- Bestuur
- Commissiestukken BP Helmond Noord
Commissiestukken BP Helmond Noord
Documentdatum | 17-04-2002 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Ruimtelijk Fysiek |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
GEMEENTE HELMOI CI.nr.: - @ .21 PORT 1,-CN Datum: 2 6FE B 2002 VAC PA- z Afd./Biiro KOPIE Pai-aaf D P/P (4FDe-Lis C-TEMEEN?.r:'2@'@@@l,LMOiND gul m > K) i Afd. BeF>t"iu-r3.- @l-s e, zaken Op: F) pk) DE Aan: afdoening 2- 6K5 0Ei2 VA L4U 5 s-)o-2 nw (4Ci2. &S'ZC>I@ iF:u w p Tr:_kz Q, Q-l t-i @7 K)' r--Q OU kAJ ri@, A C- C,-r 2JIJ IJ DIE @v-:T- t% @j @F-F- L D IC-- 52e;-t f=' 1'0 1\) f) vk r- Up@j HF- g E IZ.S> j) g Kj f, 0 C> 1 ki -DE 5 6tzo C- c @A P K@ D E -F P l@ -sc@4 oo L b tz L F- @j K) v vo, o o@j ze 0 m QC DE Ie- Ki 0 k DPs,@ k-o Kj C, 0 op 1) i@ K, T-U EK@ 2 6 FEB. 2002 Aan de Gemeenteraad P/a afdeling Ruimtelijke Ordening (C" t.a.v. Dhr. JF-AM van Duren Postbus 950 GEMEENTE HELMOR 5700 AZ BELMOND CI.nr.: - ly "@l. .2.0.e Datum: 27FEB9002 VAC Datum: 25 februari 200'-7 PAZ Afd./Buro KOPIE Uw kenmerk: SO/RO/IvP 24-1 etil paraaf Betreft: Bezwaar ontwerp-bestemmingsplan Helmond Noord. Geachte heer Van Duren, Vorig jaar hebben wij op de inspraakavond die georganiseerd was voor omwonenden van het klooster aan de Ruusbroeclaan onze zienswijze reeds duidelijk gemaakt, waarvan ook notitie is genomen. Ook heb ik de reacties n.a.v. inspraak Ruusbroeclaan gelezen en het daarop gegeven commentaar door de gemeente. Hierbij heb ik echter toch enkele vraagtekens, 0 Parkeerprobleeni en toenemende verkeersdrukte Het parkeerprobleem wordt naar mijn mening sterk onderschat, 1,5 parkeerplaats per woning. Volgens krmtenberichten zou het caan om duurdere appartementen. De bewoners hebben dan vaak ook een tweede auto, dus dat vangt die 1,5 parkeerplaats op. Geen probleem. Maar dan komt het bezoek en die parkeren in het weekend allemaal in onze wijk. En dat terwijl in het koopcontract van onze woningen staat dat wij zelf op de oprit moeten parkeren. Dan staan de auto's van andere mensen het hele weekend bijna in onze woonkamer, oi-ndat de voortuin maar circa twee meter diep is. Ons stukje Ruusbroeciaan begint met een verhoging en eindigt met een verhoging. Dit weerhoudt doorgaand verkeer er echter niet van eens flink gas te geven. Met de bouwplannen voorzien wij juist bi.'( ons een toenemende verkeersdrukte. Daarbij wonen er veel jonge kinderen in ons stukje Ruusbroeciaan, die niet meer fatsoenlijk buiten kunnen spelen bij toenemende verkeei-sdrukte en veel geparkeerde auto's. De odlossiniz hiervoor zi-in meer parkeerplaatsen en een parkeerverbod voor auto's die niet tot bestemming hebben nr.. 131 t/m 147 en het maken van een doodlopende straat door twee paaltjes te maken voorbii woonhuis nr. 147. 0 Gevoel bespied te worden Met een woontoren van 13 etages zullen wij ook continu het gevoel hebben bespied te worden. Men hoeft i:iatuurlijk niet te bespieden, maar het gevoel blijft en dat is niet prettig in je eigen tuin en diis ook onacceptabel. Oplossing hiervoor: enkele bouwlaqen eraf Wij hebben onze wonin" gekocht om binnen een woonwijk toch vrij te kunnen wonen. Mits z@@ rekening gehouden wordt met onze bezwaren, zullen wij belemmerd worden in ons woongenot en met mij de hele straat. Dit is voor niemand acceptabel omdat wij er al lang woonden voordat er ool@ maar sprake was van een woontoren. Ik hoop hiermee onze zienswijze duidelijk te hebben weergegeven en hoop van harte dat er naar geluisterd wordt. In afwachting op uw belicht, verblijf ik L Met vriendelijke groet, Onderstaande organisatie en personen hebben exact dezelfde zienswijze ingediend: Fam R.M.L.Sterken Ruusbroeciaan 133 5702 AW Heimond Dhr/Mevr. Lammers Ruusbroeciaan 145 5702 AW Heimond Dhr/Mevr. V. Beek Ruusbroeciaan 143 5702 AW Heimond Fam. Malfliet Ruusbroeciaan 135 5702 AW Heimond F.A.A.G.M. van Eijk Ruusbroeciaan 147 5702 AW Heimond Erica Vogels-Berkers Ruusbroeciaan 139 5702 AW Heimond Bianca Wosyka-Berkers Ruusbroeciaan 137 5702 AW Heimond GEMEENTE HELMC CI.nr.: PORT HAANS-BEIJSENS Datum: 2 GFE B 2002 -VAC ADVOCATEN EN NOTARISSEN PAZ Afd./Buro KOPIE Paraaf AANTEKENEN MET HANDTEKENING RETOUR Mr. T. Peters Aan de Gemeenteraad advocaat der gemeente Heimond T 0164 211 311 Pla afdeling Ruimtelijke Ordening Postbus 950 F 0164 256 228 5700 AZ HELMOND E tpeters@haansbeijsens.ni Bergen op Zoom, 25 februari 2002 Inzake: Ontwerpbestemmingsplan Heimond Noord Onze ref. P/su Uw ref. Geachte Raad, Tot mij heeft zich wederom gewend de Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink, gevestigd te Heimond inzake het navolgende. De Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink, hierna te noemen de belanghebbende, heeft kennis genomen van het ontwerp van het bestemmingsplan Heimond Noord (Him 31) en de bijbehorende inspraaknota naar aanleiding waarvan zij U hierdoor tijdig haar zienswijze doet toekomen. De belanghebbende kan zich niet verenigen met de bepalingen opgenomen in het ontwerp van het bestemmingsplan Heimond Noord met betrekking tot het winkelcentrum "De Bus" voor zover hierna haar zienswijze wordt beschreven. De belangen van belanghebbende zijn rechtstreeks betrokken bij voornoemd bestemmingsplan. De belanghebbende is immers eigenaresse van het pand gelegen in het winkelcentrum De Bus te Heimond, aan Nieuwveld nr. 49, thans zijnde 3 afzonderlijke eenheden. De belanghebbende dient derhalve te worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 jo artikel 3:13 van de Algemene Wet Bestuursrecht. Namens belanghebbende is, als lid van de Coöperatieve Vereniging van Eigenaren in het Winkelcentrum De Bus U.A., op 19 december 2000 een inspraakreactie ingediend naar aanleiding van het voorontwerp van het bestemmingsplan Hetmond Noord. De belanghebbende verzoekt haar stellingen en bezwaren als verwoord in voornoemde inspraakreactie hier als letterlijk herhaald en ingevoegd te beschouwen. BERGEN OP ZOOM - MIDDELBURG - ROOSENDAAL Stationsstraat 19 @ Postbus 101 - 4600 AC Bergen op Zoom , T 0164 211 311 - F 0164 256 228 HAANS-BEIJSENS 2 - De belanghebbende persisteert bij de in voornoemde inspraakreactie genoemde stellingen en bezwaren, voorzover aan die bezwaren in het ontwerpbestemmingsplan en de bijbehorende inspraaknota niet wordt tegemoet gekomen en voorzover hierna niet anders of meer wordt vermeld. 1. DE BESTEMMING 1.1 Op grond van voornoemd bestemmingsplan worden de voorzieningen in het winkelcentrum 'De Bus' bestemd tot "wijkvoorzieningen'. Op de bij voornoemd bestemmingsplan behorende plankaart no. 000285 is door middel van de inkleuring eveneens aangegeven dat de voorzieningen in het winkelcentrum 'De Bus' worden bestemd tot "wijkvoorzieningen'. De belanghebbende heeft in haar inspraakreactie d.d. 19 december 2000 uitdrukkelijk bezwaar gemaakt tegen de bestemming van de voorzieningen in het winkelcentrum "De Bus" tot "wijkvoorzieningen". De belanghebbende heeft daarmee tot uitdrukking willen brengen dat de eenheden binnen het winkelcentrum "De Bus" dienen te worden bestemd tot detailhandel, dienstverlening en horeca I met dien verstande dat binnen elke eenheid de mogelijkheid bestaat voor vestiging van detailhandel, dienstverlening en horeca I. De belanghebbende gaat er van uit dat de opstellers van het bestemmingsplan in hun commentaar op deze inspraakreactie als weergegeven in de inspraaknota dezelfde mening zijn toegedaan, hetgeen betekent dat met de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorzieningen", binnen de bestemming wijkvoorziening en zodoende ook binnen alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentrum, de functies detailhandel, dienstverlening en horeca I uitgebreid met de functie maatschappelijke voorzieningen zijn toegestaan. In dat geval kan de belanghebbende instemmen met de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorzieningen" al blijft zij van mening dat de bestemming 'winkelcentrum' meer recht doet aan de daadwerkelijke functie. Voorzover de opstellers van het ontwerpbestemmingsplan een andere mening zijn toegedaan dan hiervoor weergegeven, persisteert de belanghebbende bij haar bezwaar tegen de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorzieningen". Overigens is de belanghebbende van mening dat de functie maatschappelijke doeleinden kan leiden tot ongewenste situaties. Immers is denkbaar dat zodoende binnen het winkelcentrum voorzieningen met de functie maatschappelijke doeleinden worden gesitueerd welke zich mogelijk niet verenigen met de overige functies binnen het winkelcentrum. 2. DE VOORZIENINGENSTRUCTUUR 2.1 Onder het hoofdstuk voorzieningenstructuur op pagina 24 van de toelichting wordt vermeld dat in het winkelcentrum "De Bus" 3500 m2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is, waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met name supermarkt). HAANS-BEIJSENS 3 De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling dat 3500 m2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is. 2.2 Afgezien van het feit dat de belanghebbende van mening is dat de vaststelling van het verkoopvloeroppervlak op 3500 m2 onjuist is en de opstellers van het bestemmingsplan uitgaan van een ruwe schatting die bovendien niet is onderbouwd, maakt de belanghebbenden bezwaar tegen de vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak. De grootte van het verkoopvloeroppervlak is aan wisselingen onderhevig en dient aan wisselingen onderhevig te zijn. Winkeliers dienen hun verkoopvloeroppervlak constant aan te passen teneinde de verkoopruimte een aantrekkelijk aanzien te geven. Al naar gelang bijvoorbeeld de grootte van de voorraad en ontwikkelingen binnen de branche dienen winkeliers de mogelijkheid te hebben hun verkoopvloeroppervlak binnen de hun gegeven mogelijkheden aan te passen. 2.3 De zinsnede op pagina 24 van de toelichting impliceert dat het verkoopvloeroppervlak is vastgesteld op 3500 m2 waarvan niet kan worden afgeweken. Indien de zinsnede een vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak impliceert worden daardoor voor de belanghebbende, dan wel haar huurders, de mogelijkheden voor een behoorlijke uitoefening van hun activiteiten onredelijk ingeperkt. 2.4 De belanghebbende is van mening dat een vaststelling van het verkoopvloeroppervlak onredelijk is en bovendien geen enkele toegevoegde waarde geeft aan de (uitvoering van het) bestemmingsplan en derhalve overbodig. Het verkoopvloeroppervlak wordt in het bestemmingsplan immers niet als criterium, voorwaarde dan wel anderszins gehanteerd. 2.5 In het commentaar op voornoemde inspraakreactie als weergegeven in de bij het ontwerpbestemmingsplan behorende inspraaknota wordt vermeld dat het huidige detailhandelsbeleid van de gemeente Heimond uitgaat van consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra. De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt welk uitgangspunt ook niet in overeenstemming is met eerdere uitlatingen namens de gemeente Heimond gedaan. Bovendien staat een consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra haaks op de gehanteerde norm in het vigerende bestemmingsplan van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner. Deze norm impliceert immers dat het aantal vierkante meters dient te groeien evenredig met een eventuele groei van het aantal inwoners. 2.6 De belanghebbende verwijst naar een publicatie van 14 maart 1990 in het Nieuwsblad voor Heimond met als titel "Er was letterlijk werk aan de winkel(s)!". In deze publicatie wordt door (toenmalig) wethouder Jonkers onder andere het navolgende gesteld: "Van 1990 tot het jaar 2000 zal ten oosten van Heimond Noord een nieuwe wijk gestalte krijgen: 'Dierdonk'. Omdat Heimond Noord twee HAANS-BEIJSENS - 4 - winkelcentra kent, waarvan 'De Bus'er één is, is er met die nieuwe uitbreiding van 2000 woningen voldoende groeicapaciteit voor deze centra aanwezig." De belanghebbende sluit zich aan bij deze woorden van de wethouder waaruit in eik geval moet worden afgeleid dat de inmiddels gerealiseerde wijk Dierdonk tot het verzorgingsgebied behoort van onder andere winkelcentrum De Bus zodat met verwijzing naar de norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner ruimte gecreëerd moet worden tot uitbreiding van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak. De belanghebbende verwijst tevens naar de nota "Wijkcentra in de Heimondse wijken', zoals door de gemeenteraad vastgesteld op 2 februari 1993. De nota betreft een uitwerking van het vastgestelde Algemeen Structuurplan Heimond '91 en wil het beleidskader bieden voor de kwaliteitsverbetering en de ontwikkeling van bestaande en nieuwe winkelcentra buiten het stedelijk hoofdwinkelcentrum. Voornoemde nota vermeldt op pagina 7: "Wat betreft de nieuwe wijk Dierdonk wordt -passend in het wijkkarakter- gedacht aan een relatief kleine kwalitatief goede voorziening ten behoeve van dagelijkse boodschappen. In het Masterplan Dierdonk is maximaal 1.200 m2 planologisch gereserveerd. De realisatie is afhankelijk van aangetoond draagvlak. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de positie en de nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Heimond- Noord en Heimond-Oost. (onderlijning TP) Voorts wordt op pagina 21 van de nota gesteld: 'Nieuwe aanvullende nieuwbouw zowel in Heimond-Noord als in Dierdonk zal een positieve uitstraling hebben op "De Bus" en de Vondellaan. Bij de invulling van Dierdonk wordt rekening gehouden met de functionele positie van deze bestaande centra." Bovendien wordt in relatie met de wijk Dierdonk op pagina 22 van de nota geconcludeerd: "Er dient rekening te worden gehouden met de positie en de nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Heimond-Noord en Heimond- Oost." Voornoemde passages uit de nota geven eveneens aan dat de wijk Dierdonk gerekend dient te worden tot het verzorgingsgebied van onder andere winkelcentrum De Bus. 2.7 In de inspraaknota behorende bij het ontwerpbestemmingsplan is overigens ten onrechte geheel niet ingegaan op de inspraakreactie van de belanghebbende betreffende de onjuiste en niet onderbouwde vaststelling van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak in het winkelcentrum De Bus op 3500 m2. 2.8 Refererend aan de norm van 112 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner constateert de belanghebbende dat ook bij vaststelling van het aanwezige aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak op 3500 m2 en bij een inwoneraantal van ongeveer 12.000, waarbij nog dient te worden opgeteld ten minste 2/3 van het inwoneraantal van de tot het verzorgingsgebied behorende wijk Dierdonk, op basis van het vigerende bestemmingsplan nog een aanzienlijke uitbreiding van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak mogelijk is. Op basis van de norm is HAANS-BEIJSENS 5 - immers een totaal verkoopvloeroppervlak van 6000 m2 mogelijk waarbij geen rekening is gehouden met de inwoners van de wijk Dierdonk. 2.9 De belanghebbende kan instemmen met de conclusie van de opstellers van het bestemmingsplan als weergegeven in de inspraaknota dat de regeling als opgenomen in het (voor)ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de bestaande mogelijkheden van het vigerende bestemmingsplan op grond waarvan het ontwerpbestemmingsplan dan ook zal worden aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. Onder andere gezien het voorgaande dient echter eveneens volledige flexibiliteit te bestaan ten aanzien van eventuele uitbreiding van het vloeroppervlak van het winkelcentrum De Bus zodat in voldoende mate kan worden voldaan aan voornoemde norm, de veranderingen binnen de markt en de behoefte van de consument en de bewoners van het verzorgingsgebied. Daarbij moet niet uit het oog worden verloren dat het vigerende bestemmingsplan dateert uit 1973 zodat het slechts volstaan met consolidatie van bestaande rechten niet aan de orde kan zijn. 2.10 De opstellers van het bestemmingsplan vermelden in het commentaar als vermeld in de inspraaknota vervolgens dat als enige beperking in het plan wordt opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn en dat de overige beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen. De belanghebbende constateert onder andere in artikel 9 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan dat nog altijd beperkende voorwaarden zijn opgenomen, zodat het ontwerpbestemmingsplan niet in overeenstemming is met de toezeggingen als vastgelegd in de inspraaknota. De door de belanghebbende als onredelijk geachte beperkingen als opgenomen in artikel 9 van de voorschriften zullen hierna nog aan de orde komen. 3. VOORWAARDEN VOOR HANDHAVING VAN HET NIVEAU 3.1 Het bestemmingsplan vermeldt op pagina 26 van de toelichting dat handhaving van het voorzieningen niveau op ten minste het huidige niveau uitgangspunt is voor Heimond Noord en dat een verdere verhoging van het niveau niet ligt in de lijn der verwachtingen. 3.2 De belanghebbende maakt bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt als weergegeven op pagina 26 van de toelichting. Belanghebbende streeft immers continu naar een verhoging van het huidige voorzieningen niveau. Zij is van mening dat dit streven ook voor de gemeente Heimond uitgangspunt dient te zijn hetgeen tot uitdrukking dient te komen in het bestemmingsplan. Handhaving van het huidige voorzieningen niveau leidt tot stilstand waardoor in de toekomst een achterstand zal kunnen ontstaan. HAANS-BEIJSENS 6 - 3.3 Op pagina 27 van de toelichting van het bestemmingsplan wordt vermeld dat uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen niet aan de orde is. De belanghebbende kan zich hiermee niet verenigen. De continuïteit van het winkelcentrum, de courantheid van de afzonderlijke eenheden alsook de continuïteit en het voortbestaan van de in het winkelcentrum aanwezige branches dienen te worden gewaarborgd. Ingespeeld moet kunnen worden op veranderingen binnen de markt en de behoefte van de consument en de wijkbewoners. Indien daarvoor een uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen noodzakelijk is, moet die mogelijkheid worden geboden. De omvang van het winkelcentrum, het aantal winkelvoorzieningen en de grootte van het winkeloppervlak dient flexibel te zijn om behoorlijk op voornoemde veranderingen te kunnen inspelen. Bovendien wordt door de opstellers geen rekening gehouden met de inmiddels gerealiseerde vergroting van het verzorgingsgebied van winkelcentrum De Bus als gevolg van de realisatie van de wijk Dierdonk waardoor eveneens een uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de winkelvoorzieningen tot de mogelijkheden dient te behoren. Teneinde de handhaving van ten minste het huidige voorzieningenniveau ook in de toekomst te kunnen garanderen, is het noodzakelijk dat uitbreiding van het vloeroppervlak mogelijk is. De grootte van het vloeroppervlak wordt immers mede bepaald aan de hand van het aantal inwoners van het verzorgingsgebied. Flexibiliteit ook in dat opzicht is derhalve noodzakelijk teneinde het huidige voorzieningenniveau in de toekomst te kunnen garanderen. 3.4 De vaststelling van de opstellers als weergegeven in de inspraaknota dat het doel van het ontwerpbestemmingsplan "Heimond Noord" in eerste instantie is het maken van een nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande toestand wordt vastgelegd is naar de mening van de belanghebbende niet reëel. Het vigerende bestemmingsplan dateert immers van 1973 zodat vastiegging van verouderde normen als gehanteerd in het vigerende bestemmingsplan in het onderhavige bestemmingsplan, hetgeen thans geschiedt, niet het uitgangspunt behoort te zijn. Zeker met betrekking tot winkelcentrum De Bus behoort het onderhavige bestemmingsplan dan ook een ontwikkelingsplan te zijn en geen conserverend plan. 3.5 Ten onrechte wordt in het commentaar als weergegeven in de inspraaknota er van uit gegaan dat het totaal bebouwde oppervlak ongeveer 7.800 m2 beslaat. Dit aantal is onjuist en wordt door de opstellers op geen enkele wijze onderbouwd. De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling van het totaal bebouwde oppervlak op ongeveer 7.800 m2, in eik geval indien de opstellers dit aantal slechts toeschrijven aan winkelcentrum De Bus. Aangezien de opstellers in de inspraaknota concluderen dat uitgaande van de in het vigerende plan gehanteerde norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner met de huidige 7.800 m2 aan die norm wordt voldaan, gaat de belanghebbende er HAANS-BEIJSENS - 7 - van uit dat het aantal van 7.800 m2 ziet op zowel het winkelcentrum De Bus en het winkelcentrum Vondellaan tezamen. Onbegrijpelijk en ten onrechte is derhalve de vaststoling in de inspraaknota dat binnen de bestemming "wijkvoorzieningen' dit (7.800 m2) het maximaal te bebouwen oppervlak is. Bovendien komt het de belanghebbende voor dat de opstellers stelselmatig uitgaan van een onjuiste berekening van de aantallen vierkante meters en de begrippen winkelvloeroppervlak, verkoopvloeroppervlak en brutovioeroppervlak op onjuiste wijze hanteren. De belanghebbende stelt zich op het standpunt dat met het in het vigerende bestemmingsplan gehanteerde begrip winkeloppervlak wordt geduid op verkoopvloeroppervlak temeer omdat de definitie van brutovioeroppervlak in de begripsomschrijving is vastgelegd. Bovendien vreest de belanghebbende dat de opstellers bij de diverse berekeningen van het vloeroppervlak uit het oog verliezen dat de 'passage" in het winkelcentrum De Bus niet tot het vloeroppervlak gerekend kan worden. Deze passage is immers nog altijd deels openbare weg en bovendien is van gemeentewege in de betreffende koopovereenkomst bedongen dat deze passage niet bebouwd kan en mag worden in verband met aanwezige erfdienstbaarheden. Het toerekenen van de passage tot het vloeroppervlak is derhalve onredelijk nu belanghebbende deze ruimte niet kan benutten voor de realisatie van eventuele uitbreidingen terwijl op basis daarvan in het ontwerpbestemmingsplan verdere uitbreiding wordt uitgesloten. Tevens dient te worden opgemerkt dat op pagina 24 van de toelichting ten aanzien van het winkelcentrum Vondellaan ten onrechte wordt uitgegaan van een verkoopvloeroppervlak van 2.200 m2 met inbegrip van de buiten het plangebied gelegen supermarkt. De belanghebbende is van mening dat deze supermarkt niet tot het verkoopvloeroppervlak gerekend mag worden nu deze supermarkt buiten het plangebied is gesitueerd. De belanghebbende vreest tevens dat de opstellers aldus in hun berekeningen van het binnen het plangebied aanwezige en mogelijk te realiseren vloeroppervlak uitgaan van een onjuiste voorstelling van zaken. 4. ARTIKEL 9 4.1 Voor wat betreft de bestemming van het winkelcentrum De Bus tot "wijkvoorzieningen", wordt verwezen naar het hiervoor dienaangaande gestelde. 4.2 De voorwaarden die in artikel 9 lid 2, Beschrijving in hoofdlijnen, van het ontwerpbestemmingsplan worden gesteld aan de uitwisseling van functies zijn naar het oordeel van de belanghebbenden onredelijk en bovendien achterhaald. Flexibiliteit is van levensbelang voor het w@inkelcentrum. Indien met het oog op toekomstige ontwikkelingen een toename van het brutovioeropp@ervlak in gebruik bij detailhandelfuncties en horecafuncties noodzakelijk is om de continuïteit van het winkelcentrum te waarborgen, moet die mogelijkheid worden geboden. De voorwaarde aan de uitwisseling van functies als gesteld in artikel 9 lid 2 onder b en c is dan ook onacceptabel en onredelijk bezwarend voor de belanghebbende. HAANS-BEIJSENS 8 4.3 Artikel 9 lid 2, sub b, van de voorschriften, ziet op een beperking van maximaal 2 grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan 250 m2 binnen de bestemming. Deze bepaling is naar de mening van de belanghebbende onredelijk en onacceptabel en bovendien in strijd met de toezeggingen als gedaan in de bij het plan behorende inspraaknota en met het ontwerpbestemmingsplan zelf. In de inspraaknota hebben de opstellers immers toegezegd dat het plan zal worden aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. In de inspraaknota wordt voorts vermeld: "Als enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De overige voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen'. Voornoemde bepaling stemt derhalve niet overeen met de inspraaknota. Bovendien richt deze bepaling uit artikel 9 zich in het voorontwerp van het bestemmingsplan alsook op pagina 52 van het ontwerpbestemmingsplan uitsluitend op supermarkten, terwijl artikel 9 lid 2 sub b ziet op alle grootschalige detailhandelsbedrijven. Het huidige artikel 9 lid 2 sub b is aldus een verdere beperking in plaats van de in de inspraaknota toegezegde opheffing van de beperkingen, hetgeen voor de belanghebbende onacceptabel is. Zo de bepaling al dient te gelden, zou deze slechts moeten zien op supermarkten. De huidige bepaling betekent een onredelijke beperking voor alle detailhandelsbedrijven. 4.4 Blijkens de plankaart en artikel 9 lid 2 sub e is op basis van het ontwerpbestemmingsplan de realisatie van een verdieping op het totale winkelcentrum mogelijk. De belanghebbende is hiermee zeer content echter de beperking als beschreven in artikel 9 lid 2 sub b maakt de realisatie van die verdieping weer onmogelijk nu ten onrechte slechts maximaal 2 grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan 250 m2 mogen zijn gevestigd. Vrijwel geen enkel detailhandelsbedrijf binnen winkelcentrum De Bus zal een verdieping kunnen realiseren zonder een overschrijding van de brutovioeroppervlakte met 250 m2. Het ontwerpbestemmingsplan is dan ook innerlijk tegenstrijdig. De voorwaarde als vermeld in artikel 9 lid 2 sub b van het ontwerpbestemmingsplan is overigens niet verenigbaar met de bestaande situatie daar thans meer dan 2 detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van 250 m2 of meer in het winkelcentrum gevestigd zijn. 4.5 Wat betreft de bepaling als weergegeven in artikel 9 lid 2 sub e dient te worden opgemerkt dat aansluiting gezocht dient te worden bij de begripsomschrijving van het bruto vloeroppervlak (artikel 1 lid 10 voorschriften ontwerpbestemmingsplan), zodat op de verdieping in eik geval het hebben van magazijnruimte en overige dienstruimten mogelijk wordt in tegenstelling tot slechts opslagruimte. Daarmee wordt tevens aangesloten bij de feitelijke situatie. HAANS-BEIJSENS 9 - 4.6 Ten aanzien van de beperking als neergelegd in artikel 9 lid 2 c, wordt verwezen naar hetgeen is opgemerkt sub 4.2, 4.3 en 4.4 van deze zienswijze. 4.7 De belanghebbende maakt uitdrukkelijk bezwaar tegen de parkeernorm als neergelegd in artikel 9 lid 2 sub d als gevolg waarvan de potentiële uitbreidingsmogelijkheden van winkelcentrum De Bus onredelijk worden beperkt. Bovendien sluit de opgelegde parkeernorm niet aan bij de bestemming "wijkvoorzieningen' waartoe tevens de functies consumentgebonden dienstverlening, horeca I en maatschappelijke doeleinden behoren en waarvoor een andere (=lagere) parkeernorm dient te gelden. De belanghebbende gaat overigens er van uit dat de gemeente Heimond niet bij voorbaat afwijzend zal staan ten opzichte van voorstellen van de belanghebbende met betrekking tot mogelijke uitbreiding van de parkeergelegenheden binnen en buiten het bestemmingsgebied van winkelcentrum De Bus. 4.8 Artikel 9 van het bestemmingsplan maakt slechts een beperkte uitbreiding van het totale brutovioeroppervlak ten behoeve van functionele aanpassingen van de bestaande bebouwing mogelijk. De belanghebbende is van mening dat het bestemmingsplan de mogelijkheid moet bieden het totale vloeroppervlak uit te breiden indien de omstandigheden een zodanige uitbreiding noodzakelijk maken. Het slechts mogelijk maken van een beperkte uitbreiding van het totale brutovioeroppervlak ten behoeve van functionele aanpassingen maakt inspelen op onvoorzienbare toekomstige omstandigheden onmogelijk. 5. POSITIEVE BESTEMMING VOORZIENINGEN 5.1 Pagina 28 van de toelichting op het ontwerpbestemmingsplan vermeldt dat de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan (zie bijlage: 3) positief worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden worden niet opgenomen. De belanghebbende heeft in haar inspraakreactie bezwaar gemaakt tegen het overzicht voorzieningen in winkelcentrum "De Bus" als weergegeven in bijlage 3. In het commentaar op voornoemd bezwaar als weergegeven in de inspraaknota stellen de opstellers dat de lijst in bijlage 3 geen enkele juridische status bezit, maar enkel een informatief karakter en slechts het doel heeft om een indicatie te geven van welke voorzieningen er zich in winkelcentrum De Bus bevinden. Voorts wordt gesteld dat het geenszins de bedoeling is dat deze lijst bepalend is voor welke branches zich waar mogen vestigen. Voor zover de opstellers met het voorgaande tot uitdrukking willen brengen dat een volledige en onbeperkte uitwisseling van functies binnen het winkelcentrum De Bus mogelijk is, kan de belanghebbende zich verenigen met de in het ontwerpbestemmingsplan opgenomen verwijzing naar bijlage 3. HAANS-BEIJSENS - 10- 5.2 Zoals hiervoor wordt beschreven leidt het niet opnemen van uitbreidingsmogelijkheden van de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen ertoe, dat de continuïteit en de functie van het winkèicentrum in gevaar kan komen omdat het inspelen op toekomstige omstandigheden onmogelijk wordt gemaakt. Uitbreiding van zowel het brutovioeroppervlak, het nettovioeroppervlak, de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen alsook met nieuwe detailhandels- en horecavoorzieningen dan wel andere voorzieningen in het winkelcentrum, dient dan ook te allen tijde tot de mogelijkheden te behoren althans niet op voorhand te worden uitgesloten zoals thans met het ontwerp van het bestemmingsplan Heimond Noord wordt beoogd. Die mogelijkheid dient tevens te gelden buiten de contouren van het winkelcentrum De Bus, temeer nu binnen de contouren nagenoeg geen uitbreiding mogelijk is onder andere gezien de bepalingen in de koopovereenkomst met betrekking tot de in het winkelcentrum aanwezige passage. De mogelijkheid tot voornoemde uitbreiding komt overeen met de doelstelling van het vigerende bestemmingsplan "De Bus II" (31). Pagina 2 van het vigerende bestemmingsplan gaat immers uit van de behoefte van 1/2 m2 winkeloppervlakte per inwoner hetgeen de noodzakelijkheid van de flexibiliteit van het winkelcentrum impliceert. Afgezien van het feit dat aan de in het vigerende bestemmingsplan gesignaleerde behoefte op dit moment niet wordt voldaan nu het inwoneraantal binnen het totale verzorgingsgebied inmiddels is gegroeid tot ongeveer 16.000 inwoners (uitbreiding van het winkelcentrum ligt derhalve in de rede), is het uitsluiten van de mogelijkheid tot uitbreiding van het winkelcentrum zoals het ontwerpbestemmingsplan beoogt in strijd met het vigerende bestemmingsplan. 5.3 De belanghebbende gaat er van uit dat artikel 12 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen de bestemming 'wijkvoorzieningen". Voorts gaat de belanghebbende er van uit dat de wijzigingsbevoegdheid als opgenomen in artikel 17 lid 3 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen de bestemming "wijkvoorzieningen". 6. JONGERENACCOMMODATIE 1 MAATSCHAPPELIJKE DOELEINDEN 6.1 De belanghebbende handhaaft haar bezwaar dat de functie van het winkelcentrum zich mogelijk niet verenigt met sommige denkbare voorzieningen welk vallen onder de functie maatschappelijke doeleinden. Zo heeft zij reeds bezwaar gemaakt tegen de vestiging van een jongerenaccommodatie binnen of in de nabijheid van het winkelcentrum nu de belanghebbenden niet beschikken over de nodige kennis en capaciteiten voor een vruchtbare impleméntatie van een jongerenaccommodatie in dan wel in de directe omgeving van het winkelcentrum. Wellicht is om die reden dan ook besloten het jongerencentrum elders te situeren hetgeen de belanghebbende toejuicht. De belanghebbende handhaaft haar bezwaar dienaangaande teneinde de opstellers in overweging te geven het begrip maatschappelijke doeleinden welke mogelijk zijn HAANS-BEIJSENS en passen binnen de functie van een winkelcentrum als winkelcentrum De Bus nader te definiëren. 7. BEBOUWING 7.1 Het bebouwingspercentage wordt in artikel 1 lid 4 van het bestemmingsplan gedefinieerd als: 'het percentage van het bouwperceel voor zover gelegen binnen het bebouwingsvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd'. Op de plankaart nummer 000285 wordt het bebouwingspercentage met betrekking tot winkelcentrum "De Bus" vastgesteld op 50%. De belanghebbende handhaaft haar bezwaar tegen de vaststelling van het bebouwingspercentage op 50%. Gezien het voorgaande moet het winkelcentrum "De Bus" de mogelijkheid worden geboden om uit te breiden, zo nodig buiten de contouren van het winkelcentrum, indien de toekomstige omstandigheden zulks noodzakelijk maken en teneinde te allen tijde te kunnen voldoen aan de vigerende norm van 112 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner. Het op voorhand uitsluiten van een bebouwingspercentage van meer dan 50% maakt het inspelen op toekomstige omstandigheden welke een bebouwing boven het vastgestelde bebouwingspercentage noodzakelijk maken, bij voorbaat onmogelijk. Bovendien kan het winkelcentrum daardoor mogelijk niet voldoen aan de gehanteerde norm van 1/2 m2 winkelvloeroppervlak per inwoner. 7.2 De vaststelling als weergegeven in de inspraaknota dat de vierkante meters die extra bebouwd kunnen worden omdat het nieuwe bebouwingsvlak groter is, als gevolg van eerdere uitbreidingen reeds zijn ingevuld wordt door de opstellers niet onderbouwd en door de belanghebbende betwist. 7.3 De wijziging op de plankaart nummer 000285, zodat op basis van het ontwerpbestemmingsplan de realisatie van 2 bouwlagen wordt toegestaan is positief en stemt overeen met de bestaande situatie. Wel dient de realisatie van de tweede bouwlaag mogelijk te worden gemaakt door aanpassing van artikel 9 van de voorschriften zoals hiervoor aangegeven. 8. CONCLUSIE Gezien het voorgaande is de belanghebbende van mening dat het ontwerp van het bestemmingsplan Heimond Noord strijdig is met het gelijkheidsbeginsel alsook onvoldoende is gemotiveerd en onderbouwd. Bovendien is het ontwerp van het bestemmingsplan innerlijk tegenstrijdig en tot stand gekomen zonder een deugdelijke voorbereiding en belangenafweging. Het Ontwerpbestemmingsplan is voorts in strijd met de rechten van onder andere belanghebbende welke door de jaren heen zijn opgebouwd en welke voortvloeien uit het vigerende bestemmingsplan. HAANS-BEIJSENS 12 - Concluderend moet dan ook worden vastgesteld dat het ontwerp van het bestemmingsplan niet in stand kan worden gelaten althans niet in de huidige vorm kan leiden tot een definitief bestemmingsplan indien het plan niet onverkort met het voorgaande in overeenstemming wordt gebracht en Wordt tegemoet gekomen aan vorenstaande zienswijze. Uitdrukkelijk wordt namens de belanghebbende het recht voorbehouden om te allen tijde nadere zienswijzen en bezwaren met betrekking tot het bestemmingsplan in te brengen. Aangezien de belanghebbende schade zal lijden indien het bestemmingsplan in de huidige vorm zal worden vastgesteld, behoudt belanghebbende zich ook in dat opzicht alle rechten voor. Namens de belanghebbende verzoek ik uw Raad voornoemde zienswijzen in de verdere voorbereidingsprocedure van het bestemmingsplan te betrekken en mij op de hoogte te houden van de verdere ontwikkelingen aangaande het bestemmingsplan Heimond Noord. Nu de belanghebbende tijdig haar zienswijze heeft kenbaar gemaakt, zal zij gebruik maken van de gelegenheid tot het geven van een nadere mondelinge toelichting. Dienaangaande behoudt de belanghebbende zich alle rechten voor om de vorenstaande zienswijze alsdan aan te vullen. Ik zend u deze brief zowel aangetekend met handtekening retour als per gewone post. Inmiddels verblijft, 0 t T. Peters Onderstaande organisatie en personen hebben exact dezelfde zienswijze ingediend: Haans-Beijsens Advocaten en notarissen namens Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink Coöperatieve Vereniging van Eigenaren in het Winkelcentrum De Bus U.A. Besloten vennootschap met beperkte aansprakleijkheid Peters-van de Nieuwenhuizen Beheer B.V. Ondernemingsvereniging "De Bus" Correspondentie: Stichtffig Projectgroep Dagelijks Beheer Helmond - Noord Breänedaan 5 5702 TX Heimond Tel.:0492 - 534481 Banknr.: 18.10.40.247 02.001708 Inschrijving K.v.K.: 17137219 Hehnond, 27 februa-d 2002 Aan de Gemeenteraad van Hehnond p.a. Afd. Ruhnteläjke Ordening Postbus 950 5700 AZ Hehnond Betr.: Zienswijze op ontwerp-bestenuningsplan Hehnond Noord. Algemeen 1. Wijzigingsbevoegdheid in kader van de gewijzigde Wet Ruimtefijke Ordening. De Stichting blijft van mening dat een bezwaarprocedure mogelijk moet blijven en niet het College het laatste beslissende orgaan is. De termijn van ter inzage legging van 2 weken is te kort, zeker als er in deze weken dagen vallen, waarop het Stadskantoor gesloten is (b.v. carnaval). Wij stellen voor de terniijn te stellen op minimaal 15 werkdagen. 2. Aantal bouwlagen langs hoofdontsluitingswegen. Wij pleiten ervoor het aantal bouwlagen langs deze wegen te beperken tot 3. 3. Aantal bouwlagen langs hoofdgroenstructuur. Wij pleiten ervoor het aantal bouwlagen te beperken tot 7. Voorziening Winkelcentra. Ten aanzien van Winkelcentrum De Bus en VondeNaan wordt gesteld, dat dit wijkvoorzieningen zijn. Naar onze mening is dit niet juist. Veel bewoners van o.a. Dierdonk maken gebruik van w.c. De Bus, terwijl o.a. de boekhandel en de banketbakker in w.c. Vondenaan een stedelijke flmctie hebben. In dit kader pleiten wij er dan ook voor om de mogelijkheid tot uitbreiding van deze winkelcentra open te houden. In het ontwerp-bestemmingsplan wordt gesproken over de sloop van het "Abdijke", terwijl bekend is, dat ook de Bombardon op de nominatie staat om gesloopt te worden. Onze stichting heeft in een ander verband reeds gewezen op het wegvallen van faciliteiten voor verenigingen en dergelijke. Zowel in de Boerderij als in De Terp is geen ruimte om verenigingen en dergelijke onderdak te bieden. Stichthig Projectgroep Dagelijks Beheer Correspondentie: Helmond - Noord Breftnerlaan 5 5702 TX Heimond Tel.:0492 - 534481 Banknr.: 18.10.40.247 lnschdjving K.v.K.: 17137219 Wij vinden het van groot belang, dat er in het bestemmingsplan uitbreidings- mogelijkheden voor bestaande accomodaties worden opgenomen en ruimte 1 wordt gereserveerd voor eventuele nieuwbouw van een "verenigingen'- gebouw. Bedn jvigheid Wij doen een dringend beroep op de Raad om een aantal bedrijven, die vallen onder categorie 1 of 2 bij voorbaat al uit te sluiten van vestiging in Hehnond Noord, waarbij wij o.a. denken aan: autoreparatie en/of -sloopbedrijven autohandel handel in en/of inzamelen van oude metalen, textie@ papier enz. In het ontwerp-bestemniingsplan wordt aangegeven, dat de perceelgrootte van bedrijven gelhffiteerd is. Graag zouden wij concrete cijfers zien door het maximale aantal m2 van de bedrijfsruimte aan te geven. Kanaalzone Ten aanzien van de kanaalzone stellen wij, dat eerst de maisonnettes gesloopt moeten worden alvorens met nieuwbouw wordt gestart. In principe pleiten wij voor maximaal 3 bouwlagen, maar kunnen, bij specifieke architectonische ontwerpen ("scheepswonin- gen") accoord gaan met maximaal 7 bouwlagen. Nieuwbouw Ruusbroecklaan - In het ontwerp wordt de Ruusbroecklaan aangeduid als hoofdontsluitingsweg (blz. 19). Dit als argument om hoogbouw toe te staan. In werkelijkheid is de Ruus- broeckk,ian een doodlopende straat. De Ruusbroecklaan is ook opgenomen in de 30 km-zone en wordt in hoofdstuk 7 punt 1 (ontsluitingsstructuur) niet genoemd als hoofdontsluitingsweg. - In onze schriftelijke inspraakreactie hebben wij gesteld, dat het grondoppervlak van de toren ongeveer 600 m2 zal bedragen. In uw reactie wordt alleen vermeld, dat u dat wat groot lijkt. Wij dringen er op aan in het bestemmingsplan op te nemen welk percentage van het totale perceel bebouwd mag worden (incl. bestaande bebouwing), zodat duidelijk wordt hoeveel groen er nog rest. Wij blijven bij ons standpunt, dat een torenflat niet past in deze omgeving en hoe dominant een torenflat voor zijn omgeving is, is duidelijk te zien bij w.c. Geyssen- dorferstraat. Alleen een flat, niet hoger dan de Pannehoeve, is voor ons acceptabel. De argumenten als herkenningspunt, markant punt, meer profiel enz. zijn voor ons dooddoeners, die standaard opduiken als argumenten bij onderbouwing van voor- stellen inzake nieuwbouw en/of wijzigingen in bestenuningsplannen. Stichting Projectgroep Dagelijks Beheer Correspondentie: Helmond - Noord Breänedaan 5 5702 TX Heimond Tel.:0492 - 534481 Banknr.: 18.10.40.247 Inschrijving K.v.K.: 17137219 Tenslotte willen wij opmerken dat wij de mening zijn toegedaan, dat de Raad bij ontwikkelen van pk-«men, zoals aan de Ruusbroec~ er goed aan zou doen eerst de mening van de burgers te pellen, zodat men duidefijke randvoorwaarden kan stellen bij de verkoop van percelen en/of gebouwen aan projectontwikkelaars. Nu wordt het aantal bouwlagen op economische gronden alleen bepaald door de projectontwikkelaar. Hoogachtend, Stichting Projectgroep Dag. Beheer Hehnond Nrd. J. Nacken secretaris 2 6 FEB. 2002 Aan de Gemeenteraad P/a afdeling Ruimtelijke Ordening t. a. v. Dhr. JIF-AM van Duren GEMEENTE P.ELM@ 02. Mo Postbus 950 CI.nr.: - 1. PORT 5700 AZ HELMOND Datum: 27FEB2002 "A(-- Datum: 25 februari 2002 -,c'AZ- Afd./Buro"-1 1 1 1 KOPIE Par?af Uw kenmerk: SO/RO/IvP 24-1 etil Betreft: Bezwaar ontwerp-besten-uningsplan Helmond Noord. Geachte heer Van Duren, Van Ondernemersvereniging de Bus hebben wij vernomen dat in het nieuwe ontwerp- bestemmingsplan Helmond Noord vastgesteld wordt dat elk pand in Winkelcentrum de Bus de bestemming zal krijgen welke het nu heeft. Voor ons betekent dit dat in ons pand voortaan altijd een gemakswinkel, dit is een tabaksspeciaalzaak met tijdschriften, wenskaarten, zoetwaren, lotto, staatsloten en dergelijke, gevestigd moet zijn. Gezien het overheidsbeleid richting tabakgebruik, kan het best zijn dat wij over bijvoorbeeld 1 0 jaar geen bestaansrecht meer hebben. In dat geval is ons pand dus onverkoopbaar. Bovendien is het vreci-.ld dat juist in een groeiende wijk, zoals Heimond noord zeker wel bestempeld mag worden, denk aan Haverveld, Dierdonk, uitbreidingsplannen Ruusbroeclaan in de nabije en verdere toekomst, een winkelcentrum niet meer mag groeien/uitbreiden. Binnen de redelijke mogelijkheden zou het toch mogelijk moeten zijn uit te kunnen breiden als daarmee een beter bestaansrecht voor een winkel wordt gecreëerd en als het een duidelijke toegevoegde waarde voor het hele winkelcentnim is. Voor ons zou het bijvoorbeeld een optie zijn enkele meters buiten het winkelcentrum uit te breiden, op het trottoir. Ik hoop hiermee onze zienswijze duidelijk te hebben weergegeven en hoop van harte dat er naar geluisterd wordt, want wat moet ik in de toekomst met een onverkoopbaar pand? Eén en het ander wil ik gaarne persoonlijk komen toelichten als dat voor ons pleit. In afwachting op uw bericht, verblijf ik. Met vriendelijke groet, Primera de Luifel Winkelcentrum de Bus Nieuwveid 21 5702 HW HELMOND Tel. Fax: 0,t'-)2 - 539116 Blanca Wosyka-Berker@" i-nede firmant van Primera de Luifel vof Nieuwveld 21 5702 HW Helmond tel.: 0492-539116 VAN BENTHEM KEULEN-ADVOCATEN 02.001715 AANGETEKEND MET HANDTEKENING Euclideslaan 51 Postbus 85005 RETOUR 3508 AA Utrecht -NL (Vooraf) PER TELEFAX: 0492 587 400 Telefoon (030) 2 59 59 59 Gemeente Helmond Fax (030) 2 59 55 00 t.a.v. Gemeenteraad Helmond ~.vbk.ni p/a Ruimtelijke Ordening Postbus 950 5700 AZ HELMONI) Datwn: 27 februari 2002 Telefoon direct: 030 - 2595 521 Onze referentie: 426/86.877/mr Fax direct: 030 - 2595 502 Betreft: Aldi Heimond 1 Gemeente Helmond E-maildirect: abra~vbk.nl Zienswiizen ontwerp bestemminizst)lan Helmond Noord Voorzitter, geachte leden van de gemeenteraad, De besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Alog Onroerend Goed en Handelmaatschappij B.V., alsmede de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Aldi Best B.V. (samen verder te noemen: "Aldi"), verzochten ons hun belangen te behartigen ter zake het ontwerp bestemmingsplan "Heimond Noord", (verder: "ontwerp"). Ondergetekende is door Aldi gemachtigd en heeft, met het recht van substitutie, namens Aldi zienswijzen geformuleerd. Het ontwerp ziet op een plangebied waarvoor op dit moment 36 bestemmingsplannen gelden, die deel uitmaken van 8 bestemmingsplangebieden. Deze verschillende plannen, waarvan een deel dateert uit de zestiger en zeventiger jaren, zijn teruggebracht tot één plan en vormen aldus samen het ontwerp voor een nieuw bestemmingsplan "Helmond Noord". Uit de toelichting op het ontwerp (hierna: de "toelichting") blijkt dat de gemeente ongewenste ontwikkelingen qua bebouwing en gebruik van gronden wenst te voorkomen (blz. 3). Meer in het bijzonder wenst de gemeente een actueel ruimtelijk kader te verkrijgen. Hiertoe worden alle thans vigerende plannen teruggebracht tot één plan hetgeen de overzichtelijkheid en doelmatigheid met betrekking tot bouwplantoetsing bevordert (blz. 5). Het resultaat is een zeer conserverend bestemmingsplan, waarbij overwegend positief is bestemd. Voor de juridische structuur van Van Beiitliem & Keulen-Advocaten en bepalingen over aansprakelijkheidsbeperkirig wordt verwezen naar de acliter/ijde van deze brief. For information regarding the legal structure of Van Bentheni & Keuleii-Advocaten dnd (he provisions gover;iirig its liability, sec flip. back side of luis letter, für die juristiscile Struktur von Van Benitierii & Ket@len-Advocaten und die Bestimmungen mit Beiug auf eine lidftunqsbesclirankung ird aiif die Ruckseite (Ji@ses Bricies verwieseii. VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN Aldi heeft, bij monde van de raadsman van Coöperatieve Vereniging van Eigenaren Winkelcentrum "De Bus" U.A. mr Peters reeds bezwaren geuit die betrekking hebben op het voorontwerp bestemmingsplan. In de inspraaknota Helmond Noord zijn de bezwaren van Aldi verwoord. Hieraan is slechts deels door de gemeente tegemoet gekomen, zodat zij zich genoodzaakt voelt onderstaande zienswijzen over het ontwerp in te brengen. De zienswijzen hebben met name betrekking op de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden van winkelcentrum "De Bus", dat ligt in het plangebied "Heimond Noord". Zienswiize 1: winkelcentrum versus voorzieningencentrum In het vigerende bestemmingsplan zijn de voorzieningen bestemd als "winkelcentrum". Binnen deze bestemming is een aantal functies toegelaten. In het ontwerp heeft de gemeente het winkelcentrum thans bestemd als "wijkvoorzieningen@', omdat deze term in de huidige tijd de lading beter zou dekken dan de term "winkelcentrum". Er zou hierdoor een betere functionele ontwikkeling van "De Bus" mogelijk zijn als voorzieningencentrum. Aldi is het met deze wijziging niet eens. Een dergelijke functionele ontwikkeling zal ten koste gaan van de huidige voorzieningenstruktuur. Op basis van het ontwerp is reeds weinig tot geen uitbreiding mogelijk (zie de hierna volgende zienswijzen). Indien de gemeente ook nog een ontwikkeling wenst in de richting van een voorzieningencentrum, gaat dit ten koste van de mogelijkheden van het huidige winkelcentrum en daarmee ten koste van ontwikkelingsmogelij kheden van Aldi. De flexibiliteit van het winkelcentrum zal er juist op achteruit gaan. Bovendien is niet duidelijk op welke gronden de gemeente aanneemt dat er behoefte bestaat aan een voorzieningencentrum met meer maatschappelijke voorzieningen en waarom de term "voorzieningencentruh' de lading beter dekt dan de term "winkelcentrum". Een deugdelijke motivering ontbreekt. Concluderend verzoekt Aldi de bestemming "voorzieningencentrum" in het ontwerp te vervangen door de bestemming "winkelcentrum". Zienswi*ze 2: 2een uitbreidin2smo2elijkheden Het ontwerp kent in de huidige vorm te weinig uitbreidingsmogelijkheden. In de toelichting wordt op blz. 28 onder het kopje "5. Detailhandel en Horec&' vermeld dat de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen in de winkelcentra "De Bus" en "Vondellaan@' positief worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden, anders dan op basis van het ontwerp, worden niet opgenomen. Voorts wordt op pagina 27 vastgesteld dat in de "nota winkelcentra in de Helmondse wijken" ten aanzien van de bestaande winkelcentra het beleid is gericht op - 2 - VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN verbetering van de kwaliteit van de bestaande winkelvoorzieningen en overweegt de gemeente dat uitbreiding van het aantal of het oppervlak niet aan de orde is. Dit uitgangspunt van de gemeente komt o.a. tot uitdrukking in de maximale norm die de gemeente heeft vastgelegd van het (verkoop)vloeroppervlak e'vvo") van winkelcentrum "De Bus". Op dit moment beslaat het totaal bebouwde oppervlak 7800m2, waarvan 3500 m2 is bestemd als vvo. Volgens de gemeente is dit binnen de bestemming "Wijkvoorzieningen" het maximaal te bebouwen oppervlak (zie inspraaknota, sub 3). Op basis van deze voorschriften en dit uitgangspunt is er geen enkele uitbreiding mogelijk. De gemeente heeft in de inspraaknota wel aangegeven dat er een aanpassing zal plaatsvinden binnen de huidige contouren van het winkelcentrum. Vooralsnog is niet duidelijk wat hiermee wordt bedoeld. Er is in ieder geval niet vastgelegd dat er voldoende uitbreidingsmogelijkheden zullen worden gecreëerd, die aansluiten bij toekomstige ontwikkelingen. Aldi vindt het uitgangspunt van de gemeente zeer onwenselijk en meent dat de mogelijkheid van uitbreiding noodzakelijk is. De flexibiliteit van het winkelcentrum komt anders in gevaar. De gemeente heeft geen rekening gehouden met mogelijke toekomstige ontwikkelingen, althans dit blijkt nergens uit. Immers, het ontwerp is o.a. gebaseerd op bestemmingsplan De Bus II, dat reeds enkele tientallen jaren oud is (in werking getreden op 6 maart 1974). De gemeente heeft geen onderzoek gedaan naar mogelijke toekomstige ontwikkelingen zoals toename van winkelend publiek, er is geen distributieplanologisch onderzoek uitgevoerd, noch zijn er andere, recente gegevens beschikbaar op basis waarvan de gemeente terecht zou mogen menen dat uitbreiding niet noodzakelijk is. Aldi meent dat het bestemmingsplan in dit opzicht te rigide is en verzoekt om aanpassing in de zin dat geen beperking van het verkoopvloeroppervlak of het bebouwingsvloeroppervlak wordt vastgesteld in de vorm van een maximering Zienswiize 3: hebouwingst)ercentage In samenhang met de hiervoor genoemde zienswijze heeft Aldi bezwaar tegen het vastgestelde bebouwingspercentage van 50% in winkelcentrum De Bus. Dit percentage is rechtstreeks overgenomen van artikel 14 sub b van het vigerende bestemmingsplan, dat zoals gezegd enkele tientallen jaren oud is en niet aansluit bij huidige behoeften althans mogelijke toekomstige ontwikkelingen. Aldi kan zich hier niet in vinden en heeft dit bij monde van haar vertegenwoordiger reeds duidelijk gemaakt in de inspraaknota. Uit de inspraaknota blijkt dat de gemeente met het vaststellen van het bebouwingspercentage op 50% conserverend bestemt, en dat dit ook de bedoeling van de gemeente is. De gemeente overweegt in de nota wel dat het nieuwe bestemmingsvlak groter is en dat dus meer vierkante meters bebouwd kunnen worden ten opzichte van het vigerende plan, maar de gemeente stelt tevens vast dat deze marge reeds is ingevuld door huidige bestaande bebouwing. Uitbreiding is dus niet meer mogelijk. - 3 - VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN De gemeente meent dat er op dit moment een stedelijk bouwkundig evenwicht bestaat en dat derhalve het bebouwingspercentage planologisch verantwoord is. Aldi meent echter dat het percentage van 50% onvoldoende is, daar dit op geen enkele manier uitbreiding van bebouwing toelaat waardoor het ornnogelijk is om op eventuele toekomstige ontwikkelingen in te spelen. De gemeente heeft ook in dit opzicht haar standpunt tevens onvoldoende onderbouwd. Aldi heeft bezwaar tegen deze rigide norm die geen enkele uitbreiding toelaat en verzoekt om aanpassing daarvan. Zienswiize 4: conservatief Voorts blijkt uit de zienswijzen 2 en 3 dat het ontwerp met betrekking tot winkelcentrum "De Bus" in het algemeen te rigide van aard is. Ingevolge de toelichting (zie pagina 4) heeft het ontwerp onder andere als doel om nieuwe, thans nog niet te voorziene ontwikkelingen mogelijk te maken door middel van de zelfstandige projectprocedure. Het ontwerp moet een toetsingskader vormen voor de ontwikkelingen in de toekomst, in ieder geval voor de komende tien jaar, In de toelichting op pagina 26 wordt gesteld dat het ontwerp het uitgangspunt is om het voorzieningenniveau in de toekomst op tenminste het huidige niveau te handhaven. Het is daarom nodig is om enige ruimte te creëren om verdere ontwikkelingen te kunnen opvangen. Verdere verhoging ligt volgens de gemeente niet in de lijn der verwachting (de gemeente stelt dit overigens zonder een kenbare onderbouwing!). Met name het gedeelte van het ontwerp dat betrekking heeft op winkelcentrum "De Bus" laat geen enkele ontwikkeling toe. Dit klemt juist te meer omdat een bestemming "winkelcentrum" (of wijkvoorziening) ruimte en flexibiliteit nodig heeft om op steeds wisselende behoeften en vraag te kunnen inspelen. Daarbij komt nog dat de zelfstandige projectprocedure, die nieuwe nog niet voorziene ontwikkelingen mogelijk zou moeten maken, naar alle waarschijnlijkheid in de nabije toekomst zal verdwijnen. Deze "onverwachte ontwikkelingen" zullen dan weer op het ontwerp bestemmingsplan moeten worden gebaseerd. Het onderhavige ontwerp bestemmingsplan schept daarvoor geen enkele ruimte. Een flexibele ruimtelijke ontwikkeling is op grond van het ontwerpbestemmingsplan niet mogelijk, terwijl niet is uitgesloten dat een dergelijke ontwikkeling wél te verwachten valt. Aldi heeft in het algemeen bezwaar tegen de conservatieve aard en het rigide karakter van het ontwerp en verzoekt om aanpassing daarvan, hetgeen ook reeds is verwoord in de specifieke zienswijzen 2 en 3. 4 - VAN BENTHEM & KEULEN-ADVOCATEN Zienswi*ze 5:12arkeernormen In de toelichting, blz. 39, onder kopje "4. Parkeermogelijkheden vastgelegd" stelt de gemeente als voorschrift dat indien er uitbreiding plaatsvindt van wijkvoorzieningen in "De Bus", een parkeernorm van 3 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo wordt gehanteerd. Bovendien moeten de parkeerplaatsen binnen de betreffende bestemming gerealiseerd worden. Aldi merkt hierover het volgende op. In de huidige vorm van het bestemmingsplan is er in het geheel geen uitbreiding mogelijk van wijkvoorzieningen in De Bus en zal geen toename van bvo kunnen plaatsvinden. De enige huidige uitbreidingsmogelijkheid is thans door middel van uitwisseling van functies binnen de bestemming. Indien door de gemeente daarop doelt met de zinsnede dat "uitbreiding veelal mogelijk is" dan is de bepaling onbegrijpelijk. Door een dergelijke uitbreiding zal immers het bvo niet toenemen. De in het ontwerp gestelde parkeernorm is een ongeoorloofde aanscherping die onvoldoende is gemotiveerd, dan wel een onbegrijpelijke bepaling die tevens motivering ontbeert. Aldi verzoekt dan ook de bepaling te laten vervallen dan wel aan te passen. Conclusie Namens Aldi verzoek ik u hierbij het ontwerp aan te passen conform de hiervoor geformuleerde zienswijzen. Aldi is van mening dat het ontwerp berust op een onvoldoende deugdelijk onderzoek met betrekking tot winkelcentrum "De Bus". Hieruit vloeit voort dat zij eveneens van mening is dat het ontwerp onvoldoende deugdelijk is. Aldi wil graag van de gelegenheid gebruik maken om haar zienswijzen mondeling toe te lichten en behoudt zich tevens het recht voor deze zienswijzen aan te vullen, alsmede in een later stadium nog andere zienswijzen naar voren te brengen Hooga gemac gde, A ter Braak-Verhoeks BLOKKER HOLDING AFDELING VASTGOED Aan de Gemeenteraad der gemeente Hehnond GEMEENTE 02.0017M P/a Afdeling Ruimtelijke Ordening Postbus 950 Datum: -1@,'tRT 2002 i 5700 AZ HELMOND IE Laren, 28 februari 2002 Re£: RvK/042 Betreft: Ontwerpbestemmingsplan Hehnond Noord Geachte Raad, Hierbij vragen wij uw aandacht voor het navolgende. Blokker B.V., zijnde huurder van het pand Nieuwveld 49 te Helmond, heeft kennis genomen van het ontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord(Hlm 3 1) en de bijbehorende inspraaknota naar aanleiding waarvan wij u hierdoor tijdig onze zienswijze doen toekomen. Wij kunnen ons niet verenigen met de bepalingen opgenomen in het Ontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord met betrekking tot het Winkelcentrum "De Bus " voor zover hierna onze zienswijze wordt beschreven. Onze belangen zijn rechtstreeks betrokken bij voornoemd Bestemmingsplan. Wij zijn immers huurder van het pand gelegen in het Winkelcentrum "De Bus" te Helmond, plaatselijk bekend Nieuwveld 49. Wij dienen derhalve te worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 jo artikel 3:13 van de Algemene wet Bestuursrecht. 1. DE BESTEMMING 1.1 Op grond van voornoemd bestemmingsplan worden de voorzieningen in het winkelcentrum "De Bus" bestemd tot "wijkvoorzieningen". Op de bij voornoemd i@lol 1251 f@t) I.aicii Pc)sti)Lit,; 6, 1250 AA 1,aieri, Nederlaiid 035 539 33 44 1--ax: 035 539 33 66 ABNAMRO 62.09.95.890 liaiicicisiegisier Anister(laiii 33 134 943 BLOKKER HOLDING bestemmingsplan behorende plankaart no. 000285 is door middel van de inkleuring eveneens aangegeven dat de voorzieningen in het winkelcentram "De Bus " worden bestemd tot "wijkvoorzieningen". Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de bestemming van de voorzieningen in het winkelcentrum "De Bus" tot "wijkvoorzieningen@'. Wij willen daarmee tot uitdrukking brengen dat de eenheden binnen het winkelcentrum "De Bus" dienen te worden bestemd tot detailhandel, dienstverlening en horeca 1 met dien verstande dat binnen elke eenheid de mogelijkheid bestaat voor vestiging van detailhandel, dienstverlening en horeca I. Wij gaan er van uit dat de opstellers van het bestemmingsplan in hun commentaar op de inspraakreactie als weergegeven in de inspraaknota dezelfde mening zijn toegedaan, hetgeen betekent dat met de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorziening", binnen de bestemming wijkvoorziening en zodoende ook binnen alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcenüum, de functies detailhandel, dienstverlening en horeca 1 uitgebreid met de functie maatschappelijke voorzieningen zijn toegestaan. In dat geval kunnen wij instemmen met de bestemming van het winkelcentrum tot . "wijkvoorzieningen@'al blijft zij van mening dat de bestemming "winkelcentrum" meer recht doet aan de daadwerkelijke functie. Voor zover de opstellers van het ontwerpbestemmingsplan een andere mening zijn toegedaan dan hiervoor weergegeven, persisteren wij bij ons bezwaar tegen de bestemming van het winkelcentrum tot "wijkvoorziening". Overigens zijn wij van mening dat de functie maatschappelijke doeleinden kan leiden tot ongewenste situaties. Immers is denkbaar dat zodoende binnen het winkelcentrwn voorzieningen met de functie maatschappelijke doeleinden kan worden gesitueerd welke zich mogelijk niet verenigen met de overige functies binnen het winkelcentrum. 2. DE VOORZIENINGENSTRUCTUUR 2.1 Onder het hoofdstuk voorzieningenstiuctuur op pagina 24 van de toelichting wordt vermeld dat in winkelcentnan "De Bus" 3.500 M2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is, waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met name supermarkt). Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling dat 3.500 M2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is. 2.2 Afgezien van het feit dat wij van mening zijn dat de vaststelling van het verkoopvloeroppervlak op 3.500 M2 onjuist is en de opstellers van het bestemmingsplan uitgaan van een ruwe schatting die bovendien niet is onderbouwd, maken wij bezwaar BLOKKER HOLDING tegen de vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak. De grootte van het verkoopvloeroppervlak is aan wisselingen onderhevig en dient aan wisselingen onderhevig te zijn. Winkeliers dienen hun verkoopvloeroppervlak constant aan te passen teneinde de verkoopruimte een aantrekkelijk aanzicht te geven. Al naar gelang bijvoorbeeld de grootte van de voorraad en de ontwikkelingen binnen de branche dienen winkeliers de mogelijkheid te hebben hun verkoopvloeroppervlak binnen de hun gegeven mogelijkheden aan te passen. 2.3 De zinsnede op pagina 24 van de toelichting impliceert dat het verkoopvloeroppervlak is vastgesteld op 3.500 M2 waarvan niet kan worden afgeweken. Indien de zinsnede een vaststelling van de grootte van het verkoopvloeroppervlak impliceert, worden daardoor voor ons de mogelijkheden voor een behoorlijke uitoefening van onze activiteiten onredelijk ingeperkt. 2.4 Wij zijn van mening dat een vaststelling van het verkoopvloeroppervlak onredelijk is en bovendien geen enkele toegevoegde waarde geeft aan de (uitvoering van het) bestemmingsplan en derhalve overbodig is. Het verkoopvloeroppervlak wordt in het bestemmingsplan immers niet als criterium, voorwaarde dan wel anders gehanteerd. 2.5 In het commentaar op de inspraakreactie als weergegeven in de bij het ontwerpbestemmingsplan behorende inspraaknota wordt vermeld dat het huidige detailhandelsbeleid van de gemeente Hehnond uitgaat van consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra. Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt welk uitgangspunt ook niet in overeenstenuning is met eerdere uitlatingen namens de gemeente Hebnond gedaan. Bovendien staat een consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- 2 M2 en buurtcentra haaks op de gehanteerde norm in het vigerende bestemmingsplan van V winkelvloeroppervlak per inwoner. Deze norm impliceert immers dat het aantal vierkante meters dient te groeien evenredig met een eventuele groei van het aantal inwoners. 2.6 Wij verwijzen naar een publicatie van 14 maart 1990 in het Nieuwsblad voor Helmond met als titel "Er was letterlijk werk aan de winkel(s)". In deze publicatie wordt door (toenmalig) wethouder Jonkers onder andere het navolgende gesteld: "Van 1990 tot het jaar 2000 zal ten Oosten van Helmond Noord een nieuwe wijk gestalte krijgen: 'Dierdonk'. Omdat Helmond twee winkelcentra kent, waarvan 'De Bus' BLOKKER HOLDING er één is, is met die nieuwe uitbreiding van 2000 woningen voldoende groeicapaciteit voor deze centra aanwezig." Wij sluiten ons aan bij deze woorden van de wethouder waaruit in elk geval moet worden afgeleid dat de inmiddels gerealiseerde wijk Dierdonk tot het verzorgingsgebied behoort van onder andere winkelcentrum De Bus zodat met verwijzing naar de nonn van Y2m2 winkelvloeroppervlak per inwoner ruimte gecreëerd moet worden tot uitbreiding van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak. Wij verwijzen tevens naar de nota "wijkcentra in de Hehnondse wijken", zoals door de gemeenteraad vastgesteld op 2 februari 1993. De nota betreft een uitwerking van het vastgestelde Algemeen Structuurplan Hehnond '91 en wil het beleidskader bieden voor de kwaliteitsverbetering en de ontwikkeling van bestaande en nieuwe winkelcentra buiten het stedelijk hoofdwinkelcentrum. Voornoemde nota venneldt op pagina 7: "Wat betreft de nieuwe wijk Dierdonk wordt - passend in het wijkkarakter - gedacht aan een relatief kleine kwalitatief goede voorziening ten behoeve van dagelijkse boodschappen. In het Masterplan Dierdonk is maximaal 1.200 m2 planologisch gereserveerd. De realisatie is afhankelijk van aangetoond draagvlak. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de positie en de nabijheid van de aanwezige winkels en centra in Helmond-Noord en Hehnond-Oost. Voorts wordt op pagina 21 van de nota gesteld: "Nieuwe aanvullende nieuwbouw zowel in Helmond-Noord als in Dierdonk zal een positieve uitstraling hebben op "De Bus" en de Vondellaan. Bij de invulling van Dierdonk wordt rekening gehouden met de functionele positie van deze bestaande centra ". Bovendien wordt in relatie met de wijk "Dierdonk op pagina 22 van de nota geconcludeerd: "Er dient rekening te worden gehouden met de positie en de nabi heid van de aanwezige winkels en centra in Helmond-Noord en Helmond-Oost." Voornoemde passages uit de nota geven aan dat de wijk Dierdonk gerekend dient te worden tot het verzorgingsgebied van onder andere winkeleentrum De Bus. 2.7 Refererend aan de norm van V2. ml winkelvloeroppervlak per inwoner constateren wij dat ook bij vaststelling van het aanwezige aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak op 3.500 M2 en bij een inwoneraantal van ongeveer 12.000, waarbij nog dient te worden opgeteld ten minste 2/3 van het inwoneraantal van de tot het verzorgingsgebied behorende wijk Dierdonk, op basis van het vigerende bestemmingsplan nog een aanzienlijke uitbreiding van het aantal vierkante meters verkoopvloeroppervlak mogelijk is. Op basis BLOKKER HOLDING van de norm is immers een totaal verkoopvloeroppervlak van 6.000 M2 mogelijk waarbij geen rekening is gehouden met de inwoners van de wijk Dierdonk. 2.8 Wij kunnen instemmen met de conclusie van de opstellers van het bestemmingsplan als weergegeven in de inspraaknota dat de regeling als opgenomen in het (voor)ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de bestaande mogelijkheden van het vigerende bestemmingsplan op grond waarvan het ontwerpbestemmingsplan dan ook zal worden aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. Onder andere gezien het voorgaande dient echter eveneens volledige flexibiliteit te bestaan ten aanzien van eventuele uitbreiding van het vloeroppervlak van het w inkelcentrum De Bus zodat in voldoende mate kan worden voldaan aan voornoemde norm, de veranderingen binnen de markt en de behoefte van de consument en de bewoners van het verzorgingsgebied. Daarbij moet niet uit het oog worden verloren dat het vigerende bestemmingsplan dateert uit 1973 zodat het slechts volstaan met consolidatie van bestaande rechten niet aan de orde kan zijn. 2.9 De opstellers van het bestemmingsplan vermelden in het commentaar als vermeld in de inspraaknota vervolgens dat als enige beperking in het plan wordt opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn en dat de overige beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen. Wij constateren onder andere in artikel 9 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan dat nog altijd beperkende voorwaarden zijn opgenomen, zodat het ontweipbestemmingsplan niet in overeenstemming is met de toezeggingen als vastgelegd in de inspraaknota. De door ons als onredelijk geachte beperkingen als opgenomen in artikel 9 van de voorschriften zullen hierna nog aan de orde komen. 3. VOORWAARDEN VOOR HANDHAVING VAN HET NIVEAU 3.1 Het bestemmingsplan venneldt op pagina 26 van de toelichting dat handhaving van het voorzieningen niveau op ten minste het huidige niveau uitgangspunt is voor Helmond Noord en dat een verdere verhoging van het niveau niet ligt in de lijn der verwachtingen. 3.2 Wij maken bezwaar tegen voornoemd uitgangspunt als weergegeven op pagina 26 van de toelichting. Wij streven immers continu naar een verhoging van het huidige voorzieningen niveau. Wij zijn van mening dat dit streven ook voor de gemeente Helmond uitgangspunt dient te zijn hetgeen tot uitdrukking dient te komen in het bestemmingsplan. Handhaving BLOKKER HOLDING van het huidige voorzieningen niveau leidt tot stilstand waardoor in de toekomst een achterstand zal kunnen ontstaan. 3.3 Op pagina 27 van de toelichting van het bestemmingsplan wordt versneld dat uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen niet aan de orde is. Wij kunnen ons hiermee niet verenigen. De levensvatbaarheid van het winkelcentrum, de courantheid van de afzonderlijke eenheden alsook de continiiiteit en het voortbestaan van de in het winkelcentrum aanwezige branches dienen te worden gewaarborgd. Ingespeeld moet kunnen worden op veranderingen binnen de markt en de behoefte van de conswnent en de wijkbewoners. Indien daarvoor een uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de bestaande winkelvoorzieningen noodzakelijk is, moet die mogelijkheid worden geboden. De omvang van het winkelcentrwn, het aantal winkelvoorzieningen en de grootte van het winkeloppervlak dient flexibel te zijn om behoorlijk op voornoemde veranderingen te kunnen inspelen. Bovendien wordt door de opstellers geen rekening gehouden met de inmiddels gerealiseerde vergroting van het verzorgingsgebied van winkelcentrum De Bus als gevolg van de realisatie van de wijk Dierdonk waardoor eveneens een uitbreiding van het aantal of het oppervlak van de winkelvoorzieningen tot de mogelijkheden dient te behoren. Teneinde de handhaving van ten minste het huidige voorzieningenniveau ook in de toekomst te kunnen garanderen, is het noodzakelijk dat uitbreiding van het vloeroppervlak mogelijk is. De grootte van het vloeroppervlak wordt immers mede bepaald aan de hand van het aantal inwoners van het verzorgingsgebied. Flexibiliteit ook in dat opzicht is derhalve noodzakelijk teneinde het huidige voorzieningenniveau in de toekomst te kunnen garanderen. 3.4 De vaststelling van de opstellers als weergegeven in de inspraaknota dat het doel van het ontwerpbestemmingsplan "Heknond Noord" in eerste instantie is het maken van een nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande toestand wordt vastgelegd is naar onze mening niet reëel. Het vigerende bestemmingsplan dateert immers van 1973 zodat vastlegging van verouderde normen als gehanteerd in het vigerende bestemmingsplan in het onderhavige bestemmingsplan, hetgeen thans geschiedt, niet het uitgangspunt behoort te zijn. Zeker met betrekking tot winkelcentram De Bus behoort het onderhavige bestemmingsplan dan ook een ontwikkelingsplan te zijn en geen conserverend plan. 3.5 Ten onrechte wordt in het commentaar als weergegeven in de inspraaknota er van BLOKKER HOLDING uitgegaan dat het totaal bebouwde oppervla 7.800 m2beslaat. Dit aantal is onjuist en wordt door de opstellers op geen enkele wijze onderbouwd. Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de vaststelling van het totaal bebouwde oppervlak op ongeveer 7.800 m', in elk geval indien de opstellers dit aantal slechts toeschrijven aan winkelcentrum De Bus. Aangezien de opstellers in de inspraaknota concluderen dat uitgaande van de in het vigerende plan gehanteerde norm van Y2m2 winkelvloeroppervlak per inwoner met de huidige 7.800 m2aan die nonn wordt voldaan, gaan wij er van uit dat het aantal van 7.800 m2ziet op zowel het winkelcentrwn De Bus en het winkelcentrum Vondellaan tezamen. Onbegrijpelijk en ten onrechte is derhalve de vaststelling in de inspraaknota dat binnen de bestemn-fing "wijkvoorzieninged' dit (7.800 m2) het maximaal te bebouwen oppervlak is. Bovendien komt het ons voor dat de opstellers stelsehnatig uitgaan van een onjuiste berekening van de aantallen vierkante meters en de begrippen winkelvloeroppervlak, verkoopvloeroppervlak en brutovloeroppervlak op onjuiste wijze hanteren. Wij stellen ons op het standpunt dat met het in het vigerende bestemmingsplan gehanteerde begrip winkeloppervlak wordt geduid op verkoopvloeroppervlak temeer omdat de definitie van brutovloeroppervlak in de begripsomschrijving is vastgelegd. Bovendien vrezen wij dat de opstellers bij de diverse berekeningen van het vloeroppervlak uit het oog verliezen dat de "passage" in het winkelcentrum De Bus niet tot het vloeroppervlak gerekend kan worden. Deze passage is inuners nog altijd deels openbare weg en bovendien is van gemeentewege in de betreffende koopovereenkomst bedongen dat deze passage niet bebouwd kan en mag worden in verband met aanwezige erfdienstbaarheden. Het toerekenen van de passage tot het vloeroppervlak is derhalve onredelijk nu wij deze ruimte niet kan benutten voor de realisatie van eventuele uitbreidingen terwijl op basis daarvan in het ontwerpbestemmingsplan verdere uitbreiding wordt uitgesloten. Tevens dient te worden opgemerkt dat op pagina 24 van de toelichting ten aanzien van het winkelcentrum Vondellaan ten onrechte wordt uitgegaan van een verkoopvloeroppervlak van 2.200 m2 met inbegrip van de buiten het plangebied gelegen supermarkt. Wij zijn van mening dat deze supermarkt niet tot het verkoopvloeroppervlak gerekend mag worden nu deze supennarkt buiten het plangebied is gesitueerd. Wij vrezen tevens dat de opstellers aldus in hun berekeningen van het binnen het plangebied aanwezige en mogelijk te realiseren vloeroppervlak uitgaan van een onjuiste voorstelling van zaken. BLOKKER HOLDING 4. ARTIKEL 9 4.1 Voor wat betreft de bestemming van het winkelcentrum De Bus tot "wijkvoorziening", wordt verwezen naar het hiervoor dienaangaande gestelde. 4.2 De voorwaarden die in artikel 9 lid 2, Beschrijving in hoofdlijnen, van het ontwerpbestenuningsplan worden gesteld aan de uitwisseling van ftmcties zijn naar het oordeel van ons onredelijk en bovendien achterhaald. Flexibiliteit is van levensbelang voor het winkelcentrum. Indien met het oog op toekomstige ontwikkelingen een toename van het brutovloeroppervlak in gebruik bij detailhandelfimcties en horecaftmcties noodzakelijk is om de continiiiteit van het winkelcentrum te waarborgen, moet die mogelijkheid worden geboden. De voorwaarde aan de uitwisseling van functies als gesteld in artikel 9 lid 2 onder b en c is voor ons dan ook onacceptabel en onredelijk bezwarend. 4.3 Artikel 9 lid 2, sub b, van de voorschriften, ziet op een beperking van maximaal 2 grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van meer dan 250 M2 binnen de bestemming. Deze bepaling is naar onze mening onredelijk en onacceptabel en bovendien in strijd met de toezeggingen als gedaan in de bij het plan behorende inspraaknota en met het ontwerpbestemmingsplan zelf In de inspraaknota hebben de opstellers immers toegezegd dat het plan zal worden aangepast, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum De Bus. In de inspraaknota wordt voorts vermeld: "Als enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De overige voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen". Voornoemde bepaling stemt derhalve niet in met de inspraaknota. Bovendien richt deze bepaling uit artikel 9 zich in het voorontwerp van het bestemmingsplan alsook op pagina 52 van het ontwerpbestemmingsplan uitsluitend op supen-narkten, terwijl artikel 9 lid 2 sub b ziet op alle grootschalige detailhandelsbedrijven. Het huidige artikel 9 lid 2 sub b is aldus een verdere beperking in plaats van de in de inspraaknota toegezegde opheffing van de beperkingen, hetgeen voor ons onacceptabel is. Zo de bepaling al dient te gelden, zou deze slechts moeten zien op supermarkten. De huidige bepaling betekent een onredelijke beperking voor alle BLOKKER HOLDING detailhandelsbedrijven en is bovendien strijdig met de algemene tendens tot schaalvergroting bij diverse branches in de detailhandel. 4.4 Blijkens de plankaart en artikel 9 lid 2 sub e is op basis van het ontwerpbestemmingsplan de realisatie van een verdieping op het totale winkelcentrum mogelijk. Wij zijn hiennee zeer content echter de beperking als beschreven in artikel 9 lid 2 sub b maakt de realisatie van die verdieping weer omnogelijk nu ten onrechte slechts maximaal 2 grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovioeroppervlak van meer dan 250 m@ mogen zijn gevestigd. Vrijwel geen enkel detailhandelsbedrijf binnen winkeleentrum De Bus zal een verdieping kunnen realiseren zonder een overschrijding van de biutovloeroppervlakte met 250 m2. Het ontwerpbestemmingsplan is dan ook innerlijk tegensüijdig. De voorwaarde als vermeld in artikel 9 lid 2 sub b van het ontwerpbestemmingsplan is overigens niet verenigbaar met de bestaande situatie daar thans meer dan 2 detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van 250 m2of meer in het winkelcentrum gevestigd zijn. wij zijn dan ook van mening dat dienaangaande ten minste bestaande rechten vastgelegd en gecontinueerd dienen te worden. 4.5 Wat betreft de bepaling als weergegeven in artikel 9 lid 2 sub e dient te worden opgemerkt dat aansluiting gezocht dient te worden bij de begripsomschrijving van het bruto vloeroppervlak (artikel 1 lid 1 0 voorschriften bestemmingsplan), zodat op de verdieping in elk geval het hebben van winkelruimte, magazijnruimte en overige dienstruimten mogelijk wordt in tegenstelling tot slechts opslagruimte. Daarmee wordt tevens aangesloten bij de feitelijke situatie. 4.6 Ten aanzien van de beperking -als neergelegd in artikel 9 lid 2 sub c, wordt verwezen naar hetgeen is opgemerkt sub 4.2, 4.3 en 4.4 van deze zienswijze 4.7 Wij maken uitdrukkelijk bezwaar tegen de parkeemorm als neergelegd in artikel 9 lid 2 sub d als gevolg waarvan potentiële uitbreidingsmogelijkheden van winkelcentrum De Bus onredelijk wordt beperkt. Bovendien sluit de opgelegde parkeemorrn niet aan bij de bestemming "wijkvoorzieningen" waartoe tevens de functies consumentgebonden dienstverlening, horeca 1 en maatschappelijke doeleinden behoren en waarvoor een andere (=lagere) parkeemorm dient te gelden. Wij gaan er overigens van uit dat de gemeente Hehnond niet bij voorbaat afwijzend zal staan ten opzichte van voorstellen van ons met betrekking tot mogelijke uitbreiding van de parkeergelegenheden binnen en buiten het bestemmingsgebied van winkelcentrum De Bus. BLOKKER HOLDING 4.8 Artikel 9 van het bestemmingsplan maakt slechts een beperkte uitbreiding van het totale brulvloeroppervlak ten behoeve van functionele aanpassingen van de bestaande bebouwing mogelijk. Wij zijn van mening dat het bestemmingsplan de mogelijkheid moet bieden het totale vloeroppervlak uit te breiden indien de omstandigheden een zodanige uitbreiding noodzakelijk maken. Het slechts mogelijk maken van een beperkte uitbreiding van het totale brutovloeroppervlak ten behoeve van ftmctionele aanpassingen maakt inspelen op onvoorzienbare toekomstige omstandigheden omnogelijk. 5. POSITIEVE BESTEMMING VOORZIENINGEN 5.1 Pagina 28 van de toelichting op het ontwerpbestemmingsplan vermeldt dat de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan (zie bijlage 3) positief worden bestemd. Uitbreidingsmogelijkheden worden niet opgenomen. Wij hebben bezwaar gemaakt tegen het overzicht voorzieningen in winkeleentrum "De Bus" als weergegeven in bijlage 3. In het conunentaar op voornoemd bezwaar als weergegeven in de inspraaknota stellen de opstellers dat de lijst in bijlage 3 geen enkele juridische status bezit, maar enkel een informatief karakter en slechts het doel heeft om een indicatie te geven van welke voorzieningen er zich in winkelcentrum De Bus bevinden. Voorts wordt gesteld dat het geenszins de bedoeling is dat deze lijst bepalend is voor welke branches zich waar mogen vestigen. Voor zover de opstellers met het voorgaande tot uitdrukking willen brengen dat een volledige en onbeperkte uitwisseling van ftmcties binnen het winkeleentrum De Bus mogelijk is, kunnen wij ons verenigen met de in het ontwerpbestemmingsplan opgenomen verwijzing naar bijlage 3. 5.2 Zoals hiervoor wordt beschreven, leidt het niet opnemen van uitbreidingsmogelijkheden van de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen ertoe, dat de continuïteit en de functie van het winkelcentrum in gevaar kunnen komen omdat het inspelen op toekomstige omstandigheden onmogelijk wordt gemaakt. Uitbreiding van zowel het brutovloeroppervlak, het nettovloeroppervlak, de bestaande detailhandels- en horecavoorzieningen alsook met nieuwe detailhandels- en horecavoorzieningen dan wel andere voorzieningen in het winkelcentrum, dient dan ook BLOKKER HOLDING te allen tijde tot de mogelijkheden te behoren althans niet op voorhand te worden uitgesloten zoals thans met het voorontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord wordt beoogd. Die mogelijkheid dient tevens te gelden buiten de contouren van het winkelcentrum De Bus, temeer nu binnen de contouren nagenoeg geen uitbreiding mogelijk is onder andere gezien de bepalingen in de koopovereenkomst met betrekking tot de in het winkelcentrum aanwezige passage. De mogelijkheid tot voornoemde uitbreiding komt overeen met de doelstelling van het vigerende bestemmingsplan "De Bus H"(3 l). Pagina 2 van het vigerende bestemmingsplan gaat immers uit van de behoefte van V2 M2 winkeloppervlakte per inwoner hetgeen de noodzakelijkheid van de flexibiliteit van het winkelcentium impliceert Afgezien van het feit dat aan de in het vigerende bestemmingsplan gesignaleerde behoefte op dit moment niet wordt voldaan nu het inwoneraantal binnen het totale verzorgingsgebied inmiddels is gegroeid tot ongeveer 16.000 inwoners (uitbreiding van het winkelcentrum ligt derhalve in de rede), is het uitsluiten van de mogelijkheid tot uitbreiding van het winkelcen~ zoals het ontwerpbesternmingsplan beoogt in strijd met het vigerende bestemmingsplan. 5.3 Wij gaan er van uit dat artikel 12 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfuncties binnen de bestemming "wijkvoorzieningen". Voorts gaan wij er van uit dat de wijzigingsbevoegdheid als opgenomen in artikel 17 lid 3 van de voorschriften van het ontwerpbestemmingsplan geen betrekking heeft op de detailhandelsfimcties binnen de bestemming "wijkvoorzieningen". 6. JONGERENACCOMMODATIE / MAATSCHAPPELIJKE DOELEINDEN 6.1 Wij handhaven ons bezwaar dat de functie van het winkelcentrum zich mogelijk niet verenigt met sommige denkbare voorzieningen welke vallen onder de functie maatschappelijke doeleinden. Zo heeft zij reeds bezwaar gemaakt tegen de vestiging van een jongerenaccommodatie binnen of in de nabijheid van het winkelcentrum nu wij niet beschikken over de nodige kennis en capaciteiten voor een vruchtbare implementatie van een jongerenaccommodatie in dan wel in de directe omgeving van het winkelcentrum. Wellicht is om die reden dan ook besloten het jongerencentrum elders te situeren hetgeen wij toejuichen. Wij handhaven ons bezwaar dienaangaande teneinde de opstellers in overweging te geven het begrip maatschappelijke doeleinden welke mogelijk zijn en passen binnen de functie van een winkelcentrum De Bus nader te definiëren BLOKKER HOLDING . .. .... - 7. BEBOUWING 7.1 Het bebouwingspercentage wordt in artikel 1 lid 4 van het bestemmingsplan-gedefinieerd als: "het percentage van het bouwperceel voor zover gelegen binnen het bebouwingsvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd". Op de plankaart nummer 000285 wordt het bebouwingspercentage met betrekking tot winkelcentrum "De Bus" vastgesteld op 50%. Wij handhaven ons bezwaar tegen de vaststelling van het bebouwingspercentage op 50%. Gezien het voorgaande moet het winkelcentrum "De Bus" de mogelijkheid worden geboden om uit te breiden, zo nodig buiten de contouren van het winkelcen~. Indien de toekomstige omstandigheden zulks noodzakelijk maken en teneinde te allen tijde te kunnen voldoen aan de vigerende norm van Y2m' winkelvloeroppervlak per inwoner. Het op voorhand uitsluiten van een bebouwingspercentage van meer dan. 5 0% maakt het inspelen op toekomstige omstandigheden welke een bebouwing boven het vastgestelde bebouwingspercentage noodzakelijk maken, bij voorbaat omnogelijk. Bovendien kan het winkelcentrum daardoor mogelijk niet voldoen aan de gehanteerde norm van Y2 rri2 winkelvloeroppervlak per inwoner. 7.2 De vaststelling als weergegeven in de inspraaknota dat de vierkante meters die extra bebouwd kunnen worden omdat het nieuwe bebouwingsvlak groter is, als gevolg van eerdere uitbreidingen reeds is ingevuld, wordt door de opstellers niet onderbouwd en door ons betwist. 7.3 De wijziging op de plankaart nummer 000285, zodat op basis van het ontwerpbestemmingsplan de realisatie van 2 bouwlagen is toegestaan is positief en stemt overeen met de bestaande situatie. Wel dient de realisatie van de tweede bouwlaag mogelijk te worden gemaakt door aanpassing van artikel 9 van de voorschriften zoals hiervoor aangegeven. 8. CONCLUSIE Gezien het voorgaande zijn wij van mening dat het ontwerp van het bestemmingsplan Helmond Noord strijdig is met het gelijkheidsbeginsel alsook onvoldoende is gemotiveerd en onderbouwd. Bovendien is het ontwerp van het bestemmingsplan innerlijk tegenstrijdig en tot stand gekomen zonder een deugdelijke voorbereiding en BLOKKER HOLDING belangenafweging. Het ontwerpbestemmingsplan is voorts in strijd met onder andere onze rechten, omdat toekomstige uitbreidingen van winkelruimte worden belemmerd. Concluderend moet dan ook worden vastgesteld dat het ontwerp van het bestemmingsplan niet in stand kan worden gelaten, althans niet in de huidige vorm kan leiden tot een definitief bestemmingsplan indien het plan niet onverkort met het voorgaande in overeenstemming wordt gebracht en wordt tegemoet gekomen aan vorenstaande zienswijze. Uitdrukkelijk behouden wij het recht voor om te allen tijde nadere zienswijzen en bezwaren met betrekking tot het bestemmingsplan in te brengen. Aangezien wij schade zullen lijden indien het bestemmingsplan in de huidige vorm zal worden vastgesteld, behouden wij ons ook in dat opzicht alle rechten voor. Wij verzoeken u voornoemde zienswijzen in de verdere voorbereidingsprocedure van het bestemmingsplan te betrekken en ons op de hoogte te houden van de verdere ontwikkelingen aangaande het bestemmingsplan Hehnond Noord. Wij zenden deze brief zowel per fax als per gewone post. Vertrouwende u hiermede voldoende gdinforineerd te hebben, verblijven wij. Hoogachtend, BLOKKER HOLDING B.V. namens Blokker B.V. F.Th. van Kooten StichtingMONUMENTEN WERKGROEP HELMOND Postbus 409, 5700 AK Helmond. Postbank: 7659344 Telefoon: 0492 - 541143 Aan de gemeenteraad van Helmond 111 lllilligiollaillom 11 pla afdeling Ruimtelijke Ordening GENO,.EENTE H.EL. 02.001784 Postbus 950 CI.nr.: - 00 5700 AZ Heimond Datum: -4["'IRT2002 Helmond, 98 2002. KOPIE Aid.'1 Betreft: zienswijze Bestemmingsplan "Helmond Noord", nieuwbouwproject Abdijlaan. Geachte leden van de raad, Ondergetekenden, in en buiten rechte vertegenwoordigende de stichting Monumenten Werkgroep Helmond, maken langs deze weg hun zienswijze kenbaar aangaande het bestemmingsplan "Helmond NoorW', m.n. t.a.v. het nieuwbouwproject Abdijlaan. 1. Wij zijn tegen de sloop van de voormalige kerk aan de Abdijlaan. Dit uit 1956 daterende gebouw is nwnelijk een object van de Helmondse architect Cor Roffelsen, die ook de architect is van de Leonarduskerk en de Lconardusschooi, beiden gelegen aan de Wethouder Ebbenlaan, die beiden de status van Rijksmonument hebben. Wij zijn van mening dat de kerk aan de Abdijlaan, die overigens ook in de zogenaamde MIP- rapportage voorkomt, bij het te behouden oeuvre van architect Cor Roffelsen behoort. Dit gebouw is o.a. uniek v.wb. zijn dakconstructie en voor zover ons bekend zijn er geen andere voorbeelden meer aanwezig in Nederland. 2. Daarnaast hebben wij ook formele overwegingen t.a.v. de procedure tegen dit onderdeel van voornoemde bestemmingsplan. Een van onze medewerkers heeft namelijk vanaf 1 3. februari inzage in de genoemde stukken proberen te krijgen maar deze waren niet eerder dan na 8 februari pas beschikbaar! Uiteraard zijn wij te allen tijde bereid om e.e.a. nader toe te lichten. Vertrouwende u met bovenstaande voorlopig voldoende te hebben geïinfortneerd, verblijven Wij - Hoogachtend, J.J.O@ van tter. eter, secretaris. NOTA ZIENS»7JZENBESTEMMIIVGSPLANHELMOND NOORD Inhoud zienswyzen: Commentaar: 1 ) Bewoners Ruusbroeclaan 133, 135, 137, 139, 143, 145 en 147. a. Parkeerprobleem en verkeersdnikte: ad a. De veronderstelling dat de meeste bewoners beschikken over 1,5 parkeerplaats per woning is niet toereikend voor twee auto's waardoor de parkeernonn ontoereikend zou zijn, is bezoekersparkeren, daardoor ontstaat er speculatiefen onwaarschijnlyk. De parkeernorm is naar parkeeroverlast in de wijk. De oplossing hiervoor is het verwachting ruim toereikend, want aanzienlijk ruimer dan aanleggen van meer parkeerplaatsen, alsmede een gebruikelijk bij appartementen parkeerverbod of het maken van een doodlopende Maatregelen om parkeeroverlast te beperken worden vooralsnog straat vanaf nr. 147. onnodig geoordeeld. b. de hoogte van de woontoren -13 etages- geeft de ad b. De afstand van de geprojecteerde toren tot aan de bewoners van de Ruusbroeclaan het gevoel te worden dichtstbijgelegen woning bedraagt 70 meter tot de woningen aan de bespied. De oplossing hiervoor is enkele bouwlagen Vondellaan en 90 meter tot de woningen aan de Ruusbroeclaan en eraf te halen. de Thomas van Kempenstraat. Deze afstand is voldoende groot om te kunnen waarborgen dat er van inkijk geen sprake kan zijn.. 2) I. S. Strickx-van Dijk, Thomas van Kemi)enstraat 1 1. De bewoonster van de Thomas van Kempenstraat maakt ad a. Vanuit de woningen aan de Thomas van Kempenstraat wordt bezwaar tegen de voorgenomen situering van de ingang, nu het uitzicht bepaald door de hoogopgaande bomen rondom het van de parkeergarage welke komt te liggen tussen het pand voormalige kloostercomplex. Aan dit uitzicht zal weinig veranderen Thomas van Kempenstraat 1 en de Vondellaan. Deze behoudens daar waar een doorgang voor de ingang van de situering heeft tot gevolg dat al het verkeer langs haar parkeergarage wordt gemaakt en het gedeelte van de woontoren dat woning Thomas v Kempenstraat 1 1 zal gaan rijden, hetgeen boven de bomen uitsteekt. Echter van zo dichtbij zal dat naar ook tot gevolg heeft dat gevaarlijke situaties ontstaan voor verhouding een klein gedeelte zijn. spelende kinderen. In totaal heeft zij 4 bezwaren tegen het plan. ad b. Het bestemmingsplan doet geen uitspraak over de situering a) Door de bouw van het appartementencomplex wordt van de ingang van de parkeergarage. Formeel gezien kan hiertegen het uitzicht vanuit haar woning belemmerd. dan ook alleen bezwaar gemaakt worden in het kader van de b) Bezwaar tegen de situering van de ingang van de bouwplanprocedure. In dit kader kan echter wel gezegd worden dat parkeergarage. bij de bouwplanontwikkeling een zeer zorgvuldige a eging heeft .fw e) Het parkeerprobleem wat zal ontstaan. plaatsgevonden bij de keuze van de plek, waarbij voor de combinatie d) De gevaarlijke verkeerssituatie die zal ontstaan. is gezorgd van een logische ontsluiting en het zoveel mogelijk beperken van de overlast naar de omgeving. ad c. Bij de bouwplanontwikkeling is uitgegaan van een parkeernorm van 1, 5 parkeerplaatsen per woning. Deze norm is ruimer dan normaal gebruikelijk bij de bouw van appartementen. Het is dan ook niet te verwachten dat er een parkeerprobleem zal ontstaan. ad d Door de toevoeging van het geplande woningbouwprogramma zal inderdaad de verkeersdruk in de directe omgeving in omvang toenemen. Echter, het aantal verkeersbewegingen zal niet de maximale limiet die toelaatbaar is in een woonstraat van 2000 voertuigen per etmaal overschrijden. Tevens wordt in de nabije toekomst dit gebiedt aangemerkt en ingericht als 30-kni zone. 1 3) Monumenten Werkgroo Helmond, Postbus 409, 5700 AK Helmond. a) De werkgroep is tegen sloop van de voormalige kerk ad a. De kerk heeft al velejaren zijnfunctie als kerk verloren en aan de Abdijlaan, welke behoort tot het te behouden verkeert in een slechte bouwkundige staat. Weliswaar is het gebouw oeuvre van architect Cor Roffelsen. Het gebouw is o.a. opgenomen in de monumenten inventarisatielijst van de provincie uniek voor wat betreft zijn dakconstructie en er zijn Noord-Brabant,- desalniettemin is de gemeente van mening dat het voor zover bekend geen voorbeelden meer van fysieke behoud van de cultuur-historische waarde van dit pand niet aanwezig in Nederland. opweegt tegen de kwalitatiefhoogwaardige toevoeging van een specifiek deel van de woningmarkt in dit gedeelte van de stad. b) Fonnele overwegingen tegen de procedure van dit ad b. De stukken met betrekking tot het nieuwbouwproject aan de onderdeel van het bestemmingsplan aangezien de Abdijlaan zijn onderdeel van de aanvraag om bouwvergunning, stukken niet eerder dan 8 februari beschikbaar waren. welke een aparte procedure doorloopt. Een en ander maakt geen deel uit van het bestemmingsplan. 4) Stichting Proiectgroep Dagelijks Beheer Helmond- Noord. Algemeen. a. Bezwaar tegen de wijzigingsbevoegdheid i.h.k.v. de ad a. De in het plan opgenomen wijzigingsbevoegdheden ex artikel Wet op de Ruimtelijke Ordening. Een 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening zijn bedoeld om binnen bezwarenprocedure moet mogelijk blijven en het zekere grenzen nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. Hieraan is college moet niet het beslissende orgaan zijn. een procedure verbonden, welke is beschreven in artikel 17 5' lid b) De bezwarenternüjn van twee weken is te ko^ zeker van de planvoorschriften. Onderdeel hiervan is de moceliikheid om wanneer er dagen in vallen waarop het stadskantoor bezwaren in te dienen. gesloten is. Voorgesteld wordt om de termijn te stellen ad b. Twee weken terinzagelegging is voor een wijzigingsplan een op minimaal 15 werkdagen.. gebruikelijke termijn. e) Er wordt voor gepleit om het aantal bouwlagen langs ad c. In het geval er gebruik gemaakt wordt van de in het plan de hoofdgroenstructuur te beperken tot 7. voorziene wijzigingsbevoegdheid, zal per geval specifiek bekeken en onderzocht worden wat in stedebouwkundige zin de beste situatie is. Het is dan ook niet wenselijk om op voorhand de maximale Voorzieningen. bouwhoogte in algemene zin vast te leggen. d) Winkeleentrum De Bus en Vondellaan zijn aangemerkt ad d. Sommige winkels kunnen best een stedelijke ofzelfs een als wijkvoorzieningen; dit is niet juist, want sommige regionale aantrekkingskracht hebben, niettemin zijn deze zaken hebben een stedelijke functie. Er wordt voor winkelcentra primair opgezet en bedoeld als voorziening voor de gepleit om uitbreidingsmogelijkheden te behouden. wijk waarin ze gesittieerd zijn. e) Naast sloop van het Abdijke staat ook de Bombardon ad e. Binnen het totale bestemmingsplan Helmond Noord bevindt op de non-ánatie om gesloopt te worden. Er verdwijnen zich een groot aantal locaties die bestemd zijn voor meer faciliteiten voor verenigingen. Het wordt van maatschappelijke voorzieningen. Binnen deze bestemmingen is op groot belang geacht om in het bestemnüngsplan een aantalplaatsen en onder bepaalde voorwaarden uitbreiding van uitbreidingsmogelijkheden voor bestaande bestaande accomodaties mogelijk. Voor wat betreft nieuwbouw is er accommodaties op te nemen alsmede ruimte voor in dit plan alleen rekening gehouden met de bouw van een nieuwbouw van een verenigingengebouw. jongerenaccomodatie aan de Breitnerlaan. Bedrijvigheid. f) Er wordt een beroep gedaan op de raad om een aantal AdflHet is niet zo dat de regeling voorziet in vrije vestiging van alle bedrijven die vallen onder categorie 1 of 2 bij voorbaat in de bedrijvenlijst opgenomen bedrijven in categorie 1 en 2. De uit te sluiten van vestiging in Helmond Noord, zoals bestemming Bedrijven is alleen gelegd op een tweetal locaties aan autoreparatie en/of sloopbedrijven, autohandel en het Oostende en de Wethouder.Ebbenlaan, waar reeds bestaande handel in het inzamelen van oude metaler@ papier en bedrijven gevestigd zijn. Daarnaast geldt er een textiel. wijzigingsbevoegdheid om in de woonwijk de woonbestemniiiig te g) De stichting wil de perceelsgrootte van bedrijven kunnen omzetten in de bestem?ning Wonen en Werken voor de geli"teerd vastleggen, vestiging van kleinschalige bedrijven onder de nodige voorwaarden. Conform de toezegging op de inspraakavond wordt de opslag van vuurwerk uitgesloten; afgezien daarvan is het niet wenselijk om binnen de categorie-indeling van de bedrijvenlijst nog een nadere onderverdeling te maken van activiteiten die wel en die niet mogen. Adg. Indewijzigingsregelsisdenzaximaleperceelsgrootteper bedrijfbegrensd op 750 m2. 2 Kanaalzone. h) Alvorens met nieuwbouw wordt gestart dienen de Ad h. Het lage bebouwingspercentage binnen deze bestemming is bestaande maisonnettes te worden gesloopt,. Gepleit bewust gekozen, met als gevolg dat de bestaande bebouwing eerst wordt voor maximaal 3 bouwlagen, maar bij specifieke gesloopt dient te worden alvorens er nieuwbouw gepleegd kan architectonische ontwerpen kan men gaan tot 7 worden. Vanuit stedenbouwkundig oogpunt mag nieuwe bebouwing bouwlagen. langs het kanaal wat meer massa hebben dan de huidige bebouwing. Daarom is de bebouwingshoogte op maximaal 5 lagen gesteld. Nieuwbouw Ruusbroeclaan. i) De Ruusbroeclaan wordt aangeduid als Ad i. In verkeerstechnische zin (hoofdstuk 7 van de toelichting) is de hoofdontsluitingsweg als argument om hoogbouw toe Ruusbroeclaan een buurtontsluitingsweg. Binnen de te staan; in werkelijkheid is het een doodlopende straat. stedebouwkundige structuur neemt de Ruitsbroeclaan echter een Hij valt ook binnen de 30km-zone; in hoofdstuk 7 meer belangrijke plaats in als belangrijke oost-west lopende lijn. Dit wordt hij ook niet genoemd als hoofdontsluitingsweg. vindt bijvoorbeeld zijn weerslag in het bredere profiel van deze weg met boomrijen, dat de Ruusbroeclaan duidelijk een ander en meer voornaam karakter geeft dan éle daaraan gelegen zijstraten. Tesamen met een aantal andere straten waarvoor het ze@fde geldt, is de Ruusbroeclaan een onderdeel van de hoofdstructuur van de wijk Helmond-Noord als geheel. j) In de inspraakreactie heeft de projectgroep de Adj. In het bestemmingsplan is dat gedeelte van hetperceel dat oppervlakte van de toren begroot op ongeveer 600m2. onvoorwaardelijk als groen behouden dient te worden ook bestemd Thans wordt erop aangedrongen om op te nemen welk als groenvoorziening. Binnen dit gedeelte mag dan ook niet percentage van het perceel bebouwd mag worden, gebouwd worden. Voor het overige deel is per deelgebied zodat duidelijk wordt hoeveel groen er nog rest. De aangegeven hoe hoog de bebouwing mag zijn, waarbij het gedeelte projectgroep blijft van mening dat de torenflat niet past waar de woontoren geprojecteerd is zo klein mogelijk is gehouden. in de omgeving. De stedenbouwkundige argumenten De mening van de projectgroep dat de woontoren niet past in deze lüervoor beschouwt men als dooddoeners. wijk, wordt door de gemeente niet gedeeld. k) Bij het ontwikkelen van plannen zou de gemeente er ad. k Alvorens erdoor de gemeente met projectontwikkelaars goed aan doen om vooraf de mening van de burgers te gesproken is, is ten behoeve van de verkoop van hetperceel aan peilen, zodat randvoorwaarden klmnen worden gesteld derden een gedegen stedenbouwkundige studie gedaan naar de aan projectontwikkelaars. Het aantal bouwlagen wordt ontwikkelingsmogelijkheden van deze plek. Hieruit bleek dat een nu op economische gronden bepaald door de vorm van hoogbouw op deze plek, vanuit stedenbouwkundig oogpunt projectontwikkelaar. goed op zijn plaats is. In een later stadium is een meer gedetailleerde studie gedaan naar de exacte hoogte van het gebouw. In deze studie is niet gekeken naar het economische motief, maar puur naar de ruimtelyke aspecten. 5) Bianca Wosyka-Berkers, Nieuwveld 21, 5702 HW Helmond. Reclamante heeft vernomen dat elk pand in'winkeleen~ De voorstelling van zaken door reclamante berust op een De Bus de bestemming krijgt die het nu heeft. Dit zou voor misverstand. Er is geen sprake van het vastleggen van gevestigde haar betekenen dat in haar pand altijd een gemakswinkel branchesper winkelpand, een dergelijke wijze van bestemmen is oftewel tabaksspeciaalzaak met tijdschriften, wenskaarten , binnen de ruimtelijke ordening ze@fs niet toegestaan. Wel is er in een zoetwaren, lotto, staatsloten etc. gevestigd zou moeten zijn. eerder voorontwerp sprake geweest van het vastleggen van de Gezien het overheidsbeleid richting tabaksgebruik zou over uitgeoefendefunctie perpand, doch daarbij ging het om het 10 jaar haar winkel geen bestaansrecht meer kunnen hebben vastleggen van respectiervelijk defuncties detailhandel, en onverkoopbaar kunnen worden. dienstverlening, horeca en maatschappelijke doeleinden ten opzichte van elkaar. Zoals gemeld in de inspraaknota is in het ontwerpplan Verder vindt zij het vreemd dat in een groeiende wijk het gekozen voor meerflexibiliteit, alle binnen de bestemmingsregeling winkeleentium toch niet zou mogen groeien/uitbreiden. toegelatenfuncties zijn in beginsel uihvisselbaar. Zelf zou ze enkele meters willen uitbreiden op het trottoir buiten het winkelcentrum. Het begrenzen van de oppervlaktes van de ivijkvvinkelcentra vloeit rechtstreeks voort uit het Helmondse detailhandelsbeleid, dat gericht is op uitbreiding van het hoofilwinkelcentruni. Voor een stad van de omvang van Helmond is het hoofdvvinkelcentrum onvoldoende ontwikkeld qua aantal vierkante meters detailhandel. 3 6) Van Benthem en Keulen Advocaten namens Aldi Best BV, Postbus 85005, 3508 AA Utrecht,. a) Reclamant maakt bezwaar tegen de bestemn-iing Wijk- Ad a. De naam van de bestemming doetfeitelijk weinig terzake. Er is Voorzieningen. Een ontwikkeling van winkelcen~ hier gekozen voor de naam Wykvoorzieningen om aan te geven dat naar voorzieningencen~ gaat ten koste van de het hier gaat om meer dan uitsluitend winkels,- immers ook mogelijkheden van het winkeleentnim en daarmee van consumentgebonden dienstverlening, horeca I en maatschappelijke de ontwikkelingsmogelijkheden van de Aldi. dienstverlening zijn binnen deze bestemming toegestaan. De flexibiliteit van het winkelcentmm zal er juist op Deze naamgeving gaat op geen enkele manier ten koste van de Aldi. achteruit gaan. Niet duidelijk is dat er behoefte bestaat aan een voorzieningencen~ met meer niaatschappe- lijke voorzieningen en waarom de term voorzieningen- centrum de lading beter dekt dan de term winkel- centrum. Aldi verzoekt de bestenuning te wijzigen in "Winkelcentrurn@'. b) Het ontwerpplan kent te weinig uitbreidings- Ad b. De beperking van de uitbreidingsmogelijkheden vloeit voort mogelijkheden. Op basis van het uitgangspunt dat het uit het Helmondse detailhandelbeleid dat gericht is op uitbreiding beleid ten aanzien van de bestaande winkelcentra is van het hoofdwinkelcentrum. Realisering van die doelstelling is niet gericht op verbetering van de kwaliteit van de mogelijk wanneer ook alle wijkwinkelcentra mogen blijven groeien. bestaande winkelvoorzieningen, alsmede het Winkelcentrum De Bus is een wijkwinkelcentrum voor Helmond vastleggen van het nmxiinale vloeroppervlak in de Noord met het accent op boodschappen doen. Dezefunctie moet ook planvoorschriften, is geen enkele uitbreiding in de toekomst optimaal vervuld kunnen blyven worden. Onder mogelijk. Aldi vindt het uitgangspunt van de gemeente bepaalde omstandigheden, gelet op consumentenwensen enlof onwenselijk en meent dat de mogelijkheid van schaalvergroting zou dit kunnen inhouden dat na een zorgvuldige uitbreiding noodzakelijk is. De gemeente heeft geen ajlweging een vergroting van een vestiging c. q een verschuiving in onderzoek gedaan naar mogelijke toekomstige vierkante meters wordt toegestaan om hetfunctionele en ontwikkelingen, er is geen distributie-planologisch kwalitatieve nivo te kunnen handhaven. Vooralsnog is dit niet aan de onderzoek uitgevoerd, noch zijn er andere recente orde. Het loslaten van kwantitatieve beperkingen zou een gegevens beschikbaar op basis waarvan de gemeente onevenredige druk kunnen leggen op andere winkelgebieden; ze@fs zou kunnen menen dat uitbreiding niet noodzakelijk is. het ontstaan van "megasupermarkten ",met een veel groter Aldi meent dat het bestemmingsplan te rigide is en verzorgingsgebied dan de wijk, zou mogelijk worden. Het verzoekt om aanpassing in de zin dat geen beperking gemeentelijk beleid staat dit niet toe. van het verkoopvloeroppervlak of Indien A ldi het nodig vindt om verder uit te breiden, dan is dit bebouwingsoppervlak wordt vastgesteld. mogelijk ten koste van andere winkels,- er geldt immers geen bovengrens, geen maximum oppervlakte per vestiging. Wel mogen er slechts twee grootschalige detailhandelsvestigingen aanwezig zijn, A ldi is erdaar een van. ad c. Het bebouwingspercentage is inderdaad hetze@fde als in het c) In samenhang met de zienswijze onder b. heeft Aldi vigerende plan. Echter, het bestemmingsvlak waarvoor dit geldt is bezwaar tegen het bebouwingspercentage van 50%. Dit groter. Hierdoor zijn er in dit nieuwe plan per saldo meer percentage is rechtstreeks overgenomen van artikel 14 bebouwingsmogelijkheden dan in het oude plan. Deze zijn echter al sub b van het vigerende bestemmingsplan, dat als het gevolg van eerdere uitbreidingen ingevuld. Op dit moment is tientallen jaren oud is en riet aansluit bij de huidige het bebouwd oppervlak en het oppervlak in gebruik voor overige behoeften. Het bebouwingspercentage laat op geen functies die binnen de bestemming gerealiseerd dienen te worden enkele manier uitbreiding toe, waardoor het omnogelijk (wegen en parkeerplaatsen) met elkaar in evenwicht in is om op toekomstige ontwikkelingen in te spelen. stedenbouwkundig opzicht. Derhalve is het bebouwingspercentage van 50% planologisch te verantwoorden. Het plan biedt wel de mogelijkheid om een verdieping toe te voegen ten behoeve van het creëren van opslagruimte. Hierdoor is het mogelijk om het totale bebouwingsvlak op de begane grond te benutten voor winkeloppervlak. d) Ingevolge de toelichting heeft het plan ook als doel om ad d De zelfstandige projectprocedure wordt in de toelichting nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken via de slechts genoemd om aan te geven dat een actuele zelfstandige projectprocedure. Deze procedure gaat bestemmingsregeling om @7ieerdere redenen driiigeiidgewenst is. waarschijnlijk in de toekomst verdwijnen., zodat onverwachte ontwikkelingen weer op het plan zelf 4 moeten worden gebaseerd. Het ontweipplan schept daarvoor geen enkele ruimte. Aldi heeft in het algemeen bezwaar tegen de conservatieve aard en rigide karakter van het ontwerpplan en verzoekt om aanpassing daarvan. e) In de toelichting op blz. 3 9 staat vermeld dat indien ad e. Algemeen beleid van de gemeente Helmond is dat indien uitbreidmg plaatsvindt van wijkvoorziemngen in De ergens een nieuwe functie wordt gerealiseerd ofals een bestaande Bus een parkeemorm van 3 parkeerplaatsen per 100m2 functie uitbreidt, de parkeerbehoefte die dit met zich meebrengt, op bvo wordt gehanteerd; bovendien moeten deze binnen eigen terrein / binnen het bestemmingsvlak gerealiseerd moet de betreffende bestemming worden gerealiseerd. Aldi worden. In het kader van dit bestemmingsplan is er geen reden om merkt hierover op dat er in het geheel geen uitbreiding van dit beleid afte wijken. Ook niet indien de eventuele mogelijk is van wijkvoorzieningen. De parkeemolin is uitbreidingen van marginale aardzijn. een ongeoorloofde aanscherping die onvoldoende is gemotiveerd, Aldi verzoekt dit te laten vervallen.. f) Aldi verzoekt het plan aan te passen zoals I-üerboven adfl De verplichting van distributie-planologisch onderzoek is al bij aangegeven; Aldi meent dat het ontwerp berust op de wetswijziging van 1985 komen te vervallen. Dit betekent echter onvoldoende deugdelijk onderzoek met betrekking tot geenszins dat er geen detailhandelsonderzoek in Helmond winkelden~ De Bus, waaruit voortvloeit dat ook het plaatsvindt. In de volgende recente gemeentelijke ontwerp onvoldoende deugdelijk is. detailhandelsrapportages en rapporten wordt ingegaan op de positie en het beleid ten aanzien van de verschillende winkelgebieden binnen de Helmondse detailhandelsstructuur. Integrale Structuurvisie Centrumplan Helmond, oktober 2001 met name 4.2. 1 Functionele uitwerking detailhandel, p. 51-56,- Contouren detailhandel oude wijken Helmond, mei 2000,- Structuurvisie op de perifere detailhandel, mei 2001. Ook nog essentieel voor het beleid ten aanzien van de wijkcentra is de door de raad vastgestelde nota "Winkelcentra in de Helmondse wijken" van februari 1993. 7) Haans -Beiisens Advocaten en Notarissen namens de CoMeratieve Vereniging van Eigenaren in het winkelcentium De Bus te Helmond, i)/a Postbus 1 0 1, 4600 AC Bergen oi) Zoom. 8) Haans-Beiisens Advocaten en Notarissen namens Peters-van de Nieuwenhuizen Beheer B.V. te Helmond, p/a Postbus 10 1, 4600 AC Bergen op Zoom. 9) Haans-Beiisens Avocaten en Notarissen namens Ondememersvereniging De Bus te Helmond, Postbus 101, 4600 AC Bergen op Zoom. 10) Haans-Beiisens Advocaten en Notarissen namens de Stichting Pensioenfonds Makelaarskantoor Praasterink te Helmond, p/a Postbus 10 1, 4600 AC Bergen op Zoom. 1 1) Blokker Holding, Naarderstraat 50, 1251 BD Laren. De bovengenoemde reclamanten hebben inhoudelijk gelijkluidende zienswijzen ingediend. Ada: a) Reclamanten maken bezwaar tegen de bestemming De naam van de bestemming doet ons inziens weinig terzake, het "Wijkvoorzieningen". Indien binnen die bestenllnffig in gaat om de inhoud van de bestemmingsregeling. Hier is gekozen alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentruin voor "Wijkvoorzieningen " omdat deze naam recht doet aan zowel alle genoemde functies zijn toegestaan, kan men met de het beoogde karakter van het winkelceiitrum, als aan hetfeit dat bestenin-üng "Wijkvoorzieningen" instemmen, met naast detailhandel ook anderefuncties zijn toegestaan. dien verstande dat volgens reclamanten de bestemming Mede gezien de definitie van maatschappelijke doeleinden in artikel "Winkeleentrum" meer recht doet aan de 1 is het uiterst onwaarschijnlijk dat zich functies vestigen die daadwerkelijke functie. Overigens zijn reclainanten onverenigbaar zijn met anderefuncties in het winkeleentruni. van mening dat de functie maatschappelijke doeleinden 5 kan leiden tot ongewenste situaties, aangezien het denkbaar is dat bepaalde voorzieningen zich niet verenigen met de overige ftmcües binnen het winkelcen~. Ad b: b) Reclamanten maken bezwaar tegen de constatering dat De maat van 3500 m2 verkoopvloeroppervlakte is ontleend aan de er 3 500 m2 verkoopvloeroppervlak aanwezig is. Het beleidsnota Winkelcentra in de Helmondse wijken uit 1993; aantal m2 verkoopvloeroppervlak is aan wisselingen aangezien er sindsdien niet ofnauwelijks winkelvloeroppervlak is onderhevig, winkehers dienen dit constant aan te toegevoegd, kan dit cijfer niet anders dan actueel zijn. Overigens is kunnen passen. Reclamanten vinden het hanteren van deze maat niet in de planvoorschriften vastgelegd en heeft derhalve een getal voor de verkoopvloeroppervlakte overbodig geen consequenties voor bouwaanvragen. want zonder toegevoegde waarde. Ad c: c) Reclamanten maken bezwaar tegen het gemeentelijk Verwezen wordt naar het commentaar ad b. onder 6 Herhaald wordt detailhandelsbeleid , aangezien in de inspraaknota dat niet wordt uitgesloten dat in de toekomst op grond van wordt vermeld dat het detailhandelsbeleid uitgaat van consumentenwensen enlo schaalvergroting een uitbreiding of ,f consolidatie van het aantal vierkante meters verschuiving in vierkante meters wordt toegestaan om het detailhandel in de wijk- en buurtcentra. Consolidatie functionele en kwalitatieve winkelnivo te kunnen handhaven, doch staat bovendien haaks op de gehanteerde nonn in het dat dit vooralsnog niet aan de orde is,- alsmede dat het loslaten van vigerende plan van 1/2m2 per inwoner, aangezien deze kwantitatieve beperkingen een onevenredige druk zou kunnen leggen norm evenredige groei impliceert met de groei van het op andere winkelgebieden. aantal inwoners. Ad d. d) Reclamanten citeren uitlatingen van oud-wethouder In de periode 1996-1997 is er uitgebreidgestudeerd op, en is er Sjef Jonkers, alsmede passages uit de nota "Wijkcentra overleg en afstemming geweest met de ondernemers van De Bus in de Helmondse wijken@' uit 1993 om aan te geven dat over de winkelvoorziening in Dierdonk. Dit vanuit het idee dat ook Dierdonk hoort tot het verzorgingsgebied van o.a. de wijk Dierdonk inderdaad gedeeltelijk tot het verzorgingsgebied winkelcentrum De Bus. Op basis van de oude norm moet worden gerekend van respecüevelijk de winkelcentra De Bus, alsmede het nieuwe aantal inwoners van Helmond Vondellaan en Straakven. Er heeft consumentenonderzoek Noord is al een aanzienlijke uitbreiding van het aantal plaatsgevonden. Rekening houdend met de concurrentie en de vierkante meters detailhandel mogelijk tot 6000 m2, zuigkracht van de genoemde centra is er in Dierdonk een AH- exclusief Dierdonk. supermarkt gevestigd, naast een eetgelegenheid en een gemeenschapshuis. Het is derhalve niet realistisch om er van uit te gaan dat alle koopkracht vanuit Dierdonk toevloeit naar De Bus. Het is ook onjuist om het berekende potentieel van 6000 m2 voor Helmond Noord toe te rekenen naar uitsluitend winkelcentrum De Bus, uitgaande van het gegeven dat De Bus (3500 m2 vvo) en winkelcentrum Vondellaan (2200 m2 vvo, incl-AH) elkaar aanvullen. e) Het voorontwerp is confonn het gestelde in de Ade. inspraaknota aangepast op zodanige wijze dat volledige De door reclamanten gewensteflexibiliteit qua uitbreiding van het flexibiliteit bestaat in functionele zin binnen de huidige vloeroppervlak van het winkelcentrum verdraagt zich niet met het contouren van winkelden~ De Bus. Volgens door de gemeente gewenste detailhandelsbeleid Uitgangspunt reclamanten dienen er eveneens volledige flexibiliteit daarbij is primair het belang van de stad als geheel. te bestaan ten aan zien van uitbreiding van het Niettemin wordt met de onderhavige bestemmingsregeling door vloeroppervlak van het winkelcen~, zodat kan zowel deflexibiliteit infunctionele zin, als de uitbreidings- worden voldaan aan de geldende norm, de mogelijkheden ten opzichte van de vigerende regeling, recht gedaan veranderingen binnen de markt en de behoefte van de aan de belangen van zowel consumenten als individuele winkeliers. consument en de bewoners van het verzorgingsgebied. f) Als onredeli .k geachte beperkingen in artikel 9 van de Adfl i planvoorschriften zullen hierna nog aan de orde Zie commentaren hieronder. komen. Reclamanten maken bezwaar tegen het uitgangspunt Adg. dat handhandhaving van het voorzieriingennivo op Reclamanten kijken hier wat eenzijdig naar het belang van de tenminste het huidige nivo uitgangspunt is voor eigenaars enlofwinkeliers. De benadering van de gemeente is een Helmond Noord en dat een verdere verhoging niet in essentieel andere, zie ook hierboven. de lijn der venvachtingen ligt. Reclamanten streven Het door reclamanten geschetste beeld is naar getneentelijk oordeel continu naar een verhoging van het voorzieningennivo weinig realistisch en gaat bovendien voorbij aan de aanwezige en vindt dat de gemeente dit ook zou moeten doen. uitbreidings- en uitytisselingsmogelijkheden. Handhaving leidt tot stilstand en in de toekomst tot achterstand. 6 h) Reclamanten kmmen zich niet verenigen met het Ad h. standpunt dat uitbreiding van het aantal of het Dit is een herhaling van de zienswijzen onder e en g.. Verwezen oppervlak niet aan de orde is. De levensvatbaarheid wordt naar de desbetreffende commentaren. van het winkelcentnin-@ de courantheid van de verschillende eenheden alsmede het voortbestaan van de aanwezige branches dient te worden gewaarborgd. Als daarvoor uitbreiding qua aantal of oppervlakte noodzakelijk is, moet dit kunnen. De omvang dient flexibel te zijn om op veranderingen te kunnen inspelen. i) Het besteninüngsplan behoort volgens reclamanten Ad i. een ontwikkelingsplan te zijn en geen conserverend Met het bestemmingsplan wordt beoogd om te voorzien in een plan; aangezien het vigerende plan al dateert van 1973 actuele beheersregeling, het is derhalve geen ontwikkelingsplan. dient dit geen uitgangspunt te zijn. j) Reclainanten maken bezwaar tegen het vastleggen van Adj. het bebouwde oppervlak op 7800 m2, dat tevens het De maat van 7800 m2 heeft betrekking op het bebouwde oppervlak maximaal te bebouwen oppervlak is. Reclamanten van beide winkelcentra tesamen. gaan er van uit dat het aarnal van 7800 m2 betrekking heeft op zowel De Bus als winkelcenüm Vondellaan tezamen. k) Het komt reclamanten voor dat stelselmatig uitgegaan Adk. wordt van een onjuiste berekening van de aantallen De definitie van bruto vloeroppervlak -welke ook magazijn en vierkante meters en de begrippen dienstruimten bevat- is opgenomen in artikel 1, die van winkelvloeroppervlak, verkoopvloeroppervlak en bruto verkoopvloeroppervlak zal worden toegevoegd. vloeroppervlak onjuist worden gehanteerd. 1) Het toerekenen van de passage aan het vloeroppervlak Ad 1. vinden reclainanten onredelijk, omdat de passage nog De passage heeft geen verkeersbestemming en is geen openbare altijd deels openbare weg is. weg. Het is derhalve geenszins onredelijk om de passage mee te m) Ten aanzien van het winkeleentrum Vondeflaan wordt tellen in de berekening van zowel de bebouwde oppervlakte als van ten onrechte uitgegaan van een verkoopvloeroppervlak het totale bruto vloeroppervlak van het winkelcentriem. Hetfeit dat van 2200 m2 met inbegrip van de buiten het er privaatrechtelijke belemmeringen zijn doet daaraan niets af plangebied gelegen supermarkt 0 lbert Heijn). Volgens Ad m. de reclainanten wordt de supennarkt ten onrechte in de Het gehanteerde getal in de toelichting heeft geen enkelejuridische berekening betrokken. consequentie. Het maakt derhalve niet uit oflAlbert Heijn wel ofniet wordt meegeteld. Het getal is slechts een indicatie van de omvang van winkeleentrum Vondellaan ten opzichte van De Bus Artikel 91bestemming Wijkvoorzieningen: n) Voor wat betreft de bestenuning "Wijkvoorzieninger@' Ad n: zie commentaar onder a. wordt verwezen naar het hierover gestelde onder a. o) De opgenomen voorwaarden in lid 2, Beschrijving in Ad o: hoofdlijnen, voor uitwisseling van functies zijn De opgenomen voorwaarden in de beschrijving in hoofdlijnen onredelijk, achterhaald, onacceptabel en onredelijk kunnen voor het door de gemeente hier voorgestane detailhandels- bezwarend voor de belanghebbende. De beperking van en horecabeleid, niet worden gemist. De vestiging van een derde maximaal 2 grootschalige delailhandelsbedrijven met grootschalige winkel ten koste van bestaande winkels, wordt door de een brutovloeroppervlak van meer dan 250 m2 is gemeente ongewenst geachl onredelijk en onacceptabel en bovendien in strijd met Niet wordt ingezien waarom dit niet in overeenstemming met de gedane toezeggingen in de inspraaknota en in het inspraaknota zou zijn. ontwerpplan zelf. In de inspraaknota staat versneld dat In het voorontwerp was de restrictie opgenomen dat het er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat; als brutovloeroppervlak voor zowel detailhandel en horeca niet mocht enige beperking zou worden opgenomen dat er niet toenemen, deze restrictie is geschrapt conform de inspraaknota. meer dan twee supermarkten in het winkelcen~ Dat de restrictie van niet meer dan 2 winkels groter dan 250 m2 aanwezig mogen zijn. De overige voorwaarden, zoals alleen gold voor supermarkten en nu voor alle grootschalige winkels het vastleggen van de branchering, zouden komen te is een correctie ten opzichte van het voorontwerp. vervallen. Voornoemde bepaling stemt derhalve niet overeen met de inspraaknota. Bovendien richtte de bepaling zich in het voorontwerp uitsluitend op supernwkten en het huidige artikel 9 lid 2 sub b op alle grootschalige de"andelsbedrijven. Reclamanten vinden dit een verdere beperking i.p.v. de toegezegde 7 opheffing van beperkingen. i» Realisering van een verdieping op het totale Adp: winkelcen~ is mogelijk ingevolge plankaart en art. 9 Voor sommige winkels kan de aangehaalde beperking betekenen dat lid 2 sub e. Belanghebbenden zijn hiermee weliswaar inderdaad geen (volledige) verdieping kan worden gerealiseerd, content echter de beperking in art. 9 lid 2 sub b maakt voor de meeste winkels geldt dit niet. het olunogelijk een verdieping te kunnen realiseren zonder overschrijding van de bruto vloeroppervlakte van 250 m2. Het ontwerpplan is derhalve innerlijk tegenstrijdig. g) Watbetreftart.91id2subedientaansluitingteworden Adq:: gezocht bij de begripsomschrijving in art. 1 lid 10, Aan artikel 9 lid 2 onder e zal magazijnruimte en overige zodat op verdieping het hebben van magazijnnümte en dienstruimten worden toegevoegd. overige dienstruimten mogelijk wordt i.t.t. slechts opslagnümte. r) Ten aanzien van de beperking in artikel 9 lid 2 c (geen Ad r: dienstverlenende of horecabedrijven toegestaan van Zie commentaar onder o. meer dan 250 ni2 bruto vloeroppervlak) geldt voor reclamanten hetzelfde als hierboven gesteld. s) Belanghebbenden maken bezwaar tegen de Ad s: parkeemorm in art. 9lid 2 sub d, omdat hierdoor de zie commentaar onder e., het is geenszins de bedoeling om potentiële uitbreidingsmogelijkheden van het potentiële uitbreidingsruimte te beperken, maar om het benodigde winkelcentrum worden beperkt. Bovendien sluit de aantal parkeerplaatsen te kunnen afflwingen. Uitsluitend voor de nonn niet aan bij de bestemming Wijkvoorzieningen functie maatschappelijke doeleinden geldt overigens een lagere waartoe tevens consumentgebonden dienstverlening, parkeernorm van 2,5 parkeerplaats per 100 m2 bvo; artikel 9 lid 2 horeca 1 en maatschappelijke doeleinden behoren, onder d zal dienovereenkomstig worden aangepast. waarvoor een lagere parkeemorin dient te gelden. Positieve bestemming Voorzieningen t) Belanghebbenden kunnen zich verenigen met de Ad t: hiervan wordt kennisgenomen. verwijzing naar bijlage 3 Oijst van gevestigde branches), er van uitgaande dat deze conform het gestelde in de inspraaknota slechts informatief is. u) Uitbreiding van zowel het bruto vloeroppervlak, het Ad u: netto vloeroppervlak voor zowel de bestaande als voor Zie de commentaren onder c en onder 1, alsmede onder 6 ad b., nieuwe detailhandels- en horecavoorzieningen ook buiten de contouren van het huidige winkelden~ dient mogelijk te zijn, aangezien binnen de contouren nagenoeg geen uitbreiding mogelijk is gezien de bepalingen in de koopovereenkomst m.b.t. de aanwezige passage. Jongerenaccominodatie 1Maatschappelyke Doeleinden v) Reclamanten handhaven hun bezwaar tegen sommige Adv: denkbare voorzieningen welke vallen onder de ftmetie Zie commentaar onder a maatschappelijke voorzieningen, zoals de mogelijkheid van een jongerenaccommodatie in dan wel in de directe omgeving van het winkelcentnim. Hoewel besloten is het jongerencentrum elders te situeren, handhaven de belanghebbenden hun bezwaren op dit punt teneinde het begrip maatschappelijke voorzieningen nader te laten definiëren. Bebouwing. iv) Reclarnanten handhaven hun bezwaar tegen het Ad w: bebouwingspercentage van 50%. Het inspelen op Wederom wordt verwezen naar de commentaren onder c en 6 ad b, toekomstige omstandigheden is zo bij voorbaat waarin uitdrukkelijk wordt ingegaan op toekomstige situaties. onmogelijk, bovendien kan zo mogelijk niet worden voldaan aan de nonn van V2m2 winkelvlooeroppervlak per inwoner. Het gestelde in de inspraaknota dat de extra vierkante meters van het nieuwe en grotere bebouwingsvlak door eerdere uitbreidingen reeds zijn 8 ingevuld, wordt door reclamanten betwist. x) Realisatie van de tweede bouwlaag dient te worden Adx.- mogelijk gemaakt door aanpassing van artikel 9 van de Zie commentaar adp. voorschriften, zoals hierboven aangegeven. Conclusie. Het ontwerpplan is volgens de reclamanten strijdig met Ady: het gelijkheidsbeginsel en onvoldoende gemotiveerd en Met de conclusie van reclamanten kan in het geheel niet worden onderbouwd. Bovendien is het innelijk tegenstrijdig en ingestemd. De geconstateerde strijdigheden met de beginselen van tot stand gekomen zonder deugdelijke voorbereiding en behoorlijk bestuur kunnen op geen enkele manier worden belangenafiveging. Het ontwerpplan is naar de mening waargemaakt. De conclusie voegt niets toe aan de zienswijzen. van reclamanten ook in strijd met de rechten van De rechten van belanghebbenden worden volledig gerespecteerd, belanghebbenden, zoals deze door de jaren zijn alleen al ter voorkoming van planschadeclaims. opgebouwd en voortvloeien uit het vigerende plan. Ik 1 ar INSPRAAKNOTA " Heimond Noord" Inspraak. Het plan heeft in het kader van de inspraak vanaf 30 november 2000 4 weken ter inzage gelegen bij het gemeentelijk informatiecentrum. Op 4 december 2000 heeft er een inspraak avond plaats gevonden in het Dr. Knippenbergcollege. Het verslag van deze avond is als bijlage aan dit plan toegevoegd. De terinzagelegging heeft geleid tot een schriftelijke reactie van de heer T. Peters namens de besturen van de Coöperatieve vereniging van eigenaren in het winkelcentrum "De Bus" U.A. te Heimond en de Ondernemersvereniging "De Bus" te Heimond, alsmede alle leden van de voornoemde vereniging van eigenaren afzonderlijk. Deze inspraakreactie wordt hieronder samengevat weergegeven en van commentaar voorzien. Tevens heeft er ten behoeve van de herontwikkeling van het klooster aan de Ruusbroeciaan een aparte inspraakprocedure plaatsgevonden. Het is de bedoeling dat de planontwikkeling voor deze locatie in dit bestemmingsplan haar juridische vertaling krijgt. Daarom wordt de gevoerde inspraak voor deze herontwikkeling aan deze inspraakparagraaf gekoppeld Het stedebouwkundig plan heeft vanaf 15 maart 2001 4 weken terinzage gelegen bij het gemeentelijk informatiecentrum. Op 14 maart 2001 heeft er in het Dr. Knippenbergcollege een inspraakavond plaatsgevonden. Het verslag van deze avond is als bijlage aan dit plan toegevoegd. Naar aanleiding van de terinzagelegging zijn er 1 1 reacties binnen gekomen. Deze worden hieronder weergegeven en van commentaar voorzien. 1.1. Reacties n.av. inspraak Heimond Noord: 1. Coöperatieve vereniging van eigenaren winkelcentrum "De Bus" U.A. en Ondernemersvereniging "De Bus", pla de heer. T. Peters. van Ginneken, Schute & Haans Advocaten. postbus 101, 4600 AC, Bergen op Zoom. reactie: 1. Bestemming: Inspreken maakt bezwaar tegen de bestemming van de voorzieningen in het winkelcentrum "De Bus" tot "wijkvoorzieningen". Inspreken is van mening dat deze bestemming geen recht doet aan de functie van wijkgericht winkelcentrum, waarbij alle afzonderlijke eenheden binnen het winkelcentrum de functie van detailhandel, horeca 1 en dienstverlening zouden moeten kunnen uitoefenen. Het vastleggen van de functie per eenheid op brancheniveau betekent een te grote belemmering voor het functioneren van het winkelcentrum als geheel naar de toekomst toe. 2. Voorzieningenstructuur. Inspreker maakt bezwaar tegen het vastleggen van het verkoopvloeroppervlak van winkelcentrum "de Bus" op 3500 m2. Zij is van mening dat dit aantal niet goed onderbouwd is. Tevens is zij van mening dat door het vastleggen van het vvo de flexibiliteit binnen het winkelcentrum in gevaar komt. 3. Voorwaarden voor handhaving van het niveau: Inspreken maakt bezwaar tegen het feit dat het bestemmingsplan uitgaat van handhaving van het huidige voorzieningen niveau en niet streeft naar verhoging van de kwaliteit, iets dat wel het streven is van de ondernemers. Tevens kan inspreken zich niet verenigen met het feit dat het bestemmingsplan uitgaat van vastleggen van het aantal winkelvoorzieningen waarbij uitbreiding uitgesloten is. Om de continuïteit van het winkelcentrum niet in gevaar te brengen is zij van mening dat flexibiliteit geboden is zodat op een goede manier kan worden ingespeeld op toekomstige veranderingen binnen de markt. Ondanks dat het bestemmingsplan enige flexibiliteit biedt ten aanzien van de uitwisseling van functies binnen het bestaande winkelcentrum, is inspreken van mening dat de voorwaarden die aan deze uitwisseling gesteld worden onredelijk en bovendien achterhaald zijn. Dit geldt niet alleen ten aanzien van de flexibiliteit in functionele zin, maar ook ten aanzien van de grootte van de verschillende vestigingen. 4. Positieve bestemming voorzieningen: Inspreken maakt bezwaar tegen de in bijlage 3 opgenomen lijst van voorzieningen. Het vastleggen van de bestaande situatie aan de hand van deze lijst doet volgens inspreken geen recht aan de flexibiliteit die zij wenst ten aan zien van de toekomstige mogelijkheden van het winkelcentrum. Het ontwerpbestemmingsplan dient beter afgestemd te worden op de planologische behoeften die er zijn vanuit de wijk. Een en ander dient dan ook in overeenstemming gebracht te worden met de wijze waarop dit geregeld is in het vigerende bestemmingsplan "De Bus 11". 5. Jongerenaccomodatie: Inspreken maakt bezwaar tegen de mogelijkheid die het ontwerpbestemmingsplan biedt tot het realiseren van een jongerenaccommodatie in of in de nabijheid van het winkelcentrum. Zij is van mening dat deze functie niet verenigbaar is met de functie van het winkelcentrum. 6. Bebouwing: Inspreken maakt bezwaar tegen de beperkte bebouwingsmogelijkheden die het ontwerpbestemmingsplan biedt. Hierbij gaat het met name om het vastleggen van het bebouwingspercentage van 50% binnen de bestemming "wijkvoorzieningen". Tevens wordt de hoogte beperkt tot enkel een bouwlaag. Hierover merkt inspreken op dat een gedeelte van het winkelcentrum al uit twee bouwlagen bestaat. Commentaar: 1 . Bestemming: De gemeente onderschrijft de mening van de vereniging van eigenaren, de ondernemingsvereniging alsmede haar afzonderlijke leden, hierna te noemen de inspreken, dat de functie van winkelcentrum de Bus een wijkgerichte functie is. Zij neemt niet alleen een belangrijke plaats in binnen de structuur van de wijk Heimond-Noord, maar ook binnen de gehele detailhandelsstructuur van de gemeente Heimond. In het vigerende plan "de Bus 11" is het winkelcentrum bestemd tot "winkelcentrum". Binnen deze bestemming is een aantal functies toegelaten zoals, detailhandel, horeca 1 en dienstverlening. In het ontwerpbestemmingsplan "Heimond-Noord" is er voor gekozen om het winkelcentrum te bestemmen tot "wijkvoorzieningen", omdat deze term in de huidige tijd de lading beter dekt dan de term "winkelcentrum". Binnen de nieuwe bestemming zijn buiten de al in het vigerende plan toegelaten functies ook maatschappelijke voorzieningen toegestaan. Hierdoor zijn er in de toekomst nog meer mogelijkheden voor een betere functionele ontwikkeling van de Bus als voorzieningencentrum van de wijk Heimond-Noord. 2. Voorzieningenstructuur: In het ontwerpbestemmingsplan is uitwerking gegeven aan het huidige detailhandelsbeleid van de gemeente Heimond. Dit beleid gaat uit van consolidatie van het aantal vierkante meters detailhandel in de wijk- en buurtcentra, waar mogelijk opheffing van de verspreide detailhandel en versterking van de detailhandel in het stadscentrum. Echter, na vergelijking van het ontwerpbestemmingsplan met het nu vigerende plan moet geconstateerd worden dat de regeling zoals opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan geen recht doet aan de bestaande mogelijkheden van het vigerende plan. Het ontwerpbestemmingsplan zal dan ook aangepast worden, op zodanige wijze dat er volledige flexibiliteit in functionele zin bestaat binnen de huidige contouren van het winkelcentrum de Bus. Als enige beperking wordt in het plan opgenomen dat er niet meer dan twee supermarkten in het winkelcentrum aanwezig mogen zijn. De overige beperkende voorwaarden (zoals het vastleggen van de branchering) komen te vervallen. 3. Voorwaarden voor handhaving van het niveau: In eerste instantie is het doel van het ontwerpbestemmingsplan "Heimond Noord" het maken van een nieuwe juridische regeling voor de totale wijk, waarin de bestaande toestand wordt vastgelegd en waarbij de juridische lappendeken die is ontstaan in de loop der tijd als gevolg van de vele planherzieningen wordt opgeschoond. Het betreft hier dan ook duidelijk een conserverend plan en geen ontwikkelingsplan. Van groot belang bij het opschonen en vereenvoudigen van de juridische regelingen is wel dat bestaande rechten uit vigerende plannen gerespecteerd worden. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er in het vigerende bestemmingsplan "de Bus 11" mogelijkheden zijn tot het bouwen van ± 5500 M2 vloeroppervlak. Op dit moment beslaat het totaal bebouwde oppervlak echter M2. 7800 Binnen de bestemming "Wijkvoorzieningen" is dit het maximaal te bebouwen oppervlak. Om naast de hiervoor al genoemde functionele flexibiliteit, ook enige flexibiliteit in de ruimte te creëren zal de maximale bouwhoogte worden aangepast van 1 bouwlaag naar twee. Dit is tevens beter in overeenstemming met de regeling in het vigerende plan waarbij een maximale goot- en boeihoogte geldt van 7 meter en een maximale bouwhoogte van 1 0 meter is toegestaan. 4. positieve bestemming voorzieningen: De lijst "overzicht voorzieningen in de Bus" heeft enkel tot doel om een indicatie te geven van welke voorzieningen er zich in de Bus bevinden. Aangezien het hier om een momentopname gaat, is het geenszins de bedoeling dat deze lijst bepalend is voor welke branches zich waar mogen vestigen. De lijst heeft dan ook geen enkele juridische status, maar heeft enkel een informatief karakter. De lijst zal conform de duur u gemaakte opmerkingen worden aangepast. Op dit moment heeft de wijk Heimond Noord ongeveer 12.000 inwoners. Uitgaande van de in het vigerend plan gehanteerde norm van 112 M2 winkelvloeroppervlakte per inwoner, wordt daar met de huidige 7800 M2 ruimschoots aan voldaan. 5. jongerenaccommodatie: Zoals wellicht al vernomen is via andere media is er een locatie aangewezen voor een nieuwe jongerenaccommodatie, en wel naast buurthuis de Terp aan de Breitnerlaan. 6. bebouwing Met het vaststellen van het bebouwingspercentage op 50% wordt de huidige bebouwing conserverende bestemd. Dat is ook de bedoeling van het ontwerpbestemmingsplan. Aangezien het nieuwe bestemmingsvlak groter is, kunnen er ten opzichte van het nu vigerende plan meer vierkante meters bebouwd worden. Deze zijn echter al als het gevolg van eerdere uitbreidingen ingevuld. Op dit moment is het bebouwd oppervlak en het oppervlak in gebruik voor overige functies die binnen de bestemming gerealiseerd dienen te worden (wegen en parkeerplaatsen) met elkaar in evenwicht in stedebouwkundig opzicht. Derhalve is het bebouwingspercentage van 50% planologisch te verantwoorden. Met betrekking tot het aantal bouwlagen kan gezegd worden dat dit zal worden aangepast. De verdieping op de EDAH is binnen de regeling van het vigerende plan mogelijk, zo ook een verdieping op het totale winkelcentrum. Dit zal in het nieuwe plan ook het geval zijn. 1.2. Reacties n.a.v. inspraak Ruusbroeciaan: 1. B.C. Tollens. Ruusbroeciaan 123. 5702 AW, Heimond reactie: Verzocht wordt om te kijken naar de mogelijkheden om de in-uitrit van het nieuw te realiseren appartementencomplex te verplaatsen naar bijvoorbeeld de Th. Van Kempenstraat. Dit gelet op het feit dat dhr.lmw. Tollens van mening is dat het leefgenot sterk achteruit zal gaan door het hinderlijk licht van het uitrijdende verkeer dat recht in de huiskamer zal schijnen. Commentaar: In de uitgewerkte massastudie zal de toegang tot de parkeerkelder en het terrein verplaatst naar de zijde van de Th. Van Kempenstraat, en wel op een zodanige wijze dat het uitrijdende verkeer niet op de voorgevels aldaar zal schijnen. 2. I.S. Strickx-van Dijk. Th.v. Kempenstraat 11, 5702 AV, Heimond reactie: a. De bouw van appartementen zal het uitzicht vanuit mijn woning belemmeren. b. Door de toename van de verkeerscirculatie zal de verkeerssituatie gevaarlijker worden voor de kinderen en zal een parkeerprobleem ontstaan. c. Verder zal door de bouw de waarde van de woning aanzienlijk verminderen. Commentaar: a. De nieuw toe te voegen bebouwing zal op ruime afstand achter de bestaande groenstrook gesitueerd worden. De bestaande bomensingel blijft dan ook nagenoeg in zijn geheel gehandhaafd. Derhalve zal het uitzicht vanuit de Th. van Kempenstraat niet veranderen. b. In de gemeentelijke nota van randvoorwaarden en uitgangspunten zijn normen voor het realiseren van parkeerplaatsen opgenomen: - Minimaal 1,5 parkeerplaats per woning (appartement); - Min. 1 parkeerplaats voor iedere te realiseren woning ondergronds; - Max. 0,5 parkeerplaats per woning bovengronds, te situeren op het eigen terrein aan de Ruusbroeciaan Het streven is echter om zoveel mogelijk parkeren ondergronds te realiseren. Er van uitgaande dat een gedeelte van de bewoners meer dan 1 auto zal hebben, is dit geen irreëel streven. De parkeerplaatsen aan de voorkant van het gebouw zijn dan in principe uitsluitend bedoeld voor bezoekers. De parkeernormering is verder o.a. vastgelegd in het RVVP (Regionaal verkeers- en vervoersplan) en andere (landelijke) richtlijnen. Met betrekking tot de verkeerscirculatie kan gezegd worden dat het hier gaat om een woonfunctie en niet om een openbare functie waar de hele dag verkeer aan en af rijdt. Op dit moment voert de gemeente een onderzoek uit naar de parkeerproblematiek ter plaatse. Hiervoor is zij in overleg met het ROC om te bekijken op welke wijze de bestaande parkeerplaatsen achter de school beter benut kunnen worden. Indien hierover meer duidelijkheid bestaat, zal er in overleg met de buurt bekeken worden of er nog aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld een eenzijdig parkeerverbod. c. Na het doorlopen van de bestemmingsplanprocedure en de artikel 19 procedure kan eventueel een beroep worden gedaan op planschadevergoeding op grond van artikel 49 WRO. 3. C. Warmerdam. Ruusbroeciaan 11 3, 5702 AW, Heimond reactie: a. Een woontoren van 13 lagen hoort niet in de woonwijk thuis. Afgevraagd wordt of er wel behoefte is aan een dergelijk markant punt in de wijk. Een woontoren van 3 a 4 lagen kan meer rekenen op draagvlak onder de bewoners. b. Bijkomend probleem betreft de parkeeroverlast. De toekomstige bewoners zullen meer auto's in hun bezit hebben dan dat er parkeerplaatsen zijn met als gevolg dat zij hun auto elders moeten parkeren. Ook krijgen de nieuwe bewoners bezoekers die met hun auto komen, wat het probleem alleen maar vergroot. Er ontstaat dan een situatie die nu reeds elke avond voorkomt als mensen voor hun studie de school in de Ruusbroeciaan bezoeken. c. De ingang van de ondergrondse parkeerruimte is gepland aan de Ruusbroeciaan. Gelet op de reeds bestaande verkeersintensiteiten op de Ruusbroeciaan en de snelheden waarmee gereden wordt, moet gezocht worden naar een alternatieve ingang waarbij de overlast van autoverkeer zo minimaal mogelijk is. Commentaar: a. Ten behoeve van de herontwikkeling van deze locatie is op zeer zorgvuldige wijze een stedebouwkundige studie uitgevoerd die heeft geleid tot de randvoorwaarden en uitgangspunten die de basis zijn van het te ontwikkelen bouwplan. De locatie'klooster Ruusbroeciaan' ligt in Heimond Noord en is gesitueerd in de wijk Haverveid die voor het grootste deel in de jaren zestig tot stand is gekomen. Heimond Noord kent een structuur met vooral laagbouw woonmilieus langs de randen. Min of meer centraal in de wijk ligt een groen- en waterrijke zone waar ook de bijzondere bebouwing is geconcentreerd. Winkels, scholen, kantoren, bejaardentehuis, flatgebouwen en ook het kloosterterrein liggen in of aan deze zone. Veelal betreft het hier hoogbouw van 7 tot 9 lagen. Het parkachtige kloosterterrein ligt precies op de plek waar de groen- en waterstructuur'de hoek om gaat'. Binnen de stedenbouwkundige structuur van de wijk neemt de kloosterlocatie een belangrijke positie in. Zij is als het ware de zuidelijk afsluiting deze zone en verbindt als een soort van scharnierpunt de wijk met de rest van de binnenstad. Binnen deze context biedt deze locatie kansen om Heimond Noord meer profiel te geven. Meer profiel als woonmilieu door een nieuw woningaanbod te scheppen dat aanvullend is ten opzichte van het bestaande. Maar ook door in stedenbouwkundige zin meer profiel te geven aan dit stadsdeel in de vorm van een nieuw beeld dat zal bijdragen aan de herkenbaarheid van de wijk. Een belangrijk punt hierbij is dat in ieder geval het groene tuinachtige karakter van de locatie gehandhaafd dient te blijven. Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank element toe te voegen het bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven. Wanneer er laagbouw plaatsvindt, zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van de gemeente geen wenselijke optie is. Tevens sluit dit uitgangspunt goed aan op het landelijke beleidsthema van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik dat door de gemeente opgepakt dient te worden bij concrete bouwplannen. b. Zie 2.b c. Zie l.a 4. W. Gerritse-Smaelens, Jan Steenlaan 19, 5702 HX, Heimond reactie: Het grote bezwaar betreft de bouw van de toren. Veel te hoog, deze past absoluut niet in de wijk. Er moet heel goed nagedacht worden en rekening gehouden worden met de mening van de buurtbewoners. Commentaar: Zie 3.a 5. P.L.J. van Duppen, Ruusbroeciaan 129.5702 AW, Heimond reactie: De heer van Duppen is tegen de bouw van een hoge toren. Als argumenten worden aangedragen: a. het gebouw past absoluut niet in de buurt (horizonvervuiling/verstoring van het beeld in de wijk); b. het gebouw zal voor waardevermindering voor de woning zorgen; d. het gebouw zal voor parkeeroverlast zorgen; d. het gebouw mag niet gebouwd worden volgens het huidige bestemmingsplan. e. het gebouw zal in bepaalde jaargetijden het zonlicht aan de woning onttrekken (schaduwwerking); Gevraagd wordt om bovenstaande argumenten nog eens goed op het plan los te laten zodat tot een acceptabel plan gekomen kan worden waar omwonenden zich ook in kunnen vinden (bv het bouwen van eengezinswoningen enlof het bouwen van een middelhoog appartementencomplex van max. 5 á 6 bouwlagen (hoogte ca 18 m). Commentaar: a. Zie 3.a b. Zie 2.c c. Zie 2.b d. Indien uiteindelijk de commissie stedelijke ontwikkeling en de gemeenteraad instemmen met dit project, leidt deze planontwikkeling tot een bestemmingsplanwijziging waarin het plan wordt opgenomen. e. In opdracht van de eigenaar van het perceel is een bezonningstudie uitgevoerd om de effecten van de bebouwing op de omgeving in beeld te krijgen. Hieruit is gebleken dat bij een hoogte van 13 verdiepingen de effecten op de omgeving ten opzichte van de al bestaande bebouwing nihil zijn. Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank element toe te voegen het bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven. Wanneer er laagbouw plaatsvindt, zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van de gemeente geen wenselijke optie is. 6. T. Fransen, Tesselschadelaan 8, 5702 DE, Heimond reactie: Gemeld wordt dat een argument van de gemeente is dat er een markant punt in dit gedeelte van de stad moet komen. Naar de mening van de heerlmevrouw Fransen is het echter eerder een financiële kwestie, namelijk 200 meter verderop staat een kerk als markant punt. Verder past het geheel niet binnen de wijk omdat er over het algemeen laagbouw staat. Indien er een markant punt in deze omgeving zou moeten komen dan is een plek bij het kanaal of in Dierdonk een betere optie. Tevens wordt de vraag gesteld waarom wel in de omgeving van de Ruusbroeciaan een markant punt en niet in de wijken zoals Stiphout, Brandevoort en Dierdonk waar ook volop nieuwbouw is/wordt gesitueerd. Geconcludeerd wordt tot slot dat iedereen denkt als deze woontoren maar niet bij mij achter in de tuin komt te staan. Het overgrote deel van de omgeving is daarom ook faliekant tegen de komst van de woontoren. Commentaar: Zie 3.a De stad bestaat uit een samenhangend dynamisch geheel van wijken en buurten met een verschillend karakter. Dit karakter wordt bepaald door een samenspel van veel factoren zoals functies, verkavelingstypen, bevolkingsopbouw, architectuur, etc. Deze karakters zijn niet per definitie statisch maar kunnen in de tijd veranderen als gevolg van veranderingen in de samenleving. Vanuit stedebouwkundig oogpunt is het dan ook van belang om continu te blijven zoeken naar de beste manier om zowel de stadsuitbreiding als de bestaande stad optimaal te laten functioneren in de huidige tijd. 7. Mw. B.J.C.M. van Lierop-van Neerven, Ruusbroeclaan 125, 5702 AW, Heimond reactie: a. Verzocht wordt om de in- en uitrit van de nieuw te realiseren appartementencomplex te verplaatsen naar de Th. van Kempenstraat. Als een van de redenen wordt hiervoor gegeven dat het leefgenot sterk achteruit zal gaan door het hinderlijk licht van het uitrijdende verkeer dat in de huiskamer zal schijnen. b. Tevens zal de waarde van het pand hierdoor dalen. c. Een tweede reden voor verplaatsing is het feit dat de Ruusbroeciaan regelmatig vol staat met geparkeerde auto's van bezoekers van de aanwezige school en uitritten tegenover elkaar in een smalle straat ook niet direct zijn aan te bevelen. Commentaar: a. Zie 1. b. Zie 2.c c. Zie 2. b 8. F.T.P. Driessen en D.M.W. Luijten, Th. van Kempenstraat 1, 5702 AV, Heimond reactie: De appartementen die evenwijdig aan de Th. van Kempenstraat gebouwd worden volgen niet de bebouwingslijn van de laagbouw die momenteel gevormd worden door de refter en de keuken. De architect wil deze bebouwing dichter bij de scheidslijn tuin broederklooster-gemeentegrond leggen en iets schuin de tuin inbouwen. Hierdoor kunnen naar de mening van de insprekers de bomen niet gespaard worden. Dit is in strijd met een van de voorwaarden gesteld bij de verkoop. Een oplossing zou kunnen zijn om het plan te bouwen zoals de stedenbouwkundige het getekend heeft. Commentaar: Naar aanleiding van deze inspraakreactie en een opmerking die is gemaakt tijdens de inspraakavond door de heer van Lieshout is het een en ander nog eens nader bekeken. Op basis van een zeer uitgebreide en zorgvuldig uitgevoerde bomeninventarisatie is er een bebouwingslijn vastgesteld waarbinnen alle nieuw toe te voegen bebouwing gesitueerd dient te worden. Aan de zijde van de Th. van Kempenstraat heeft dit tot gevolg dat de bebouwing verder naar achter komt te liggen, ongeveer in de lijn van de bestaande bebouwing. De afstand tussen de twee gevels aan de Th. van Kempenstraat zal daardoor ongeveer 40 meter gaan bedragen. De afstand van de woontoren tot de woningen aan de Jan van Goyenlaan bedraagt ongeveer 60 meter en tot aan de woningen aan de Ruusbroeciaan en de Th. van Kempenlaan ongeveer 85 meter. 9. M. Willems en M. van Bakel, Ruusbroeciaan 46, 5702 AX, Heimond reactie: a. lnsprekers maken bezwaar tegen de bouw van een torenflat omdat men een torenflat van 13 a 14 verdiepingen geheel niet vindt passen in de wijk. b. Ook verwacht men problemen met het parkeren en de verkeersveiligheid. c. Tot slot vraagt men zich af waarom er hier gebruik gemaakt gaat worden van artikel 1 9 lid 2. Er is toch geen sp.,ake van urgentie aangezien er in Heimond genoeg woningen in aanbouw zijn? Commentaar: a. Zie 3.a. b. Zie 2.b c. De urgentienoodzaak is in de nieuwe artikel 1 9 procedure komen te vervallen en is derhalve geen argument meer voor al dan niet toepassen van artikel 1 9. 10. Projectgroel2 Dagelijks Beheer Heimond-Noord, Secretariaat J. Nacken, Pla Hobbemalaan 39, 5702 VV, Heimond reactie: a. De projectgroep is van mening dat de bouw van een "torenflat" onacceptabel is. Men herleidt aan de hand van de afmetingen van het hoofdgebouw dat het grondoppervlak van de "torenflat" ongeveer 600 m2 bedraagt, hetgeen een zeer ernstige aantasting van het bestaande groen met zich meebrengt. b. Tevens merkt men op dat het vigerende bestemmingsplan nog van kracht is en dat in het nieuwe bestemmingsplan als een van de hoofdpunten is opgenomen dat het bestaande groen niet mag worden aangetast. c. Tot slot merkt men op dat de gedane toezegging inzake het opnemen van een bezwaarmogelijkheid tegen de vrijstellingsbevoegdheden gestand zal moeten worden gedaan. d. De Projectgroep ziet alleen maar economische belangen en is van mening dat de "torenflat" geen enkele positieve bijdrage levert aan Heimond-Noord. Commentaar: a. Een exacte oppervlaktemaat van de bebouwing is op dit moment nog niet te geven, omdat het uiteindelijke bouwplan nog niet bekend is. Echter een oppervlakte van 600 M2 voor de toren lijkt wat aan de grote kant. Uitgangspunt van het betreffende plan is dat door een slank en rank element toe te voegen het bestaande, waardevolle groen grotendeels behouden kan blijven. Wanneer er laagbouw plaatsvindt, zal al dit groen dienen te verdwijnen, hetgeen naar de mening van de gemeente geen wenselijke optie is. b. De wijk Heimond Noord is opgebouwd rondom een zeer duidelijk vormgegeven groenstructuur. Het behot ,td van deze groenstructuur is van groot belang voor,@het karakter van de wijk. Daarom zal"zij in het nieuwe bestemmingsplan ook expliciet vastgelegd worden in een bestemming 'Groenvoorzieningen' waarin niet gebouwd mag worden. Voor het groen op particuliere terreinen, en met name op de grote percelen zoals het onderhavige, is in het nu vigerende bestemmingsplan niets geregeld. In het nieuwe bestemmingsplan zal geregeld worden dat het groene karakter van deze gebieden gehandhaafd dient te blijven. c. Op het moment dat het nieuwe bestemmingsplan'Heimond Noord'in werking is kan een aantal bestemmingen binnen het plan gewijzigd worden in een andere, ten behoeve van een betere stedebouwkundige invulling. Dit kan alleen middels een zogenaamde wijzigingsbevoegdheid van Burgemeester en Wethouders. Binnen de hiervoor te volgen procedure is de mogelijkheid aanwezig om zienswijzen en bedenkingen in te dienen. Tevens dient het besluit na vaststelling voor goedkeuring aan GS te worden aangeboden. d. Zie 3.a 1 1. Gierzwatuwwerkgroep Nederland afd. Heimond, Coordinator J.V.d. Rijt. Hendrik Mesdagstraat 11, 5702 VK, Heimond reactie: De Stichting Gierzwaluvvwerkgroep vraagt extra aandacht voor de gierzwaluw bij de toekomstige nieuwbouw en herinrichting van het Broederklooster. Gewezen wordt op enkele stellingen uit de nota "Natuur voor mensen, Mensen voor NatuuC'van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en visserij, juli 2000. In deze nota wordt de aanpak voor natuurbeleid voor de komende 1 0 jaar geschetst. Commentaar: De gemeente is met u van mening dat de natuur in de stad steeds meer in de belangstelling staat, maar ook steeds meer onder druk komt te staan door allerlei ontwikkelingen zoals sloop en nieuwbouw. De gemeente beseft het belang van vogel en milieuvriendelijk bouwen dan ook ter degen Omdat de gemeente zelf zeer weinig bouwt heeft zij met name een rol in het stimuleren van het milieu- en vogelvriendelijk bouwen. . Dit gebeurt bijvoorbeeld door het toepassing geven aan het convenant Duurzaam Bouwen bij het behandelen van bouwaanvragen. Door de ontwikkelaar Vannel Vastgoed is toegezegd dat bij het herontwikkelingsplan voor het Broederklooster eveneens rekening zal worden gehouden met de gierzwaluw en andere soorten vogels. Gemeente Helmond inhoud TOELICHTING 1. planherziening 1. aanleiding 3 2. ligging en begrenzing 4 3. geldende bestemmingsplannen 5 2. stedebouwkundige structuur 1 . historische ontwikkeling 6 2. de structuur 7 3. karakteristieke opbouw 9 3. wonen 1 de woonbebouwing nader getypeerd 1 1 2. woningvoorraad 12 3. ontwikkelingen binnen de woonwijk 1 3 4. voorwaarden voor kwalitatief hoogwaardig woomnilieu aanwezig 1 5 5. vervangende nieuwbouw 1 5 6. verbetering/uitbreiding woningbouw 1 6 7. aanvullende nieuwbouw 17 8. woongebied 22 4. voorzieningen 1 . de voorzieningenstructuur 24 2. het voorzieningenniveau 25 3. voorwaarden voor handhaving van het niveau 26 4. ruimte voor voorzieningen 28 5. detailhandel en horeca 28 6. maatschappelijke voorzieningen 29 5. werken 1 . bedrijvigheid ontbreekt 30 2. vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en ambachtelijke bedrijven 30 3. werken binnen een woonwijk 3 1 4. nieuwe vonnen van bedrijvigheid 3 1 6. groen 1 . groenstructuur 33 2. groene randen 34 3. solitairen in het groen 35 4. ecologische verbindingszone 35 7. verkeer 1. ontsluitingsstructuur 36 2. hiërarchische verkeersstructuur 37 3. ongewijzigde ontsluitingsstiuctuur 38 4. parkeennogelijkheden vastgelegd 39 8. waterhuishouding (natte paragraaf) 1 waterplan 40 2. waterhuishoudkundige voorzieningen 41 3. ontwikkelingen op waterhuishoudkundig gebied 42 4. verbetering waterhuishouding 43 9. milieu 1 algemeen 44 2. ruimtegebruik/verkeer en vervoer 45 3. geluid 45 4. lucht 46 5. bodem 46 6. bedrijven 47 7. duurzaamheid/energie 48 8. milieubescherining/leefbaarheid 49 9. bebouwingsvrij e zone Zuid Willemsvaart 49 10. procedure 1 . inspraak 50 2. resultaten wettelijk overleg ex artikel 1 0 BRO 50 BIJLAGEN VOORSCHRIFTEN PLANKAARTEN -2- 1. Planherziening plangebied 1. Aanleiding. In het kader van de actualisering van oude bestem- mingsplannen wordt de wijk Helmond Noord ter hand genomen. Deze herziening wordt voorname- lijk gemaakt ten behoeve van een goed ruimtelijk beheer van dit stadsdeel. In het gebied geldt mo- menteel een groot aantal bestemmingsplannen, waarvan een deel dateert uit de zestiger en zeventi- ger jaren. Ongewenste ontwikkelingen qua bebou- wing en gebruik van gronden kunnen daardoor moeilijk voorkomen worden. Bovendien wijkt de feitelijke situatie op een aantal punten af van deze oude bestemmingsplannen. -3- In het kader van het Grote Stedenbeleid is de buurt Hehnond Noord-Oost betiteld tot aandachts ebied 9 of beheersprioriteitsgebied. Op 30 mei jl. heeft de gemeenteraad besloten dat de buurt Helmond Noord-Oost dit stempel definitief kwijt moet ra- ken. Het is de opvatting van de raad om, in lijn met de kemstadsvisie, in 2010 geen aandachtsgebieden binnen de gemeentegrenzen te kennen. Het instru- ment om dit toekomstbeeld werkelijkheid te maken is integrale planvoitning. Op dit moment wordt er gewerkt aan het opstarten van dit integrale plan- proces om uiteinden k te komen tot een plan van aanpak voor het oplossen van knelpunten op korte terinijn en een visie voor de totale buurt voor de lange terinijn. In de gewijzigde Wet op de Ruimtelijke Ordening heeft de zelfstandige projectprocedure (zpp) zijn intrede gedaan. Op basis van een geldend bestem- mingsplan dat niet ouder is dan 10 jaar kan, mits van een goede ruimtelijke onderbouwing voorzien, de zpp toegepast worden om nieuwe, thans nog niet te voorziene ontwikkelingen mogelijk te ma- ken. Voor de onderbouwing/beoordeling van zpp's moet dit nieuwe bestemmingsplan mede de basis vormen. 2. Ligging en begrenzing. Het plangebied maakt deel uit van het stedelijk gebied van Helmond en is globaal ten noorden van de binnenstad gelegen. Meer precies gaat het om het gebied ten noorden van Oostende, Uiverlaan, Wethouder Ebbenlaan en Rembrandtlaan ' tussen de oude loop en de omleiding van de Zuid Wil- lemsvaart. De noordelijke plangrens wordt gevonnd door de Nieuwe Aa, de oostelijke plangrens door de omlei- ding van de Zuid Willemsvaart. De zuidelijke plangrens wordt gevonnd door de hiervoor reeds genoemde wegen. De westelijke plangrens valt samen met de grens van het bestemmingsplan Bui- -4- tengebied '97, dat ter plaatse de onbebouwde gron- den tussen de oude loop van de Zuid Willemsvaart en de wijk Hehnond Noord (de Bundertj es) regelt. 3. Geldende bestemmingsplannen. Op dit moment gelden voor het plangebied 36 bestemmingsplannen, die deel uitmaken van een 8- tal bestemmingsplangebieden. Een overzicht van de geldende bestemmingsplannen, alsmede een kaart met de gebieden waarvoor deze plannen gel- den, zijn als bijlage 1. opgenomen. Behalve dat door dit nieuwe bestemmingsplan een actueel ruimtelijk kader wordt verkregen, geeft het terugbrengen van al deze plannen tot één plan meer overzichtelijkheid en doelmatigheid in de bouw- plantoetsing. -5- 2. Stedebouwkundige structuur historische kadastrale kaart Grote Historische Atlas van Nederland 1838-1857 1. Historische ontwikkeling. In de Middeleeuwen (13e eeuw) maakte het plan- gebied deel uit van de Abdij van Binderen, die in grote lijnen het gehele gebied ten noorden van de weg naar Deume omvatte. Onderdeel van de abdij was de "caininata" (stenen gebouw met schoor- steen). Deze naam is als Kemenade nog steeds aan een deel van het plangebied verbonden. De naam Binderen is nog steeds in gebruik voor de kapel en de omgeving daarvan. Het gebied is grotendeels onbebouwd gebleven tot in de tweede helft van de twintigste eeuw. Toen werden binnen het plan Binderen enkele zelfstandi- ge buurten, in omvang afgestemd op de grootte van -6- een toemnalige parochie, gerealiseerd. Vervolgens werden in de zestiger en zeventiger jaren binnen de plannen Bloem- en Paardenvelden, de Bus, de Kemenade en de Eeuwsels buurten gebouwd, ge- bruil<:rnakend van de destijds gangbare stempehne- e, g enm door een herhaling van verkaveling(selement)en. In de zeventiger en tachtiger jaren was door toene- mende leegstand, werkloosheid en criminaliteit sprake van verpaupering en probleemcumulatie in een deel van het plangebied. Onderdeel van de bestrijding hiervan was de sloop van de flats Ja- gershoven ten faveure van grondgebonden woning- en. Tevens werd de naam van dit gebied gewijzigd van Jagershof in Haverveld. De meest recente ingreep betreft de omleiding van de Zuid Willemsvaart. Na de omleiding loopt deze langs de oostzijde van het plangebied. Gezien de recente realisering van de diverse buur- ten binnen Helmond Noord vanaf de veertiger tot in de negentiger jaren zijn geen beschermde monu- menten of andere cultuurhistorisch waardevolle gebouwen aanwezig. Wel zijn buurtcentrum De Boerderi . en het Peppellaantje nog relicten van het i vroegere agrarische landschap. Verstoring van eventueel aanwezige archeologi- sche waarden binnen het plangebied is in het kader van deze bestemmingsplanherziening niet aan de orde. Het betreft een bestaande woonwijk, waarin binnen de planperiode geen ontwikkelingen zijn voorz en, anders dan beperkte vervanging van bestaande bebouwing. Grootschalige herstructure- ringsopgaven zijn op dit moment evenmin voor- zien. 2. Structuur. De diverse woonbuurten zijn als 2 woonzones aan weerszijden van een middenstuk, bestemd voor -7- noord-zuid zonering bijzondere functies, gesitueerd. Te zamen met de aangrenzende groerizones, zijnde de Bundertjes en de zone van de kanaalomleiding, is hierdoor een duidelijk noord-zuid gerichte zonering ontstaan, van afwisselend groenzones en woonzones. Over deze zonering is een oostwest gerichte groen- structuur gelegd, die enerzijds de woonlobben geleed in woonbuurten en die anderzijds de diverse groenzones en woonlobben in oostwest richting met elkaar verbindt. Aldus is een woonwijk, opge- bouwd uit door groenzones duidelijk afgebakende woonbuurten ontstaan. Binnen de woonbuurten is veelal sprake van blokken/verkavelingen, die her- haald/gestempeld zijn toegepast. -8- oost-west groenstructuur In de groenzones liggen, veelal als losse elementen in het groen gestrooid, voorzieningen als het win- kelcentrum, bejaardentehuizen, verzorgingstehui- zen en scholen. De grootste concentratie aan losse voorzieningen is in het middenstuk van de wijk gelegen. De in het middenstuk aanwezige woonbe- bouwing is eveneens als losstaande bebouwing in het groen gesitueerd. 3. Karakteristieke opbouw. De wijk Helmond Noord vormt nog steeds een duidelijke weerslag van de wijze van bouwen in de zestiger en zeventiger jaren. De karakteristieke opbouw van duidelijk afgebakende woonbuurten -9- en groenzones met solitaire bebouwing is nog vrij- wel geheel intact. Handhaving van deze karakteris- tieke opbouw is uitgangspunt bij toekomstige in- grepen in de wijk. Voor de woonbuurten betekent dit temninste hand- having van de scherpe begrenzing naar de groenzo- nes en van het stempehnatige karakter van de ver- kaveling. Binnen de groenzones staat handhaving van de bebouwingswijze van solitairen in het oen gr voorop. -10- 3. Wonen i.gb.- 3 l.gb.-4 1 h..,b..@ 2 bebouwingscategorieën 1. De woonbebouwing nader getypeerd. De bebouwing in de woonbuurten is per deelge- bied (bestemmingsplangebied) beschreven en gety- peerd (zie bijlage 2.: typering woningbouw per deelgebied). Aan de hand van deze typering is voor de gehele wijk het aantal bebouwingscategorieën binnen de woonbuurten terug te brengen tot 4 laagbouw- en 2 hoogbouwcategorieën. De laagbouwcategorieën betreft bebouwing tot maximaal 3 bouwlagen, plat of met een kap/lesse- naar afgedekt, in een verkaveling met: 1. half-open/open bouwblokken; 2. half-gesloten bouwblokken (hoekoplossing); 3 verspringende bouwstroken; 4. rechte bouwstroken. De hoogbouwcategorieën betreft bebouwing tot maximaal 9 bouwlagen en plat afgedekt. De hoog- bouw: 1 . maakt enerzijds deel uit van verkavelingen met half-open en open bouwblokken, 2. vonnt anderzijds solitair in de hoofdgroen- structuur gelegen bebouwingselementen. Aan de hand van deze zes categorieën kan de be- bouwing in de woonbuurten binnen het nieuwe plan in grote lijnen beschreven worden. 2. Woningvoorraad. Het woningaantal in het plangebied bedraagt circa 5000 woningen. Ongeveer 80% hiervan bestaat uit eengezinswoningen, de resterende 20% bestaat uit meergezinswoningen. Het aandeel kleinere wo- ningen (3 vertrekken of minder) is met 18% ge- middeld vrij laag. Slechts 35% van de woningen betreft koopwoningen, wat gerelateerd aan het Helmondse gemiddelde van 45% aan de lage kant is. De bouw van de wijk in de zestiger en zeventiger jaren is bepalend voor de ouderdom van het over- grote deel van de woningen. Ruim 85% van de woningen dateert uit de periode 1950-1979. Van het resterende deel is ruim 10% gebouwd als ver- vangende nieuwbouw in de periode 1990-1997. Momenteel (2000) wordt een vervangend nieuw- bouwproject gerealiseerd aan de Jan van Goyen- laan. -12- ode! am t 1949 1950-1959 196Ü-1969 1970-1979 1 gso- 1 989 1990-1999 ouderdom woningen 3. Ontwikkelingen binnen de woonwijk. De waardering voor de diverse buurten binnen Helmond Noord is blijkens het onderscheid in verhuisbewegingen niet overal gelijk. Afgaande op onder andere de ouderdom van de woningen en het type woningbouw, is binnen enkele buurten een afnemende waardering te verwachten. Met name de buurten met woningen uit de 5 0-er jaren, alsme- de de buurten met gestapelde woningbouw (mai- sonnettes) kunnen hiermee geconfronteerd worden. Vervanging, verbetering/uitbreiding of aanvulling van de woningbouw kan noodzakelijk zijn. -13- Vervangende woningbouw: ]L in het verleden zijn de flats Jagershoven tengevol- ge van de slechte verhuurbaarheid vervangen door grondgebonden woningen. Recent zijn ook de maisonnette-woningen met daarboven eengezins- woningen aan de Jan van Goyenlaan/Hobbemalaan vervangen. Ook deze woningen bleken niet goed meer verhuurbaar te zijn. In de nabije toekomst gaan vergelijkbare problemen zich mogelijk voor- doen bij de oudere, minder gewaardeerde woning- bouwcomplexen met gestapelde woningen. Ver- vangende nieuwbouw lijkt ook hier op tennijn aan de orde. Verbetering/uitbreiding woningbouw: een tweede ontwikkeling hangt samen met de ver- zoeken van particulieren tot uitbreiding van hun woning, om deze aan de tegenwoordige woonwen- sen aan te passen. Uitbreiding van deze veelal complex-gewijze gebouwde woningen vraagt om bijzondere aandacht voor de vormgeving. Het complex-gewijze karakter mag door de individuele uitbreidingen niet verloren gaan. Aanvullende woningbouw: de aanleg van de omleiding van de Zuid Willems- vaart en de realisering van de woonwijk Dierdonk locatie Jan van Goyenlaan aan de overzijde van die omleiding, geven aanlei- ding de rand van Helmond Noord aan deze zijde kritisch te bezien. De zone direct langs de kanaal- omleiding is thans extensief bebouwd. Grote delen van de zone zijn ingericht als plantsoen of kinder- boerderij. De in deze zone aanwezige woningbouw bestaat uit drie lagen, gesitueerd dwars op de ka- naalomleiding. Aan de kanaalomleiding zijn slechts blinde gevels gelegen, waardoor de zone tussen bebouwing en kanaalomleiding min of meer als restniimte over blijft. Realisering van aanvul- lende woningbouw op de koppen van de bestaande, al dan niet gelijktijdig te vervangen woningbouw, gericht op de kanaalomleiding, kan de wijk Hel- mond Noord een gezicht naar de kanaalomleiding geven, vergelijkbaar met de zeilwoningen langs de Fokkerlaan in Helmond-oost. Voor het aanbod aan -14- kwalitatief hoogwaardige woomnilieus in Hel- mond Noord kan dit een aamnerkelijke verrijking betekenen. 4. Voorwaarden voor kwalitatief hoogwaar- dig woonmilieu aanwezig. Uitgangspunt voor Helmond Noord is een woon- wijk met een grote diversiteit aan woningtypen en woomnilieus. Gezien de aanwezigheid van toerei- kende commerciële en maatschappelijke voorzie- ningen en groen- en verkeersvoorzieningen, alsme- de gezien de korte afstand tot het centrum van Helmond en het buitengebied, is sprake van uitste- kende voorwaarden voor kwalitatief hoogwaardige woonmilieus. Waar nodig worden, om deze kwali- tatief hoogwaardige woomnilieus ook te verwezen- lijken, vervanging, verbetering en/of aanvulling van de woningbouw mogelijk gemaakt. 5. Vervangende nieuwbouw. Aan vervangende woningbouw wordt medewer- king verleend, voor zover de nieuwe woningbouw de karakteristieke opbouw van duidelijk afgeba- locatie kanaalomleiding kende woonbuurten en groenzones met solitaire bebouwing in Helmond Noord respecteert. Het stempelmatige karakter van de verkaveling moet als ontwerpuitgangspunt worden gehanteerd. Bij vervangende nieuwbouw is uitbreiding van het aantal bouwlagen mogelijk, langs de hoofdgroen- structuur en de hoofdwegen. Op diverse locaties worden beide hoofdstructuren reeds begeleid door bebouwing in drie of meer bouwlagen. Uitbreiding van eze ogere begeleidende bebouwing kan de herkenbaarheid van beide hoofdstructuren verder versterken. Recent is aan de Jan van Goyenlaan/Hobbemalaan vervangende woningbouw gerealiseerd. De rand- -15- voorwaarden, waaraan deze nieuwe woningbouw vooraf is getoetst, zijn: - markering van de kruising Jan van Goyenlaan-Hobbemalaan als belangrijke krui- sing in de hoofdwegenstructuur en belangrijk oriëntatiepunt in de omgeving; - benutting van de goede ontsluitingsmogelijk- heden: gemotoriseerd verkeer via Jan van GoyenlaanNondellaan, langzaam verkeer eveneens via Jan van GoyenlaanNondellaan (stedelijk fietsroutenet) en openbaar vervoer via Hobbemalaan/Paulus Potterlaan; - gebruik maken van de bestaande parkeei'MO- gelijkheden langs de omliggende straten. Gelet op deze randvoorwaarden zijn langs de Jan van Goyenlaan en de Pieter de Hooghstraat aan- eengesloten woningen in 3 respectievelijk 2 lagen en op de hoek van de Jan van Goyenlaan-Hobbe- malaan gestapelde woningen in 4 lagen gereali- seerd. Op vergelijkbare wijze is ook vervangende nieuwbouw mogelijk op andere locaties binnen Helmond Noord. 6. Verbetering/uitbreiding woningbouw. Verbetering en/of uitbreiding van de veelal plan Jan van Goyenlaan complex-gewijze gerealiseerde woningbouw is mogelijk, onder de voorwaarde dat de karakteris- tieke verschijningsvon-,n van het complex door de individuele verbetering/uitbreiding niet verloren gaat. De karakteristieke verschijningsvorm is daar- toe vastgelegd (aantal bouwlagen, dakvorm). Af- wijking hiervan is alleen mogelijk wanneer daar- door het stedenbouwkundig beeld niet wordt aan- getast. Hiervoor wordt verwezen naar de beschrij- ving per buurt in bijlage 2. -16- 7. Aanvullende nieuwbouw. Ook aan aanvullende nieuwbouw wordt medewer- king verleend, voor zover die inpasbaar is binnen de karakteristieke opbouw van de wijk en een uit- breiding betekent voor het aanbod aan kwalitatief hoogwaardige woonmilieus in Hehnond Noord. Abdij laan 2. Het plangebied "Abdijlaan 2" bevindt zich op de locatie van "'t Abdijke", een voormalig kerkge- bouwtje dat zal worden afgebroken. Het plan om- vat 7 patiowoningen, gesitueerd aan een nieuwe binnenstraat, die eindigt in een cul-de-sac. De wo- ningen hebben een uitgebreid programma op de begane grond, en zijn derhalve uitennate geschikt voor senioren. De architectuur van het plan is strak en eigentijds. De hoofdvolumes zijn kubusvonnige blokken in twee bouwlagen, waartegen aanbouwen zijn geplaatst. Aan de Abdijlaan worden de zijtui- nen met een pergola in beton afgeschennd. Gelet op de directe omgeving is het een zeer logi- sche gedachte om deze locatie te herontwikkelen ten behoeve van woningbouw. In ruimtelijk op- zicht dient te worden aangesloten op de omringen- de woonwijk. Vergelijkbare hoogte, dichtheid en verschijningsvorm zijn daarbij aan de orde. Aan het plan hebben de volgende randvoorwaarden ten grondslag gelegen: - de nieuwe woningen dienen te passen in de bestaande omgeving. Dit betekent dat er in principe uitsluitend grondgebonden woningen gerealiseerd kunnen worden; - een mogelijke verkaveling gaat uit van wo- ningen, die georiënteerd zijn op een nog aan te leggen weg, met inritconstructie zo moge- lijk eindigend in een draaicirkel; - voor wat betreft het woningprogramma wordt bij een dergelijke verl<:aveling de voorkeur -17- gegeven aan een invulling met patiobungalows; bouwmassa: hoofdzakelijk één-laagse bebou- wing, met incidenteel een verdieping; afstand bebouwing tot zijdelingse perceels- grens: bebouwing van 1 laag mag in de zijde- lingse perceelsgrens gebouwd worden; een verdiepingslaag dient minimaal 3 meter uit de zijdelingse perceelsgrens te liggen en bij voorkeur aan de naar de straat gekeerde zijde; aan de zijde van de Abdijlaan, het ontslui- tingsweggetje en de woningen aan de Hel- mondselaan dient de bebouwing minimaal 1 meter uit de erfgrens te staan. De ontsluiting van het plangebied vindt plaats via de bestaande wegenstructuur. De voorgenomen planontwikkeling en bestemming zijn geen aanlei- ding om hierin veranderingen aan te brengen. Wel wordt een nieuwe, openbare binnenstraat aange- legd, eindigend in een cul-de-sae. De ontsluiting door het openbaar vervoer vindt plaats via de bus- lijnen 51 en 52 via het Oostende en de Uiverlaan en 54 via het Oostende en de Willem Prinzenstraat. De dichtstbijzijnde haltes liggen op een loopaf- stand van ongeveer 250 meter. Het parkeren voor alle te realiseren woningen vindt deels plaats binnen het plangebied. Voor alle wo- ningen geldt een parkeemorm van 1,5 parkeer- plaats per woning. Hiervan kan 1 parkeerplaats worden aangemerkt als een prive-parkeerplaats, de overige 0,5 is bedoeld voor bezoekersparkeren en kent derhalve een meer openbaar karakter. De totale parlceerbehoefte van het plan komt daarmee op (7 x 1,5.) 10,5 parkeerplaatsen. De openbare parkeerplaatsen zijn voorzien aan de Abdijlaan, alwaar gebruik gemaakt kan worden van de be- staande parkeervoorzieningen. Met betrekking tot de toegankelijkheid van de nieuwe binnenstraat zal rekening moeten worden gehouden met het feit dat er geen bezoekersparkeren mogelijk is langs deze weg. Hoewel de weg-breedte (5 meter) voldoende ruimte biedt om eenzijdig te parkeren, dient reke- -18- ning gehouden te worden met de benodigde ruimte om in en uit te steken op de priveparkeerplaatsen. Ruusbroeclaan. De locatie betreft het terrein van het voormalig Broederklooster aan de Ruusbroeclaan. De locatie is gelegen in het zuidelijke gedeelte van de centrale voorzieningenzone. De Ruusbroeclaan, met de in het verlengde liggende Reigerlaan, is de hoofdont- sluiting van de buurt Binderen. Deze weg is een directe zijstraat van de Nachtegaallaan, de hoofd- ontsluiting van de wijk Heknond-Noord. De Ruus- broeclaan eindigt in de centrale groenzone van de wijk die zorg draagt voor de ruimtelijke geleding van de wijk en haar verdeeld in een achttal woon- buurten. Deze locatie was oorspronkelijk bestemd voor woningbouw in een portiekflat-achtige bebouwing van ongeveer 3 á 4 lagen met kap. De uiteindelijk opgerichte bebouwing (begin jaren 60) in de vorm van et looster is anders van karakter en functie. Het parkachtige kloosterterrein ligt precies op de plek waar de groen- en waterstructuur 'de hoek om gaat'. Binnen de stedenbouwkundige structuur van de wijk neemt de kloosterlocatie een belangrijke posit e in. Het naast het kloostercomplex gelegen bejaardenhuis is met 7 lagen het 'hoogtepunt' van de wijk. Herhalende patronen van vooral rijenwo- ningen bepalen het beeld van dit deel van de stad. Binnen deze context biedt de ontwikkeling van de kloosterlocatie kansen Helmond Noord meer pro- fiel te geven. Meer profiel als woonmilleu door een nieuw woningaanbod te scheppen dat aanvullend is ten opzichte van het bestaande. Maar ook door in stedenbouwkundige zin meer profiel te geven aan dit stadsdeel in de vorm van een nieuw beeld dat zal bijdragen aan de herkenbaarheid van de wijk. Gezien het unieke karakter van de plek en van met name et oofdgebouw, is het stedenbouwkundig -19- zeer te rechtvaardigen dat deze kwaliteiten worden benadrukt door middel van het sparen van zoveel mogelijk ruimte en groen en het markeren van de plek door middel van een speciaal, kwalitatief hoogwaardig appartementencomplex. Het oorspronkelijke kloostergebouw is in de jaren zestig gebouwd in opdracht van de Broeders der Liefde te Maastricht. Behoud van de karakteristie- ke voorgevel en groene tuinbegrenzing zijn het vertrekpunt voor de omvonning van het klooster- complex tot bijzonder woonmilieu in een groene setting. De groenkwaliteiten zijn onderzocht en bevinden zich vooral geconcentreerd langs de ran- den van het terrein. Bij de gemeente Helmond is een verzoek in- gediend om het laagbouwgedeelte aan de westzijde te slopen. Ongeveer evenwijdig aan de Thomas van Kempenstraat wil de exploitant een nieuw bebouwingsblok in 3 lagen bovenop een half ver- diept aangelegde parkeergelegenheid realiseren. Qua lengte en hoogte is deze nieuwbouw vergelijk- baar met het bestaande hoofdgebouw. Tevens von-nt dit gebouw swnen met het bestaande hoofd- gebouw een afbouw van de strokenverkaveling van de buurt, waardoor de erachter liggende tuin duide- lijk gedefinieerd word. Tevens is door de exploitant in de tuin, ten zuiden van de kapel, een toren gepland van gemiddeld 13 lagen hoog. De toren accentueert de markante ste- denbouwkundige positie van de kloosterlocatie. De hoogte van de toren is zodanig dat het silhouet vanuit belangrijke richtingen als 'slank' zal worden ervaren en zodanig dat de toren zich voldoende kan onderscheiden ten opzichte van het naastgelegen bejaardenhuis dat een hoogste gedeelte van 7 lagen telt. De positie van de toren in de tuin is zodanig dat ruime afstanden tot bestaande bebouwing worden gerespecteerd. De afstand van de toren tot de dichtst bij gelegen bebouwing aan de Vondellaan -20- bedraagt ca 75 m. Bij dergelijke afstanden is de privacybescherming van de bestaande bewoners voldoende gewaarborgd. De ontsluiting van het plangebied zal plaatsvinden via de bestaande wegenstructuur, derhalve de Ruusbroeclaan en de Thomas van Kempenstraat. Aan de zijde van de Ruusbroeclaan wordt de huidi- ge uitgang/uitrit benut, aan de zijde van de Thomas van Kempenstraat zal een tweede uitrit t.b.v. de geplande parkeergarage worden gesitueerd. Het parkeren zal moeten plaatsvinden binnen het plangebied, derhalve op eigen terrein. Gelet op de gekozen uitgangspunten m.b.t. het behoud van de groene structuur is het realiseren van een onder- grondse parkeerkelder een vereiste. Voor de onder- havige locatie geldt de volgende norm: Parkeemonn (uitgaande van appartementen): min. 1,5 parkeerplaats per woning." Zone Zuid Willemsvaart. Aanvullende nieuwbouw kan voorts plaatsvinden in de zone langs de omleiding van de Zuid Wil- lemsvaart. Teneinde de karakteristieke opbouw ter plekke te respecteren en een kwalitatief hoogwaar- dig woomnilieu te realiseren zijn hier de volgende randvoorwaarden aan de orde: - handhaving van de open ruimten tussen de woningbouw teneinde de relatie tussen de kanaalomleiding en de achterliggende woon- wijk intact te houden; - ruime aandacht voor de architectuur van de nieuwe bebouwing. Gerefereerd wordt aan de kwaliteit van het aan de overzijde gelegen Dierdonk en de zeilwoningen, welke iets zui- delijker aan de kanaalomleiding zijn gereali- seerri - - benutting van de potenties van de ligging aan en uitzicht over de kanaalomleiding; - oriëntering van de woningen op de kanaalom- leiding teneinde de sociale veiligheid bij de -21- non-stop fietsroute langs de kanaalomleiding te vergroten; rekening houden met de bestaande woningen (privacy, bezonning); verbetering van de groenstructuur, inclusief voet- en fietspaden; gebruikmaken van de bestaande wegenstruc- tuur en beperkte uitbreiding met de benodigde parkeervoorzieningen. Aldus kan een hoogwaardig woorimilieu, met wo- ningen in het groen en een weids uitzicht over de kanaalomleiding en het achterliggende buitenge- bied/de achterliggende wijk Dierdonk, worden gerealiseerd. 8. Woongebied. Analoog aan het in het vorige hoofdstuk gemaakte onderscheid tussen laag- en hoogbouw worden twee bestemmingen woongebied (1 en II) over Helmond Noord gelegd. Binnen deze bestemmin- gen worden voor de onderscheiden deelgebieden binnen zowel de laagbouw als de hoogbouw in de voorschriften toegespitste bebouwingsregels ge- hanteerd. Binnen de onderscheiden deelgebieden is voor een aantal aspecten (maximum aantal bouwla- gen en dakvorm) nog een verdere differentiatie aangebracht overeenkomstig de thans bestaande situatie. Deze is weergegeven op de plankaart. Uitgangspunt is handhaving van het bestaande stedenbouwkundige karakter. Echter binnen de bestemming "woongebied I" (laagbouw) is ten behoeve van de uitbreiding en vervanging van bestaande woningen onder voorwaarden vrijstel- ling mogelijk van het aangeduide aantal bouwla- gen en de dakvon-n. Daarbij is het maximum aantal bouwlagen beperkt tot 2, uitgezonderd langs de hoofdgroen- en hoofdwegenstructuur waar het maximum aantal bouwlagen 3 mag bedragen. Wordt vervangende nieuwbouw aan de hoofdgroen- en hoofdwegenstructuur met een gro- ter aantal bouwlagen nagestreefd, dan is wijziging -22- mogelijk in de bestemming "woongebied H" 0 ouw). Een aparte bestemming is opgenomen voor de woonbebouwing in de groenzone aan de kanaalom- leid g. Gezien het streven Helmond Noord aan deze zijde een gezicht te geven is over deze zone de bestemming "woongebied Hl" gelegd, waarbin- nen ten hoogste 10% van het bestemmingsvlak mag worden gebruikt voor het oprichten van be- bouwing met bijbehorende verharding. -23- 4. Voorzieningen Eli@ situering voorzieningen 1. De voorzieningenstructuur. In Hehnond Noord zijn twee winkelcentra gelegen: de Bus en Vondellaan. De Bus is gelegen in de middelste groenzone, centraal tussen de woonbuur- ten in Hehnond Noord. In het winkelcentrum de Bus is 3500 ml verkoopvloeroppervlak aanwezig, waarvan 65% wordt benut voor de foodsector (met name supennarkt). Winkelcentrum Vondellaan ligt aan de zuidelijke rand van Helmond Noord, deels buiten het plangebied. Het winkelcentrum (met als voornaamste trekker de buiten het plangebied gele- gen supen-narkt) heeft een verkoopvloeroppervlak van 2200 M2@ waarvan de foodsector 60% inneemt. In beide winkelcentra is voornamelijk buurt- dan wel wijkgerichte detailhandel gevestigd. Bij beide -24- winkelcentra is destijds een motorbrandstoffenver- kooppunt gerealiseerd. Een tiental basisonderwijsvoorzieningen is ver- spreid over de- diverse buurten in Helmond Noord aanwezig. Daarnaast zijn nog enkele speciaal on- derwijsvoorzieningen en een vijftal voortgezet onderwij'svoorzieningen aanwezig, gesitueerd cen- traal in de middelste groenzone en aan de zuidkant van de westelijke groenzone. Verspreid over Helmond Noord zijn verder een viertal kerken, een viertal wijkcentra en een vijftal medische voorzieningen (huisartsen, fysiothera- peuten e.d.) aanwezig. Tot slot is nog een tiental voorzieningen op het gebied van sport en recreatie aanwezig, variërend van kinderboerderij tot dansschool. Grenzend aan Helmond Noord, aan de overzijde van de Rem- brandtlaan, is het sportpark De Braak met diverse gebouwde sportvoorzieningen (petanque, sport- en tennishal) gelegen. Eveneens grenzend aan Hel- mond Noord, maar dan aan de overzijde van de Keizerin Marialaan, zijn het zwembad De Wissen en et Jan V sser Museum gelegen. In grote lijnen zijn, naast de verspreide, binnen de afzonderlijke buurten gelegen voorzieningen, twee voorzieningen-concentraties aan te wijzen: centraal in de middelste groenzone en in het zuidelijk deel van de westelijke groenzone (deels buiten het plan- gebied). 2. Het voorzieningenniveau. Het totaalpakket aan voorzieningen in Helmond Noord is van hoog niveau. Een deel van de voor- zieningen, met name de schoolvoorzieningen, ont- stijgt het wijkniveau en functioneert op stads- en deels ook regionaal niveau. De voorzieningen op wijkniveau zijn logischerwijze vooral centraal -25- gelegen in de middelste groenzone (winkelcentrum de Bus en in mindere mate Vondellaan). Veranderende draagvlakken en behoeften tenge- volge van de veranderende bevolkingssamenstel- ling en de over het algemeen steeds groter worden- de exploitatielasten leggen een steeds grotere druk op de instandhouding van het voorzieningenni- veau. Processen van concentratie en zelfs integratie van voorzieningen in steeds grootschaligere ruim- telijke eenheden zijn dan ook al jaren gaande. In de wijk staan relatief veel scholen: een kwart van het totale scholenaanbod staat in Helmond Noord, terwijl hier slechts 14% van het totale aan- tal inwoners woont. Enerzijds betrekken de basis- scholen ook leerlingen uit de binnenstad, ander- zijds vervullen enkele basisscholen (islamitische school, vrije school) een functie voor grotere delen van of zelfs de gehele stad. Een actuele ontwikkeling betreft de behoefte aan een jongerenaccommodatie voor jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar. Een locatie voor deze nieuwe voorziening is gevonden in de zone langs de kanaalomleiding naast het buurtcentrum De Terp. 3. Voorwaarden voor handhaving van het niveau. Handhaving van het voorzieningenniveau op ten- minste het huidige niveau is uitgangspunt voor Helmond Noord. Verdere verhoging van het ni- veau ligt niet in de lijn der verwachtingen. Tenein- de handhaving van het huidige niveau ook naar de toekomst te kunnen garanderen, moet enige ruimte gecreëerd worden om verdere ontwikkelingen bin- nen de voorzieningenstructuur (concentratie of integratie) op te kunnen vangen. -26- situering ontwikkelingsruimte In de nota "Winkelcentra in de Helmondse wijken" (gemeente Helmolid, 1993) is ten aanzien van de bestaande winkelcentra in de wijken het beleid gericht op verbetering van de kwaliteit van de bestaande winkelvoorzieningen. Uitbreiding van het aantal of het oppervlak is niet aan de orde. De bestaande spreiding van (basis)onderwijsvoor- zieningen vormt het uitgangspunt om een pluri- fonn onderwijsaanbod bereikbaar te kunnen hou- den. Handhaving van deze spreiding staat voorop. -27- 4. Ruimte voor voorzieningen. Enige ontwikkelingsruimte voor voorzieningen wordt gesitueerd nabij de bestaande voorzienin- gen-concentraties in de middelste groenzone, als- mede bij de onderwijsconcentratie aan de Keizerin Marialaan. Gezien de ligging centraal in Helmond Noord en de goede bereikbaarheid vanuit de gehele wijk is de middelste groenzone de aangewezen locatie voor eventueel noodzakelijke ontwikkelin- gen op zowel commercieel als maatschappelijk gebied. De ontwikkelingsruimte nabij de Keizerin Maria- laan richt zich vooral op bovenwijkse voorzienin- gen. De ligging direct ten noorden van het centrum en goed bereikbaar vanuit de gehele stad, alsmede de reeds aanwezige onderwijsvoorzieningen, maal-,t deze locatie bij uitstek geschikt voor ontwikkelingen op onderwijsgebied. In dit gebied vindt op korte tennijn vervangende nieuwbouw plaats voor een aantal onderwijsvoorzieningen, waarbij ook sprake is van concentratie en integra- tie. In beide gebieden is de nodige ruimte aanwezig, of te creëren door middel van het vervangen van ver- ouderde bebouwing. Belangrijke randvoorwaarde is het groene karakter, dat in deze gebieden als onderdeel van de groenzones moet worden gehand- haafd. Bebouwing is slechts mogelijk als solitairen in het groen. 5. Detailhandel en horeca. De bestaande detailhandels- en horecavoorzienin- gen in De Bus en aan de Vondellaan (zie bijlage 3.: overzicht voorzieningen in De Bus en aan de Von- dellaan) worden positief bestemd. Uitbreidingsmo- gelijl@cheden, anders dan op basis van het vigerende bestemmingsplan mogelijk, worden niet opgeno- men. Uitwisseling van functies en kwaliteitsverbe- tering zijn binnen de bestemmingen onder voor- -28- waarden wel mogelijk. De voorzieningen in De Bus worden bestemd tot "wijkvoorzieningen". B en deze bestemming zijn ook de reeds in De Bus gevestigde maatschappelijke doeleinden toe- gestaan. Aan de Vondellaan worden de voorzienin- gen bestemd tot "wijkvoorzieningen en wonen", in verband met de op de verdiepingen aanwezige woningen. 6. Maatschappelijke voorzieningen. Alle bestaande maatschappelijke voorzieningen worden als zodanig bestemd. Uitbreiding is moge- lijk tot aan bepaalde, vastgelegde bebouwingsper- centages, om te voorkomen dat de gebieden met voorzieningen d chtslibben met bebouwing en het groene karakter teniet wordt gedaan. Binnen met name deze bestemming "maatschappelijke voor- zieningen" is nog enige ruimte aanwezig voor verdere ontwikkelingen. Een belangrijke maatschappelijke voorziening, die nog gemist wordt in Helmond Noord is een jon- gerenaccommodatie. Om dit gemis te ondervangen is een locatie gezocht en gevonden bij en in combi- natie met het buurthuis "de Terp" aan de Breitner- laan. De mogelijkheid tot realisatie van deze voor- ziening zal in dit plan worden meegenomen. -29- 5. Werken l@ 11 gil situering werkgelegenheid 1. Bedrijvigheid ontbreekt. Het werken hangt in Helmond Noord nauw samen met de voorzieningen. Andere werkgelegenheid, zoals bij ambachtelijke of industriële bedrijven, is in verband met de overwegende woonfunctie nau- welijks aanwezig. Alleen aan Oostende is een repa- ratiebedrijf aanwezig bij een aldaar gevestigde detailhandel in witgoed e.d. 2. Vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en ambachtelijke bedrijven. Op bescheiden schaal heeft de laatste jaren ook in Helmond Noord het verschijnsel vrije beroepen -30- (praktijk/adviesbureau aan huis) en beroepsuitoefe- ning aan huis (fotograaf, kleennaker e.d.) zijn in- trede gedaan. Verspreid over de wijk zijn bij de woningen kleinschalige, binnen de woonomgeving passende bedrijfsactiviteiten, als administratiekan- toren en adviesbureaus, gevestigd. Op nog kleinere schaal hebben zich ook een aantal consument ver- zorgende ambachtelijke bedrijijes, zoals kapsalons en reparatiebedrijfjes, gevestigd, eveneens ver- spreid over de gehele wijk. De toekomst zal waarschijnlijk een toename van dit soort activiteiten te zien geven, in de vorm van thuis- of telewerken (werken op afstand). Bij vol- oen e omvang kan de behoefte ontstaan aan ge- meenschappelijke aanvullende voorzieningen. 3. Werken binnen een woonwijk. De wijk Helmond Noord is in de eerste plaats een woonwijk. Voor bedrijvigheid is hier slechts een ese e den plaats weggelegd. Uitgezonderd de werkgelegenheid binnen de voorzieningen, zal de werkgelegenheid zich ook in de toekomst beperken tot vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en - ambachtelijke bedrijfjes. Belangrijke voorwaarde is dat de (bedrijfs-)activiteiten ondergeschikt zijn aan e woon ctie en passen binnen de woonom- geving c.q. geen overlast veroorzaken. Binnen de bestemming "woongebied" is de uitvoering van vrije beroepen rechtstreeks en de beroepsuitoefe- ning aan huis of uitvoering van consument verzor- gende ambachtelijke bedrijfjes via vrijstelling mo- gelijk. Het aanwezige reparatiebedrijf is onder de bestemming "bedrijfsdoeleinden" gebracht. 4. Nieuwe vormen van bedrijvigheid. Het t ema wonen en werken wint meer en meer aan actualiteit, niet alleen in het kader van verbete- ring van de leefbaarheid in monofunctionele woon- wijken, maar ook gezien de beperkte voorradigheid -31- van specifieke bedrijventerreinen en om de toch al hoge mobiliteit (woon-werkverkeer) niet onnodig te laten toenemen. Voor verbetering van de leefbaarheid is het stimu- leren van bedrijvigheid en werkgelegenheid een belangrijke impuls. Bedrijvigheid draagt bij aan verlevendiging van de vaak monotone woonfunctie in tal van wijken. Naast de mogelijkheden voor vrije beroepen, beroepsuitoefening aan huis en kleinschalige consument verzorgende ainbachtelij- ke bedrijfjes, moeten in Helrnond Noord de moge- lijkheden worden geboden om op termijn woningbouwcomplexen, welke niet meer aan de eisen van de tijd voldoen, te vervangen door klein- schalige werklocaties (gecombineerd met de woon- functie) met bedrijven uit de lichtere milieucatego- rieën. Binnen deze locaties zouden zich dienstver- lenende en/of startende ondernemers kunnen vesti- gen. Voorwaarden waaronder dergelijke werklocaties denkbaar zijn, betreffen: - het moet gaan om woon-werk combinaties, derhalve bedrijven met een bedrijfswoning; - de bedrijven moeten in een woonomgeving passen, derhalve zijn alleen milieucategorie 1 en 2 toelaatbaar; - de bedrijven mogen geen milieuhinder voor de omgeving opleveren (geluid, geur, stof); - de bedrijven mogen geen verkeers- en/of par- keeroverlast tot evolg hebben; 9 - de bedrijven moeten kleinschalig van aard zijn, derhalve is de maximale perceelsgrootte gelimiteerd; - bij de bedrijven zijn geen zelfstandige von-nen van horeca en/of detailhandel toelaatbaar. In het plan is een wijzigingsbevoegdheid opgeno- men teneinde op termijn de realisering van klein- schalige werklocaties mogelijk te maken. De hier- voor genoemde voorwaarden zijn aan deze wijzi- gingsbevoegdheid gekoppeld. -32- 6. Groen groenstructuur 1 Groenstructuur. Belangrijk onderdeel van de stedenbouwkundige structuur van Hehnond Noord is de groenstructuur, bestaande uit drie noord-zuid gelegen groenzones met dwarsverbindingen daartussen. De groenstruc- tuur kent voornamelijk een park-/plantsoen-achtige invulling met verspreid een aantal speelvoorzie- ningen en in de oostelijke groenzone een kinder- boerderi . Binnen de groenstructuur is een reeks van waterpartijen aanwezig langs de Vondel-, Jan Steen- en Venuslaan. De westelijke groenzone wordt gevonnd door het natuurgebied De Bundertjes, dat ter plaatse is aan- geduid als geledingszone binnen Helmond. In deze -33- zone zijn als bijzonder elementen de Aa en de gracht om Binderen gelegen. De zone wordt aan de westkant begrensd door de oude loop van de Zuid Willemsvaart. De oostelijke groenzone wordt be- grensd door de omleiding van de Zuid Willems- vaart. Deze kanaalomleiding, inclusief groene randen, vortnt eveneens een geledingszone binnen Heknond. De Nieuwe Aa aan de noordzijde van de wijk completeert de aanwezigheid van waterlopen rondom Helmond Noord. Ter plaatse is de Nieuwe Aa omgeven door een natuurontwikkelingsgebied met extensieve wandehnogelijkheden. Met het gebied Overbrug aan de overzijde van de Zuid- Willemsvaart behoort het gebied De Bundertjes tot het dalgebied van De Aa. Een deel van de zuidzijde van Helmond Noord wordt begrensd door sportpark De Braak (overzij- de Rembrandtlaan). 2. Groene randen. Inherent aan de opzet van Helmond Noord is het gegeven dat binnen de afzonderlijke buurten rela- tief weinig (binnen de buurt Bloem- en Paarden- velden zelfs zeer weinig) groen aanwezig is. Het groen bevindt zich met name in de groenstructuur aan de randen van de buurten en subbuurten. De opzet van de groenstructuur is echter zodanig, dat het groen vanuit de (sub-)buurten overal over korte afstand bereikbaar is. De omvang van de groenstructuur is de afgelopen jaren wel teruggelopen. Realisering van nieuwe voorzieningen en ook woningbouw binnen de groenzones hebben tot een verdichting van de be- bouwing, en daarmee automatisch tot een afname van het groen, geleid. De groenstructuur is de afgelopen jaren opgeknapt, waarbij veel bosschages/struiken in het kader van de sociale veiligheid zijn verwijderd en vervangen -34- door gras met bomen. Tegelijkertijd is ook de ver- harding binnen de groenstructuur vernieuwd. 3. Solitaire bebouwing in het groen. Handhaving van de groene geleding van de wijk in buurten en subbuurten is uitgangspunt betreffende de groenstructuur. Daartoe moet zeer omzichtig worden omgegaan met het nog aanwezige groen. Indien nieuwe bebouwing in de groenzones wordt opgericht, dan zal daarbij het principe van solitai- ren in het groen moeten worden gehanteerd. Een zo compact mogelijke bouwwijze, die het groen zo veel mogelijk intact laat, is daarbij voorwaarde. Herstel van schade aan en noodzakelijke aanpas- singen van het groen dienen daarbij meegenomen te worden. Verder is extra aandacht voor de situe- ring van eventuele bebouwing noodzaak om ver- snippering van de groenstructuur tegen te gaan. Binnen de bestemming "groenvoorzieningen" is geen aanvullende woningbouw toegestaan. Reali- sering van nieuwe bebouwing is hier dan ook al- leen mogelijk na planherziening. 4. Ecologische verbindingszone. De groenzone langs de oever van de Zuid Willems- vaart is aangeduid als ecologische verbindingszo- ne. In het bestemmingsplan zal deze zone met een breedte van 25 m als medebestenuning worden opgenomen, ter bescherming van de functie van deze zone binnen de ecologische structuur. -35- 7. Verkeer ontsluitingsstructuur gemotoriseerd verkeer 1 Ontsluitingsstructuur. Gemotoriseerd verkeer: verkeerskundig vonnen Oostende, Uiverlaan, Wet- houder Ebbenlaan en Rembrandtlaan, behorende tot de hoofdwegenstructuur van Helmond, de basis voor de verdere wijkontsluiting. Ook de voltooide PW 205 maakt deel uit van de hoofdwegenstruc- tuur. Vanaf deze hoofdwegenstructuur is via de Nachtegaallaan en de Venuslaan de centrale lus bestaande uit Astronautenlaan, Jupiterlaan, Jan Steenlaan en Nieuwveld bereikbaar. Voor de ont- sluiting van de afzonderlijke buurten zijn verder van belang de Vinkelaan, de Reigerlaan, de Hobo- straat-Harmoniestraat, de Astronautenlaan (2" deel) en de Vondellaan-Jan van Goyenlaan-Hobbema- -36- laan-Paulus Potterstraat-Jaines Ensorlaan-Melis Stokelaan. Langzaam verkeer: de langzaam verkeerstructuur volgt deels de hoofd- wegenstractuur en de wijkontsluiting. Tot het ste- delijk fietsroute netwerk behoren de fietsroutes over de Nachtegaallaan, via het winkelcentrum de Bus over de Venuslaan richting Dierdonk en via de Hannoniestraat en Saxofoonstraat naar het Bunder- pad. Verder zijn er langzaam verkeersroutes aan- wezig langs de randen van Hehnond Noord, (om- leiding Zuid Willemsvaart, Nieuwe Aa, Aa) en binnen de groenstructuur als extra dwarsverbin- dingen (langs de Frans Halslaan/Jan Steenlaan en langs Vincent van Goghlaan). Recent is een nieu- we brug voor langzaam verkeer over de omleiding van de Zuid Willemsvaart gereed gekomen als extra verbinding met Dierdonk. Openbaar vervoer: vanaf het station Helmond loopt een geregelde stadsbusdienst via de binnenstad door Helmond Noord. In grote lijnen volgt deze dienst de Nachte- gaallaan, Hannoniestraat en Jan Steenlaan. Parkeren: grootschalige parkeermogelijkheden zijn aanwezig bij de diverse voorzieningen binnen de wijk. Voor het overige zijn binnen de woonomgeving op eigen terrein, in de straat of op pleintjes de nodige par- keerplaatsen voor bewoners aanwezig. 2. Hiërarchische verkeersstructuur. De verkeersstructuur, zoals hiervoor beschreven, is hiërarchisch van opzet. Het onderscheid tussen hoofdwegenstructuur, wijkontsluiting en buurtont- sluiting is duidelijk herkenbaar en vergemakkelijkt de oriëntatie binnen de wijk. -37- "31@ V ontsluitingsstructuur langzaam verkeer Het stelsel van langzaam verkeersroutes flmctio- neert naar behoren.- De uitloopmogelijkheden in de groenstructuur en het aangrenzende buitengebied zijn via de langzaam verkeersroutes uitstekend bereikbaar. 3. Ongewijzigde ontsluitingsstructuur. De ontsluitingsstructuur voor Helmond Noord functioneert naar behoren. Aanpassingen zijn thans niet aan de orde. Wel zal op korte termijn op basis van het principe "duurzaam veilig" in Helmond Noord een 30-kilo- meterzone worden ingesteld. Alleen de zogeheten -38- ontsluifings- en stroomwegen worden buiten deze snelheidsbeperking gehouden. In Hehnond Noord zijn dit Nachtegaallaan, Hobbemalaan, Venuslaan, Nieuwveld en Jan Steenlaan. Op een aantal plek- ken zullen extra maatregelen noodzakelijk zijn om het gebied als 30-kilometerzone te kunnen laten functioneren. 4. Parkeermogelijkheden vastgelegd. Teneinde in de toekomst over voldoende parkeer- gelegenheid te kunnen blijven beschikken zijn aan de in het plan opgenomen uitbreidingsmogelijk- heden voorwaarden met betrekking tot het aantal parkeerplaatsen opgenomen. Uitbreiding is veelal mogelijk, mits aan de gestelde parkeemon-nen voldaan blijft worden. Conforin de ASVV 1996 (CROW) wordt voor de wijkvoorzieningen in De Bus een parkeemonn van 3 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo gehanteerd. Voor de wijkvoorzienin- gen aan de Vondellaan is geen parkeemonn opge- nomen, daar hier binnen de bestemming "wegver- keer" geparkeerd wordt. Voor de maatschappelijke voorzieningen wordt een parkeemonn van 2,5 parkeerplaatsen per 100 m@ bvo gehanteerd. De parkeerplaatsen dienen binnen de betreffende be- stemmin gerealiseerd te worden. 9 -39- 8. Waterhuishouding (natte paragraaf) oppervlaktewateren 1 Waterplan. In het gemeentelijk Waterplan zijn het voorkomen van verdroging, het terugdringen van waterver- bruik en het verbeteren van het rioolstelsel belang- rijke uitgangspunten. Maatregelen in de vorm van de aanleg van een gescheiden (of verbeterd ge- mengd) rioolstelsel, het infiltreren van regenwater in de bodem, beperken van het verharde oppervlak kunnen in het plangebied worden uitgevoerd. Bij (vervangende) nieuwbouw kan worden gedacht aan gescheiden watercircuits (drinkwater en grijs-/re- genwater) en andere watersparende voorzieningen. -40- 2. Waterhuishoudkundige voorzieningen. Hehnond Noord is omgeven met waterlopen/kana- len. Aan de oostzijde de omleiding van de Zuid Willemsvaart, aan de noordzijde de Nieuwe Aa en aan de westzijde de Aa, de gracht om Binderen en de oude loop van de Zuid Willemsvaart. De omlei- ding en de oude loop van de Zuid Willemsvaart hebben een scheepvaart- respectievelijk beperkte scheepvaartfunctie. De Nieuwe Aa wordt recht- streeks gevoed met water ui de kanaalomleiding en krijgt ook water van de rioolwaterzuivering. Bin- nen Helmond Noord zijn vijvers aanwezig langs Vondellaan, Jan Steenlaan en Venuslaan, welke via de singel langs de Astronautenlaan afwateren op de Nieuwe Aa. Er zijn waterinlaten ter hoogte van de Constant Perinekelaan en de Jan van Goyenlaan om de vijvers van Vondellaan en Haverveld te kunnen verversen met water ui de kanaalomlei- ding. Het plangebied maakt deel uit van een drietal riole- ringsgebieden, te weten gebied 15 Binnenstad- oost, gebied 18 Eeuwsels-Kemenade en gebied 19 Bloem- en Paardenvelden. Voor het gebied Binnenstad-oost is de afgelopen jaren de riolering omgebouwd van een gemengd stelsel naar een verbeterd gemengd stelsel. Onder meer zijn enkele overstorten gesaneerd en zijn diverse hoofdriolen vergroot. Dit rioleringsgebied voldoet hiermee aan de huidige milieu-eisen. In het gebied Eeuwsels- Kemenade is riolering aanwezig van het type ge- mengd stelsel, met een rioolgemaal in de Carillon- straat en een overstort in het verlengde van de Sterrenlaan. Ook in het gebied Bloem- en Paarden- velden is riolering van het type gemengd stelsel aanwezig, met een rioolgemaal in de hoek Con- stant erme e aan/Breitnerlaan en een overstort in een aan de Jacob Catslaan gelegen vijver. De stel- sels in beide laatstgenoemde gebieden voldoen niet meer aan e hu dige milieu-eisen. -41- 3. Ontwikkelingen op waterhuishoudkundig gebied. Regenwater. Teneinde grondwaterstandsverlaging en verdro- ging tegen te gaan wordt getracht schoon regenwa- ter, dat valt op daken en verkeersluwe straten, in het gebied te behouden, conform de in het Water- plan vastgelegde ambities. Waar mogelijk (nieuwe situaties) moeten daartoe infiltratievoorzieningen worden getroffen. Riolering. Ombouw van de gemengde stelsels naar een verbe- terd gemengd stelsel is thans aan de orde. Daartoe moeten aanvullende voorzieningen worden getrof- fen, zoals het realiseren van een bergbezinkbassin' achter de bestaande overstorten. Onderzocht wordt nog of de totale bergingscapaci- teit van het rioleringsstelsel van de afstromin sge- 9 bieden 16, 17 en 18 voldoende is bij de geldende milieu-eisen, of dat een randvoorziening nodig is. De overstort van stromingsgebied 19 op de vijver aan de Jacob Catslaan wordt voorzien van een bergingskelder. Ten behoeve van verdere kwaliteitsverbetering op langere termijn kan bij rioolrandvoorzieningen extra bergingscapaciteit nodig zijn en/of zuivering, bijvoorbeeld door middel van water- en moeras- planten ("helofytenfilters"). De mate waarin in Hehnond Noord afkoppeling plaatsvindt bein- vloedt de bergingscapaciteit van het bestaande rioolstelsel, en daarmee de frequentie en milieu- effecten van overstorten. Binnen het plangebied zullen mogelijkheden voor afkoppeling benut worden bij rioolvervanging. Bij (vervangende nieuw)bouwplannen wordt op basis -42- van het Bouwbesluit een gescheiden stelsel toege- past. 4. Verbetering waterhuishouding. Het is de bedoeling de toevoer van "gebieds- vreemd" water uit de kanaalomleiding te beperken en zo mogelijk op te heffen. Wanneer het plange- bied meer schoon, eigen water naar de vijvers kan afvoeren, kunnen de inlaten misschien komen te vervallen. De Binderse Gracht ten westen van het plangebied wordt, evenals de Gulden Aa, van wa- ter voorzien vanuit de oude Zuid Willemsvaart en kan op termijn misschien profiteren van gebiedsei- gen water. Er wordt nog gestudeerd op mogelijk- heden om ook vanuit Binnenstad Oost en Helmond Oost overtollig schoon water naar Helmond Noord te leiden. -43- 9. M!Heu J'50'dB 1 RW@,1 'I'euzoneringen mi 1 1. Algemeen. Milieubeleid wordt steeds meer geïncorporeerd in andere beleidsvelden. Verbreding van milieubeleid naar andere beleidsterreinen (externe integratie) is een belangrijk uitgangspunt in het gemeentelijke Milieubeleidsplan. Ook in de ruimtelijke planvor- ming is structureel aandacht voor milieudoel- stellingen noodzakelijk. De milieudoelstellingen worden daartoe inte aal en vanaf een zo vroeg gr mogelijk stadium in het planvonningsproces mee- gewogen. Hierdoor zijn de milieubelangen vol- waardig afgewogen tegen andere belangen die evenzeer claims kunnen leggen op de schaars be- schikbare ruimte. -44- Een duurzame ontwikkeling van de stad Helmond is een belangrijk beleidsuitgangspunt dat zijn door- werking heeft in meerdere beleidsterreinen. Samen met de externe integratie van milieubeleid leidt dat ertoe dat de milieuaspecten van dit plan niet alleen in dit hoofdstuk aan de orde komen. Naast enkele specifieke milieu onderwerpen wordt daarom al- leen ingegaan op de meest belangrijke milieudoel- stellingen. 2. Ruimtegebruik/verkeer en vervoer. Het bestemmingsplan Helmond Noord betreft de actualisering van oude plannen. Het ruimtegebruik wordt niet gewijzigd. Het plangebied heeft een optimale ontsluiting voor langzaam verkeer en wordt bediend door het openbaar vervoer (stads- bus). 3. Geluid. In en nabij het bestemmingsplan liggen een aantal verkeerswegen met verkeersintensiteiten welke tot relatief hoge geluidbelastingen kunnen leiden. De belangrijkste wegen zijn opgenomen in de Verkeers- milieukaart van de gemeente Hehnond. Aangezien de wijk Helmond Noord grotendeels tot 30 km-zone is aangewezen, ingevolge het Gemeen- telijk Verkeersveiligheidsplan (GVVP), kan akoes- tisch onderzoek voor nieuwe geluidgevoelige be- stenun ngen zich beperken tot de resterende 50 km- wegen. Dit betreft Oostende, Uiverlaan, Nachtegaal- laan, Wethouder Ebbenlaan en Rembrandtlaan. Het nieuwbouwproject aan de Abdijlaan bevindt zich binnen de zones van enkele van deze wegen. Het akoestisch deelrapport voor dit project wordt als losse bijlage bijgevoegd. Het project aan de Ruusbrocclaan valt buiten de zones van genoem e 50 -wegen, nader akoes- -45- tisch onderzoek is derhalve niet noodzakelijk. Wel is het in het kader van de bouwvergunningsprocedu- re in een later stadium nodig, ter bepaling van de benodigde gevelwering als bedoeld in artikel 22 van het bouwbesluit, om de geluidsbelasting op de nieu- we woningen te bepalen van de Ruusbroeclaan, Thomas van Kempenstraat, Tesselschadelaan en Vondellaan. 4. Lucht. Uit berekeningen in het kader van de Verkeersmi- lieukaart van de gemeente Hehnond blijkt dat bij ongewijzigd beleid in het jaar 201 0 geen overschrij - dingen te verwachten zijn van concentraties kool- monoxide, stikstofdioxide, en benzeen ten gevolge van het wegverkeer. 5. Bodem. In het plangebied zijn in de periode na 1993 een aantal locaties onderzocht op de aanwezigheid van bodemverontreiniging. Uit deze onderzoeken is gebleken dat in het algemeen de bovengrond licht is verontreinigd. In de ondergrond zijn geen verontrei- nigingen aangetroffen. Het grondwater is plaatselijk licht verontreinigd. Een groot deel van het gebied is niet onderzocht. Uit historisch onderzoek zijn geen ontwikkelingen bekend die erop wijzen dat de bo- dem plaatselijk ernstig verontreinigd zal zijn. Indien er (vervangende) nieuwbouw gaat plaatsvin- den, dient in het kader van de bouwvergunningspro- cedure een onderzoeksrapport te worden verlangd inzake de gesteldheid van de bodem. Aan de hand van de resultaten van het onderzoek kan worden vastgesteld of (en zo nodig) welke saneringsmaatre- gelen nodig zijn alvorens tot verlening van de bouw- vergunning kan worden overgegaan. Voor de locatie Ruusbroeclaan is conform boven- staande geen afzonderlijk bodemonderzoek uitge- -46- voerd. In het kader van de bouwvergunningsproce- dure zal wel een onderzoeksrapport worden ver- langd inzake de gesteldheid van de bodem. In het kader van het nieuwbouwproject van wonin- gen aan de Abdijlaan is een verkennend bodemon- derzoek uitgevoerd. Hieruit blijkt, dat er geen histo- rische ontwikkelingen bekend zijn die erop wijzen dat ter plaatse de bodem verontreinigd zal zijn, met uitzondering van het terreingedeelte bij de boven- grondse tank. Hier moet rekening worden gehouden met een verontreiniging van de grond met minerale olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen. Na verwijdering van de tank zal de onderliggende grond schoon worden opgeleverd. 6. Bedrijven. De bedrijvigheid in en om het plangebied is in hoofdzaak geclusterd en wordt qua milieubelasting gekenmerkt door kleinschalige activiteiten. Ook scholen en maatschappelijke instellingen kunnen aartoe worden gerekend. Hoewel er nauwelijks klachten bekend zijn kunnen er, tussen de bedrijvig- heid en de aangrenzende en soms aanpandig gelegen woonbebouwing fficties ontstaan. De Wet Milieu- beheer vormt het belangrijkste juridische kader waarmee mogelijke overlast kan worden aange- pakt. Alle bedrijvigheid in het plangebied valt onder een toereikende vergunning en/of kennisge- ving. De daarbij behorende voorschriften worden nage ee . In et algemeen kan worden gesteld dat vanwege bestaande en mogelijke bedrijfsactivitei- ten in en rond het plangebied geen milieuhinder te verwachten is. Voor een tweetal bedrijfsactiviteiten gelden afstan- den die in acht genomen moeten worden. Voor het benzineverkooppunt aan de Nachtegaallaan gelden veiligheidscontouren in verband met LPG opslag die op de plankaart staan aangegeven. Voor de ligging van deze contouren geldt in hoófdlijnen het volgende: -47- afstand tot vulpunt (opstelplaats voor tankau- to's): 80 m; afstand tot LPG-reservoir: 40 m. Genoemde afstanden gelden voor woningen en gebouwen in categorie 2. Voor minder gevoelige bestemmingen (cat. 1) zijn de afstanden respectie- velijk 30 en 20 m. Bouwen binnen de veiligheids- contour is niet toegestaan. Bovendien moet een afstand van 20 meter vanaf de afleverzuil worden aangehouden voor bestemmingen of functies cate- gone 1 en 2. De afstanden welke van toepassing zijn voor bestemmingen/functies categorie 2 gel- den eveneens voor incidentele woonbebouwing, woonwijken en een flatgebouw. Ten noorden van het plangebied is de Rioolwater- zuivering (RWZI) van het waterschap gevestigd. Deze RWZI is een gezoneerde inrichting in het kader van de wet Geluidhinder. De zone (50 dB(A) contour) staat op de plankaart vermeld. Het oprich- ten van geluidgevoelige bebouwing is alleen toege- staan indien de berekende gevelbelasting lager blijkt dan 50 dB(A) etmaalwaarde. 7. Duurzaamheid/energie. In de gemeente Helmond wordt gestreefd naar duurzame (nieuw)bouw, waarbij het energiever- bruik zoveel mogelijk wordt teruggedrongen. De gemeente heeft het convenant "Duurzaam bouwen Regio Eindhoven" ondertekend. In dit convenant is een basispakket opgenomen van 26 (voor project- matige bouw 34) verplichte en 46 aanbevolen maatregelen. Te realiseren woningbouw dient mi- nimaal te voldoen aan de eisen op grond van de Bouwverordening, alsmede aan de verplichte- en minimaal aan 25 (projectbouw 28) van de aanbe- volen maatregelen van het convenant "Duurzaam bouwen". Hierop zal in het kader van de afgifte van een bouwvergunning worden getoetst. -48- 8. Milieubescherming/leefbaarheid. Een klein gedeelte van het plangebied is gelegen binnen het reserveringsgebied voor toekomstige ondwaterwinning van het waterwingebied Hel- gr mond in de Bakelse Bossen. De huidige bescher- mingszone van het waterwingebied ligt echter buiten het plangebied. Er gelden derhalve geen belemmerende voorschriften voor activiteiten in het plangebied. Binnen de zoneringen voor veiligheid (LPG) en geluid (RWZI) gelden beperkingen ten aanzien van nieuwbouw van woningen en andere milieugevoe- lige bouwwerken. 9. Bebouwingsvrije zone Zuid Willemsvaart. Aan weerszijden van de Zuid Willemsvaart geldt een bebouwingsvrije zone van 50 m, onder andere ten behoeve van het civieltechnisch en nautische beheer van de desbetreffende vaarweg. Deze zone valt gedeeltelijk samen met de ecologische verbin- dingszone langs de omleiding van de Zuid Wil- lemsvaart. -49- 10. procedure 1. Inspraak. Het plan heeft in het kader van de inspraak vanaf 30 november 2000 4 weken ter inzage gelegen bij het gemeentelijk informatiecentrum. Op 4 decem- ber 2000 heeft er een inspraakavond plaatsgevon- den in het Dr. Knippenbergcollege. Het verslag van deze avond is als bijlage 4. in dit plan opgeno- men. De terinzagelegging heeft geleid tot een schriftelij- ke reactie van de heer T.Peters namens de besturen van de Coöperatieve Vereniging van eigenaren in het winkelcentrum De Bus U.A. en de ondeme- mersvereniging De Bus, alsmede namens alle le- den van de voornoemde vereniging van eigenaren afzonderlijk. De inspraakreactie wordt samengevat en becommentarieerd in de bij het plan behorende inspraaknota. Ten behoeve van de herontwikkeling van het klooster aan de Ruusbroeclaan heeft een afzonder- lijke inspraakprocedure plaatsgevonden. Aange- zien de planontwikkeling voor deze locatie in dit bestemmingsplan haar juridische vertaling krijgt, wordt het resultaat van de schriftelijke inspraak voor deze herontwikkeling meegenomen in de inspraaknota van het totale plan. Het betreft hier 1 1 schriftelijke reacties welke in de inspraaknota wor- den samengevat en becommentarieerd. 2. Resultaten wettelijk overleg ex artikel 10 BRO. Van de gehoorde instanties hebben de Provinciale Planologische Commissie (PPC) alsmede het Wa- terschap De Aa inhoudelijk gereageerd op het voorontwerp. De inhoud van de overlegreacties wordt hieronder besproken. PPC. De PPC kan instemmen met de voorgenomen ontwikkeling van een woontoren langs de -50- Ruusbroeclaan en adviseert om deze ontwik- keling in hetplan mee te nemen. Reactie gemeente: Hiervan wordt kennisgenomen. De bestemming van het terrein van het voormalige broederklooster zal dienovereenkomstig worden aangepast. Langs de Zuid-Willemsvaart loopt een ecolo- gi.sche verbindingszone. Deze zone moet in het plan worden opgenomen. Bij nieuwe bouwmogelijkheden in de groene zone langs het kanaal zal moeten worden aangetoond dat dit niet ten koste gaat van de mogelijkheden voor deze ecologische verbindingszone (Cat. l). Reactie: De verbindingszone zal op de kaart worden opge- nomen. De verplichting om aan te tonen dat nieu- we bebouwingsmogelijkheden niet ten koste mo- gen gaan van de mogelijkheden voor de ecologi- sche verbindingszone zal worden opgenomen in het 2' lid van artikel 8 "Beschrijving in hoofdlij- nen Artikel 6 (Woongebied I) lid 2 sub b: er is geen maximale maat gesteld aan de verho- gingsmogelijkheid van de nokhoogte. Ondui- delijk is wat bedoeld wordt met de zinsnede dat per bouwstrook de verhoging van de nok- hoo te bij de afzonderlijke woningen uniform 9 moet zijn. Reactie: De desbetreffende bepaling wordt bij nader inzien onnodig geoordeeld en wordt derhalve geschrapt. Artikel 6 lid 3 sub a gaat eraan voorbij dat ruimtelijke ordening toelatingsplanologie is. De bepaling dat " ... bestaande woningen en andere gebouwen dienen te worden gehand- haarfd, dan wel te worden vervangen" is daar- mee in strijd. Reactie: Met de aangehaalde bepaling wordt beoogd het conserverende karakter van het bestemmingsplan -51- uit te drukken. Als bouwvoorschrift is de bepaling echter niet functioneel, derhalve kan deze beter worden geschrapt. Artikel 9 Wijkvoorzieningen: de commissie vraagt aandacht voor de handhaving van het 2' lid, omdat uitwisseling van functies recht- streeks mogelijk is, maar er wel voorwaarden aan vestiging zijn verbonden. Zij adviseert om in dat kader de bestaande toestand goed te inventariseren. De opmerking geldt ook voor artikel 10 Wijkvoorzieningen en wonen. In lid 2 sub c is geen maximum gesteld aan de om- vang van supermarkten. Reactie: Mede naar aanleiding van de inspraakreactie van de Winkeliersvereniging De Bus wordt de regeling in artikel 9 lid 2 in die zin aangepast, dat een aantal beperkende voorwaarden komen te vervallen. Bijlage 3. bevat een inventarisatie van de aanwezi- ge winkels en overige voorzieningen in zowel win- kelcentrum De Bus als aan de Vondellaan. De regeling met betrekking tot de aanwezige su- perrnarkten wordt in die zin aangepast, dat er slechts twee grootschalige winkelvestigingen van meer dan 250 M2 bruto vloeroppervlakte aanwezig mogen zijn. Aan een maximale oppervlakte per vestiging bestaat geen behoefte, gezien de in de supermarktbranche aanwezige dynamiek. Het aan- geven van een tamelijk willekeurige bovengrens kan ontwikkelingen blokkeren die niet per se onge- wenst hoeven te zijn. Artikel 11 Maatschappelijke Voorzieningen: Onduidelijk is waarop wordt gedoeld met de zin "Uitbreiding van de aanwezige hoeveel- heid bebouwing binnen deze zones is toege- staan...". De commissie adviseert om de groe- ne zones binnen deze bestemming nader aan te geven en op te nemen in de doeleindenom- schrijving. Reactie: Met de aangehaalde bepaling wordt tot uitdrukking gebracht dat het uitgangspunt van handhaving van -52- het groene karakter uitbreiding van de bebouwing tot het op de kaart aangegeven maximale bebou- wingspercentage- niet in de weg staat. Het als zodanig bestemmen van deze groene zones zou afbreuk doen aan de gewenste flexibiliteit binnen de bestemming. Bovendien betreft het hier particuliere terreinen. De PPC wijst erop dat voor bebouwing in de groene zones die in de bestemming "Groen- voorzieningen" wordt voorzien minimaal een wijzigingsbevoegdheid nodig is. Reactie: In de bestemming "Groenvoorzieningen" is geen bebouwing voorzien. Wellicht wordt gedoeld op de mogelijke nieuwbouw in de bestemming "Woongebied in Groenvoorzieningen". Deze be- stemming bevat zowel bestaande gestapelde wo- ningen als de mogelijkheid van aanvullende nieuwbouw, eveneens in de vorm van gestapelde woningen. Teneinde verwarring te voorkomen zal de naam van de bestemming worden gewijzigd in "Woongebied III". Waterscliap De Aa: Het Waterschap verzoekt om -naast de opge- somde maatregelen in het gemeentelijk waterplan- in nieuwe situaties ruimte te reser~ veren voor retentie in de vorm van stadswa- ter. Daarnaast verzoekt het waterschap om oppervlaktewateren in de vorm van stadswa- ter, die thans zijn begrepen in de bestemming groenvoorzieningen, afzonderlijk te bestem- men en als zodanig aan te geven op de plan- kaart. Reactie: Een concrete reservering van ruimte voor nieuw stadswater vraagt meer inzicht in afkoppelings-, infiltratie-, bergings- en afvoennogelijkheden bin- nen et plangeb ed. Als dat er is biedt het bestem- mingsplan voldoende basis voor een nadere afwe- ging van belangen. De aanwezige ruimte blijft in dit plan open. -53- In de doeleindenomschrijving van de bestemming "Groenvoorzieningen" is voorzien in de flmctie van ontvangen, bergen en/of afvoeren van water. Een specifieke bestemming voor oppervlaktewate- ren is niet logisch bij de thans te verwachten veran- deringen in de waterhuishouding en de onzekerhe- den over de concrete uitwerking daarvan. -54- bijlagen bij de toelichting bijlage l.: overzicht geldende bestemmingsplannen Hehnond Noord bijlage 2.: typering woningbouw per deelgebied bijlage 3.: overzicht voorzieningen in De Bus en aan de Vondellaan bijlage 4.: verslag inspraakavond bijlage l.: overzicht geldende bestemmingsplannen Groot Binderen m~rddgn Verklaring: 0 Geen Bestemmingsplan D U.P. In Hoofdzaken Bloem- en Paardenvelden 23 U.P. Binderen 23a B.P. 2eHerziening Binderen 23b B.P. 3eHerziening Binderen 23e B.P. 4eHerziening Binderen e 23d B.P. 5 Herziening Binderen 23h B.P. Herziening Binderen Bakelsedijk 152- 23i B.P. Herziening Binderen Rembrandtlaan 231 B.P. Herziening Binderen Hoek Oostende - Helmondselaan 23n B.P. De Braak 24 U.P. Bloem- en Paardenvelden 24a B.P. 1 'Herziening Bloem- en Paardenvelden 24b B.P. Johannes Verineerlaan 24c B.P. Jan van Goyenlaan 24d B.P. Herziening Jan van Goyenlaan - Hobbemalaan 24e B.P. Herziening Bloem- en Paardenvelden (Uitbreiding Pannehoeve) 27 B.P. De Kemenade 27a B.P. Raafstraat 28 B.P. De Eeuwsels 1 28a B.P. Omgeving Saxofoonstraat 28b B.P. Omgeving Hobostraat 28c B.P. Herziening de Eeuwsels 1 Omgeving Basstraat 28d B.P. Herziening de Eeuwsels 1 Hobostraat - Tamboerijnstraat 29 B.P. de Eeuwsels 11 29a B.P. Herziening de Eeuwsels 11 Omgeving Adonislaan 29b B.P. Herziening de Eeuwsels 11 Oberonlaan - Uranuslaan 29c B.P. Herziening de Eeuwsels Il Autoboxen Apollostraat - Spoetnikstraat 30b B.P. Haverveld 30ba B.P. Haverveld uitwerking l' fase 3Obb B.P. haverveld James Ensorlaan 30bc B.P. Haverveld Uitwerking 2' fase Omgeving Anna Bijnsstraat e 30bd B.P. Haverveld Uitwerking 3fase Ruusbroeclaan - J. v. Heelustraat 30be B.P. Haverveld Clubgebouw Tesselschadelaan procedure gestopt 30bf B.P. Haverveld College Nieuwveld 30bg B.P. Haverveld Uitwerking 4' fase / Omgeving Jan Steenlaan - Tesselschadelaan 31 B.P. de Bus 11 3 1 a B.P. 1 eHerziening de Bus II Administratief 3 lb B.P. Herziening de Bus Il / Uitbreiding Dansschool Nieuwveld D U.P. In Hoofdzaken Bloem- en Paardenvelden bijlage 2.: typering woningbouw per deelgebied Binderen. Het deelgebied Binderen kent grotendeels een min of meer rechthoekig verkavelingspatroon, opge- bouwd uit open en half-open bouwblokken. De bebouwing is voor het merendeel gesitueerd in rechte stroken binnen de bouwblokken en wordt gevonnd door half-vrijstaande en aaneengesloten woningen in twee of drie bouwlagen, afgedekt met een kap. Plaatselijk zijn ook rijen garageboxen aanwezi 9 Een eerste uitzondering hierop vortnen de op en- kele locaties aan de hoofdgroen- en hoofdwegen- structuur aanwezige gestapelde woningen in vier bouwlagen zonder kap. Een tweede uitzondering hierop vonnt de opbouw van het verkavelingspatroon rond de Korhoender- hof met deels een hof-vortnige invulling. De be- bouwing bestaat uit aaneengesloten woningen in twee bouwlagen zonder kap, die verspringend ten opzichte van elkaar zijn gesitueerd. Het deelgebied vonnt een klassiek voorbeeld van naoorlogse volkswoningbouw c.q. stedenbouw. Bloem- en Paardenvelden. Het deelgebied Bloem- en Paardenvelden kent een strikt orthogonaal verkavelingspatroon, opge- bouwd uit half-open en open bouwblokken. De bebouwing is binnen deze bouwblokken in rechte stroken gesitueerd en bestaat uit aaneengesloten woningen in twee bouwlagen, afgedekt met een kap. Plaatselijk zijn ook rijen garageboxen aanwe- zig. Een uitzondering l@erop vonnen de gestapelde wo- ningen op enkele locaties aan de hoofdwegen-/- groenstructuur. De bebouwing bestaat hier uit vier of vijf bouwlagen zonder kap. Een uitzondering vormen eveneens de gestapelde woningen in de groenzone langs het kanaal. Deze gestapelde woningen zijn als solitaire bebouwing in de groenzone geplaatst. De bebouwing bestaat uit 3 bouwlagen, afgedekt met een kap. Het tot dit deelgebied gerekende zuidwestelijke blok behoort qua stedenbouwkundige opzet eigen- lijk tot het deelgebied Binderen. -2- uit- De Kemenade. De Kemenade kent een strikt orthogonaal verkave- lingspatroon, opgebouwd uit half-open en open bouwblokken. De bebouwing is gesitueerd in rech- te stroken binnen de bouwblokken en bestaat uit half-vrijstaande en aaneengesloten woningen in één of twee bouwlagen met kap. Plaatselijk zijn ook rijen garageboxen aanwezig. Binnen de Kemenade is een strikte scheiding tus- sen de half-vrijstaände en aaneengesloten wonin- gen gemaakt. -3- De Eeuwsels 1. Ook het gebied De Eeuwsels 1 kent een strikt or- thogonaal verkavelingspatroon, opgebouwd uit half-open en open bouwblokken. De bebouwing, bestaande uit half-vrijstaande en aaneengesloten bebouwing in twee bouwlagen en plat afgedekt of met kap of lessenaar, is gesitueerd in rechte stro- ken binnen de bouwblokken. Verspreid zijn ook rijen garageboxen aanwezig, vaak als afsluiting van de bouwblokken. De bebouwing is merendeels afgedekt met een kap. De bebouwing met plat dak of lessenaarsdak, be- treft eenduidig af te bakenen complex-gewijze be- bouwing. -4- De Eeuwsels 11. De Eeuwsels II kent een strikt orthogonaal verka- velingspatroon, ingevuld met bouwstroken. De bouwstroken liggen niet in bouwblokken maar aan groenplekken of aan de hoofdgroenstructuur. De bebouwing bestaat uit aaneengesloten woningen in één, twee of drie bouwlagen, plat afgedekt of met kap. Meerdere bouwstroken bestaan uit woningen van verschillende hoogte. Een uitzondering hierop von-nen de gestapelde wo- ningen, gesitueerd aan de hoofdgroenstructuur. Deze bebouwing bestaat uit zeven bouwlagen zon- der kap. -5- Haverveld. Ook het Haverveld kent een in principe orthogo- naal verkavelingspatroon. Dit is echter niet overal even strikt toegepast. Het verkavelingspatroon is ingevuld met half-open en open bouwblokken, welke op hun beurt zijn ingevuld met bouwstro- ken, bestaande uit half-vrijstaande en aaneengeslo- ten woningen in twee bouwlagen, met kap of lesse- naarsdak. Een uitzondering hierop vonnt de invulling van de bouwblokken aan weerszijden van de Melis Stoke- laan. Binnen deze bouwblokken zijn de bouwstro- ken door hoekoplossingen met elkaar verbonden, waardoor deels half-gesloten bouwblokken zijn ontstaan (herontwikkeling voonnalige Jagersho- ven). Een verdere uitzondering vormen de solitair in de hoofdgroenstructuur gelegen gestapelde woningen van de Haverveld.... Deze bebouwing bestaat uit maximaal vijf bouwlagen zonder kap. -6- De Bus 11. De Bus II komt grotendeels overeen met De Eeuw- sels II: een strikt orthogonaal verkavelingspatroon, ingevuld met bouwstroken gelegen aan de hoofd- groenstructuur. De bebouwing bestaat uit aaneen- gen, gesloten woningen in één, twee of drie bouwla plat afgedekt of met kap. Ook hier vonnen gestapelde woningen, gesitueerd aan de hoofdgroenstructuur de uitzondering. De bebouwing bestaat uit zes tot negen bouwlagen zonder kap. -7- bijlage 3.: overzicht voorzieningen in De Bus en aan de Vondeflaan De Bus. Overzicht aanwezige voorzieningen in De Bus: - supermarkt Nieuwveld 1 - cafetaria Nieuwveld 3 - detailhandel in vis Nieuwveld 3 - kapsalon Nieuwveld 5 - restaurant Nieuwveld 7 - detailhandel in kleding Nieuwveld 9 - kapsalon Nieuwveld 1 1 - drogisterij annex postagentschap Nieuwveld 13 - detailhandel in kleding Nieuwveld 15 - detailhandel in vlees en vleeswaren Nieuwveld 17 - supermarkt Nieuwveld 19 - detailhandel in brood en banket Nieuwveld 19 - detailhandel in bloemen en planten Nieuwveld 19 - detailhandel in tabaksproducten Nieuwveld 21 - detailhandel in kleding Nieuwveld 21 - apotheek Nieuwveld 23 - detailhandel in dierbenodigdheden Nieuwveld 27 - detailhandel in aardappelen, groente en fruit Nieuwveld 29 - detailhandel in behang Nieuwveld 33 - detailhandel in brood en banket Nieuwveld 35 - detailhandel in kaas Nieuwveld 37 - detailhandel in dranken Nieuwveld 39 - detailhandel in speelgoed Nieuwveld 43 - detailhandel in bloemen en planten Nieuwveld 47 - drogisterij Nieuwveld 49 - openbare bibliotheek Nieuwveld 49 - detailhandel in huishoudelijke artikelen Nieuwveld 49 datum opname: februari 1999 laatste actualisering: december 2001 Vondellaan. Aanwezige voorzieningen aan de Vondellaan: - benzineservicestation Wethouder Ebbenlaan 170 - reisbureau Wethouder Ebbenlaan 178 - restaurant Wethouder Ebbenlaan 200 - detailhandel in bloemen en planten Wethouder Ebbenlaan 202 - videotheek Vondellaan 2 - detailhandel in brood en banket Vondellaan 32 - detailhandel in boeken, tijdschriften, kantoor- en schoolbenodigdheden Vondellaan 46 - apotheek Vondellaan 48 - detailhandel in ijzerwaren en gereedschappen Vondellaan 62 - kapsalon Vondellaan 78 datum opname: februari 1999 laatste actualisering: december 2001 bijlage 4: LJL-JLJL-/W verslag inspraakavond VERSLAG INSPRAAKAVOND BESTEMMINGSPLAN HELMOND -NOORD Datum 4december2000 Plaats Dr. Knippenborgeollege, Nachtegaallaan 40 Aanwezig Wethouder Mevr. M. Jonkers - Goedhart, do heren T. v.d Bergh en R. Boonman (ruimtelijke ordening), mevr. A. van Vilsteren (Communicatie), en ± 65 belang- stellenden 19.30 uur: Welkom en inleiding door wethouder Jonkers - Goedhart. 19.35 uur: toelichting op de huidige situatie, het nieuwe bestemmingsplan en de planprocedure door dhr. Boonman 20.10 uur: Pauze 20.25 uur: Gelegenheid voor het stellen van vragen. Dhr. Nacken, Hobbemalaan 39: zegt bezorgd te zijn over de combinatie van wonen en werken. Het nieuwe bestemmingsplan staat toe dat bedrijijes in de categorie 1 en 2 zich in de wijk vestigen. Hij vreest dat daaruit overlast kan ontstaan als bedrijijes groter worden. Hij vraagt zich af of ook een vuurwerkopslag zich in de wijk zou kunnen vestigen. Hij vraagt of de gemeente kan vaststellen welke beddjven er zich wel of niet mogen vestigen. Dhr. van de Waterlaat, Vinkeniáan 234: vult hierbij aan dat niet alleen het vigerende bestemmingsplan maar ook de woningen 30 tot 40 jaar oud zijn. Hij woont in een gedeelte van de wijk waar de woningen geen spouwmuren hebben en daardoor zeer gehorig zijn. Ais in zo,n woning een bedrijije, bijvoorbeeld een naaiateliertje, wordt begonnen zullen de buren daar zeker geluidsoverlast van ondervinden. Hij vraagt of daar in het nieuwe bestemmingsplan rekening mee is gehouden. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat zij merkt dat de combinatie wonen en werken een belangrijk onderwerp is voor de aanwezigen. Dat de vraag leeft hoe ver gaat de gemeente daarin, is het in de hand te houden en blijft het daarbij nog een prettige woonwijk. Dhr. Boonnian: antwoordt dat de wijzigingsbevoegdheid, want daar gaat het hier over, alleen betrekking heeft op nieuwbouw. Op het moment dat woningen worden vervangen kan van de wijzigingsbevoegdheid gebruik worden gemaakt. Bedrijf@categorie 1 en 2 zijn daarbij toegelaten maar wel onder de voorwaarde dat er geen milieubinder voor de omgeving ontstaat. Dat sluit een groot aantal bedrijven uit. Bedrijijes die zich willen vestigen zijn ook gebonden aan een bepaalde maximale grootte. Aanvragen zullen toch individueel beoordeeld en getoetst worden. Dhr. Nacken: reageert dat hij heeft begrepen dat de vdjstellingsbevoegdheid in deze bij B&W ligt en dat buurtbewoners geen bezwaar meer kunnen indienen. Hij vindt dat B&W hiermee een v@jkaart is gegeven. Klopt dat? Dhr. v.d Bergh: antwoordt dat er inderdaad geen bezwarenprocedure aan de vrijstelling is gekoppeld. Wethouder Jonkers - Goedhart: vult aan dat als er vrijstellingsbevoegdheden voor B&W worden opgenomen dat altijd is bij weinig ingrijpende veranderingen. In het concept-bestemmingsplan wordt beschreven om wat voor bedrijven het gaat. Aanvragen zullen altijd getoetst worden aan de milieuvergunning en op de effecten van verkeer en parkeren. Het is niet zo dat een rijwoning vervangen kan worden door een bedrijf. Dat kan alleen op een plek waar sprake is van vernieuwing. De wethouder zegt vanwege de gevoeligheid van de combinatie wonen en werken in de wijk het verstandig te vinden om de manier waarop de gemeente mee wil werken aan een dergelijke bestemming toch meer onderhevig te maken aan de reactie uit de buurt en om daarvoor een formule te bedenken. Dhr. Nacken: merkt op dat bij aanvraag voor opslag van vuurwerk in de wijk de gemeente wel een vergunning kan weigeren maar wanneer de aanvrager voldoet aan de wet milieubeheer en naar de rechter stapt hij alsnog gelijk krijgt. Wethouder Jonkers - Goedhart-, antwoordt dat om zo'n situatie te voorkomen, opslag van vuurwerk misschien maar gewoon moet worden uitgesloten. Er wordt notitie van zijn opmerking genomen dat opslag van vuurwerk een activiteit is die in de woonwijk niet wordt gewenst. Dhr. Nacken: merkt verder op dat wordt uitgegaan van een hoogwaardige woonkwalitelt in de wijk. Handhaving van de winkels in de Vondellaan draagt bij tot die hoogwaardige kwaliteit en moeten dus behouden blijven. Hij is i], dat opzicht bezorgd over de tendens binnen de gemeente om de winkels naar het centrum te trekken. Wethouder Jonkers - Goedhart. antwoordt dat het bestemmingsplan er van uitgaat dat die situatie blijft zoals ze is. ]n de Vondellaan blijft dus de detailhandelsbestemming gehandhaafd. Dhr. Christiaans, Basstraat 102: zegt in het bestemmingsplan de Bundertjes te missen. Volgens de uitnodigingsbrief is de westgrens van het plangebied de Zuid-Willemsvaart. Er is aangegeven dat de bebouwing mag afwijken met 1 0%. Geldt dat ook voor de Bundertjes? Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit verkeerd in de brief heeft gestaan. Het gebied De Bundertjes valt buiten het plangebied en blijft dus zoals het is. Dhr. Van Veen, Projectgroep Dagelijks Beheer: geeft aan dat deze projectgroep het overlegorgaan is voor de wijk met de gemeente. Problemen in de wijk, of die ontstaan in de wijk, komen in dit drie maandelijks overleg aan de orde. Verder vraagt hij of er in de toekomst nog voorzieningen komen in het noordwestelijke gedeelte van de wijk. De wijkgebouwen de Terp en de Kamenij beschikken over een zaal waar activiteiten kunnen plaatsvinden terwijl in de Boerderij de ruimte zeer beperkt is. Hij is bezorgd dat de verenigingen in de wijk voor hun activiteiten gedwongen naar voorzieningen elders moeten uitwijken. Hij verwijst naar de situatie die ontstaan is voor de drumband nu het Abdijke Is verkocht. Wethouder Jonkers - Goedbart: antwoordt dat deze vraag buiten het onderwerp van de avond gaat maar dat er wel notie van zal worden genomen. Verder zegt ze dat er overleg is met de gebruikers van het Abdijke die daar nu weg moeten. Het is haar niet bekend dat er vanuit Welzijn behoefte zou zijn om de Boerderij te vergroten en daar is in het bestemmingsplan ook geen rekening mee gehouden. Dhr. Van den Einde, Saxofoonstraat 30: merkt op dat het erg goed zou zijn als het Con Bdo gebouw zijn jeugdfunctie zou terugkrijgen. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat in de bestemmingsplanher-ziening niet alle accommodatie- problemen kunnen worden opgelost. Via de afdeling Welzijn zal Worden g6fnventariseerd wat er aan initiatieven liggen die eigenlijk een plek moeten krijgen in het bestemmingsplan. Vraag: In het bestemmingsplan worden voor de uitbreidingsmogeiijkheden van de huizen drie maten genoemd namelijk: 10, 12, en 14 meter. Waarvan is dat afhankelijk? Dbr. Boonman: antwoordt dat die maten in principe afhankelijk zijn van de kaveidiepte van het deelgebied A, B, of C, waarin de woning is gelegen. Die onderverdeling is gemaakt naar verkavelingstype waarbij standaard 12 meter als een normale woningdiepte kan worden gezien. Deze is gekoppeld aan de meest voorkomende woningtypen A en B. Bij type C is van een wat mindere bouwdiepte uitgegaan omdat die kavels heel anders zijn en er de ruimte niet is om zo diep te bouwen. Verkavelingstype D zijn diepere kavels. Dhr. Kolenberg, Hoboplein 28: zegt dat toen hij 5 jaar gelden zijn woning kocht daar aan de achterzijde volgens het bestemmingsplan dezelfde woningen zouden komen. Hij wil weten, als het gebouw van de Bombardon en de Maasvissers gesloopt wordt, of er op die plek woningen komen. Drh. Boonman: antwoordt dat het bestemmingsplan er van uitgaat dat de situatie blijft zoals die nu is. Op het moment dat er gesloopt zou worden kan daar een woonbestemming komen. Wanneer het nieuwe bestemmingsplan gaat vigeren vervalt de oude situatie. Dhr. Kogenberg: vraagt de situatie van het oude bestemmingsplan over te nemen als de functie die er nu ligt vervalt. De rij woningen die ooit was gepland zou in zijn ogen daar uitstekend passen. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit als suggestie wordt meegenomen in het traject van het nieuwe bestemmingsplan. Dhr. Kolenberg: wijst verder op de onduidelijke situage aan het Hoboplein. Van een strook die daar is aangelegd is niet duidelijk of dat parkeerplaatsen zijn of niet. Als daar wordt geparkeerd wordt de rijstrook erg smal. Hij vraagt om een duidelijke situatie en om aan te geven wat parkeerstrook is en wat rijbaan. Hij heeft hierover een brief geschreven aan de gemeente. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat wordt bekeken of dit een zaak is die wel of niet in het bestemmingsplan kan worden geregeld. Dhr. Kolenberg zal een reactie krijgen. Aanwezige: zegt zich voor het Peppelplantsoen bij de opmerking van de vorige spreker aan te sluiten. Daar is het, voor wat het parkeren betreft, een hele vervelende situatie. 2 Dbr. H. Teeuwen, winkeliersvereniging De Bus en Vereniging van Eigenaren winkeleentrum De Bus: geeft aan dat hij het jammer vindt dat er bij de planning van deze avond geen rekening is gehouden met de koopavond, Daarom kon hij niet vanaf het begin van de bijeenkomst aanwezig zijn. Hij zegt te hebben begrepen dat het nieuw bestemmingsplan geen detailhandel in de woonwijk toestaat. Hij vraagt wat er in het bestemmingsplan is aangegeven voor het winkelcentrum De Bus en voor het terrein naast de benzinepomp. Dhr. Boonman: licht het besterrimingsplan op de gevraagde punten nogmaals toe. In het nieuwe bestemmingsplan blijft de situatie conform de huidige situatie. De bestaande detailhandel blijft maar heeft geen uitbreidingsmogelijkheden. Er kan wel uitwisseling plaatsvinden. Voor het terrein van de benzinepomp blijft de regeling hetzelfde als in het huidige bestemmingsplan. Dhr. Teeuwen: vraagt als het bestemmingsplan aangeeft dat de detailhandelsoppervlakte van WC De Bus niet mag worden uitgebreid en maar uit een bouwlaag mag bestaan, waarom de Konmar supermarkt dan wel twee bouwlagen heeft. De verdieping is dan wel voor ondersteunende functies in gebruik maar dat betekent dat er meer verkoopruimte beneden is. Dus toch uitbreiding. "Mogen wij de passages en de pleinen van het winkelcentrum dicht bouwen t.b.v. uitbreiding van de winkels?" De gemeente mag ten aanzien van de andere winkeliers niet met twee maten meten. Gelijke monniken, gelijke kappen. De winkeliers willen graag in WC De Bus blijven maar ook uitbreidingsmogelijkheden hebben en daarvoor niet naar de city moeten verhuizen. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat in het ontwerpbestemmingsplan het detailhandelsoppervlak is opgenomen zoals het was. De kwestie die aangegeven wordt met de opmerking gelijke monniken, gelijke kappen zal nader worden bekeken en bestudeerd. Verder geeft de wethouder aan dat naast de benzinepomp niet mag worden uitgebreid en dat er ook geen andere bebouwing mag komen. Dhr. Cortenbach, Raafstraat 15: Wijst op de witte vlekken, dat zijn onbebouwde hoeken en omdat de grond schaars wordt is hij bezorgd dat door ingebruikname van die witte vlekken veel groen uit de wijk zal verdwijnen. Hij wil weten of het groen wat aangegeven Is in het bestemmingsplan zo blijft omdat B&W de bevoegdheid heeft om met de bebouwing 10% af te wijken van wat het plan aangeeft. Hij geeft als voorbeeld dat aan de Reigerlaan diverse voorzieningen zijn gelegen, als daar bij een eventuele verbouwing 10% mag worden afgeweken met de bebouwing dan blijft er van het groen niets over. Dhr. v.d. Bergh: antwoordt dat die bevoegdheid van B&W betrekking heeft op de bouwkundige maten die in een plan zitten. Via die bepaling kunnen geen stukken grond worden bebouwd die anders niet voor bebouwing in aanmerking komen. Het is juist een nadrukkelijk uitgangspunt in het bestemmingsplan om het groen te behouden zoals het is. Dhr Cortenbach: reageert dat er een hoek bij de therapeutische Inrichting is bijgekomen ten koste van het groen zonder dat iemand dat wist. Bijzondere bebouwing heet dat en dat gebeurt steeds weer. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat ze bezorgdheid constateert over het volbouwen van deze klein groene plekjes. In principe is de gemeente dat niet van plan. Dat wordt vastgelegd in dit ontwerpbestemmingsplan. Soms is het moeilijk om dit staande te houden vanwege maatschappelijk belang, bijvoorbeeld als een huisarts zou vertrekken uit de wijk omdat er geen mogelijkheid tot bijbouwen is of voor de bouw van een nieuwe praktijk. Op zo'n moment ontstaat er een dilemma en moet er een moeilijke afweging worden gemaakt. Dhr. Cortenbach: reageert dat de gemeente, bijvoorbeeld op het moment dat het bestemmingsplan gewijzigd moet worden omdat het Abdijke verkocht is, daar een tandartsen- of huisartsenpraktijk mogelijk kan maken. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat de gemeente blij is dat er private eigenaren eigendommen als het Abdijke verwerven omdat anders de kans op verpaupering dreigt. Op zich zijn dat goede initiatieven. D e gemeente moet in zo'n zaak de afweging maken wat er in de wijk verantwoordt is om met zo'n gebouw te doen. De gemeente kan echter niets afdwingen alleen sturen. Adieen als ze zelf een gebouw in eigendom kdjgt kan het helemaal naar eigen voorkeur worden bestemd. Dhr. Nacken: vraagt om in het bestemmingsplan het aantal m2 groen vast te leggen wanneer de maisonnettes aan de Joh. Vermeerlaan worden gesloopt. Dbr Boonman: antwoordt dat de bebouwing voor dat gebied is vastgelegd op 10% en maximaal 5 bouwlagen. Daar is men aangebonden als daar iets zou gaan gebeuren. Vraag: gaat de vergunning voor bijvoorbeeld een werkplaats aan huis bij verkoop mee over naar de nieuwe eigenaar. 3 Dhr. v.d. Bergh: antwoordt dat het hier gaat om het wijzigen van de bestemming, de gewijzigde bestemming rust op het pand. Dat verandert niet bij verkoop van het pand. Bij verandering van activiteit die milleuvergunningplichtig is, moet daarvoor wel opnieuw een milieuvergunning worden aangevraagd. Dhr. de Roo, Joh. Vermeerlaan: vraagt of er al iets bekend Is over de uitvoering van nieuwbouw in vijf bouwlagen aan de Joh. Vermeedaan. Dhr. Boonman: antwoordt dat daar nog geen initiatieven voor zijn genomen. In het bestemmingsplan wordt de huidige situatie vastgelegd met name het karakter van dit gebied. Dhr. Christiaans: merkt op dat de parkeerdruk bij WC De Bus erg is toegenomen -sinds er een afdeling van het ROC aan het Nieuwveid is gevestigd. Hij vraagt of daar exb-a parkeerplaatsen kunnen komen. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat uitgangspunt van de gemeente bij nieuwbouwplannen is, dat het parkeren op eigen terrein wordt geregeld. AJs er nieuwbouw of verbouw plaatsvindt in de wijk dan moet parkeren op eigen terrein worden opgelost. Het liefst ziet de gemeente dat die parkeerplaatsen onder de grond gaan. De parkeerovedast door het ROC aan het Nieuwveid heeft misschien te maken met te weinig ruimte op eigen terrein. Ze zegt toe daar naar te laten kijken en zo mogelijk daar iets aan te doen. Mevr. Van Bree, Basstraat: vraagt welk beleid de gemeente voert ten aanzien van de groenstroken in de straten. In de Eeuwsels worden groenstroken, die eerder een mooi beeld gaven in de straten, verkocht aan de bewoners. Die zetten hun schuttingen tot aan het trottoir. Dit geeft een vervuiling van het straatbeeld. Zij vraagt bij verkoop van dergelijke stroken voorschriften op te nemen om deze vervuiling tegen te gaan. Een groene omheining zou bijvoorbeeld veel mooier zijn. Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat deze kwestie misschien eens in de ldankbordgroepen aan de orde kan komen. De gemeente staat niet afwijzend tegen verkoop van overhoeken onder bepaalde randvoorwaarden. Een beleidsnotifie daarover is nog in de maak en de suggestie om daarin een kwaliteitsleidraad te hanteren spree kl de wethouder zeer aan. Vraag: wanneer gaat de 30 km zone in? Wethouder Jonkers - Goedhart: antwoordt dat dit het terrein is van wethouder Hesen. In de eerste maanden van 2001 zal er nog een informaticavond komen waar de gang van zaken en de maatregelen die In dat kader zullen worden genomen nader worden toegelicht. 21.30 uur: wethouder Jonkers sluit de avond af. 7 december 2000 Voor verslag: Anne van Vilsteren, afdeling Communicatie 4 inhoud van de voorschriften BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Artikel 1. 3 WIJZE VAN METEN Artikel 2. 7 ANTI-DUBBELTELBEPALING Artikel 3. 8 VERWIJZING NAAR KAART Artikel 4. 8 LIJST VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN Artikel 5. 9 WOONGEBIED 1 Artikel 6. 10 WOONGEBIED 11 Artikel 7. 13 WOONGEBIED 111 Artikel 8. 15 RZIENINGEN Artikel 9. 17 WIJKVOORZIENINGEN EN WONEN Artikel 10. 18 MAATSCHAPPELIJKE VOORZIENINGEN Artikel 1 1. 19 DETAILHANDEL Artikel 12. 21 BEDRIJVEN Artikel 13. 21 OPPUNT VOOR MOTORBRANDSTOFFEN Artikel 14. 22 GROENVOORZIENINGEN Artikel 15. 23 ECOLOGISCHE ZONE (medebestemming) Artikel 15a 24 WEGVERKEER Artikel 16. 26 WIJZIGINGSBEVOEGDHEDEN Artikel 17. 27 GEBRUIKSBEPALING Artikel 18. 29 -l- VRIJSTELLINGSBEVOEGDHEID t.a.v. BEBOUWING Artikel 19. 30 OVERGANGSBEPALING Artikel 20. 3 1 STRAFBEPALING Artikel 21. 32 TITEL Artikel 22. 32 Bijlage 1. bij de voorschriften: VERKAVELINGSPRINCIPES Bijlage 2. bij de voorschriften: LIJST VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN -2- BEGRIPS- OMSCMUJVINGEN Artikel 1. In deze voorschriften wordt verstaan onder: plan. de kaarten, genummerd 000285 weer evende de 9 bestemmingen van het bestenuningsplan "Hehnond Noord" alsmede deze voorschriften; 1 . aanbouw: een met het hoofdgebouw verbonden gebouw dat qua aftnetingen ondergeschikt is aan het hoofdge- bouw; 2. aaneengesloten woning: woning, deel uitmakend van tenminste drie of meer middels de hoofdmassa verbonden woningen; ambachten k bedri-if: bedrijf waarbij het accent ligt op het in handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen, alsmede het verkopen en/of le- veren van goederen, die verband houden met het ambacht als niet zelfstandig onderdeel van de onderneming; 4. bebouwingspercentage: het percentage van het bouwper- ceel voor zover gelegen binnen het bebouwingsvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd; 5. beroepsuitoefening aan huis: de uitoefening van een be- roep, niet zijnde een vrij beroep, in de woning waarin de beroepsuitoefenaar woont, een en ander zoals beoefend door een horlogemaker, een fotograaf, een kleermaker of vergelijkbaar beroep met uitzondering van een kapper; 6. bijgebouw: vrijstaand gebouw dat zowel qua aftnetingen als in functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofd- gebouw; 7. bouwlaag: de begane grond of een- verdieping van een ge- bouw; een onderhuis, zolderverdieping of vliering wor- den hier niet onder begrepen; 8. bouwperceel: de aaneengesloten bebouwde en/of onbe- bouwde grond, behorende bij een bestaand of op te rich- ten bouwwerk of complex van bouwwerken; -3- 9. bouwwerk: elke bouwconstructie van enige omvang van- hout, steen, metaal of ander materiaal welke op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; 10. bruto vloeroppervlakte: de totale oppervlakte van de bouwlagen met inbegrip van de daartoe behorende maga- zijnruimte en overige dienstruimten; 11. consumentgebonden dienstverlening: het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waaronder begrepen een dans- school, sportschool en/of fitnesscentrum, alsmede aan detailhandel verwante bedrijfsfuncties voor de (zakelijke) dienstverlening ter plaatse aan particulieren, zoals een kapsalon, schoonheidssalon, wasserette, videotheek, bank, reisbureau, assurantie-, advocaten-, notaris- en makelaarskantoor; 12. detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden - waar- onder begrepen de uitstalling ten verkoop - het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die de goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; 13. erker: hoekig of rond, buiten de gevel van een gebouw uitgebouwd gedeelte van een ruimte, waarvan de wanden grotendeels bestaan uit glas; 14. gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toeganke- lijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten, ruimte vormt; 15. gestgpelde woning: woning in een gebouw dat teruninste twee boven elkaar gelegen woningen bevat; 16. groothandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waar- onder begrepen de uitstalling ten -verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit; -4- 17. half-vrijstaande woning: woning, welke slechts aan één zijde middels het hoofdgebouw met een andere woning of ander gebouw is verbonden; 18. hoofdgebouw: gebouw dat zowel functioneel als qua afmetingen bepalend is voor de bestemming; 19. horeca 1: een bedrijf dat zich uitsluitend of in overwegen- de mate richt op het verstrekken van consumpties voor gebruik terplaatse en dat een winkelondersteunende func- tie heeft, alsmede een bedrijf dat uitsluitend of in overwe- gende mate gericht is op het verschaffen van logies. Daar- onder wordt in ieder geval verstaan een restaurant, cafeta- ria, lunchroom, snackbar en een hotel; 20. horeca II: een bedrijf als omschreven als horeca 1 en tevens een bedrijf dat zich uitsluitend, of in overwegende mate richt op het bieden van spel, dans, vermaak en ontmoeting in combinatie met het verstrekken van con- sumpties voor gebruik ter plaatse, een en ander met uit- zondering van een spelautomatenhal; Daaronder wordt in ieder geval verstaan een discotheek, nachtclub, bioscoop, zalencentrum en een kegelbaan; 21. kW. afdekking van een gebouw met een dakhelling van temninste 15' en ten hoogste 75'; 22. maatschgppeli-jke doeleinden: openbaar bestuur, dienst- verlening van overheidswege, godsdienstuitoefening, verenigingsleven, onderwijs, volksgezondheid en andere culturele of daarmee gelijk te stellen doeleinden, zoals een dansschool, sportschool of kinderdagverblijf; 23. maten en aanduidingen: de op de plankaart of in deze voorschriften aangegeven hoogten, breedten, lengten, oppervlakten, diepten en percentages, alsmede de aange- geven dakvorm; 24. patiowoning: woning met open binnenplaats, temninste aan drie zijden met gebouwen omsloten; 25. seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij -5- bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pomografische aard plaatsvin- den. Onder een seksinrichting worden in elk geval ver- staan: een (raam)prostitutiebedrij f, waaronder begrepen een seksclub, bordeel, privé-huis en erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar; 26. semi-openbaar: openbaar, niet afgesloten, voor een ieder toegankelijk, doch in particulier eigendom zijnde terrein; 27. verkavelingsiype: wijze van verkavelen zoals weergege- ven in bijlage 1 bij de voorschriften; 28. voorgevel: de naar de weg gekeerde gevel van een hoofd- gebouw, met dien verstande dat bij hoekbebouwing spra- ke kan zijn van meerdere voorgevels; 29. voorgevelrooilijn: de lijn die kan worden getrokken door de voorgevels van'bestaande hoofdgebouwen of, op plaatsen waarop een hoofdgebouw ontbreekt, in het ver- lengde daarvan; 30. vrijstaande woning: woning, welke noch middels het hoofgebouw noch middels een aanbouw met een andere woning of ander gebouw verbonden is; 31. vrii beroep: beroep uitgeoefend op administratief, juri- disch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptech- nisch of hiermee gelijk te stellen gebied; 32. woning: een gebouw, geschikt en bestemd voor de huis- vesting van niet meer dan één huishouden. -6- WIJZE VAN METEN Artikel 2. Bij de toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten: a. het oppervlak van een gebouw: tussen de omtreklijnen van de horizontale projectie van de buitenwerkse gevelvlakken of de harten van de schei- dingsmuren; b. de breedte en de diote van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken, dan wel de harten van de scheidingsmuren; c. de goot- of boeihoogte van een gebouw: tussen de snijlijn van het dakvlak met het daaronder gele- gen buitenwerkse gevelvlak en het aan het gebouw aan- sluitende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in geaccidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau, bepaald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de naar de weg gekeerde gevel; d. oud van gebouwen: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of tot de harten van scheidingsmuren en boven begane grondvloeren, zulks met inbegrip van erkers en dakkapellen; e. bouwhoogte van gebouwen: van het hoogste punt van het gebouw (met uitzondering van schoorstenen, liftopbouwen etc.) tot aan het aanslui- tende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in geac- cidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau, be- paald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de naar de weg gekeerde gevel; f. hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde: van het hoogste punt van het bouwwerk tot aan het aan- grenzende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in geaccidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau, bepaald door het afgewerkte terrein dat aansluit op de naar de weg gekeerde gevel; -7- g. breedte van bouwpercelen: tussen de zijdelingse perceelsgrenzen van het bouwperceel in de naar de zijde van de weg gekeerde perceelsgrens; h. afstand tot de (ziidelingse) perceelsgrens: de kortste afstand van enig punt van een gebouw tot de (zijdelingse) perceelsgrens van het bouwperceel; i. afstand tot de bestemmingsgrens: de kortste afstand van enig punt van een bouwwerk tot de bestemmingsgrens; j. afstand tussen gebouwen: de kortste afstand tussen de buitenwerkse gevelvlakken van de gebouwen; k. de hoogte van een bouwlaal. tussen de bovenzijde van de vloeren geheel of gedeeltelijk onder elkaar gelegen bouwlagen. ANTI-DUBBELTEL- BEPALING Artikel 3. Geen bouwwerk of complex van bouwwerken mag worden opgericht indien daardoor een ander bouwwerk of complex van bouwwerken met het daarbij behorende bouwperceel, hetzij niet langer zou blijven voldoen aan, hetzij in groter mate zou gaan afwijken van het plan. VERWIJZING NAAR KAART Artikel 4. Tenzij in de voorschriften anders is bepaald, gelden ter bepa- ling van het maximale aantal bouwlagen, de dakvorm en het maximale bebouwingspercentage de hiervoor op de plankaart aangegeven maten en aanduidingen. -8- LIJST VAN BEDRIJFS- ACTIVITEITEN Artikel 5. Bij de toepassing van de voorschriften geldt de lijst van be- drijfsactiviteiten, zoals opgenomen in bijlage 2 bij de voor- schriften, waarbij de verschillende categorieën de volgende betekenis hebben: categorie 1: inrichtingen, welke door hun aard nodig en/of toelaatbaar zijn tussen of omniddellijk naast woningen; categorie 2: inrichtingen, welke door hun aard toelaatbaar zijn tussen of omniddellijk naast woningen, indien geconcentreerd in een wijk- of buurtcentrum; categorie 3: inrichtingen, welke door hun aard slechts toelaatbaar zijn aan de rand van woonwijken; categorie 4: inrichtingen, welke door hun aard gescheiden dienen te zijn van de woonwijken, bijvoorbeeld door middel van groenstroken, plantsoenen of water; categorie 5: inrichtingen, welke door hun aard behoorlijk ver verwij- derd moeten zijn van de woonwijken; categorie 6: inrichtingen, welke door hun aard uitsluitend op grote afstand van woongebieden gesitueerd kunnen worden. -9- WOONGEBIED 1 Artikel 6. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Woongebied I" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woondoeleinden in de vorm van eengezinswoningen; b. tuin of erf; e. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en parkeervoorzieningen; d. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa- den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie- ningen; e. garageboxen, een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie- ningen. 2.Beschrijving in hoofdlijnen. Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten: a. per deelgebied betekent dit handhaving van de volgende verkavelingen en woningtypes: deelgebied verkavelingstype woningtype A half-open of half-vrijstaande en open bouwblokken aaneengesloten woningen B half-gesloten bouw- aaneengesloten blokken met door woningen hoekoplossingen verbonden stroken c bouwstroken, aaneengesloten met verspringende woningen voorgevelrooilijn D bouwstroken, aaneengesloten met rechte woningen en voorgevelrooilijn patio-woningen 1 (zie voor verklaring verkavelingstypes bijlage 1. bij de voorschriften); b. uitgangspunt voor nieuwe woningen is behoud van het stedenbouwkundig karakter, zoals tot uitdrukking komend in het schema onder a. van dit lid alsmede de voorgevel- rooilijn, het aantal bouwlagen en de dakvorm; c. bij uitbreiding en/of vervanging van de bebouwing wordt uitgegaan van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per eengezinswoning en 1,0 parkeerplaats per seniorenwo- ning. Voorwaarde daarbij is dat de bestaande parkeerba- lans minimaal gehandhaafd moet blijven. Wijziging van de bebouwing mag niet ten koste gaan van het aanwezige aantal parkeerplaatsen; d. de bestaande oppervlakte aan openbaar groen dient mini- maal gehandhaafd te blijven. 3.BeboumLng. A. Gebouwen. Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend gebouwen worden opgericht of verbouwd overeenkomstig de volgende regels: a. de bestaande voorgevelrooilijn of uit de bestaande omge- ving af te leiden voorgevelrooilijn blijft gehandhaafd; b. de voorgevelrooilijn mag niet worden overschreden, met M2 uitzondering van één erker van maximaal 5 over maxi- maal 40% van de gevelbreedte met een diepte van maxi- maal 1,5 m in situaties waarbij de voorgevelrooilijn niet direct grenst aan gronden in gebruik voor openbare ver- keersdoeleinden of groenvoorzieningen; c. de woningdiepte mag ten hoogste de in onderstaand over- zicht weergegeven diepte bedragen: deelgebied A: 12 m; deelgebied B: 12 m; deelgebied C: 10 m; deelgebied D: 14 m, met dien verstande dat de diepte van de resterende achter- tuin ten n-iinste 8 m moet bedragen; d. het hoofdgebouw dient in, mits niet grenzend aan de bestemming groenvoorzieningen of wegverkeer, of ten minste 2,5 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden gesitueerd; e. bij woningen met een kap dient de bestaande dakhelling en nokhoogte gehandhaafd te blijven; -li- f. bij woningen in deelgebied D, bestaande uit maxhnaal 2 bouwlagen en afgedekt met een plat dak, mag een extra bouwlaag worden toegevoegd over de volledige breedte en maxünaal de helft van de diepte van de woning; g. per woning mogen maximaal 2 bijgebouwen worden opgericht; h. het oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen mag per woning in totaal maximaal 40 M2 of@ indien dit meer is, het bestaande oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen bedragen, met dien verstande dat achter de achtergevel of het verlengde daarvan van een woning een onbebouwde ruimte moet blijven met een oppervlak van tenminste 30 M2 i. de goot- of boeihoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag maximaal 3 m bedragen; j. de bouwhoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag maximaal 4,5 m bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte in de erfscheiding maxhnaal 3 m mag bedra- gen; k. aanbouwen en bijgebouwen dienen in, mits niet grenzend aan de bestemming groenvoorzieningen of wegverkeer, of ten minste 1 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden gesitueerd, vanaf tenminste 3 m achter de voorgevelrooi- lijn. B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde passend in de bestem- ming mogen worden opgericht, met dien verstande, dat: a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen achter de voorgevelrooilijn niet meer dan 2 m en voor de voorgevelrooilijn niet meer dan 1 m mag bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken ten hoogste 5 m mag bedragen. C. Nadere eisen. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en aftnetingen van gebou- wen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien dit nood- zakelijk is: a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving in hoofdlijnen; -12- b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni- sche en/of landschappelijke inpassing; c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren. WOONGEBIED II Artikel 7. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Woongebied II" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woondoeleinden in de vorm van gestapelde woningen; b. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en parkeervoorzieningen, al dan niet'ondergronds; c. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa- den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie- ningen; een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie- ningen. 2.Beschrijving in hoofdlijnen. Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten: a. per deelgebied betekent dit handhaving van de volgende verkavelingen en woningtypes: deel ebied verkavelingstype woningtype 9 E half-open of gestapelde open bouwblokken woningen F solitairen in/aan gestapelde het groen woningen (zie voor verklaring verkavelingstype bijlage 1. b" de ij voorschriften); b. uitgangspunt voor nieuwe woningen is behoud van het stedenbouwkundig karakter, zoals tot uitdrukking komend in het schema onder a. van dit lid alsmede de voorgevel- rooilijn, het aantal bouwlagen en de kapvorm; -13- c. bij uitbreiding en/of vervanging van de bebouwing wordt uitgegaan van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per eengezinswoning en 1,0 parkeerplaats per seniorenwo- ning. Voorwaarde daarbij is dat de bestaande parkeerba- lans minimaal gehandhaafd moet blijven. Wijziging van de bebouwing mag niet ten koste gaan van het aanwezige aantal parkeerplaatsen; d. de bestaande oppervlakte aan openbaar groen dient mini- maal gehandhaafd te blijven. 3.Beboumtug. A. Gebouwen. Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend gebouwen worden opgericht of verbouwd met handhaving van de bestaande functie overeenkomstig de volgende regels: a. de bestaande voorgevelrooilijn of uit de bestaande omge- ving af te leiden voorgevelrooilijn blijft gehandhaafd; b. de woningdiepte mag ten hoogste 14 m bedragen; c. de bebouwing dient in- of ten minste 5 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden gesitueerd. B. Bouwwerken, geen woning zijnde. Bouwwerken geen gebouwen zijnde passend in de bestenuning mogen worden opgericht, met dien verstande, dat: a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag be- dragen en de hoogte van vlaggerunasten en daarmee ver- gelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen. C. Nadere eisen. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en aftnetingen van gebou- wen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, indien dit nood- zakelijk is: a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving in hoofdlijnen; b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni- sche en/of landschappelijke inpassing; c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren. WOONGEBIED IR Artikel 8. l.Doeleindenomschrijv!n2. De op de kaart voor "Woongebied III" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woondoeleinden; b. groenvoorzieningen, met inbegrip van voet- en fietspa- den, alsmede water, wateropvang- en infiltratievoorzie- ningen; c. verkeersdoeleinden, in de vorm van ontsluitingswegen en parkeervoorzieningen, een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie- ningen. esc ivm2 hoofdlijnen. Bij de ontwikkeling van de binnen deze bestemming vallende gronden worden de volgende uitgangspunten in acht genomen: a. het groene karakter van de strook langs de oever van de kanaalomleiding dient gehandhaafd te worden. Beperkte uitbreiding van de aanwezige hoeveelheid bebouwing binnen deze strook is toegestaan, teneinde ter plaatse op de kanaalomleiding georiënteerde woningen te kunnen realiseren; e structuur van open ruhnten tussen de bebouwing dient gehandhaafd te worden teneinde de relatie tussen de ka- naalomleiding en de achterliggende woonbuurten intact te houden; c. nieuwe woningen dienen te z'ij'n georiënteerd op de ka- naalon-deiding teneinde Helmond Noord een gezicht naar de kanaalomleiding te geven en de sociale veiligheid in de groenstrook met doorgaande fietsroute te verbeteren; d. nieuwe woningen dienen van kwalitatief hoogwaardige architectuur te zijn teneinde meer differentiatie binnen het woningaanbod van Helmond Noord te krijgen en het gewenste gezicht naar de kanaalomleiding te accentueren; e. de bestaande ontsluitingsstructuur en parkeervoorzienin- gen dienen slechts in beperkte mate uitgebreid te worden, uitgaande van een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats per woning; f. nieuwe bebouwing dient op een afstand van minimaal 50 m uit de as van de kanaalomleiding te worden gesitueerd teneinde een doorgaande groenstrook langs de kanaaloin- leiding van voldoende breedte te handhaven en voldoende -15- afstand te bewaren tot de kanaalomleiding in verband met de scheepvaartfunctie. 3.Bebouwing. Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend wor- den gebouwd gestapelde woningen met bijbehorende aanbou- wen en bijgebouwen, een en ander met bijbehorende bouw- werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat: A. Gebouwen. a. de afstand tot de functie verkeersdoeleinden moet tenmin- ste 5 m bedragen; b. de woningdiepte mag ten hoogste 14 m bedragen; c. de bebouwing dient in of ten minste 5 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden gesitueerd; d. de hoogte per bouwlaag mag ten hoogste 3,2 m bedragen; e. het oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen mag per woning in totaal maximaal 25 M2 of@ indien dit meer is, het bestaande oppervlak aan aanbouwen en bijgebouwen bedragen, met dien verstande dat achter de achtergevel of het verlengde daarvan van een woning op de begane grond een onbebouwde ruimte moet blijven met een op- pervlak van tenminste 30 M2; f. de goot- of boeihoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag maximaal 3 m bedragen; g. de bouwhoogte van aanbouwen en bijgebouwen mag maximaal 4,5 m bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte in de erfscheiding maximaal 3 m mag bedra- gen; h. aanbouwen en bijgebouwen dienen in, mits niet grenzend aan de openbare weg, of ten minste 1 m uit de zijdelingse erfscheiding te worden gesitueerd, vanaf tenminste 3 m achter de voorgevelrooilijn. B. Bouwwerken, geen woning zijnde. Bouwwerken geen gebouwen zijnde passend in de bestemming mogen worden opgericht, met dien verstande, dat: a. de hoogte van bouwwerken, geeif gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag be- dragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee ver- gelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen. -16- C. Nadere eisen. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en afmetingen van gebou- wen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, indien dit nood- zakelijk is: a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving in hoofdlijnen; b. voor een verantwoorde stedenbouwkundige, architectoni- sche en/of landschappelijke inpassing; c. teneinde een akoestisch optimale situatie te creëren. WIJK- VOORZIENINGEN Artikel 9. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Wijkvoorzieningen" aangewezen gron- den zijn bestemd voor detailhandel, consumentgebonden dienstverlening, horeca 1 en maatschappelijke doeleinden, een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorziening- en. 2.Beschrijving in hoofdlijnen. Uitwisseling van functies is mogelijk onder de volgende voorwaarden: a. de functies dienen te zijn gericht op c.q. te passen binnen het verzorgingsniveau van de omliggende wijk; b. binnen de bestemming mogen maximaal 2 grootschalige detailhandelsbedrijven met een brutovloeroppervlak van meer dan 250M2zijn gevestigd; e. binnen de bestemming zijn geen dienstverlenende of horecabedrijven met een brutovloeroppervlak van 250 M2 of meer toegestaan; d. aan de parkeerbehoefte dient binnen de bestemming te worden voldaan. Ten minste moet aan de parkeernorm van 3 parkeerplaatsen per 100 M2 brutovloeroppervlak worden voldaan; e. uitoefening van detailhandels-, dienstverlenende of hore- cabedrijven op de verdieping is niet toegestaan, anders dan in de vorm van opslag. -17- 3.Bebouwing. Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming, een en ander met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande dat: A. Gebouwen: de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" ten minste 5 m moet bedragen. B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra- gen. WIJK- VOORZIENINGEN EN WONEN Artikel 10. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Wijkvoorzieningen en wonen" aangewe- zen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel, dienstverlening en horeca l; b. woondoeleinden, een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie- ningen. 2.Beschrijving in hoofdlijnen. Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toe- stand, uitbreiding van het totale brutovloeroppervlak van de detailhandels-, dienstverlenende en horecabedrijven wordt niet toegelaten. Uitwisseling van functies'is mogelijk onder de volgende voorwaarden: a. de functies dienen te zijn gericht op c.q. te passen binnen het verzorgingsniveau van de omliggende wijk en het aan- grenzende noordelijke deel van Helmond-centrum; -18- b. binnen de bestemming mogen geen detailhandels-, dienst- verlenende of horecabedrijven met een brutovloeropper- vlak van 250 M2 of meer ontstaan of worden gevestigd; c. uitoefening van detailhandels-, dienstverlenende of hore- cabedrijven is op de verdiepingen niet toegestaan, anders dan in de vorm van opslag. De verdiepingen hebben naast de opslagfunctie alleen een woonfunctie. 3.Bebou~. Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestenuning, een en ander met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande dat: A. Gebouwen. a. de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" of 0 m of ten minste 3 m moet bedragen; b. uitsluitend gestapelde woningen mogen worden gebouwd; e. de woningdiepte maximaal 14 m mag bedragen. aanbouwen en bijgebóuwen, behorende tot de woningen, uitsluitend achter de voorgevelrooilijn mogen worden opgericht. B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen en de hoogte van vlaggerimasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra- gen. MAATSCHAPPELIJKE VOORZIENINGEN Artikel 11. l.Doeleindenomschrijving. De op de plankaart voor "Maatschappelijke voorzieningen" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. maatschappelijke doeleinden; b. bedrijfswoningen, op de met "b" aangeduide percelen; c. groenvoorzienmgen, tuin en erf, -19- een en ander met inbegrip van alle daarbij behorende voorzie- ningen. 2.Beschrijvint! in hoofdlijnen. Er wordt uitgegaan van handhaving van de bestaande toestand zonder aanpassingen op kleine schaal uit te sluiten: a. het groene karakter van de zones met maatschappelijke voorzieningen dient gehandhaafd te worden. Uitbreiding van de aanwezige hoeveelheid bebouwing is toegestaan, binnen de op de plankaart aangegeven bepalingen voor bebouwingspercentage en aantal bouwlagen; b. de open ruimte binnen deze bestemming moet worden gehandhaafd in samenhang met de ruhnte van aangrenzen- de groenvoorzieningen, zodat de gebruikswaarde van die ruimte en het karakter en de kwaliteit van "bebouwing in het groen" worden gehandhaafd c.q. versterkt. Het reali- seren van nieuwe bebouwing dient zo geconcentreerd mogelijk plaats te vinden; c. de bestaande ontsluitingsstructuur en parkeervoorzienin- gen dienen zo beperkt mogelijk uitgebreid te worden, met dien verstande, dat moet worden uitgegaan van een par- keernorm van 2,5 parkeerplaatsen per 100 M2 brutovloer- oppervlak. De parkeervoorzieningen moeten binnen de bestemming worden gerealiseerd. 3.BebouwinL-. Op de als zodanig aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming met bijbehorende aan- en/of bijgebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat: A. Gebouwen. a. de afstand tot de bestemmingen "Wegverkeer" en "Groenvoorzieningen" tenminste 5 m moet bedragen; b. uitsluitend vrijstaande bedrijfswoningen mogen worden gebouwd; c. de diepte van een bedrijfswoning maximaal 14 m mag bedragen; d. de inhoud van een bedrijfswoning minimaal 300 M3 zal en maximaal 600 m@ mag bedragen; e. bijgebouwen bij een bedrijfswoning moeten voldoen aan het bepaalde in artikel 6, lid 3., onder A.. -20- B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra- gen. DETAILHANDEL Artikel 12. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Detailhandel" aangewezen gronden zijn bestemd voor detailhandel. 2.Bebouminp,. Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend wor- den gebouwd gebouwen ten dienste van de bestenuning en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat: A. Gebouwen: de afstand tot de bestemming "Wegverkeer" 0 m of ten minste 3 m moet bedragen. B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedragen en de hoogte van vlaggemnasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedra- gen. BEDRIJVEN Artikel 13. l.Doeleindenomschrijving. De op de plankaart voor "bedrijven" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. reparatiebedrijven van witgoed en daarmee vergelijkbare apparaten; -21- b. bedrijven die voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de in artikel 5 opgenomen lijst van bedrijfsactiviteiten, zulks met uitzondering van kantoren, detailhandelsbedrijven, horecabedrijven, verkooppunten van motorbrandstoffen en inrichtingen als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluid- hinder, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen ver- oorzaken; c. bedrijven die niet vertneld staan in de in artikel 5 opgeno- men lij st, maar naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders, qua belasting voor de omgeving daannede gelijk te stellen zijn. 2.Bebou3iLng. Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd gebouwen ten dienste van de bestemming en bouw- werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat: A. Gebouwen: de afstand tot de perceelsgrens of 0 m of ten minste 3 m moet bedragen. B. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedra- gen en de hoogte van vlaggeninasten en daarmee vergelijk- bare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen. VERKOOPPUNT VOOR MOTOR- BRANDSTOFFEN Artikel 14. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "verkooppunt voor motorbrandstoffen" aangewezen gronden zijn bestemd voor een verkooppunt van motorbrandstoffen, waarin uitsluitend de verkoop is toegestaan van: a. brandstof en smeenniddelen; b. benodigdheden voor gebruik, reiniging of spoedeisende reparaties van motorvoertuigen, alsmede accessoires; -22- c. artikelen voor lichaarnsverzorging, geringe eetwaren, consumptie-ijs, alcoholvrije dranken en tabak en tabakspro- ducten, voor zover die onderweg met een voertuig plegen te worden gebruikt. 2.BebouM n" Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd gebouwen ten dienst van de bestemming en bouw- werken, geen gebouwen zijnde, met dien verstande, dat: A. Gebouwen. de afstand tot de bestemming "wegverkeer" temninste 5 m moet bedragen. ouwwer en, geen gebouwen zijnde. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erfafscheidingen niet meer dan 2 m mag bedra- gen, de hoogte van een luifel niet meer dan 6 m mag be- dragen, waarbij de minimale vrije hoogte van een luifel 4.5 m of meer moet bedragen en de hoogte van vlaggenmasten en daarmee vergelijkbare bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen. GROENVOOR- ZIENINGEN Artikel 15. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Groenvoorzieningen" aangewezen gron- den zijn bestemd voor: a. openbaar en semi-openbaar groen; et ontvangen, bergen en/of afvoeren van water, alsmede waterpartijen en infiltratievoorzieningen; c. recreatieve voorzieningen, waaronder begrepen verhardin- gen ten behoeve speelvoorzieningen, fiets- en voetpaden. 2.Beschrijving in hoofdlijnen. Bij de ontwikkeling van de binnen deze bestemming vallende gronden worden de volgende uitgangspunten in acht genomen: a. de bestaande groenvoorzieningen dienen temninste gehand- haafd te worden als drager van de structuur van de wijk -23- Hehnond Noord en de gebruikswaarde die deze hebben als openbare ruimte. De groenvoorzieningen worden zodanig ingericht dat de toegankelijkheid en sociale veiligheid kunnen worden gewaarborgd; b. binnen de groenvoorzieningen is de aanleg van voorzie- ningen voor het ontvangen, bergen en/of afvoeren van water in de vorm van vijvers, bergbezinkbassins en daar- mee vergelijkbare voorzieningen toegestaan. 3.Bebouming, A. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die passen in deze bestemming, zoals speelwerktuigen, zitbanken, afvalbak- ken en afrasteringen, met dien verstande dat: de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 m mag bedragen. B. Nadere eisen. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering, afmetingen en hoogtelig- ging van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, indien dit noodzakelijk is: a. ter voorkoming van strijdigheid met lid 2., beschrijving in hoofdlijnen; b. voor een verantwoorde landschappelijke, stedenbouwkun- dige en/of architectonische inpassing; c. om uit oogpunt van veiligheid en milieu een optimale situatie te creëren. ECOLOGISCHE ZONE (medebestemming) Artikel 15a. I.Doeleindenomschrijving. In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 8 (Woongebied III), 1 1 (Maatschappelijke voorzieningen) en 15 (Groenvoorzie- ningen) zijn de op de kaart voor "Ecologische zone" aange- wezen gronden medebestemd voor de ontwikkeling van ecolo- gische waarden en de totstandkoming van een doorgaande ecologische verbinding. -24- 2.Beboumin --g. Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend bouw- werken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, voor zover noodzakelijk voor het beheer en het onderhoud in het kader van de bestemming met dien verstande, dat de hoogte maximaal 1,5 m mag edragen. 3.Aanlegyergunning. A. Werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergun- ning) de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of we aam eden uitte voeren: a. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem; et ve en en rooien van houtgewas; c. het aanbrengen van ondergrondse leidingen; d. het aanbrengen of aanleggen van kaden, aanlegplaatsen of oeverbeschoeiingen; ' e. et graven of dempen van sloten en greppels; f. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen. B. Uitzonderingen. Het in dit lid onder A. vervatte verbod geldt niet voor het uit- voeren van: a. werken en werkzaamheden voor zover van ondergeschikte betekenis en van geringe omvang binnen het op de bestem- ming gerichte normale onderhoud en beheer; b. werken en werkzaamheden, die op het tijdstip waarop het plan rechtskracht verkrijgt in uitvoering zijn; c. an ere werken en/of werkzaamheden die uit een oogpunt van de ruimtelijke ordening geen ingrijpende betekenis hebben. C. Toelaatbaarheid. De werken en werkzaamheden als bedoeld in dit lid onder A. zijn slechts toelaatbaar, indien door werken en werkzaamheden dan wel de daarvan direct, hetzij indirect te verwachten gevol- gen geen onevenredige aantasting van de belangen van de in de doeleindenomschrijving genoemde voorzieningen ontstaan of kan ontstaan. -25- D. Adviesprocedure. Alvorens te beslissen omtrent een aanlegvergunning als bedoeld in dit lid onder A. kunnen burgemeester en wethouders schrifte- lijk advies inwinnen bij een deskundige inzake natuur en land- schap omtrent de gevolgen van voorgenomen activiteiten voor het belang van de ecologische zone en de eventueel te stellen voorwaarden. 4.Samenvallen andere bestemmingen. Indien en voorzover de "ecologische zone" samenvalt met een andere bestemming prevaleert de "ecologische zone", tenzij het gebruik en/of bouwen binnen de hoofdbestemming niet strijdig is met de medebestemming. WEGVERKEER Artikel 16. l.Doeleindenomschrijving. De op de kaart voor "Wegverkeer" aangewezen gronden zijn bestemd voor wegen en straten, rijwiel- en voetpaden, verharde en onverharde bermen met bijbehorende voorzieningen zoals parkeergelegenheid, groenvoorzieningen, wateropvang- en infiltratievoorzieningen en geluidwerende voorzieningen, met uitzondering van verkooppunten van motorbrandstoffen. 2.Beboumtnp, Op de als zodanig bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouw zijnde, die dienen voor de in de doeleindenomschrijving genoemde doeleinden, met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen. -26- WIJZIGINGS- BEVOEGDHEDEN Artikel 17. 1. De bestemming "Woongebied l" kan, voor zover het betreft percelen deel uitmakend van stroken gelegen parallel aan de bestemmingen "Groenvoorzieningen" of "Verkeersdoe- leinden", door burgemeester en wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestemming "Woongebied 11", teneinde het oprichten van gestapelde woningen mogelijk te maken, mits hierdoor: a. het stedenbouwkundige karakter van de wijk niet wordt aangetast; b. de privacy, de lichttoetreding en het uitzicht van in de directe omgeving gelegen percelen niet worden aan- getast, met dien verstande dat bij de wijziging het bepaalde in artikel 7. "Woongebied 11" van overeenkomstige toepassing wordt. 2. De bestemming "Maatschappelijke voorzieningen" kan door burgemeester en wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestemmingen "Woongebied l" en "Woon- gebied 11", teneinde het oprichten van woningen mogelijk te maken, met dien verstande dat bij de wijziging het be- paalde in artikel 6. "Woongebied l", respectievelijk artikel 7. "Woongebied 11" van overeenkomstige toepassing wordt. 3. De bestemming "Detailhandel" kan door burgemeester en wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestemming- en "Woongebied l", "maatschappelijke voorzieningen" of "bedrijven", teneinde in geval de verspreid gelegen detail- handelsvestigingen worden beëindigd, tot een in de wijk passend hergebruik van opstallen en gronden te komen, met dien verstande, dat: a. wijziging in de bestemming "bedrijven" alleen is toe- gestaan bij detailhandelsvestigingen grenzend aan de bestemming "bedrijven"; b. bij wijziging het bepaalde in artikel 6. "Woongebi'ed I", respectievelijk artikel 1 1. "Maatschappelijke voor- -27- zieningen" of artikel 13. "bedrijven" van overeenkom- stige toepassing wordt. 4. De bestemmingen "Woongebied I", "Woongebied 11" en "Maatschappelijke doeleinden" kunnen door burgemeester en wethouders met toepassing van artikel 1 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden gewijzigd in de bestem- ming "Wonen en werken", teneinde de vestiging van klein- schalige bedrijven met bedrijfswoningen mogelijk te ma- ken, met dien verstande, dat: a. alleen bedrijven toelaatbaar zijn , die passen in een woonomgeving, derhalve zijn alleen bedrijven uit milieucategorie 1 en 2 toelaatbaar; b. de bedrijven geen milieuhinder voor de omgeving mogen veroorzaken; c. de bedrijven geen verkeers- en/of parkeeroverlast tot gevolg mogen hebben; d. de maximale perceelsgrootte per bedrijf maximaal 750 m2 mag bedragen; e. per bedrijf één bedrijfswoning is toegelaten; E bij de bedrijven geen zelfstandige vormen van horeca en/of detailhandel toelaatbaar zijn; g. bij de wijziging nog nadere voorschriften kunnen worden gegeven. 5.Procedure: a. het ontwerp voor een wijziging, als omschreven in lid 1 ligt gedurende twee weken bij de gemeente voor eenieder ter inzage; b. de burgemeester maakt de terinzagelegging tevoren in één of meer dag- of nieuwsbladen, die in de gemeente worden verspreid en voorts op de gebruikelijke wijze bekend; e. de bekendmaking houdt de mededeling in van de bevoegd- heid tot het indienen van bedenkingen; d. gedurende de in sub a genoemde ten-nijn kan een iedere belanghebbende bij burgemeester en wethouders schrif- telijk bedenkingen indienen tegen het ontwerp; e. binnen drie maanden na afloop van de in sub a genoemde tennijn beslissen burgemeester en wethouders omtrent de vaststelling van de wijziging; indien tegen het ontwerp bedenkingen zijn ingediend, wordt het besluit met redenen omkleed; f. na de vaststelling wordt de wijziging aan de raad ter kennis gebracht; burgemeester en wethouders delen aan hen, die -28- bedenkingen hebben ingediend, de beslissing daaromtrent mede; g. bij het ter goedkeuring aanbieden van het besluit aan Gedeputeerde Staten, worden gelijktijdig de ingediende bedenkingen overgelegd; h. burgemeester en wethouders zenden onverwijld een af- schrift van het besluit van Gedeputeerde Staten aan hen die bedenkingen hebben ingediend. GEBRUIKS- BEPALING Artikel 18. 1. Het is verboden grond en/of opstallen te gebruiken, in gebruik te geven of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de in het plan opgenomen bestem- mingen. Hieronder wordt in ieder geval verstaan het ge- bruik van grond en/of opstallen voor een seksinrichting, gokhal, kienhal of casino. Hieronder wordt niet verstaan de uitoefening van vrije beroepen in woningen, mits de wo- ning als zodanig blijft flmctioneren. 2. a. Burgemeester en wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde onder 1 indien strikte toepassing zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd. b Burgemeester en wethouders maken hun voornemen tot het verlenen van vrijstelling als bedoeld onder 2a bekend en geven gedurende 14 dagen eenieder de mogelijkheid tot het indienen van bezwaren urgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde onder 1 ten aanzien van beroepsuitoefe- ning aan huis, mits: a. de woning als zodanig blijft flmctioneren; b. er geen sprake is van overlast of hinder voor de woonomgeving; e. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd eenbe- perkte verkoop in het klein in verband met de be- roepsuitoefening aan huis; d. de benodigde parkeerruimte aanwezig is. -29- 4. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde onder 1 ten aanzien van het uitoefenen van een ambachtelijk bedrijf aan huis, mits: a. de woning als zodanig blijft functioneren; b. alleen bedrijfsactiviteiten worden uitgeoefend, die passen in een woonomgeving, derhalve zijn alleen bedrijfsactiviteiten uit milieucategorie 1 en 2 toelaat- baar; c. de bedrijfsactiviteiten geen milieuhinder voor de woonomgeving veroorzaken d. de bedrijfsactiviteiten geen verkeers- en/of parkeer- overlast tot gevolg hebben; e. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een be- perkte verkoop in het klein in verband met de betref- fende activiteit. VRIJSTELLINGS- BEVOEGDHEID t.a.v. BEBOUWING Artikel 19. 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd van de in de planvoorschriften genoemde maten en afmetingen vrijstel- ling te verlenen met ten hoogste 10%. 2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen voor de bouw van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van het algemeen nut, zoals trafokasten en verdeelkasten, met een maximale hoogte van 1.50 meter 1 M2. en een maximale oppervlakte van 3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van de voorschriften van het plan, voor het aan- brengen van geringe verschuivingen in de plaats, richting en/of afmetingen van de bestemmingsgrenzen, wanneer dit gewenst is voor een efficiëntere verkavelingswijze danwel de praktische uitvoering van het plan, mits de belangen van derden daarbij niet onevenredig worden geschaad. 4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in artikel 6. "Woongebied I", lid 3., onder A. en artikel 7. "Woongebied II", lid 3., onder A. -30- ten aanzien van de bestaande of uit de bestaande omgeving af te leiden voorgevelrooilijn, alsmede de woningdiepte, het aantal bouwlagen en de dakvorm, zoals vastgelegd op de plankaart, ten behoeve van het uitbreiden van bestaande woningen of het oprichten van nieuwe vervangende wo- ningen, mits hierdoor: - het stedenbouwkundige karakter en de uitstraling van de wijk niet onevenredig worden aangetast; - de privacy, de lichttoetreding en het uitzicht alsmede het woongenot van in de directe omgeving gelegen percelen niet onevenredig worden aangetast, met dien verstande dat het aantal bouwlagen maximaal 2 mag bedragen, met uitzondering van woningen deel uitma- kend van stroken gelegen parallel aan de bestemmingen "Groenvoorzieningen" of "Verkeersdoeleinden", waarvan het aantal bouwlagen maximaal 3 mag bedragen. OVERGANGS- BEPALING Artikel 20. ouwen. Bouwwerken, welke ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan bestaan, dan wel nadien worden gebouwd 0 en worden gebouwd met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, en die in enigerlei opzicht van het plan afwijken, mogen, mits de bestaande afwijkingen naar aard en omvang niet worden vergroot: a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; na et tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de bouwaanvraag geschiedt binnen twee jaar na het tenietgaan. rilstellingsbepaling. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid I., dat de bestaande a:Rvijkingen naar de omvang niet mogen worden vergroot en toestaan dat een een- malige vergroting plaatsvindt van de inhoud van de in lid 1. toegelaten bouwwerken met niet meer dan 1 0%. -31- 3.Gebruik van gronden en opstallen. a. Het gebruik van gronden en bouwwerken dat bestond ten tijde van het verbod tot gebruik in strijd met de aan die gronden en bouwwerken gegeven bestemming, en dat in enigerlei opzicht afwijkt van het plan, mag worden voort- gezet of gewijzigd, op het moment van het onherroepelijk worden daarvan. b. Het is verboden het met het plan strijdige gebruik van grond en opstallen te wijzigen indien hiervoor de afwijking naar de aard van het plan wordt vergroot. 4.Uitzondering op het overgangsrecht. a. Het gestelde in lid 1. is niet van toepassing op bouwwer- ken, die weliswaar bestaan op het tijdstip van de terinzage- legging van het ontwerp van dit plan, doch zijn gebouwd in strijd met het toen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. b. Het gestelde in lid 3. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestem- mingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. STRAFBEPALING Artikel 21. Overtreding van het bepaalde in artikel "Gebruiksbepaling" lid 1 en "Overgangsbepaling" lid 2 sub b van deze voorschrif- ten wordt aangemerkt als een strafbaar feit als bedoeld in artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. TITEL Artikel 22. Deze voorschriften kunnen worden aangehaald onder de titel "Voorschriften behorende bij het bestemmingsplan Helmond Noord". -32- bijlage 1. bij de voorschriften: VERKAVELINGS- PRINCIPES open bouwblok bouwstroken recht half-open bouwblok L bouwstroken verspringend half-gesloten bouwblok solitair bijlage 2. bij de voorschriften: LIJST VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN INHOUD OPSLAGEN GEVAARLIJKE STOFFEN 1 INSTALLATIES 1 01 LAND- EN TUINBOUW 2 02 BOSBOUW 3 03 VISSERIJ 3 1 1 DELFSTOFFENWINNING 3 20121 VOEDINGS- EN GENOTMIDDELENINDUSTRIE 3 22 TEXTIELINDUSTRIE 5 23 KLEDING INDUSTRIE 5 24 LEDERWARENINDUSTRIE 5 25 HOUT EN MEUBELINDUSTRIE 5 26 PAPIER- EN PAPIERWARENINDUSTRIE 6 27 GRAFISCHE INDUSTRIE EN UITGEVERIJEN 6 28 AARDOLIE- EN STEELKOOLVERWERKENDEINDUSTRIE 6 29 CHEMISCHE INDUSTRIE 6 30. KUNSTMATIGE EN SYNTHETISCHE GAREN- EN VEZELFABR 7 31. RUBBER- EN KUNSTSTOFVERWERKENDE INDUSTRIE 7 32 BOUWMATERIALEN-, AARDEWERK- EN GLASINDUSTRIE 7 33 BASIS METAALINDUSTRIE 8 34 METAALPRODUKTENINDUSTRIE 9 35. MACHINE-INDUSTRIE 9 36. ELEKTROTECHNISCHE INDUSTRIE 9 37 TRANSPORTMIDDELENINDUSTRIE 9 38. INSTRUMENTEN- EN OPTISCHE INDUSTRIE 10 39, OVERIGE INDUSTRIE 10 40 OPENBARE NUTSBEDRIJVEN 10 51 BOUWNIJVERHEID 10 52 BOUWINSTALLATIEBEDRIJVEN 11 61162 GROOTHANDEL 11 63164 TUSSENPERSONEN IN DE GROOTHANDEL 12 67 HOTELS, RESTAURANTS, CAFE'S E.D. 12 68 REPARATIEBEDRIJVEN VOOR GEBRUIKSGOEDEREN 12 71 SPOORWEGEN 12 72 WEGVERVOER 12 73 ZEEVAART 13 74. BINNENVAART 13 75 LUCHTVAART 13 76 HULPBEDRIJVEN VAN HET VERVOER 13 77 COMMUNICATIEBEDRIJVEN 13 81 BANKWEZEN 13 82 VERZEKERINGSWEZEN 13 83 EXPLOITATIE VAN EN HANDEL IN ONROERENDE GOEDEREN 13 84 ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 14 85 VERHUUR VAN MACHINES EN ANDERE ROERENDE GOEDEREN 14 90 OPENBAAR BESTUUR 14 91 RELIGIEUZE ORGANISATIES 14 92 ONDERWIJS 14 93 GEZONDHEIDSZORG EN VETERINAIRE DIENSTEN 14 94 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING 14 95 SOCIAAL-CULTURELE INSTELLINGEN 14 96 SPORT EN RECREATIE 14 97 BEDRIJFS- EN WERKNEMERSORGANISATIES 15 98 OVERIGE DIENSTVERLENENDE BEDRIJVEN 15 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .......... ......... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand OPSLAGEN GEVAARLIJKE STOFFEN butaan, propaan, LPG: bovengronds, @ 3 m3 30 30 2 bovengronds, 3-8 m3 50 - 50 3 bovengronds, 8-50 m3 100 2 100 3 bovengr., 50-250 m3 300 3 300 4 ondergronds, @ 20 m3 50 - 50 3 ondergr., 20-250 m3 200 - 200 4 niet reactieve gassen 50 2 50 3 (incl. zuurston, gekoeld gasflessen (acetyleen, butaan, propaan e.d.): @10.0001 30 30 2 10.000-50.000 1 100 100 3 @ = 50.000 1 200 200 4 brandbare vloeistoffen: ondergronds, Kl/K2-kl. 30 10 1 3 30 2 ondergronds, K3-kl. 10 10 1 3 10 1 bovengronds, Kl/K2-kl. 30 50 1 2 - 50 3 10 m3 bovengronds, Kl/K2-kl, 50 100 2 2 3 100 3 1 0-1 000 m3 - bovengronds, K3-kl. 10 30 1 2 - 30 2 < 10 m3 - bovengronds, K3-kl. 30 50 1 2 3 50 3 1 0-1 000 m3 munitie, 275.000 patronen en - 1 0 - 1 - 10 1 1 kg buskruit = 275,000 patronen en 30 1 30 2 3 kg buskruit vuurwerk @ 1 000 kg 10 1 10 1 bestrijdingsmiddelen: < 500 kg 100 3 100 3 500-2.500 kg 200 3 200 4 kunstmest, niet explosief - 50 30 1 50 3 kuilvoer 50 10 0 1 1 50 3 gierldri@mest: open, 350 m3 300 - 2 - 300 4 open, = 350 m3 500 2 500 5 gesloten, @ 350 m3 50 2 50 3 gesloten, 350 - 750 m3 100 2 - 100 3 gesloten, @ = 750 m3 200 2 1 200 4 INSTALLATIES gasfiessenvulinstallaties 1 0 0 30 100 1 1 1 2 1 100 3 (butaan, propaan) laadschoppen, shovels, 30 - 100 10 1 1 1 - 1 100 3 ,bulldozers laboratoria: chemisch/biochemisch 30 0 30 50 1 1 1 1 1 50 3 medisch en hoger 10 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 onderwijs lager en middelbaar 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 onderwijs luchtbehandelingsinst. c 10 0 30 0 1 1 1 1 30 2 t.b.v. detailhandel keukeninrichtingen c 30 0 10 10 1 1 1 1 30 2 koelinstallaties freon c 0 0 50 0 1 1 1 1 50 3 1,5 - 300 kW koelinstallaties ammoniak c 0 0 50 100 1 1 1 1 100 3 1,5-300 kW tl,tal energy installaties c 10 0 50 30 1 1 1 1 50 3 (gasmotoren) afvalverbrandingsinstall. t.b.v. energie-opwbkking: V.C. @ 1,5 t/u c 30 30 30 30 2 1 1 1 1 30 2 v.c. > = 1,5 tfu c 100 50 50 50 3 1 1 2 2 100 3 rioolgemalen c 30 0 1 0 0 1 1 1 1 1 30 2 noodaggregaten t. b.v. 1 0 0 50 10 1 1 1 - 1 50 3 1 eiektriciteitsopwekking CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A, . ............ afstand (in m) voor ....................> ..................... index voor: ..................................... groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand verfspuitinstallaties en 100 30 50 50 2 1 1 1 100 3 moffel- en emailleerovens vorkheftrucks met 1 0 10 50 1 0 1 1 1 1 50 3 verbrandingsmotor vorkheftrucks, elektrisch 0 10 30 0 1 1 1 1 30 2 gas: reduceer-, compressor-, c 0 0 10 1 0 1 1 1 1 1 10 1 meet- en regelinst. categorie A t.nsformatoren < 1 MVA c 0 0 10 1 0 1 1 1 1 1 10 1 vatenspoelinstallaties 50 1 0 50 50 2 3 3 - 1 50 3 hydrofoorinstallaties c 0 0 30 0 1 1 1 - 1 30 2 windmolens: wiekdiameter < 8 m c 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3 wiekdiameter 8 - 14 m c 0 0 100 50 1 1 1 1 2 100 3 wiekdiameter @ = 14 m c 0 0 200 50 1 1 1 1 3 200 4 stookinstallaties: gas, @ 2,5 MW c 1 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2 gas, 2,4 - 50 MW e 30 0 50 50 1 1 1 1 1 50 3 gas > = 50 MW c A 30 0 200 50 2 1 1 1 2 200 4 olie, < 2,5 MW 30 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2 olie, 2,5 - 50 MW 30 10 50 30 2 1 1 1 1 50 3 olie, @ = 50 MW c A 50 30 200 50 3 2 2 1 2 200 4 kolen, 2,5 - 50 MW c 30 100 100 30 2 1 1 1 1 100 3 Zie voor overige categorieën onder SBI-code 40.2 (2) Zie voor overige categorieën onder SBI-code 40.12 - kolen, @ = 50 MW c A 50 300 300 50 3 2 2 1 2 300 4 stoomwerktuigen 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3 luchtcompressaren 10 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3 liftinstallaties 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2 motorbrandstofpompen 30 0 30 30 1 1 3 2 1 30 2 afvalwaterbehandelingsinstallaties: @ 100.00 ].e. c 200 30 100 10 1 1 1 1 1 200 4 100.000 - 300.000 I.e. c 300 50 200 1 0 1 1 1 2 1 300 4 @ = 300.000 I.e. e 500 50 300 10 1 1 1 2 1 500 5 radio- of TV-zendmasten c 0 0 0 1500 1 1 1 1 3 1500 6 radarinstallaties c 0 0 0 1500 1 1 1 1 3 1500 6 01 LAND- EN TUINBOUW 01.11 Akkerbouwbedrijven c 10 30 30 100 1 1 1 1 1 100 3 (bedrijfsgebouwen) 01.12 Veehouderijen (niet intensie0: melkrundvee c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3 schapen- en geitenhouderijen c 100 30 30 1 0 1 1 1 1 1 100 3 01.13 Gemengde veehouderijen (niet intensief) c 100 30 50 10 1 1 1 1 1 100 3 01.14 Nerts- en pelsdierfokkerijen: nertsen en vossen c 200 30 50 1 0 1 1 1 1 1 200 4 konijnen c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3 01.15 Paardenfokkerijen c 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3 01.16 Intensieve veehouderijen: varkensfokkerijen c 200 30 100 1 0 1 1 1 1 1 200 4 1 varkensmesterijen c 200 30 100 1 0 1 2 2 1 1 200 4 i kalvermesterijen c 200 30 50 1 0 1 2 2 1 1 200 4 i stiermesterijen e 100 30 50 1 0 1 2 2 1 1 100 3 1 01.17 Huisdierfokkerijen (kennels) e 30 10 10 10 1 1 1 1 1 100 3 01.18 Pluimvee- en gevogeltefokkertjen: =en (dunne mest) c 500 50 50 30 1 1 1 1 1 500 5 1 ppen (dunne mest) c 200 50 50 30 1 1 1 1 1 200 4 1 mestkuikens c 200 50 50 30 1 1 1 1 1 200 4 1 -eenden c 300 50 50 1 0 1 1 1 1 1 300 4 kalkoenen e 100 50 50 10 1 1 1 1 1 100 3 1 kuikenbroederijen e 100 30 50 1 0 1 1 1 1 1 100 3 01.19 Bijen- en insektenteelt: bijen c 1 0 0 1 0 30 1 1 1 1 2 30 2 maden, wormen e.d. c 50 1 0 30 10 1 1 1 1 1 50 3 01.21127 TuinboLrwbedrijven met open grondteeft c 1 0 1 0 1 0 1 0 1 2 2 2 1 1 0 1 01.28 Bijzondere tuinbouwbedrijven: champignonkwekerijen (algemeen) c 30 10 50 50 1 1 2 1 1 50 3 champignonkwekerijen c 100 10 50 50 1 1 2 1 1 100 3 met mestferrnentatie bloembollen droog- en c 30 30 30 1 0 1 1 2 1 1 30 2 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBi-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... <..................... index voor: ...................................... groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid aal afstand prepareerbedrijven 01.29 Tuinbouwbedrijven met bedekte teelt(kassen): zonder kasverwarming c 10 1 0 10 10 1 1 2 1 1 10 1 met kasverwarming: met olie 30 1 0 50 10 2 1 2 1 1 50 3 met gas c 1 0 0 50 1 0 1 1 1 1 1 50 3 met kolen c 30 100 50 1 0 2 1 2 1 1 100 3 01.3 Plantsoenendiensten, hoveniersbedrijven 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1 01.4 Agrarische dienstverlenende bedrijven met opslag bestrijdingsmiddelen 30 10 10 200 1 1 3 2 1 200 4 met machineverhuur, 10 10 100 10 1 1 1 2 1 100 3 c,q. werken met landbouwmachines - Kl stations 50 10 50 0 1 1 1 2 1 50 3 02 BOSBOUW 02,01 Bosbouwbedrijven 10 10 50 0 1 1 1 1 1 50 3 03 VISSERIJ 03.02 Z B=isjbedrijven c 100 0 100 30 1 1 1 2 2 100 3 03.05 erijbedrijven c 50 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3 03.G4 Oester- en -.s@eiteeltbedrijven c 100 10 50 0 1 2 1 1 1 100 3 03.05 Schelpen- en wiervisserij bedrijven c 100 30 50 0 1 1 1 1 1 100 3 03.06 Visteeltbedrijven c 50 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3 03.07 biervissenKweKerijen c 30 30 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 1 1 DELFSTOFFENWINNING 11,01 Kolenmijnbouw c 200 300 300 200 3 3 2 3 3 300 4 12.01 Aardoliewinputten e 50 0 100 300 2 2 3 1 2 300 4 12.02 Aardgaswinning incl. gasbehandelingsinstalf.: 100.000.000 N m3/d c 30 0 500 300 1 1 1 1 1 500 5 = 100.000.000 N m3/d e A 50 0 700 500 2 1 1 1 1 700 5 12.03 Aardolie- en gasexplo ratie (tijdelijke activ.) e 50 30 100 300 1 2 3 1 2 300 4 19.11 Zand- en grindwinning c 10 200 300 30 1 2 1 3 3 300 4 19.12 Mergelwinning c 10 200 500 100 1 2 1 3 3 500 5 19.2 Zoutwinning (putten) c 50 10 100 50 1 3 3 1 1 100 3 19,91 Veenderijen c 50 50 100 50 1 2 1 2 2 100 3 19.92 Splijt- en kweekstoffen- c 10 0 100 1500 2 1 1 2 2 1500 6 bewerkingsbedrijven 20121 VOEDINGS- EN GENOTMIDDELENINDUSTRIE 20.1l.,13 Slachthuizen, slachterijen e 100 0 200 10 1 3 1 3 1 200 4 20.12 Loonslachtersbedrijven 50 0 50 0 1 2 1 1 50 3 Vleeswaren- en vleesconservenfabrieken c 100 0 200 10 1 2 1 20.14 1 2 2 200 4 20.15 Pluimveesiachterijen c 100 0 200 10 1 3 1 3 1 200 4 20,16 Vetsmelterijen c 700 0 100 50 1 2 1 2 2 700 5 20.17 Bewerkingsinr. van darmen c 300 0 100 10 1 2 1 2 2 300 4 en vleesafvallen 20.21 Zuivelproduktenfabrieken: gedroogde produkten, c A 200 100 500 100 1 2 1 3 2 500 5 P.C. > = 1,5 t/u geconcentreerde prod. c A 200 30 500 100 1 2 1 3 2 500 5 verdamp.cap. @ = 20 t/u overige zuivelprod.fabr. c 50 50 300 100 1 2 1 3 2 300 4 20.22 Melkproduktenfabrieken: v.c. < 55.000 trj c 50 0 100 10 1 2 1 2 1 100 3 v. c. > = 55.000 trj c A 100 0 300 2 3 2 300 4 20.23 Consumptie-ijsfabrieken c 30 0 100 1100 11 1 11 2 2 100 3 20.31 Visbewerkingsinrichtingen drogen c 700 100 200 30 1 1 1 2 2 700 5 conserveren c 200 0 100 10 1 2 1 2 2 200 4 roken c 500 0 50 30 2 2 1 2 2 500 5 verwerken anderszins c 300 10 50 10 1 2 1 2 2 300 4 1 20.41 Meelfabrieken: p.c. @ 500 tfu c 50 100 200 100 1 1 1 2 2 200 4 p,c. > = 500 tlu e A 200 200 300 100 1 1 1 2 2 300 4 20.42 Grutterswarenfabrieken e 50 100 200 100 1 1 1 2 2 200 4 1 20.51 Suikerfabrieken (biet): v.c. < 2 .500 trl c 500 100 300 200 1 3 2 3 2 500 5 v.c. > = 2.500 trj c A 1000 200 700 300 1 3 2 3 3 1000 5 20.61 Olie- en vettenfabrieken: zonder hexaan-extractie c 200 50 100 50 1 1 2 3 2 200 4 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. <............ afstand (in m) voor: ........... ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand p.c. < 250.000 trj zonder hexaan-extractie, c A 300 100 300 100 2 1 2 3 3 300 4 p.c. > = 250.000 tfj met hexaan-extractie, e - 200 50 100 300 1 1 2 3 2 300 4 p.c. < 250.000 trj met hexaan-extractie, c A 300 100 300 500 2 1 2 3 3 500 5 p.c. > = 250.000 tij 20-62 Margarinefabrieken e.d.: p.c. < 250.000 tfj c - 100 10 200 30 1 1 1 3 2 200 4 p.c. > = 250.000 tij c A 300 10 300 50 1 2 2 3 3 300 4 20,71 Groente- en fruitconservenfabrieken: jam c 50 1 0 50 1 0 1 1 1 1 1 50 3 fruit c 50 10 100 1 0 1 2 1 2 2 100 3 groente algemeen c 100 10 100 10 1 2 1 2 2 100 3 met koolsoorten e 200 10 100 10 1 2 1 2 2 200 4 met drogerijen c 300 10 200 30 1 1 1 2 2 300 4 met uienconservering c 300 10 100 10 1 2 1 2 2 300 4 (zoutinieggerij) 20.72 Groente-inmakerijen en inieggerijen c 100 10 100 10 1 1 1 2 2 100 3 1 20.81.1 Broodbakkerijen, v.c. @ 2500 kg meel/week: alleen voor eigen winkelbedrijf c 30 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2 ook voor toelevering aan derden c 50 1 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3 20.81.2 Broodfabrieken c 100 30 100 100 1 1 1 2 2 100 3 20,82 Beschuitfabrieken e.d. 100 30 50 100 1 1 1 2 2 100 3 20.83 Banketbakkerijen 10 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 20.84 Biscuit-, koek- en banketfabrieken 100 30 50 100 1 1 1 2 2 100 3 20.91 Cacao- en chocoladefabr. 500 50 100 100 1 1 1 2 3 500 5 20.92 Suikerwerkfabrieken: zonder suiker branden 100 30 50 50 1 1 1 2 2 100 3 met suiker branden 300 30 50 50 1 1 1 2 2 300 4 21.1 Zetmeel (-derivaten) fabr.: P.C. < 10 t/u c 200 50 200 50 1 2 1 1 2 200 4 P.C. > = 10 t/u c A 500 200 500 100 1 3 1 2 3 SC}0 5 21.21 Mengvoederfabrieken: P.C. @ 100 tiu c - 200 1G0 300 100 1 1 1 3 3 300 4 P.C. > = 100 t/u e A 300 200 500 100 1 1 1 3 3 500 5 21.29 Veevoederfabr. n.e.g.: destruc@ebedrijven c 1000 100 300 50 1 2, 1 3 2 1G00 5 1 beender-, veren, vis- c 1000 100 100 50 1 2 1 3 3 1000 5 en vleesmeelfabrieken drogerijen (gras, pulp, c 500 100 200 100 1 1 1 2 2 500 5 groenvoeder, veevoeder) drogerijen (gras, pulp, c A 1000 300 500 100 1 1 1 3 3 1000 5 groenvoeder, veevoeder) capac. < 1 0 tiu water capac. > = 1 0 t/u water 21.31 Deegwarenfabrieken 50 30 50 10 1 1 1 2 2 50 3 21.32 Branderijen: kofrie 500 50 200 50 1 1 1 2 2 500 5 1 overige 100 30 50 10 1 1 1 1 1 100 3 (theepakkerijen e.d.) 21.33 Azijn-, mosterd- en specerijenfabrieken 200 30 50 10 1 1 1 2 1 200 4 21.34 Bakmeel- en puddingpoederfabrieken 200 50 50 100 1 1 1 2 2 200 4 21.35 Bakkerijgrondstoffenfabr, 200 50 50 100 1 1 1 2 2 200 4 21.36 Soep- en soeparomafabr.: zonder poederdrogen 100 10 50 30 1 2 1 2 2 100 3 met pederdrogen 300 50 50 50 1 2 1 2 2 300 4 21.37 Aardappelproduktenfabr. 500 50 100 50 1 2 1 2 2 500 5 21.39 Voedingsmidd.fabr. n.e.g. 200 30 50 30 1 2 1 2 2 200 4 21.41 Gist- en spiritusfabr.: p.c. - 5.000 tfj c 300 50 200 100 1 2 1 1 2 300 4 P.C. > = 5.000 tri c A 700 100 500 2G0 1 2 2 2 3 700 5 21.42 Distilleerderijen e.d. c 300 30 200 100 1 1 1 2 2 300 4 21.51 Bierbrouwerijen c 300 50 300 50 1 2 1 3 2 300 4 21.52 Mouterijen c 300 50 100 50 1 2 1 2 2 300 4 21.6 Frisdrankenfabriek c 50 10 200 30 1 2 1 3 2 200 4 21.7 Tabakverwerkendb ind.: sigaretten c 200 50 100 50 1 1 1 2 2 200 4 sigaren 100 30 50 30 1 1 1 1 1 100 3 excl. sigaretten/sigar. c 200 50 100 50 1 1 1 2 2 200 4 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: .......................... ........... groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 22 TEXTIELINDUSTRIE 22.11 Wolvezelbewerk.fabr. 100 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 22.12 Wolspinnerijen e.d. 50 10 100 50 1 1 1 1 2 100 3 22.13 Wolspinnerijen-weverijen@ aant. weefgetouwen , 50 30 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3 aant. weefgetouwen @ = 50 A 50 30 300 50 1 1 1 2 2 300 4 22.14 Wolweverijen: aant, weefgetouwen @ 50 1 0 10 100 30 1 1 1 1 2 100 3 aant. weefgetouwen > = 50 A 10 30 300 50 1 1 1 2 2 300 4 22.21 Katoenvezelbewerk.fabr. 50 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 22.22 Katoenspinnerijen 50 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 22,23 Katoentwijnerijen, -spoelerijen, 30 10 100 50 1 1 1 1 2 100 3 naaigarenfabr. 22.24 Katoenspinnerijentweverijen: aant. weefgetouwen < 50 30 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3 aant. weefgetouwen > = 50 A 50 10 300 50 1 1 1 2 2 300 4 22.25 Katoenweverijen: aant. weefgetouwen @ 50 10 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3 aant. weefgetouwen > = 50 A 10 10 300 50 1 1 1 2 2 300 4 22.31 Tricostukgoederenfabr. 10 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 22.32 Kousen- en sokkenfabr. 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3 22-33 Tricot onder- en nachtkledingfabrieken 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3 22.34 Tricot bovenkledingfabr. 10 10 50 50 1 1 1 2 2 50 3 22.39 Tricotfabrieken n.e.g, 10 10 50 50 1 1 1 1 2 50 3 22.41 Textielblekerijen, 200 10 200 50 1 2 2 3 2 200 4 -ververijen, -drukkerijen 200 10 200 50 1 2 2 3 2 200 4 22.42 Loonbiekerijen, verversen, 200 10 200 50 1 2 2 2 2 200 4 -drukkerijen 22.43 Textielveredelingsbedrijven n.e.g. 100 10 200 50 1 2 2 2 2 200 4 22.51 Kokos e.d. vloermattenfabrieken 100 50 200 50 1 1 1 2 2 200 4 22.52 Tapijtfabrieken 200 30 200 100 1 1 1 2 2 200 4 22.6 Linoleum- en viitzeilfabrieken 700 100 200 100 2 1 1 2 2 700 5 1 22.71 Huishoud- en woningtextielfabrieken 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3 22.72 Dekenstikkerijen, spreienfabrieken e.d. 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3 1 22.73 Zeilen, tenten- en dekkiedenfabrieken 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3 22.79 Textietwarenfabrieken (excl. kleding )n.e.9. 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3 22.91 Band, vlecht-, kant- en passementfabrieken 30 30 50 10 1 1 1 1 1 50 3 22.92 Vilt- en vezelvliesfabr. 30 30 50 10 1 11 1 1 1 50 3 22.93 Touwslage,i .1.en 30 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3 22.94 Jutespinnerijen-weverijen: aant. weefgetouwen @ 50 100 10 100 30 1 1 1 1 1 100 3 aant. weefgetouwen @ = 50 A 300 10 300 50 1 2 1 2 2 300 4 22.95 Vlasbewekin@sinricht. (vlasroterijen) 200 50 100 50 1 1 1 1 2 200 4 22.99 Te@ie@in'. n.. g. (coaten, cacheren, 50 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3 i impregneren) 23 KLEDING INDUSTRIE 23.1 Confectiekledingindustrie 10 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2 23.2 Loonconfectiefabrieken 10 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2 23.3 Maatkledingbedrijven 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1 23.4 Pelsbereiderijen, bontfabrieken 50 10 10 10 1 1 1 1 1 50 3 en bontwerkerijen 23.5 Hoeden-, petten- en mode- 10 1 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 artikelenfabrieken 24 LEDERWARENINDUSTRIE 24.1 Lederfabrieken 300 100 100 50 1 3 3 2 2 300 4 24.2 Lederwarenfabrieken 50 10 30 30 1 1 1 2 2 50 3 i (excl. kleding) 24.3 Schoenindustrie 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 25 HOUT EN MEUBELINDUSTRIE 25.1 Houtzagerijen en -schaverijen 30 100 200 50 1 1 1 2 2 200 4 25.21 Triplex- en fineerfabr. 100 30 100 100 1 1 1 2 2 100 3 25.22 Vezel- en spaanderplaatfabrieken 200 100 100 100 2 1 1 2 2 200 4 25.23 Houtconserveringsbedr. (druk/vacuum -processen of drenken e,d.): met zoutoplossingen 30 50 100 10 1 2 3 2 1 100 3 met organ. oplossingen 300 50 100 30 3 2 3 2 1 300 4 metereosootofcarbalineum 500 50 100 50 2 2 3 2 1 500 5 25.31 Timmerfabrieken 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBi-wde omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ....................><..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 25.32 Parket- en hardhoutvloerenfabrieken 100 30 200 50 1 1 1 2 2 200 4 25,33 Fabrieken voor geprefabriceerde 50 50 200 50 1 1 1 2 2 200 4 houten gebouwen 25.4 Houten emballage ind, 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 25.5 Overige houtwarenind.: vermogen @ 50 kW 10 30 50 30 1 1 1 1 1 50 3 vermogen > = 50 kW 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 25.61 Kurkwarenfabrieken 200 50 50 50 1 1 1 2 2 200 4 1 25.62 Borstelwarenfarieken 50 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 25.63 Mandenmakerijen 1 0 0 1 0 30 1 1 1 1 1 30 2 25,69 Vlechtwarenfabr. n.e.g. 10 0 10 30 1 1 1 1 1 30 2 25.71 Meubelfabrieken (incl. lakspuiterij) 100 100 100 50 2 1 2 2 2 100 3 25.72 Grafkistenfabrieken 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2 25,73 Rietmeubelfabrieken 50 10 30 30 1 1 1 1 1 50 3 25,74 Matrassenfabrieken 30 50 50 50 1 1 1 2 2 50 3 25.75 Woningstoffeerderijen 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1 26 PAPIER- EN PAPIERWARENINDUSTRIE 26.1 Papier- en kartonfabr, p.c. @ 3 tfu 50 50 50 30 1 2 1 1 2 50 3 p.c. 3 - 15 t/u c A 100 50 200 50 1 2 1 2 2 200 4 p.c. > = 15 t/u c A 200 100 300 100 2 3 1 3 2 300 4 26.2 Papierwarenindustrie 10 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2 26.31 Golfkartonfabrieken: p.c. @ 3 t/u c 50 30 100 30 1 2 1 2 2 100 3 P.c. @ = 3 tiu c A 100 50 300 50 2 2 1 2 2 300 4 26.32 Kartonnagefabrieken 30 10 100 30 1 1 1 2 2 100 3 27 GRAFISCHE INDUSTRIE EN UITGEVERIJEN 27.11 Dagbladdrukkerijen c 50 10 200 30 1 1 2 2 1 200 4 27.12 Hoogdrukkerijen (klein) en kopieerinrichtingen 30 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3 27.13 Vlakdrukkerijen: offset-, vellendrukkerijen 30 10 50 10 1 1 2 1 1 50 3 offset-, rotatiedrukkerijen (groot met c 200 10 100 30 2 2 2 2 2 200 4 1 thermische drogerij) vlakdrukkedjen n.e.g. 50 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3 27.14 Rotatie-diepdrukkerilen: zonder terugwinning oplosmiddel c 200 10 100 30 2 2- 2 2 2 200 4 1 @hmet lefugwnning oplosmiddel c 50 10 100 30 1 2 2 2 2 100 3 1 27.15 Mg@. '..he bedrijven 30 1 0 1 0 30 1 2 1 1 1 30 2 27.16 L..r@z.@.rje. 0 0 1 0 0 1 1 1 1 1 1 0 1 27.19 Dk@e@.@.n n eg. 30 1 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 1 27.2 Uitgeverijen (kantoren) 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1 27.3 Binderijen 30 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2 28 AARDOLIE- EN STEELKOOLVERWERKENDEINDUSTRIE 28.1 Aardolieraffinaderijen: zonder petrochemie c A 1500 50 1000 1000 3 3 3 3 3 1500 6 met petrochemie c A 1500 50 1500 1500 3 3 3 3 3 1500 6 28.21 Cokesfabrieken: zonder steenkoolvergassing en zonder c A 1500 700 700 200 3 2 3 2 3 1500 6 produktie kooielektrode met steenkoolvergassing c A 15G0 700 1000 300 3 2 3 2 3 1500 6 met produktie kooielektroden c A 1500 700 1000 200 3 2 3 2 3 1500 6 28.22 Bitumineus wegenbouwmaterlatenfabrieken: P.C. < 100 t/u 300 100 100 30 2 1 2 3 2 300 4 p@c.@=lootfu A 500 200 300 50 3 1 2 3 3 500 5 28.23 Bitumineus dakbedekkingsmaterialenfabrieken: P.C. 100 100 30 2 1 2 3 2 200 4 P.C.@=100t1u A 500 200 300 50 3 1 2 3 3 500 5 28.24 Smeeroliën- en vettenfabrieken 50 10 100 100 1 1 2 2 2 100 3 28.29 Overige aardolie- en steenkoolproduktenfabr.: steenkoolproduktenfabr, n.e.g. 300 300 200 50 2 1 2 2 2 300 4 1 aardolieproduktenfábrieken n,e.g. 500 10 200 100 3 2 2 2 2 500 5 1 29 CHEMISCHE INDUSTRIE 29.1 Kunstmeststoffenfabrieken c 700 300 500 700 3 3 2 3 3 700 5 29.2 Kunstharsenfabrieken e.d, c 700 50 300 500 3 2 3 3 3 700 5 29.3 KJeur- en verfstoffenfäbrieken c 300 50 300 200 2 2 3 3 3 300 4 29.41 lndustr. gassenfabrieken- luchtscheidingsinstall. e A 30 10 700 100 1 1 1 3 3 700 5 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-mde omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: .................................... groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand v.c. > = 10 t lucht 1 d overige gassenfabr. niet explosief c 100 10 500 100 2 1 1 3 3 500 5 overige gassenfabr. explosief c 100 10 500 500 2 1 1 3 3 500 5 1 29.42 Anorg. chemische grondstoffenfabrieken n.e.g.: niet vallend onder inrichtingsbesluit c 200 50 3G0 300 2 2 3 2 3 300 4 1 Wlv c.q. Wm of onder "post Seveso-richtlijn" vallend onder inrichtingenbesluit Wlv c.q. c 500 100 500 700 3 3 3 3 3 700 5 Wm of onder "post-Seveso-richtlijn" 29.43 Synth. reuk- en smaakstoffenfabrieken c 1000 10 300 100 2 2 2 2 2 1000 5 1 29.49.1 Methanolfabrieken: P. C. < 1 00.000 tfj c 100 10 200 100 2 2 2 2 2 200 4 P.C.>=100.000tfj c A 300 10 500 300 3 2 2 3 3 500 5 29.49.2 Vetzuren- en alkanolenfabr. (niet synthetisch): p,c. @ 50.000 trl c - 300 10 200 100 1 2 2 2 2 300 4 p.c. > = 50.000 tfj c A 500 10 500 300 2 2 2 3 3 500 5 29.49.3 Grondstoffenfabrieken voor geneesmiddelen en fijnchemir-aliën: p,c. @ 1,000 tfj c 200 10 200 300 2 2 2 1 2 300 4 p.c. > = 1.000 tfj e 300 10 300 500 2 2 3 2 2 500 5 29.49.4 Organ. chemische grondstoffenfabrieken n.e.g.: niet vallend onder inrichtingenbesluit Wlv e 300 30 200 300 3 3 3 2 3 300 4 i c.q. Wm of onder "post Seveso-richtlijn: vallend onder inrichtingenbesluit Wlv c.q. e 1000 30 500 700 3 3 3 2 3 1000 5 Wm of onder "post-Seveso-richtlijn" 29.51 Verf-, lak- en vernisfabrieken e 300 30 200 300 2 2 3 3 2 300 4 1 29.61 Geneesmiddelenfabrieken: fabricage c 100 10 100 100 1 2 1 2 2 100 3 formulering en afvullen geneesmiddelen 30 10 50 50 1 1 1 2 1 50 3 29.62 Verbandmidd.fabrieken 10 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2 29.71 Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken 300 200 200 100 2 2 3 3 2 300 4 1 29.72 Parfumerie- en cosmeticafabrieken c 300 30 50 50 1 1 1 2 2 300 4 1 29.8 Chem. bestrijdingsmiddelenfabrieken: fabricage c 300 50 100 1500 3 2 3 3 3 1500 6 formulering en afvullen c 100 10 30 700 1 1 3 2 2 700 5 29.91 lijm- en plakmiddelenfabrieken: zonderdierlijkegrondstoffen 100 10 100 100 2 2 3 3 2 100 3 met dierlijke grondstoffen 500 30 100 100 2 2 3 3 2 500 5 29.92 Chem. kantoorbenodigdhedenfabrieken 100 10 50 50 2 1 3 3 2 100 3 1 29.93 Poetsmiddelenfabrieken 100 10 100 50 2 1 3 3 2 100 3 29.94 Fotochem.prod. fabrieken 50 10 100 100 2 2 3 3 2 100 3 29.95 Springstoffen-, vuurwerk- e.d. fabrieken 30 10 50 500 1 1 3 1 2 500 5 29.99 Chem. produktenfabrieken n.e.g. c 200 30 100 200 2 2 3 2 2 200 4 1 30. KUNSTMATIGE EN SYNTHETISCHE GAREN- EN VEZELFABR. 30.0 Kunstmatige en synthetische garen- en vezelfabr. C 300 30 300 300 2 2 3 3 3 300 4 1 31. RUBBER- EN KUNSTSTOFVERWERKENDE INDUSTRIE 31.11 Rubberbandenfabrieken c 300 50 300 100 1 1 1 2 1 300 4 31.12 Rubberartikelenfabrieken 100 10 50 50 1 1 1 1 2 100 3 31.19 Rubberregeneratiebedr. 300 50 100 50 1 1 1 2 2 300 4 31.2 Loopvlakvemieuwingsbedrijven: vloeropperr. < 1 00 m2 50 10 30 30 1 1 1 1 1 50 3 voeroppe.>=100m2 200 50 100 100 1 1 2 2 2 200 4 31.3 Kunststofverwerk.fabr., zonder fenolharsen 200 50 100 100 1 1 1 2 2 200 4 met fenolharsen 500 50 100 200 1 1 1 2 2 500 5 32 BOUWMATERIALEN-, AARDEWERK- EN GLASINDUSTRIE 32.11 Baksteen en baksteenelementenfabrieken 30 100 200 30 1 1 1 2 2 200 4 32.12 Dakpannenfabrieken 50 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4 32.2 Aardewerkindustrie: vermogen elektrische ovens totaal @ 40 kW 10 50 30 10 1 1 1 1 1 50 3 vermogen elektrische ovens totaal > 40 kW 30 200 100 30 1 2 1 2 2 200 4 32.3 Kalkzandsteenfabrieken: P.C. @ 1 00.000 tfj 10 100 100 30 1 1 1 2 2 100 3 P.C.>=100.000tfj A 30 300 300 50 1 2 1 3 3 300 4 32.41 Cementfabrieken: P. C. < 1 00.000 trl c 10 300 500 30 1 1 1 2 3 500 5 P.C.>=100.000tfl e A 30 700 1000 50 2 2 2 3 3 1000 5 32.42 Kalkfabrieken: P.C. < 1 00.000 tfl 30 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIROr2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand - P.C, > = 1 00, 000 tfj A 50 500 300 50 1 2 1 3 3 500 5 32.43 Gipsfabrieken: P.C. @ 100.000 t@ 30 200 200 30 1 1 1 2 2 200 4 P.C.>=100,000tfj A 50 500 300 50 2 2 2 3 3 500 5 32.51 Betonwarenfabrieken: zonder persen, triltafels 10 100 200 30 1 1 1 2 2 200 4 en bekist.trillers met persen, triltafels of bekistingstrillers, 10 100 300 30 1 1 1 2 2 300 4 p.c, @ 1 00 t/d met persen, triltafels of bekistingstrillers, A 30 200 700 30 1 1 1 3 3 700 5 P.c. > = 100 t/d 32.52 Asbestcementwarenfabr.: p.c.<100tld 10 50 100 100 2 1 1 2 2 100 3 P.c, > = 100 t/d A 30 100 300 300 3 1 2 3 2 300 4 32.53 Betonmortelcentrales, P.C.@lootfu 10 100 100 10 1 1 1 3 2 100 3 P.C.>=lootlu A 30 200 300 10 1 1 1 3 3 300 4 32.54 Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken 50 100 100 30 1 1 1 2 2 100 3 32.6 Natuursteenbewerkingsbedrijven: zonder breken, zeven en drogen 0 30 100 10 1 1 1 1 2 100 3 met breken, zeven of drogen 1 0 100 300 10 1 1 1 1 2 300 4 V.C. @ 1 00.000 tfj met breken, zeven of drogen, A 30 200 700 10 1 1 1 2 3 700 5 V. C. > = 1 00.000 trj 32.71 si ijp- en polijstmiddelen fabrieken 1 0 50 50 10 1 1 1 1 2 50 3 1 32.72 Steen-, grit- en krijtmalerijen: algemeen (excl. steenbrekerijen) 10 100 200 10 1 1 1 2 1 200 4 1 steenbrekerijen in open lucht A 10 200 700 10 1 1 1 2 2 700 5 uitsluitend sorteren in gesloten gebouwen A 10 30 300 10 1 1 1 2 1 300 4 schelpenmalerijen 100 100 200 10 1 1 1 2 1 200 4 32.73 lsolatiemater.fabrieken (excl. glaswal): steenwol, p.c. @ = 5.000 tfj c A 100 200 300 30 1 1 1 2 2 300 4 overige isolatiemater. c 200 100 100 50 1 1 1 2 2 200 4 32.79 Minerale produktenfabriken n.e.g. 50 100 100 50 1 1 1 2 2 100 3 32.81 Glasfabrieken: glas en glasprodukten, p.c. < 5.000 til 30 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3 p,c. > = 5.000 trj c A 30 100 300 50 2 1 1 2 2 300 4 glaswol en glasvezels: p.c. @ 5.000 trj 300 100 100 30 1 1 1 1 1 300 4 p,c. > = 5.000 trj c A 500 200 300 50 1 1 1 2 2 500 5 32.82 Glasbewerkingsbedrijven (graveren, etsen etc.) 10 50 50 30 1 1 1 1 1 50 3 32.83 Glas-in-loodzetterijen 10 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2 33 BASIS METAALINDUSTRIE 33.1 Ruwijzer- en staalfabr.: P.C. < 1.000 trj 700 700 700 300 2 2 3 1 2 700 5 P.C. > = 1.000 trl c A 1500 1500 1500 500 3 3 3 3 3 1500 6 33.2 Stalen buizenfabrieken: P.o. < 2.000 m2 30 30 500 30 2 2 2 2 2 500 5 P.o. > = 2.000 m2 A 50 100 1000 50 3 3 3 3 2 1000 5 33.31 Koudbandwalserijen: p.o. < 2.000 m2 30 50 500 30 1 1 1 2 2 500 5 p.o. > = 2.000 m2 A 50 100 1000 50 1 1 2 3 3 1000 5 33.32 Profteizetterijen: p.o. < 2.000 m2 30 30 300 30 1 1 1 2 2 300 4 P.o. > = 2.000 m2 A 50 50 700 50 1 1 2 3 3 700 5 33.33 Draadtrekkerijen e.d.: p.c. < 2.000 m2 30 30 300 30 1 1 1 2 2 300 4 P.a. > = 2.000 m2 A 50 50 500 50 1 1 2 3 3 500 5 33.41 Non-ferro-metaalerts-voorbewerkingsbedrijven: P.C. @ 1.000 trj 50 100 300 30 1 1 2 1 2 300 4 P.C. > = 1.000 Vi A 200 300 700 50 2 2 3 2 3 700 5 33.42 Primaire non-ferro-metaalfabrieken: P.C. < 1.000 tij 100 100 300 30 1 2 2 1 2 300 4 P.C. > = 1.000 tr) A 200 300 700 50 2 3 3 2 3 700 5 33-43 Non-ferro-metaalsmelterijen e.d.: p.c. < 4.000 trl 100 50 300 30 1 2 2 1 2 300 4 p.c. > = 4.000 trj 200 100 500 50 2 3 3 2 3 500 5 33.44 Non-ferro-metaalwalserijen, -trekkerijen e.d.: p.o. > 2.000 m2 A 100 100 1000 100 2 1 2 3 3 1000 5 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-cade omschrijving Con- A. ...afstand (in m) voor: ....................> <..................... index voor ............................ groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 34 METAALPRODUKTENINDUSTRIE 34.01 IJzer- en staalgieterijen p.c. 4,000 tfj 50 100 200 30 1 1 2 2 2 200 4 p. c. = 4.000 tlj c 100 300 500 50 2 2 2 3 3 500 5 34.02 Non-ferro-metaalgieter.: p.c. @ 4.000 trj 50 100 100 30 2 1 2 1 2 100 3 p.c.@=4.00Otfj c 100 300 300 50 3 2 2 3 3 300 4 34.11 Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken: p.o. @ 2.000 m2 30 50 200 30 1 1 1 2 2 200 4 P.o. > = 2.000 m2 A 50 100 500 50 2 2 2 3 3 500 5 34.12 Stamp-, pers-, dieptrekken forceerbedrijven 10 30 100 30 1 1 2 1 2 100 3 34.2 Schroeven-, massadraaiwerk-, veren e.d. ind. 10 30 100 30 1 1 2 1 2 100 3 34.3 Tank-, reservoir- en pijpleidingbouwbeddjven: p.c. @ 2.000 m2 30 50 300 30 1 1 2 2 2 300 4 p.o. > = 2.000 m2 A 50 100 700 50 1 1 2 3 3 700 5 34.4 Overige constructiewerkplaatsen (excl. lakken): gesloten gebouwen 30 30 200 30 1 1 2 2 2 200 4 in open lucht, p.o. @ 2.000 m2 30 100 300 50 1 1 2 2 2 300 4 in open lucht, p.o. > = 2.000 m2 A 50 200 500 50 1 1 3 3 3 500 5 34.5 Metalen meubelfabr. e.d. 100 30 100 50 2 1 3 2 2 100 3 (incl. lakken en moffelen) 34.6 Metalen emballage ind. (incl. lakken en moffelen): p.o. @ 2.000 m2 100 30 100 50 1 1 3 2 2 100 3 p.o. > = 2.000 m2 A 200 50 300 50 2 1 3 3 3 300 4 34.7 c.v.-ketel en -radiatorenfabr. (excl. moffelen) 100 30 100 50 2 1 2 2 2 100 3 34.8 Overige metaalwarenind. 50 30 100 30 1 1 3 2 2 100 3 34.91 Smederi@en, lasinricht., bankwerkerijen e.d. 50 30 100 30 1 1 2 2 2 100 3 1 34.92 Reparatiebedrijven voor landbouwmachines e,d. 50 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3 34.93 Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: algemeen 100 100 100 50 1 3 3 2 2 100 3 mechanische oppervlaktebehandeling 30 100 100 30 1 1 2 2 2 100 3 (slijpen, polijsten) anodiseren, eloxeren 50 10 100 30 1 2 3 2 2 100 3 chemische oppervlaktebehandeling 50 10 100 30 1 3 3 2 2 100 3 emailleren 100 50 100 50 1 1 2 1 1 100 3 galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkopen e.d.) 100 30 100 50 1 3 3 2 2 100 3 stralen 30 200 200 30 2 1 1 2 2 200 4 metaalharden 30 50 100 50 2 1 2 1 2 100 3 lakspuiten en moffelen 100 30 100 100 2 1 2 2 2 100 3 scoperen (opspuiten van zink) 50 100 100 30 2 1 2 2 2 100 3 thermisch verzinken 200 200 100 50 2 1 2 2 2 200 4 thermisch verzinnen 200 200 100 50 2 1 2 2 2 200 4 35. MACHINE-INDUSTRIE 35. Machine-industrie: p.o. < 2.000 m2 30 30 100 30 1 2 1 100 3 1 1 P.o. > = 2.000 m2 50 50 200 50 1 1 2 3 2 200 4 1 met proefdraaien verbrand.matoren > 1 MW A 50 50 300 50 1 1 2 3 2 300 4 1 36. ELEKTROTECHNISCHE INDUSTRIE 36.1 Elektrische draad- en kabelfabrieken 100 30 200 50 2 1 1 2 2 200 4 1 36.21 Eiektromotoren- en generatorenfabrieken 300 50 30 100 1 1 3 1 2 300 4 36.22 Schakel- en installatiemateriaalfabrieken 300 50 30 100 1 2 3 1 2 300 4 36.91 Accumulatoren- en batterijenfabrieken 100 100 100 50 1 1 2 2 2 100 3 36.92 lampenfabrieken 300 50 30 500 2 1 3 2 2 500 5 36.93 tlm Eiektrotechnische ind. 30 10 50 30 1 1 1 1 1 50 3 1 .96 n.e.g. 36.95.1 Fabrieken voor gedrukte bedrading 50 30 50 50 1 3 3 1 2 50 3 36.97198. Elektrische en elektrotechnische apparatenfabr. 100 50 100 50 1 2 2 2 2 100 3 36.99. Elektrische installatiebedrijven 10 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2 37 TRANSPORTMIDDELENINDUSTRIE 37.1 Autofabrieken en'-assemblagebedrijven: p.o.<10.000m2 c 200 30 300 50 2 1 2 3 2 300 4 P,o. > = 10.000 m2 A 300 50 500 50 2 2 2 3 2 500 5 37.21 Aanhangwagen- en opleggerfabrieken 30 30 200 30 1 1 1 2 2 200 4 37.22 Carrosseriefabrieken 100 30 200 50 1 1 1 2 2 200 4 37.3 Auto-onderdelenfabrieken 30 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ........... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 37.41 tim 45 Scheepsbouw- en reparatiebedrijven: houten schepen 30 50 50 10 1 1 2 1 1 50 3 kunststof schepen 100 50 100 50 1 1 2 1 1 100 3 metalen schepen 25 m 100 100 200 30 2 2 2 1 2 200 4 metalen schepen = 25 m enlof proefdraaien C A 200 200 500 50 2 3 3 2 3 500 5 verbr.motoren @ = 1 MW 37.46 Scheepsschilder- en schoonmaakbedr. e,d. c 300 200 300 200 2 3 3 1 2 300 4 37.47 Scheepssioperijen 100 200 700 100 1 1 3 1 3 700 5 37.5 Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen (lijnwerkplaatsen): algemeen 50 50 100 30 1 1 2 2 2 100 3 r@et proefdraaien verbrand.motoren > = 1 mw A 50 50 300 50 1 1 2 2 2 300 4 37.6 Rijwiel- en motorrijwielfabrieken 100 30 100 50 2 1 1 2 2 100 3 37.7 Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven: zonder proefdraaien motoren 50 50 200 100 1 1 2 2 2 200 4 met proefdraaien motoren A 100 50 1000 100 1 1 2 2 2 1000 5 Transportmiddelenindustrie n.e.g. 50 30 100 50 1 1 1 2 2 100 3 38. INSTRUMENTEN- EN OPTISCHE INDUSTRIE 38. Instrumenten- en optische industrie 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2 39. OVERIGE INDUSTRIE 39. Overige industrie voor zover n.e.g. 30 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2 39.3 Foto- en filmiaboratoria c 30 0 1 0 30 1 3 1 2 2 30 2 39.41 Speelgoedartikelenfabr. 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 39.42 Sportartikelenfabrieken 50 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 39.5 Sociale werkplaatsen met lakspuiterijen 100 50 100 50 2 1 1 2 2 100 3 39.99.1 Compostbedrijven: open 700 300 200 50 1 2 2 3 2 700 5 gesloten 100 50 100 50 1 2 2 3 1 100 3 39.99.2 Zwarte grond-produktiebedrijven c 100 100 50 30 1 2 1 2 2 100 3 39.99.3 Overige be- en verwerkende industrie n.e.g. 50 30 50 30 1 1 1 1 1 50 3 40 OPENBARE NUTSBEDRIJVEN 40.11 Eiektriciteitsproduktiebedr. (vermogen @ = 50 MW): kolengestookt c A 100 700 7(}0 300 3 2 2 2 3 700 5 oliegestookt c A 100 30 500 300 3 2 2 2 3 500 5 gasgestookt c A 30 30 500 300 2 2 1 1 3 500 5 kerncentrales c 30 30 500 1500 2 2 1 1 3 1500 6 gasturbine-centrales c A 10 10 300 300 2 1 1 1 2 300 4 40.12 Eiektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: -@ 10 MVA c 0 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2 10-IOOMVA e 0 0 50 30 1 1 1 1 1 50 3 100 - 200 MVA c 0 0 100 50 1 1 1 1 2 100 3 200 - 1 000 MVA c A 0 0 300 50 1 1 1 1 2 300 4 = 1000 MVA c A 0 0 500 50 1 1 1 1 2 500 5 40.2 Gasdistributiebedrijven: gascompressorstationsvermogen<100mw C 0 0 300 200 1 1 1 1 1 300 4 gascompressorstations vermogen > = 1 00 MW C 0 0 500 200 1 1 1 1 2 500 5 gasdrukregel- en meetruimten (kasten en c 0 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2 gebouwen), cat. B en C gasontvang en -verdeelstations, cat. D c 0 0 100 50 1 1 1 1 1 100 3 40.31 Waterwinning-tbereidingbedrijven: met chloorgas c 50 0 50 1500 1 1 1 1 2 1500 6 1 bereiding met chloorbleekloog e.d. enlof c 1 0 0 50 50 1 1 1 1 2 50 3 straling 40.32 Waterdistributiebedrijven, met pompvermogen: < 1 MW c 0 0 30 1 0 1 1 1 1 1 30 2 1 -is mw e 0 0 100 1 0 1 1 1 1 1 100 3 >=lsmw c 0 0 300 10 1 1 1 1 2 300 4 40.4 Warmtevoorzieningsbedr.: stadsverwarming c 30 0 100 50 2 1 1 1 2 100 3 blokverwarming e 10 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 51 BOUWNIJVERH9ID 51 Bouwbedrijven: algemeen 10 30 50 30 1 1 1 1 2 50 3 impregneren, bitumineren, verven 50 30 50 50 1 1 1 1 2 50 3 ijzervlechten, steenbewerken 10 50 100 30 1 1 1 1 2 100 3 10 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. <............ afstand (in m) voor: ........... <..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 52 BOUWINSTALLATIEBEDRIJVEN 52. Bouwinstallatiebedrijven 1 0 1 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 61162 GROOTHANDEL 61.11 Akkerbouwprodukten, algemeen assortiment 30 30 30 30 1 1 1 2 2 30 2 61.12 Granen 30 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 61.13 Zaaizaad en pootgoed 1 0 1 0 50 30 1 1 1 2 1 50 3 61.14 Fijne zaden en peulvruchten 1 0 1 0 30 30 1 1 1 2 1 30 2 61.15 Hooi en stro 30 50 50 50 1 1 1 2 2 50 3 61.16 Meng-, kracht- en ruwvoeders 30 50 50 30 1 1 1 2 2 50 3 61.17 Bloemen, planten en tuinbenodigdheden 10 10 30 10 1 1 1 2 1 30 2 61.18 Meststoffen: kunstmest (niet explosies 30 50 30 50 1 1 1 2 2 50 3 dierlijke mest, open opslag 200 30 30 30 1 1 1 2 2 200 4 dierlijke mest, gesloten opslag 50 30 30 30 1 1 2 2 2 50 3 61.19 Akkerbouwprodukten n.e.g. 30 30 30 30 1 1 1 2 1 30 2 61.21 Levend vee c 50 10 100 10 1 1 1 2 1 100 3 61.22 Wilde dieren, siervolgens e.d. c 50 10 50 10 1 1 1 1 1 50 3 61.31 Textielgrondstoffen en -haiffabrikaten 30 30 30 50 1 1 1 2 2 50 3 61.32 Huiden en vellen 100 10 30 30 1 1 1 2 2 100 3 61.33 Leder en -haiffabrikaten 50 10 30 30 1 1 1 2 2 50 3 61.34 Ruwe tabak 100 30 30 30 1 1 1 2 2 100 3 61.39 Ruwe tropische produkten n.e.g. 100 30 30 30 1 1 1 2 2 100 3 61.41 Ertsen (incl. overslag): opslagopp. , 2.000 m2 c 50 500 300 30 1 1 2 3 3 500 5 opslagopp. @ = 2.000 m2 c A 100 700 1000 50 2 1 2 3 3 1000 5 61.42 IJzer, staal- en haiffabrikaten 10 50 200 30 1 1 1 2 2 200 4 61.43 Non-ferro metalen en -haiffabrikaten 10 30 100 30 1 1 1 2 2 100 3 61.44 Minerale olieprodukten (excl. brandstoffen) 50 10 50 100 1 1 2 2 2 100 3 1 61.45 Vaste, vloeibare en gasvormige brandstoffen 100 10 50 500 1 1 2 2 2 500 5 1 (algemeen assortiment) 61.46 Vaste brandstoffen: klein, lokaal verzorgingsgebied 10 100 50 30 1 1 1 2 2 100 3 kolenterminal (opslagopp. > = 2.000 m2) c A 50 700 500 100 1 1 2 3 3 700 5 61.47 Vloeibare brandstoffen: vloeistoffen, o.c. @ 100.000 m3 50 10 50 200 1 1 2 2 2 200 4 vloeistoffen, o.c. @ = 100.000 m3 100 30 50 500 1 1 3 2 3 500 5 tot vloeistof verdichte gassen 50 0 50 200 1 1 1 2 2 200 4 61.51 Chemische grondstoffen en chemicaliën voor 50 50 30 300 1 1 3 2 2 300 4 industriële toepassi.ng 61.52 Bestrijdingsmiddelen 50 30 30 500 1 1 2 2 2 500 5 61.53 Oliën, vetten en oliehoudende grondstoffen 100 30 300 50 1 1 1 2 2 100 3 61.54 Rubber 50 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3 61.6 excl. Hout, vlakglas, sanitair 10 1 0 50 50 1 1 1 2 2 50 3 .661.69 en bouwmaterialen 61.66 Zand en grind 1 0 50 100 1 0 1 1 1 2 2 100 3 61.69 Bouwmaterialen n.e.g. 10 50 50 30 1 1 1 2 2 50 3 61.71.8 Machines, apparaten etc. 10 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 61.91 Verpakkingsmaterialen 10 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3 61.92 Scheepsbenodigdheden 1 0 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2 61.99 Vakbenodgdheden e d 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2 62.1 Mebeln , '@tq.,te,@en e.d. 1 0 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3 62.2 H.,s,.ud IJke "klen, ijzerwaren, auto- 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2 accessoires, houtwaren e.d. 62.27 Verfien behang 10 10 30 100 1 1 1 2 2 100 3 62.3 Text elwaren, schoeisel e.d. 30 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2 62.4 Plantaardige voedings- en genatsmiddelen c 30 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 62,5 Dierlijke voedingsmidd. c 30 10 50 30 1 1 1 2 2 50 3 62.6 Farmaceutische, medische, kosmetische 30 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3 artikelen en reinigingsmiddelen 62.7 Papier, boeken en kantoorbehoeften 10 10 30 50 1 1 1 2 2 50 3 62.8 Optische, fotografische, sport- e.d. artikelen: zonder vuurwerk 10 10 30 30 1 1 1 2 2 30 2 met vuurwerk enlof munitie 1 0 10 30 100 1 1 1 2 2 100 3 62.91.92 Schroot algemeen 30 30 100 30 1 1 2 2 2 100 3 met shredders, persen A 30 100 500 50 1 1 3 2 3 500 5 autosloperij .en 30 30 50 50 1 1 3 2 3 50 3 62.93 Oude materie en en afvalstoffen (excl. schroot): oud papier, lompen en rubber 30 30 30 30 1 1 1 2 2 30 2 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-wde omschrijving Con- A ............ afstand (in m) voor: .................... <..................... index voor: ................................... .. groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand dierlijk afval 300 10 30 10 1 1 1 2 2 300 4 1 puin, glas en hout 10 30 100 10 1 1 1 2 2 100 3 63164 TUSSENPERSONEN IN DE GROOTHANDEL 63164 Tussenpersonen in de groothandel (kantoren) 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 65166 Detailhandel, buurtverzorgend, voor zover n.e.g. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 65.12 Vis, met bakken 30 0 10 10 1 1 1 1 1 30 2 65.13 Vlees, met roken, koken of smelten 30 0 10 10 1 1 1 1 1 30 2 65.22 Brood en banket, met bakken voor 30 10 30 10 1 1 1 1 1 30 2 eigen winkelbedrig 65.28 Supermarkten: verkoopopp. < 250 m2 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 verkoopopp. @ = 250 m2 0 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 65.31 Apotheken 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 65.43 Drogisterijen 10 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 65.92 Antiek, indien met werkplaats (logen) 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1 66.15 Bouwmaterialen: verf(waren) 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 "doe het zelf' 10 10 30 30 1 1 1 1 1 30 2 66,2 Personenauto's, fietsen, motorfietsen e.d, 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 66,31 Benzine-service-stations: zonder L.P.G. 30 0 30 30 2 1 2 3 1 30 2 met L. P. G. 30 0 30 100 2 1 2 3 1 100 3 66.71 Huisbrandstoffen 10 10 10 30 1 1 2 1 2 30 2 66.82 Munitie < 275.000 patronen en @ 1 kg buskruit 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 66.89 Vuurwerk < 1.000 kg 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 66.91 Warenhuizen 0 0 30 30 1 1 1 3 2 30 2 67 HOTELS, RESTAURANTS, CAFE'S E.D. 67.11 Restaurants c 30 0 10 10 1 1 1 2 1 30 2 67.12 Cafetaria's, snackbars, viskramen c 30 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 67.13 Dineruitzendingsbedrijven c 30 0 10 10 1 1 1 2 1 30 2 67.21 Cafés , bars c 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 67.22 [Jssalons 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 67.23 Nachtclubs, bar-dancings e.d. c 10 0 50 10 1 1 1 2 1 50 3 67.3 Besloten consumptie-inrichtingen (kantines) c 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 67.4 H otels en pensions: zonder maaltijd e 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1 met maaltijd c 30 0 10 10 1 11 1 2 1 30 2 67.5 Vakantiecentra, logiesverstrekkende bedrijven C 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 1 68 REPARATIEBEDRIJVEN VOOR GEBRUIKSGOEDEREN 68.1 Schoen- e.a. lederwarenreparatiebedrijven 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 68.21 Autoreparatiebedrijven (excl. plaatwerken, 10 10 30 30 1 1 2 2 1 30 2 spuiten en tectyleren) 68.22 Autoplaatwerkerijen 10 30 100 30 1 1 1 1 1 100 3 68.23 Autospuitinrichtingen 50 30 50 50 2 1 1 1 1 50 3 68.24 Autobeklederijen 10 10 10 10 1 1 1 1 1 10 1 68.29 Autorepar.bedr. n.e.g.: zonder tectyleerderij 10 10 30 30 1 1 1 2 1 30 2 met tectyleerderij 100 10 30 30 1 2 2 2 1 100 3 68.3 Fietsen-, brom- en motorfietsen- 10 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2 reparatiebedrijven 68.4 Uurwerkreparatiebedr. 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 68.5 Goud- en zilversmederijen (reparatiebedr,) 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 68.6 Reparatiebedrijven voor eiektr. 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 gebruiksgoederen 68.7 Reparatiebedrijven voor muziek- 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 instrumenten 68.9 Reparatiebedrijven voor n.e.g. 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 gebruiksgoederen 71 SPOORWEGEN 71.0 Spoorwegen: stations c 10 10 100 50 1 1 1 3 2 100 3 1 rangeerterreinen c A 30 30 300 300 1 1 1 3 2 300 4 1 72 WEGVERVOER 72.11 Bus-, tram- en metrostations c 1 0 1 0 100 1 0 1 1 1 2 2 100 3 1 72.12 Groepsvervoerbedrijven c 1 0 1 0 100 1 0 1 1 1 2 1 100 3 72.21 Taxibedrijven c 1 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 12 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor:... ...................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand 72,22 Touringcarbedrijven c 10 10 100 30 1 1 1 2 1 100 3 72.3 Goederenwegvervoerbedrijven: zonder schoonmaken tanks c 10 10 100 30 1 1 1 3 2 100 3 met schoonmaken tanks c 200 30 100 100 2 2 2 3 2 200 4 72.41 Autoparkeer- en stallingsbedrijven c 30 10 50 30 1 1 1 3 2 50 3 72.42 Fietsenstallingsbedrijven c 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3 72.43 Pomp- en compressorstations van pijpleidingen C 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3 72.49 Wegvervoer verwante bedrijven n.e.g. c 10 10 100 30 1 1 1 2 2 100 3 73 ZEEVAART 73.112 Zeevaartbedrijven (kantoren): vloeropp.<150 m c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 vloeropp. > = 150 m c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 73.3 Zeevaart laad-, los- en overslagbedrijven: containers c 30 10 300 100 1 1 1 3 3 300 4 stukgoed c 10 50 500 100 1 1 2 3 3 500 5 ertsen, mineralen e.d. c A 100 700 1000 50 2 1 2 3 3 1000 5 granen of meelsoorten c A 200 700 500 100 1 1 1 3 3 700 5 steenkool c A 100 700 1000 100 2 1 3 3 3 1000 5 olie, L.P.G. e.d. c 300 50 200 1000 2 2 3 2 3 1000 5 tankercieaning c 300 30 200 200 2 3 3 1 2 300 4 74. BINNENVAART 74.1 Binnenvaartbedrijven (kantoren): vloeropp. < 1 50 m c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 vioeropp. @ = 150 m c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 74.2 Binnenvaart laad-, los- en overslagbedrijven: containers 1 0 10 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 stukgoederen 10 30 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 ertsen, mineralen e.d.: opslagopp. @ 2.000 m2 30 200 300 30 1 1 2 2 2 300 4 opslagopp. @ = 2.000 m2 A 50 500 700 50 2 1 2 3 3 700 5 granen of meelsoorten: v.c. @ 500 tiu 50 300 200 50 1 1 1 2 2 300 4 v.c. @ = 500 t/u A 200 700 300 100 1 1 1 3 3 700 5 steenkool: opslagopp. < 2.000 m2 50 300 300 50 1 l. 2 2 2 300 4 opslagopp. > = 2.000 m2 A 100 700 700 100 2 1 3 3 3 700 5 olie, L.P.G. e.d. 100 10 50 700 1 1 2 2 3 700 5 tankercieaning 300 30 200 200 2 3 3 1 2 300 4 75 LUCHTVAART 75.1 Lurhtvaartbedrijven (kantoren) c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 75.21.1 Luchthavens c 50 50 150 100 2 1 2 3 3 1500 6 75.21.2 Luchtverkeersregel.bedr. e 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 75.21.3 Vliegtuigverhuurbedrijven e 30 10 300 30 1 1 2 1 1 300 4 76 HULPBEDRIJVEN VAN HET VERVOER 76 excl. Hulpbedrijven van het c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 1 0 1 .21 en.3 vervoer n.e.g. (kantoren) 76.21 Wegings- en metingsbedr. c 10 10 100 30 1 1 1 3 1 100 3 1 76.3 Veem- en pakhuisbedrijven c 100 50 100 50 1 1 1 2 2 100 3 1 77 COMMUNICATIEBEDRIJVEN 77.01 Postdiensten c 0 1 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 1 77.02 Telefoon-, telegraafdiensten e.d. c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 81 BANKWEZEN 81 Banken: vloeropp. @ 150 m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 1 0 1 v oeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 82 VERZEKERINGSWEZEN 82 Verzekeringsbedrijven: vloeropp. < 150 m2 c 0 0 1 0 0 1 1 1 1 1 1 0 1 vloeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 83 EXPLOITATIE VAN EN HANDEL IN ONROERENDE GOEDEREN 83 Exploitatie- en handelsbedr. 13 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: .................... ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand in onroerend goed@ vloeropp. < 150 m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 vloeropp. > = 150 m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 84 ZAKELIJKE DIENSTVERLENING 84 excl. Zakelijke dienstverlening .95 en .97 (kantoren): vloeropp.<150m2 c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 vloeropp.>=150m2 c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 84.95 Beurzen, tentoonstellingsgebouwen c 10 30 100 30 1 1 1 3 2 100 3 84-97 Veilinggebouwen e.d. c 50 50 100 30 1 1 1 3 2 100 3 85 VERHUUR VAN MACHINES EN ANDERE ROERENDE GOEDEREN 85.1 Autoverhuurbedrijven c 10 10 50 10 1 1 1 2 1 50 3 85.2 Machineverhuurbedrijven c 10 10 50 10 1 1 1 2 2 50 3 a5.3 Verhuurbedrijven van gebruiksgoederen - - 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 85.9 Verhuurbedrijven van roerende c 10 10 50 10 1 1 1 2 2 50 3 i goederen n,e.g. 90 OPENBAAR BESTUUR 90 excl, Openbaar bestuur c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 4 t/m 6 voor zover n.e.g. 90.4 Politiekantoren c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 90.5 Brandweerkazemes c 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3 90.6 Land-, lucht- en c 10 30 300 100 1 1 3 3 1 300 4 zeemachtkazemes e.d. 91 RELIGIEUZE ORGANISATIES 91.0 Kerkgebouwen e.d. c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 92 ONDERWIJS 92.1 tam .3 Kleuter- en basisonderwijs 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 92.4 Voortgezetonderwijs 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3 92.51.6 Beroepsonderwijs 30 0 30 10 1 1 1 1 1 30 2 92.7 Wetenschappelijk onderwijs 50 30 50 50 1 1 1 2 2 50 3 92.81.9 Overig onderwijs zonder 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 werkplaatsen of laboratoria 93 GEZONDHEIDSZORG EN VETERINAIRE DIENSTEN 93 Gezondheidszorg en veterinaire diensten- ziekenhuizen c 30 0 50 30 1 2 1 3 2 50 3 groepspraktijken, klinieken c 10 0 30 10 1 1 1 2 1 30 2 individuele praktijken 0 0 0 0 1 1 1 1 1 0 1 medische laboratoria c 10 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 1 94 MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING 94 Maatschappelijke dienstverlening c 30 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 i (incl. keukens) 95 SOCLAAL-CULTURELE INSTELLINGEN 95 Sociaal-culturele instellingen: buurt- en clubhuizen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 1 bibliotheken en musea 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1 dierentuinen c 50 10 50 10 1 1 1 3 1 50 3 studio's (film, TV, radio, geluid) c 0 0 50 30 1 1 1 2 1 50 3 theaters, bioscopen c 0 0 30 0 1 1 1 3 1 30 2 (gesloten gebouwen) ateliers voor kunst 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 muziek en balletscholen 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 sociaal-culturele instellingen n.e.g. c 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 1 96 SPORT EN RECREATIE 96.12.1 Zwembaden: overdekt c 30 0 50 10 1 1 1 3 1 50 3 niet overdekt c 30 10 200 10 1 1 1 3 1 200 4 96.12.2 Spartaccornmodaties: sporthallen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 bowlingscentra c 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 14 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor: ....................<..................... index voor: ............................. groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand skelterbanen: < 8 u/w in gebruik c 50 30 500 30 1 1 2 2 1 500 5 @ = 8 u/w in gebruik c A 50 50 1000 30 1 1 2 2 1 1000 5 autocircuits, motorcross- terreinen e.d.: 8 u/w in gebruik 100 50 700 50 1 1 2 3 1 700 5 = 8 u/w in gebruik A 100 100 1500 50 1 1 2 3 1 1500 6 overdekte kunstijsbanen c 0 0 100 100 1 1 1 2 1 100 3 stadions en openluchtijsbanen c 0 0 300 0 1 1 1 3 2 300 4 maneges 50 30 30 0 1 1 1 2 1 50 3 tennisbanen (met verlichting) 0 0 50 0 1 1 1 2 2 50 3 veidsportcomplex (met verlichting) 0 0 50 0 1 1 1 2 2 50 3 golfbanen 0 0 30 0 1 1 1 2 1 30 2 kunstskibanen 0 0 30 0 1 1 1 1 2 30 2 hondendressuurterreinen 0 0 50 0 1 1 1 1 1 50 3 96.12.7 Schietinrichtingen: vrije buitenbanen: schietbomen 10 0 500 1500 1 1 1 1 1 1500 6 kleiduiven 10 0 200 300 1 1 1 1 1 300 4 geweerbanen 30 0 1500 1500 1 1 1 1 1 1500 6 pistoolbanen 30 0 1500 1500 1 1 1 1 1 1500 6 boogbanen 0 0 30 200 1 1 1 1 1 200 4 buitenbanen met voorzieningen: schietbomen 10 0 300 500 1 1 1 1 1 500 5 geweerbanen 10 0 1000 1500 1 1 1 1 1 1500 6 pistoolbanen 10 0 1000 200 1 1 1 1 1 1000 5 boogbanen 0 0 30 30 1 1 1 1 1 30 2 binnenbanen: geweer- en pistoolb. c 0 0 200 10 1 1 1 1 1 200 4 boogbanen c 0 0 10 10 1 1 1 1 1 10 1 96.13 Sportschoten, gymnastiekzalen c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 96.22 Recreatiecentra, vaste kermis e.d. 30 10 200 10 1 1 1 3 3 200 4 1 96.23 Casino's c 30 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 96.29 Amusementsgelegenheden, dansscholen e 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 feestzalen c 0 0 100 0 1 1 1 2 1 100 3 amusementshallen c 0 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 modelvliegtuigvelden 30 0 300 100 1 1 1 1 1 300 4 97 BEDRIJFS- EN WERKNEMERSORGANISATIES 97 Bedrijfs- en werknemers- 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 exej. 97,5 organisaties (kantoren) 97.5 Research- e.d. wetenschappelijke 10 0 30 50 1 2 1 1 1 50 3 instellingen met laboratorium 98 OVERIGE DIENSTVERLENENDE BEDRIJVEN 98.11.1 Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven e.d. 50 50 50 30 1 1 1 2 1 50 3 98.11.2 Vuilstortplaatsen 300 300 300 10 1 2 3 3 3 300 4 98.11.3 Vuiloverslagstations c 200 300 300 30 1 1 2 3 3 300 4 98.11.4 Gemeentewerven, chemisch afvaldepots 30 50 50 10 1 1 3 2 1 50 3 98.12 Rioolwaterzuiverings- en gierver- werkingsrichtingen (geen korrelfabr.): (1) 100.000 i.e. c - 200 30 100 10 1 1 1 1 1 200 4 (1) 100.000 - 300.000 i.e. C A 300 50 200 10 1 1 1 2 1 300 4 (1) @ = 300.000 i.e. c A 500 50 300 30 1 1 1 3 2 500 5 indien thermische slibdroging 700 100 300 50 2 - - - - 700 5 rioolgemalen c 30 0 10 0 1 1 1 1 1 30 2 98.13 Afvalverwerkingsbedr.: afvalscheidingsinstall. c 200 200 300 50 1 1 1 3 2 300 4 verwerking afgewerkte olie c 100 10 50 50 2 1 3 2 2 100 3 kabelbranderijen 200 50 30 30 3 1 2 1 2 200 4 radio-actiefafval c 10 50 200 1500 1 1 1 1 1 1500 6 pathogeen afvalverbranding 30 10 30 30 1 1 1 1 2 30 2 (voor ziekenhuizen) . oplosmidcielterugwinning 100 10 10 50 2 1 2 1 2 100 3 1 vuitverbrandingsinr.: huisvuil, slib c A 300 200 300 50 3 1 2 3 3 300 4 i vuilverbrandingsinr.: c A 300 200 300 50 3 1 2 3 3 300 4 chemisch afval verwerking fotochemisch en 30 50 50 30 1 2 2 1 1 50 3 15 CATEGORALE BEDRIJFSINDELING GEMEENTE HELMOND SOIRO/2000 SBI-code omschrijving Con- A. ............ afstand (in m) voor:., .................. ..................... index voor: ......................................> groot- cate- diver- tinu categ. geur stof geluid gevaar lucht water bodem verkeer visu- ste gorie siteit geluid eel afstand galvano-afval puinbreken en -zeven, 30 100 300 10 1 1 1 2 2 300 4 V.C. < 1 00.000 M puinbreken en -zeven, A 30 200 700 10 1 1 1 3 3 700 5 v.c. > = 100.000 tri mestverwerking: zie SBI 98.12; voor korrelfabrieken nog geen normen (1) 1 m3 kalvergierfdag = 170 i.e., 1 m3 varkensgierldag 700 i.e. 98.14 Ongedierte bestrijdings- en 10 10 30 100 1 1 2 1 1 100 3 ontsmettingsbedrijven 98.15 Polderbemalingsinricht. 0 0 50 10 1 1 1 1 1 50 3 98.21 Schoonmaakbedrijven voor gebouwen c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 98.22 Schoorsteenveegbedrijven 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 98.23 Autowasserijen 10 0 50 0 1 1 1 2 1 50 3 98.24 Glazenwasser, n 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 98.29 Schoonmaakbedr. n,e,g. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 98.31 Wasser j@en en strijkinrichtingen c 50 10 100 30 1 2 1 2 2 100 3 98.32 Chems e wasserijen en verve(ijen 30 10 30 30 1 2 2 2 1 30 2 98.33 Wasverzendinrichtingen 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 98.34 Stoppage- en oppersinr. 0 0 10 0 1 1 1 1 1 10 1 98.35 Wasserettes, wassal"ns 10 0 10 0 1 2 1 1 1 10 1 98.36 Tapijtreinigingsbedr'j n 30 30 50 30 1 2 1 2 1 50 3 98.4 Kappersbedrijven en 10 0 0 0 1 1 1 1 1 10 1 schoonheidsinstituten 98.5 Foto-ateliers (incl. ontwikkelen) 0 0 0 10 1 1 1 1 1 10 1 98.91 Begrafenisondernemingen: uitvaartr-entra 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1 begraafplaatsen 0 0 10 0 1 1 1 2 1 10 1 crematoria 100 10 30 10 2 1 1 2 2 100 3 98.92 Badhuizen en sauna-baden c 10 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 98.93 Dierenasiels en -pensions c 30 0 100 0 1 1 1 1 1 100 3 98.99 Persoonlijke dienstverlening n.e,g, c 0 0 30 0 1 1 1 1 1 30 2 1 6 |