• Bestuur
  • Commissiestukken Agenda voor de Toekomst

Commissiestukken Agenda voor de Toekomst

Documentdatum 16-04-2002
Bestuursorgaan Commissie Samenleving en Economie
Documentsoort Commissiestukken
Samenvatting

Behoort bij agenda nr. SC- 15

datum vergader;.ng i

Notitie ten behoeve van de commissie SE van 16 april 2002

Onderwerp: Concept convenant 'Agenda voor de Toekomst' met de minister van

Szw en bijbehorend Plan van Aanpak.

Voorstel: Ter bespreking

Door de VNG is een intentieverklaring ondertekent met de minister van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid. Deze intenties zijn verder geconcretiseerd in bestuurlijke afspraken over

2001-2004. Met de Agenda voor de Toekomst wordt een meerjarig plan opgesteld om de

keten van reïntegratie zo snel mogelijk sluitend te maken, waarbij aandacht is besteed aan

alle relevante invalshoeken. Centraal element daarbij is de integrale invoering van het

casemanagement, als hulpmiddel om alle bijstandscliënten zo optimaal mogelijk naar werk

en 1 of participatie te leiden. Op gemeentelijk niveau worden daartoe ook nadere afspraken

gemaakt over de termijnen waarbinnen de sluitende aanpak is gerealiseerd, te bereiken

volumedaling, terugdringing van het aantal ontheffingen van de arbeidsverplichtingen en het

verbeteren van de aanpak van de fraude. Ook worden afspraken gemaakt over de

stroomlijning van het gemeentelijk minimabeleid, het verbeteren van de

informatievoorziening en een kwaliteitsslag cliëntenparticipatie.

Door de gemeenten worden er afspraken gemaakt die er toe moeten leiden dat gemeenten

meer beleidsruimte krijgen om hun verantwoordelijkheid voor de uitvoering efficiënter

invulling te geven.

Financiën

Voor de bekostiging van deze extra inspanningen wordt door de minister extra middelen

beschikbaar gesteld. Er wordt gesubsidieerd op basis van het totale aantal gerealiseerde

trajecten en de gerealiseerde uitstroom. De hoogte van de (in beginsel) beschikbare

budgetten is opgenomen in het convenant. De budgetten dienen besteed te worden aan die

onderwerpen waar de middelen genoemd zijn.

Door de gemeente wordt teneinde de hoofdlijnen in de ontwikkelingen ook tussentijds te

kunnen volgen, een kwartaairapportage opgesteld.

Voor de in het Plan van Aanpak genoemde projecten is inmiddels financiering beschikbaar.

Met het ministerie van Szw vindt nader overleg plaats om de in het Plan van Aanpak

genoemde projecten alsnog, al dan niet gedeeltelijk, te bekostigen uit de budgetten genoemd

in het convenant onder'intensivering activering nieuwkomers'en onder'experimenten'. Door

de gemeente kunnen projecten ingebracht worden om voor vergoeding in aanmerking te

komen. Via deze weg kunnen mogelijk middelen vrijgespeeld worden die op andere wijze ten

behoeve van reïntegratie ingezet kunnen worden.

Door het college is bijgevoegd concept convenant Agenda voor de Toekomst tussen de

gemeente Heimond en de minister van Szw vastgesteld en wordt akkoord gegaan met de

inhoud van het Plan van Aanpak dat als bijlage is bijgevoegd.

9 april 2002

college van burgemeester en wethouders

AGENDA VOOR DE TOEKOMST 2001 - 2004

bestuurlijke afspraken tussen

de Minister van SZW en de gemeente Heimond.

Op 24 april 2001 hebben Minister Vermeend van SZW en wethouder Bovens namens de VNG de

@@bestuurlijke afspraken in het kader van de 'Agenda voor de Toekomst ondertekend. De inzet is gericht

,pp een verdere daling van het aantal bijstands-, IOAW- en IOAZ-gerechtigden. De gemeenten Almelo,

@Arnhem, Breda, Deventer, Dordrecht, Eindhoven, Enschede, Groningen, Haarlem, Heerlen, Heimond,

Hengelo, 's-Hertogenbosch, Leeuwarden, Leiden, Maastricht, Nijmegen, Schiedam, Tilburg, Venlo en

Zwolle (kortweg bekend als de G21) sluiten zich gezamenlijk aan bij deze inzet. Dit geldt ook voor de

gemeenten Alkmaar, Amersfoort, Emmen, Lelystad en Zaanstad (ook de G5 genoemd). De G21 plus

deze gemeenten worden hieronder'de G26' genoemd.

Actieve en integrale aanpak noodzakelijk

Het dlliëntenbestand van de G26 is in de afgelopen periode fors gedaald en het ciiëntenbestand in het

merendeel van de G26 bestaat nu vooral uit personen zonder arbeidsverplichting op grond van leeftijd

of zorgtaken, en personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (fase 4). Het toeleiden van dit

cliëntenbestand naar activering of arbeid kan een kwestie van lange adem zijn en vraagt in ieder geval

om een actieve en integrale aanpak.

Gezamenlijke aanpak

De G26 willen dit gezamenlijk oppakken. Daarom hebben de G26 een plan opgesteld, waarin de

aanpak die de G26-gemeenten voorstaan is uitgewerkt. De integrale aanpak heeft betrekking op een

breed scala van activiteiten, waarbij ook aangesloten wordt bij de doelstellingen van het Grote Steden

Beleid. De G26 willen een extra impuls geven aan activering en uitstroom (ook voor de nieuwe

doelgroepen). Ook wordt een impuls gegeven aan het minimabeleid en het handhavingsbeleid. Bij

deze aanpak past ook een intensivering van de kinderopvang en ruimte voor experimenten.

Het plan van aanpak dat de G26 hebben opgesteld dient als kader voor de verdere uitwerking.

Om ook op de lokale situatie toegesneden afspraken te kunnen maken, worden -binnen de kaders van

de onderstaande afspraken en het plan van aanpak- nadere individuele afspraken gemaakt tussen

SZW en de afzonderlijke gemeenten die deel uitmaken van de G26.

Dit wordt per gemeente vastgelegd in de vorm van een beschikking waarin wordt opgenomen:

enerzijds,detaakstellingvoorwatbetrefthetaantaltrajectenendedoeistellingtenaanzienvande

uitstroom naar (gesubsidieerd) werk is vastgelegd op basis van de raamovereenkomst;

anderzijds de tegenprestatie in rijksmiddelen ten behoeve van de kosten van casemanagement,

intensivering kinderopvang en financiële bijdragen voor specifieke projecten en experimenten.

Deze afspraken zijn aanvullend op de reeds gemaakte afspraak met gemeenten dat de aanpak van de

nieuwe instroom per 2001 sluitend is. Via de sluitende aanpak nieuwe instroom wordt bereikt dat

iedereen die een Abw uitkering aanvraagt zoveel mogelijk direct wordt bemiddeld naar werk of

adequaat naar werk wordt toegeleid.

Heimond

De gemeente Heimond heeft relatief veel langdurig werklozen met een laag opieidingsniveau (fase 4).

De hoge werkloosheid concentreert zich in specifieke wijken, te weten Binnenstad-oost, Heimond-west

en Heimond-noord en cumuleert met andere problematiek. Deze wi ken zijn in het kader van het Grote

Steden Beleid (GSB-beleid) benoemd als aandachtsgebieden.

De realisering van uitstroom wordt bemoeilijkt door grote verschillen tussen werkervaring en

opleidingsniveau langdurig werklozen in relatie met de beschikbare vacatures.

Middels een gedegen arbeidsmarktbeleid wil de gemeente Heimond de economische positie

versterken door verbetering van de arbeidsmarkt aan de vraag- én de aanbodzijde.

De vraag naar arbeid wordt gestimuleerd door (meer) werkgelegenheid te creëren. Het gaat hier om

het bevorderen van de economische bedrijvigheid, door onder andere het scheppen van nieuwe ruimte

voor bedrijvigheid en het stimuleren van ondernemerschap.

Aan de aanbodzijde gaat het om het terugdringen van werkloosheid, en verbetering van de kwaliteit

van het aanbod aan arbeidskrachten. Belangrijke instrumenten zijn hier het onderwijs en de activering

van uitkeringsgerechtigden.

Een bedreiging in de huidige economische situatie vormt het probleem van de afstemming van vraag

en aanbod. Aan de ene kant hebben werkgevers grote problemen bij het werven van personeel. Hier

tegenover staat een werkloosheid van (per 1 januari 2002) nog altijd 3835 personen. Een belangrijke

uitdaging voor het arbeidsmarktbeleid vormt het vinden van de juiste match tussen vraag en aanbod.

De Agenda van Toekomst wordt door de gemeente Heimond dan ook in een breder perspectief van

arbeidsmarktbeleid geplaatst om te komen tot integrale aanpak van (langdurige) werkloosheid.

Onder voorbehoud van goedkeuring van deze bestuurlijke afspraken door de raad voor 1 mei 2002,

komt de gemeente Heimond met de Minister van SZW het volgende overeen:

De door de gemeente Heimond te leveren extra inspanning bestaat uit het volgende:

0 1805 trajecten t.b.v. Abw-, loaw-en loaz-gerechtigden in de periode 2001 - 2004, verdeeld naar

jaarschijven:

2e helft 2001271

2002 542

0 2003 542

2004 451

0 Ten opzichte van de huidige situatie betekent dit enerzijds een toename van 40% in aantallen

trajecten en anderzijds zowel een intensivering van de begeleiding op deze trajecten als een

verbreding van de aanpak, gericht op het realiseren van een sluitende keten van zorg, scholing,

activering en arbeidstoeleiding. De verwachting is dat door de intensievere begeleiding de uitval uit

de trajecten substantieel zal dalen (nu 30%) en dat door de inzet van gecombineerde zorg-en

activeringstrajecten een deel van de "niet-kunners" (nu 35-40%) op termijn een nieuw perspectief

kan worden geboden.

0 De uitstroom uit deze trajecten geschiedt volgens het bijgevoegde plan van aanpak, en resulteert in

een uitstroompercentage van 40% per 2006 voor Abw-gerechtigden.

5 De positieve uitstroom uit de Wiw-dienstbetrekking voor volwassenen van de na 1 januari 1998

ingestroomde Wiw-ers wordt opgehoogd naar tenminste 30% vanaf 2003, waarbij het uitgangspunt

is dat dit hoger is dan het landelijk gemiddelde in 2003.

0 Het realiseren van trajecten en uitstroom voor allochtonen minimaal naar evenredigheid. Daarnaast

worden projecten uitgevoerd die zich specifiek op allochtonen richten,

0 een actieve benadering van hoogopgeleide vluchtelingen, met inzet van internationale'

diplomawaardering en erkenning van elders verworven compenties en intensief maatwerk NT2 en

eventueel vervolgopleiding (waaronder duaal) om hoger opgeleide vluchtelingen efficiënt te laten

uitstromen naar werk op bijbehorend niveau.

0 een actieve benadering van niet-uitkeringsgerechtigden. De gemeente Heimond neemt hierbij in

aanmerking dat een groot deel van deze groep bestaat uit herintredende vrouwen, allochtone

vrouwen en nieuwkomers. De gemeente Heimond heeft de intentie om mee te werken aan het

afsluiten van een uitvoeringsconvenant zoals bedoeld in het plan van aanpak herintredende

vrouwen en in samenhang met de af te sluiten landelijke raamovereenkomst. De gemeente

Heimond zal andere partijen zoals werkgevers stimuleren de uitvoeringsovereenkomst mee te

tekenen.

0 Het voortzetten van een kwalitatief goede cliëntenparticipatie als integraal onderdeel van de

beleidscyclus.

0 Het realiseren van een hoogwaardig handhavingsbeleid.

2

Het realiseren van een integrale inbedding van de werkwijze van trajectplaatsing en

trajectbegeleiding (casemanagement) in de werkprocessen van de organisatie waarbij dit heeft

geleid tot een zichtbare versnelling en vergroting van de effectiviteit van de sluitende aanpak.

Intensieve activering van nieuwkomers (statushouders asiel)

De Minister van SZW stelt daarvoor, onder de hieronder genoemde voorwaarden, de volgende

ri*ksmiddelen beschikbaar:

Een bijdrage aan de invoering van een intensieve aanpak van het casemanagement

(trajectplaatsing en trajectbegeleiding) en de ombouw van de uitvoeringsorganisatie gericht op

uitstroom en activering en een bijdrage aan de intensivering van kinderopvang.

Voor casemanagement is beschikbaar: E 2.075.775.-.

Als bijdrage aan een intensivering van de kinderopvang een bedrag van maximaal E 554.799.- voor

Oe periode 2001 tot en met 2004, te verdelen naar rato van het aantal trajecten per jaar.

Als bijdrage voor intensieve activering van nieuwkomers (statushouders asiel) een bedrag van

E 164.940.- voor de periode 2001 en 2002, te verdelen naar rato van het aantal trajecten voor 2001

en 2002.

Ten behoeve van experimenten een bedrag van maximaal E 341.285.- voor de perio e tot en

met 2004, te verdelen naar rato van het aantal trajecten per jaar. Hierbij is er sprake van een

trekkingsrecht; er wordt pas geld beschikbaar gesteld op basis van concrete projectvoorstellen.

Daarnaast zijn nog centrale budgetten beschikbaar van E 15.882.308,- voor door meerdere

gemeenten uit de G26 in samenwerking uit te werken experimentvoorstellen in de periode 2001 tot

en met 2004 en E 1.361.341,- voor de onder 6.5. van het G26-plan van aanpak bedoelde

kwaliteitsverbetering.

Als voor 'Waarden voor de bijdrage van het Rijk gelden:

1 .Op 1 jmii 2002, en vervolgens jaarlijks op 1 juli, wordt een evaluatie uitgevoerd teneinde te bepalen

of de gemaakte afspraken over het jaar daaraan voorafgaand zijn gerealiseerd en of er, gelet op de

conjuncturele situatie, aanleiding kan ontstaan om de afspraken bij te stellen.

2. De bevoorschotting van de bijdrage aan het casemanagement (trajectplaatsing en

trajectbegeleiding), inclusief de bijdrage voor kinderopvang, vindt jaarlijks plaats op basis van

100%.

3. De afrekening over het afgelopen kalenderjaar vindt uiterlijk 1 juli na dat jaar plaats op basis van de

volgende systematiek: jaarlijks wordt 50% van de middelen bepaald op basis van het

overeengekomen aantal trajecten in dat jaar en 50% van de middelen wordt bepaald op basis van

de overeengekomen uitstroom in dat jaar. De resultaten worden op basis van deze systematiek

vastgesteld en naar evenredigheid afgerekend.

Een uitzondering geldt voor de periode 1-7-2001 tot en met 31-12-2001, waarin voor 100%

afgerekend wordt op aantallen trajecten (omdat in deze periode nog geen uitstroom plaatsvindt) en

de periode 1-1 -2005 tot en met 31-12-2006 waarin voor 1 00% afgerekend wordt op plaatsingen

(omdat d an in het kader van deze afspraken geen trajecten meer gestart worden).

4. De projecten worden gefinancierd op basis van lumpsum, waarbij als voorwaarde geldt de

goedkeuring van de nog in te dienen projectplannen.

5. De bijdrage kinderopvang wordt verstrekt t. b.v. extra ruimte om in de volgende met kinderopvang

samenhangende kosten te voorzien:

¿ Vervoer van en naar kinderopvang;

¿ Overbrugging van de periode tussen twee trajectenleen traject en werkaanvaarding;

¿ Experimentele en daardoor duurdere vormen van kinderopvang;

¿ "Collectieve" kinderopvang gekoppeld aan de scholingsinstelling;

¿ Informele opvang als tijdelijke oplossing als nog geen formele kinderopvang; beschikbaar is en

er acute behoefte aan kinderopvang bestaat.

6. Een half jaar voordat de Wet basisvoorziening kinderopvang in werking treedt, wordt vastgesteld op

welke wijze de bijdrage voor kinderopvang wordt voortgezet.

7. Ten behoeve van een adequate informatievoorziening wordt overeengekomen dat de gegevens

voor de Abw statistiek zorgvuldig, tijdig en betrouwbaar worden aangeleverd. De monitor scholing

en activering wordt overeenkomstig het tijdpad in de regeling informatie Wet inschakeling

3

werkzoekenden gerealiseerd. Gezien het streven om extra gegevensuitvraag te beperken stemmen

de G26 ermee in dat door het CBS in dit kader samen te stellen kengetallen en overzichten voor

SZW beschikbaar komen.

8. Voor het overige gelden de voorwaarden zoals opgenomen in de Algemene Regeling SZW

subsidies op basis van de Kaderwet SZW subsidies (inclusief een accountantsverklaring).

De Minister van Sociale Zaken Gemeente Heimond,

en Werkgelegenheid, namens deze,

wethouder MDSZ

(W.A. Vermeend)

Bijlage:

Agenda voor de Toekomst 2001 - 2004, plan van aanpak - G26

4

CONCEPT

Gemeente Helmond

DIENST SAMENLEVING EN ECONOMIE

Agenda van de toekomst

Plan van Aanpak 2002

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond

CONCEPT

lnhoudsop-ga

Inleiding xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx3

Reïntegratie xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx5

Casemanagement xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx6

Professionalisering inkoop en registratie xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx8

Experimenten xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx9

Project Werktaat: xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx9

Project Vluchtelingenvrouwen in Beeld xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 1 1

Project lnburgering xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 13

lntensivering Armoedebeleid xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 14

Project Proloog xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 16

Project Heimond Actief xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 18

Handhavingsbeleid xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 20

Algemeen: xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 20

Sociale Recherche: xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 20

Afkortingen xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 23

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 2

CONCEPT

Inleiding

De gemeente Helmond heeft sinds 1996, bij de invoering van de nieuwe Abw, zich tot doel

gesteld, om een verandering in de bedrijfsvoering door te voeren van een 'uitkeringsfabriek'

naar een goed functionerend uitstroombedrijf, en deze verandering met voortvarendheid ter

hand te nemen. Een proces dat nog niet geheel afgerond is gelet op de vele ontwikkelingen

in de uitvoering, registratie en de diversiteit in taken.

De gemeente Heimond kent een centraal gerichte aanpak van werken vanuit het

casemanager concept waarbij de casemanager de regisseursrol vervult. Uitgangspunt

daarbij is dat werk gaat voor inkomen. Voor die cliënten (fase 2 en 3) die niet direct

doorgeleid kunnen worden naar reguliere arbeid wordt een reïntegratietraject opgesteld.

Daarnaast heeft de gemeente Heimond een relatief groot bestand van langdurig werkloze

cliënten (fase 4) waarbij getracht wordt ook deze cliënten, zonodig via de weg van sociale

activering, te plaatsen op de (reguliere) arbeidsmarkt.

De reïntegratieplannen worden opgesteld door arbeidsmarktconsulenten van

reïntegratiebedrijven en brengen vervolgens, na goedkeuring door de casemanagers, het

reïntegratieplan tot uitvoering. In dit reïntegratietraject kunnen diverse producten worden

ingezet.

Om cliënten in beweging te brengen naar werk wordt uitgegaan van de werkgerelateerde

talenten, die doelgericht benut en ontwikkeld worden door de casemanager,

arbeidsmarktconsulent en de cliënt. Partijen gaan een professionele en respectvolle één op

één relatie aan. De casemanager is en blijft hierbij de regiehouder. De keten van activering,

loopbaanoriëntatie, begeleiding tot en met bemiddeling en nazorg na plaatsing wordt

inhoudelijk door een arbeidsmarktconsulent uitgevoerd en bewaakt. Daarbij worden al direct

vanaf het begin van het traject de uitstroommogelijkheden naar werk sterk betrokken bij de

begeleiding en in te zetten middelen 1 producten. Gedurende de looptijd van het

reïntegratietraject blijft de arbeidsmarkttoeleider verantwoordelijk voor het gehele traject. De

casemanager (regisseur) is en blijft eindverantwoordelijk.

Voor de kandidaat heeft deze aanpak een aantal voordelen:

¿ Eén coach gedurende het gehele traject;

¿ Geen vertraging in de doorloop van het proces;

c> Uitstroom naar werk zo snel als verantwoord met begeleiding na plaatsing.

Voor de opdrachtgever heeft deze aanpak een aantal voordelen:

¿ Geen onnodige administratie;

¿ Geen overdrachtmomenten in de activeringsketen;

¿ Kortere doorlooptijden;

¿ Snellere uitstroom met gedeeltelijke afronding van het traject na plaatsing.

Gezien de ontwikkelingen van de arbeidsmarkt en het ministeriële voornemen om elke

bijstandsgerechtigde een reïntegratie - of scholingstraject aan te bieden worden

arbeidsactiveringstrajecten ingezet voor sluitende aanpak.

De casemanager ondersteunt met de arbeidsmarktconsulent de werkzoekende om de

belemmeringen naar werk weg te nemen en kansen te creëren op werk. Daarbij wordt een

breed netwerk met hulpverleningsinstellingen onderhouden, en wordt intensief

samengewerkt met kennisinstellingen.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 3

CONCEPT

Zorgtrajecten kunnen een onderdeel zijn in het wegnemen van belemmeringen en creëren

van kansen. In het kader van zorgtrajecten kan onder andere worden gedacht aan het

inzetten van bijzondere bijstand, Budgetwinkel i.v.m. schuidsanering, de Stichting

Maatschappelijke Opvang met dagbesteding en vormen van aangepaste arbeid,

arbeidstraining en de Vrijwilligerscentrale met sociale activering.

De gemeente Heimond heeft, om alle doelgroepen optimaal te kunnen bedienen, diverse

projecten opgestart c.q. is bezig met de ontwikkeling van:

intensivering case management

professionalisering inkoop en registratie

project Werktaal (duaal traject inburgering)

project Vluchtelingenvrouwen in Beeld

project lnburgering (i.s.m. Taskforce)

intensivering armoedebeleid

project Proloog (kandidaten met psychische problematiek)

project Heimond Actief (integrale wijkontwikkeling)

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond

CONCEPT

Rdintegratie

De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt zijn intussen legio. De economische groei heeft een

versterkt aanbod van vacatures tot gevolg gehad, en daarmee een sterk verbeterde

uitstroommogelijkheid voor werkloze uitkeringsgerechtigden. Dit schept nieuwe

mogelijkheden voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. De kansen op

(re)integratie, eventueel met bijscholing en begeleiding, zijn voor deze groepen in beginsel

verbeterd. Momenteel is, als gevolg van de afvlakkende arbeidsmarkt, het moeilijker om

uitstroom te realiseren. Werd eerder slechts een beperkte groep bereikt, nu is het

noodzakelijk het activeringsbeleid toe te passen op alle uitkeringsgerechtigden die (op

termijn) kunnen werken. Uitgangspunt daarbij is 'iedereen binnen zijn mogelijkheden een

(niet vrijblijvend) passend aanbod te doen'.

Er wordt gewerkt volgens de maatwerkmethode: in beginsel wordt iemand direct bemiddeld

naar een openstaande vacature vanuit het beginsel 'werk gaat voor inkomen'. Zo niet, dan

wordt een passend traject gezocht. Vrijwilligerswerk, scholing en training, en werkervaring en

begeleiding kunnen hiervan onderdelen zijn. Middelen zoals loonkostensubsidies en

kinderopvang kunnen ondersteunend werken. Uiteindelijk doel is ook hier de uitstroom naar

regulier werk.

De afdeling Sociale Zaken is ambitieus, er vinden echter complicaties plaats in de

verdergaande uitstroom omdat steeds meer wordt doorgedrongen tot de harde kern van

langdurig werklozen, waarin steeds meer geïnvesteerd moet worden om tot uitstroom te

komen. Ook vindt er een zekere afvlakking plaats van de vraag naar werknemers op de

arbeidsmarkt. In het vierde kwartaal van 2001 is het aantal cliënten niet 1 nauwelijks gedaald.

Sluitende aanpak houdt in dat het activeringsbeleid wordt toegepast op alle

uitkeringsgerechtigden die (op termijn) kunnen werken. De afdeling Sociale Zaken heeft

inmiddels de sluitende aanpak voor alle uitkeringsgerechtigden uit fase 2 en 3 gerealiseerd.

Hierbij wordt gebruik gemaakt van de werkgelegenheidsinstrumenten Wiw, Rea en Besluit In

en doorstroombanen en de Regeling kinderopvang en buitenschooise opvang alleenstaande

ouders. Gestreefd wordt nu naar een sluitende aanpak voor de fase 4 uitkeringsgerechtig-

den, waartoe ongeveer 80% van alle uitkeringsgerechtigden die (op termijn) inzetbaar zijn op

de arbeidsmarkt behoort.

Alle casemanagers van de afdeling Sociale Zaken hebben een vast cliëntenbestand. In het

kader van de sluitende aanpak hebben de casemanagers het inzicht in de mogelijkheden

van hun klanten richting arbeidsmarkt. De casemanagers hebben de regiefunctie van alle

handelingen van aanvraag uitkering tot het realiseren uitstroom.

Programmapunt in het Meerjaren Ontwikkelingsprogramma (MOP) is het stimuleren en

bevorderen van ondernemerschap. Voor het potentieel aan startende ondernemers is

dringend behoefte aan een structureel startersbeleid met één informatie- en

ondersteuningsloket. De gemeente is bezig met het doorontwikkelen van een integraal

startersbeleid, bestaande uit de pijlers begeleiding, huisvesting en financiering.

De gemeente neemt deel aan de Benchmark Sociale Diensten, georganiseerd door onder

andere Stimulansz en SGBO met het ministerie Szw als subsidieverstrekker. Deze

benchmark is gericht op de processen en resultaten in een sociale dienst. Heimond neemt

deel in een kring met de gemeenten Tilburg, Breda, Den Bosch, Haarlem, Heerlen,

Leeuwarden, Maastricht en Dordrecht. Doelstelling hierbij is om via vergelijking middels 'het

verhaal achter de cijfers'tot een betere uitstroom, inzet van middelen en werkprocessen te

komen.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 5

CONCEPT

Casemanagement

Vanaf 1996 is de uitvoering van de Sociale Zekerheid aan forse veranderingen onderhevig

geweest. Door de gemeente is omstreeks 1997 reeds een aanvang gemaakt met een

Veranderingstraject en de invoering van het casemanagement.

Zowel qua uitvoering, economisch tij als aard en omvang van het klantenbestand is

sindsdien veel gewijzigd. Op lokaal niveau is de afdeling Sociale Zaken intensief bezig

geweest om de dienstverlening bij deze veranderingen aan te laten sluiten.

Begin 2000 heeft de afdeling Sociale Zaken de eerste fase van het in 1997 ingezette

veranderingstraject afgerond. De bijstandsconsulenten werden casemanagers; de

uitkeringsgerechtigden werden klanten.

De meest elementaire werkprocessen zijn omgevormd om de nieuwe aanpak te

ondersteunen en te faciliteren. Als afronding van dit veranderingsproces was het

noodzakelijk dat casemanagers getraind werden voor de nieuwe werkwijze.

Kennis van wet en regelgeving was namelijk wel voldoende maar met name in de

contactuele sfeer dienden vaardigheden te worden verbeterd. De keus voor dit

opleidingstraject werd uiteindelijk een NLP-training. Dit om met name de communicatieve

vaardigheden van de casemanagers te verbeteren. Goede communicatieve vaardigheden

gelden in dit proces dan ook als randvoorwaarde.

Daarbij kwam dat ook de arbeidsmarkttoeleiders van reïntegratiebedrijven in deze materie

goed onderlegd waren waardoor in de samenwerking met deze consulenten ook vele

"samenwerkingsslagen" konden worden gemaakt.

In samenspraak met de Fontys Hogeschool werd een algemene NLP-training toegesneden

naar de specifieke Heimondse situatie, ambities en scholingsbehoeften. Het resultaat was

een communicatietraining gedurende 7 dagen.

Uit de evaluatie bleek dat men had het gevoel een goed pakket aan instrumentarium

aangereikt te hebben gekregen waarmee nagenoeg elke klant doortastend "bediend" kon

worden.

Na een jaar ontstond de behoefte aan een zgn. NLP-opfriscursus. Bekend is in zijn

algemeenheid dat de vaardigheden in trainingen en scholingen opgedaan na verloop van tijd

enigszins inzakken. Dit wil de afdeling Sociale Zaken minimaliseren en de insteek is

casemanagement verder intensiveren en verdiepen.

Het idee werd gelanceerd om onder leiding van de arbeidsmarkttoeleiders, werkzaam bij het

reïntegratiebedrijf waar de gemeente een contract voor levering van re.i.ntegratietrajecten

mee had gesloten, maandelijks een bijeenkomst van anderhalf tot twee uur te beleggen.

In deze bijeenkomsten, te houden op unit respectievelijk casemanager niveau, zou aan de

hand van casusbehandeling de casemanager met de NLP-bagage kunnen blijven oefenen

en deze op peil houden c.q. nog verder ontwikkelen.

De opzet en doel voor deze bijeenkomsten is:

¿ Wederzijdse kennis 1 vaardighedenoverdracht en versterking hiervan

¿ Platform voor vakinhoudelijke ontwikkelingen

¿ Deskundigheidsbevordering

¿ NLP methodiek verder te integreren en te verankeren binnen de organisatie en

medewerkers.

Op deze wijze is een structurele intervisie als "coachingsmodel on the job" tot stand

gekomen en deze intervisie blijkt goed te werken. In 2001 zijn met alle vier units van Sociale

Zaken dergelijke maandelijkse bijeenkomsten geweest.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 6

CONCEPT

Vanuit de ervaringen die deze bijeenkomsten hebben opgeleverd is tevens een bredere

inventarisatie gemaakt van knelpunten in de organisatie en 1 of werkprocessen. Dit heeft

geleid tot een aantal voorstellen gedaan om dit permanente scholing en vaardighedentraject

nog verder te verbeteren:

¿ Coaching on the job.

¿ Teambuilding.

¿ lnwerkprogramma nieuwe (tijdelijke) medewerkers.

Coaching on the Job (Buddy-model)

Het buddymodel gaat er van uit dat elke consulent een zogenaamde buddy heeft. Aan de

hand van één of een beperkt aantal klanten wordt deze buddy betrokken in het proces wat

de casemanager met zijn of haar klant heeft.

Concreet betekent dit:

¿ Elke casemanager selecteert een klant uit zijn bestand.

¿ Met die klant wordt een traject uitgestippeld wat moet leiden tot activering 1

bemiddeling.

¿ Dit proces met deze klant wordt gecoacht door een collega casemanager en de

betreffende procesmanager (ad hoc arbeidsmarkttoeleider).

¿ De duo's die hiervoor gevormd moeten worden, worden samengesteld door de

procesmanager.

¿ De procesmanager houdt rekening met passendheid en leermogelijkheden van het

duo.

¿ Na eik contact evalueren de casemanagers het gesprek 1 proces.

¿ De procesmanager overlegt structureel met eik duo.

Duidelijk zal zijn dat deze aanpak, voor een beperkt aantal klanten, een heel goed instrument

kan zijn. Er zijn voordelen voor zowel klant als medewerker(s). De te leveren inspanning en

tijd kan gezien worden als een structurele, blijvende kwaliteitsimpuis.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 7

CONCEPT

Professionalisering inkoop en registratie

Door de afdeling Sociale Zaken is een professionaliseringstraject ingezet voor inkoop van

re@integratie trajecten en de wijze van registratie van het cliëntenbestand. Omstreeks oktober

2001 is gestart met de ontwikkeling en beschrijving van een selectiedocument en bestek

voor inkoop van re@integratietrajecten fase 2, 3 en 4 volgens de niet-openbare

aanbestedingsprocedure zoals gedefinieerd in de Europese richtlijn voor

overheidsopdrachten Diensten (92150/EEG), de wijzigingsrichtlijn (97152/EEG) en de

landelijke regelgeving op grond van SUWI. De mogelijkheid voor indienen verzoek voor

deelname is inmiddels gestoten en de gemeente bevindt zich nu in de offertefase.

Overeenkomstig de gestelde termijnen kan per 1 juni 2002 één of meerdere contracten

gesloten worden.

Ook wordt met een aantal (welzijns)instellingen, waar de gemeente een subsidie en inkoop

relatie mee had, middels onderhandse aanbesteding, een contract gesloten. Insteek daarbij

is dat de subsidierelatie vanuit Sociale Zaken wordt afgebouwd in een beperkte periode en

dat tevens professionalisering van de in te kopen producten en verantwoording plaats vindt.

Daarnaast werd de afdeling Sociale Zaken steeds meer geconfronteerd met de problematiek

om cliënten goed in beeld te krijgen, te hebben en te houden. Om in het brede scala van

zorg tot uitstroom kandidaten optimaal te kunnen begeleiden naar in beginsel reguliere

arbeid is een goed automatiseringssysteem onontbeerlijk. Door de afdeling Sociale Zaken

werd dit voorheen gedaan via het uitkeringssysteem met beperkte mogelijkheden om

kandidaten te volgen, aangevuld met verschillende niet gekoppelde databases in Access. De

afdeling Sociale Zaken heeft inmiddels een cliëntvolgsysteem aangekocht waarvan nu de

implementatie zich in een afrondende fase bevindt. Met dit cliëntvolgsysteem krijgt de

afdeling Sociale Zaken betere mogelijkheden om kandidaten gericht te begeleiden naar in

beginsel uitstroom. Zorgtrajecten, sociale activering en gesubsidieerde arbeid kunnen daar

onderdeel in zijn.

Door de gemeente is voorts een openbare aanbestedingsprocedure in gang gezet voor

aanschaf van een nieuw uitkeringssysteem voor haar cliëntenbestand. Invoering van het

nieuwe uitkeringssysteem staat gepland voor begin 2003.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 8

CONCEPT

Experimenten

Project Werktaal

Het project Werktaal is bedoeld voor de doelgroep nieuwkomers in het kader van de WIN.

Het betreft een duaal traject voor inburgering, waarin werken, leren en ervaren in

samenhang met elkaar vorm hebben gekregen. Uitgangspunten bij het project zijn, dat:

¿ Motivatie en betrokkenheid voor inburgering groter is indien dit direct aansluit bij de

directe leefomgeving 1 leefwereid van betrokkenen;

¿ lnburgering meer kans op succes biedt indien voor betrokkene toekomstperspectief

gecreëerd kan worden in de vorm van uitzicht op een baan;

¿ Integratie in samenleving en bedrijfsleven alleen dan goed tot stand kan komen als alle

betrokkenen hier actief in participeren, op elkaar afstemmen en gezamenlijk hiervoor

verantwoordelijkheid dragen.

Een tweede doelgroep binnen het project bestaat uit medewerkers binnen bedrijven, die als

taak hebben als mentor op te treden voor de deelnemende allochtonen. Als zodanig biedt dit

mentorschap een extra mogelijkheid aan (oudere) werknemers om zich verder te ontplooien,

hetgeen weer leidt tot een kennisversterking binnen het bedrijfsleven op het gebied van

reïntegratie van anderstaligen.

Gezien de uitgangspunten van het project wordt een andere aanpak vereist. Er is gekozen

voor werkend leren, voor leren op de werkvloer, vanuit eigen ervaringen. De opzet is een

meerdere partijen aanpak in de vorm van ketendienstverlening. Door de inbreng van

meerdere partijen ontstaat draagvlak, synergie en financiële mogelijkheden.

Het programma valt uiteen in de volgende onderdelen:

¿ werving en selectie

¿ diagnose

¿ werk - leren

Potentiële deelnemers worden door de casemanager van de gemeente Heimond gescreend

aan de hand van een van tevoren opgesteld instroomprofiel. Belangrijk hierbij zijn:

Kansrijk zijn voor slagen in het duaal traject;

Geïnteresseerd zijn in opgeleid worden tot werk;

De kandidaten krijgen na deze eerste selectie een uitgebreide Intake. Hierin wordt m.n.

gekeken naar:

¿ Motivatie en beroepshouding;

¿ Reeds genoten opleidingen of kwalificaties in land van herkomst;

¿ Persoonlijke omstandigheden 1 gezinssituatie;

¿ Voorkeur 1 geschiktheid voor potentiële banen.

Op basis van de indruk van de voorselectie en intake komt de kandidaat wel 1 niet in

aanmerking voor de duaal traject of beter op zijn plek is op een andere plaats.

De diagnose fase is ingebouwd om vast te kunnen stellen wat de 'beginsituatie' is van de

deelnemer t.o.v. de minimumeisen die gesteld zijn aan deelname van leer 1 werktraject dat

bij bedrijven plaatsvindt.

De nadere diagnose vindt individueel plaats in een aantal sessies. Daarbij wordt optioneel

gebruik gemaakt van testmateriaal teneinde capaciteiten, leervermogen, beheersing van de

taal e.d. vast te stellen.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 9

CONCEPT

Ten behoeve van de deelnemers wordt een individueel trajectplan opgesteld. Indien nodig

wordt een voortraject ingezet om de deelnemers de basiskennis 1 vaardigheden te laten

verkrijgen voor deelname aan het werk 1 leertraject. Ook hier wordt gekozen voor duale

aanpak door het opdoen van taal en communicatievaardigheden in omgeving en

samenleving.

Degenen, die de diagnosefase en het voortraject zijn gepasseerd, stromen door naar het

hoofdbestanddeel van het project: het werkleren. In het kader van het project zullen

deelnemers bij voorkeur worden geplaatst bij bedrijven, die aangeven de deelnemer

minimaal 6 maanden werk te willen bieden, waarbij er uitzicht is op een vervolgperiode.

Tevens zijn deelnemende bedrijven bereid om het bedrijfsgedeefte van de training bij hen uit

te laten voeren.

Naast het werken bezoeken de deelnemers gedurende 2 dagdelen per week een

deelnemend Regionaal Opleidingscentrum (ROC). Hier krijgen zij door ROC docenten o.a.

de volgende producten aangeboden: training sociale vaardigheden, taalonderwijs, omgaan

met computers e.d. Zij volgen zoveel mogelijk een individueel programma, waarbinnen ook

groepsgewijze onderdelen.

Doel van dit programma onderdeel is om de volgende aan te brengen:

Kennis van Nederlandse arbeidsverhoudingen, bedrijfsculturen, e.d.;

Kennis van de Nederlandse taal: gestreefd wordt naar een CITO 2 niveau;

Sociale vaardigheden, die vereist zijn om de werknemersrol te spelen;

Kennis en vaardigheden voor de computer, toegesneden op het werk 1 de werkplek van

de deelnemer.

In het project worden de deelnemers zoveel mogelijk gestimuleerd om (daarna) deel te

nemen aan Beroepsbegeleidende leerweg (BBL trajecten van voormalig leerlingwezen). Dit

verschaft hun een eerste startkwalificatie.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 10

CONCEPT

Project Vluchtelingenvrouwen in Beeld

Ook de gemeente Heimond heeft een populatie allochtonen, met name vrouwen, die

onvoldoende deelnemen aan het sociaal maatschappelijk verkeer. Deze groep is

onvoldoende de Nederlandse taal machtig, participeert maatschappelijk niet c.q. nagenoeg

niet in activiteiten en dreigt te 'verkommeren achter de geraniums'.

Uit onderzoek in de gemeente Heimond blijkt behoefte te bestaan aan een project

'vluchtelingenvrouwen'. Dit blijkt met name uit de gehouden behoefte-inventarisatie onder

'Heimondse' instellingen. Betrokken instellingen constateren onder andere het volgende:

Een gering aantal vrouwen wordt bereikt en of toegeleid naar (vervolg)onderwijs en

arbeid

Vluchtelingenvrouwen verkeren in een isolement; de noodzaak om (integratie)activiteiten

te organiseren is groot

Een integrale aanpak is van groot belang. Met integraal wordt het volgende bedoeld:

activiteiten in verschillende sectoren (vrije tijd, onderwijs, arbeid, maatschappelijke

ondersteuning) die door verschillende (werk)organisaties op elkaar afgestemd worden

aangeboden.

Het (nieuwe) aanbod dient zoveel mogelijk in aansluiting op het huidige takenpakket van

betrokken werkorganisaties uitgevoerd worden.

De instellingen en organisaties hebben in de gesprekken hun medewerking aan de

uitvoering van het project toegezegd. Hierbij gaat het om inhoudelijke, uitvoering - en

financiële inzet.

Geconstateerd kan worden dat er een gedegen draagvlak voor activiteiten ten behoeve van

vluchtelingenvrouwen in Heimond aanwezig is. Het ontwikkelde werkmodel biedt kansen en

handvatten voor vluchtelingenvrouwen en werkorganisaties in Heimond.

Door het Bureau voor Emancipatiezaken (Den Bosch) is telefonisch onderzoek verricht bij

diverse organisaties die actief zijn op het gebied van vluchtelingenwerk. Alle geënquéteerde

organisaties ondersteunen het Heimondse initiatief vanwege de integrale aanpak en het

vernieuwende karakter.

Vooralsnog zal gestart worden met activiteiten voor vrouwen met verblijfsstatus. Gaandeweg

de projectperiode zal, in samenwerking met het Heimondse AZC en andere betrokkenen,

gezocht worden naar opties ter financiering van activiteiten die ook gericht zijn op vrouwen

die verblijven in het AZC.

De algemene doelstelling beoogd dat het huidige voorzieningenaanbod wordt afgestemd op

wensen, behoeften en situatie van vluchtelingenvrouwen. Dit betekent concreet:

¿ het realiseren van casemanagement maatschappelijke begeleiding voor

vluchtelingenvrouwen

¿ het starten van zelfhulpgroepen

¿ het realiseren van sociaal-culturele activiteiten voor vluchtelingenvrouwen specifiek en

het toegankelijk maken van bestaande activiteiten in o.a. buurthuizen, vrouwencentrum

¿ het realiseren van een effectief model Trajecten op Maat waarin vrouwen worden

toegeleid naar scholing, arbeid en trajecten Sociale Activering.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond

CONCEPT

De doelstellingen worden gefaseerd gestart:

¿ april 2003: instellingen en organisaties zijn zelfstandig gestart met de uitvoering van

activiteiten

¿ februari 2003- maart 2004: instellingen en organisaties voeren activiteiten uit in

samenhang en samenwerking met derden

Op een werkconferentie in het voorjaar 2002, waarbij alle betrokken instellingen en

organisaties worden uitgenodigd, worden de doelstellingen kwalitatief en kwantitatief (verder)

geconcretiseerd en het definitieve werkplan en werkmodel vastgesteld, waarna gedurende

twee jaar het pilot-project wordt uitgevoerd in Heimond. Na evaluatie en bijstelling wordt het

model definitief vastgesteld en vervolgens als instrument aangeboden aan instellingen,

organisaties en gemeenten (implementatiefase) in andere steden.

Belangrijke uitgangspunten in het project zijn:

¿ activiteiten zijn afgestemd op wensen, situatie van vluchtelingenvrouwen

¿ Heimondse instellingen en organisaties zijn, op basis van taakstellingen, verantwoordelijk

voor de uitvoering van activiteiten

¿ de projectcoördinator vervult een tijdelijke initiërende aanvullende rol

¿ na afloop van de tweejarige projectperiode vinden activiteiten voor vluchtelingenvrouwen

in Heimond (zelfstandig) doorgang

¿ de opgedane ervaringen tijdens de projectperiode vormen de basis voor het definitieve

werkmodel. Evaluatie vindt plaats in samenwerking met betrokkenen:

vluchtelingenvrouwen en (werk)organisaties.

Inmiddels zijn er met een groot aantal betrokken werkorganisaties gesprekken gehouden

waarin het activiteitenplan en inzet in grote lijnen is vastgesteld. De gemeente Heimond

(afdeling Sociale Zaken) heeft de intentie uitgesproken het lokale pilot-project te willen

financieren. Ook de provincie Noord-Brabant heeft cofinanciering toegezegd.

In de vervolg fase worden activiteiten voor vluchtelingenvrouwen voorbereid en uitgevoerd.

De lokale samenwerking - en verantwoordelijkhedenstructuur wordt definitief geregeld. Het

pilot-project is op het einde van deze fase geëvalueerd en beschreven.

Tijdens de tweejarige uitvoeringsfase worden de volgende activiteiten uitgevoerd:

¿ Zelfhulpgroepen voor vluchtelingenvrouwen

¿ Maatschappelijke begeleiding

¿ Sociaal-culturele activiteiten

¿ Trajecten op maat

¿ Kinderopvang

¿ lnterculturalisering 'deskundigheid op maat'

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 12

CONCEPT

Project fnburgering

Door de gemeente is het besluit genomen om inburgering een forse impuls te geven. Dit

mede onder druk van de Tweede Kamer, de Taskforce lnburgering i.c. ministerie van BZK en

na signalering vanuit interne en externe belanghebbenden. De problematiek kan algemeen

samengevat worden als het ontbreken van integraal inburgeringbeleid voor oud- en

nieuwkomers.

De doelstelling van het project is het organiseren van (bestuurlijke én ambtelijke) regie en

sturing via drie sporen. De sporen bestaan uit:

¿ Integraal (integratie)beleid vanuit inburgeringperspectief en leefbaarheidperspectief

(bestuurlijke prioriteiten)

¿ Doelmatige en doelgerichte inzet van middelen die voor inburgering kunnen worden

gebruikt door ontschotting van budgetlijnen (bestuurlijke regie)

Professionele inkoop vanuit inburgeringperspectief en bedrijfsvoeringperspectief

(bestuurlijke regie)

Het project is er op gericht dat er na afronding de volgende resultaten zijn:

¿ Beleidsdocument waarin integrale missie met betrekking tot integratie vanuit

inburgeringperspectief en leefbaarheidperspectief voor oudkomers en nieuwkomers.

¿ Werkdocument waarin de missie gekoppeld wordt aan een advies met betrekking tot

de doelmatige en doelgerichte inzet van middelen beschikbaar voor inburgering en

een advies over de positionering van inburgering binnen de 'nieuwe' organisatie.

¿ Plan van aanpak, ter voorbereiding op de daadwerkelijke veranderingen

De opbrengsten voor de belanghebbende op middellange en lange termijn kunnen als volgt

samengevat worden:

¿ Verantwoorde besteding en rapportage van onder andere GSB middelen t.b.v.

inburgering (WIN, oudkomer middelen, WEB),

¿ Verantwoorde managementinformatie op basis waarvan (besturing kan

plaatsvinden,

¿ Professioneel inburgeringbeleid voor oud- en nieuwkomers met optimaal rendement,

e Output gestuurde financiering (toekomstperspectief van BZK 1 OCW 1 VWS)

¿ Professionele invulling van de beleids- en bestedingsruimte die de gemeente krijgt in

de bijdrageregelingen van het Rijk

¿ Zakelijke en professionele relatie met uitvoerende instanties

¿ Beleidsdocument, werkdocument en plan van aanpak waarmee invulling wordt

gegeven aan de verbeterimpuis voor wat betreft inburgering

¿ Professionele invulling van de centrumfunctie van Heimond op het terrein van

educatie en inburgering

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 1 3

CONCEPT

lntensivering Armoedebeleid

De 'Startnotitie invulling armoedebeleid' van oktober 2000 heeft als uitgangspunten ter

verbetering van de situatie van ongeveer 3000 Heimondse huishoudens met

armoedeproblematiek:

¿ Maatwerk over en weer.

Voor wat hoort wat: álie voorzieningen die kunnen bijdragen aan verbetering van de

specifieke situatie van een cliënt komen aan bod. De cliënt op zijn beurt doet alles

wat van hem (bijvoorbeeld richting werk of oplossing van de schuldenproblematiek)

kan worden verlangd om zijn situatie te verbeteren.

¿ Een actieve individuele benadering.

Door de mensen thuis te bezoeken en spreekuren te houden in verzorgings- en

verpleeghuizen en woonzorgcentra.

De verdere uitwerking is opgedragen aan een interne werkgroep. Aan de hand van een

notitie van deze werkgroep zijn een aantal principekeuzes gemaakt, zoals:

¿ De gehele doelgroep wordt in drie jaar benaderd,

¿ Iedereen krijgt een huisbezoek, tenzij men aangeeft daar geen prijs op te stellen.

¿ De huisbezoeken worden afgelegd door gespecialiseerde medewerkers. De case-

managers zijn betrokken bij het vervolg (zoals afwerken aanvragen, aangeven wat

van de cliënt wordt verwacht etc.).

¿ Verder zijn als aandachtspunten onder meer geformuleerd: gedegen opleiding van

degenen die de huisbezoeken afleggen, verbeteren van de gebruiks- en

klantvriendelijkheid van formulieren, en goede richtlijnen en werkinstructies.

De Stichting Leergeld is gevraagd uitvoering aan het project te verlenen. Zij verleent in haar

huidige opzet financiële en 1 of materiële hulp aan kinderen van 4 jaar tot en met 18 jaar, die

in hun ontplooiing tekort dreigen te schieten, omdat het gezin waartoe ze behoren

onvoldoende financiële middelen heeft en de voorliggende voorzieningen ontoereikend zijn.

De intermediairs van Leergeld zijn langdurig werkloze ervaringsdeskundigen uit de

doelgroep (lage drempel) die op vrijwillige basis de aanvragers middels een huisbezoek

benaderen. Voor de intermediairs betekent dit meer zelfvertrouwen en zelfontplooiing, het

gevoel 'er weer bij te horen', het opdoen van sociale en praktische vaardigheden en het

vergroten van hun kansen op arbeidsintegratie.

De Stichting Leergeld staat positief tegenover een vorm van samenwerking. Het mes zou

dan aan meer kanten snijden:

¿ De doelgroep benadert de doelgroep.

¿ Een groter bereik van de doelgroep.

¿ Leergeld verleent op dit moment hulp waar de voorliggende voorzieningen

ontoereikend zijn.

¿ Sociale activering van de intermediairs.

Uiteraard zijn er zaken die bij een benadering van de doelgroep in deze vorm in het bijzonder

de aandacht verdienen:

¿ De intermediairs moeten zijn toegerust voor het werk dat van hen wordt verwacht.

¿ De continuïteit moet zijn gewaarborgd.

¿ De privacy moet zijn gewaarborgd.

Van de nieuwe werkwijze wordt (voor klant en organisatie) optimaal gebruik gemaakt indien

de huisbezoeken door de intermediairs resulteren in concrete aanvragen die nog slechts bij

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 14

CONCEPT

Sociale Zaken 'administratief', middels ciaimbeoordeling, rapportage, beschikking en

betaling, verwerkt hoeven te worden.

De intermediairs moeten voorts steeds kunnen beschikken over goede informatie middels

richtlijnen, werkinstructies en anderszins. In dit verband is intern al de behoefte aangegeven

aan een uitgebreide Sociale kaart en normering van wat nodig is.

In het kader van de continuïteit wordt gedacht aan een persoonlijk groeimodel voor de

intermediairs om zelf interessant te worden voor de (reguliere) arbeidsmarkt. Mogelijkheden

in dit verband zijn:

¿ Een gesubsidieerde arbeidsplaats.

Bijvoorbeeld een Wiw-dienstverband.

¿ Vrijwilligerswerk met een vergoeding.

Hiervoor zou kunnen worden aangesloten bij het project Sociale Activering dat onder

bepaalde voorwaarden een vergoeding voor onbetaalde activiteiten (van in beginsel

minimaal 16 uur per week) kent.

Gedacht wordt aan een vaste kern van intermediairs met een gesubsidieerde arbeidsplaats

voor 32 of 36 uur per week. Ook kan een aantal intermediairs voor een wat beperkter aantal

uren als vri williger aan de slag. Zij ontvangen een vergoeding en kunnen wellicht later

doorstromen naar een gesubsidieerde arbeidsplaats.

Met het oog op de werkwijze dienen de nodige voorbereidende werkzaamheden te worden

verricht. Met een aantal is inmiddels een aanvang genomen. De belangrijkste

werkzaamheden in dit verband zijn:

¿ Ontwerpen van inlichtingen- en aanvraagformulier en checklisten

¿ Vereenvoudiging regelingen en voorzieningen

¿ Ontwerpen van richtlijnen en werkinstructies e.d.

Selectie van de doelgroep (in volgorde van duur minimumuitkering) uit het

uitkeringsbestand en OZB-kwijtscheidingsbestand

Werven van de intermediairs.

In de loop van 2002 kan worden gestart, in eerste instantie met de opleiding van de

intermediairs, waarna de eerste huisbezoeken volgens de nieuwe werkwijze worden

afgelegd.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 1 5

CONCEPT

Project Proloog

inleiding:

Door de gemeente Heimond is aan aanbidders de vraag voorgelegd of deze organisaties

dienstverlening kan aanbieden die er op gericht is cliënten met psychische beperkingen van

de gemeentelijke sociale dienst voor te bereiden op een traject naar arbeid. Daarop hebben

een tweetal reïntegratiebedrijven (contractpartners van de afdeling Sociale Zaken)

toegezegd hierin te kunnen voorzien.

Probleemstelling:

Zoals vele gemeenten kent ook de gemeente Heimond het fenomeen van personen die

(langdurig) zijn aangewezen op een uitkering van de sociale dienst om redenen van

psychische aard. Daarbij wordt gedacht aan percentages van 30- 40% van het totale

bestand.

Voor een aantal van deze cliënten geldt dat zij geholpen kunnen worden via de methode

Proloog. Uitgangspunt daarbij is dat de dienstverlening zich richt op personen voor wie

plaatsing in duurzame betaalde arbeid binnen ca. 2 jaar mogelijk wordt geacht. Op grond

van dit uitgangspunt kan een aantal mensen niet geholpen worden. Bij een deel van deze

mensen komt dit doordat de psychische beperkingen al dan niet gecombineerd met andere

soorten problematiek van een dusdanige aard zijn dat duurzame betaalde arbeid ook op

termijn geen optie is. Bij andere is sprake van een situatie waarbij dat op het moment van

onderzoek niet aan de orde is. Dit omdat een arbeidstoeleiding traject zich op dat moment

niet verdraagt met behandeling door de medische sector (met name GGZ) of doordat een

traject voorafgegaan dient te worden door andere vormen van ondersteuning zoals

arbeidsrehabilitatie, oplossing schuldproblemen etc.

Door de afdeling Sociale Zaken is aangegeven dat er bij een behoorlijk aantal cliënten

sprake is van een situatie dat men niet of in onvoldoende mate gebruik maakt van

noodzakelijke hulpverlening. Dit kan gaan om het niet raadplegen van huisarts, psycholoog

of psychiater terwijl dit wel noodzakelijk wordt geacht of om het niet trouw zijn aan een

ingezette noodzakelijk geachte therapie. Voor de casemanagers blijkt het moeilijk grip te

krijgen op deze situatie, niet in de laatste plaats omdat ze doorgaans niet over de expertise

beschikken de gedragingen van deze cliënten in het juiste perspectief te plaatsen. Door dit

alles ontwikkelen deze cliënten zich vaak tot de 'blijvers in de bijstand'.

Door de gemeente wordt gezocht naar een methode om deze mensen positief in beweging

te krijgen, in beginsel met als resultaat een traject naar duurzame betaalde arbeid. Wanneer

dat niet mogelijk is naar vormen van gesubsidieerde arbeid of sociale activering. Minimaal

wordt een analyse nagestreefd van de aard van de problematiek en het perspectief daarvan

op termijn.

Oplossing:

Door de reïntegratiebedrijven is voorgesteld de expertise die zij hebben opgebouwd binnen

de op deze doelgroep gespecialiseerde dienstverlening in te zetten als 'proloog' op

toekomstige trajecten. Dat zou kunnen door de gespecialiseerde medewerkers in te zetten

bij het nader analyseren van de gesignaleerde problematiek, een aanpak te initiëren en het

verloop daarvan te monitoren. Uitgangspunt daarbij is dat zoveel mogelijk gebruik wordt

gemaakt van voorliggende voorzieningen ter bestrijding van de gesignaleerde problemen. Dit

geldt zowel t.a.v. de in te schakelen hulpverleners als de in te zetten middelen (ziekenfonds,

AWBZ, etc.). Dat betekent dat de specialistische medewerker zich niet als hulpverlener gaat

gedragen en niet a-priori een beroep wordt gedaan op de middelen van de gemeente ter

financiering van hulpverlening waar die zich wel bereid heeft verklaard daarvoor zonodig

middelen voor beschikbaar te stellen.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 1 6

CONCEPT

De proloog bestaat uit twee delen. In het eerste deel ligt het accent op de probleemanalyse

en het starten met de aanpak ervan. Het tweede deel richt zich met name op monitoren van

het uit te voeren plan van aanpak.

Omdat de problematiek zich zeer divers kan aanbieden en er nog geen specifiek ervaring is

opgedaan met het op deze wijze inzetten van de expertise, wordt de dienstverlening

aangeboden in de vorm van een project, in eerste instantie gericht op een beperkt aantal

cliënten. In eerste instantie wordt gedacht aan ongeveer 15 kandidaten. Uiteraard vindt er

gedurende het traject monitoring en een evaluatie plaats.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 1 7

CONCEPT

Project Heimond Actief

Op basis van de Kernstadvisie heeft de gemeente Helmond in november 1999 het Meerjaren

Ontwikkelings Programma (MOP) opgesteld. In het Meerjaren Ontwikkelings Programma

staan drie hoofdonderwerpen centraal:

¿ Versterking en verbreding van de economische functie van de stad als geheel;

¿ Versterking van de economische, culturele, toeristische en recreatieve functie van het

stadscentrum (centrumontwikkeling)

Versterking van het woon-, leef-, en werkklimaat van de wijken (wijkontwikkeling).

Binnenstad-Oost is één van de drie aandachtgebieden waarvoor een wijkontwikkelingsplan

is opgesteld. Het doel is om Binnenstad-Oost zowel economisch, fysiek als sociaal te

vernieuwen. De wijk Binnenstad-Oost heeft te maken met een hoog percentage werkloos

werkzoekende inwoners.

De verwachting is dat werkloze werkzoekenden ten tijde van grootschalige

renovatiewerkzaamheden in de woonwijk en 1 of veranderingen in de woonomgeving een

grotere bereidheid vertonen zich te (her)oriënteren op hun sociaal-economische positie.

Voor de aanpak van de problemen ten aanzien van werkloze werkzoekenden in de wijk

Binnenstad-Oost is aan Sociale Zaken verzocht een project "intensivering casemanagement"

op te zetten. Het project heeft de naam 'Heimond Actief' gekregen.

Het project is een onderdeel van het totale plan Binnenstad-Oost. Een integrale aanpak van

de wijk is dan ook het streven. Om het project Heimond Actief te doen slagen wordt

samengewerkt met een drietal partijen (twee reïntegratiebedrijven en Fontys Hogeschool)

welke reeds de expertise in huis hebben om met de betreffende doelgroepen op een

adequate aan het werk te gaan, in het bezit zijn van een uitgebreid netwerk en waar de

reïntegratiemiddelen Sociale Zaken op een efficiënte wijze kunnen worden ingezet. Het

project wordt op een locatie in de Binnenstad-Oost, Heistraat 105, uitgevoerd

Een belangrijk deel van de doelgroep betreft langdurig werklozen (fase 4), mensen die niet

direct bemiddelbaar zijn naar werk. Zij hebben dikwijls te maken met meerdere sociale

problemen: o.a. schulden, fysieke en psychische gezondheidsklachten, zorgplichten ten

aanzien van familieleden, soms ook familiale conflicten, justitiële en verslavingsperikelen,

enz.

De laatste jaren lag de nadruk van het beleid op doorstroming naar de arbeidsmarkt. Ook

sociale activering (o.a. vrijwilligerswerk) wordt in beginsel gezien als opstap naar een

arbeidstraject. Soms is dit een reële haalbare doelstelling. Voor een grote groep is dit echter

geen reëel perspectief, zeker niet op korte termijn.

Het speerpuntproject Heimond Actief betreft een combinatie van een "ontwikkelingstraject"

en een "uitvoeringstraject", die tegelijkertijd in samenhang met elkaar worden gerealiseerd.

In een eerste fase (eerste werkjaar) heeft het "uitvoeringstraject" het karakter van een "pinot"

(experimenteer- en opbouwfase) en is er tegelijkertijd veel aandacht voor "ontwikkeling". In

een volgende fase krijgt het "uitvoeringstraject" een vastere vorm en wordt ontwikkeling

vertaald naar "ondersteuning bij verdere implementatie en ontwikkeling op specifieke nader

te bepalen onderdelen".

Het uitvoeringstra*ect heeft betrekking op:

het ontwikkelen van contacten met de doelgroep: hierbij worden verschillende

benaderingen gehanteerd, o.a. "formeel aanschrijven" zoals nu reeds gebeurd, maar

ook informeel aanspreken via sociale netwerken en activiteiten, huisbezoeken,

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 18

CONCEPT

folders, e.d.

¿ opzetten van samenwerking met het lokale sociale netwerk in de buurt, gericht op

het bereiken van de doelgroep én het inspelen op activiteiten, voorzieningen en

andere mogelijkheden in de buurt

¿ het opzetten van individuele activeringstrajecten, gebaseerd op een bredere intake,

combinatie van activiteiten, inschakelen van verschillende instrumenten (zorg en

welzijn, vrijwilligerswerk, trajectbemiddeling); daarnaast kan ook gedacht worden aan

groepsgerichte activeringsprogramma's;

¿ het aansluiten op lokale ontwikkelingen en projecten in de buurt: o.a. de sociale

begeleiding van mensen die te maken hebben met herhuisvesting, het

jongerenproject, het ICT 1 digitaal trapveld, projecten gericht op allochtoon

ondernemerschap, het omzetten van informele naar formele bedrijvigheid,

activiteiten en projecten van lokale bewonersgroepen gericht op het verbeteren van

de lokale leefomgeving.

De ontwikkeling en ondersteuning heeft betrekking op:

Ondersteuning van de methodiekontwikkeling vanuit het samenvoegen van "case-

management", "integrale trajectbemiddeling" en "sociale activering": ontwikkelen van

nieuwe werkprocessen en methodische benaderingen ten aanzien van

contactieggen, intake, trajectbegeleiding en -bemiddeling, op basis van reeds

aanwezige kennis en deskundigheid;

Ontwikkelen van samenwerkingsrelaties tussen de uitvoerders van het

speerpuntproject en de lokale sociale en functionele netwerken in de wijk;

¿ Ontwikkelen van synergie met andere speerpuntprojecten van "Vernieuwing

Binnenstad Oost";

¿ Het trainen en coachen van de betrokken uitvoerders en de nieuwe samenwerkings-

netwerken.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 1 9

CONCEPT

Handhavingsbeleid

Door de gemeente vinden op diverse vlakken ontwikkelingen plaats voor een intensivering

van het handhavingsbeleid.

Algemeen

In de gemeente wordt het casemanagement model gehanteerd waarbij de casemanager

verantwoordelijk is voor een vast aantal cliënten. De verantwoordelijkheid reikt van intake via

uitbetaling tot en met uitstroom. De casemanager hanteert maximaal de wettelijk

vastgestelde termijnen als tijdruimte voor het door de aanvrager 1 cliënt kunnen inleveren van

de diverse gegevens en bewijsstukken. Bij het in gebreke blijven van de aanvrager 1 cliënt

wordt de zaak afgehandeld met gebruikmaking van de daartoe bestaande wettelijke

mogelijkheden.

De verstrekte gegevens en bewijsstukken worden door de casemanager gecontroleerd op

juistheid en volledigheid via de daartoe ter beschikking staande diensten en instellingen. Bij

het in gebreke blijven van de aanvrager 1 cliënt wordt de zaak afgehandeld met

gebruikmaking van de daartoe bestaande wettelijke mogelijkheden.

De periodieke heronderzoeken op doelmatigheid en rechtmatigheid worden overeenkomstig

vastgestelde termijnen uitgevoerd. De casemanager hanteert bij de afwerking de termijnen

waarbinnen het heronderzoek afgewerkt dient te zijn zoals aangegeven in wettelijke

bepalingen en het onderzoeksplan. De termijnen worden bewaakt.

Bij aanvragers 1 cliënten die niet direct terug naar de arbeidsmarkt kunnen worden geleid,

wordt via casemanagement de maatwerkmethode toegepast en een passend traject

gezocht. De casemanager beoordeelt in samenwerking met een bemiddelaar van het

reïntegratiebedrijf wat voor de individuele cliënt de meest aangewezen weg is naar

(reguliere) arbeid. De regiefunctie in dit proces tussen bemiddelaar en casemanager ligt bij

de casemanager. De casemanager past daarbij de wettelijk toegestane mogelijkheden toe

en draagt zorg dat termijnen gehandhaafd worden.

Onderzoek naar arbeidsmarktperspectief vindt in beginsel bij eik regulier heronderzoek

plaats. Indien de situatie van de cliënt daartoe aanleiding geeft, gelet op bijvoorbeeld

activiteiten van de cliënt, leeftijd o.i.d., vindt een tussentijds deelonderzoek afwijkend van het

onderzoeksplan plaats specifiek gericht op arbeidsmarktperspectief.

Gegevensuitwisseling met derden instanties (b.v. reïntegratiebedrij@ wordt uitgevoerd op

zowel cliëntniveau als op managementniveau. Gegevensuitwisseling wordt zowel schriftelijk

als digitaal uitgevoerd. Per kwartaal wordt middels het door de deelnemende reïntegratie

bedrijven aangeleverde kwartaalverslag overleg gevoerd en vindt zonodig besturing en nader

werkoverleg plaats.

Door de gemeente wordt naast reguliere reïntegratiebedrijven met diverse andere

organisaties (welzijnsinstellingen) samengewerkt om de inschakeling van

bijstandsgerechtigden in het arbeidsproces te bevorderen. Daartoe worden trajecten

ingekocht variërend van trajecten voor fase 2 tot fase 4 en van vrijwilligerswerk tot

dagopvang.

Sociale Recherche

¿ Ontwikkeling Risicoprofiel.

Sociale recherche is inmiddels projectmatig bezig om gegevens te onderzoeken op basis

waarvan een lokale risicobeoordeling en een risicoprofiel wordt gemaakt. In den lande

worden meerdere initiatieven op dit vlak ondernomen maar er is nog geen uitontwikkelde

methodiek. Het voornemen is om een nieuwe methodiek in te kunnen zetten, waarmee

een extra impuls kan worden gegeven aan controle en activering.

¿ Ondersteuning.

Het klantgebonden werken bij Sociale Zaken, met voor elke case-manager een vast

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 20

CONCEPT

klantenbestand, heeft geleid tot beter zicht op fraude. Het aantal verzoeken tot

ondersteuning is daardoor fors toegenomen. Het blijkt bovendien een van de beste

manieren om fraude te voorkomen en te bestrijden. Ondersteuning is dan ook een item

dat voorrang heeft gekregen:

¿ Zelfstandige onderzoeken.

Met de nieuwe werkwijze -rechtstreekse rapportage aan de beslissingsbevoegde bij

Sociale Zaken- is een kwaliteitsslag gemaakt met betrekking tot de doorlooptijden.

¿ Participatie multidisciplinaire onderzoeken en projectmatige aanpak.

Actuele ontwikkelingen op dit gebied betreffen.

- De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD).

De SIOD is bedoeld voor complexe vormen van zware criminaliteit op het terrein van

sociale zekerheid en werkgelegenheid, en fraude die dit terrein overschrijdt. Het plan

was om de opsporingstaken bij sociale recherche weg te halen en die over te

brengen naar de SIOD. Op basis van voortschrijdend inzicht is men nu tot de

conclusie gekomen dat sociaal rechercheurs bij de gemeenten hun volledige

bevoegdheden dienen te behouden om hun werk naar behoren te kunnen doen.

- Stimulansz.

Deze nieuwe stichting neemt het voortouw om te kijken naar mogelijke verbeteringen

in de fraudebestrijding. Onder andere wordt gedacht aan opschaiing van bestaande

samenwerkingsverbanden van sociale recherche.

Het bureau Sociale recherche is een sterk voorstander van samenwerking en neemt

daartoe regelmatig initiatieven. De zoektocht naar nieuwe en verbeterde

handhavingmethodieken blijft permanent in ontwikkeling om daarmee ook een

kwaliteitsverbetering in de fraudebestrijding te bewerkstelligen.

¿ Samenwerking met andere gemeenten.

Mede op initiatief van de gemeente Heimond is er een nauw samenwerkingsverband

ontstaan tussen de 5 grote steden in Brabant op het gebied van sociale recherche. Deze

samenwerking zal in 2002 geïntensiveerd worden ten behoeve van:

- Hoogwaardige Handhaving middels controle op maat: situaties en categorieën waar

op basis van analyse van cijfers, tips en ervaringen meer risico's worden

verondersteld, worden intensiever gecontroleerd.

- Het benoemen van de werksoorten 1 producten om een goede benchmark te kunnen

uitvoeren.

Er zal ook gekeken worden naar de mogelijkheden van nog verdere samenwerking in de

regio Peelland, onder andere in het kader van het lnlichtingenbureau.

¿ Sociale recherche is bezig om een 'training fraudealertheid'te ontwikkelen voor de case-

managers. In deze training wordt onder andere aandacht besteed aan de lokale

risicobeoordeling en risicoprofielen. In den lande worden meerdere initiatieven op dit vlak

ondernomen, maar er is nog geen volledige uitontwikkelde methodiek. Daarnaast wordt

het accent gelegd op de 'controle op maat' principe. Het sluit bovendien aan bij de

kennisbank'Hoogwaardige Handhaving Abw'zoals dat door het Ministerie van Szw is

ontwikkeld.

¿ Sociale recherche heeft binnen de huidige formatie een splitsing aangebracht tussen

controle en opsporing. Deze proef is gestart naar aanleiding van een kabinetsbesluit tot

de vorming van de SIOD (Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst) waarbij het

Ministerie van justitie een aantal randvoorwaarden heeft gesteld. Vanaf 1 juli 2001 zijn 3

rechercheurs als'controleambtenaar'werkzaam. Zij werken op basis van de

controlemogelijkheden van de Algemene bijstandswet en leggen het accent op de

rechtmatigheid van de uitkering indien fraude wordt vastgesteld < e 6000 dan handelt

men dat in de controlesfeer af. Daarboven vindt overdracht plaats naar "opsporing",

waarvoor nog 2 fte's beschikbaar zijn. Ondanks de korte ervaringen heeft deze werkwijze

over het algemeen meer voor- dan nadelen. Het grote voordeel bij de

controleonderzoeken zijn de lage doorlooptijden en de resultaten die geboekt worden. Er

worden korte slagen gemaakt en huisbezoeken afgelegd. Vaak kan een kromme situatie

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Helmond 21

CONCEPT

worden rechtgezet. Het is bij uitstek een middel dat de uitstroom bevordert. Als knelpunt

wordt de "warme overdracht" naar opsporing ervaren. Bij constatering van fraude tijdens

een controleonderzoek wordt weliswaar gestreefd om het onderzoek aansluitend door

@lopsporing" te laten afwerken, maar dit levert in de praktijk capaciteitsproblemen op bij

"opsporing". Inmiddels is al wel duidelijk dat er extra capaciteit noodzakelijk is om het

experiment echt kans van slagen te geven.

Over de eerste ervaringen is contact geweest met het Ministerie van Szw.

Het bureau sociale recherche is inmiddels projectmatig bezig om gegevens te onderzoeken

op basis waarvan een lokale risicobeoordeling en een risicoprofiel wordt gemaakt. In den

lande worden nu meerdere initiatieven op dit vlak ondernomen maar er is nog geen uit

ontwikkelde methodiek. Het voornemen is om een nieuwe methodiek in te kunnen zetten.

Hiermee kan extra impuls gegeven worden aan controle en activering.

Mede op initiatief van de gemeente Heimond is er een nauw samenwerkingsverband

ontstaan met de 5 grote steden in Brabant, op het gebied van sociale recherche. Deze

samenwerking zal in het komende jaar geïntensiveerd worden op de gebieden

Hoogwaardige Handhaving (controle op maat) en het benoemen van de werksoorten 1

producten om daarmee de benchmark vergelijking beter te kunnen uitvoeren.

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 22

CONCEPT

Afkortingen

Abw Algemene bijstandswet

AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten

AZC Asielzoekerscentrum

BZK Ministerie van Binnenlandse Zaken en Konink@ijksrelaties

GGZ Gemeenschappelijke Gezondheidszorg

GSB Grote Stedenbeleid

ICT Informatie en comminicatie technologie

NLP Neuro Lingufstisch Programmeren

ocw Ministerie van Onderwijs- Cultuur Wetenschappen

OZB Onroerende zaakbelasting

Rea Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten

ROC Regionaal Opleidingscentrum

vws Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

WEB Wet educatie beroepsonderwijs

Win Wet inburgering nieuwkomers

Wiw Wet inschakeling werkzoekenden

Agenda van de Toekomst Plan van Aanpak gemeente Heimond 23

Uw Reactie
Uw Reactie