dat, voldoende?,

De heer YEYDEN (PvdA): Dat vinden wij inderdaad voldoende. Wij zijn ons er zeer van bewust

dat wij voor bepaalde keuzes staan. Die zullen wij moeten maken. Voor ons is de vraag hoe wij de pijn

daarvan dermate kunnen verzachten, dat de samenleving daar het minste last van ondervindt. Daar

gaat het om en om niets anders. Wij zijn daarvoor met concrete voorstellen met een concrete dekking

gekomen. Als de wethouder het daar niet mee eens is, oké. De wethouder maakt zijn keuzes, maar

wij hebben ook onze keuzes.

Mevrouw MEINARDI (GL/D66): Voorzitter! Ik geloof dat wij zeker oog moeten houden voor de

scherpe kantjes, zoals die door de PvdA-fractie zeker zijn aangegeven. Hoe de dekking moet zijn als

je komt met een voorstel die eraf te halen, daarover kun je van mening verschillen.

-28- 17 juni 2004

De heer TIELEMANS (wethouder): Oké, mevrouw Meinardi. Ik kan u zeggen dat het college

niet anders doet dan dag in dag uit de scherpe kantjes eraf halen. Daar worden wij door het kabinet

wel toe gedwongen.

Voorzitter, ik vervolg mijn betoog met het onderwerp dualisme.

Met de intrede van het dualisme zijn -de rollen en verantwoordelijkheden van raad en college

gescheiden en gedeeld. Zo heeft de raad middels de commissie-Dams de financiële spelregels van dé

bezuinigingen geformuleerd en@ heeft het college,.binnen:.de,gestelde kaders,invulling@gegeven@aan

concrete bezuinigingsmaatregelen. Een schoolvoorbeeld van hoe dualisme in de praktijk kan en ook

behoort te functioneren.

De bezuinigingen waarmee.onze@-gemeente geconfronteerd wordt"zijn omvangrijk@en ingrijpend.

Dit-jaar E 2 miljoen, volgend jaar E 6 miljoen en, blijkens de maandag jl. verschenen meicirculaire, nog

eens E 2 miljoen extra. In totaal moet E 10 miljoen bezuinigd worden, afgezien van de kortingen op

specifieke arrangementen, zoals het Grotestedenbeleid e.d.

De totale - concernbegroting @ bedraagt afgerond E: 170 miljoen. Circa 25% hiervan zijn direct

be;fnvloedbare kosten. Dat, is, voor het"gemak afgerond -naar, boven"E 40 miljoen. Een -kwart hiervan

dient dus wegbezuinigd te worden. Boven op de E 8 miljoen aan bezuinigingen die wij, voor dit en

volgend jaar al ingeboekt hebben, komt een aan vullende korting op de algemene u itkering van het

gemeentefonds die voor dit jaar E -2,4,miljoen bedraagt -.en 7.voor,-volgende@jaren E.2 miljoen structureel .

zal bedragen. Ik verwijs hiervoor naar de brief van het college van, afgelopen,dinsdag 15 juni.

Ik heb er behoefte aan, voorzitter, om hier even in te gaan op de kritiek van Heimondse

Belangen op de procedure die wij daarbij gevolgd hebben. Afgelopen maandag is ons de zo-

genaamde meicirculaire onder ogen gekomen. Aan de afdeling financieel beleid is meteen opdracht

gegeven om te analyseren wat daarvan met name voor Heimond de consequenties zijn. Deze notitie

is afgelopen dinsdagmorgen ingebracht in het collegeoverleg. Naar aanleiding daarvan is de brief

geconcipieerd die dezelfde dag nog is"uitgegaan naar de raadsleden, enerzijds per e-mail, anderzijds

per post. Als de heer Smits zijn e-mailbox had geopend, had hij 's middags de brief al kunnen aan-

treffen.

De heer SMITS (HB): De wethouder had maandagavond gewoon kunnen voorinformeren. Punt.

De heer TIELEMANS (wethouder): Nee, want ik wist maandagavond nog niet van de hoed en

de rand. Bovendien heb ik, als lid van het college van burgemeester en wethouders, binnen de duale

verhoudingen in de eerste plaats het college van burgemeester en wethouders te inf ormeren en te

raadplegen, alvorens ik optreed als boodschappenjongen van de commissie MO&E.

De heer SMITS (HB): De wethouder is geen boodschappenjongen en dat weet hij heel goed.

Wel had hij ons gewoon kunnen zeggen dat er iets aan zat te komen dat voor de gemeente Heimond

niet zo gunstig was.

De heer TIELEMANS (wethouder): Nee, dat had ik niet,zo kunnen doen, want dat is niet de

juiste volgorde. De heer Smits zou dat, als voorstander van het dualisme, toch moeten weten. Ik vind

zijn kritiek op de gevolgde procedure dan ook kinnesinne,,want,de kritiek is niet to the@ point. Ik

verwerp deze kritiek dan ook.

De heer SMITS (HB): Dan verschillen wij van mening. Dat is heel simpel.

De heer TIELEMANS (wethouder): Dat-is het geval!

De heer KLAUS (SP): Voorzitter! Ik vind het schitterend, al die uitleg over het dualisme. Het is

ook elke keer anders!

De heer TIELEMANS (wethouder): Ik moet u eerlijk zeggen, mijnheer Klaus, dat ik er af en toe

ook geen touw meer aan kan vastknopen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik zou hier graag willen opmerken dat ik van mening ben

dat het college ons tijdig geïnformeerd heeft. De informatie kwam net op de valreep en niet alle

fracties zijn erop ingegaan, maar veel fracties hebben. dat wel gedaan. In het verlengde van deze in-

formatie hebben wij in Binnenlands Bestuur kunnen lezen over de nieuwe herverdeling van de acti-

verings- en re@fntegratiegelden. Dankzij de inspanningen van wethouder H ans Spigt van Dordrecht, die

-29- 17 juni 2004

nu voorzitter is van de VNG, kan de gemeente Heimond toch enige positieve resultaten verwachten. Ik

lees het zo dat Heimond, van minus 13,1 % in 2004, volgens het aangepaste model 2,8% meer krijgt.

Dat betekent een verschil van 15,9% en een plus voor de gemeente Heimond bij de herverdeling van

de genoemde middelen. Kan de wethouder ons daar iets over vertellen? Of is deze informatie zo pril

en onduidelijk dat hij er daarom niet op is ingegaan? De VNG is ons namelijk niet vreemd, denk ik.

De heer TIELEMANS (wethouder): Allereerst dank aan de heer Yeyden voor zijn vaststelling

dat naar zijn opvattingi-het college tijdig en correct heeft gerapporteerd over de meicirculaire.

De heer Yeyden refereert aan een bepaalde publicatie en komt met enkele getallen. Daar kan ik

op dit moment niet op reageren. Wel is het zo dat wij de meicirculaire uitvoerig geanalyseerd hebben.

Daarnaast zijn er in-- dit kader allerlei andere ontwikkelingen die wij op de voet volgen en analyseren.

Dat doen wij niet alleen, maar vooral ook in VNG-verband. Overigens wordt er in VNG-verband al

actie ondernomen tegen een aantal kabinetsmaatregelen.

Toch is niet alles wat uit Den Haag komt kommer en kwel, want er komen ook goede initiatieven

naar ons toe. In eik geval geven wij er de voorkeur aan om niet in ons eentje richting Den Haag te

opereren maar om-@d-ät in VNG-verband te doen. De informatie die de heer Yeyden zojuist gegeven

heeft, zal ik daarbij betrekken.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Mijn volgende vraag is, waarom het college in Dordrecht

wel bepaalde ombuigingen richting Den Haag kan realiseren en waarom Heimond dat niet kan.

De heer TIELEMANS (wethouder): En weet de heer Yeyden wat een raadslid in Dordrecht

vorige week opmerkte? Waarom kan het college in Heimond wei bezuinigingen tot stand brengen en

waarom kan het college in Dordrecht dat niet? Dit soort benaderingen zui je altijd wel houden.

Voorzitter! Wij ontkomen er niet aan de korting voortvloeiend uit de meicirculaire te vertalen in

additionele bezuinigingen: structureel E 2 miljoen in het kader van de begroting 2005 en incidenteel E

2,4 miljoen in het kader van de lopende begroting. Inmiddels heeft het college de ambtelijke ta@sk 'force

bezuinigingen de opdracht gegeven om, met inachtneming van de spelregels van de commissie-

Dams, een aanvullend pakket bezuinigingsmaatregelen voor te bereiden. Na bestuurlijke fiattering

zullen wij deze maatregelen integreren in de begroting 2005, die in oktober aan de raad zal worden

aangeboden. Het verzoek van de CDA-fractie om nog voor het zomerreces nadere voorstellen terug-

gekoppeld te krijgen, kunnen wij op dit moment niet honoreren.

De heer VAN WETERING (CDA): Voorzitter! Wij hebben niet gevraagd voor het zomerreces al

informatie te krijgen over alle drie de maatregelen. Een van de drie maatregelen die het college heeft

voorgesteld, is dat voor het jaar 2005 voorziene bezuinigingen zo mogelijk al eerder zouden ingaan.

Die hebben dus betrekking op het jaar 2004. Wij vinden dat de voorstellen ter zake losgekoppeld

zouden moeten worden van de begroting 2005. Vandaar ons verzoek om de voorstellen met betrek-

king tot 2004 eerder terug te koppelen.

De- heer TIELEMANS (wethouder): De heer Van Wetering heeft gelijk dat dit op zich losstaat

van de problematiek 04. Wij hebben drie sporen aangegeven waarmee wij de problematiek 2004

willen aanpakken.

1. Het met E 1 miljoen reduceren van de post onvoorzien incidenteel, welke E 1,4 miljoen bedraagt.

2. Het waar mogelijk naar voren halen van bezuinigingen die voor het jaar 2005 en volgende zijn

ingeboekt.

3. -Het afromen van de vrij besteedbare budgetruimte van de pijlerreserves, met dien verstande dat

@.'deze onttrekking 'zo@mogelijk wordt gecompenseerd uit het rekeningresuitaat 2004.

Wij slagen er niet in om nog voor het zomerreces met de raad, te communiceren over de maat-

regel die ik als tweede genoemd heb. Wij gaan bij de opstelling van de begroting 2005 langs twee

sporen aan de slag, met behulp van de adviezen van de ambtelijke task force. Daarnaast bekijken wij

welke bezuinigingen naar voren gehaald kunnen worden. ]k kan daarover echter niets melden voor

het zomerreces.

De heer VAN WETERING (CDA): Ik kan er best begrip voor hebben dat het de wethouder

onmogelijk is een bepaalde toezegging te doen. Wel is het zo dat een aantal Heimondse organisaties

bezuinigingen boven het hoofd hangen. Als gezegd wordt dat er bezuinigingen naar voren gehaald

worden, kan dat voor enige onrust zorgen onder de Heimondse organisaties. Vandaar een klemmend

beroep op het college om er voor wat dit onderwerp betreft vaart achter te zetten.

-30- 17 juni 2004

De heer TIELEMANS (wethouder): Ook op dit punt zullen wij minutieus, als het ware met het

fileermes, te werk gaan. Wij zullen niets op zijn kop zetten wat niet op zijn kop gezet hoeft te worden,

want wij zullen prudent optreden.

De heer FERWERDA (GL/D66): Voorzitter! Ik heb nog een vraag naar aanleiding van de vraag

van de heer Van Wetering. Er zijn organisaties, bijvoorbeeld organisaties die vallen onder het wel-

zijnsprogramma, die een budgetfinanciering hebben. Stel er komt per 1 augustus a.s. een vacature

binnen zo'n organisaties. Hoe wordt daarmee omgegaan? In het. kader,.van, de, budgetfinanciering

hoeft deze vacature namelijk niet gemeld te worden.

DeheerTIFLEMANS(wethouder:inderdaad.

De heer FERWERDA (GL/D66): Dat blijft dus zo?

De heer TIELEMANS (wethouder): Ja, dat blijft zo, totdat wij me t ingang van 2005 en volgende

jaren maatregelen nemen die,.däarop, ingrijpen. Maar, wij ga@an niet nu, tussentijds-, de huidige situatie

verstoren. Bovendien zou zoiets niet reëel uitvoerbaar zijn. Laten wij dat ook met elkaar vaststellen.

De heer FERWERDA

,(GUD66): Oké. Maar hiermee ligt er natuurlijk wel een behoorlijke-ver-

antwoordelijkheid bij de organisaties 7eIL

De heer TI ELEMANS (wethouder): Die ligt er en daar appelleren wij ook aan.

De heer FERWERDA (GUD66): Volgend jaar kan een organisatie dus wel gekort worden.

De heer TIELEMANS (wethouder): Ja. Een gewaarschuwde organisatie, dus ook een welzijns-

organisatie, telt voor twee. Ik mag ervan uitgaan dat ook de organisaties hun verantwoordelijkheid

kennen en nemen en dat niet de gemeentelijke overheid dat als enige doet.

Niet ontkend kan worden dat het steeds moeilijker wordt nieuwe tegenvallers op te vangen 'door

extra ombuigingen. Toch was, is en blijft uitgangspunt van ons beleid het aanbieden van een sluitende

begroting en bij voorkeur ook een sluitende meerjarenbegroting. Alleen op die basis blijft onze

gemeentelijke autonomie gewaarborgd en blijft onze stad gevrijwaard van preventief toezicht.

Het college stelt zich ten doel de speerpunten van het collegeprogramma zoveel mo gelijk over-

eind te houden: veiligheid en handhaving, centrumvernieuwing, Binnenstad-Oost, versterking sociale

en culturele infrastructuur, werkgelegenheid, bereikbaarheid en woningbouwproductie. Bovendien blijft

het college zich sterk maken voor een sociaal evenwichtige begroting en een aanvullend pakket

bezuinigingen dat ook op het punt "sociaal evenwichtig" de toets der kritiek kan doorstaan.

In de voorliggende voorjaarsnota is het bewijs geleverd dat de drie s'en hand in hand gaan. Ook

bij de definitieve vaststelling van, de conceptpro rammabegroting in november zullen wij ons deze

9

opgave stellen en de uitdaging aangaan.

Ik wil eigenlijk nog een vierde s toevoegen, namelijk de s van samenwerking. Niet om ver-

warring met een ander beeldmerk te voorkomen of omdat die s onvoldoende uit de verf zou komen,

maar omdat samenwerking,een,.wezenlijke. rol..speelt en een.-onmisbare. schakel is in het collegebeleid.

Gewezen mag worden op de aanstaande verlenging en vernieuwing van het GSB-convenant, met als

bijzonder aandachtsgebied de samenwerking met talloze publieke en private partners, primair in stad

en regio, maar ook in het verband van de G-26. Voorts mag gewezen worden op de actieve en inten-

sieve participatie van onze gemeente in het SR.E,. in. het door ons, college gereanimeerde overleg met

de Peellandgemeenten,, in Brabantstad" in. het, cüituurconvenant. Zui.d-Nederland en tal van andere

verbanden. Gedeelde verantwoordelijkheid loopt niet voor niets als, een rode draad door het college-

programma en het door ons college, voorgestane, beleid heen. Daarmee brengen wij als college expli-

ciet tot uiting dat samenwerking onontbeerlijk is voor,- de.,dynamische ontwikkeling,van.onze.s-tad..Daar

hoort bij spreiding van verantwoordelijkheden, maar ook spreiding van risico's en de bereidheid om

lusten en lasten eerlijk te delen.

Collega Houthooft-Stockx zal nader ingaan op de gemeentelijke relatie met de NV REDE. Van

mijn kant wil ik bij dit dossier een enkele kanttekening plaatsen. Het gaat er niet om of Heimond bereid

is samen te werken op regionaal-economisch terrein. Dat doen wij al sinds jaar en dag en dat blijven

wij doen, onder meer door weer voor drie jaar E 5,22 per inwoner in het regiofond te storten. Wel is het

van belang dat ook regionale economische samenwerking gebaseerd dient te zijn op re.gionale soli-

dariteit. Dit pleit ervoor om de financiering van REDE te verankeren in de begroting van het SRE. Op

dit moment betaalt onze gemeente langs drie wegen aan REDE: via het SRE, via de rechtstreekse

-31- 17 juni 2004

inwonersbijdrage en via het programma Horizon, de E 460.000,-- die betaald wordt uit het regiofonds

dat wordt gevormd uit de E 5,22-middelen.

Dan kom ik aan een heel ander onderwerp: de reservepositie van de gemeente.

De CDA-fractie vraagt zich af of de realistische planning van het lnvesteringsprogramma 2004-

2008 onder druk komt te staan van aanvullende bezuinigingen en of bijstellingen nu al aan de orde

zijn. Het college heeft de raad in het kader van de voorjaarsnota een min of meer sluitend meerjaren-_

investeringsprogramma voorgelegd. Inzet blijft het in stand houden van de majeure gemeentelijke

i"teringsbijdragè'-ff@','@'@h'iet in het minst en op de laatste plaats omdat zonder eigen geld geen vreemd

geld wordt gegenereerd. In het kader van de aanvullende bezuinigingen zou het besparen op de

kapitaallasten een optie kunnen zijn. Dit zal dan wel gevolgen hebben voor de voortgang van

bepaalde investering@sprojecten. Ik wil de raad wet duidelijk maken dat deze optie niet de voorkeur

heeft van het college.

De fracties van CDA en SDHOH zeggen bezorgd te zijn over het negatieve saldo van E 1,8

miljoen in 2005 van de reserve infrastructurele werken. Collega Van Heugten zal daar nader op in-

gaan. Een enkele erking mijnerzijds. Beseft moet worden dat dit tekort in de praktijk zal mee-

0

V tien, om de eenv ge reden dat een aantal projecten naijlt. Daarnaast verwachten wij dat de af-

röming van het vrij bës'teedbare saldo van de pijlerreserves op basis van het rekeningresuitaat 2004

Gecompenseerd kan gaan worden.

Tot slot vraagtde CDA-fractie om helderheid in de begroting van volgend jaar over de wenselijk

geachte minimumbedrágen voor de pijlerreserves en de posten onvoorzien incidenteel en structureel.

Wij zeggen toe hier nog eens goed naar te kijken. Belangrijk is wel dat in de begroting voldoende

flexibiliteitsreserve blijft zitten.

De collega's Bethiehem en Van den Heuvel zullen ingaan op respectievelijk de Wet voor-

7ieningen gehandicapten en het peuterspeelzaalwerk.

In relatie tot de WVG hecht ik eraan namens het college te benadrukken dat gelijktijdig met de

vaststelling van de voorjaarsnota, dus vandaag, de financiële randvoorwaarden van de gereviseerde

WVG-regeling Heimond worden vastgesteld. Dat daarbinnen nog geschoven kan worden met voor-

zieningen, zoals diverse fracties naar voren brengen, is voor het college van burgemeester en wet-

houders geen bezwaar, mits vandaag klare wijn wordt geschonken ten aanzien van de beschikbare

budgetruimte.

De heer SMITS (HB): Voorzitter!. Ik kan mij niet voorstellen dat, als wij vanavond de financiële

kaders voor de WVG-regeling vaststellen, dit te maken heeft met het beleid dat wij gaan voeren.

Anders gezegd: als het beleid nog aan de orde moet komen in de commissie samenleving, dan lijkt

het mij niet mogélijk om vandaag de financiële kaders vast te stellen. Ik ben het dus niet eens met de

visie die de wethouder nu neerlegt en ik ben tegen het vaststellen van de financiële kaders.

De heer TIELEMANS (wethouder): Ten aanzien van de besluitvorming over de VVVG volg ik de

meerderheidsopvattiog"van de raad. De raad is bereid in het kader van de voorjaarsnota de financiële

randvoorwaarden vast te stellen, maar wil ook de ruimte hebben om op een later moment, en dat is de

raadsvergadering van 6 juli a.s., inhoudelijk op de V\IVG-regeling terug te komen.

De heer SMIT@S@'(HB): Oké. Dus 6 juli a.s. praten wij inhoudelijk over de WVG. Ik neem aan dat

de financiële kaders daarbij horen.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Van onze kant hebben wij heel duidelijk gesteld

dat wij nog inhoudelijk over de WVG-voorstellen willen praten, maar dat wij vandaag het maximale

bedrag vasts-tellen@'däii-",áaiis uitgangspunt voor de begroting 2005 zal gelden. Het lijkt ons een zinnige

zaak om, binnen dit"m'áximale bedrag, met het GOH overleg te voeren over eventuele h.erprioritering

respectievelijk her§C'Iifkking. Als ik het goed begrijp, zegt de wethouder toe dat het zo gebeurt. Daar is

onzefractie het voiiëdig@-mee eens.

De heer TI ELEMANS (wethouder): Dat heeft de heer Praasterink goed begrepen.

De heer SMITS (HB): Wij komen hier graag op 6 juli a.s. op terug, wethouder.

De heer Ti ELEMANS (wethouder): Ja, dat mag.

Voorzitter! Op verzoek van de raad wordt de laatste hand gelegd aan een visie op de positio-

nering en professionalisering van het peuterspeelzaalwerk in onze stad. Zoals diverse fracties terecht

stellen, wordt pas op basis van besluitvorming hierover bepaald welke budgetruimte wordt vrij-

-32- 17 juni 2004

gemaakt. Tot die tijd zal de gereserveerde E 800.000,-- worden geparkeerd. Overigens beschouwen

wij de E 800.000,-- als het bedrag dat vanuit de gemeente maximaal inzetbaar is in de eerstvolgende

vier jaar. Reden waarom wij spreken over een tijdelijke stimulerings- en overgangsmaatregel.

De heer Klerkx stelt een heel wezenlijke vraag met betrekking tot het conceptraadsbesluit op

pagina 52 van de voorliggende voorjaarsnota. Hij vraagt of, in het licht van de meicirculaire en de

daarbij behorende brief van het college, het conceptraadsbesluit, met name op de punten 7 en 8, nog

wel adequaat genoeg is. Mijn antwoord daarop is "ja". Naar: mijn mening is punt 7 zeer zorgvuldig

geformuleerd: "in principe in te stemmen,met,het-geschetste",begrotingsperspectief en de voorgestelde

intensiveringen en overige acties voor de opste lling van de begroting 2005." Wij zullen uiteraard in

oktober, wanneer wij het definitieve concept van de begroting 2005 voorleggen, daarin verwerkt

hebben de bezuinigingen die.".nod@ zijn"-.als"gevoig-.van.de"extralkortingen,.op de uitkering uit het

kg

gemeentefonds. Wij zullen dat doen volgens de randvoorwaarden die de commissie-Dams in een

eerder stadium geformuleerd heeft. Deze bieden nog voldoende houvast om de E 2 miljoen extra aan

bezuinigingen in te vullen.

De heer PRAASTERINK,.(SDHOH): Voorzitter!" De,wëthouder,-heeft,m.i. -nog een vraag laten

liggen. Wij hebben gevraagd naar het saldo van de,.@vrij besteedbare reserve (of het weetstands-

vermogen) aan het begin van dit jaar en om een schatting van het"saldo aan het eind van dit jaar. Wij

willen weten wat het verschil tussen deze saldi is. Op deze vraag hebben wij nog geen antwoord

gekregen. Ik kan mij voorstellen dat de wethouder de,cijfers niet paraat heeft -@hoewel ik constateer

dat hij heel veel paraat heeft -, maar dan wil ik deze informatie graag op een ander moment krijgen.

De heer TIELEMANS (wethouder): Voorzitter! In de schriftelijke beantwoording in eerste termijn

heb ik al gesteld,.,dat het totale saldo van de pijterreserves, de vrij besteedbare reserve, is gedaald

naar ongeveer E-2,9 miljoen. Wat daarvan overblijft aan het eind van het jaar, kan ik nu niet in-

schatten.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Het gaat niet om het eind van het jaar. Ik heb ook gevraagd

wat het beginsaldo was.

De heer TIELEMANS (wethouder): Dat is E 2,9 miljoen.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Nee, dat is het eindsaldo.

De heer TIELEMANS (wethouder): Nee. Het saldo aan het eind van dit jaar kan ik op dit

moment niet inschatten. Dat hangt af van de concrete onttrekkingen die in de loop van het jaar plaats-

vinden. Wij hebben overigens al geopperd om een deel van de E 2,9 miljoen in te zetten en bij wijze

van achtervang te gebruiken voor de tegenvaller van E .2,4 miljoen van het lopende jaar, met dien

verstande dat wij het geld terug,@torten, als@ het-, rekeningresuitaat-over 2004.-daar, aanleiding toe geeft.

Ik denk dat ik op dit punt helder ben geweest. Zo niet, dan wil ik op een later tijdstip nog een poging

doen om de heer Praasterink te overtuigen.

De heer VAN WETERING@i(CDA)-;-!Voorzitter!.-ik@--heb,: hier- een :aanvullende vraag over. Niet

alleen het vrij besteedbare deel van de pijlerreserves is van belang voor het weerstandsvermogen van

de gemeente. Het college verwijst hiervoor eveneens naar de begroting 2004, waarin een berekening

is gemaakt van het vrij besteedbare deel van de algemene reserve. Daar is het bedrag van E 3,9 mil-

joen uitgekomen. De situatie was.,@toen echter,gunstiger;.,omdat er E 144.000,--. in de post onvoorzien

structureel zat. Deze post is inmiddels:aanzienlijk gedaald.- Volgens mijn, berekening - ik heb daar een

uurtje aan gerekend - zou dit betekenen dat het vrij besteedbare,deel van de algemene reserve veel

lager uitkomt, namelijk rond.de E 1 miljoen. Toen schrok ik. even, wantdat betekent dat je aan de

pijlerreserves eigenlijk geen middelen meer kunt onttrekken.

De heer TIELEMANS (wethouder): Ik heb gemeld dat een bedrag van E 2,9 miljoen in principe

vrij aanwendbaar is. Ik ken geen feiten of omstandigheden die daar een ander licht op werpen. Ik

neem graag kennis van de rekenexercities van de heer Van Wetering, maar hij kan het maken van

berekeningen net zo goed aan onze ambtenaren overlaten. Ik zal de berekeningen van de heer Van

Wetering nog eens verifiëren, maar ik hoop dat hij mij toestaat dat ik daar op dit moment niet in

concreto op inga.

-33- 17 juni 2004

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij hebben een vraag gesteld over de resterende OALT-

gelden en of er enige duidelijkheid kan komen over de besteding daarvan. Gaat wethouder Tielemans

daarop antwoorden, of doet een van de andere wethouders dat?

De heer TIELEMANS (wethouder):. Er moet nog wat ter beantwoording overblijven voor de

collega's, mijnheer Yeyden. Wij verdelen als college de onderwerpen netjes onder elkaar.

Voorzitter! ]k kom nu aan het onderdeel kunst en cultuur. Vooraf moet ik zeggen dat het heerlijk

is dat de raad helder -is-@geweest over kunst en cultuur. Het is goed nog eens vast te stellen dat de

visie van ons college en die van de raad ten aanzien van het kunst- en cultuurbeleid sporen. Dat is

duidelijk gebleken uit de unanieme ondersteuning door de raad van zowel de cultuurnota "Van inhaal-

slag -naar kwaliteitsspröng" als de visienota op de bibliotheek. Unanieme raadssteun was er tijdens de

raadsvergadering van '@'juni jl. ook voor het publiekprivate project van gemeente en Bavaria in het

Steenwegkwartier. Dat komt mede omdat kristalhelder is wie wat doet en voor zijn rekening neemt. De

gemeente besteedt de publieksgebouwen van Kunstencentrum Heimond aan, inclusief de verworven

Scalazaal, en Bavaria""besteedt de grote zaal en de foyer aan. Gescheiden exploitatie van beide

functies is gewaarborgd.@,Over "heerlijk, helder" gesproken.

De heer SMITS (IIB): Dat is Heineken, wethouder!

De heer TIELEMANS (wethouder): Voorzitter! Een aantal partijen vraagt bij amendement om de

voorgenomen afschaffing van de subsidie op de kamermuziekcyclus van het Theo Driessen Instituut

ongedaan te maken. Het college wil dit amendement overnemen en de E 3700,-- die daarmee

gemoeid is, structureel ten laste brengen van de post bevordering culturele leven.

De heer KLAUS (SP): Waarom wil de wethouder dat amendement nu overnemen?

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Dat slaat toch een gat in de begroting?

De heer TIELEMANS (wethouder): Nee, dat slaat geen gat, zelfs geen gaatje, in de begroting.

De post bevordering culturele leven omvat E 68.000,-- en er is enige sprake van onderuitputting. Er is

dus ruimte om het zo sympathieke amendement over te nemen. Ik hoef de heer Klaus niet te vertellen

dat het, zeker in het kader van het dualisme, leven en laten leven is.

De heer KLAUS (SP): Daar had ik niet om gevraagd!

De VOORZITTER: Dames en heren! Binnen het college hebben wij als voorwaarde voor het

overnemen van het amendement afgesproken dat de wethouder cultuur een keer een bezoek brengt

aan een uitvoering! Ik heb van het bestuur van het Theo Driessen Instituut begrepen dat het de wet-

houder, graag zal ontvangen en er ook bij zal zijn!

De heer TIELEMANS (wethouder): Voorzitter! Aan het adres van de heer Ferwerda zou ik het

volgende willen opmerken. Hij kent natuurlijk het Franse gezegde "C'est Ie ton qui fait la musique." De

hoge toon die de heer -@@Ferwerda aanslaat bij dit onderwerp, ontmaskert hem als kenner of pleit-

bezorger bij uitstek van de kamermuziek. Deze gave - een enkeling zal oneerbiedig spreken van een

afwijking - is hem van harte gegund. Maar het kan niet zo zijn, mijnheer Ferwerda, dat bij bezuini-

gingen enkel de passie regeert, want dan wordt er geen enkele bezuinigingsnoot meer gekraakt.

Overigens ging de discussie niet zozeer over de vraag of kamermuziek en de kamermuziekcyclus

waardevol is. De di 1cussie ging met name over het publieksbereik.

De heer FERWERDA (GL/D66): Ja, maar dat is voor kenners een te smalle ingang.

De heer TIELEMANS (wethouder): Oké, een te smalle ingang dus.

De heer SMITS (HB): Voorzitter, ik wil nog even voortborduren op de instemming van het

college met de subsidie voor het Theo Driessen Instituut. Betekent dit dat men toch in 't Speelhuis

gaat spelen, of blijft men in hetzelfde gebouwtje zitten?

De heer TIELEMANS (wethouder): Ik nodig de heer Smits uit om amendement 1, gesteund

door de coaiitiepartijen en mevrouw De Voogd, nog eens goed te lezen. Dan zal hij van alle

onzekerheid verlost worden omtrent de locatie waar de kamermuziek in de toekomst wordt uitgevoerd.

-34- 17 juni 2004

't Speelhuis, de programmering en exploitatie in het bijzonder, mag zich opnieuw verheugen in

de interesse van de raad. Onlangs heeft de directeur van 't Speelhuis in een vergadering van de

commissie samenleving opening van zaken gegeven over de gang van zaken in 't Speelhuis. Bij die

gelegenheid heeft de commissie haar zorgen uitgesproken over de beheersing van de exploitatie-

risico's. Deze zorgen delen wij. Reden waarom wij twee zaken met de directeur zijn overeengekomen.

Enerzijds ontvangen wij een maandelijkse rapportage van de budgetstromen waardoor wij de vinger

aan de pols houden en anderzijds staan wij een actualisering van het al enigszins verouderde

bedrijfsplan voor. Daar zullen wij. ook de.,opa&oma-.kaarties bii..betrekken.,

De heer FERWERDA (GUD66): Voorzitter! Er is een heel PR-plan voor,'t Speelhuis ontworpen

dat nog geen vijf jaar oud is. -Hoe..,kan de wethouder- dan zeggen d.at,dit plan al weer bijgesteld moet

worden? Of hebben wij verkeerde adviezen gekregen? Het opstellen van zo'n plan kost behoorlijk wat

geld. Het kan toch niet zo zijn dat een PR-plan, met alle toeters en bellen die daarbij horen, niet goed

genoeg meer is dan wel niet goed wordt uitgevoerd? Er moet toch meer zijn waardoor de.negatieve

exploitatie zo naar voren komt? Wat zijn precies de redenen? Maken deze redenen het noodzakelijk

om een nieuw plan te gaan schrijven?

De heer TIELEMANS (wethouder): De heer Ferwerda, haalt twee-dingen door elkaar. Ik doelde

op het bedrijfsplan. Dit plan is een jaar of vier, vijf oud. Dat is iets anders dan het PR-plan waar de

heer Ferwerda over spreekt. Wij hebben begin vorig jaar, bij de heropening van 't Speelhuis, wat extra

middelen beschikbaar gesteld met als doel te zorgen voor een beter imago van 't Speelhuis en om het

product 't Speelhuis beter op de kaart te zetten. Deze middelen zijn ook aangewend voor de doelen

waarvoor ze bestemd waren. Desalniettemin. moeten wij constateren - overigens is dit,geen,specifiek

Heimondse trend maar ook een landelijke trend - dat het aantal abonnementen in de lift zit, maar dat

het aantal voorstellingen per abonnement afneemt. Natuurlijk zet de directie, de heer Inniger voorop,

alles op haren en snaren om een programmering te krijgen waardoor 't Speelhuis verzekerd is van

een zo groot mogelijk publieksbereik. Hij probeert met de beschikbare middelen 't Speelhuis in de

toekomst goed in de markt te zetten. Toch denk ik dat wij de plicht hebben om het bedrijfsplan, dat

enigszins gedateerd is en geactualiseerd moet worden, op de agenda te zetten. Dat hebben wij af-

gesproken met de commissie samenleving.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Ik heb inmiddels amendement 1 gelezen. Wij hebben het nu

over 't Speelhuis en het college had liever gehad dat de kamermuziekcyclus van het Theo Driessen

Instituut in 't Speelhuis zou gaan plaatsvinden. Daardoor was 't Speelhuis weer aantrekkelijker

geworden. Als het amendement wordt teruggedraaid, gaat dat niet door. De ruimte die overblijft in 't

Speelhuis, mag wat mij betreft gerust ingevuld worden door een jongerenband, 60'er jaren Pop of iets

dergelijks.

De heer TIELEMANS (wethouder): Voorzitter!. Het,is"nooit verstandig om op iemands anders

stoel, in dit geval de stoel van de directeur van 't Speelhuis, te gaan zitten.

De heer SMITS (HB): Ik ben in eik geval blij dat wij een beetje, steun krijgen van de fractie van

GroenLinks/D66 met betrekking,toti de PR. en"de,programm- ering:van.'t Speelhuis.

De heer TIELEMANS (wethouder): Waarvan akte.

De zoektocht naar een adequate accommodatie en locatie voor de dansorgelcollectie van de

Gaviolizaal heeft ons inderdaad gebracht bij, de zaal , van .,het , voormalige theater De Nar aan de

Steenweg. Hot news is dit niet, @want er, werd, al volop over gespeculeerd in de.Stad. Het is.een ruimte

die ligt in het centrum, zij het misschien niet centraal genoeg voor de heer Dams, maar aan de Markt

konden wij geen geschikte ruimte vinden. De ruimte aan de Steenweg biedt in principe de mogelijk-

heid voor plaatsing van de orgelsn Duidelijk -is wel dat-een aantal bouwtechnische aanpassingen nodig

is. Nog deze maand verwachten wij daar nader inzicht in, alsook in de kosten die het realiseren daar-

van met zich meebrengt. Het pand is - ik kan er ook niets aan doen! - eigendom van Bavaria. De in-

tentie is dat, bij gebleken geschiktheid van de ruimte, samen met de toekomstige exploitant een ver-

blijfsconcept wordt ontwikkeld dat voorziet in een prominente plaats van de orgels, alsmede in toeris-

tische gebruiksformules.

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT (HSP): Voorzitter, ik heb een vraag aan de wethouder.

Mogen de oudjes daar dan ook weer dansen?

-35- 17 juni 2004

De heer TIELEMANS (wethouder): Ja zeker! Ik nodig u zelfs uit, mevrouw De Voogd, om daar

het eerste dansje met mij te maken.

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT (HSP): Ik zal uw uitnodiging zeker aannemen,

mijnheer Tielemans! U maakt mij niet verlegen, hoor.

De heer TIELEMANS (wethouder): De afspraak staat!

Tot slot, voorzitter, in het kader van kunst en cultuur, kom ik aan het warme pleidooi van de

heer Klerkx om de sterk gestegen kosten van jeugdopleidingen bij muziekkorpsen te compenseren.

Momenteel, op basis van de begroting 2004, bedraagt de subsidie van een jeugdlid in de categorie

instrumentaal E 66,-@- per lid. Dit jaar hebben de muziekgeleden gezamenlijk 338 leden. ik overweeg in

het kader van de subsidieverordening amateurkunst de subsidie per jeugdlid op te trekken naar

E 100,-- en zal een voorstel dienaangaande, vergezeld van een passende dekking, binnenkort aan

college en raad voorleggen.

De heer KLERKX (FWK): Voorzitter! Ik dank de wethouder oprecht voor zijn tegemoetkoming.

Ook de muziekopleidingen zullen er zeer blij mee zijn. En ik weet zeker dat deze extra bijdrage heel

goed besteed is aan--de.-jeugd.

De heer TIEI EMANS (wethouder): Daar ben ik van overtuigd. Het is een diepte-investering.

De VOORZITTER: Dames en heren! Over de onderwerpen van mijn portefeuille zijn niet zo veel

vragen gesteld.

Er is wat minder stilgestaan bij veiligheid en handhaving en er is instemmend gesproken over

de wijze waarop wij de handhavingsproblematiek in relatie tot de stadswachten hebben ingevuld.

De heer Praasterink heeft in het kader van de handhaving zijn verzoek herhaald om de Amster-

damse nota met betrekking tot het softdrugsbeleid ter bespreking te agenderen in een vergadering

van de commissie ABA. Ik zal dit verzoek voorleggen aan de voorzitter van de commissie ABA, maar

ik neem aan dat hij daarmee instemt. Het is een onderwerp waarover wij als lokale overheid wel

kunnen spreken, maar ik wijs erop dat de kaders hiervoor zijn neergelegd door de centrale overheid.

Dat betekent dat wij heel weinig ruimte hebben om een eigen invulling aan het beleid ter zake te

geven. Het is wel een heel goede zaak een discussie hierover te hebben.

De heer Praasterink is nog even ingegaan op het kleine handhavingsbeleid en noemt daarbij

het onderwerp illegale pensions. Dit is een verschrikkelijk moeilijk onderwerp. Binnen de VNG wordt

erover nagedacht om de hele pensionverordening af te schaffen. Daar zijn wij mee bezig en wij

bereiden op dit punt verder beleid voor. Voor de aanpak van illegale pensions of negatieve uitwassen

van bepaalde vormen van bewoning vormt het bestemmingsplan de ingang. Voor de handhaving

binnen het kader van het bestemmingsplan bereiden wij nadere maatregelen voor.

De fractie van,C@@oenLinks/D66 heeft een amendement ingediend met betrekking tot de ontwik-

kelingssamenwerking. Het amendement betreft drie projecten: het project San Marcos, het project van

pater Gruijters en het project dat ik aanduid met de stichting Stiphout. Men mag niet vergeten dat het

vooral het particulier-in-i'tiatief is dat de ingang tot deze projecten vormt. Wij hebben erg veel waar-

dering voor de mensen die zich daarvoor inzetten, maar het is wel de vraag of dit soort projecten ook

moeten behoren tot het beleidsveid van de lokale overheid en zouden moeten leiden tot financiële

steun. In eik geval zullen wij gesprekken aangaan met de drie betrokken organisaties. Mocht het af-

bouwen van de subsidie-.@op korte termijn problemen opleveren, dan zullen wij in ieder geval in 2005 de

helpende hand blijvén'@-, ieden om de problemen op te lossen en verdere afspraken maken met de

betrokken organisaties'

De heer YEYDE- (PvdA): Voorzitter! U vraagt zich af of dit soort projecten wel een aan-

gelegenheid is voor de lokale overheid...

De VOORZITTER: Ik ben niet de enige die zich dat afvraagt; ook landelijk is daar een discussie

overgaande.

De heer YEYDEN (PvdA): Oké, maar tot nu toe is het altijd iets geweest waarmee wij ons als

lokale overheid bezighielden.

-36- 17 juni 2004

Mevrouw MEINARDI (GL/D66): Voorzitter! Dat wij ons daar als overheid mee bezighielden,

hoeft op zich geen argument te zijn, maar ik vind wel dat er weinig reden is om de subsidiëring ineens

te stop te zetten. De landelijke trend is overigens helemaal niet dat de lokale overheid minder steun

verleent. Wel heb ik er een vraag over. Volgens mij wordt over het algemeen de gemeentelijke bij-

drage door het ministerie verdubbeld.

De VOORZITTER: Het probleem is nu juist, dat deze regeling ophoudt te bestaan. Zeer binnen--

kort-vindt er een bijeenkomst plaats waarvoor de minister van ontwikkelingssamenwerking en de VNG

zijn uitgenodigd. Dan zal er gesproken worden over de toekomst van de.internationale samenwerking,

met name waar deze gericht is op internationale ondersteuning. -Voor deze bijeenkomst is een kleine

en zeer selecte groep mensen uitgenodigd. Ik, mag -ook aan de gesprekken deelnemen en zal de ont-

wikkelingen op de voet volgen.

Mevrouw MEINARDI (GL/D66): Toch zie ik daar geen reden in om reeds lang lopende. pro-

jecten, zoals die waar het nu omr gaat, te stoppen. Dat brengt grote schrik teweeg en ik vind deze

manier van doen niet terecht.

De VOORZITTER: Het is de organisaties niet onbekend dat de overheid een ander beleid

overweegt. Ik sprak al van een. landelijke trend.. Dat,is voor de,VNG. de -reden,geweest het initiatief te

nemen om daar een inhoudelijke discussie over te hebben. Voor zover ik met de betrokkenen

gesproken heb, weten zij dat er ander beleid aan zit te komen. Er is geen directe ombuiging van een

trend. Zoals gezegd, zal ik met de betrokkenen in gesprek gaan over de situatie in 2005 en verder.-

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Voorzitter! Wat u nu toezegt, betekent nog niet dat u het

amendement overneemt.

De heer SMITS (HB): Mijn vraag is of u het amendement wel of niet overneemt, voorzitter.

De VOORZITTER: Ik zeg u wat ik op dit punt zal gaan doen. Het is aan de indieners van het

amendement om te bepalen of dat voldoende is.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): [k begrijp, voorzitter, dat de voor 2005 aang evraagde sub-

sidies in stand blijven en dat u over de situatie in 2006 en volgende jaren met de betrokken organi-

saties in gesprek gaat.

De VOORZITTER: Ja.

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Ik heb nog een aanvullende -vraag over het amendement. Er

wordt een beroep gedaan op,een toezegging die drie jaar loopt...is daar inderdaad een toezegging

overgedaan?

De VOORZITTER: Op onderdelen, en dat geldt niet voor alle drie de projecten, is een toe-

zegging voor drie jaar gedaan.- Dat@ derde -jaar@ is 2005.,-Dat.:,betekent dat"de" periode van drie jaar in

2005 afloopt.

Tot slot wil ik mij nog een opmerking veroorloven over bestuurlijke integriteit.en bestuurlijke

transparantje. Ik heb de stad Heimond en het stadsbestuur van Heimond leren kennen en gecon-

stateerd dat wij met elkaar in grote openheid, discussiëren over-dit,.soort vraagstukken. Mocht er aan-

leiding zijn daar opmerkingen over@te maken, dan zijn er.voldoende,:gelegenheden omdat te doen.-ik,

heb gemerkt dat dit ook in ruime mate gebeurt. Ik betreur het als ergens het idee zou hangen alsof er

op dit punt onduidelijkheid bestaat-dan wel dat er dingen gebeuren die eigenlijk het daglicht niet

kunnen verdragen. Dat heb ik in deze. stad nog niet meegemaakt en,ik-hoop dat dit in de toekomst ook

zo zal blijven.

De heer VAN KILSDONK (HB): Voorzitter! Als ik mij niet vergis, hebt u ook het onderwerp dua-

lisme in portefeuille.

De VOORZITTER: Ja, maar daar zijn geen vragen over gesteld.

De heer VAN KILSDONK (HB): Het gaat mij erom dat, toen de wethouder financiën aan het

woord was, deze een heel mooi pleidooi heeft gehouden waarin hij heel nadrukkelijk vroeg om

-37- 17 juni 2004

alternatieven. Daarbij gebruikte hij een aantal keren het woord "realistisch". Daarop ging ik mij reali-

seren dat het absoluut niet realistisch is dat een fractie van vijf man, zoals die van Heimondse

Belangen of van PvdA, een compleet alternatief voor de voorjaarsnota zou kunnen opstellen. Als wij

duaal bezig willen zijn en duaal willen gaan werken, zou het de moeite waard zi n eens na te denken

over een samenstelling en behandeling van -voorjaarsnota enlof begroting samen met de wethouder,

ambtenaren en afgevaardigden van de raad'Op dit moment behandelen wij de voorjaarsnota wel

duaal, maar wordt deze niet duaal opgesteld. De commissie dualisme zou waardevol werk kunnen

doen als@- 2@ij hier een":E@"naar zou kijken. Als raad zouden wij hiervoor ook een werkgroep kunnen

oprichten.

De@-heer DAM&-7'@VVD): Met permissie, maar ik dacht dat de bezuinigingscommissie een dua-

listisch instrument bij uitstek was!

DeheerVANKIISDONK(HB):Datishetookendaarbenikhetvolkomenmeeeens.

De heer DAMS (WD)@- Daar had de heer Van Kilsdonk aan deel kunnen nemen.

De@heer VAN':KILSDONK (HB): Daar gaat het nu niet over. Het gaat mij er nu om dat Wi als

raad een werkgroep kunnen opzetten.

De VOORZITTER: De heer Dams verwijst al naar de wijze waarop wij zijn omgegaan met de

kaderstelling voor de bezuinigingen. Voor deze werkwijze hebben wij landelijk complimenten

gekregen. Verder adviseer ik u nog eens de verordening op de ambtelijke ondersteuning te lezen.

De heer VAN KILSDONK (HB): Dat kan allemaal wel zijn, maar ik vind het niet realistisch dat de

wethouder vraagt om alternatieven. Die zijn onmogelijk te verwachten van een fractie van vijf mensen

die overdag ook nog moeten werken. Je gaat er wel heel makkelijk mee om en maakt je er echt een

beetje af, als je vindt dat Wij maar even een alternatief moeten verzinnen. Zo werkt dat niet. Als wij

een 'alternatief willen verzinnen, moeten wij met een ambtenaar en afgevaardigden van de raad om de

tafel kunnen gaan zitten. Dan kunnen wij kijken hoe wij een begroting of een voorjäärsnotä tot stand

kunnen brengen.

De VOORZITTER: Wat mij betreft is uw excuus aanvaard.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Een van uw laatste opmerkingen heeft wij wat geïntrigeerd. U

had het over de integriteit van het college en zaken die het daglicht niet kunnen verdragen. Ik kan mij

echter niet herinneren dat er in fractiebijdragen is gerefereerd aan achterkamertjes of zoiets dergelijks.

Ik kon uw opmerking dan ook niet goed plaatsen.

De VOORZITTER: In eerste termijn hebt u bepaalde opmerkingen gemaakt. Daar is het college

niet op ingegaan, maar de heer Ferwerda heeft daar een bepaalde constatering over gedaan.

@,D,é heer SMITS-': (HB): 0, doelt u daarop!

De VOORZITTER: Er zijn ook nog enkele kanttekeningen bij geplaatst. Ik heb gezegd dat ik

deze kanttekeningen en uw opmerkingen niet wil plaatsen tegenover de bestuurscultuur zoals wij die

in @Heir-hond kennen. Wij-discussiëren hier in grote openheid met elkaar en op het bedoelde punt zijn er

"U kriját'@

geen @ geheimen. @ook inzicht in alle stukken die daarvoor relevant zijn. Het college heeft van

zijn kant'riooit enige onduidelijkheid laten bestaan, ook al va'lt de naam Bavaria vanavond misschien

Wat al te vaak, maar dd@@reiätie is er nu eenmaal. Ik beveel hierbij - wat ik overigens niet vaak doe -

een aantal artikelen in@@-:-uw aandacht aan. Voor wat de bouw betreft beveel ik het artikel aan van de

heer Ja n Worst, van bouwbedrijf Verhoeven. Dit artikel is in het Eindhovens Dagblad van vandaag

verschenen. Dat geeft nog eens aan dat samenwerking tussen overheid en particuliere ondernemers

echt niet vies is - dat heeft de heer Smits overigens niet gezegd - en dat er heel goede dingen uit

kunnen voortkomen. Het is een zeer lezenswaardig stuk tegen de achtergrond van alles wat er de

laatste tijd is verschenen over bouwfraude. Wij moeten onszelf als overheid ook niet te veel in een

apart kamertje plaatsen. Wij moeten het aandurven om samen met anderen op de markt te opereren.

Dat moeten wij vooral-op een open en transparante manier doen.

-38- 17 juni 2004

De heer SMITS (HB): Ik was vanmorgen aan het artikel begonnen. De tijd was echter te krap en

ik ga er straks aan verder.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Het eerste onderwerp waarop ik wil ingaan, is

de WVG, omdat dit onderwerp in de verschillende betogen de meeste aandacht heeft gekregen.

Ik constateer dat een meerderheid van-de raad de in de voorjaarsnota,voorgestelde financiële

kaderstelling kan ondersteunen. Daarmee kom ik op het tweede belangrijkste punt dat de. raad niet

alleen in het kader van de behandeling in de raad maar@ook al in de commissievergadering naar voren

heeft gebracht, namelijk de communicatie.

De communicatie met de belangenorganisaties is niet goed geweest. Dat heb ik ook al in de

commissievergadering. gezegd. -Het, is. achteraf een verkeerde,insch,attina aeweest om de nota naar

voren te brengen op de manier zoals wij dat gedaan hebben. Ik heb.zelf al aangegeven dat de gang

van zaken de schoonheidsprijs niet verdient, al vind ik kwalificaties als poedelprijs en blunders wel erg

zwaar aangezet om de manier te omschrijven waarop wij onze afwegingen;hebben gemaakt.

Verder heb ik in de commissievergadering gewezen op de spanning die er was, gelet op de

beschikbare tijd. Voor ons was de vraag of wij de, nota'sbij.,de- belangenorganisaties, zouden neer-

leggen voordat de raad erover kon beschikken. Als college,hadden wij ons als kader gesteld niet te

bezuinigen op de VVVG en.met.het bedrag van afgerond E 4, miljoen te blijven werken. De raad heeft al

eerder kunnen constateren. hoe -het kan"gaat.met..,de,communicatie...Eerst,.,spreken, met de belangen-

organisaties leidt ertoe dat raadsleden door de organisaties,worden,bestookt met vragen en ver-

zoeken om steun,.terwijl de raadsleden zelf niet beschikken over de nodige informatie. Vandaar dat

wij er bewust voor hebben gekozen om pas naar buiten,te komen met,ons voornemen hoe om te gaan

met financiële ruimte voor het WVG-beleid, als beide partijen - raad en belangenorganisaties - ge-in-

formeerd zouden zijn. Ik heb-een samenvatting laten toevoegen aan de voorjaarsnota en de raads-

leden hebben beide nota's ontvangen. Op die manier heb ik willen voorkomen dat er een informatie-

verschil was, omdat dit vaak leidt tot het heen en weer gaan van brieven of welles-nietesspeliet es. Als

dit toch gebeurd is, was dat niet de opzet. Ik betreur dan ook de gan van zaken. Anderzijds denk ik

9

dat er nu toch enige tijd resteerde om een reactie te geven op het voorstel.,dat het heeft

gedaan aan de raad, waarbij vanavond het financiële kader wordt vastgesteld aan de hand. waarvan

wij morgen de gesprekken over de verdere invulling van het beleid, kunnen beginnen. Dat is een af-

weging onzerzijds geweest die, al verdient deze niet de schoonheidsprijs, heel goed, te maken is. Ik

hoop hiermee voldoende te hebben aangegeven wat onze overwegingen geweest zijn.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Wij hebben al een paar keer de excuses van de wethouder

gehoord en.de argumenten waarom,hij heeft gehandeld zoals.hij dat gedaan heeft. Maar laat ik eens

het voorbeeld van de sportbeleidsnota nemen. Deze nota is gemaakt en, voorgelegd aan de sportraad.

De sportraad mocht er zijn zegje over doen en iedereen in de sportwereld die maar iets te zeggen

heeft heeft dat ook kunnen doen. Daarna is de wethouder met de nota naar de raad toe gekomen.

Waa;om doet de wethouder het nu, in het geval van maal anders, zij het met de

,de VVVG-nota, hele

excuses en de argumenten die hij al, een, paar.keer uitgelegd heeft? lk@begrijp"dat niet goed, maar dat

kan aan mij liggen...

De heer BETHLEHEM (wethouder): Ja, dat, ligt aan, u, mijnheer Smits- De, sport'nota is door de

gekozen wijze van behandeling namelijk een jaar langer onderweg geweest dan wij gepland hadden.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitteri Ik wil graag nog even terugkomen op de communicatie.

Zo-even is door wethouder Tielemans-nog een vierde s".de-s-van samenwerking, geïntroduceerd. (Als

het zo doorgaat, komen wij aan het,eind van,de,lopende.periode misschien@@wel aan twaalf s'en. Zelf

verwacht ik dat binnenkort de s van solidariteit erbij komt!) Wat mij intrigeert in het VVVG-verhaal, maar

wat overigens niet alleen, op het WVG-dossier betrekking heeft, is de communicatie en het

samenwerken..ihet gaat iedere keer, weer., niet-.goed -met..@de"communicatie. -Vorige keer, toen. wij het

hadden over een ander voorstel, was het de Wet van Murphy die een rol in speelde bij de

communicatie. Nu weer is er sprake van een bepaalde gang van zaken die ook geen schoonheidsprijs

verdient. Binnen dit soort -beleidsterreinen hebben wij iedere keer weer een communicatieprobleem,

waarvoor de wethouder zich iedere keer weer verontschuldigt. Dat accepteren wij dan. Maar de

groepen waar het om gaat, lijden daar behoorlijk onder. Een voorstel wordt uitgesteld, er heerst

onduidelijkheid. Hoe lang wil de wethouder het op deze manier nog volhouden? Welk dossier - los van

de inhoud - zal het straks weer zijn?

-39- 17 juni 2004

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Het is jammer dat de heer Yeyden niet op de in-

houd ingaat, want ik begrijp in feite niet waar hij op doelt. Ik krijg complimenten dat ik zo ruim de tijd

heb genomen voor de samenstelling van de sportnota. Het gaat nu om een nota die financiële con-

sequenties heeft. De raad moet niet vergeten dat wij dit jaar E 400.000,-- uit de reserve hebben

gehaald om het beleid voorlopig te kunnen continueren zoals het is. Maar nu is het weer gek dat ik

wat tempo maak om op tijd met de nota naar de raad toe te komen...

De heer SMITS@-(HB): Ja wethouder, u heeft gelijk, maar u laat een extern bureau zo lang stu-

deren, dat u wel in tijdnood moet komen!

De heer YEYDEN'(PvdA): Als de wethouder het niet begrijpt, is het probleem nog ernstiger dan

het leek.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Het voorbeeld dat de heer Yeyden aanhaalde, heeft hele-

maal niets te maken met communicatie en met zoals een en ander nu loopt. Het is gewoon een kwes-

tie'van tijd. Dat was ook het geval toen ik het de vorige raadsvergadering bij een ander voorstel had

over de Wet van Murphy; wij hielden te weinig tijd over, omdat het een lastig dossier was. Dat geldt nu

ook. Wij hebben eenj extern onderzoeksbureau gevraagd wat punten op papier te zetten, zodat wij

antwoord konden geven "op de door de raad gestelde vragen over het functioneren van de WVG-

regeling en de manie@@-Waarop de middelen worden besteed. Dat heeft ertoe geleid dat wij de

informatie later beschikbaar hadden dan wij hadden gepland. Dat heeft er weer toe geleid dat wij

uiteindelijk het tempo van de uitwerking hebben versneld. Helaas konden wij toch weer later met een

voorstel naar de raad toe komen en ook later met belangenorganisaties in overleg treden. Als de heer

Yeyden van mening is dat dit geldt voor alle dossiers, dan vind ik dat een wat vreemde constatering.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik heb gezegd dat het geldt voor bepaalde beleids-

voorstellen. ]k wil er een paar noemen. Het gaat nu over de WVG. Wij hebben het de vorige raads-

vergadering gehad over multifunctioneel centrum De Kurruf. Het is ook gebeurd in het kader van de

kinderopvang, de accommodaties voor allochtone groeperingen en het Turks Centrum. Ik wil niet

teruggaan tot in de vorige periode. Als de wethouder vindt dat het ligt aan de beleidsterreinen, waar

over het algemeen sprake is van een moeizaam proces, kan ik mij dat enigszins indenken.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! ]k heb aangegeven dat het een moeizaam en

weerbarstig proces is. Dat blijkt ook uit de onderzoeken. Ik neem het voorbeeld van de wijkhuizen. Je

denkt datje een vrij eenduidige opdracht hebt gegeven om duidelijkheid te scheppen rond exploitatie,

financiering en de optimale beheervorm. Dan blijkt dat er bijna een jaar langer nodig is om de cijfers

naar boven te krijgen waar je mee verder kan. Dat geldt ook voor de WVG-regeling. Als het onder-

zoeksbureau uit een vergelijkend overzicht met andere gemeenten constateert dat de gemeente

Heimond duurder is- of een wat ruimer beleid voert, dan vind ik dat een prachtige constatering, maar

dan; wil ik vervolgens;Wél 'onderbouwd hebben waar dat precies in zit. Dat soort specifieke zaken...

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Mag ik u verzoeken deze zaak naar een

commissievergadering'fá':Verwijzen?

De heer SMITS (HB): Dat is terecht. Wij hadden dat ook al gevraagd, mijnheer Praasterink.

De heer YEYDEN@@;,(PvdA): Waarom wilt u dit onderwerp naar de commissie terugverwijzen,

mijnheer Praasterink? -

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Wij krijgen de hele WVG terug in de raad en dan kunnen wij

er nog voldoende over,di!@cussiëren. Het onderwerp is er nu niet voor niets uitgehaald.

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT (HSP): Volgens mij gaat het meer om de procedure

dan om het onderwerp VVVG, waarover nu wordt gesproken.

De heer YEYDEN (PvdA): Ik heb het inderdaad niet over inhoud, maar over communicatie en

samenwerking.

De VOORZITTER: Er zijn al heel veel opmerkingen gemaakt over de procedure. Ik stel voor dat

wij nu overgaan tot de inhoud.

-40- 17 juni 2004

De heer VAN KILSDONK (HB): Voorzitter! Het gaat ook ons om de gevolgde procedure.

Inhoudelijk zal alles verder wel prima in orde zijn en daar kunnen wij verder niets meer aan

veranderen. Het lijkt mij dan ook relevant dat dit punt wordt behandeld in een vergadering van de

commissie ABA, waar al dit soort zaken, zeker procedureel gezien, wordt behandeld.

De VOORZITTER: Nee, nee. Wij houden discussies over de WVG echt in de commissie

samenleving.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Ik ga voort met mijn betoog. Allereerst stel ik

dat, ook al benut je het volledige budget, niet, dit nog, niet wii,zeggen dat de kwaliteit van onze dienst-

verlening slecht is of dat het niveau waarop voorzieningen in het kader van de VVVG worden toe-

gekend, beneden peil zou zijn. In de commissievergadering hebben wij geconstateerd dat de manier

waarop in Heimond de WVG tot nu toe is uitgevoerd, in principe een goed beleid en zelfs een ruim

beleid is geweest. Het;.feit dat wij op, een blijkbaar adequate en goedkope manier de WVG hebben

kunnen regelen, betekent nog niet dat,het voorzieningenniveau slecht. is..

De heer SMITS (HB):,Voorzitteri Ik wil toch nogeven duidelijkheid. Wij.komen op 6 juli a.s. in de

raadsvergadering te spreken. over., het coll.egevoorstel inzake. de.- WVG. Wordt daaraan voorafgáand

nog over dit onderwerp gesproken in een vergadering.van de commissie samenleving?

De heer BETHLEHEM (wethouder): Nee, want de commissiebehandeling heeft al: plaats-

gevonden.

De VOORZITTER: Wij komen over het onderwerp WVG te spreken, in de raadsvergadering van

6 juli a.s.

De heer SMITS (HB): Akkoord.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! De CDA-fractie wil duidelijkheid over de 70%

onderbenutting dan wel het niet-gebruiken van de vervoersvoorziening. Op dit moment loopt daar een

onderzoek naar. Zodra wij de gegevens hebben, zal ik ze bekend maken. Uiteraard zijn ook wij heel

benieuwd naar de redenen van de onderbenutting. Een enkele reden kunnen wij,al wel. geven, maar

het is altijd goed precies te weten waarom de mensen de vervoersvoorziening wel of niet gebruiken.

De onderbenutting betekent overigens niet, zoals. sommigen wellicht denken, dat er nog,

budgetruimte zit binnen het totale, bedrag van E 4 miljoen. Als het gebruik van de vervoersvoorziening,

om welke reden dan ook, plotseling toeneemt en de 70% onderbenutting bijvoorbeeld gehalveerd

wordt, dan leidt dit tot een kostenstijging.

Er zit niet veel.-.finlanciële,,ruimte,.binnen het,.totale bedrag van. E,4: miljoen. Door sommige

sprekers is gesteld dat er met de belangenorganisaties moet worden onderhandeld over de definitieve

invulling van de WVG. Dat willen wij graag doen. Ik ben daar echter ook wat terughoudend in omdat,

zoals ik zojuist heb aangegeven, meer keuzevrijheid waarschijnlijk zal leiden tot meer kosten. Daarom

wil ik erop wijzen dat wij tot-1,-lianuari 2006 voor de uitvoering- van-de-vervoersvoorziening contractueel

verbonden zijn met Taxbus. Dat betekent dat er nog een lastige discussie gevoerd zal moeten worden

over het jaar 2005. De opdracht van de raad is echter duidelijk en wij zullen als,-college proberen daar

een goede invulling aan te geven.

Opgemerkt is dat er,vooral voldoende maatwerk,.geleverd. zal moeten worden. In de WVG-

verordening is de mogelijkheid opgenomen om maatwerk te voeren en dat doen wij op dit moment

ook. Als iemand wegens heel specifieke omstandigheden geen gebruik kan maken van de collectieve

voorzieningen, dan treffen wij daar, zo nodig een regeling voor. Dat is maatwerk.

Dan kom ik aan het jeugd- en jongerenbeleid, .,gekoppeld aan. het fenomeen huiselijk geweld.

Het verhaal rond huiselijk geweld en de gevolgen voor jongeren is bekend. Zoals men weet, zijn wij

bezig met de ontwikkeling van een integraal jeugdbeleid. Daarin nemen wij het onderwerp huiselijk

geweld mee. Inmiddels zijn wij druk doende een systeem van zorgcoördinatie te ontwikkelen. Wij zijn

daarmee begonnen mede naar aanleiding van het overlijden van een peuter in het afgelopen jaar. Dat

was een heel vervelende en nare zaak. Onmiddellijk nadat het rapport van de inspectie was

verschenen, hebben wij er werk van gemaakt en zijn wij met iedereen die zich met zorg en jeugd

bezighoudt, aan tafel gaan zitten. Wij willen de zorgcoördinatie goed opzetten om te voorkomen dat

wij nog eens met een zelfde soort gebeurtenis geconfronteerd worden. Misschien zal dat niet

helemaal lukken, maar wij willen daar wet op inzetten. De betrokken organisaties willen dat zelf ook.

-41- 17 juni 2004

De onderwerpen doeigroepenbeleid en huisvesting veeg ik bij deze beantwoording maar even

samen.

Ik begin dan met de lntegratienota, waar de PvdA-fractie naar heeft gevraagd. Bij de

raadsbehandeling van het eerste uit een paar A-viertjes bestaande deel heb ik al gezegd dat wij in het

najaar met een vervolg komen. De huisvestingskosten van diverse organisaties maken een belangrijk

deel van de subsidiekosten uit. Dit is onderwerp van studie. De heer Praasterink refereert hier nog",

eens aan. Ik heb al toegezegd dat wij de subsidies onder de loep zullen nemen. Ook deze subsidies

zijn vaak verbonden met contracten. Bij de uitwerking komt dat aan de orde. Of beëindiging daarvan

binnen vier jaar mogelijk is, weet ik niet. Daarover zal de raad uiteraard nader geïnformeerd worden.

Het college heeft voorgesteld de subsidie van het buitenlands vrouwencentrum stop te zetten.

Iets soortgelijks geldt vo or het woonwagenwerk. Dit heeft te maken met het doeigroepenbeleid, voor

zover het college daarin eerste aanleg heeft uitgewerkt. De raad heeft deze uitwerking in feite

onderschreven. @Stopzettihg van de subsidie betekent overigens niet dat wij de deskundigheid die is

opgebouwd in het buitenlands vrouwencentrum, zomaar laten lopen. Die kunnen wij zeker nog in

andere trajecten, bijvoorbeeld inburgeringstrajecten, gebruiken. Ik zal graag van de aanwezige

deskundigheid gebruik blijven maken.

De heer Ferwerda geeft goed aan hoe met het woonwagenwerk omgegaan dient te worden. In

feite dient het woonwagenwerk - de heer Ferwerda wijst daar fijntjes even op - voor een 'deel.

voortgezet te worden. Ik, herhaal nog eens "voor een deel". Deze activiteit zal opgenomen moeten

worden door het algeffié en maatschappelijk werk. In de gesprekken met de SWH zullen wij erop

toezien dat daar aandacht voor is. De doeigroepensubsidie oftewel het specifieke woonwagenwerk

bouwen wij echter af. Daarmee heb ik tevens gereageerd op het ter zake ingediende PvdA-

amendement, dat ik dan ook zal ontraden.

Gezien de aard van de activiteiten die worden ondernomen door EVA/LEF, zijn wij de mening

toegedaan dat er samengewerkt kan worden met andere vrouwenorganisaties die dezelfde soort

activiteiten voor vrouwen organiseren. Wij zien dan ook geen reden om de algemene welzijnssubsidie,

die EVA/LEF nu in feite krijgt, voor te zetten. Dat neemt niet weg dat EVA/LEF nog wel een

belangenorganisatie is en als zodanig kan blijven functioneren. Dat staat los van de welzijnssubsidie

die beschikbaar werd gesteld, hoe klein dat bedrag ook mocht zijn.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Hoe kan EVA/LEF blijven functioneren, als de minimale

subsidie die zij tot nu toe ontving, wordt afgeschaft? Het gaat om niet de meest ruim bedeelde groep

vrouwen in onze samenleving, terwijl de wethouder toch ook zegt EVA/LEF te willen zien als een

belangenorganisatie. Dat is een verhaal dat door alle onderdelen van de welzijnsportefeuille heen

trekt. Ik vind dat het erop lijkt dat de wethouder de kleinste groepen om zeep wil helpen. Mijn vraag is

wat de wethouder er eigenlijk mee wint als hij de subsidierelatie verbreekt, zeker als wij in grote lijnen

van bezuinigingen denken en zien dat het gaat om E 1500,-- op jaarbasis.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Het gaat hier heel simpel om het principe!

De heer YEYDEN'(PvdA): Het gaat dus om het principe dat juist de kleinste organisaties...

De heer PRAAST-ERINK (SDHOH): Nee, het principe is dat men aansluit bij de algemene

regels. Daar moeten wij dan geen uitzonderingen op gaan maken.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Je telt dus gewoon maar alle vrouwenorganisaties in de stad

bij elkaar op en je zoekt dan zoiets als een gemene deler. Je stelt vast dat dit allemaal

vrouwengroepen zijn. - Dä@'n' blijven er nog maar enkele groepen over waarvoor de zaken fatsoenlijk zijn

geregeld. Als de rest van de groepen dan nog iets wil, kunnen ze daar terecht en vragen of zij mee

mogen doen. Ze brenge-n echter zelfs niets mee in de portemonnee. Wat is dat voor principe? Als dat

al een principe is, vind -IVhet een asociaal principe. Ik onderstreep nog maar eens hoe ver een deel

van de raad, sociaal gezien, uit evenwicht is. Ik vind het schandelijk wat hier gebeurt!

Mevrouw MEINARDI (GL/D66): Voorzitter! Het is geen goed uitgangspunt dat alle buitenlandse

vrouwen terecht kunnen op het buitenlands vrouwencentrum. Ik weet dat er diverse vrouwen of

groepen vrouwen zijn die graag gebruikmaken van meer algemene gelegenheden. Dat wil niet zeggen

dat er minder geld of aandacht voor de overgeblevenen is, maar een en ander zal nog wel vorm

moeten krijgen. Op dit moment kun je daar terecht vraagtekens bij zetten. Dat het anders moet, weet

iedereen wel.

-42- 17 juni 2004

De heer YEYDEN (PvdA): Welk beleid erachter zit, weet ik niet, maar ik constateer wel dat

iedere keer de zwaksten in de samenleving hard gepakt worden. Dat zullen wij als PvdA nooit

goedkeuren.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Ik herhaal dat wij de activiteiten hebben

vergeleken met bestaande activiteiten die door andere vrouwenorganisaties georganiseerd worden.

Wij vergelijken wel vaker bestaande subsidies en activiteiten met elkaar. Op,-grond van de gemaakt6

vergelijking hebben wij geconcludeerd dat wij.in, dit.geval"de.,subsidie moestenwegen als zijnde een

subsidie binnen de welzijnsportefeuille. Wij hebben dus een overlap geconstateerd en besloten dat wij

de subsidie stop konden zetten.

Mevrouw MATTHEIJ-VAN WOENSEL (CDA): Voorzitter! Was een van de redenen tot

stopzetting ook niet dat het plan niet echt deugde? Met andere woorden- :als er een nieuw plan

ingediend zou worden dat aan de gestelde criteria zou voldoen, zou er alsnog.gekeken kunnen

-worden of voortzetting van de subsidie toch nog mogelijk was. Onze fractie heeft daar een vraag over

gesteld, waarop de wethouder positief gereageerd heeft.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Dit zit verwerkt in ons, amendement. -Dat kan de echte reden

dus,niet zijn.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Inderdaad. Er is sprake van enige spanning op het vlak van

de activiteiten. Er wordt gekeken naar de activiteiten die worden georganiseerd. Zo gaat men wel

eens met elkaar op stap ter ontspanning. Dat is een activiteit.,die.naar.onze mening in.principe niet uit

welzijnsgeld betaald moet worden. Anderzijds blijft overeind dat het een belangenorganisatie is. Dat

heb ik ook in het gesprek met de betrokkenen aangegeven. Daar waar de organisatie als

belangenbehartiger optreedt, o.a. op het gebied van de cliëntenparticipatie omdat de organisatie daar

ook in deelneemt, ligt de zaak anders. Voor mij betekent het echter, en dat is heel zwart-wit, dat de

welzijnssubsidie gestopt wordt. Vandaar dat ik een splitsing aanbreng tussen enerzijds de functie als

belangenorganisatie en anderzijds als organisator van welzijnsactiviteiten.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik ken geen enkele vrijwilligersorganisatie in deze stad die

geen jaarlijks uitstapje organiseert. Als dat zo'n belangrijke rol speelt, kunnen wij ons maandelijkse

uitstapje naar West-Ende ook wel stoppen.

De heer KLAUS (SP): Daar heb ik nog een aanvulling op, voorzitter. Misschien kan de raad ook

nog eens nadenken over het feit dat er minimaal een keer per jaar een commissiebezoek wordt

afgelegd. Volgens mij is dat grotendeels voor de pret en niet erg zakelijk. Ik vind eigenlijk dat de raad

de hand in eigen boezem moet steken en ook eens met een kam door de eigen activiteiten moet

gaan. Laten wij daar eens.,op:,dezelfde manier over-spreken"als wij dat nu -doen over het toekennen

van welzijnssubsidies.

De heer DEN BREEJEN (PvdA).- Dan zijn wij nog niet klaar!

De heer VAN WETERING (CDA): Ik wil hier even iets over zeggen, voorzitter, omdat ik het idee

heb dat de gemoederen verhit raken zonder dat wij hebben vastgesteld of wij wel een

gemeenschappelijk uitgangspunt hebben. Als ik het PvdA-amendement lees, kan ik daaruit

concluderen dat de PvdA-fractie eigenlijk ook voor de beleidswijziging is om van doeigroepenbeleid

over te gaan naar generiek beleid. In -het: amendement. wordt namelijk gevraagd de subsidie alleen

nog voor het jaar 2005 te handhaven. -is mijn conclusie juist dat,de PvdA-fractie 2005 beschouwt als

overgangsjaar en dat zij de subsidie in 2006 zou willen stopzetten'.?

De heer YEYDEN (PvdA): De heer Van Wetering heeft het nu over vrouwen in de bijstand

(amendement 3). Wij hebben als fractie gezocht, ook al gaat het maar om een bedrag van E 1500,-

per jaar, naar dekking voor ons voorstel. Wij willen een overgangsregeling en wij hebben

dekkingsmiddelen gevonden. Dat betekent dat wij dit soort zaken de komende drie jaar, en misschien

nog wel langer, kunnen financieren. Ik heb echter uit de zo-even gevoerde discussie begrepen dat het

helemaal niet gaat om de bezuiniging en dat het puur om het principe gaat. Als dat voor de CDA-

fractie ook zo is, wil ik dat graag horen.

-43- 17 juni 2004

De heer VAN WETERING (CDA): Ik kan de opmerking over de komende drie jaar niet goed

plaatsen. Als ik naar amendement 3 kijk, wordt voorgesteld de subsidie voor 2005 te handhaven. Mag

ik daaruit concluderen dat de PvdA-fractie ermee instemt over te gaan naar een generiek beleid en de

subsidie in 2006 niet meer te continueren?

De heer YEYDEN (PvdA): Nee, dat is niet het geval. Wij willen op deze manier tijd winnen om-

nog enkele alternatieven te onderzoeken. Op het moment dat de raad overeenkomstig de

collegevoorstellen besfüit-"" houdt de subsidie gewoon op. Voor ons is het echter nog niet klaar en wij

hopen wat tijd te krijgen-om dekking te zoeken en het anders te organiseren.

De heer VAN WETERING (CDA): Dat heeft wat het karakter van een open-eindfinanciering.

De VOORZITTER: Ik constateer dat men er niet in slaagt met elkaar op één lijn te komen. Daar

zouden wij nog een avond aan kunnen besteden, maar het lijkt mij beter dat de heer Bethiehem zijn

betoog afmaakt.

De heer FERWERDA (GL/D66): Dat is wel zo, voorzitter, maar bij mij blijft er toch nog een

vraag hangen, namelijk wat het eigenlijk betekent als wij er als raad voor kiezen het.

doeigroepenbeleid af te schaffen. Waarom zou je geen subsidie meer willen verstrekken aan de

activiteit zwemmen voor'buitenlandse vrouwen en waarom zou je wel of niet nog subsidie willen geven

aan de groep waar het in amendement 3 om gaat? Heeft dat te maken met het zieligheidsgehalte of

met andere argumenten?

Verder ben ik het eens met de SP-fractie dat wij als raad ons eigen uitgavengedrag ook wel

eens onder de loep zouden mogen nemen.

De heer BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Ik ga door met het onderwerp sport.

Het is niet stil aan de overkant, mijnheer Smits. Wij zijn hard bezig aan de problematiek rond

Klein Arsenal. Ik heb -de zin die de heer Smits uit de schriftelijke beantwoording naar voren haalt, daar

heel expliciet in op laten nemen. Het college is namelijk van mening dat de ambtelijke inzet om de

problematiek van Klein Arsenal op te lossen in de tijd gezien zeer aanzienlijk is. Daarom vinden wij dat

Klein Arsenal heel goed meer tijd en meer inzet kan leveren om in overleg met de collega-

voetbalverenigingen de eigen zaken te regelen met betrekking tot de tijdelijke huisvesting voor het

komende seizoen. Het is wat makkelijk om elke keer achterover te leunen en te verwachten dat de

gemeente eik probleem wel oplost.

Ik wijs in dit verband ook op de vraag van de heer Roefs over sportpark Brandevoort. Het is niet

alleen een kwestie van financiën dat realisering van het sportpark wordt opgeschoven. Rond de

herhuisvesting van Klein Arsenal is zeer veel van de ambtelijke capaciteit gevraagd. Ook daarom is

het college van mening dat wij een groter beroep mogen doen op de eigen inzet van Klein Arsenal.

Het college gaat door:,met de herhuisvesting op het HVV-terrein, maar de club zelf mag zich ervoor

inzetten dat de mogelijkheid er blijft om de komende competitie op De Braak te voetballen.

De heer SMITS-(HB): Als Klein Arsenal met Mulo en Heimondia kan overeenkomen dat men

daar het komende seizoen kan blijven voetballen, blijft de situatie op De Braak dus zoals deze nu is?

De heer BETHLEHEM (wethouder): Ja, dat klopt. Waar wij af willen, is dat men elke keer naar

de gemeente komt met vragen en dat wij er continu er achteraan mogen hobbelen als er iets is.

'De heer SMITS (HB): Is Klein Arsenal op de hoogte van wat de bedoeling van de gemeente is?

Of weet men van@niets en wordt de container-daar,straks opeens weggehaald?

De heer BETHLEHEM (wethouder): Ja, bij Klein

Arsenal is men op de hoogte. In principe hebben wij

nog één overlegbijeenkomst met de

begeleidingsgroep. Aangekondigd is al dat dit wat

mij betreft het laatste overleg zal zijn geweest voor

het volgende seizoen en dat in eik geval het gebruik

op De Braak geregeld moet worden. Klein Arsenal

weet dat men zelf actief zal moeten zijn en blijven

voor wat de te maken afspraken betreft. Ik wil nu

-44- 17 juni 2004

graag ambtelijke capaciteit vrijmaken om te komen

tot realisatie van de sportvelden in Brandevoort.

Daarmee kom ik aan het antwoord op de door de heer Roefs gestelde vraag over dit onder-

werp. De realisatie van het hele sportcomplex staat inderdaad gepland voor 2006. Wij proberen wel

om, als er mogelijkheden zijn, het aanleggen van een enkel sportveld naar voren te halen, zodat wij

alvast onderdelen van het sportpark realiseren. Ook zullen wij opdracht geven contact op te nemen

met de speciale sportgroep binnen de klankbordgroep om afspraken te maken over de definitieve

invulling van het sportpark, zodat wij-er zo snel mogelijk mee aan,de gang kunnen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter, ik zou graag een opmerking maken.

De VOORZITTER: Ik verzoek u uw interrupties te beperkingen tot voor de voorjaarsnota rele-

vante opmerkingen. U bewandelt heel veel zijpaden, die misschien wel heel interessant zijn, maar wij

moeten ons vanavond wel richten,op de besluitvorming rond, de voorjaarsnota.

De heer YEYDEN (PvdA)-. Precies, maar er passeren natuurlijk wel belangrijke zaken de revue.

De VOORZITTER:,ER zijn ook nog commissievergaderingen verder in het jaar.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Voorzitter, -weet u:al wat de heer Yeyden wil gaan zeggen?

De VOORZITTER: Nee, ik wijs er alleen maar op dat het nodig is dat men zich beperkt tot op-

merkingen die relevant zijn voor de.besluitvorming rond de.voorjaarsnota..

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! De wethouder

zegt iets over de situatie bij Klein Arsenal. Wij zijn

natuurlijk zeer blij dat het college ook bezig is met

het sportcomplex in Brandevoort. Maar het feit dat

de wethouder de verantwoordelijkheid nu teruglegt

bij Klein Arsenal, zou ik willen vergelijken met de

situatie dat iemand...

De heer BETHLEHEM (wethouder): Ik leg de verantwoordelijkheid niet terug. Wel leg ik de ver-

antwoordelijkheid om de gewone zaken te regelen neer bij de club. De raad krijgt van mij waar-

schijnlijk morgen al een brief met de stand van zaken voor wat Klein Arsenal betreft. Dan kan de raad

zelf zijn conclusies trekken omtrent onze positie, onze aanpak en onze oplossingen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik zou toch even willen terugkomen op het onderwerp

communicatie en samenwerking..2KleintArsenal is namelijk@,ook-weer zo'n dossier dat al jaren loopt. Ik

ben getuige geweest van de situatie waarin het probleem opgelost -had kunnen worden...

De VOORZITTER: Wilt u nu niet weer inhoudelijk op de kwestie ingaan?

DeheerYEYDEN(PvdA): ... maar dat is toen niet gebeurd.

De VOORZITTER: Ik wil nu toch graag de discussie rond de voorjaarsnota afronden. Het woord

is aan de wethouder.

De heer BETHLEHEM (wethouder)- Tot slot@nog enkele opmerkingen over de afdeling vast-

goed. Ik schijn een vraag van -de heer Praasterink over de onderhoudsachterstanden niet beantwoord

te hebben. Hij heeftzelf een antwoord:ingevüld,dat nietjuistis@@in principezijn wij klaarmetde laatste

berekeningen van de stand van zaken met betrekking tot'het onderhoud van de gemeentelijke

gebouwen, oftewel het vastgoed. Het is zelfs niet nodig tot verkoop van gemeentelijke gebouwen over

te gaan om het onderhoudsbudget rond te krijgen. Volgens de laatste cijfers hebben wij in 2005 en

2006 nog een klein tekort, zo er al tekorten optreden. Ik vind dat wij in dat geval terecht even een

beroep kunnen doen op de reserve gemeentelijke gebouwen. Ik kan de heer Praasterink verzekeren

dat vanaf 2007 alles in orde zal zijn en dat het onderhoudsbudget voldoende is voor het verrichten van

het standaard onderhoud. Dan,heb ik de geplande situatie twee jaar eerder bereikt dan oorspronkelijk

voorzien was.

-45- 17 juni 2004

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Voorzitter! Allereerst wil ik ingaan op de lang-

durigheidstoeslag over het jaar 2003, waarover de PvdA-fractie vragen heeft gesteld. Op dit moment

zijn er ongeveer 1000 aanvragen binnen, waarvan er ongeveer 800 zijn behandeld. Concrete

bedragen kan ik op dit moment nog niet noemen. In de eerstkomende vergadering van de commissie

samenleving, half juli, zullen de cijfers bekend zijn. Ik zal de cijfers schriftelijk ter kennis brengen van

de commissie en men kan daar desgewenst op reageren.

Over de schuldhulpverlening is ook een vraag gesteld. Ik kan de toezegging doen dat binnen de

bestaande financiële k aders wordt getracht extra aandacht te besteden aan de doelgroep jongeren.

Behalve de gebruikelijke ons ter beschikking staande instrumenten van de Budgetwinkel, zoals het

budgetbeheer, de schuldregeling en de scholing via een cursus "Omgaan met geld", wordt getracht

invulling te geven aan preventieve maatregelen door voorlichting te geven aan jongeren op scholen.

Het afgelopen jaar is er in het ROC ter Aa een voorlichtingsavond geweest.

Dat de omvang van preventieve acties nog wat beperkt is, komt mede doordat de afgelopen

maanden veel extra aandacht is besteed aan het terugbrengen van de wachtlijst. Het resultaat van

deze inspanningen is dat de wachttijd, die eerst vijf á zes maanden was, nu is teruggebracht naar drie

maanden. Wij verwachten dan ook dat wij binnenkort de wachtlijst nog verder kunnen reduceren en

meer aandacht kunnen besteden aan preventieve acties, vooral in de richting van jongeren.

Ten aanzien van"Ket minimabeleid worden in de Voorjaarsnota 2004 zowel de financiële als de

inhoudelijke kaders weergegeven. Het beleid zal als volgt ingevuld worden: het verstrekken van indivi-

duele bijzondere bijstand, de vervoersregeling en de maaltijdvoorziening voor oudëren met een mini-

muminkomen, de subsidiëring van de stichting Leergeld en de gemeentelijke Budgetwinkel. Op dit

moment buigt men zich ambtelijk over de uitvoering van de langdurigheidstoeslag in het kader van de

Wet werk en bijstand. Ik verwacht dat daar binnenkort beleidsvoorstellen voor komen. Die zullen de

leden van de commissie samenleving voorgelegd worden.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Voorzitter! Voor de duidelijkheid: er is in het kader van de

langdurigheidstoeslag 2003 dus nog niets uitgekeerd.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Op het moment beschik ik nog niet over de

concrete bedragen.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Dat wordt zo langzamerhand toch wel tijd. De schriftelijke

beantwoording met betrekking tot de stichting Leergeld vonden wij wat negatief, maar vonden wij ook

wel eerlijk. Vervolgens krijgen wij via de e-mail een enorm epistel van de stichting dat heel anders van

karakter is. Nu geeft de wethouder een zo algemeen antwoord, dat ik mij afvraag hoe het precies zit

met de stichting, en vooral met het deel van het beleid dat daarmee wordt uitgevoerd.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Er bestaat een jaarverslag van de stichting

Leergeld. Ik zal dat voori.de heer Den Breejen laten dupliceren en hem een kopie doen toekomen.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Dat verslag heb ik al gekregen.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): In het jaarverslag geeft de stichting Leërgeld

aan dat zij ongeveer E 44.000,-- wegzet. De stichting heeft een subsidieaanvraag ingediend voor een

bedrag van E 55.000,--. Wij genereren dus E 55.000,-- om E 44.000,-- uit te zetten. Ik heb de afdeling

dan ook gevraagd om nog eens goed na te trekken hoe de zaak in elkaar steekt. De verhoudingen

liggen naar mijn mening niet zo goed en ik wil naar aanleiding van het jaarverslag van de stichting nog

eens goed bekijken hoe een en ander in elkaar zit.

De heer NAOUM'@FMN): Voorzitter! Ik zou graag weten hoe het zit met de extra uitkering voor

mensen die al vijf jaar z'ónder werk zitten. Zij hebben een aanvraagformulier ingevuld voor de een-

malige uitkering. Ik snap niet goed hoe het zit met de kwijtschelding. Als de mensen al kwijtschelding

hebben gehad, worden de kwijtgescholden bedragen in mindering gebracht op de eënmalige uit-

kering. Maar dat staat niet in het formulier dat zij hebben ingevuld. Het lijkt mij dat er iets niet klopt.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Toch is dit volgens de regels die vastgesteld

zijn door de raad.

De heer NAOUM (HSP): Ja, maar het gaat erom dat dit nergens in het formulier vermeld staat.

De mensen doen moeite om een aanvraagformulier in te vullen en zij verwachten de eenmalige uit-

-46- 17 juni 2004

kering te krijgen. Maar als de kwijtgescholden bedragen daarop in mindering worden gebracht, krijgen

zij nog maar E 22,--.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): De bedragen die zijn kwijtgescholden en de

bedragen van extra uitkeringen worden met elkaar verrekend. Zo hebben wij dat nu eenmaal vast-

gesteld.

De heer DEN BREEJEN.(PvdA): Als"het gaat..om-mensen met een minimuminkomen, zijn wij

hier niet scheutig! Dat is inmiddels-wel duidelijk. Wat ik heel graag wil weten, is wanneer de mensen

die recht hebben op de langdurigheidstoeslag" het geld eindelijk eens krijgen. Als het zo doorgaat,

wordt het wel 2005.

De VOORZITTER: De wethouder heeft gezegd dat u dat schriftelijk te horen krijgt. Als mevrouw

Houthooft daar nu geen antwoord op kan geven, moet u niet blijven doorvragen.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Ik had hier al in:eerste instantie om gevraagd.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Ik heb gezegd dat de commissieleden de gege-

vens schriftelijk toegezonden krijgen. Als zij dat willen, kan de zaak ook,in de commissievergadéring

van half juli behandeld worden. Er moesten ongeveer"-,1000 aanvragen worden beoordeeld en in-

middels is dat met 800 aanvragen gebeurd. Het is gewoon veel werk.

De heer KLAUS (SP): Hoeveel mensen krijgen er uiteindelijk iets, voorzitter?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Dat durf ik nu nog niet te zeggen, want ik heb

de uitslag van de beoordeling nog niet. De informatie komt schriftelijk naar de commissieleden toe.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik heb nog een opmerking over de stichting Leergeld. De

wethouder zegt dat er wat problemen zijn. Als gemeente hebben wij deze problemen zelf veroorzaakt,

want wij hebben deze stichting veel verantwoordelijkheid gegeven, maar vervolgens hebben wij de

stichting niet gefaciliteerd. De twee WIW'ers die er waren, zijn weer uitgevallen. Daardoor krijg je de

toestanden die er nu zijn. Het gaat echter om een stukje dienstverlening die de gemeente nu niet

meer kan geven en die dus onder druk komt te staan.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Ik wil nog even, precies nagaan hoe een en

ander gelopen is. De gemeente heeft in eik geval wel E 55.000,-- ter beschikking stelt en er is ook een

ID-baner die door de overheid wordt betaald. Ik kom hier nog in de commissievergadering op terug.

Dan kom ik aan het onderwerp jeugdwerkloosheid. In het kader van het project "Ondernemende

stad" hebben wij als gemeente samen,met,het bedrijfsleven,@ in het bijzonder.de foodbedrijven in de

regio, en het beroepsonderwijs, vorig jaar het initiatief genomen voor een preventieve aanpak. Daar-

mee is Heimond toch wel koploper in de landelijke ontwikkelingen aangaande jeugdwerkloosheid.

Door de jongeren langer, in het onderwijstraject te houden -met als doel dat zij een startkwalificatie

behalen, wordt verdere toename van,de jeugdwerkloosheid,zoveel, mogelijk voorkomen. Op 21 j]. a.s.

wordt een project gepresenteerd dat is gericht op de @,verdere versterking van dit beleid. Dit project

.wordt getrokken door.het hoofd van het team jeugd".het toekomstige jongerenloket, de, voormalige

directeur van het dienstencentrum educatie, beroep en arbeid die thans werkzaam is bij ROC ter Aa

en de projectleidster van, de foodregio.,.Dit regionale actieteam, om. met de,termen van het leerbanen-

plan van het MKB te spreken, geeft-.verder -vorm aan een.preventief beleid gekoppeld aan potentiële

banen in de foodsector. Dit moet een vliegwieleffect gaan veroorzaken richting BZW en MKB Neder-

land. MKB Bedrijven heeft reeds de. toezegging gedaan hieraan mee te werken.

Het project wordt vervolgens",verbreed naar--sectoren.,.buiten de foodsector en zal dan worden

uitgebreid naar het hele bedrijfsleven. Daar zijn wij op dit moment mee bezig en de presentatie zal

plaatsvinden op 21 juli a.s. Dit is een algehele presentatie en is dus niet bedoeld voor alleen maar de

commissie.

Er is nog gevraagd naar Berkendonk en Kinderlandgoed. In de vergadering van de commissie

MO&E heb ik al aangegeven dat dit onderwerp staat op de agenda van de commissievergadering van

15 juli a.s. Ik neem aan dat dit voldoende is.

-47- 17 juni 2004

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij hebben de wethouder een handreiking gedaan door

ons voorstel extra geld in te zetten ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Wat gaat de wethouder

daarmee doen?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder)' De handreiking van de PvdA-fractie ten

behoeve van de jeugdwerkloosheid is op dit moment niet nodig. Wij zijn met het bedrijfsleven en het.,

onderwijs op een zeer,goede manier bezig met dit onderwerp. Het project dat ik noemde, is een initi-

atief geweest van het'@bedrijfsleven zelf, want de foodsector heeft hiervoor, via de weg van oplei-

dingen, 170 banen aangeboden. Ik denk dat wij hiermee als Heimond heel goed presteren.

De heer YEYDEN (PvdA): De wethouder zegt dat zij onze handreiking niet nodig heeft. Wij

zullen daar later op terugkomen.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Oké.

De heer ROEFS"(CDA): Vöorzitter! De wethouder zegt dat het onderwerp Berkendonk in de

commissie terugkomt. Komt daarbij de discussienota Ontwikkelingsperspectief Berkendonk aan de

orde?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Ik heb in de vergadering van de commissie

MO&E gezegd dat Berkendonk in de commissievergadering van 15 juli aan de orde komt.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Komen dan ook het leisurebeieid en de detailhandel weer

aan de orde?

De VOORZITTF=R: Dames en heren! Ik stel voor dat iedereen weer luistert: haar de wethouder.

Dat voorkomt waarschijnlijk dat vragen dubbel worden gesteld en ook dubbel moeten worden beant-

woord.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Voorzitter! Ik kom aan het centrumplan. Het is

natuurlijk jammer dat niet alle partijen achter het eentrumplan staan. Door de Heimonds e samenleving

is het cehtrumplan met heel veel enthousiasme ontvangen. Min inziens doet het 'centru 'Mpiah ook

recht aan de maat van onze stad. Naar mijn mening is het dus geen "maatje te groot". Juist' de af-

weging in de planvorming vergt wat meer fijd dan wij konden voorzien. Er is geen enkele sprake van

een vertraging; er is juist zorg voor een goed gedragen, afgewogen besluitvorming. Om di 'e reden is

de presentatie verschoven naar een datum na de vakantie.

Wat de Markt betreft: in de vergadering van de commissie RF van 29 juni a.s. wordt het

ontwerpbasisplan voor de Markt gepresenteerd. Ik zou de heer Ferwerda dan ook willen' vragen om

nog even af te wachten@@-Overigens staan er geen leilindes maar haagbeuken op de Markt.

De heer FERWFRDA (GL/D66): Ik heb daar niet zo veel verstand van, mevrouw de wethouder,

maar ook de haagbeuken zou ik willen laten staan!

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Daar spreken wij over in de commissieverga-

dering van 29 juni a.s., mijnheer Ferwerda. Ik ga graag de discussie met u aan.

De heer YEYDEN@,1(PvdA): Voorzitter! Ik zou graag nog een opmerking willen maken@ over de

centrumontwikkeling. De,@wethouder heeft met beide handen het VVD-voorstel aangegrepen om de

budgetten in het kader van de centrumontwikkeling samen te voegen. Dat begrijp ik wel, maar ik vind

het geen goede zaak. Ik- -vind dat heel duidelijk moet zijn welk geld voor welk project wordt ingezet.

Daarom vinden wij@ dé- menvoeging van budgetten wat gevaarlijk. Wij krijgen straks een heel erg

grote pot waarbinnen -kan worden geschoven. Wij zouden liever zien dat per project een bepaald

budget beschikbaar wordt gesteld. Dat is veel duidelijker.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): De WD-fractie heeft het verzoek gedaan om,

ter wille van de duidelijkheid, de budgetten samen te voegen. De heer Yeyden vraagt nu eigenlijk het

omgekeerde, ook in het kader van de duidelijkheid. Daar ligt natuurlijk een verschil van opvatting. Wij

zijn ingegaan op het verzoek van de VVD-fractie.

-48- 17 juni 2004

De heer FRANSEN (WD): Voorzitter! Ons verzoek was ons ingegeven om te komen tot meer

duidelijkheid ten aanzien van het totale budget. Wij wilden graag zaken die bij elkaar horen en die

betrekking hebben op dezelfde plantontwikkeling - in dit geval de centrumontwikkeling - onder-

brengen in één programma. De projecten volgen dan uit dat programma en worden afzonderlijk zicht-

baar. Het ging ons erom dat de budgetten bij elkaar in één en hetzelfde programma en niet verdeeld

over meerdere programma's zouden staan. Daarmee wilden wij duidelijkheid creëren over het totale

budget.

De heer YEYDEN (PvdA): Wij zien daar geen voordelen in.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX.(wethouder):,-Zoals-ik zo-even..al zei: men kan van opvatting

verschillen.

De VOORZITTER: Dames en heren! Ik vind toch dat er vragen.worden gesteld die niet relevant

zijn voor de behandeling van de voorjaarsnota. Er worden nu commissievergaderingen overgedaan. Ik

verzoek u zich in het vervolg te beperken tot uitsluitend de voorjaarsnota. Prachtig, al die zijlijnen,

maar relevant voor de discussie zijn ze niet. Het woord is aan de wethouder mevrouw Houthooft.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder):.,Voorzitter! Over REDE zijn vele opmerkingen

gemaakt. Het is de raad die vandaag de financiële richting en de daarbij behorende kaders bepaalt.

Deze zullen het uitgangspunt vormen van de gesprekken die ik zal voeren met de overige aandeel-

houders en de directie van REDE.

De fractie van GroenLinks/D66 suggereert dat het college voornemens is het individueel aan-

deelhouderschap plotseling te beëindigen. Laat men mij vooral niet verkeerd begrijpen. In de beant-

woording in eerste instantie is al verwoord dat het de bedoeling is in samenspraak met de andere

relevante partijen, te werken aan een constructieve oplossing, waarbij wij alle zorgvuldigheid in acht

zullen nemen. Een zorgvuldige afwikkeling is in dit verband meer dan een formeel-juridische. afwik-

keling, waarbij aspecten als het aandeelhouderschap mogelijk aan de orde zullen komen. Dit. naar

aanleiding van een vraag van de VVD-fractie.

Als gemeente Heimond hechten wij zeer aan de economische netwerken. Daar participeren wij

als gemeente ook nadrukkelijk in. Het SRE, Eindhoven en,ook.REDE zijn en bi.ijven belangrijke part-

ners in deze. Een economisch sterke relatie die wij zeker zullen continueren en waar mogelijk optima-

liseren. Vandaag vraag ik de raad de door het college aangegeven richting te steunen, zodat aestart

kan worden met de gesprekken ter zake. De SDHOH-fractie geeft het college wat dit betreft een steun

in de rug, met de opmerking dat er tussen goedwillende partners geen belemmeringen hoeven "te

bestaan en dat deze in oede harmonie kunnen worden opgelost.

9

Het is niet mijn stijl om een en ander onnodig lang te laten liggen. Het is dan ook mijn bedoeling

de raad tijdig, nog voor de komende begrotingsbehandeling,.te informeren over het resultaat van de

gevoerde gesprekken. -Op @asis.van, de qespreksuitkomsten zal in het kader van de begrotingsbehan-

deling definitieve besluitvorming plaatsvinden. Dit is,overigens. in lijn van de door de fractie van

GroenLinks/D66 ingediende motie. De motie is dus eigenlijk niet nodig en ik acht de motie dan ook

overbodig.

De heer FERWERDA (GUD66): Voorzitter! Met welke uitgangspunten..voor ogen gaat de wet-

houder de gesprekken met REDE aan? Gaat de wethouder c.q., het college straks de.gesprekken aan

met als uitgangspunt dat de gemeente Heimond eruit stapt? Of heeft het college een bepaalde koers

voor ogen, waar o.a. REDE bij betrokken is, en wil het deze., boodschap verkopen aananderen, zodat

zij met Heimond meegaan?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Voorzitter! Uitgangspunt van de gesprekken zal

zijn dat wij vinden als col@ege"- en,.hopelijk,vindt-de"raad.dat.-ook.,- dat de bijdrage aan REDE via het

SRE een normale-regionale bijdrage is en dat REDE een economische dienst is die regionaal werkt

en die dus niet alleen voor Heimond maar nog voor 22 andere gemeenten werkt. Op die manier zal in

de regionale bijdrage door één uitvoerder moeten worden voorzien. Dat is naar onze mening het SRE.

Ik kan echter de gesprekken hierover pas aangaan, als de raad aangeeft dat de genoemde uitgangs-

punten mogen gelden. Na de gesprekken kan ik bij de raad terugkomen met de resultaten en de

gevolgen en hoe de oplossingen liggen. Ik kan echter niet voor de muziek uit lopen en gesprekken

aangaan met Eindhoven en het SRE zonder dat de raad achter de uitgangspunten staat en een uit-

spraak van de raad die is neergelegd in een raadsbesluit.

-49- 17 juni 2004

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Door de opstelling van het college, hoe goed bedoeld ook,

wordt naar mijn mening de indruk gewekt dat Heimond zich qua positie stelt op een niveau dat gelijk is

aan dat van de omliggende gemeenten, terwijl Heimond juist als centrumstad een specifieke werk-

gelegenheidstaak;heeft. Dit betekent dat er echt wel een en ander voor nodig is om de werkgelegen-

heid van de grond te tillen. Naar mijn oordeel is het niet zo dat er 22 gelijkwaardige gemeenten zijn.

Nee, Heimond is, naast Eindhoven, centrumstad. Dat moet heel goed in de-gaten gehouden worden-,

Ik ben bang dat wij anders afglijden naar de middelmaat, terwijl wij juist een extra impuls voor de stad

nodig hebben.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Wij moeten alleen de aandeelhouderspositie

scherp stellen door te zeggen dat het SRE aandeelhouder is. De gesprekken daarover gaan wij aan.

Dat is de juiste methodiek, omdat het gaat om een belang voor de hele regio en niet alleen voor

Heimond of Eindhoven. Wij moeten @de zaak ook in een historisch perspectief zien, namelijk de over-

gang van lnduma NV'naar de NV REDE. Dat is de oorzaak geweest van de huidige, toch wat kromme

constructie.

De heer ROEFS@'(CDA): Het is Eindhoven die de rol van voor-trekker op zich neemt en dat naar

mijn oordeel zal blijven doen. Wil je je als tweede centrumstad profileren, dan zul je dat zowel in.

woord als gebaar meer"moeten tonen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Ik ben het eens met de heer Roefs. Het ene moment

zeggen wij dat wij de centrumgemeente van De Peel zijn en willen wij ook als zodanig erkend worden.

Het andere moment, als het gaat om-het dossier REDE, zeggen wij dat wij gelijk behandeld:,willen

worden en willen wij hetzelfde behandeld worden als alle dorpen. Dat is met elkaar in tegenspraak.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Wat ik wil aangeven is, dat de meeste zaken

die REDE uitvoert, regionaal worden uitgevoerd. Zo hoort het ook. REDE is namelijk een regionale

economische dienst. Als gemeente Heimond dragen wij bij aan deze regionale economische dienst

via het SRE en via de afdracht gerelateerd aan het inwonertal. In totaal is de bijdrage van Heimond

sowieso al groter. De discussie is ontstaan in maart 2003, toen REDE een voorstel deed aan de aan-

deelhouders -@- dus SRE, gemeente Eindhoven en gemeente Heimond - om de lump sum substantieel

te verhogen. De bijdrage die Heimond toen leverde, was E 126.000,--. REDE vroeg E 148.000,--. Daar

is discussie over ontstaan bij alle drie de aandeelhouders, dus niet alleen bij Heimond. Wij hebben

toen in een brief aan REDE laten weten dat een extra bedrag in het kader van de huidige econo-

mische situatie niet mogelijk was en dat wij de bijdrage op het niveau van 2003 zouden bevriezen om

in het jaar 2004 een overgangsjaar te creëren. Verder hebben wij geschreven dat wij in de tussentijd

van REDE een duidelijk plan verwachtten. in het kader daarvan zeggen wij nu: wij dragen bij als regio

en wij dragen voldoende bij om regionale activiteiten te genereren voor onze stad. Als stad zelf

kunnen wij dan E 125.000,-- per jaar inzetten voor projecten die wij van groot belang voor de stad

achten. De bestaande'"sa'menwerking met het SRE, REDE, BZW en andere organisaties en met de

bonden, blijft.

Wij zijn op allerlei fronten in actie. Wij maken deel uit van Brabantstad, wij doen overal aan mee

en wij zijn regionaal zeer goed bezig. Wel betwijfel ik of wij, wanneer wij als stad bijdragen aan het

regionale fonds, ook nog eens als stad afzonderlijk aan REDE moeten bijdragen. Ik denk dat er één

bijdrage moet zijn die loopt via het SRE, omdat de functie van REDE een werkelijk regionale functie is.

Als het zo zou zijn dat-Heimond alleen maar in Europa zou kunnen staan door het functioneren van

REDE, vraag ik mij af@-hoe het met andere steden gaat. Er is maar weinig sprake van en-en. Wij

hebben ook de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM). Die is voor heel Brabant en behoort

eigenlijk ook te functioneren voor onze regio. Wij dragen bij aan REDE, met toch wel als gevolg dat de

Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij dat wel makkelijk vindt.

Ons voorstel is er@enkel en alleen op gericht dat wij als college de kans krijgen om in de richting

van REDE en de andere aandeelhouders (het SRE en Eindhoven) duidelijk te maken waar wij voor

staan. Wij vinden het van belang dat REDE een regionale functie heeft in alle programma's. Het pro-

gramma Horizon bijvoorbeeld is een programma dat REDE als instelling uitvoert ten behoeve van het

SRE. Dat is een regionale functie.

De heer FERWERDA (GUD66): Voorzitter! Het is voor ons als raad heel belangrijk dat wij de

wethouder goed begrijpen. Dat kost mij veel moeite. Is het nu een geldkwestie of een inhoudelijke

kwestie? Als ik de heer Praasterink goed heb begrepen, is na de overgang van lnduma NV naar de

NV REDE een scheefgegroeide situatie ontstaan. Dan is het een geldkwestie, zou ik zeggen.

-50- 17 juni 2004

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Dat zijn uw woorden, mijnheer Ferwerda.

De heer FERWERDA (GL/D66): Kan de wethouder mij duidelijk maken of het een inhoudelijke

dan wel een geldkwestie is?

Verder zegt de wethouder dat -eruit stappen niet betekent dat wij geen gebruik meer maken van

de diensten van REDE. Maar als ik de reacties van REDE op -het collegevoorstel lees en ook de

reacties uit de mond van de directeur hoor, is er wel degelijk. sprake van een geweldige breuk. Hoe

moet ik deze twee opvattingen met elkaar rijmen?

Mevrouw-HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder):-.Voorzitter, -ik schakel even terug naar de com-

missievergadering. De directeur v an REDE heeft, daarin, duidelijk gemaakt wat REDE extra zou

kunnen betekenen voor Heimond. Als ik zie welke initiatieven er de afgelopen maand zijn getoond en

als de afgelopen vijf jaar dezelfde initiatieven getoond zouden zijn als -de afgelopen,maand is,gebeurd,

dan hadden wij de discussie die wij nu voeren, zeker niet gevoerd. Dan zouden wij namelijk heel pro-

minent op het plaatje hebben @gestaan. Dat is- nu niet het geval, want wij zijn gewoon een onderdeel

van een regio.

De discussie over. REDE is geen principiële maar wel,.een inhoudelijke discussie. Er lopen

namelijk nog veel meer zaken waaraan wij zowel als stad als via het SRE -bijdragen. Ik noem als Voor-.

beeld het regionaal platform arbeidsmarktbeleid. Dat is @-een, regionaal platform. Op een gegeven

moment echter wordt er een automatisme ingezet waardoor Heimond zowel via het SRE als uit de

gemeentelijke middelen bijdraagt. In het geval van REDE.gaat het niet om een subsi ie, maar om een

lump -sum., Dat,is -uiteindelijk wel een -extra bijdrage. Ik denk dat.wij gewoon de inhoudelijke discussie

mogen aangaan of wij dat wel op deze manier willen.

De heer FERWERDA (GL/D66): Ik zeg absoluut niet,@dat het college daar geen discussie over

mag aangaan. Voor mij is een vraag welk beeld er in de regio gaat ontstaan op het moment dat

Heimond zijn aandeelhouderschap in REDE opgeeft. Zal dat iets zijn in de trant van: hé, een grote

stad haakt af, terwijl het een samenwerkingsverband is waarbinnen wij elkaar allemaal hard. nodig

hebben? De wethouder zegt dat het hier allemaal hartstikke goed gaat en dat het goed, blijft gaan.

Maar voor REDE geldt dat in eik geval niet. De vraag is dus welke repercussies de houding, van

Heimond zal hebben op andere samenwerkingsverbanden die alles te maken hebben met econo-

mische expansie en groei in de regio.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Ik mag aannemen dat dit geen verdere

gevolgen heeft.

De heer FERWERDA (GUD66): U weet het niet!

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Ik-zal,eerst-nog in overleg moeten treden...

De heer FERWERDA,.(GL/D66)@, ls..het zo dat de resuitaten,van het overleg dat de wethouder

straks ingaat'beslissend zullen@ zijn voor-'het -uiteindelijke @bésluit dat het college de raad in november

in het kader-van,de.-begrotingsvaststelling zal voorleggen?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Dat is inderdaad het geval.

De heer FERWERDÄ. (GUD66):..,Met andere woorden:-"er is sprake,van een voorgenomen

besluit van het college.dat, er, op basis van nog met de partners.te voeren, onderhandelingen, even-

tueel anders uit zou kunnen zien.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): De heer Ferwerda verwoordt het goed. Alleen

het uitgangspunt - en daarvoor heb ik de raad nodig - is dat wij ter discussie stellen of wij als drie aan-

deelhouders op drie verschillende manieren in REDE blijven participeren dan wel of er straks nog

maar één aandeelhouder zal zijn.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Onze fractie heeft een motie over REDE ingediend en ik

zou graag een opmerking over dit onderwerp willen maken. De wethouder stelt dat, sinds er wat druk

op is gezet, REDE de laatste maand boven verwachting functioneert...

-51- 17 juni 2004

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Nee, dat heb ik niet gezegd.

De heer YEYDEN (PvdA): De wethouder heeft wel gezegd dat, als REDE de afgelopen vijf jaar

zo had gefunctioneerd...

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): De heer Yeyden moet mijn woorden niet ver.

keerd verstaan. Ik heb wel geconstateerd dat de directie van REDE de laatste maand zeer druk bezig

is geweest met Heimond@en dat, als de stad op dezelfde intensieve wijze was benaderd, wij inderdaad

een uitzonderingspositie hadden ingenomen.

De heer YEYDEN- 7@@(PvdA): Goed, dat heeft de wethouder gezegd. Ik concludeer dat REDE er

veel aan is gelegen de@@@amenwerking te behouden. Verder vraagt de wethouder ons als raad in te

stemmen met het collegevoornemen en wil het college van ons de kans van om de onderhandelingen

in te gaan met als doel het functioneren van REDE te verbeteren.

Mevrouw HOUtl@OOFT-STOCKX (wethouder): Nee.

De heer YEYDEN.I(PvdA): Dan is het dat Heimond meer aandacht moet krijgen?

Mevrouw HOUTHOOFT--STOCKX (wethouder)- Nee. Ik heb aangegeven dat REDE naar de

mening van het college een regionale economische dienst is die regionaal werkt. Daarom is het

college van mening dat Heimond daar geen extra bijdrage aan hoeft te leveren en dat er slechts één

aandeelhouder zou moeten zijn.

De heer YEYDEN (PvdA): De wethouder heeft wel gezegd dat zij een kans wil van de raad om

gesprekken met alle betrokken partners aan te gaan. Maar de wethouder heeft de afgelopen tijd toch

alle kans gehad? Wij ebben toch een afgevaardigde zitten in REDE?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Als de heer Yeyden erop doelt dat wij als

gemeente Heimond daar een commissaris hebben, wil ik hem meteen zeggen dat de functie van

commissaris net iets anders ligt. De commissaris zal te allen tijde de belangen van zijn organisatie

voorop stellen.

De heer YEYDEN (PvdA): Dus niet de belangen van Heimond?

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Nee, niet in de functie van commissaris.

De heer YEYDEN (PvdA): Dat is dan duidelijk. Ons standpunt is verder ook duidelijk.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): Als de PvdA-fractie haar motie handhaaft, zou

ik de raad willen ontraden de motie te ondersteunen. Het lijkt mij dat ik voldoende heb aangegeven

wat de visie van het college is.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voorzitter! De CDA-fractie heeft gevraagd hoe het zit

met de E 300.000,-- voor de buurtschouwen en hoe dit bedrag is gedekt. Het is gedekt uit de GSB-

middelen, o.a. de middelen voor "Buurt aan zet" en de participatiemiddelen. Binnenkort komt het des-

betreffende voorstel naar de commissie RF toe en zal het verder worden toegelicht.

In de bewoordingen van de heer Smits proefde ik dat hij zo'n buurtschouw wel erg mooi vindt,

maar dat hij zich afvraagt waarom er vijf wethouders op een rij moeten lopen@ Daar proefde ik enige.-

jaloezie uit. Eigenlijk vroeg hij zich af wat dat moest, zoveel wethouders bij elkaar in een wijk. Ik heb

gemerkt dat een goed voorbeeld goed doet volgen. Wij zijn zelf maar eens een andere wijk dan de

Apostelwijk ingegaan.- Proficiat, mijnheer Smits, met deze inzichten.

Dan nog iets over de reserve infrastructurele werken. Gevraagd is of de negatieve stand in

2005 aanleiding is tot zorg of kan leiden tot vertragingen van projecten. De heer Tielemans heeft al

aangegeven dat er altijd enige sprake van naijlen is bij de realisatie van infrastructurele projecten.

Bovendien heeft men kunnen zien dat in 2005 E 1,9 miljoen voor station Brandevoort op het pro-

gramma staat. Waarschijnlijk, afhankelijk van de beslissing van de minister, zal dit ook 2006 kunnen

zijn. Daarmee worden het risico voor de reserve en de consequenties bij uitvoering uiterst beperkt.

De VVD-fractie vraagt of, in het geval de City-Sporthal wordt verplaatst naar Suytkade, het

college al iets kan zeggen over de toekomstige exploitatie. Dat is op dit moment lastig, omdat de ex-

-52- 17 juni 2004

ploitatie van de sporthal aldaar in een leisureconcept opgenomen zal worden. Wij proberen in de

onderhandelingen met exploitanten van het leisureconcept een zodanig resultaat te verkrijgen, dat

daar exploitatievoordelen uit te halen zijn. Op voorhand zijn er synergievoordelen in te schatten, maar

het hardmaken daarvan zal een taakstelling zijn bij de overheveling van de City-Sporthal.

De heer DAMS (VVD): Voorzitter! Het-is toch mogelijk een indicatie te geven? Als het mogelijk

is deze voordelen te kapitaliseren en in te boeken, dan krijgt de wethouder daar inzicht in. Waaror-@

deelt hij dat niet met ons?

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Ik zou bijna zeggen: dat kan de heer Dams ook terug-

rekenen. Maar goed, laten wij dat een,keer doen.

Van de kant van de PvdA-fractie is een wat stekelige opmerking over de behandeling van het

Regionale Structuurplan (RSP) gemaakt. Ik vind dat" absoluut een verkeerde opmerking, omdat het

preconcept RSP geen enkele status.heeft voor wat de inspraak betreft. Het is.,een extra,informatie-

,ronde die de gemeentes in de regio wordt aangeboden, waardoor zij ennis unnen nemen van een

eerder concept dan het concept dat de inspraak in zal gaan. Dit preconcept hebben wij als college,

met een voorlopige reactie, aangeboden,-en toegelicht in een vergadering van de commissie RF. Het

is de raad en die de agenda bepaalt, want als college doen wij dat niet. Als men vindt dat het pre-

concept in de raad besprokene had moeten worden, moet de@@raad naar zichzelf en niet naar het college.

kijken.

Mevrouw WITTEVEEN-VAN DEN BERG (PvdA): Daar was@ het te laat voor, wethouder. Dat kon

niet meer geregeld worden.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Dat ligt toch aan de raad en aan de griffie, mevrouw

Witteveen, want het college heeft het preconcept, zodra het aangeboden werd, aan de commissie

aangeboden. U heeft het dus tegelijk met ons ontvangen. De raad heeft alle vrijheid om te bepalen

wat ermee gebeurt. Er wordt verwezen naar regiogemeenten die in een commissie- of raadsverga-

dering over het preconcept een besluit hebben genomen. Dat is echter puur facultatief. Eindhoven

heeft er helemaal niets mee gedaan.

Mevrouw WITTEVEEN-VAN DEN BERG (PvdA): Dat is nu precies wat wij als PvdA-fractie

bedoelen met het democratisch denken en handelen van het college. Een ander college uit de 21

gemeenten tellende regio geeft het door en wil het democratisch behandeld zien. Maar het college

van Heimond doet dat niet en het college van Eindhoven heeft dat ook niet gedaan. Het ligt zeker aan

de grootte!

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Ik heb van met name de PvdA-fractie begrepen dat wij

goed moesten bekijken hoe wij met Eindhoven omgaan. Op dit punt hebben wij ons aardig bij Eind-

hoven aangesloten!

Eigenlijk is mevrouw Witteveen in dit stadium te vroeg. Het lijkt mij niet handig en verstandig om

al raadsbesluiten te nemen op basis van een preconcept. Daardoor is het in een later stadium niet

altijd even handig manoeuvreren -Zoals oezeadl1het is aan -de raad om het preconcept op de agenda

.te zetten. De raad van. Heimond heeft besloten,zoals hij heeft besloten.

De PvdA-fractie heeft ook nog - uitspraken over Lungendonk en . Diesdonk gedaan. Lungendonk

zou pas na 2015 aan de orde moeten komen. Zoals men weet, kent het RSP twee tijdshorizonnen:

één tot 2015 en één na @2015.. Ook@ wij -hebben altijd gez gd,dat @Lungendonk:voor ons de nieuwe uit-

teglocatie, is na Brandevoort 11. De planning van Brandevoort 11. loopt tot ongeveer 2015. Daarna zou

Lungendonk aan snee komen. Voor het overige vind ik het niet relevant welke jaartal eraan hangt; het

gaat om de nieuwe uitieglocatie na Brandevoort 11.

Bij Diesdonk spreekt de @PvdA-@fractie zichzelf erg,-4egen.- Enerzijds zegt de PvdA-fractie een

nieuw bedrijventerrein aan de zuidzijde van onze stad niet belangrijk te vinden. Dit standpunt wijkt

overigens af van hetgeen in de Stadsvisie is verwoord, waar de PvdA-fractie toen voor was. De PvdA-

fractie was er toen van overtuigd dat deze uitbreiding noodzakelijk was, maar kennelijk is de PvdA-

fractie op haar schreden teruggekeerd.

Mevrouw WITTEVEEN-VAN DEN BERG (PvdA): Er is op het moment nogal wat leegstand.

Bovendien moet er 30% gekort worden, althans volgens het streekplan...

-53- 17 juni 2004

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Nee, mevrouw Witteveen. U hebt alleen maar de klok

horen luiden, maar u weet niet waar de klepel hangt.

Mevrouw WITTEVEEN-VAN DEN BERG (PvdA): Nou, ik weet hem aardig te hangen, hoor!

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Het zit als volgt. Er wordt een berekening gemaakt vanl,

de behoefte aan bedrijventerreinen. Daarbij wordt, gelet op het gebruik en hergebruik van bedrijven-

terreinen, de bruto behoefte vertaald naar een netto behoefte van 70%. Zo is ook de behoefte aan

Diesdonk uitgerekend, ondanks dat er veel leegstand is. De PvdA-fractie is er toch ook voorstander

van dat er veel werkgelegenheid wordt gecreëerd? Dan moeten wij er wel voor zorgen dat er ook in de

toekomst nieuwe bedrijventerreinen beschikbaar zijn. Uit de wereld van de onroerendgoedexploitatie

van bedrijventerreinen kan ik u vertellen dat het voor veel bedrijven geen optie is om bestaande

panden te betrekken, omdat deze panden vanwege de nodige verbouwingen duurder uitvallen dan

nieuw te bouwen panden. Daarom zie je dat er in de wereld van bedrijventerreinontwikkeling - het

geldt ook wel voor kantoren - ondanks leegstand toch steeds behoefte is aan nieuwbouw.

De heer KLAUS (SP): En dat moet onze samenleving allemaal betalen!

De heer VAN H EUGTEN (wethouder): Nee, dat zijn private middelen.

De heer KLAUS (SP): Nee, nee, nee! Alles in dit land wordt betaald door de burgers van

Nederland en niet door privé-personen. De burgers in Nederland betalen alles wat er in dit land

gebeurt. De ontwikkeling van steeds nieuwe bedrijventerreinen leidt tot steeds minder ruimte voor

natuur en steeds meer leegstand van bedrijfspanden. Daar hebben de mensen niets aan. Bovendien

worden de mensen voor wat het wonen betreft steeds meer op elkaar geduwd. Dat is namelijk wat er

wordt bedoeld met "inbreiden". Ik constateer dat de wethouder alle vrijheid laat voor wat er in onder-

nemend Nederland gebeurt.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Dat doe ik niet. Wel heb ik gezegd dat je het één en het

ander moet aanvaarden. Als je een aantrekkelijke stad wilt zijn, de werkgelegenheid wilt bevorderen

en wilt doen aan acquisitie van nieuwe bedrijvigheid, dan moet je niet alleen bestaande bedrijfs-

panden kunnen aanbieden, maar ook ruimte kunnen bieden voor nieuwe uitbreidingen. Dat heeft zo

zijn mechanisme. Als je dat niet wilt, omdat de weilanden in Diesdonk je heiliger zijn dan bedrijvigheid

voor de stad Heimond, dan maak je een bepaalde keuze. Dat is echter niet de keuze die het college...

De heer KLAUS (SP): Voorzitter! Het gaat erom dat Nederland niet groter is dan het is en dat

de ruimte beperkt is. Het is volstrekt belachelijk om ik-weet-niet-hoeveel hectare bedrijventerrein te

laten liggen waar niets gebeurt en elders nieuwe te gaan creëren.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Waar hebben wij bedrijventerreinen liggen waar niets

gebeurt?

De heer KLAUS '(SP): Ik doel op bedrijventerreinen waar panden leegstaan. En dan begin ik

maar niet aan de discussie dat op bedrijventerreinen vlak wordt gebouwd en terwijl de mensen in

gebouwen van tien verdiepingen hoog moeten gaan wonen. Dit is echter wel een wezenlijke discussie

die wij hier zouden moeten voeren. De wethouder stapt hier wel heel makkelijk overheen, want het

zou gaan om de werkgelegenheid. Maar het gaat niet alleen om werkgelegenheid: het gaat ook "het

leven".

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voorzitter! De indruk is vaak dat er heel veel leegstand

zou zijn op de bedrijveritétreinen. Er staan inderdaad veel borden met "te huur" of "te koop". Dat wil

echter niet zeggen dat het zeer slecht gaat met de bezettingsgraad op de bedrijventerreinen. Wel is er

altijd enige frictieleegstand. In Heimond is deze niet groter dan in de rest van Nederland. Op dit

moment is de frictieweerstand hier slechts 2% hoger dan een aantal jaren geleden, toen wij voor de

voet weg bedrijventerrein verkochten. Op veel leegstaande panden rusten opties die nog ingevuld

gaan worden. Het is een proces dat continu in beweging is. Je kunt echter niet nu, in 2004, zeggen

dat je na 2015 geen behoefte meer aan bedrijventerreinen denkt te hebben. Het RSP is met name

bedoeld om voor de langere termijn een goed en gezond ruimtelijk beleid te voeren, precies zoals ook

de SP-fractie dat voorstaat. Geen beleid waardoor onnodig vierkante meters in het buitengebied

worden belast met allerlei gespreide bedrijvigheid of gespreide bewoning, maar een beleid dat con-

-54- 17 juni 2004

centratie van bedrijvigheid en bewoning voorstaat aan de hand van het verstedelijkingsbeleid van de

gemeente en van de provincie.

De heer VAN WETERING (CDA): Voorzitter! Mij bevreemdde inderdaad de bijdrage van de

PvdA-fractie, waar aan de ene kant wordt voorgesteld Diesdonk op te schuiven tot na 2020 en aan de

andere kant een oplossing wordt voorgesteld voor de leegstand van panden op bestaande bedrijven-

terreinen in de zin dat daarwoningen van.gemaaktzouden kunnen worden. Is-dat geen contradictie?

De heer YEYDEN (PvdA): Het creatieve daarvan is dat wij proberen actuele problemen op te

lossen, maar tegelijkertijd nadenken over ontwikkelingen op de lange termijn.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voorzitter! Creativiteit mag best. beloond worden, maar

moet ook op de realiteit gestoeid zijn.,.Ook de opmerkingen van de heer Yeyden om kantoren om te

zetten in appartementen met de vraag of de gemeente daar iets aan kan doen...

De heer YEYDEN (PvdA): Daarmee. doel ik op samenwerken, en meer niet.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): De heer Yeyden kan zelf bedenken dat voor het om-

zetten van kantoren in woningen -een bestemmingsplan nodig is.- Degene die-de panden in eigendom.

@eeft" zal daartoe het initiatief moeten nemen. Een klein rekensommetje van wat het inhoudt een

kantoorgebouw te verbouwen tot een appartementengebouw - men denke aan parkeren, aan toe-

gangen, aan sanitaire voorzieningen - leidt-tot de slotsom dat immense investeringen in bestaand

onroerend goed nodig zijn.

De heer YEYDEN (PvdA): Het college heeft op dit moment zelf helemaal geen alternatieven.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Wij hebben een zeer ambitieus woningbouwprogramma

voor de komende acht jaar afgesproken. Op dit moment zijn wij dat keurig netjes aan het realiseren,

mijnheer Yeyden.

De heer YEYDEN (PvdA): Maar voor de korte termijn heeft het college geen oplossingen.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voor de korte termijn heb ik wel een oplossing. Die wil

de fractie van de heer Yeyden echter dwarsbomen, bijvoorbeeld als het gaat om het project Suytkade.

Daar willen wij aan het eind van het jaar beginnen met de eerste woningbouwprojecten die bestaan uit

sociale huurwoningen. Maar de PvdA-fractie wil geen geld steken in Suytkade, omdat het in haar ogen

een prestigeproject is. Volstrekte waanzin vind ik dat, mijnheer Yeyden!

De heer YEYDEN (PvdA): Nee, dat heb ik niet gezegd.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): In uw bijdrage hebt u Suytkade drie keer genoemd als

een project dat u helemaal niks vindt, mijnheer Yeyden.

De heer PRAASTERINK (SDHOH.): Voorzitter! Ik begrijp nu waarom de heer Yeyden in zijn

betoog zei: Ik ga gewoon door. Hij gaat ook door!

De heer VAN WETERING, (CDA): Voorzitter, ik wil, de.zaak helder hebben. Als je voor de

kortere termijn voorstelt om -bedrijfspanden om te bouwen tot woningen, dan moet toch duidelijk zijn

datje op de wat langere termijn behoefte zult hebben aan de ontwikkeling van Diesdonk? Op dat punt

vond ik het betoog van de PvdA-fractie wat vreemd.

De heer YEYDEN (PvdA): De heer Van Wetering heeft wel gelijk, maar de wethouder ziet dat

ombouwen sowieso al niet zitten. Dan hebben wij weinig keus.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Wat u voorstelt, mijnheer Yeyden, is gebakken lucht. Of

ik het nu wel of niet zie zitten, is niet zo belangrijk. Op het moment dat er geen initiatief komt van de

markt zelf, kan de gemeente een dergelijke oplossing niet forceren. Tenzij wij daar als gemeente ont-

zettend veel geld voor inzetten.

-55- 17 juni 2004

De heer YEYDEN (PvdA): De wethouder moet wel goed naar ons luisteren: wij zijn niet tegen

het project Suytkade.

De VOORZITTER: Ik vind het een interessante discussie, maar het is geen discussie die thuis-

hoort in het kader van de behandeling van de, voorjaarsnota. Deze discussie zou wel geplaatst kunnen

worden in het kader van de behandeling van een regionaal of gemeentelijk-structuurplan. Het enigq.

relevante in de discussie over de Suytkade, omdat het een belangrijk project is tegen de achtergrond

van de exploitatie van het project Suytkade, is dat de PvdA-fractie geen geld overheeft voor de ver-

plaatsing van de City-SpÖrthal naar de Suytkade.

Mevrouw W[TTEVEEN-VAN DEN BERG (PvdA): Voorzitter! Het gaat niet om het verplaatsen

van de City-Sporthal. Dat. zit nu juist de fout. Het gaat erom dat er E 2,5 miljoen extra bovenop komt.

De City-Sporthal hadden wij al in het investeringsprogramma opgenomen.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Nee, mevrouw Witteveen, zo zit het niet. U hebt kunnen

lezen dat de City-Sportiiä 1 niet budgettair neutraal verplaatst kan worden. Er is geld nodig voor deze

verplaatsing.

De heer YEYDEN@@(PvdA): Wij hebben het over wonen. Gaan er mensen in de City-Sporthal

wonen, als deze in het gebied Suytkade komt?

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): De heer Yeyden zal de berekening met de toelichting

toch ook gezien hebben? De verplaatsing van de City-Sporthal naar Suytkade kan niet budgettair

neutraal plaatsvinden.

De heer YEYDEN (PvdA): Is dat nodig?

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): U zegt van wel, maar het college zegt dat het niet kan.

Dan blijft de City-Sporthal staan waar die nu staat. Zo simpel werkt het dan.

De heer YEYDEN (PvdA): Dan doen wij dat toch?

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Dat is dan uw keuze. Helder: geen Suytkade-ontwik-

keling.

De heer YEYDEN (PvdA): Nee. De Suytkade-ontwikkeling is niet afhankelijk van de City-Sport-

hal.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Een van de pijlers van de leisure-ontwikkeling is een

sporthal.

De heer YEYDEN .(PvdA): Dus als er geen sporthal komt in het project Suytkade, gaat het hele

project niet door?

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Een sporthal aldaar is een van de mogelijkheden om het

project van de grond te krijgen.

De heer YEYDEN@PvdA): Zo simpel ligt het dus niet. Ik houd er gewoon over op. Voorzitter,. u

heeft-mij telkenmale gec@ò@rigeerd. Ik zeg vanaf nu niets meer.

De VOORZITTER: -Goed zo!

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voorzitter! De heer Ferwerda brengt naar voren dat de

openbare ruimte in Stiphout eerder heringericht zou kunnen worden en vraagt of de daarvoor in het

investeringsprogramma gereserveerde middelen naar voren gehaald kunnen worden. Ik zou willen

afraden om een voorstel van deze strekking uit te werken. Het betekent namelijk dat, als straks het

masterplan in uitvoering wordt genomen, sommige plaatsen opnieuw opengelegd moeten worden

voor het aanleggen of opknappen van leidingen en rioleringen. Het lijkt mij dat wij het beter in de

beheersfeer kunnen zoeken in plaats van de investering naar voren te halen.

-56- 17 juni 2004

De heer FERWERDA (GL/D66): Voorzitter! Ik vind het prima als de wethouder het wil zoeken in

de beheersfeer, maar dan moet er wel wat gebeuren. Op dit moment gebeurt er echt helemaal niets.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Er worden gewoon zaken uitgevoerd overeenkomstig het

bestaande beheerplan. De heer Ferwerda wil herinrichting. Ik vind dat hij dat niet moet willen, want

dan geven wij twee keer geld uit. Dat is echt -weggegooid geld.

De heer FERWERDA (GL/D66):,ik hoor,dit verhaal al bijna tien jaar.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Nee, dat hoort de heer Ferwerda geen tien jaar. De mid-

delen zijn pas twee jaar geleden gereserveerd.

De heer FERWERDA (GUD66): Dan.is mijn., vraag hoe ver wij met het masterplan zijn. Daar

komt de komende jaren toch nog helemaal niets van terecht? Er zijn alleen een paar postzegel-

plannetjes in ontwikkeling.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Nee, dat is niet zo. Ik verwijs de heer Ferwerda naar de

klankbordgroepen waarin ik ongeveer eike,twee maanden voor de mensen in Stiphout uitleg hoe het

staat met het masterplan. Er zijn wel,degelijk -,vorderingen.. De @ laatste vorderingen betreffen de ver-

plaatsing van De Greef. De gesprekken,gaan,in een positieve..richting. Dat biedt,weer zicht op forse

ontwikkelingen in Stiphout.

De heer FERWERDA (GL/D66): Dat hoor ik graag.

De VOORZITTER: Dit lijkt mij iets voor een commissievergadering.

De heer VAN HEUGTEN (wethouder): Voorzitter! Ik had willen besluiten met de opmerking van

de kant van de SP-fractie: hoe korter, hoe socialer. Mijn portefeuille had een van de sociaalste kunnen

zijn, maar vanwege de interrupties heeft de beantwoording wat langer geduurd dan ik had verwacht.

De VOORZITTER: Dat geeft te denken!

De heer VAN DEN- HEUVEL (wethouder): Voorzitter! Laat ik mijn beantwoording beginnen met

het volgende motto voor mijn portefeuille: "Leer meer met minder."

Een aantal fracties refereert aan het onderwerp De Groene Campus, daarmee ook de relatie

zoekend met het VMBO. Ik wil graag een verduidelijking over dit onderwerp geven. Destijds heeft

hierover een aantal artikeltjes in het Eindhovens Dagblad gestaan. Ik kan bevestigen dat de inhoud

van het aangehaalde artikel juist is en dat ik in bilateraal overleg met partijen een en ander ook

bevestigd heb gekregen.

Volgende week heb. ik een gesprek met het bestuur van Helicon om zaken nader te duiden en

afspraken te maken. Daar wil ik niet.op vooruitlopen, want zoals men weet ligt het initiatief bij Helicon,

de partij die de kar trekt -voor -wat De Groene. Campus,betreft. Helicon zoekt de vormen waarin

samenwerking kan plaatsvinden., Het is ook Helicon die partijen "uitnodigt om deel te nemen. Onze rol

gaat niet verder dan te trachten zaken te faciliteren. Dat zullen wij zeker proberen te doen. Hopelijk zal

er, mijnheer Praasterink, groen garen op de klos komen.

De heer Praasterink maakt ook nog een opmerking over de ambtelijke en bestuurlijke bin-

dingen. Met betrekking tot OMO moet ik,erop.duiden dat enige jaren geleden, op verzoek van de

,gemeente Heimond, OMO. is benaderd met het verzoek te trachten het VMBO uit het slop te halen.

Het VMBO dan wel het TKC is een initiatief van de- gemeente geweest. Ik, denk dat dit gezegd mag

worden en dat daaruit niets meer of niets minder dan dat geconcludeerd mag worden.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Ik heb gevraagd om een kopie van de brief van

OMO inzake de "open mind"-discussie.

De heer -VAN DEN HEUVEL (wethouder): Een brief van, de strekking die de heer Praasterink

noemt, ken ik niet.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Moet ik dan aannemen dat het alleen een krantenartikel is

geweest?

-57- 17 juni 2004

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ja. Er is ook bilateraal mondeling overleg geweest

met de voorzitter van de raad van bestuur van OMO. Een brief hierover is mij niet bekend.

Ik heb zeer uitvoerig en regelmatig overleg gevoerd met de voorzitters van alle betrokken

schoolbesturen. In sommige gesprekken wordt heel strategisch gesproken. Ik heb de betrokkenen

nadrukkelijk uitgenodigd om enige duidelijkheid te scheppen. Duidelijkheid is gelukkig ook gegeven

aan de journalist die destijds de artikelen gepubliceerd heeft. Daar heeft men via de krant kennis van

kunnen nemen. Ik ben ervan overtuigd dat uit het gesprek dat ik a.s. maandag of dinsdag met Helicor@

zal hebben, positief nieu@ws kan voortkomen.

De @heer PRAASTFRINK (SDHOH): Zijn er nog notulen of schriftelijke bevestigingen van een en

ander? Of is het nog steeds vrijblijvend?

De heer VAN,DEN HEUVEL (wethouder): Ik begrijp de bedoeling van de vraag van de heer

Praasterink. Nogmaals: niet;de gemeente maar Helicon neemt het initiatief met betrekking tot de reali-

satie van De Groene Campus. Helicon is ook de partij die een vorm van bestuurlijke samenwerking

zal moeten effectueren en een en ander op papier zal moeten zetten. Ik ben gaarne bereid om

Helicon, zo Helicon dat nodig vindt, daarin te faciliteren.

De CDA-fractie gaat in op het onderwijsachterstandenbeleid en de effecten van het GOA-

beleid. Dit is een zeer prominent onderwerp waarover de Tweede Kamer zich nog definitief moet uit-

spreken. Kern van het verhaal is dat het onderwijsachterstahdengeld straks rechtstreeks naar school-

besturen zal gaan en dat de schoolbesturen ook de verantwoordelijkheid voor de besteding ervan

zullen krijgen. De gemeente zal nog een beperkte regiefunctie vervullen, in de zin dat zij zal proberen

partijen met elkaar te laten praten zodat er per saldo een optimaal programma uit rol t. Als de Tweede

Kamer de maatregel die de minister dreigt te nemen overneemt, zal dit inhoudelijke consequenties

hebben voor het beleid in;de gemeente Heimond. Het betekent dat na 2006 de mogelijkheid@'bestaat

dat er, met name ten aanzien van de regiefunctie, in onze gemeente vorm gegeven zal worden aan

een andere structurering van achterstandenaandacht.

Overigens vind ik dat bezuinigingen soms gepaard gaan met kansen. In dit geval denk ik 'dat

het heel verstandig is dat het onderwijsveld samenwerking zoekt met elkaar en, op basis van het

nieuwe beleid dat de minister wil voeren, de kansen aangrijpt goed te kijken naar een mogelijke her-

structurering van de middelen die met het gemeentelijke onderwijsachterstandenbeleid te maken

hebben. Ik denk namelijk dat er winst te halen is, als je deze middelen op een andere manier inzet. Ik

zal partijen in het onderwijsveld daar ook toe uitnodigen.

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Speelt de wethouder c.q. de gemeente nog een rol in het

geheel?

platform Heimondse Schoolbesturen. Naar mijn mening is dit de organisatie die in de toekomst zal

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ja. Ik probeer veel te overleggen met het Overleg-

moeten fungeren als paraplu waaronder bepaalde gemeenschappelijke activiteiten samengebracht

kunnen worden die te maken hebben met onderwijsbeleid. Binnen deze zelfde organisatie zal ook

gesproken moeten worden over de manier waarop het achterstandenbeleid in Heimond zo goed

mogelijk gepositioneerd@"kan worden. Ik zal het overlegplatform ook uitnodigen om de discussie

hierover met mij te voeren.

De heer ROEFS (CDA): Wij mogen hopen dat het motto waarmee de wethouder is begonnen

daadwerkelijk perspectiefibiedt.

De heer VAN DEN"HEUVEL (wethouder): Ik zal het voorleggen!

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Voorzitter! Ik vind dit wel wat kort door de bocht. Toevallig heb

ik vandaag nog een gesprek gehad met de heer Cooien, niet de eerste de beste op het gebied van

onderwijskansenbeleid. Hij was zeer bezorgd over de gang van zaken, zowel op landelijk als op

plaatselijk niveau. "Leer meer met mindec' vind ik wel zeer goedkoop, want het zal erop neerkomen

dat straks bepaalde projecten op scholen gestopt moeten worden. Dat de wethouder daar zo

makkelijk overheen loopt, betekent wat mij betreft dat het collegebeleid ook op dit punt getuigt van

weinig inlevingsvermogen. Daar is het vanavond al vaker over gegaan. Ik ben daar zeer bezorgd over.

De heer ROEFS (CDA): Dat vind ik ook iets te makkelijk, mijnheer Den Breejen! De expertise is

er bijvoorbeeld nog.

- --- -- ---- ----- --

-58- 17 juni 2004

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Waar is de heer Den Breejen zo bezorgd over?

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Over de opmerking dat u het een uitdaging vindt, wethouder,

dat er minder geld is.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ik heb inderdaad gezegd dat het een uitdaging is erf

ik zal proberen dat te onderbouwen met,de volgende stel,1,ing. Op dit moment is het zo dat, ondanks

het vele goede werk dat gedaan wordt in onderwijsachterstandenland, toch maar 60% van de doel-

groep van kinderen die een beroep zou kunnen doen op de gelden,,wordt bereikt. Dit is aangetoond.

Ik vind 60% te weinig en ik vind datje moet-streven naar.. het.,toebedelen van middelen aan alle kin-

deren die iets extra's nodig hebben. Voor mij is niet 60% maar 100% bereik de target. De heer Den

Breejen mag zeggen dat het mager beleid is, maar ik zeg dat er bij het nieuwe beleid kansen liggen

om de onderwijsachterstandsgelden op een andere en betere manier te verdelen in;het Heimondse.

De fracties van PvdA en SDHOH hebben opmerkingen gemaakt over de OALT-gelden.. De

SDHOH-fractie stelt dat, in het kader van het doeigroepenbeleid,. -het onderwijs,in allochtone levende

talen (OALT) voor eigen rekening zou moeten zijn. De insteek van het college is dat het OALT-beleid

landelijk beleid is. Het college heeft het landelijke beleid destijds onverkort, overgen omen. Nu de

rijksoverheid dit beleid stopt, nemen wij@-dat.@,ook,onverkort",over.. -Dat.,betekent,.inderdaad dat wij, er

letterlijk mee stoppen. Wel dragen de@ schoolbesturen als werkgevers van de docenten, ook als het

gaat om OALT, -een morele en overigens ook wettelijke verantwoordelijkheid met betrekking tot hun

personeel. Daar heb ik de schoolbesturen op aangesproken. Bovendien heb ik geld beschikbaar

ges.teld uit het,OALT-budget dat nog beschikbaar is, om de docenten te faciliteren en hen zo goed

mogelijk voor te bereiden op een reguliere, functie in het onderwijs. Dat is een uitdaging die ligt bij de

schoolbesturen en die niet kan liggen bij de gemeente. Wel hebben wij gezocht-naar mogelijkhede,n,of

manieren om in deze als gemeente iets te betekenen. Zoals men weet, @ is de gemeente niet. gewend, in

dit soort functies te werken. Ik nodig het particulier initiatief en ook de, , scholen die

onderwijsachterstandenbeleid propageren van harte uit om juist de hierbij betrokken leerkrachten een

kans te geven op een van hun scholen.

Bovendien - de heer Yeyden weet dat, want op zijn verzoek heb ik 600 handtekeningen geac-

cepteerd - hebben wij in het Jan van Brabant een discussie gevoerd over het OALT. Dat heb@ ik zeer

op prijs gesteld en ik heb geprobeerd inhoudelijk duidelijk te maken wat de beleidslijn is;. ik heb des-

tijds de mensen ook uitgenodigd te zoeken naar partners die het: OALT-beleid ondersteunen en te

gaan praten met de partners in het onderwijsachterstandenbeleid om te kijken of er ruimte is om initi-

atieven op dit gebied vorm te laten krijgen. Ik heb de mensen dus uitgenodigd, maar de rol van de

gemeente in deze is over.

De heer VAN WETERING (CDA): Voorzitter! De wethouder zegt dat de rol van de gemeente

over is. Ook namens onze -fractie-, is, gevraagd of wij, als gemeente iets kunnen doen. Ziet de

wethouder het ook@.:. als @. zijn. taak 1, om landelijk, dus bij het rijk, te bepleiten het

onderwijsachterstandenbeleid intact te laten en. het in. stand te houden zoals -het nu is? -Of staat..de

wethouder achter het nieuwe beleid?

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): De heer Van Wetering haalt nu twee dingen door

elkaar. Het nieuwe onderwijsachterstandenbeleid moet de Tweede Kamer nog passeren. Wij hebben,

ook als gemeente Heimond, een behoorlijke lobby gehouden om te proberen de minister tot andere

beslissingen te bewegen. Wij weten nu nog niet hoe,de.beslissing van de Tweede Kamer uitpakt.

Binnen de onderwijscommissie van de VNG heb ik er uitdrukkelijk voor gepleit, ook al omdat de

resultaten voor wat het OALT-beleid betreft in Heimond gunstig waren,@ om dit beleid te: handhaven.

Overigens is het besluit met betrekking tot het stopzetten van het OALT-beleid allang door de Tweede

Kamer bevestigd. De raad, is-ervan.-op. de- hoogte dat wij@ stoppen.:met het OALT-beleid zoals wij dat

kennen, omdat wij het landelijke beleid één op één doorvertalen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! De wethouder geeft duidelijk aan dat het OALT-beleid

voor wat de gemeente betreft over is. Er is echter nog een pot geld die voor een bepaalde datum op-

gemaakt moet zijn. Als ik dan het laatste erratum bij de Voorjaarsnota 2004 zie, staat OALT op-

gevoerd als bezuiniging in 2005 t/m 2008. Wat gebeurt er met dat geld? Wordt dat teruggestort naar

het rijk? Of overweegt het college dit geld op een andere manier in te zetten?

-59- 17 juni 2004

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Voorzitter, ik heb zojuist een weddenschap

gewonnen die ik had met een collega, namelijk dat ik de heer Yeyden zo ver zou krijgen dat hij toch

weer zijn mond open zou doen!

De heer YEYDEN (PvdA): Ik bedoelde dat ik niets meer zou zeggen tijdens de beantwoording

door wethouder Van Heugten.

De heer VAN DEK'@HEUVEL (wethouder): Voor alle duidelijkheid: het OALT-geld is geoormerkt

geld. Voor zover dit geld .niet besteed wordt, moet het gewoon terug naar het rijk. Dat zullen wij netjes

doen. Op dit moment wordt het geld gebruikt om de rechtspositie van de betrokken leerkrachten veilig

te stellen en te faciliteren dat daaraan via outplacement en scholingsprogramma's vorm wordt

gegeven. De heer Tijani w- eet precies wat ik bedoel.

De heer YEYDEN (PvdA): Volgens de heer Tijani klopt het niet, wat u nu vertelt, wethouder.

De heer VAN DF= (wethouder): Dan moet de heer Tijani leren luisteren, want ik heb

het uitvoerig uitgelegd.

De heer TIJANI (F@VdA): Ik heb heel goed geluisterd!

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Voorzitter! De heer Praasterink spreekt over het

onderwerp doordecentralisatie en stelt dat de doorcentralisatie voor alle scholen zou moeten gelden.

Dit is een zeer majeur onderwerp. Met het voltallige bestuur van het Jan van Brabant heb ik enige tijd

geleden afgesproken dat wij eerst de problematiek van De Groene Campus afwerken. Daar zijn wij

mee bezig. Daarna ga ik het gesprek aan over de doordecentralisatie. Dat doe ik niet eerder. Als de

heer Praasterink vraagt er alle scholen bij te betrekken, is dit een extra complicerende factor, want er

zijn ook scholen die er absoluut niet om vragen.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): De wethouder had dit hele betoog achterwege kunnen

laten, want ik heb iets anders bedoeld. Ik wil nog wel eens herhalen wat ik heb gezegd:

"Wij willen op dit moment de broze relaties tussen de verschillende partijen niet

ondermijnen door expliciet inzet te vragen van het college van burgemeester en

wethouders met betrekking tot het vraagstuk van de doordecentralisatie. ( ... ) Wij nemen

dan ook aan dat het college van burgemeester en wethouders kennisneemt van onze

opvattingen ter zake."

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Prima. Toch hoop ik met mijn betoog een klein beetje

duidelijkheid te hebben geschapen met betrekking tot de volgtijdelijkheid waarin wij de verschillende

onderwerpen willen behandelen.

Over het peutersp @èëizaalwerk zijn ook nog opmerkingen gemaakt, o.a. over de know-how in het

veld die wij moeten behouden, de voorwaarden voor subsidie, de te stellen kaders, de positionering

enz. enz. De notitie over -het peuterspeelzaalwerk is klaar en zal binnenkort binnen het college aan de

orde komen. Vervolgens 'zal de notitie naar de commissieleden gestuurd worden. De notitie is het

kader waarbinnen wij met'elkaar in gesprek gaan. Op basis daarvan en het gesprek in de commissie

zal ik een aantal lijnen uitzetten. Ik bevestig hier uitdrukkelijk dat voor de komende vier jaar een

bedrag van E 800.000,-- beschikbaar is. Dit bedrag blijft geparkeerd. De kaders zijn duidelijk en het

beleid zal eerst vastgesteld moeten worden, zodat wij allemaal weten wat wij in de toekomst willen.

Uitgangspunt is dat ik m@et: de schoolbesturen wil praten over de positionering van het peuterspeel-

zaalwerk en welke mogelijkheden daarvoor zijn. Eventueel heb ik middelen beschikbaar om te komen.

tot scholing dan wel ondersteuning tot professionalisering in de toekomst. Dit soort opmerkingen zijn

allemaal terug te vinden @@fn de notitie die inmiddels klaar is. Ik hoop daarover binnenkort een goede

discussie met de commissie te kunnen voeren.

Ik had ook een opmerking willen maken over het contact van het college met de achterban,

maar de heer Van Heugten was mij voor.

Dan kom ik aan de onderwerpen bomen en kauwgom, waar de heer Smits over heeft

gesproken.

Op zijn opmerkingen over het verwijderen van kauwgomresten is een keurig antwoord gegeven.

Dat kan hij terugvinden op bladzijde 38 van de schriftelijke beantwoording door het college.

--

-60- 17 juni 2004

De heer SMITS (HB): In zoverre keurig, wethouder, dat u inderdaad zegt iets te doen aan het

probleem. Dat vinden wij echter niet voldoende. De manier waarop u het probleem oppakt, vinden wij

nogal minimaal.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ik vind het eigenlijk ook een beetje smerig om die

kauwgom op te pakken!

De heer SMITS (HB): Het is op.zijn minst een smerige boel en de strekking van ons verhaal is

dat het probleem van het verwijderen van de kauwgomresten ons inziens veel meer aandacht

verdient.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Dat is duidelijk.,

De fractie van Heimondse Belangen bepleit in een amendement om de herplant van bomen na

de stormschade.in Mierlo-Hout en Apostelwijk in het najaar van 2004 in plaats van het voorjaar van

2005 te laten plaatsvinden.,lk wil dit amendement ontraden. De heer Smits lijkt een discussie met mij

te willen aangaan over de vraag wat het beste seizoen is om bomen te planten. Als de heer Smits

zegt dat het beter is bomen te planten in het najaar, wil ik hem tegemoet komen en ben ik bereid de

bomen in het najaar van 2005 in plaats van het voorjaar van 2005 te laten planten.

Mevrouw SPIERINGS-VAN DEURSEN (HB): Voorzitter! Aan de bewoners is beloofd dat er nog

dit jaar herplant zou worden.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ik heb geen zin hier de discussie over te doen die wij

in de commissievergadering hebben gehouden. Destijds heb ik duidelijke afspraken met de bewoners

gemaakt. Ik wijs erop dat wij met het oog daarop een krediet beschikbaar willen s tellen voor de

Apostelwijk en Mierlo-Hout. Ik denk dan ook dat wij heel netjes handelen en weet niet van, een

afspraak dat de herplant per se in 2004 zou moeten plaatsvinden.

De heer FRANSEN (VVD): Voorzitter! Is het om puur financiële redenen dat de herplant pas in

het voorjaar van 2005 kan gebeuren? Of zijn er technische redenen waarom de herplant niet al dit jaar

kan plaatsvinden, bijvoorbeeld omdat de capaciteit er niet is of omdat nog niet bekend is wat voor

bomen daar moeten komen? Als het een puur financieel verhaal is, zouden w'@ er als raad wellicht

geen probleem mee hebben uit te spreken dat wij ermee akkoord gaan dat de herplant naar voren

wordt gehaald.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Het is een combinatie van zaken waardoor wij het

niet redden eerder dan in het voorjaar van 2005 over te gaan tot herplant. Als de fractie van

Heimondse Belangen per se wil dat er in het najaar geplant wordt, heb ik daar geen moeite mee.

De heer KLAUS (SP): Voorzitter!- Nu wil ik de discussie toch nog even opnieuw voeren. Ik vind

alles best, maar als er.straks bomen worden..neergezet,en,.de-.h, elft- gaat, kapot, dan kom ik nog bij de

wethouder terug! De wethouder zou namelijk uitzoeken wat,het beste plantseizoen was.,

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Ik ben het met de heer Klaus eens, voorzitter!

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Ik wil,hier geen misverstand over laten bestaan. De

kwaliteit van hetgeen er, straks neergezet, wordt, moet van,. een."goed- niveau zijn. Dat is in de

klankbord@roep toegezegd. He t@ kan .,niet.,zo. zijn"dat daar manier, in een verkeerd

seizoen of op welke wijze danook verkeerd"geplant wordt.,.,ik heb vertrouwen 1in de plannen die,óp dit

moment gemaakt worden en straks uitgevoerd worden. Ik heb al toegezegd een en ander nog ee ns

uitdrukkelijk te laten nazoeken.

De SP-fractie heeft vragen gesteld over de vervuiling door stikstofoxide. Ik kan melden dat er

binnenkort een luchtkwaliteitspan geagendeerd wordt ter bespreking in een vergadering van de

commissie RF. Bovendien kan ik melden dat er inmiddels een plan van aanpak aan de provincie is

gestuurd. ]n dit plan van aanpak staat heel uitdrukkelijk dat wij in 2010 de normen niet overschrijden

en dat er geen maatregelen genomen hoeven te worden. Hiermee ben ik wat vooruitgelopen op de

behandeling binnen de commissie RF.

Het ministerie stelt dit jaar in het kader van een, pilot-project inderdaad extra geld beschikbaar

voor het schoolzwemmen. Toch zijn wij voornemens het schoolzwemmen met ingang van 2007 te

-61- 17 juni 2004

korten. De heer Klaus stelt het schoolzwemmen gelijk met een natte gymies. Met alle respect, maar

het schoolzwemmen is niet bedoeld als een natte gymies.

De heer KLAUS (SP): De mening daarover was in het verleden wel heel anders!

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Dat kan best zijn. In eik geval is mijn mening ook

anders. Als scholen grap een natte gymies willen, hebben zij daar op eigen terrein alle kans voor! In

mijn visie is schoöizwé@himen het noodzakelijk bijbrengen van een aantal vaardigheden om te

voorkomen dat kinderen verdrinken als zij te water raken.

De heer KLAUS,.."(SP): En waarvoor zijn volgens de heer Van den Heuvel de gewone

gymnastiekiessen voor bedoeld?

De heer VAN DEN, HEUVEL (wethouder): Ik wil best met de heer Klaus een discussie voeren

over gymnastiek, maar ik weet niet of de voorzitter dat wil!

De VOORZITTER@:" Nee, dat wil ik niet. Ik herhaal nog maar eens dat ik vind dat wij het hier

moeten hebben over de voorjaarsnota.

De heer NAOUM""(FMN): Voorzitter! Ik heb een heel dringend verzoek aan de wethouder. De

afgelopen week zijn in Heimond-Noord twee kinderen in de Aa gevallen. Zij waren bijna verdronken.

Voorheen was de Aa afgedekt, zodat de kinderen daar zonder gevaar konden spelen. De gemeente

heeft al anderhalf of twee jaar geleden de overdekking eraf gehaald. Ik zou graag zien dat deze zo

spoedig mogelijk hersteld wordt.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Als daar inderdaad een gevaarlijke situatie is, moeten

wij even de zaken kortsluiten, zodat wij adequaat maatregelen kunnen nemen.

De heer NAOUM (HSP): Voorzitter! Ik wil graag een gesprek met de wethouder, zodat wij

samen kunnen bekijken hoe de situatie bij de Aa opgelost kan worden.

De VOORZITTER: Er zal straks een afspraak met u gemaakt worden, mijnheer Naoum.

De heer VAN DEN - HEUVEL (wethouder): Voorzitter! Ter afronding van het onderwerp

schoolzwemmen het volgende. Er is een werkgroep schoolzwemmen. Deze werkgroep zal samen met

de gemeente zoeken naar manieren om de bezuiniging vanaf 2007 in te vullen. Te zijner tijd zal de

werkgroep daarover rapporteren aan onderwijsveld en gemeente. Uiteraard zal ik de commissie

daarover informeren.

De heer DEN BREEJEN (PvdA): Voorzitter! Wij hebben al eens eerder aangegeven dat wij ten

aanzien van het schoolzwemmen dezelfde problemen hebben als die welke de heer Klaus verwoord

heeft. Wij ondersteunen@@lde geleverde kritiek en vinden dat er veel te makkelijk een einde aan het

schoolzwemmen gedraaid wordt, terwijl het schoolzwemmen in het verleden als zeer belangrijk

ervaren werd.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Nog geen van de raadsleden heeft kennis kunnen

nemen van de wijze waarop in de toekomst het schoolzwemmen toch nog mogelijk zou zijn. Daar

wordt namelijk, samen met het onderwijsveld, over nagedacht. Volgens mij worden er heel creatieve

oplossingen bedacht, maar loopt de raad, gehoord de conclusies die getrokken worden, vooruit op de

situatie.

De VOORZITTER: Ik neem aan dat het onderwerp terugkomt in commissieverband.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij hebben om extra aandacht voor de bestaande wijken

gevraagd. Daarbij hebben wij ook wethouder Van den Heuvel, net als wethouder Houthooft-Stockx,

een handreiking gedaan. Zij zei dat zij ons geld niet nodig had en dat zij het zonder dat wel zou

regelen. De knelpunten in de bestaande wijken worden volgens onze informatie niet voldoende

opgelost, met als argument dat daar geen geld voor is.

-62- 17 juni 2004

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Wij hebben het over de knelpuntenpot, en dat is iets

anders. Er is sprake van onderuitputting uit de knelpuntenpot. Vandaar dat wij voorstellen de

knelpuntenpot aan te spreken voor het genoemde bedrag. Dat is iets anders dan wat de heer Yeyden

bedoelt.

De heer YEYDEN (PvdA): Ik heb het over het onderhoud in de bestaande wijken.

De heer VAN DF-N HEUVEL. (wethoude r): Ja,- maar.dat is een ander programma.

De heer YEYDEN (PvdA): Ik snap dat niet. Wij reiken iets aan en normaal gesproken zou de

wethouder daarop moeten reageren...

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Ik begrijp de hele discussie niet meer, mijnheer de

voorzitter! Ik begrijp niet waarom de heer Yeyden hierover doorgaat.

De heer YEYDEN (PvdA): Ik mag toch op een onderwerp terugkomen, als de vraag niet is

beantwoord?

De VOORZITTER: De heer Yeyden heeft in tweede, termijn aangegeven dat hij drie keer een

bedrag van E 1 00.000,--.wil reserveren . voor het oplossen -van., knelpunten in de buurten. Dit punt is

door wethouder Tielemans behandeld. De wethouder heeft aangegeven dat het college een andere

opvatting heeft over het vrijkomen van de E 2,5 miljoen die nodig zou zijn voor het verplaatsen van de

City-Sporthal. Tegen deze achtergrond is het niet relevant om nu nog aan een andere wethouder te

vragen of hij misschien toch drie keer E 100.000,-- zou willen kunnen besteden. Wij gaan de hele

discussie niet nog eens overdoen.

De heer VAN DEN HEUVEL (wethouder): Want dat geld krijg ik toch niet!

De VOORZITTER: Het is dus alleen nog maar een academische discussie.

De heer YEYDEN (PvdA): Dat is eigenlijk wel goed, want dan liggen wij mooi op niveau.

De VOORZITTER: Dat zou ik niet durven stellen!

De heer YEYDEN (PvdA): Maar de problemen moeten wel opgelost worden.

De VOORZITTER: Ik stel voor dat wij de wethouder danken voor zijn antwoord en...

De heer HENRAAT (SDHOH): Voorzitter! Ik heb nog een vraag voor de wethouder, want

mogelijk is er sprake"van. een, misverstand.@.De,-wethouder, begon met een mooie slogan: Leer meer

met minder! Ik dacht in eerste'instantie dat deze woorden aan de raad gericht waren!

De VOORZITTER: Ik denk dat de.heer Henraat de enige.is die -het begrepen heeft!

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT (HSP): Pardon, voorzitter?!

De VOORZITTER: O" niet dus!, Daar. heeft de.raad-,dan,@vijfentwintig minuten, de spreektijd van

de wethouder, voor nodig gehad.

Dames en heren!, Wij, zijn.aan . het ..eind gekomen van. de behandeling van de voorjaarsnota in

tweede instantie. Ik vind het verschrikkelijk te moeten.,constateren dat het college 2 uur en drie

kwartier nodig heeft gehad @-voor,de..beantwoording in.:tweede -termijn. Dat is wel inclusief de

interrupties. Het is niet anders.

De algemene beschouwingen worden gesloten.

De VOORZITTER: Dames en heren! Wij gaan nu over tot besluitvorming. Wij starten met de

twee moties en daarna handelen wij de zes amendementen af. Daarna neemt de raad een besluit

over de Voorjaarsnota 2004. Het concept staat op bladzijde 52 van de nota. Ten slotte spreken wij

over de motie van VVD-fractie van de gemeente Bloemendaal met betrekking tot het niet-afschaffen

van het gebruikersdeel van de onroerendezaakbelasting. De raad van Bloemendaal heeft deze motie

-63- 17 juni 2004

aangenomen en de commissie MO&E heeft geadviseerd deze motie te betrekken bij de Voorjaarsnota

2004.

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Wij zouden graag weten welke moties en amendementen er

gehandhaafd worden. Zo nodig willen wij om een schorsing voor fractieberaad vragen.

De VOORZITTER: Ik stond juist op het punt aan de indieners van de moties en amendementen

te vragen welke er worde-n ingetrokken dan wel gehandhaafd.

Er zijn twee moties ingediend met betrekking tot REDE. Wensen de indieners hun moties te

handhaven?

De heer YEYDEN (PvdA): Wij handhaven de door ons ingediende motie 1, voorzitter.

De heer FERWERDA (GL/D66): Voorzitter! Of ik mijn motie met betrekking tot REDE (motie 2)

wel of niet handhaaf, hangt af van het antwoord van de wethouder op het volgende Verhaaltje. Ik wil

namelijk zeker weten of ik alles goed heb begrepen.

Ik begrijp dat het college met een bepaalde insteek de gesprekken met de diverse partners

ingaat. Ik begrijp dat de komende maanden voor deze gesprekken gebruikt worden en dat het college

terugrapporteert naar de;raad over de uitkomst van deze gesprekken en dat alsnog, naar aanleiding

van deze uitkomst, de raad een oordeel geeft of het wel of niet verstandig is uit REDE te stappen. Als

dat de essentie van het verhaal van de wethouder is, kan ik mijn motie intrekken.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Ik heb een aanvullende opmerking aan het

adres van de heer Ferwerda. Die kan ik helder en kort formuleren als de vraag die er ten aanzien van

REDE voorligt. De vraag of wij wel of niet uit REDE stappen is niet de vraag die voorligt; de vraag die

voorligt is, of wij niet anders kunnen omgaan met de aandelen.

De heer FERWERDA (GL/D66): Ja, akkoord. Waar het mij om gaat, is de terugrapportage. Stel

dat er opstand uitbreekt onder de partners, dan wil ik dat wij als raad de mogelijkheid hebben om

tegen het college te zeggen dat het een onverstandige zet wil doen en dat het die zet niet moet doen.

De VOORZITTER: De raad heeft de ruimte dit te doen. Wethouder Houthooft-Stockx heeft dat

steeds gezegd. Maar wij gaan wel met een bepaalde lijn in het achterhoofd praten met REDE en met

de partners. De uitkomst van deze gesprekken komt terug bij de raad.

Mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (wethouder): De gesprekken hebben als uitgangspunt één

aandeelhouder in de NV REDE.

De heer FERWERIDA (GL/D66): Ja. Het college gaat dus op weg met een voorgenomen besluit,

het komt nog terug naar de raad met een rapportage en de raad kan dan zijn finale oordeel geven.

De VOORZITTER: Ja.

De heer FERWERDA (GL/D66): Als het zo gaat, is dat prima. Dat is nu ook genotuleerd. Ik trek

mijn motie in.

De heer VAN H@E-UGTEN (wethouder): Voorzitter! Ik zou graag iets toevoegen aan de

opmerkingen van de heer Ferwerda. Hij versprak zich namelijk en de heer Praasterink corrigeerde

hem terecht. Het is met"name REDE zelf die het beeld oproept dat Helmond uit wil stappen. Ik vind

dat ontzettend jammer eh het college heeft daar veel last van. Het beeld dat REDE neerzet, is geen.

terechte weergave van het zorgvuldig voorbereide besluit van het college.

De VOORZITTER: Dames en heren! ]k ga door naar de amendementen.

Allereerst amendement 1 met betrekking tot het Theo Driessen Instituut. De toezegging van het

college lijkt mij voldoende voor de heer Roefs om zijn amendement in te trekken.

De heer ROEFS (CDA): Akkoord, voorzitter.

De VOORZITTER: Amendement 2 van de fractie van HB betreft de herplant vanwege de

stormschade in juni 2003.

-64- 17 juni 2004

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Ik vond het antwoord van de wethouder niet zo sterk. Wij

handhaven ons amendement.

De VOORZITTER: Handhaaft de PvdA-fractie haar amendementen 3 (alleenstaande vrouwen

in de bijstand), 4 (professionele ondersteuning.woonwagenwerk) en 5 (buitenlands vrouwencentrum)?

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij handhaven,onze. amendementen.

De VOORZITTER: Amendement 6 betreft een drietal ontwikkelingssamenwerkingsprojecten.

De heer FERWERDA (GUD66): Voorzitter! Ik begrijp dat er in 2005 nog subsidie wordt

verstrekt en dat tevens in 2005 gesprekken worden aangegaan met de betrokken organisaties over

hoe verder te gaan.

De VOORZITTER: Deze gesprekken gaan wij dit jaar nog aan.

De heer FERWERDA (GUD66): Uitstekend. Gehoord de,toezeggingen van het college, kunnen

wij ons amendement intrekken.

De VOORZITTER: Dames en heren! Ik concludeer dat ingetrokken zijn motie 2 en de

amendementen 1 en 6. De raad zal dus nog een beslissing moeten nemen over motie 1 en de

amendementen 3, 4 en 5.

De vergadering wordt geschorst voor fractieberaad.

Na heropening der vergadering geeft de VOORZITTER gelegenheid tot het afleggen van

stemverklaringen.

De heer ROEFS (CDA): Voorzitter! Wij kunnen instemmen met de opvatting van het college

inzake de NV REDE en gaan akkoord met het voorgestelde tijdpad en de uitspraken van de voorzitter.

Wij zullen dan ook tegen motie 1 stemmen.

Met de amendementen 3, 4 en 5 kunnen wij niet akkoord gaan. Wij hebben gekozen voor

generiek beleid in plaats van doeigroepenbeleid. Dat is een beleidsmatige keuze en ik ben van

mening dat wij deze keuze moeten blijven volgen.

De heer YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wat er is gezegd over de participatie in REDE is voor ons

niet toereikend. In onze motie over REDE gaat het om de economische samenwerking en

werkgelegenheid, werkgelegenheid die gecreëerd,.wordt buiten Heimond. Daar maken Heimonders

ook gebruik van. Ik snap niet dat de samenwerking opeens wordt opgezegd, met als argument dat de

gemeente Heimond invloed wil kunnen hebben op het beleid.

Amendement 2 zullen wij ondersteunen.

Wij hebben onze amendementen, 3 tot en met 5 gehandhaafd. Wij vinden deze amendementen

heel belangrijk voor het sociale gezicht van Helmond en wij vinden ook dat wij echt niet te veel vragen.

Wij zijn absoluut niet overtuigd door de beantwoording door het college. Dat geldt overigens voor de

hele behandeling van de voorjaarsnota. Het college heeft beleidskeuzes gemaakt die niet de onze

zijn.

De heer PRAASTERINK (SDHOH): Voorzitter! Wij hebben geen behoefte aan motie 1.

Amendement 2 over de herplant van -bomen vind,ik wat,flauw, want het onderwerp is destijds

uitvoerig in de commissie aan de orde geweest. De. heer Klaus van de SP-fractie heeft daar toen

vragen over gesteld en de wethouder heeft daar keurig op geantwoord in die zin, dat hij de zaak zou

onderzoeken. De bevindingen omtrent de beste herplantmogelijkheden zouden buiten de commissie

om gegeven worden. Het is dan een beetje pronken met andermans veren als je daarover vervolgens

als andere partij een motie indient.

Wij hebben geen behoefte aan de PvdA-amendementen op grond van onze opvattingen over

het doeigroepenbeleid. Wij zijn daar geen voorstander van.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Wij hebben voldoende aan de antwoorden van het college met

betrekking tot motie 1 en 2 en aan wat de heer Ferwerda daaraan heeft toegevoegd.

-65- 17 juni 2004

Op de opmerking van de heer Praasterink over pronken met andermans veren ga ik hier niet in.

Amendement 3 met betrekking tot alleenstaande vrouwen in de bijstand vinden wij heel

sympathiek. Wel missen wij de dekking daarvoor. Onze fractie is echter geen voorstander van

doeigroepenbeleid, omdat wij het liefst willen komen tot integratie. Wij zullen amendement 3 dus niet

steunen.

Amendement 4 ligt in de lijn van het verhaal dat wij in eerste en- tweede termijn hebben

gehouden. Eigenlijk vinden wij dat de SWH zou moeten beoordelen en bepalen op welke zaken er

bezuinigd moet worden-@ in het kader van haar eigen bezuinigingsopdracht, maar wij willen het

amendement best steunen.

Amendement 5 neigt in dezelfde richting, maar betreft het doeigroepenbeleid waarvan mijn

fractie geen voorstander is. Wij zijn tegen amendement 5.

Mevrouw MEINARDI (GL/D66): Voorzitter! Amendement 3 zullen wij niet steunen, omdat wij

denken dat de vrouwen heel goed in @staat zullen zijn hun krachten te bundelen en samen kunnen

werken met het vrouwencentrum en ook gebruik zouden kunnen maken van de accommodatie van

het vrouwencentrum.

Amendement 5 zullen wij niet steunen omdat het niet past in het beleid dat wij hebben

aangenomen.

De heer DAMS (VVD): Voorzitter! Na onze mondelinge inbreng met betrekking tot het

onderwerp van motie 1, zal duidelijk zijn dat hetgeen in de motie gevraagd wordt, haaks staat op onze

visie. Wij zullen dus tegenstemmen.

Wij hebben kennis genomen van het standpunt van de wethouder inzake hetgeen gevraagd

wordt in amendement 2. Herplant in het najaar van 2004 is technisch onmogelijk. Wij hebben geen

reden om daaraan te twijfelen en zullen tegen het amendement stemmen.

De amendementen 3, 4 en 5 gaan uit van doeigroepenbeleid, een beleid waar wij niet achter

staan. Wij kunnen ons ook niet vinden in de dekking. Wij zullen tegen deze amendementen stemmen.

Mevrouw DE VOOGD-VAN DORTMONT (HSP): Voorzitter! Ik zal niet voor motie 1 stemmen.

Ik zal evenmin stemmen voor amendement 2, ingediend door de fractie van Heimondse

Belangen. De uitleg van de wethouder was voor mij meer dan voldoende.

Dan de amendementen 3, 4 en 5, die zijn ingediend door de PvdA-fractie. Ik dacht dat wij

hadden afgesproken ons zoveel mogelijk te houden aan onze keuze met betrekking tot het

doeigroepenbeleid.; Ik zal dus tegen deze amendementen stemmen.

Motie 1, ingediend door de fractie van de PvdA, inzake de NV REDE.

Deze motie wordt bij handopsteken verworpen, waarbij de voorzitter constateert dat de

aanwezige leden van de@pvda-fractie hebben voorgestemd.

Amendement 2, ingediend door de fractie van Heimondse Belangen, inzake uitvoering herplant

najaar 2004 na stormschade.

Dit amendement wordt bij handopsteken verworpen, waarbij de voorzitter constateert dat de

aanwezige leden van:de fracties van HB, PvdA, SP en Naoum hebben voorgestemd.

Amendement 3, ingediend door de fractie van de PvdA, inzake handhaving subsidie doelgroep

vrouwen in de bijstand 2005.

Dit amendement wordt met 30 tegen 5 stemmen verworpen.

Tegen stemmen de leden: Spruijt, Klaus, Verbakel, Mokadim, Sauvé, mevrouw Mattheij-van

Woensel, Fransen, Dams, Ferwerda, mevrouw Meinardi, Klerkx, Naoum, Van der Burgt, Ristenpatt,

Streeder, mevrouw De Leeuw-Jongejans, Roefs, Van Wetering, Van de Ven, Van Dijk, Wijnen,

Praasterink, Kuypers, Henraat, mevrouw De Voogd-van Dortmont, Spierings, mevrouw Spierings-van

Deursen, Vereijken, Smits en Van Kilsdonk.

Voor stemmen de leden: Tijani, Den Breejen, Yeyden, mevrouw Witteveen-van den Berg en

Boetzkes.

-66- 17 juni 2004

Amendement 4, ingediend door de fractie van de PvdA, inzake subsidie professionele

ondersteuning woonwagenwerk.

Dit amendement wordt bij handopsteken verworpen, waarbij de voorzitter constateert dat de

aanwezige leden van de fracties van PvdA en HB hebben voorgestemd.

Amendement 5, ingediend door de fractie van de PvdA, inzake subsidie professionele

ondersteuning buitenlands vrouwencentrum.

Dit amendement wordt bij handopsteken verworpen, -waarbij de voorzitter constateert dat de

aanwezige leden van de fracties@van PvdA en Naoum -hebben voorgestemd.

Voorjaarsnota 2004.

De VOORZITTER geeft-aeleaenheid@ tot, het af,leggen.,van stemverklaringen.

De heer SMITS (HB): Voorzitter! Ondanks de tamelijk solide financiële positie die in de

Voorjaarsnota 2004 door het college wordt gepresenteerd, willen wij als fractie Heimondse Belangen

toch enige terughoudendheid in acht nemen. Wij hebben de positieve maar ook de negatieve zaken op.

een rijtje gezet. Met de basisuitgangspunten van de Voorjaarsnota 2004 kunnen wij ons best verenigen,

maar wij willen daarbij direct opmerken dat diverse politieke keuzes niet de onze zijn.

Binnen onze fractie slaat de balans door naar de negatieve elementen in de Voorjaarsnota

2004. Instemmen met de Voorjaarsnota 2004 is voor onze fractie niet aan de orde. Toch willen wij u

succes toewensen met de voorbereiding van de begroting 2005.

De heer YEYDEN (PvdA), Voorzitter! Het is een hele rit geweest vanaf vijf uur vanmiddag. Toch

wil ik graag nog een korte stemverklaring afleggen.

Wederom is gebleken dat de keuzes van het college de onze niet zijn. Er zijn wat heftige

discussies over geweest, maar dat moet ook als het gaat om belangrijke zaken. Wel vind ik dat wij in

deze raadsvergadering een stap terug hebben gezet in de ontwikkeling van het dualisme. Wij hebben

namelijk de stellige indruk dat de kaarten al geschud waren. Nogmaals: het college maakt heel andere

beleidskeuzes dan de PvdA-fractie doet. Daarom kunnen wij de voorjaarsnota niet ondersteunen.

Hierna wordt het voorstel inzake de Voorjaarsnota 2004 bij handopsteken aangenomen, waarbij

de voorzitter constateert dat de aanwezige leden van de fracties van CDA, VVD, SDHOH, GrL/D66,

HSP en Klerkx (21 leden) en de aanwezige leden van de fracties van PvdA, HB, SP en Naoum (14

leden) hebben tegengestemd.

Motie gemeenteraad Bloemendaal.

De VOORZITTER: Dames en heren! Tot slot stel ik aan de orde het voorstel van de heer Smits

om de door de raad van de gemeente Bloemendaal breed ondersteunde motie inzake de

onroerendezaakbelasting te ondersteunen. De overwegingen en het besluit van deze motie luiden als

volgt:

"Overwegende, dat:

1. Het kabinet voornemens,is het.gebruikersdeel van de OZB af te schaffen,

2. Dit voornemen moet worden beschouwd als een directe aantasting van de

gemeentelijke autonomie.

3. Deze beweging haaks staat op recente besluiten in Denemarken en Duitsland om het

lokale belastinggebied uit te breiden, evenals op het door Nederland geratificeerde

Europees Handvest voor de lokale autonomie.

4. De afschaffing van het gebruikersdeel een verkapte bezuiniging is.

Besluit:

De bezwaren van de gemeente Bloemendaal kenbaar te maken aan de VNG en aan de leden

van de Tweede Kamer."

De heer KLAUS (SP): Voorzitter! Wij hebben andere argumenten dan die welke in de motie

genoemd worden, maar wij zijn het er wel mee eens.

-67- 17 juni 2004

De VOORZITTER: Ik constateer dat ook de andere fracties voor de motie zijn en dat de raad

unaniem is. De tekst behoeft overigens nog enige aanpassing, nu het een besluit van de raad van

Heimond wordt.

Zonder stemming wordt, met inachtneming van de opmerking van de voorzitter, overeenkomstig

de overwegingen en het besluit van de motie besloten.

De VOORZITTER: Dames en heren! Ik dank u voor uw bijdragen aan het debat van vanavond.

Ter afsluiting zullen wij elkaar, voor zover men dat wenst, ontmoeten in "het Parlement".

Hierna sluit de V ORZITTER, te 22.27 uur, de vergadering.

Aldus vastgestel in zijn openbare vergadering van 7 september 2004.

De ra

De vo

De ri

Uw Reactie
Uw Reactie