• Bestuur
  • Raadsvoorstellen RV 198 wijziging VO premiebeleid en inkomensvrijlating

Raadsvoorstellen RV 198 wijziging VO premiebeleid en inkomensvrijlating

Documentdatum 04-09-2001
Bestuursorgaan Gemeenteraad
Documentsoort Raadsvoorstellen
Samenvatting

GEMEENTERAAD VAN HELMOND

Bijlage: 198

Raadsvergadering d.d.: 4 september 2001

B&W d.d.: 3 juli 2001

Dienstlafd.: AW.SOZA

Onderwerp: wijziging van de Verordening premiebeleid en inkomensvrijlating

Heimond

Aan de gemeenteraad,

In het voorjaar van 2000 kreeg het thema "armoedeval" veel politieke aandacht. In navolging van

onderzoeken naar en rapportages over de armoedeval besloot de minister van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid tot het instellen van een zogeheten werkaanvaardingssubsidie. Bedoeling van de

subsidie is enerzijds te stimuleren dat uitkeringsgerechtigden en mensen in een WIW dienstverband

uitstromen naar reguliere arbeid en anderzijds dat het teruggelopen recht op inkomensafhankelijke

voorzieningen als gevolg van het verkrijgen van een hoger inkomen (gedeeltelijk) gecompenseerd

wordt. De minister heeft met de VNG overlegd over de wijze waarop de werkaanvaardingssubsidie

geregeld moest worden. De uitkomsten van het overleg vormden de basis voor wijziging van de Wet

inschakeling werkzoekenden (WIW) en de Regeling uitvoering en financiering WIW (Ruf).

Uitgangspunt is dat de premie gemeenten geen geld kost. Met ingang van 1 januari 2001 kunnen

gemeenten aan bijstandsgerechtigden en personen die werkzaam zijn in een gesubsidieerd

dienstverband op grond van de Wiw, een eenmalige subsidie verstrekken om deze personen te

stimuleren tot het aanvaarden van reguliere niet gesubsidieerde arbeid, zonder dat daarnaast nog een

beroep wordt gedaan op een algemene bijstandsuitkering op grond van de Algemene bijstandswet

(Abw), of een uitkering op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) of de Wet inkomensvoorziening oudere en

gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Om te voorkomen dat het

stimulerende effect van deze zogenoemde werkaanvaardingssubsidie teniet wordt gedaan door

verminderde aanspraken op inkomensafhankelijke regelingen - de zogenoemde armoedeval - wordt

de premie geheel buiten de belastingheffing gehouden, dat wil zeggen ook buiten de eindheffing voor

de loonbelasting.

De nieuwe premieregeling is opgenomen in artikel 3, tweede tot en met vierde lid, van de WIW in

samenhang met artikel 1 1 b van de Wet op de loonbelasting 1964, zoals deze wetten z n gewijzigd bij

het Belastingplan 2001.

In de WIW (artikel 3, lid 2), is de bovenomschreven werkaanvaardingssubsidie geregeld. Het artikellid

bevat de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om de premie buiten de belastingheffing te

kunnen houden. Op grond van dit artikel worden bij ministeriële regeling regels gesteld over het

bedrag van de werkaanvaardingssubsidie, de tijdstippen van en de voorwaarden voor de betaling

alsmede over de gegevens die bij de aanvraag van de premie door de belanghebbende worden

verstrekt.

Het gemeentelijk beleid met betrekking tot het verstrekken van de werkaanvaardingssubsidie moet

worden opgenomen in een verordening van de gemeente.

Wij stellen u voor bijgaande wijziging "Verordening loonkostensubsidie werkervaringsplaatsen Wiw

Heimond" vast te stellen.

Gemeenteraad van Heimond blz. 1

Bijlage: 198

Het advies van de commissie welzijn, sociale zaken en culturele centrum projecten zal, na ontvangst,

voor u ter inzage worden gelegd.

Burgemeester en wethouders van Heimond,

De burgemeester,

Mr. W.J.B.M. van Eik.

De secretaris,

Mr. A.C.J.M. de Kroon.

Gemeenteraad van Heimond blz. 2

Bijlage: 198

BESLUIT

Bijlage: 198

Raadsvergadering d.d.: 4 september 2001

De raad van de gemeente Heimond;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 juli 2001.

gelet op de bepalingen van de Gemeentewet en artikel 3 van de Wet inschakeling werkzoekenden-,

besluit-

vast te stellen de volgende verordening tot wijziging van de Verordening Premiebeleid en

lnkomensvrijlating Heimond

Artikel 1

De Verordening Premiebeleid en lnkomensvrijlating Heimond wordt gewijzigd als volgt:

A In de aanhef van de verordening wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

Wet inschakeling werkzoekenden,

B In artikel 1 wordt gewijzigd:

b. uitkeringsgerechtigde: degene die een uitkering ontvangt. In het geval sprake is van een

gezamenlijke huishouding zoals genoemd in artikel 3 Abw, wordt onder

uitkeringsgerechtigde tevens de partner verstaan waarmee de gezamenlijke huishouding

wordt gevormd;

C. dienstbetrekking: een arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:610 van het

Burgerlijk Wetboek dan wet een aanstelling a s am naar a s oe in arti eerste

lid van de Ambtenarenwet;

C In artikel 1 wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

d. werkaanvaardingssubsidie: de eenmalige subsidie als bedoeld in artikel 3, tweede lid,

van de Wet inschakeling werkzoekenden.

D Artikel 2 wordt vervangen door een nieuw artikel 2, luidende:

Artikel 2 Werkaanvaardingssubsidie

1 . Burgemeester en wethouders kennen een werkaanvaardingssubsidie toe aan:

a. de uitkeringsgerechtigde die op of na 1 januari 2001 arbeid in een dienstbetrekking

aanvaardt of werkzaamheden als zelfstandige gaat verrichten waarmee volledig in

de noodzakelijke kosten van bestaan kan worden voorzien;

b. de persoon met een WIW-dienstbetrekking of WIW werkervaringsplaats die op of

na 1 januari 2001 arbeid in een dienstbetrekking aanvaardt of werkzaamheden als

zelfstandige gaat verrichten waarmee volledig in de noodzakelijke kosten van

bestaan kan worden voorzien;

Gemeenteraad van Heimond blz. 1

Bijlage:198

2@ Het recht op de werkaanvaardingssubsidie bestaat slechts indien voldaan wordt aan de

voorwaarden zoals gesteld in de Regeling uitvoering en financiering,Wet inschakeling

werkzoekenden (Ruf).

Artikel 11

A Overgangsbepäiing

Die uitkeringsgerechtigde die op of na 1 januari 2001 tot datum vaststelling van deze wijziging

door de Raad van de gemeente Heimond, een dienstbetrekking zijn aangegaan en voldoen aan

de Criteria als bedoeld in artikel 2 (oude regeling) van de Verordening Premiebeleid en

lnkomensvrijlating Heimond en voldoen aan de criteria als bedoeld in het nieuwe artikel 2 van

de Verordening Premiebeleid en lnkomensvrijlating Heimond (zoals aangegeven in artikel 1 sub

d van deze wijziging), kunnen naar eigen keuze aanspraak maken op de uitstroompremie (oud)

of de werkaanvaardingssubsidie (nieuw), mits zij aan de in de van toepassing zijnde artikelen

genoemde voorwaarden voldoen.

Artikel 111

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2001.

Aldus besloten in z'@n openbare vergadering van 4 september 2001, bijlage 198.

ij

De raad voornoemd,

De voorzitter,

De secretaris,

Gemeenteraad van Hetmond blz. 2

Bijlage:198

Toelichting

Inleiding

In het voorjaar van 2000 kreeg het thema "armoedeval@' veel politieke aandacht. In navolging van

onderzoeken naar en rapportages over de armoedeval besloot de minister van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid tot het instellen van een zogeheten werkaanvaardingssubsidie. Bedoeling van de

subsidie is enerzijds te stimuleren dat uitkeringsgerechtigden en mensen in een WIW dienstverband

uitstromen naar reguliere arbeid en anderzijds dat het teruggelopen recht op inkomensafhankelijke

voorzieningen als gevolg van het verkrijgen van een hoger inkomen (gedeeltelijk) gecompenseerd

wordt. De minister heeft met de VNG overlegd over de wijze waarop de werkaanvaardings- subsidie

geregeld moest worden. De uitkomsten van het overleg vormden de basis voor wijziging van de Wet

inschakeling werkzoekenden (WIW) en de Regeling uitvoering en financiering WIW (Rug.

Uitgangspunt is dat de premie gemeenten geen geld kost.

Met ingang van 1 januari 2001 kunnen gemeenten aan bijstandsgerechtigden en personen die

werkzaam zijn in een gesubsidieerd dienstverband op grond van de Wiw, een eenmalige subsidie

verstrekken om deze personen te stimuleren tot het aanvaarden van reguliere niet gesubsidieerde

arbeid, zonder dat daarnaast nog een beroep wordt gedaan op een algemene bijstandsuitkering op

grond van' de Algemene bijstandswet (Abw), of een uitkering op grond van de Wet

inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) of de

Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ).

Om te voorkomen dat het stimulerende effect van deze zogenoemde werkaanvaardingspremie teniet

wordt gedaan door verminderde aanspraken op inkomensafhankelijke regelingen - de zogenoemde

armoedeval - wordt de premie geheel buiten de belastingheffing gehouden, dat wil zeggen ook buiten

de eindheffing voor de loonbelasting.

De nieuwe premieregeling is opgenomen in artikel 3, tweede tot en met vierde lid, van de WIW in

samenhang met artikel 1 1 b van de Wet op de loonbelasting 1964, zoals deze wetten zijn gewijzigd bij

het Belastingplan 2001.

In de WIW (artikel 3, lid 2), is de bovenomschreven werkaanvaardingspremie geregeld. Het artikellid

bevat de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om de premie buiten de belastingheffing te

kunnen houden. Op grond van dit artikel worden bij ministeriële regeling regels gesteld over het

bedrag van de werkaanvaardingspremie, de tijdstippen van en de voorwaarden voor de betaling

alsmede over de gegevens die bij de aanvraag van de premie door de belanghebbende worden

verstrekt.

Het kader voor het gemeentelijk beleid met betrekking tot het verstrekken van de onderhavige premie,

evenals voor de deeltijd-, scholings- en andere (sociale) activeringspremies, moet worden opgenomen

in een verordening van de gemeente.

Ook de bestaande uitstroompremie, bedoeld in artike 4 va et es uit in- en oo troom nen en

een eventueel toekomstig vast te stellen uitstroompremie op grond van artikel 10, onderdeel a, van de

Wet sociale werkvoor-ziening worden op grond van het Belastingplan 2001 buiten e asting e ng

gehouden.

Omdat deze laatste uitstroompremies echter niet (zullen) worden gefinancierd uit het scholings- en

activeringsbudget van de WIW, zijn deze derhalve niet in de huidige wijzigingen van de WIW

opgenomen.

Uitgan-gspunten werkaanvaardingspremie

De defiscalisering van de werkaanvaardingspremie is met name bedoeld om de negatieve gevolgen

van het ontvangen van deze premie op inkomensafhankelijke regelingen te voorkomen. Dit is

noodzakelijk om het beoogde effect van de maatregel - het stimuleren van het aanvaarden van

reguliere, niet gesubsidieerde arbeid waardoor niet langer een in mensvoorziening van

overheidswege noodzakelijk is - te bereiken.

Defiscäiisering van alle premies zou er toe leiden dat personen die nu in deeftijd werken of andere

(sociale) activeringsactiviteiten verrichten naast de bijstandsuitkering, financieel minder gestimuleerd

worden de bijstand en 1 of de gesubsidieerde arbeid volledig te verlaten. Premies die niet onder de

defiscatisering vallen zijn onder andere de uitstroompremie zoals de gemeente Heimond die nu kent.

Personen die er vervolgens in slagen een volledig arbeidsinkomen door middel van een reguliere

baan te verwerven, komen alsnog in aanmerking voor de onbelaste werkaanvaardingspremie.

Gemeenteraad van Heimond blz. 3

Bijlage:198

Uit een oogpunt van rechtszekerheid dienen de regels voor het verstrekken van de

werkaanvaardingspremie te worden opgenomen in een verordening. De inhoud daarvan wordt

bepaald door de met betrekking tot het verstrekken van deze premie vastgestelde voorschriften (art. 3,

lid 2 WIW).

De gemeentelijke beleidsvrijheid ten aanzien van het verstrekken van andere WIW-premies blijft

onveranderd. Dit betekent dat met betrekking tot deze premies gemeenten derhalve zelf kunnen

blijven bepalen of en aan welke (categorieën van) personen een premie wordt verstrekt, hoe de

betaling daarvan plaatsvindt en wat de hoogte van het premiebedrag is.

Met de keuze om de werkaanvaardingspremie te regelen in de WIW in plaats van in een afzonderlijke

regeling, wordt recht gedaan aan de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de activering en

arbeidstoeleiding van langdurig werklozen, uitkeringsgerechtigden en werkloze jongeren naar de

arbeidsmarkt, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de gemeentelijke beleidsvrijheid ter zake. Om de

gemeenten in staat te stellen de hier bedoelde werkaanvaardingspremie te verstrekken wordt het

scholing en activeringsbudget van de WIW verhoogd. De extra middelen zijn zonder oormerking

toegevoegd.

Nadere uitwerking regelgeving

In de Regeling uitvoering en financiering Wet inschakeling werkzoekenden wordt uitvoering gegeven

aan het eerdergenoemde artikel 3 van de WIW, en regelt de hoogte van de werkaanvaardingspremie,

de tijdstippen van en de voorwaarden voor betaling alsmede de gegevens die bij de aanvraag van de

premie door de belanghebbende aan de gemeente worden verstre .

Artikel la Subsidie voor het aanvaarden van arbeid (wijzigingen in het RUF)

1. In dit artikel wordt verstaan onder.

a. dienstbetrekking. hetgeen daaronder wordt verstaan in de wet,

b. arbeidsovereenkomst., een arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 5 van de wet

2. De subsidie voor het aanvaarden van arbeid. bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de wet, bedraagt

ten hoogste f 4000,-.

3. De subsidie, bedoeld in het tweede lid, wordt op schriftelijke aanvraag verleend door de gemeente

die de algemene bl]Standsuitkering op grond van de Algemene bijstandswet of de uitkering op grond

van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers

of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen

zelfstandigen verleende dan wel de gemeente die verantwoordelijk wasvoor de dienstbetrekking of

arbeidsovereenkomst

4. Indien de toepassing van het derde lid leidt tot de aanwijzing van meer dan één gemeente, wordt de

subsidie verleend door de gemeente die de algemene bijstandsuitkering of uitkering, bedoeld in dat

lid, verleende.

5. De subsidie wordtin viergelijke delen van f 1000,- na een periode van een halfjaar, eenjaar,

anderhalfjaar onderscheidenlijk twee jaar na het ontstaan van het recht op subsidie vastgesteld en

betaald, indien in elke genoemde periode door de belanghebbende:

a. geen algemene bf]Standsuitkering of uitkering als bedoeld in het derde lid is ontvangen,

b. geen arbeid in een dienstbetrekking of op grond van een arbeidsovereenkomst dan wel

arbeid op grond van een overeenkomst als bedoeld in de hoofdstukken 2 of 3 van de Wet

sociale werkvoorziening of een overeenkomst waarvoor de werkgever een vergoe a

bedoeld in artikel 6 van het Besluit in- en doorstroombanen ontvangt, is verricht, en

c. arbeid als bedoeld in artikel 3, tweede lid, onder 1 0 en 2*, van de wet is verricht.

6. De subsidie kan eveneens worden vastgesteld en betaald, indien in enige periode, bedoeld in het

vijfde lid, eenmaal een uitkering als bedoeld in dat lid, onder a, is ontvangen of arbeid, bedoeld in

dat lid, onder b, is verricht, mits de duur van de periode waarin die uitkering werd ontvangen

respectievelijk die arbeid werd verricht, niet langer is dan een aaneengesloten periode van drie

maanden.

7. Het gemeentebestuur bepaalt welke gegevens ten behoeve van de verlening, de vaststelling en de

betaling van de subsidie door de belanghebbende in ieder geval worden verstrekt alsmede de wijze

en het tijdstip waarop de verstrekking van gegevens plaatsvindt.

8. De subsidie, bedoeld in het tweede lid, wordt ten hoogste eenmaal in een periode van tien jaar

verleend.

Gemeenteraad van Heimond blz. 4

Bijlage:198

Het bedrag van de werkaanvaardingspremie bepaald op ten hoogste f 4000,-. Ook is bepaald dat de

werkaanvaardingspremie op schriftelijke aanvraag van de belanghebbende wordt verleend. Het wordt

aan de gemeente overgelaten daartoe al dan niet een (vast) aanvraagformulier te ontwerpen. Door de

afdeling Sociale Zaken wordt een aanvraagformulier opgesteld om eenduidigheid in vraagstelling en

benodigde gegevens voor de belanghebbenden te vergroten. De aanvraag geldt als een verzoek om

een besluit te nemen in de zin van de Algemene wet bestuursrecht.

De gemeente beoordeelt of aan de hierna genoemde voorwaarden voor het verlenen van de

werkaanvaardingspremie is voldaan. De beslissing wordt schriftelijk (beschikking) ter kennis van de

aanvrager gebracht.

De aanvraag wordt ingediend bij de gemeente die de (bijstand) uitkering op grond van de Abw, IOAW

of IOAZ verleende, dan wet de gemeente die verantwoordelijk was voor de WIW dienstbetrekking of

werkervaringsplaats.

In gevallen waarin, voorafgaande aan de uitstroom, door de betrokkene arbeid werd verricht in een op

grond van de WIW gesubsidieerd dienstverband in een bepaalde gemeente, maar door verhuizing de

(aanvullende) (bijstand) uitkering werd ontvangen van een andere gemeente, wordt de aanvraag

ingediend bij de gemeente die de (bijstand) uitkering verleende.

De werkaanvaardingspremie wordt pas verleend indien de gemeente heeft vastgesteld dat de

belanghebbende:

a. volledig is uitgestroomd uit een (bijstand) uitkering op grond van de Abw, IOAW of IOAZ,

b. volledig is uitgestroomd uit een op grond van de WIW gesubsidieerd dienstverband,

c. uitgestroomd is naar reguliere, niet-gesubsidieerde arbeid.

Ad a. Volledige uitstroom uit de bijstand kan ook een deeltijdbaan zijn met een inkomen uit arbeid

boven de toepasselijke bijstandsnorm. Daarnaast komen ook personen die via de bijstand een

aanvulling op hun inkomen uit een deeltijdbaan ontvangen en vervolgens een volledig

arbeidsinkomen weten te verwerven, bij volledige uitstroom voor de premie in aanmerking.

Deze voorwaarde heeft ook tot gevolg dat personen die volledig uitstromen uit de genoemde

uitkeringen (en een op grond van de WIW gesubsidieerd dienstverband), maa nog we

aangewezen blijven op een gedeeltelijke uitkering op grond van de Werkloosheidswet of een

arbeidsongeschiktheidswet, eveneens in aanmerking komen voor e

werkaanvaardingspremie. Essentie is derhalve dat een inkomen wordt verworven dat

minimaal gelijk is aan de geldende bijstandsnorm maar opgebouwd kan zijn uit verschillende

inkomensbronnen, niet zijnde een Abw, oaw o oaz it ring.

Ad b. Tot arbeid die op grond van de WIW wordt gesubsidieerd behoort zowel arbeid, verricht in een

dienstbetrekking met de gemeente, als arbeid, verricht op een zogenoemde

werkervaringsplaats.

Ad c. Onder volledige uitstroom naar reguliere, niet-gesubsidieerde arbeid wordt in dit verband

verstaan, volledige uitstroom naar arbeid die niet wordt gesubsidieerd op grond van de WIW

(ad b), de Wet sociale werkvoorziening of het Besluit in- en doorstroombanen.

Als gesubsidieerde arbeid wordt niet beschouwd de arbeid, bedoeld in de Regeling

schoonmaakdiensten particulieren. Hoewel de werkgever die deze arbeid laat verrichten in

aanmerking komt voor subsidie, is, gelet op enerzijds de beperkte reikwijdte van de regeling en

anderzijds de tweeledige doelstelling daarvan, te weten de verruiming van de markt van

schoonmaakdiensten en de inschakelina daarbii van met name laag opgeleide werkzoekenden in et

arbeidsproces, voor deze regeling een uitzondering gemaakt. Dit betekent dat personen die vanuit de

bijstand of een WIW dienstverband uitstromen naar de onderhavige arbeid, in aanmerking komen voor

de werkaanvaardingspremie.

Ten slotte omvat uitstroom naar reguliere arbeid tevens uitstroom naar arbeid die de belanghebbende

als zelfstandige gaat verrichten. Uiteraard geldt ook hier dat de zelfstandige door middel van diens

arbeid volledig in de algemeen noodzakelijke kosten van zijn bestaan moet kunnen voorzien en

Gemeenteraad van Heimond blz. 5

Bijlage:198

derhalve geen beroep hoeft te doen op een (aanvullende) bijstandsuitkering. Dit betekent dat ook een

premie wordt verstrekt, indien bijstand wordt verleend ter voorziening in de behoefte aan

bedrijfskapitaal als bedoeld in het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen. De premie wordt

daarentegen niet verstrekt, indien de zelfstandige stand ontvanat zowel ter voorziening in de

behoefte aan bedrijfskapitaal als ter voorziening in de algemeen noodzakelijke kosten van het

bestaan.

De zelfstandig ondernemer die een krediet voor levensonderhoud bij aanvang van de zelfstandigheid

ontvangt en dit krediet zonder onderbreking aflost, kan na volledige aflossing, in aanmerking komen

voor een werkaanvaardingssubsidie.

Het kan voorkomen dat een persoon gesubsidieerde arbeid op grond van de WIW verricht en

daarnaast een (aanvullende) (bijstand)uitkering op grond van de Abw, IOAW of IOAZ ontvangt. In

deze gevallen wordt de werkaanvaardingspremie pas verstrekt indien uitstroom heeft plaatsgevonden

zowel uit de (bijstand) uitkering als uit het gesubsidieerde WIW dienstverband. Vindt uitstroom uit het

gesubsidieerde dienstverband en uit de (bijstand) uitkering gelijktijdig plaats dan wordt één premie

verstrekt.

Indien in het bovengenoemde geval de betreffende persoon deel uitmaakt van een gezin als bedoeld

in de Abw, kan het zogenoemde beginsel van de gezinsbijstand in de Abw versus het

'individuatiteitbeginsel in de WIW, tot de volgende uitkomsten met betrekking tot de

premieverstrekking leiden:

Indien bedoelde persoon als gezinslid volledig uitstroomt naar reguliere arbeid, waardoor het

gezin geen aanvullende gezinsbijstand meer behoeft te ontvangen, komt deze persoon in

aanmerking voor de premie. Het vervolgens aanvaarden van reguliere arbeid door het andere,

niet-werkende, gezinslid is voor de premieverstrekking alsdan niet meer van belang, omdat

volledige uitstroom reeds is gerealiseerd door eerstgenoemd gezinslid.

Indien bedoelde persoon weliswaar reguliere arbeid aanvaardt maar het gezin desondan

beroep moet doen op aanvullende gezinsbijstand, komt deze persoon niet in aanmerking voor

de premie. Verstrekking daarvan is pas mogelijk bij een zodanige uitbreiding van de

betreffende arbeid, dat geen aanvullende gezinsbijstand meer behoeft te worden ontvangen,

dan wel bij aanvaarding van reguliere arbeid door het andere, niet-werkende gezinslid,

waardoor de gezinsb"stand wordt beëindigd. Indien volledige uitstroom door het

ij

laatstgenoemde gezinslid wordt bewerkstelligd, komt deze in aanmerking voor de premie.

Indien de betreffende persoon arbeid blijft verrichten in het gesubsidieerd dienstverband, maar

het andere, niet-werkende, gezinslid gaat reguliere arbeid verrichten waardoor geen

aanvullende gezinsbijstand meer wordt ontvangen, kan dit gezinslid aanspraak maken op de

werkaanvaardingspremie. Indien vervolgens ook het eerstgenoemde gezinslid reguliere arbeid

gaat verrichten komt ook dit gezinslid in aanmerking voor de premie.

Indien beide gezinsleden gesubsidieerde arbeid verrichten komt eik van hen bij volledige

uitstroom uit deze arbeid naar regulier werk (zonder dat nog aanvullende gezinsbijstand nodig

is), voor de premie in aanmerking.

Naast de vaststelling van volledige uitstroom naar reguliere arbeid dient de gemeente met het

oog op het verlenen van de werkaanvaardingspremie tevens vast te stellen dat de

belanghebbende, onmiddellijk voorafgaande aan de uitstroom:

a. tenminste een jaar een algemene bijstandsuitkering op grond van de Abw of een uitkering op

grond van de IOAW of IOAZ heeft ontvangen, dan wel

b. gesubsidieerde arbeid op grond van de WIW heeft verricht, waarvan de duur tezamen met de

duur van de onder a genoemde uitkering tenminste een jaar bedraagt, dan wel

C. geen uitkering als bedoeld onder a heeft ontvangen, doch tenminste,een jaar gesubsidieerde

arbeid op grond van de WIW heeft verricht.

Onder de voorwaarde van tenminste een jaar wordt verstaan, dat in de laatste anderhalf jaar

voorafgaande aan de uitstroom tenminste een jaar een beroep is gedaan op bijstand en 1 of

Gemeenteraad van Heimond blz. 6

Bijlage:198

gesubsidieerde arbeid op grond van de WIW, waarbij onmiddellijk voorafgaand aan de uitstroom de

betreffende bijstandsuitkering werd ontvangen en 1 of de gesubsidieerde arbeid werd verricht.

Met de onder a, b en c genoemde voorwaarden wordt voorkomen dat ook degenen met een beperkte

verblijfsduur in de uitkering en 1 of gesubsidieerde arbeid op grond van de WIW, voor de premie in

aanmerking komen.

Daarnaast wordt met deze voorwaarde zoveel mogelijk voorkomen, dat personen met uitsluitend als

doel om in aanmerking te komen voor de onderhavige premie, eerst instromen in de bijstand of in

gesubsidieerde arbeid op grond van de WIW.

Ten slotte dient de gemeente na te gaan of de belanghebbende in een periode van tien jaar

voorafgaande aan de aanvraag, niet eerder een onbelaste werkaanvaardingspremie op grond van

deze regeling heeft ontvangen.

De subsidie wordt in vier gelijke delen van fl 1 000,- vastgesteld en betaald, na een half jaar, een jaar,

anderhalf jaar en twee jaar nadat het recht op subsidie is ontstaan indien na elke genoemde periode,

in de gehele daaraan voorafgaande periode, dat wil zeggen een half 'aar, een jaar, anderhalf

onderscheidenlijk twee jaar, door de belanghebbende is voldaan aan de bovengenoemde

voorwaarden voor de toekenning van de premie, de voorwaarden voor de vaststelling en betaling

daarvan. Er. vinden derhalve maximaal v@ier betalingen in opeenvolgende perioden van een half jaar

plaats na volledige uitstroom uit de uitkering of het op grond van de WIW gesubsidieerde

dienstverband naar reguliere arbeid.

De wijze waarop de gemeente toetst of aan de genoemde voorwaarden is voldaan, welke gegevens

daartoe in ieder geval door de belanghebbende worden verstrekt, en op welke wijze en welk tijdstip

die gegevens worden verstrekt, is aan de gemeente overgelaten. De gemeente zal daarbij zoveel

mogelijk gebruik maken van de bij haar al aanwezige informatiebestanden.

Wat betreft de gegevens met betrekking tot het aanvaarden cq. verrichten van reguliere arbeid dient

de belanghebbende een afschrift van de arbeidsovereenkomst of aanstellingsbrief bij te voegen, of,

indien dit niet mogelijk is dan wel in geval van het verrichten van arbeid als zelfstandige, een door de

belanghebbende ondertekende verklaring dat reguliere arbeid is aanvaard c.q. verricht. Onderzocht

wordt of daar op enigerlei andere wijze mogelijk nog in voorzien kan worden.

Wat betreft de betaling van de werkaanvaardincispremie dient zoals gezegd, a a oop van i er

halijaar, gerekend vanaf het tijdstip waarop de subsidie is verleend, te worden beoordeeld of door de

belanghebbende (nog steeds) is voldaan aan de genoemde toekenning en betalingsvoorwaarden.

Daartoe is in het vijfde lid bepaald, dat belanghebbende:

a. geen (aanvullende) (bijstand)uitkering op grond van de Abw, IOAW of IOAZ heeft ontvangen;

b. geen arbeid in een gesubsidieerd dienstverband op grond van de WIW heeft verricht;

c. in zijn bestaan heeft voorzien door middel van reguliere, ongesubsidieerde arbeid.

Op grond van het zesde lid geldt daarop één uitzondering. Van de eerste twee genoemde

voorwaarden kan eenmaal worden a eweken. Dit betekent dat indien een persoon gedurende een

korte periode weer een beroep doet op een (aanvullende) uitkering ingevolge de Abw, IOAW of IOAZ

of op gesubsidieerde arbeid, toch een werkaanvaardingspremie kan worden verstrekt. Een dergelijke

onderbreking van de volledige uitstroom mag gedurende de gehele betalingsperiode van twee jaar

slechts eenmaal plaatsvinden en niet langer duren dan een aaneengesloten periode van drie

maanden.

Dit betekent dat indien de betreffende persoon voor een tweede maat terugvalt op een uitkering of op

gesubsidieerde arbeid, ongeacht de duur van deze onderbreking, hij niet meer voor verdere

premieverstrekking in aanmerking komt, ook niet indien beide onderbrekingen tezamen genomen,

minder dan drie maanden duren.

Voorts is bepaald, dat de premie ten hoogste eenmaal in een periode van tien jaar wordt verstre

Een langere termijn dan tien jaar zou een onevenredige druk op de gemeentelijke administratie leggen

in verhouding tot het belang daarvan.

Verschillen artikelen huidige uitstroompremie en nieuwe werkaanvaardingssubsidie

Gemeenteraad van Heimond blz. 7

Bijlage:198

Dienstbetrekking:

Bij de omschrijving van dienstbetrekking is aangesloten bij de omschrijving zoals die door de VNG is

geïnitieerd.

Aanvraag.

De werkaanvaardingssubsidie dient door de belanghebbende zelf aangevraagd te worden. Aan de

belanghebbende wordt geen cheque meer verstrekt.

Periode werkzaam.

De periode van 26 weken aaneengesloten werkzaam zijn is gewijzigd. De subsidie wordt in vier gelijke

delen van fl 1000,- na een periode van een half jaar, een jaar, anderhalf jaar en twee jaar na datum

werkaanvaarding, vastgesteld en betaald indien door de aanvrager in elke genoemde periode aan een

aantal voorwaarden wordt voldaan. Deze voorwaarden zijn bovenstaand nader omschreven.

Nadere uitleg in relatie met Wiw en Wsw

Opgemerkt wordt dat aan mensen die vanuit een uitkering Abw, loaw en loaz gaan werken in een Wiw

dienstbetrekking, Wtw werkervaringsplaats of Wsw dienstverband geen recht hebben op de

werkaanvagrdingssubsidie. Eerst wanneer de persoon in een Wiw dienstverband 1

werkervaringsplaats volledig uitstroomt naar een reguliere dienstbetrekking en aan de overige criteria

voldoet ontstaat recht op de werkaanvaardingssubsidje.

Als de Wsw werknemer uitstroomt naar een regulier dienstverband ontstaat geen recht op een

werkaanvaardingssubsidie.

Door de minister worden werkaanvaardingen vanuit de uitkering naar Wiw of Wsw niet gezien als

reguliere arbeid. Geconstateerd wordt dat er door de minister vooralsnog geen regeling is getroffen

voor Wsw werknemers die uitstromen naar reguliere arbeid. Door het VNG vindt met de minister

overleg plaats over mogelijke aanpassingen van wet- en regelgeving ten einde de doorstroom

mogelijkheden te bevorderen.

Overwogen wordt in de toekomst op grond van artikel 10, onderdeel a, Wsw, een

werkaanvaardingssubsidie vast te stellen die eveneens op grond van het Belastingplan 2001 buiten

de belastingheffing wordt gehouden. De bekostiging van die eventueel in te stellen Wsw

werkaanvaardingssubsidie vindt, zoals aangegeven, niet via het scholing en activeringbudget Wiw

plaats.

De gemeente heeft de mogelijkheid voor mensen die uitstromen naar de Wsw een

werkaanvaardingssubsidie te verstrekken in samenhang met deze regeling maar dient e

uitstroompremie 1 werkaanvaardingssubsidie en de daarop verplicht te heffen belasting en

premieheffing uit eigen middelen te bekostigen.

Door Heiso en de Stichting Arbeidsplaatsen (STAP) vindt een ontwikkeling plaats naar een nieuw

samen te vormen multifunctioneel bedrijf dat per 1 januari 2002 afgerond moet zijn. De uiteindelijke

vorm en de financiële consequenties die hier (mogelijk) uit voortvloeien zijn nog niet duidelijk. Dit heeft

tot gevolg dat het beleid op de verschillende terreinen van het nieuwe multifunctionele bedrijf nog

vastgesteld moet worden. Ook de financi'e'ie mogelijkheden van het nieuwe multifunctionele bedrijf zijn

nog niet geheel duidelijk. Voor het nieuwe bedrijf ontstaat, de landelijke ontwikkelingen volgende, de

verplichting om uitstroom uit de Wsw te gaan bevorderen. In welke vorm en mate die verplichting gaat

ontstaan is nog onderwerp van nader onderzoek en regelgeving door het ministerie.

Het nieuwe multifunctionele bedrijf zal, evenals Heiso en STAP nu doen, regionaal aaan werken. Door

het bij elkaar werkzaam zijn in één multifunctioneel bedrijf van inwoners uit verschillende (regio)

gemeenten kunnen er, bij het door de gemeente Hetmond instellen van een

werkaanvaardingssubsidie bij uitstroom uit de Wsw, conflictsituaties bij de werknemers ontstaan. Het

is wenselijk bij een werkaanvaardingssubsidie bij uitstroom uit de Wsw deze minimaal regionaal vorm

te geven.

Doel per saldo is om een hogere uitstroom te realiseren. Dit heeft tot gevolg dat er meer premies

verstrekt worden. De financiële risico's die dit heeft kunnen op dit moment onvoldoende Ingeschat

worden. Er ontstaat dan een open eind constructie.

Door de gemeente is bii het ministerie van Sociale Zaken Werkgelegenheid de vraag neergelegd op

welke termijn verwacht wordt dat er een landelijke regeling voor uitstroom uit de Wsw met een

Gemeenteraad van Heimond blz. 8

Bijlage:198

werkaanvaardingssubsidie gerealiseerd wordt alsmede welke mogelijkheid er bestaat om binnen e

huidige regelgeving uitgestroomde Wsw-ers een werkaanvaardingssubsidie te verstrekken.

Gelet op de landelijke ontwikkeling naar een regeling voor een werkaanvaardings-subsidie bij

uitstroom uit de Wsw, de nog niet volledig inzichtelijke situatie rondom de vorming van een nieuw

multifunctioneel bedrijf waar de Heiso deel van uitmaakt en de landelijke verplichting voor uitstroom uit

de Wsw te gaan zorgdragen, wordt er voor gekozen op dit moment geen regeling te treffen voor een

gemeentelijke werkaanvaardingssubsidie bij uitstroom uit de uitkering naar de Wsw of bij uitstroom uit

de Wsw.

Nadere uitleg in relatie met ]n en Doorstroombanen

Degene die uitstroomt naar een In en Doorstroombaan heeft eveneens geen recht op de

werkaanvaardingssubsidie omdat die werkzaamheden in de visie van de minister ook niet vallen onder

een regulier dienstverband. Daarbij dient opgemerkt te worden dat voor de groep die werkaanvaart op

basis van het Besluit In en Doorstroombanen een afzonderlijke uitstroompremie bestaat. Deze groep

heeft recht op een uitstroompremie van fl 4000,- (ineens) indien de ]D dienstbetrekking 2 jaar heeft

bestaan en de ]D werknemer na volledige uitstroom naar een regulier dienstverband gedurende een

half jaar in dat nieuwe reguliere dienstverband werkzaam is. De bestaande uitstroompremie, bedoeld

in artikel 4 van het Besluit In en Doorstroombanen blijft dus bestaan en wordt ook buiten de eerder

genoemde belastingheffing gehouden.

Bekostiging en besteding vrijkomende middelen

De uitstroompremie, zoals de gemeente die kent, wordt bekostigd uit het scholing en activeringbudget

Wiw. Met vervanging van artikel 2 van de huidige premieverordening komt de uitstroompremie te

vervallen. De middelen uit het scholing en activeringbudget Wiw die door de gewijz e e gevang

vrijkomen kunnen op een andere wijze ten behoeve van uitstroomgerichte activiteiten op cliëntniveau

ingezet worden. De begrote middelen op basis van de huidige uitstroompremie bedragen fl 530.000,-

voor het jaar 200 1.

De gemeente Heimond beschikt over een relatief groot deel uitkeringsgerechtigden fase 4 met een

grote afstand tot de arbeidsmarkt en meervoudige problematiek. Voorts wordt steeds meer tot de

harde kern van uitkeringsbestand door gedrongen. Dit heeft tot gevolg dat een steeds grotere

investering gedaan moet worden om deze uitkeringsgerechtigden terug te leiden naar de

arbeidsmarkt.

De economische ontwikkelingen z"n nog gunstig en dient zo goed mogelijk gebruik van gemaakt te

ij

worden.

De vrijkomende middelen worden ingezet op reïntegratietrajecten ten behoeve van met name fase 4

cliënten met meervoudige problematiek en een (zeer) grote afstand tot de arbeidsmarkt. Per 1 januari

2002 krijgt de gemeente bovendien als taak reïntegratie van niet uitkeringsgerechtigden (NUG-ers).

Hardheidsciausule

De verordening kent een bepaling dat aangeeft dat in zaken waarin de verordening niet voorzien

Burgemeester en Wethouders beslissen.

Overgangsregelin-q

Degene die op het moment van inwerkingtreding van de gewijzigde verordening reeds is uitgestroomd

(voor 1 januari 2001), heeft aeen recht op de werkaanvaardingssubsidie. Een belanghebbende die

voor of op 31 december 2000 is uitgestroomd heeft geen recht op een werkaanvaardingssubsidie

maar wel op grond van de oude regeling recht op een uitstroompremie, mits hij aan de overige criteria

voldoet. Deze belanghebbende ontvangt in dat geval een uitstroompremie na 26 weken, zijnde per 1

juli 2001.

Voor degenen die in de periode 1 januari 2001 tot datum vaststelling van deze wijziging zijn

uitgestroomd en aan de respectievelijke criteria voldoen krijgen in beginsel de keuze van welke

regeling zij gebruik wensen te maken. Dit is noodzakelijk omdat ook na januari p gron van

de geldende verordening aan belanghebbenden een cheque verstrekt is die aangeeft dat er recht

bestaat op een uitstroompremie mits voldaan wordt aan een aantal criteria. Na uitleg dienen deze

Gemeenteraad van Heimond blz. 9

Bijlage:198

cliënten voor hun keuze een formulier te ondertekenen waarna niet teruggekomen kan worden op de

door hen eerder gedane keuze.

Bij belanghebbenden die per 1 januari 2001 tot datum vaststelling wijziging door de Raad zijn

uitgestroomd hebben op zijn vroegst eerst per 2 juli 2001 recht op uitbetaling van de uitstroompremie

(26 weken regeling).

Indien de vaststelling door de Raad na 1 juli 2001 plaats vindt en belanghebbenden de

uitstroompremie hebben ontvangen en kiezen voor de nieuwe werkaanvaardingspremie wordt eerst

de reeds ontvangen uitstroompremie verrekend met fl 1000,- per half jaar overeenkomstig het

uitbetalingschema volgens het Ruf, voordat nieuwe betalingen verricht worden. Praktisch houdt dit in

dat wanneer een belanghebbende fl 2200,- heeft ontvangen, over het eerste half jaar na datum

uitstroom fl 1 000,- verrekend wordt, over het volgende half jaar (zijnde 1 jaar totaal) wederom fl 1 000,-

en na het volgende half jaar fl 200,- met uitbetaling van fl 800,-. Vervolgens 'draait' belanghebbende

in het schema, overeenkomstig het Ruf, mee.

Door de gemeente worden belanghebbenden die gedurende de periode 1 januari 2001 tot datum

vaststelling - van dit wijzigingsvoorstel, in beginsel voor de uitstroompremie o e

werkaanvaardingssubsidie in aanmerking komen, actief benaderd om een keuze aan hen voor te

leggen.

De eigen gemeentelijke uitstroompremie waarbij degenen die langer dan 12 maanden uitkering Abw,

loaw of loaz ontvingen en voldeden aan het beginsel gedurende een half jaar aaneensluitend

werkzaamheden te hebben verricht, vervalt.

De nieuwe regeling is per saldo gunstiger omdat in 4 tranches van een half jaar in totaal

fl 4000,- werkaanvaardingssubsidje verkregen wordt. In de oude gemeentelijke regeling was dat

eenmalig de maandnorm van cliënt (variërend van +I- fl 1600,- tot fl 2350,-).

lngangsdatum

[ie wijziging gaat in per 1 januari 2001. Dit is de eerste mogelijkheid gelet op de datum totstandkoming

landelijke regeling.

Artikelsgewijs toelichting

Artikel 1, D

T.a.v. artikel 2 Werkaanvaardin-gssubsidie

In artikel 3, tweede lid, van de WIW wordt bepaald dat het gemeentebestuur een

werkaanvaardingssubsidie kan instellen. Het is dus geen imperatief (verplichting te volgen). Als de

werkaanvaardingssubsidie wordt ingesteld, dan moet dat per verordening. In de Regeling uitvoering

en financiering Wiw (Rug zijn alle details van de subsidie geregeld. Een verwijzing naar de

voorwaarden in de Ruf ter vaststelling van het recht op de subsidie volstaat dus.

Gemeenteraad van Heimond blz. 10

Bijlage:198

Uw Reactie
Uw Reactie