- Bestuur
- Vragen van Raadsleden RV 226 HH Asbest verpulverd tijdens het vermalen van bomen bij de Dierdonkse Heide
Vragen van Raadsleden RV 226 HH Asbest verpulverd tijdens het vermalen van bomen bij de Dierdonkse Heide
Documentdatum | 14-02-2006 |
---|---|
Bestuursorgaan | Gemeenteraad |
Documentsoort | Vragen van Raadsleden |
Samenvatting |
GEMEENTERAAD VAN HELMOND Vragen van gemeenteraadsleden Bijlage: Datum ingekomen brief: Datum antwoord college: 226 7 november 2005 14 februari 2006 Partij: Onderwerp: HH Asbest verpulverd tijdens het vermalen van bomen bij de Dierdonkse Heide Aan het college van burgemeester en wethouders van Helmond, Onlangs heeft Helder Helmond een tweede brief m.b.t. de Dierdonkse Heide en de illegale bomenkap via de email aan u gericht. Overigens hebben wij daar tot op heden nog geen reactie op gehad. Wij gaan ervan uit dat hier toch spoedig een reactie op komt. Echter een week na het versturen van die brief kreeg Helder Helmond te horen dat er betrokken inwoners zijn die ongerust zijn over het asbest gehalte in de grond en de afvoering daarvan. Daarnaast zijn diverse personen van mening dat tijdens het verpulveren van de illegaal gekapte bomen ook asbestplaten mee verpulvert zijn. Gelukkig is men op dit moment bezig om de grond te saneren. Daarvoor onze complimenten. Het saneringsplan is dus in werking getreden. Toch heeft Helder Helmond nog een paar aanvullende vragen over de verpulvering van deze bomen. Dit komt omdat het tijdens het verpulveren niet wind stil was. Diverse bewoners, nabij de Dierdonkse Heide, hebben tijdens en na het verpulveren van deze bomen overlast gehad van rode neerslag. Deze neerslag kon men vinden op kozijnen, kleding die hing te drogen etc etc. Nu weten wij dat de rode aanslag niets met asbest te maken hoeft te hebben. Echter geeft dit wel aan dat er wel degelijk een wind heeft gestaan die in ieder geval zichtbare deeltjes heeft kunnen verplaatsen. Verpulverd asbest is waarschijnlijk niet of moeizaam met het oog waarneembaar vandaar dat wij toch nog een paar aanvullende vragen hebben. Dit aangezien Helder Helmond er nagenoeg zeker van was dat er asbest aanwezig was tussen de gekapte bomen. De vragen die wij hebben zijn als volgt: 1. Zijn er volgens u asbestdelen mee verpulverd tijdens het verpulveren van deze bomen of bent u er zeker van dat dit niet het geval is? 2. Bent u bereid om een onderzoek te laten verrichten of er inderdaad asbest mee verpulverd is die daarna door de wind verplaatst is naar de aangrenzende woningen of het aangrenzende speelveldje? Dit om voldoende zekerheid te bieden o.b.v. onderzoeksresultaten. 3. Welke stappen kunnen bewoners nemen als nu of in de toekomst blijkt dat er wel degelijk asbest in, op of rond de aangelegen woningen terecht is gekomen waarvan deze verpulvering de oorzaak van was? 4. Is er voldoende afstand gehouden tijdens het verpulveren van die bomen (en eventueel asbest) met het aangrenzende speelveldje? Helder Helmond is van mening dat (verpulverde)asbest een vervelende stof is die wel degelijk impact kan hebben op de gezondheidstoestand van de nabije bewoners en de kinderen op het aangrenzende speelveldje. Aangezien wij een goede leefomgeving en gezondheidstoestand voor iedereen belangrijk vinden hebben wij toch besloten om vragen te stellen over deze situatie die is voorgevallen op de Dierdonkse Heide. Namens bestuur en leden Helder Helmond, Erik van Kilsdonk, raadslid voor Helder Helmond. Antwoord college van burgemeester en wethouders: Naar aanleiding van uw bovenvermelde brief, delen wij u het volgende mede. Gemeenteraad van Helmond Bijlage: 226 blz. 1 Wij hebben navraag gedaan bij de milieudienst, de projectontwikkelaar, een bewoner van de wijk die soortgelijke vragen heeft gesteld en de diverse betrokken gemeentelijke afdelingen. Dit heeft de volgende conclusies opgeleverd: . Het is mogelijk dat groenafval en asbest(gelijkend)materiaal op dezelfde plaats hebben gelegen. , Het is echter om diverse redenen niet waarschijnlijk dat gelijk met het groenafvalook asbestplaten tot stof zijn vermalen: . Het vermalen van groen is uitgevoerd door een aannemer die tevens gecertificeerd asbest- verwijderingbedrijf is. Deze aannemer zou het risico lopen haar erkenning te verliezen. . De medewerkers van de aannemer zijn bekend met de risico's van asbest. Het is onlogisch dat zij zichzelf aan asbest blootstellen. . De projectontwikkelaar zou te maken krijgen met hogere bodemsaneringskosten en heeft dus ook geen voordeel bij dit soort handelingen. . Mocht er toch asbest vrijgekomen zijn, dan is dit op de bodemterecht gekomen. De bodem op het terrein is ter plaatste sowieso al verontreinigd met asbest, dit wordt binnenkort gesaneerd. Daarom staat er momenteel ook een hek om het terrein en is de toegang voor derden verboden. Om de volgende redenen is het niet waarschijnlijk dat verwaaiing van asbest tot buiten het terrein heeft plaatsgevonden: . Het plaatmateriaal dat op het terrein is aangetroffen (bron: foto bij klacht over illegale bomenkap) bevat in het slechtste geval asbest in hechtgebonden vorm. De hoogst gemeten asbestgehaltes in de grond liggen rond de 1.000 mg/kgds. Uit praktijkmetingen is bekend dat er in het geval van een bodemverontreiniging met alleen hechtgebonden asbest in gehalten lager dan 1.000 mg/kgds, geen asbest in de lucht wordt aangetroffen boven de bepalingsondergrens (bron: ministerie van VROM). . Het asbest dat zich in de grond bevind is aardvochtig en wordt daardoor enigszins aan de grond gebonden. Bovendien is/was verharding, bebouwing en begroeiing aanwezig waardoor de blootstellingsrisico's beperkt zijn. . Uit onderzoek van de provincie Noord-Brabant blijkt dat zelfs bij grof mechanisch geweld (zeven van asbesthoudende grond) asbestvezels in gehalten boven de risicogrenzen zich hooguit enkele meters « 10 meter) verspreiden. . Het bevoegd gezag Wet bodembescherming heeft de bodemsanering op grond van een risicobeoordeling als niet urgent beoordeeld. . De VROM-inspectie heeft toegestaan de asbestverwijdering te combineren met de bodemsanering afte ronden uiterlijk15 april 2006. . Er is ook geklaagd over rood stof dat zich in de wijk heeft verspreid. Dit is waarschijnlijk gravel afkomstig van de halfverharding op de inrit van het terrein. Hoewel de stofoverlast op zich vervelend is, zijn ons geen gezondheidsrisico's bekend die samenhangen met gravel. Deze conclusies leiden tot de volgende antwoorden op uw vier concrete vragen. 1. Het is onwaarschijnlijk dat asbestmateriaal mee verpulverd is. 2. Het uitvoeren van onderzoek is niet zinvol. Zelfs in het onwaarschijnlijke geval dat asbest is vermalen, is het praktisch onmogelijk dat de gehaltes aan asbest in de omliggende woonomgeving hierdoor zijn gestegen tot boven de risiconormen. 3. De aannemer en zijn opdrachtgever kunnen dan aansprakelijk gesteld worden. Overigens is dit zeer lastig: . Ten tijde van de feitelijke handelingen zijn geen metingen uitgevoerd. Er zijn alleen getuigenverklaringen. . Als er asbest bij de woningen wordt aangetoond hoeft dit niet nog niet persé van het manegeterrein afkomstig te zijn. 4. Bij het vermalen van groenafvalontstaan geen gevaarlijke stoffen. Voor zover ons bekend bestaan er daarom geen regels ten aanzien van de afstand tot aangrenzende percelen. Wel dient de aannemer rekening te houden met de arbo-richtlijnen en geluidsnormen en moet hij de overlast voor derden voorkomen dan wel zoveel mogelijk beperken. Wij hopen u hiermede voldoende te hebben geantwoord. Burgemeester en wethouders van Helmond, De burgemeester, Drs. AAM. Jacobs. De secretaris, Mr. AC.J.M. de Kroon. Gemeenteraad van Helmond Bijlage: 226 blz. 2 |