- Bestuur
- Raadsnotulen
Raadsnotulen
Documentdatum | 06-07-1999 |
---|---|
Bestuursorgaan | Gemeenteraad |
Documentsoort | Raadsnotulen |
Samenvatting |
NOTULEN TIENDE vergadering van de raad der gemeente Helmond, gehouden op dinsdag 6 juli 1999 des avonds om zeven uur. Bij aanvang der vergadering zijn aanwezig de leden: H.F.J. Bekkers, C.J. Bethlehem, J.F.C. Damen, drs. W.M.H. Dams, drs. S. Ferwerda, drs. E.R.M. Hesen, R.A.C. van Heugten, mevrouw B.M. Houthooft-Stockx, mevrouw M.M. Jonkers-Goedhart, mevrouw J.S.A.M. Jurrius- Hakvoort, G.T.H. Klaus, W. Klerkx, J.H.J. Kuijpers, J.F.J. Kuypers, mevrouw M.J. Linter- mans, S. Mokadim, T.J. van Mullekom, M. Naoum, drs. G.B. Praasterink, drs. S.H. Prinsen, W.C.M. Raaymakers, J.L.C. van Rest, M.P.J. Rieter, F. Rietveld, J.H.J.M. Roefs, J.N.M. van Rooij, L.M.M. Smits, P.G.M. Tielemans, T.J.W. van de Ven, J.G.M. Verbakel, A.F.H. Wijnen, J.P. Witteveen, S.H. Yeyden en R.A.L. van der Zanden. Afwezig is het lid: J.L. Henraat. VOORZITTER:mr. W.J.B.M. van Elk, burgemeester. SECRETARIS: mr. A.C.J.M. de Kroon. De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede dat bericht van verhindering is ingekomen van de heer Henraat. 1 Aanwiizinz van een lid als bedoeld in artikel 16 van het Reziement van orde 1997. De VOORZITTER trekt nummer 18, zodat eventuele hoofdelijke stemmingen zullen aanvangen bij het lid Mokadim. 2. Vaststellimz van de notulen van de openbare vergaderingen van 27 april 1999 en 1 1 mei 1999. Het lid RIETER (Helmondse Belangen): Voorzitter! Wij hebben een opmerking naar aanleiding van de notulen van de vergadering van 1 1 mei. Met betrekking tot agendapunt 5 (voorbereidingsbesluit hoek Kloosterstraat/Het Buske) hebben wij gevraagd naar de aan de Dorpsstraat staande monumentale boom. Wethouder Jonkers-Goedhart antwoordde daarop dat er uiterst zorgvuldig met de boom zal worden omgegaan, Pius Floris zou in opdracht van eigenaar Adriaans een situatieschets van de huidige toestand maken. Dat is gezegd op 1 1 mei jl. Vandaag is het 6 juli. Op zondag 4 juli ben ik door verontruste bewoners uit Stiphout gewezen op de toestand van de boom zoals die er nu bijstaat. Duidelijk zichtbaar is dat op vooralsnog onverklaarbare wijze de helft van de kroon van de boom aan het verdorren is. De VOORZITTER: Mijnheer Rieter, het gaat om het vaststellen van de notulen en niet om een verhaal naar aanleiding van de notulen. Daarvoor moet u een ander moment kiezen. De notulen worden zonder stemming ongewijzigd vastgesteld. -2- 6 juli 1999. 3. Voorstel tot benoeming van: a. de heer F. Rietveld tot lid van de commissie maatschappelijke dienstverlening en sociale zaken ter voorziening in de vacature ontstaan door het vertrek van mevrouw S. Senders; b. de heer G.N.M. Geurts tot lid van de commissie economische aangelegenheden. financiën en personeel ter voorziening in de vacature ontstaan door het vertrek van mevrouw A. Meinardi. Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 25 van de hoofdagenda. 25. Voorstel tot vaststelling van de notitie Woonwagenzaken. Het lid WIJNEN (SDH): Voorzitter! Wij zijn het eens met de notitie woonwagenzaken op één punt na. Wij gaan er niet mee akkoord dat, als er een zevende subkampje komt, dit wordt gesitueerd aan de Driesweg. Wij zijn tegen de Driesweg als locatie voor een zevende subkampje, omdat er dan twee subkampjes zouden zijn in de wijk Brouwhuis op 200 m afstand van elkaar. Dat vinden wij te veel. Als er een nieuwe sublocatie moet komen, kunnen wij de locatie ervan te zijner tijd wel bespreken. Voor het overige kan de notitie uitgewerkt worden zoals die aan ons is gepresenteerd. Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! De CDA-fractie is van mening dat de kwestie van de natuurlijke aanwas van woonwagenbewoners serieus bekeken moet worden. Zoveel mogelijk moet de aanwas opgevangen worden op de huidige locaties. Dit is veelal ook de wens van degenen die op de wachtlijst staan. Wij denken dat op de huidige locaties, passend binnen het bestemmingsplan, nog veel ruimte te benutten is, gezien de huidige situatie. Dit houdt in dat er geschoven en gelegaliseerd moet worden. Dit alles moet gebeuren met op de achterhand de mogelijkheid van een nieuwe locatie. Het valt ons op dat er bij de mensen op de wachtlijst nagenoeg geen belangstelling is voor een nieuwe locatie. Ons duidelijke advies is om te trachten de aanwas een plaats te geven op de locaties die daar nu ruimte voor hebben. Dat is niet het geval voor alle zes de locaties. Daarvan zijn wij ons bewust. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Voorzitter! Inhakend op de laatste opmerking van mevrouw Jurrius, merk ik op dat ik op dit punt met een beladen verleden zit. Wij hebben als politieke partijen indertijd in het publiek de toezegging moeten doen dat de huidige kampjes niet uitgebreid zouden worden. Er zou naar nieuwe locaties gezocht moeten worden. Die toezegging is nooit ingetrokken. Ik verzoek de wethouder dan ook om zeer omzichtig met deze kwestie te werk te gaan, want uitbreiding is tegen de afspraak die indertijd gemaakt is. Men kan wel zeggen dat men het niet eens is met een sublocatie aan de Driesweg, maar voor de Driesweg geldt een goedgekeurd bestemmingsplan, waarin de betrokken bestemming is opgenomen. Ik wil in het geheel betrokken zien of op deze plek oplossingen te creëren zijn. Het rapport zoals het voorligt, kan uitgewerkt worden. Wij wachten de voorstellen dienaangaande af. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Het beleid in Helmond is erop gericht om de kampjes zo klein mogelijk te houden en ze in ieder geval niet zo groot te maken als elders in het land het geval is. Dat is een succesvol beleid. Dat willen wij handhaven. Waar er mogelijk- heden zijn om natuurlijke aanwas op de kampjes te huisvesten, heeft dat onze voorkeur, maar dit moet niet tegen ons succesvolle beleid ingaan. Wij zouden als een laatste mogelijkheid een nieuwe locatie niet willen uitsluiten. Onze eerste voorkeur heeft dit niet. Mocht er een locatie nodig zijn, dan is de Driesweg voor ons geen probleem. Het feit dat er al een locatie in Brouwhuis is - op naar mijn gevoel meer dan 200 m afstand - zou geen enkel probleem hoeven te zijn. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! In de commissie hebben wij ons er nadrukkelijk voor uitgesproken om het bestaande beleid te handhaven. De limieten die wij voor de kampen destijds hebben vastgesteld, willen wij handhaven. Het lid HESEN (wethouder): Voorzitter! Het is heel prettig te kunnen constateren dat op -3- 6 juli 1999. een enkele uitzondering na er een breed draagvlak is voor het zoeken van een oplossing voor het probleem van de natuurlijke aanwas. Wij mogen ons gelukkig prijzen dat wij het ons kunnen permitteren het beleid voort te zetten, dat in Helmond al vele jaren gevoerd is en dat elders in het land ten voorbeeld wordt gesteld. Wij moeten ervoor zorgen dat er een goede structuur blijft op de kampjes die wij hebben. Het is ieders instelling om te proberen zoveel mogelijk het probleem van de natuurlijke aanwas op te lossen op de bestaande kampjes. Daarbij gaat het ook om een stuk legalisering. Daarbij moeten wij de leefbaarheid op de kampjes ten volle waarborgen. Er is inmiddels een klankbordgroep gevormd, waarmee wij intensief overleggen over deze operatie. In de commissie hebben wij er gelukkig voor kunnen kiezen om een oplossing niet uitsluitend en exclusief in te perken tot de bestaande kampjes. Het is wel ons streven daar zo dicht mogelijk bij te blijven. Als dit niet kan, dan hebben wij nog altijd het bestemmingsplantechnisch gezien goedgekeurde stuk aan de Driesweg. De bewoners in de omgeving van die locatie zijn van meet af aan op de hoogte geweest van deze bestemming. Ik vind dat in het uiterste geval, als het ons niet mocht lukken het probleem op de bestaande kampjes op te lossen, het mogelijk moet zijn de locatie aan de Driesweg erbij te betrekken. Hierbij vermeld ik nadrukkelijk dat het exclusief en alleen gaat om de natuurlijke aanwas. Het gaat gegeven de intrekking van de Woonwagenwet niet aan om ook voor anderen - dan wel uit de regio dan wel uit de burgerbevolking - een mogelijk- heid te creëren. Ik prijs me gelukkig met het brede draagvlak voor de in de notitie aangegeven aanpak. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De aanwezige leden van de fractie van de SDH krijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat zij zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd, voorzover deze de sublocatie Driesweg betreft. Hierna wordt de behandeling van de hoofdagenda voortgezet. 4. Voorstel tot vaststelling van de 29e wiizizing van de Algemene Politieverordening Helmond 1978 (biilage nr. 153). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5. Voorstel tot vaststelling" van het bestemmingsplan: a. `Herzieninz Buitengyebied Oost/waterwinbedrijf Bakelsediik (bijlage nr. 148),- b. `Herziening @"eledin@zszone Brouwhuis/sportvoorziening WeyerwegT 3 (bijlage nr. 1491; c. `Herziening Brouwhuis Noord/Rivierensingel Noord (bijlage nr. 150); d. "Herzieninz Kroon Krollaan/Burgemeester Krollaan 91 (bijlage nr. 151),- e. "Herziening centrum/binnenzebi d Mater Dei (biilage nr. 152), Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmònd): Voorzitter! Met betrekking tot het bestemmingsplan Brouwhuis Noord/Rivierensingel Noord staat vermeld dat er een combinatie van wonen en werken is voorzien. Wij nemen aan dat daarmee niet bedoeld is detailhandel. Het lid VAN DER ZANDEN (PvdA): Voorzitter! De gepresenteerde plannen inzake het bestemmingsplan Brouwhuis Noord/Rivierensingel Noord zien er op zich prachtig uit. Toch heeft het plan tot de nodige discussie geleid binnen onze fractie..Met name de zeer korte afstand tussen de woningen en het Tienerhuis is voor de heer Yeyden en mij reden om tegen het plan te stemmen. Het lid KLERKX (CDA): Voorzitter! In de commissie hebben wij aandacht besteed aan het bestemmingsplan Brouwhuis Noord/Rivierensingel Noord. Wij hebben daar duidelijk gesteld dat wij het niet eens zijn met de twee leden van de Partij van de Arbeid, die tegen het plan zijn. Wij vinden het een uitstekend plan om de plek in te vullen met een combinatie van wonen en werken. Dat bevestigen wij vanavond in de raad graag. -4- 6 juli 1999. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Naar aanleiding van de inbreng van de PvdA wil ik een vraag stellen aan de heren Yeyden en Van der Zanden. Wat moet er volgens hen gebeuren met het stuk grond tussen Rivierenhof en het Tienerhuis? Als de door hen aangegeven lijn de lijn is die wij gaan inzetten, kunnen wij heel wat stukken grond niet meer uitgeven. Wat is de volgende keer de reden? Het lid VAN DER ZANDEN (PvdA): Voorzitter! Om op een afstand van 12 m van een locatie waar jongeren gaan verblijven, woningen te bouwen, is naar onze mening te krap. Op verschillende locaties in Helmond staan centra waar jeugd en jongeren bij elkaar komen. Ik denk aan mijn eigen wijk Rijpelberg. Daar zijn de afstanden nog iets ruimer als hier. De situatie levert de nodige problemen op voor de leefbaarheid voor de direct aanwonenden. Uiteindelijk - zo rolt het balletje helaas altijd - heeft de jeugd het dan gedaan. Er was nu een kans om voldoende ruimte te scheppen tussen het Tienerhuis en de locatie ernaast. Deze was nog niet ingevuld toen het Tienerhuis er kwam. Ik ben betrokken geweest bij de discussie inzake de locatie voor het Tienerhuis. Het heeft bijna een jaar geduurd vooraleer wij een loeatie hadden. De locatie is met name gekozen, omdat die ver weg van woningen lag. En wat doen wij? Op 12 m afstand bouwen wij woningen. Het lid RIETER (Heimondse Belangen): Voorzitter! In de vergadering van de commissie SO heb ik al medegedeeld dat de fractie van Helmondse Belangen tegen voorstel 5d is. In diezelfde vergadering sprak collega-raadslid Roefs nadrukkelijk de wens uit dat wat nu aan de orde is in deze vier jaar niet nogmaals voorkomt. De fractie van Helmondse Belangen vindt dat legaliseren van een inmiddels gerealiseerde aanbouw helemaal niet kan en mag gebeuren. Wij zijn van mening dat hier een negatieve voorbeeldwerking van uitgaat. Legaliseren van een gerealiseer- de of te wel een illegale aanbouw kan toch geen reden zijn voor de wijziging van een bestem- mingsplan? Hier had o.i. net als bij de bouw van bijvoorbeeld illegale dakkapellen juist sprake moeten zijn van bestuursdwang, waardoor de illegale aanbouw zou moeten worden gesloopt. Ik doe daarom een hartstochtelijke oproep aan de andere fracties om tegen de betrokken herziening van het bestemmingsplan te stemmen. Het lid VAN DER ZANDEN (PvdA): Voorzitter! Wij wilden in eerste instantie nog een opmerking maken over punt 5e, bestemmingsplan `Herziening centrum/binnengebied Mater Dei`. Onze fractie heeft gisteren met verbazing kennisgenomen van een persbericht van de Monumentenwerkgroep, dat wij ontvangen hebben van collega-raadslid Rieter. Waarorn? 1. De Monumentenwerkgroep is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van de plannen. 2. De Monumentenwerkgroep verklaart in het persbericht dat de weg naar het voorliggende bestemmingsplan een goed voorbeeld is van vroegtijdige communicatie. 3. De Monumentenwerkgroep besliste aanvankelijk mede daarom geen officieel bezwaar in te dienen. 4. De Monumentenwerkgroep maakt bij de behandeling in de commissie geen gebruik van het spreekrecht, hoewel zeker de leden van deze werkgroep maar al te best de weg weten te vinden. Het verbaast ons dan ook dat daags voor de' raadsvergadering zo'n persbericht wordt gestuurd, dat aanvankelijk de indruk wekte dat het ging om het pand Slop 1. Echter Slop 1 is in de plannen opgenomen en wordt gerestaureerd. Het blijkt te gaan om een bijgebouw achter dit pand. Dit pand is evenwel in zo'n slechte bouwkundige staat dat restauratie op een verantwoorde wijze niet meer mogelijk is. De PvdA vraagt zich af hoe wij de stad moeten besturen, als het zo verder gaat. Het lid mevrouw JONKERS-GOEDHART ('wethouder): Voorzitter! Ten aanzien van punt e merk ik in de richting van de heer Praasterink op dat de combinatie wonen-werken ter plekke detailhandel uitsluit. Ik wil ingaan op de reactie van twee leden van de PvdA op de ontwikkelingen in Brouwhuis-noord. Het perceel had de bestemming wonen voor ouderen (bijzondere bebouwing met de intentie te komen tot). Op het perceel had dan ook een behoorlijke bouwmassa kunnen komen, die de mogelijkheid van wonen had ingehouden. De opmerking van de heer Rietveld is dan ook terecht. Als de heer Van der Zanden het wenselijk had gevonden om de betreffende ruimte volledig vrij te laten, dan had hij een verzoek kunnen indienen om het terrein zijn huidige -5- 6 juli 1999. bestemming te ontnemen en die te veranderen in de bestemming "groen". Al de tijd dat ik met dit plan bezig ben geweest, heb ik mij wat verbaasd over de insteek van de PvdA, omdat op de informatieavond in Brouwhuis zelf vanuit het stichtingsbestuur van het Tienerhuis een beeld werd opgeroepen over de kinderen die daar komen en de activiteiten die er plaatsvinden, die met name voor veel onrust in de directe omgeving hebben gezorgd. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Ik wijs de wethouder erop dat het gaat om een minderheid van de PvdA-fractie. Het lid mevrouw JONKERS-GOEDHART (wethouder): Ik heb het ook gehad over twee leden van de PvdA-fractie. De omwonenden in de directe omgeving van het Tienerhuis gingen op het door het stichtingsbestuur opgeroepen beeld met enige ongerustheid in. Ik heb ze bijna moeten geruststellen over het feit dat de activiteiten in het Tienerhuis niet zullen leiden tot overlast-voor de buurt. In de plannen hebben wij uiteindelijk ook een iets grotere afstand gehouden tot de beide soorten bebouwing. Ik kan niet anders dan constateren dat de zorgen van twee leden van de PvdA niet gedeeld worden door de omwonenden, die uitermate blij zijn met de manier waarop nu de plek wordt ingevuld. Deze inhoudelijke opmerking van mijn kant is overigens ten overvloede, want de rest van de commissie was al enthousiast over de ontwikkeling. Dat wordt vanavond bevestigd. Met betrekking tot 5d gaat het om het legaliseren achteraf van een aanbouw. Dat is niet iets waar de gemeente spontaan en uit eigen beweging aan meewerkt. Dat hebben wij in de commissie uitvoerig besproken. Soms willen wij een poging doen om gebouwen die niet geplaatst hadden mogen worden achteraf te legaliseren. Dan weegt voor het gemeentebestuur heel in het bijzonder de reactie van de direct omwonenden. In dit geval is er naar aanleiding van de legalise- ring achteraf geen sprake geweest van bezwaren. Wij leggen het voorstel tot legalisering dan ook aan de raad voor, niet vanuit het idee dat wij dit vaak zouden moeten doen, maar wel omdat het in dit specifieke geval kan, omdat de mensen in de omgeving blijkbaar met de bebouwing kunnen leven. Ik voeg mij van harte bij de opmerkingen van de heer Van der Zanden over de discussie die is opgeroepen door de Monumentenwerkgroep inzake Mater Dei, omdat deze in het bestern- mingsplantraject inhoudelijk voortdurend aan de orde is geweest. Die heeft geleid tot de afweging die het college heeft gemaakt. Het lid RIETER (Helmondse Belangen): Voorzitter! Als zich op een andere plek in Helmond een geval van aanbouw buiten het bestemmingsplan om voordoet, wordt dan ook eerst de buurt gevraagd of men bezwaren heeft tegen de illegale aanbouw'? Het lid mevrouw JONKERS-GOEDHART (wethouder): Neen, dat is niet direct de werkwijze. Wij overwegen eerst of wij zelf bereid zijn achteraf te legaliseren. Het resultaat van die afweging laten wij sterk afhangen van het feit of er in de tijd dat de plannen ter inzage liggen aanmerkelijke bezwaren worden ingediend. Dat is het goede moment voor omwonenden om te laten weten of ze bezwaar hebben tegen legalisering achteraf. Zonder stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. De aanwezige leden van de fractie van Helmondse Belangen verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd, voor zover deze punt d betreft. De leden Yeyden en Van der Zanden verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd, voor zover deze punt e betreft. 6. Voorstel tot vaststelling van het Ie onteigenins@splan Centrum 't Hout (bijlage nr. 144@. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Er is al veel papier vuil gemaakt aan het geval van de familie Jansen, waar voorliggend voorstel betrekking op heeft. Zijn de zaken nu geregeld met de heer Jansen'? Kan de heer Jansen verder met zijn bedrijf op een andere plaats en, zo ja, -6- 6 juli 1999. wanneer? Het lid mevrouw JONKERS-GOEDI4ART (wethouder): Voorzitter! Ten aanzien van de financiële afwikkeling zijn wij er praktisch uit. Voordat wij definitief consensus hebben, moeten echter nog allerlei andere onderdelen van de hervestiging met elkaar overeengekomen worden. Een en ander ziet er positief uit, maar er is nog geen definitieve overeenstemming. Om vooral achteraf geen vertraging op te lopen, gaan wij toch aan de gang met het onteigeningsplan. Dat geeft ons overigens voldoende ruimte en tijd om de goede gesprekken helemaal tot een goed einde te brengen. Het lid KUIJPERS (HSP): Als de wethouder nu zegt dat de zaak geregeld wordt. dan gaan wij akkoord. Het lid mevrouw JONKERS-GOEDHART (wethouder): Voorzitter! -Ook gedurende de onteigening zullen wij elke mogelijkheid benutten om con amore tot een goede oplossing te komen. Wij hebben de verwachting dat dit lukt. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 7. Voorstel tot het aanstaan van een zrondtransactie met de heer H.C.M. van den Mei*denbenz te Helmond (bijlage nr. 147). 8. Voorstel tot aankoop van grond van Spiro Research BV te Helmond (bijlage nr. 160). 9. Voorstel tot het aangaan van een arondtransactie en een exploitatieovereenkomst met Adriaans Vastzoed BV te Helmond (bijlage nr. 158). Zonder stemming wordt overeenkomstig deze voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 10. Voorstel tot vaststelling van de notitie "Heriikin@" Vrouwenemancipatiebeleid 1999-2003"(biilas@e nr. 155). Het lid KUYPERS (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Wij hebben niets tegen ernancipa- tiebeleid. Evenmin hebben wij iets tegen vrouwen. Wij kunnen dus eigenlijk helemaal niets tegen een combinatie daarvan hebben! Waar wij echter wel wat op tegen hebben, is de voorliggende notitie. Als wij naar de aanbevelingen kijken, hebben wij onze bedenkingen, omdat wij nu aanbevelingen vaststellen, terwijl wij ons afvragen welke financiële consequenties daaraan vastzitten en of de dienstverlening daarmee verbetert. Straks wordt de raad weer om de oren geslagen met de eenvoudige regel: "Op die en die datum is door de raad de notitie 'Herijking vrouwenemancipatiebeleid 1999-2003' vastgesteld. Op grond daarvan 'heeft het college van B. en W. bepaald de subsidie te verhogen tot of: ¿Op grond daarvan heeft het college van B. en W. gemeend ... gulden ter beschikking te stellen voor de verbetering van de huitenschooise opvang"; of: ¿Op grond daarvan stelt het college van B. en W. de raad voor om mevrouw hoewel niet helemaal gekwalificeerd voor de functie, aan te stellen, als ... Wij zullen 25% van de beschikbare middelen besteden voor haar verdere opleiding.` Dit alles past niet in de opvatting van een zakelijke benadering. Volgens ons zou het college moeten stellen: "Het college van B. en W. is bereid voor vrouwenemancipatie een begrotingswijziging voor te stellen ter grootte van of: Het college van B. en W. is bereid voor de begroting van het jaar 2000 eventueel ... gulden mee te nenien." -7- 6 juli 1999. Dat vinden wij eerlijk: eerlijk in de richting van de vrouwen en eerlijk in de richting van de raad. Wij stellen bij herhaling dat wij ons zorgen maken over de vraag wie nog weet waar wij financieel gezien met al onze beleidsvoornemens op af stormen. Wie het weet, mag het zeggen. Het gaat ons te snel. Wij willen meer weten. Wij vinden dat het huiswerk slecht is gemaakt. Hoewel wij in de commissievergadering geen voorbehoud gemaakt hebben, willen wij stellen dat wij uiteindelijk tegen de beleidsvoornemens op dit punt zijn. Zolang er geen financiële vertaling heeft plaatsgevonden, is er geen afweging mogelijk. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Ik heb met verbijstering naar het verhaal van de heer Kuypers geluisterd. Het lid PRINSEN (wethouder): Voorzitter! Voor mij geldt hetzelfde. Ik ben echter gehouden om een antwoord te geven. Ik dacht dat wij een exposé kregen over het beginsel- programma van Ondernemend Helmond, maar het hield op bij dit agendapunt: De fractie heeft in de commissie geen voorbehoud gemaakt. De strekking van de bijdrage van de heer Kuypers verbaast mij dan ook zeer. Ik denk dat ik namens het college mag zeggen dat deze toch echt niet van deze tijd is. Ik wijs erop dat emancipatie - dat blijkt vanavond maar weer - tussen de oren en niet in de portemonnee zit. Vele aanbevelingen hebben te maken met de wijze waarop mensen tegen zaken aankijken. De heer Kuypers is voor mij nu even het levende bewijs dat het niet om de portemonnee gaat, maar om de vraag of wij een aantal dingen tussen de oren krijgen. Bovendien geeft de raadsbijlage aan dat de financiële consequenties, voor zover ze er al zouden zijn, binnen de diensten zelf worden opgevangen. Het lid KUYPERS (Ondernemend Helmond): Voorzitter! De bedoeling van mijn opmer- king was niet alleen een financiële. Wij zijn uiteraard niet tegen het voorstel, want de notitie is goed behandeld in de commissie. Ik had echter het idee dat wij straks in de raad met bepaalde dingen om de oren zouden worden geslagen. Dat is niet de bedoeling. Wij zijn wel vóór het voorstel. De VOORZITTER: Dat zal de wethouder wellicht nog meer verbazen! Heeft de wethouder er nog behoefte aan een reactie te geven? Het lid PRINSEN (wethouder): Het wordt steeds moeilijker ... neen, voorzitter! Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 11. Voorstel tot het aamzaan van een overeenkomst met de firma's Welzorg en Lichtvoet ten behoeve van de aankoop van hulpmiddelen ten behoeve van Wyg-verstrekkingen (bijlage nr. 143). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 12. Voorstel tot vaststelling van de notitie "Inkomensondersteuning" (bijlage nr. 154). Het lid RIETER (Helmondse Belangen): Voorzitter, u kunt zich voorstellen dat de fractie van Helmondse Belangen van harte kan instemmen met de notitie Inkomensondersteuning, al was het alleen maar omdat wij tijdens de behandeling van de begroting 1999 in oktober 1998 als enige fractie hebben voorgesteld om de kwijtschelding van bepaalde gemeentelijke belastingen, met name voor de mensen die in de administratie van de dienst Algemeen Welzijn voorkomen, voortaan automatisch uit te voeren. Dit is een voorbeeld van efficiency voor de gemeente en service voor de klant. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Ik onderstreep de woorden van Helmondse Belangen. De HSP heeft een heel actief bestuur. Verschillende leden komen in aanmerking voor inkomensondersteuning. Mensen krijgen dan zeven of acht A4-tjes met de post, die ze allemaal moeten invullen. Ik vind dit voor veel mensen een ondoenlijke zaak. Is het niet mogelijk dit -8- 6 juli 1999. bijvoorbeeld via de belastingdienst te laten lopen? De belastingdienst weet precies wat de mensen hebben. Het invullen is een hele rompslomp. Er worden zelfs - daar word ik heel pissig om - vragen gesteld als: Wat verdient men in bed? Waar zijn wij dan mee bezig, vraag ik me af. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Wij hebben in de commissie een voor- behoud gemaakt, omdat de stukken laat tot ons gekomen zijn. Na bestudering ervan kunnen wij mededelen dat wij vóór het voorstel zijn en dat wij - en ik hoop het college ook - er bij de begrotingsbehandeling uitgebreid op terugkomen. Het lid PRINSEN (wethouder): Voorzitter! Ik zal maar niet proberen allerlei agendapunten aan elkaar te knopen, want dan zou het nog interessanter kunnen worden! Ik ben blij met de ondersteuning van Helmondse Belangen en het feit dat GroenLinks zijn voorbehoud intrekt. Wij hebben het immers over een doelgroep van enkele duizenden mensen in onze stad die al sinds jaar en dag op. het minimum zitten. Het is de moeite w-aard om te bekijken of daar iets extra's voor gedaan kan worden. Het zou kunnen zijn dat de heer Kuijpers wijst op de lijst behorende bij de evaluatie van de armoedenota, die hier niet aan de orde is. Die lijst is uitgebreid. In de procedure is echter voorzien dat deze bij vele mensen mondeling wordt ingevuld, tijdens zittingen en bezoeken door de afdeling onderzoek en statistiek. Wij hebben ons gerealiseerd dat de betrokken enquéte niet zomaar bij mensen binnengeschoven moet worden. Verder is gekeken of het ook gaat om vragen die te beantwoorden zijn. Zonder in detail op de vragenlijst in te gaan - ervan uitgaande dat wij het over dezelfde vragenlijst hebben - merk ik op dat ik me niet kan voorstellen dat de vraag die de heer Kuijpers noemt, erin staat. Die lijkt me bij andere takken van dienst thuis te horen. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 13. Voorstel met betrekking tot de fusie van de VVV met de Stichting Stadspromotie Helmond (bijlage nr. 128). Het lid RIETER (Helmondse Belangen): Voorzitter! Wij als Helmondse Belangen vinden de fusie van de VVV met de Stichting Stadspromotie een goede zaak. Wij staan er helemaal achter. Wij hebben een suggestie voor onze toerismewethouder, die hij hopelijk ter harte zal nemen. Helmond heeft behoefte aan een evenementenkalender. Dat bleek recentelijk bij de rond- de-tafel-gesprekken. Wij moeten het wiel echter niet opnieuw willen uitvinden. In Eindhoven, maar ook in een tiental andere plaatsen in Nederland, kent men de zogenaamde "Uitloper`, een wekelijkse folder, waarin alle activiteiten die er in een plaats plaatsvinden, staan opgesomd. Deze Uitloper wordt verzorgd door een organisatie in Breda. Ik heb een paar weken geleden contact gehad met die organisatie. Deze was er best wel in geïnteresseerd om te bezien of er ook voor Helmond en omgeving een eigen Uiti("per kon worden gerealiseerd, met name toen ik vertelde dat de kans groot was dat Pathé hier een bioscoop wilde beginnen. Nu vorige week het contract met Pathé is ondertekend, lijkt het mij van groot belang en een voordeel voor Helmond biedend om eens contact op te nemen met de organisatie van de Uitloper. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Mijnheer de voorzitter! Het gaat om de promotie van Helmond. Wij zijn daar een groot voorstander van. Wij hebben overigens steeds gesteld dat promotie begint bij de Helmonder zelf. Wij zullen de bewustwording moeten versterken dat wij in een goede stad wonen, werken en leven. Dat gebeurt via mond-tot-mondreclame. Daar moeten wij ons voordeel mee doen. Dat betekent dat er een goed plan moet zijn, niet alleen voor toeristen, maar ook voor de inwoners, zeker daar waar de overheid steeds verder terugtreedt. Als zodanig zijn wij het eens met de besluiten die het college van B. en W. op basis van uitkomsten van de bestuursopdracht neemt, te weten: de aanwijzing van één portefeuillehouder, het opstellen van een communicatieplan en het samenvoegen van VVV en Stichting Stadspromotie. Wat ons betreft mogen daarbij taken van de ANWB en de afdeling voorlichting worden betrokken. Hoe op dit moment de samenwerking tussen de VVV en de ANWB is geregeld, blijkt niet uit de stukken. Wij hebben daar graag wat meer duidelijkheid over. Ook het organiseren van evenementen mag wat ons betreft deel uitmaken -9- 6 juli 1999. van de taakopdracht van deze organisatie, maar wij hebben dan wel graag dat dit gebeurt in overleg met andere organisaties binnen Helmond, die zich nu al en met veel succes bezighouden met het organiseren van evenementen, zoals Keiebijters, Jazz in Catstown en Carat. Het gaat erom dat er met die instellingen gecommuniceerd wordt, overigens zonder op elkaars stoel te gaan zitten of te willen zitten en met respect voor elkaar. Het liefst zien wij dan een evenement op niveau en zo mogelijk met landelijke uitstraling. Dit is een punt uit ons programma, waarover wij in de toekomst graag inhoudelijk met de portefeuillehouder van gedachte wisselen. Er staat de nieuwe organisatie een heleboel te wachten op macro-economisch gebied (openingstijden, 24-uurseconomie, internet). Dat betekent dat er een goed plan moet komen voor deze zaken. Wij hebben geprobeerd een optelsom te maken van de financiële aspecten van het voorstel. Wij zijn er niet helemaal uitgekomen. Het gaat ons wel om een principe. Wij moeten problemen oplossen. Wij zullen dan ook akkoord moeten gaan met het weghalen van oud zeer. Dat willen wij zichtbaar maken via de post onvoorzien incidenteel in de marap. Op het punt van de kosten die het college wil doorsluizen naar de begroting 2000, maken wij een voorbehoud. Dat heeft te maken met het communicatieplan, respectievelijk het strategisch plan. Er zijn enkele zaken die wij niet helemaal begrijpen. Er wordt gevraagd om het verstrekken van f 300.000,-- die in wezen al is uitgegeven. Dat bedrag zou afgedragen moeten zijn voor de verkoop van bonnen. Dat is er dus domweg niet meer. Wij zijn dan ook in feite bezig met schuldsanering. Ik vind het een belonen van schuldsanering als je daar geen rente over rekent. De rentelast, die het college nu abusievelijk niet meeneemt, moet meegenomen worden in het financiële plaatje dat het college voor die club gaat opstellen. Er ligt een probleem met betrekking tot de huisvesting. Is de ruimte van de stadswinkel straks voldoende groot om de uitbreiding van de VVV en Stadspromotie op te kunnen vangen? De ruimte is immers gelimiteerd. Dat kan betekenen dat het college moet afwegen of andere gebouwen die op de Markt vrijkomen (zoals het postkantoor) niet heter geschikt zijn. Ik geef toe dat daarmee een ander probleem in financiële zin wordt gecreëerd, namelijk dat de winst van de verkoop van het pand ingecalculeerd is in de problematiek van Boscotondo. Ik wil graag nog een keer met het college van gedachte wisselen over liet punt van de huisvesting. Wij gaan akkoord met het incidenteel oplossen van de problematiek die er ligt. Daar moeten wij van af. Wij willen, alvorens vooruit te lopen op de begrotingsbehandeling, een goed activiteitenplan een goede begroting voor VVV/Stadspromotie hebben. Nagegaan moet worden in hoeverre op termijn privatisering mogelijk is. Het punt van de verplaatsing van de VVV/Stadspro~ motie willen wij aanhouden, om er nader over te kunnen spreken. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Onze fractie gaat akkoord met het voorstel, maar op één onderdeel zijn wij ertegen. Dat betreft de geschenkbonnen. De heer Praasterink heeft dit punt al verwoord. Wij snappen niet waarom er niet een vierde optie, de optie van een rentedragende lening, in het voorstel is opgenomen. Het gaat orn een stuk schuldsanering, Wij kiezen voor de door mij genoemde vierde optie. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter, ik heb er vandaag zin in, dat merkt u wel! Wij zijn vóór de combinatie van de VVV en de Stichting Stadspromotie. Wij zitten wel met het punt van de 3 ton inzake de geschenkbonnen. Het is namelijk zo dat - en daar ben ik nog trots op - wij als VVV (toen ik in het bestuur zat, waar wij helaas uit moesten) de geschiedenis van de geschenkbonnen hebben opgestart. Wij konden er goed winst uit halen. Daar profiteren wij nu nog van als Helmond Vooruit. Bi de financiering van de VVV missen wij als HSP de inkomsten van de ministeries van economische zaken en grotestedenbeleid en het SRE, die het toerisme hoog in het vaandel hebben staan. Wat doet de Europese Commissie, SI (investering Stimulus toerisme)? Wij als HSP vinden dat de VVV/Stadspromotie Helmond (thans zeven mensen) uitgebreid moet worden met enkele mensen uit het verenigingsleven, die toch Helmond groot maken. Ik noem er enkele: Jazz in Catstown, comité St. Nieolaas, Oranjecomité en Helmond Vooruit. Wie zijn het bestuur van VVV/Stadspromotie'? Samen zijn wij sterk en kunnen wij goede produkten afleveren. Het lid RIETVELD (GroenLinks): De heer Kuijpers vraagt wie VVV/Stadspromotie is. -10- 6 juli 1999. Wie is precies Helmond Vooruit? Zit de heer Kuijpers daar ook in? Het lid KUIJPERS (HSP): Dat hebben wij opgericht, omdat wij de naam VVV niet meer mochten gebruiken. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Ik heb er moeite mee dat de heer Kuijpers op dit punt het woord voert als hij in het bestuur zit. Het lid KUIJPERS (HSP): Toen. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Nu niet meer? Het lid KUIJPERS (HSP): Natuurlijk niet. Het is nu Helmond Vooruit. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Er zijn kort geleden zware woorden gevallen in deze raad over belangenverstrengeling. Ik voel me dan ook geroepen nu een opmerking daarover te maken, maar ik kan me voorstellen dat het college er ook nog iets over zegt. De VOORZITTER: Ik vergeef de heer Kuijpers dat hij er vanavond zin in heeft! Wij zullen over dit punt nog eens praten. Het lid WITTEVEEN (wethouder): Voorzitter! Er bestaat een evenementenkalender die door de huidige VVV wordt uitgegeven. Dat is echter niet de VVV van Helmond, maar die van Kernpen en Peel. Bij de VVV wordt de selectie gemaakt van evenementen die men opneemt. Daarmee wordt soms de boot gemist. Het bestuur van de VVV heeft er dan ook voor gekozen de evenementenkalender in eigen hand te nemen, zodat daadwerkelijk alle evenementen bekend kunnen worden gemaakt aan de bevolking. Ik neem de suggestie van de heer Rieter over de Uitloper graag mee. Ik denk dat het een goede zaak is deze in het bestuur van de VVV en uiteraard ook met de uitgever van de Uitloper te bespreken. De heer Praasterink wijst op het belang van promotie. Hij mag van mij aannemen dat VVV en Stadspromotie, nu ze samengevoegd worden, erop uit zijn de stad zoveel mogelijk te promoten, zowel naar de inwoners toe als naar mensen van buiten toe. Beide aspecten nemen wij mee. De ANWB heeft onze VVV een agentschap verleend op basis waarvan producten van de ANWB via het VVV-kantoor worden verkocht. Daar zit een marge tussen. Het betreft een aantrekkelijke commerciële activiteit van de VVV. De heer Praasterink merkt op dat evenementen in overleg met anderen moeten worden opgepakt. Het bestuur doet niet liever dan dat. Dat gebeurt op dit moment ook al. Bij de Stichting Stadspromotie waren destijds de activiteiten van het Carat-paviljoen ondergebracht. Die liggen nu bij VVV/Stadspromotie. Zo er andere actoren zijn op dit terrein die van de organisatie gebruik willen maken, dan zullen wij het zeker niet nalaten daarop in te gaan. Men kan ervan overtuigd zijn dat wij daarmee contact opnemen. Terecht merkt de heer Praasterink op dat oud zeer op financieel gebied moet worden weggewerkt. Het is een ballast als je daarmee rond moet blijven zeulen. De heer Praasterink heeft moeite met de 3 ton ten aanzien van de geschenkbonnen. De VVV heeft destijds voor f 960.000,-- aan bonnen ingekocht. Het geld van de verkoop van die bonnen vormde liquide middelen. Dat gold voor alle VVV's in Nederland. De organisatie heeft het besluit terzake teruggedraaid. Ze heeft bepaald dat het geld direct moet worden afgerekend. Het gaat er dan ook niet om dat de VVV 3 ton tekortkomt, er is voor 3 ton gebrek aan liquiditeit. Men heeft het leeuwendeel van het bedrag direct vanuit de eigen begroting betaald. De 3 ton heeft men in de eigen begroting opgenomen. Als de 3 ton wordt verdisconteerd binnen de winst die gemaakt kan worden op de bonnen, dan houd je bij een omzet van een dikke f 1 miljoen uiteindelijk netto f 2000,-- op de begroting over voor alle activiteiten. Als er een liquiditeitsprobleem is, ben je constant bezig met betalingen. Je moet overleg plegen over wanneer welke rekening betaald moet worden. Dat kost extra tijd en levert niets op. Daarom is de vraag in het college aan de orde geweest of een prille organisatie die er flink tegenaan wil, belast moet worden met een liquiditeitsprobleem. Als je dat doet, ontstaat de neiging tot een in zichzelf gekeerde organisatie. Wij willen ervoor zorgen dat de organisatie zoveel mogelijk naar buiten kan treden om Helmond te promoten. De activiteiten moeten goed van de -li- 6 juli 1999. grond worden getild. Aan de hand van een strategisch plan moet dat handen en voeten worden gegeven. Dat is de reden dat wij een tegemoetkoming ten aanzien van de liquiditeitspositie willen geven. Het krediet wordt in drie jaar afgelost. De activiteiten kunnen door dit krediet veel meer gericht zijn op de evenementen, waar het om gaat. Dat is een positieve ontwikkeling. De heer Kuijpers vraagt wat Stimulus in dit verband doet. Via Stimulus zijn en komen middelen beschikbaar, met name waar het gaat om training en opleiding van de medewerkers van VVV-kantoren. De trainingen zijn ontwikkeld en uitgevoerd door Stimulus. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Nog niet zolang geleden heeft minister Van Boxtel gezegd dat hij het toerisme een warm hart toedraagt. Is hij ook bereid daarin financieel bij te dragen? Het lid WITTEVEEN (wethouder): Men kan zien in de aangedragen financiering dat er GSB-middelen in die richting gaan. , De VVV moet nu vanuit een startpositie zaken gaan oppakken. Er loopt een procedure met betrekking tot het aanstellen van een directeur. De nieuwe directeur krijgt een behoorlijke opdracht. Hij moet niet alleen handen en voeten geven aan het promotionele gedeelte, maar daarnaast middelen verwerven. Daarbij denk ik niet alleen aan subsidies, maar ook aan sponsoring door bedrijfsleven en wellicht verenigingsleven. De heer Praasterink vraagt naar de huisvestingsproblematiek. In het verleden is door het gemeentebestuur gevraagd om de loop te krijgen in Boscotondo. Er moesten activiteiten zijn, die flink wat publiek trokken. Boscotondo moest een levendig karakter krijgen. De VVV heeft op het verzoek terzake niet afwijzend gereageerd. Dat wil niet zeggen dat VVV/Stadspromotie de vlag heeft uitgestoken. De discussie daarover past echter niet binnen mijn portefeuille, maar binnen die van collega Bethlehem. Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! De commissie OCS is geïnformeerd over de gang van zaken met betrekking tot de stadswinkel en de formule die wij aan het ontwikkelen zijn om onze burgers daar te ontvangen. Eén van de problemen waar wij tegenaan lopen, ligt in het aantal vierkante meters dat nodig is voor de formule die wij voor ogen hebben. Er moet een bepaald aantal handelingen verricht worden, waarvoor een aantal loketten nodig is. Hier ligt een spanning. Als wij de formule willen volhouden waarvan wij zijn uitgegaan, komen wij vierkante meters tekort. Een nota terzake is afgelopen week in het college van B. en W. geweest en zal na de vakantie in de commissie OCS besproken worden. Eén van de suggesties ter oplossing van het probleem is om nog eens kritisch te kijken naar de huisvesting van VVV/ANWB. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Als het punt van de huisvestingsproblematiek terugkomt in de commissie, gaan wij ermee akkoord, Wij gaan er niet mee akkoord dat plotseling ten laste van crediteuren gelden in de exploitatie worden gestopt en dat dit ongestraft door kan gaan. Daar ben ik faliekant op tegen. Ik vind dat minimaal een rente van 5% (die in de gemeente gebruikelijk is) in rekening gebracht moet worden aan de instantie. Hoe de wethouder dit subsidietechnisch uitwerkt of dat de organisatie daar zelf bronnen voor aanboort, zie ik wel gebeuren bij de gemeentebegroting en wanneer er een fatsoenlijke begroting komt van de VVV. Ik vind het in principe fout dat de schuld wordt gesaneerd, want dan ken ik wel een paar verenigingen meer, die daarvoor in aanmerking willen komen. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Ik ben het eens met de opmerking van de heer Praasterink met betrekking tot de lening. Daaraan wil @ ik toevoegen dat het in principe gaat om een commerciële activiteit. Die wenst onze fractie niet te subsidiëren. Op dit punt zijn wij tegen het voorstel. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! Begrijp ik terecht uit de mededeling van wethouder Bethlehem dat heroverwogen wordt of het VVV-kantoor wel in Boscotondo komt? Als wij dit vorige week in de commissie hadden geweten, dan had dat een hoop commotie voorkomen, De VOORZITTER: Het college weet het zelf nauwelijks. De heer Bethiehem heeft gezegd dat de kwestie pas zeer onlangs in het college aan de orde is geweest. Ook het college leidt aan -12- 6 juli 1999. voortschrijdend inzicht. Het lid WITTEVEEN (wethouder): Voorzitter! In VVV-land is het gebruikelijk geweest dat de liquiditeitspositie van de VVV-kantoren er mede door werd gevoed dat de omzet geschenk- bonnen slechts eerunaal per jaar werd afgerekend. Dat werd normaal gesproken gedaan aan het einde van de rit, als ook de subsidiegelden weer waren toegezegd. Dan kon men de omzet van de geschenkbonnen afdragen en was er een overbrugging voor het liquiditeitsprobleem. Het contract terzake is nu eenzijdig opgezegd. De VVV moest daardoor halsoverkop afrekenen. Het is een fikse aderlating als je in één keer f 690.000,-- aan liquide middelen uit de portemonnee moet trekken. En er moest betaald worden, want er stond druk op de ketel. Er is nog een gat van 3 ton, die het laatste stukje aan liquide middelen vormt in de overbruggingsperiode. Het college is gevraagd of het bereid was de VVV 3 ton te lenen. In het voorstel staat een drietal mogelijkheden om die 3 ton te verstrekken. Het college heeft de keuze gemaakt om de VVV geen extra belasting op te leggen. Binnen de begroting van de VVV had men die verreke- ning wél gemaakt. Men ging ervan uit dat het geld in het kader van de omzet terugverdiend moest worden. Ik gaf aan dat je op een omzet van ruim f 1 miljoen dan f 2000,-- netto overhoudt. Mijl] zorg daarbij is niet dat de VVV dan maar f 2000,-- overhoudt, maar dat er binnen de VVV een liquiditeitsprobleem is. Dat betekent telefoontjes, mensen die zenuwachtig worden omdat iemand om zijn geld vraagt enz. Dat kost tijd en inspanning. Het bestuur heeft voor de insteek gekozen om dat probleempje op te lossen. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Het gaat me niet om de lening zelf, maar om de manier waarop die wordt verstrekt. Het lid WITTEVEEN (wethouder): De heer Praasterink doelt op de rentevergoeding. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Het gaat om f 15.000,-- per jaar. Daarbij gaat het niet eens zozeer om die f 15.000,-- als wel om het principe erachter. Dat hebben de heer Praasterink en ik proberen te verwoorden. Het lid WITTEVEEN (wethouder): Uitgangspunt van de VVV in overleg met het college is dat alle activiteiten die ze nu van de grond tracht te krijgen (het echt promoten van de stad voor zowel de bevolking als voor mensen daarbuiten) alle aandacht en tijd moeten hebben. De VVV heeft - waar men in de eerste twee jaar het zicht heeft gemist - nu alles keurig op een rijtje staal], waardoor ze zich kan wijden aan de activiteiten. Dat is de reden geweest dat het college de keuze heeft gemaakt om het voorliggende voorstel te doen. Wij willen geen extra belasting op de VVV leggen. De activiteiten van VVV/Stadspromotie worden gesubsidieerd, zoals overal in het land gebeurt. Het bestuur zal proberen om via sponsoring extra middelen te krijgen. Als je een lening afsluit over drie jaar, ben je na drie jaar van het probleem af, omdat je de liquiditeitspositie hebt kunnen verbeteren. Er komt wat speelruimte binnen de opstelling van de begroting. Bij de jaarrekening is het dan aan raad en college om daar een 'oordeel over te vellen. Men kan een en ander achteraf corrigeren, hoewel het bestuur ervan uitgaat dat de VVV het goed zal doen. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Ik wil graag de namen weten van de mensen die in het bestuur zitten. In neem aan dat die donderdag bekend gemaakt worden. De VOORZITTER: Het besluit dat u vanavond neemt, hangt niet af van de namen van de bestuursleden, maar u krijgt ze wel. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De aanwezige leden van de fracties van Ondernemend Helmond en GroenLinks verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat ze zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd, voor wat betreft punt 3. 14. Voorstel tot vaststelling van de gerneenterekenina 1998 (bijlage nr. 168). -13- 6 juli 1999. Het lid SMITS (Helmondse Belangen): Voorzitter! Wij hebben voor het eerst in de nieuwe vorm in vier sessies ons oordeel kunnen geven over de gemeentelijke jaarrekening 1998. Wij hebben gezocht naar de juiste procedures en behandelingswijze, er zijn strubbelingen geweest, maar wij hebben wel een oordeel gegeven. Wij als Hehnondse Belangen betreuren het dat het voorliggende stuk geen resultaat is van de inspanning van alle politieke partijen. Naar onze mening is de controle op de gemeentelijke uitgaven een zaak van alle partijen, ongeacht kleur en doelstelling. Het lid KLERKX (CDA): Voorzitter! Ik vind het een beetje vreemd dat een lid van de rekeningcommissie over dit voorstel het woord vraagt. De VOORZITTER: Ik maak wel meer vreemde dingen mee tegenwoordig! Het lid VAN HEUGTEN (voorzitter van de rekeningcommissie): Voorzitter! De rekening- commissie heeft een raadsbrede samenstelling. In principe is elke politieke partij erin vertegen- woordigd. Gebleken is dat elke partij haar bijdrage op eigen wijze invult. De ene verschilt daarin van de andere. Inhoudelijk kunnen wij niet ingaan op de opmerkingen van de heer Smits. Het lid WIJNEN (SDH): Voorzitter! Er is een verschil in het saldo van de grondexploitatie tussen de raadsbijlage en het conceptraadsbesluit. Als dezelfde bedragen worden gehanteerd, klopt het voorstel! De VOORZITTER: Wij kennen uw accuratesse, mijnheer Wijnen. Wij zullen het verschil corrigeren. Het lid VAN HEUGTEN (voorzitter van de rekeningeommissie): De heer Wijnen heeft f 10,-- verdiend! Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 15. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de planvoorbereiding wijkontwikkelingsplan en masterplan herstructurering Ie fase Binnenstad-Oost (bijlage nr. 171). Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! De wisseling van het college vorig jaar zal er mede debet aan zijn dat de hoogte van het krediet voor 1998 en 1999 voor het inhuren van externe capaciteit is opgelopen tot f 748.000,--. Daarbij zitten niet de interne kosten die gemaakt zijn. Wij vragen het college waar het eind 1999 denkt te staan in de planvoorbereiding. Dit wordt ons niet duidelijk uit de stukken, omdat er wordt gesproken over `aanzetten tot`. Hoe denkt het college intern de herstructurering van de Binnenstad-Oost aan te sturen en te begeleiden? Wij hebben daar als raad graag meer duidelijkheid over. Het lijkt ons belangrijk voor het ambtelijke apparaat zelf, voor raad en commissie, maar zeker ook voor burgers en derden om te weten waar ze met welke vragen terecht kunnen. Wij hebben te zijner tijd graag duidelijkheid over de manier waarop het college de zaak wil opzetten voor wat betreft lijnen en verantwoorde- lijkheid. De jaarlijkse reis van de commissie SBV naar de wijk Lombok in Utrecht heeft ons inzicht gegeven in enkele facetten van herstructurering en wijkontwikkeling. Voor mij persoonlijk was één ding helder: wij moeten intern geen al te ingewikkelde structuur opzetten, maar er wel voor zorgen dat er intern duidelijkheid is en dat die er vooral naar andere partijen toe is. Wanneer denkt het college over dit aspect in de commissie informatie te verstrekken? Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Ik kan me ten dele vinden in hetgeen door mevrouw Jurrius naar voren is gebracht. Het pakken van middelen uit de algemene reserve, voordat daar een discussie over heeft plaatsgevonden, is eigenlijk niet op zijn plaats. -14- 6 juli 1999. Het lid DAMS (VVD): Voorzitter! In de commissie EFP heeft onze fractie een voorbehoud gemaakt ten aanzien van het voorstel. Dat was met name ingegeven door het feit dat wij van mening zijn dat de kosten tot en met 1998 (ruim 3 ton) reeds in voorgaande jaren ter votering hadden moeten worden voorgelegd. Inhoudelijk gezien hebben wij geen opmerkingen over het voorstel. Wij gaan er thans dan ook mee akkoord. Het lid RIETVELD (GroenLinks): Voorzitter! Mevrouw Jurrius heeft een goede bijdrage geleverd. Ik vind het principieel onjuist dat een vorig college ruim 3 ton uitgeeft en de rekening daarvoor bij het huidige college neerlegt. Het college moet in de toekomst altijd eerst toestemming aan de raad vragen als er dekking gevonden moet worden voor kosten voor de inschakeling van externe bureaus. De brief die de HSP heeft gestuurd omtrent externe bureaus was verhelderend. Misschien waren de vragen erg detaillistisch, maar in zijn algemeenheid sprak de brief mij aan, omdat gevraagd wordt te kijken naar nut en effecten van inschakeling van externe bureaus. Daaruit zouden interessante resultaten geboekt kunnen worden. Wij wachten met spanning het antwoord op die brief af en verwachten van dit college dat het niet dezelfde toeren uithaalt als het vorige college. Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! Ik ben uiteraard zeer gecharmeerd door de complimenten van de heer Rietveld. De CDA-fractie ondersteunt de vragen van de HSP met betrekking tot externe bureaus. Wij hebben dat al uitgebreid laten weten tijdens onze bijdrage bij de behandeling van de voorjaarsnota. Onze insteek daarbij was de vraag of ons apparaat wel adequaat genoeg kan reageren op de externe adviezen. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Ook ik sluit me aan bij hetgeen de HSP met betrekking tot de externe bureaus heeft gevraagd. Bij een volgend agendapunt heb ik een kapstok om daar nader op terug te komen. Het lid VAN MULLEKOM (HSP): Mijnheer de voorzitter! Het is verheugend om te constateren dat vele fracties in deze raad het met onze brief over inschakeling van externe bureaus eens zijn. Dat mag een vingerwijzing zijn dat voorstellen om externe bureaus in te huren eerst aan de raad voorgelegd dienen te worden. Dat zou een goede zaak zijn. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! Mijn fractie raakt het zicht een beetje kwijt op de volgtijdelijkheid van onderzoeken. Hoe verhouden die zich precies tot elkaar'? Hoe verhouden die zich tot de planning en de voortgang van de activiteiten in de binnenstad'? Kortom, wij zijn de weg een beetje kwijt in het kader van de herstructureringsplannen voor de binnenstad. Ik vraag de wethouder daar op korte termijn in de commissie SBV of in een gecombineerde vergadering met de commissie SO meer helderheid over te geven. Het komt allemaal wat gefragmenteerd en rommelig over. Het lid HESEN (wethouder): Voorzitter! Het voorliggende voorstel bestaat eigenlijk uit twee delen. Het gaat voor een deel om een krediet van f 303.000,--. Dit bedrag is door liet vorige college besteed aan een stedenbouwkundig bureau, dat een structuurvisie heeft gemaakt. Daarnaast zijn er interne producten aangeleverd. Toen bleek dat het draagvlak ontbrak voor de bevindingen in de structuurvisie, waren wij genoodzaakt een pas op de plaats te maken aan het begin van deze periode. Dit heeft uiteindelijk geleid tot een planaanpak die door het bureau Dimensie heel helder op een rij is gezet in de nota Integraal kader. Die nota wil ik graag direct na de vakantie bespreken, te meer omdat daarin een heel duidelijke uitspraak wordt gedaan over de status en de rol van het wijkontwikkelingsplan. Het betreft een soort alomvattend kader voor de weg die wij de komende tien jaar ten aanzien van de wijkontwikkeling in de Binnenstad-Oost willen gaan. Onderdeel van het wijkontwikkelingsplan dient overigens een duidelijke stedenbouwkundige visie te zijn. Wi .zijn op dit moment volop in gesprek met de beide eerste partners, woningeorporatie Woonpartners/De Hoop en woningbouwvereniging Volksbelang, over de exacte organisatiestruc~ tuur. Op 16 en 20 juli spreken wij opnieuw met elkaar over de manier waarop wij gezamenlijk vormgeven aan de organisatie van het wijkontwikkelingstraject, zowel op projectniveau als op het niveau van de gehele binnenstad. Daarover wordt in de nota Integraal kader uitgebreid gesproken. -15- 6 juli 1999. Wij gaan niet wachten met het project-Dierenbuurt tot het moment dat een totaal wijkontwikke- lingsplan gereed is gekomen. Wij gaan daarmee al het komende jaar van start. Wij voeren in feite op dit moment een tweeledige discussie. Wij bekijken hoe wij de zaken zowel op projectniveau als op het niveau van het wijkontwikkelingsplan in den brede ook met de externe partners zo goed mogelijk kunnen organiseren. Afgeleid daarvan dienen wij helderheid te scheppen over de interne organisatiestructuur die wij daarbij voorstaan. Daar kan ik nu geen uitspraken over doen. Dat is prematuur. De heer Kees Elich zal de interne ambtelijke coördinator blijven, die het proces trekt tot aan het moment dat wij de nota Integraal kader met de hele buurt hebben besproken en die door de politiek is vastgesteld. Het is belangrijk dat wij op het moment dat wij de nota Integraal kader bespreken, uitspraken kunnen doen over de exacte wijze waarop wij het proces verder organiseren. Dit gebeurt direct na de zomervakantie - ik denk op 31 augustus - in een gezamenlijke vergadering van in ieder geval de commissies SBV, EAS en MD. Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! Ik ga akkoord met het laatste antwoord van de wethouder, waar hij zegt dat in de gezamenlijke commissievergadering na de zomervakantie duidelijkheid kan worden gegeven over de organisatie van het proces. Mij verbaast echter dat de wethouder zegt dat er pas een uitspraak gedaan kan worden over de interne structuur nadat hij met de wijk over de nota heeft gesproken. Beide zaken hebben toch geen directe verbinding met elkaar? Je moet de zaken intern goed op orde hebben. Ik heb daar graag zicht op, omdat mij wel blijkt dat, als je de structuur te ingewikkeld gaat maken, de zaak overgestructureerd raakt, waardoor je nog niet duidelijk bent. Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Wij zijn blij met het feit dat De Hoop en Woonpart~ ners samengaan. Wij hebben geen bezwaar tegen het krediet van f 748.000,--, maar wij hopen wel dat er goed onderhandeld wordt met de bewoners die weg moeten en eventueel terug kunnen komen. Dat stellen wij als voorwaarde. Het lid 14ESEN (wethouder): Voorzitter! Als ik gezegd zou hebben dat de aard van de interne structurering van het proces afhankelijk zou zijn van het gesprek met de wijk, dan ben ik niet duidelijk geweest. De interne structurering heeft wel nadrukkelijk te maken met de wijze van samenwerking die wij kiezen met de meesthetrokken partners, te weten Woonpartners/De Hoop en Volksbelang. Als het de bedoeling is om tot een publiek-private samenwerking te komen in de Binnenstad-Oost, dan moeten wij ook durven te spreken over de bevoegdheden van eenieder in die samenwerking en de mate waarin je elkaar daarin kunt beïnvloeden. Afgeleid van de afspraak die wij terzake maken, kunnen wij het proces intern structureren. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 16. Voorstel tot het beschikbaar steller van een krediet ten behoeve van de afhandeling van Leroeps- zaken huisvestingsvoorzienimzen onderwijs (bijlage nr. 146). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 17. Voorstel tot vaststelling van het "Bii@zesteld Gemeentelijk Plan Onderwiis in Allochtone Levende Talen, periode 1999-2002" (bijlage nr. 145). Het lid MOKADIM (CDA): Voorzitter! Mijn fractie kan zich scharen achter het bijgesteld plan onderwijs in allochtone levende talen, periode 1999-2002. De periode 1998-1999 heeft als overgangsjaar gediend. Direct na de zomervakantie zullen de leerkrachten geconfronteerd worden met het nieuwe plan. Als basis daarvoor geldt de combivariant, waarvoor wij ongeveer een jaar geleden hebben gekozen. Deze is in feite een uitvloeisel van decentralisatie. 's Lands bestuurders hebben hiervoor gekozen. Ik vind dat men er in Den Haag voor had kunnen kiezen om voor de groepen 1 tot en met 8 het onderwijs in allochtone levende talen (OALT) onderdeel te laten zijn van het curriculum of dit niet te doen. In feite hebben 's lands bestuurders voor iets halfslachtigs gekozen, zoals een van mijn oud-leraren mij onlangs zei. Maar goed, wij worden geconfronteerd -16- 6 juli 1999. met de uitvoering ervan. Er is sprake van een drietrapsraket. De eerste trap is de implementatie van het OALT in de verlengde schooldag. Uit de informatie die reeds tot mij is gekomen is mij duidelijk geworden dat twee basisscholen (de islamitische basisschool en De Uilenburcht) reeds begonnen zijn met implementatie van het OALT in de verlengde schooldag, mede in het kader van de brede-schoolgedachte. Ik heb begrepen dat een en ander nog moet worden uitgewerkt. De brede school moet nog uit de verf komen. Is de wethouder voornemens het OALT ook in andere scholen te laten implementeren? Ten tweede ben ik van mening dat de betrokkenheid van ouders bij de schoolloopbaan van hun kroost belangrijk is voor het welslagen van de schoolloopbaan. Het stemt mij tot droefenis als ik lees en hoor dat de betrokkenheid van met name allochtone ouders nogal te wensen overlaat. Als gemeente moeten wij, als een van de actoren in het veld, die betrokkenheid zien als een van onze taken. Hoe wil de wethouder de ouderlijke betrokkenheid samen met de andere actoren in het veld meer gestalte geven? De derde trede van de drietrapsraket betreft de positie van de OALT-leerkrachten. Hoe zal die positie zijn? Ik heb begrepen dat bij velen het zwaar van Damoeles reeds boven de nek hangt. Het lid YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Bij de eerste behandeling van het onderwerp hebben wij gevraagd naar de betrokkenheid van de ouders, omdat die ontzettend belangrijk voor ons is. In de informerende ronde in het begin zijn de ouders bij de zaak betrokken. Hoe is het verdere proces gegaan? Zijn de ouders betrokken bij de besluitvorming of worden ze er nog bij betrokken? Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Het feit dat OALT onderdeel is van het curriculum in de onderbouw (groep 1 tot en met 4) is landelijke wetgeving. Wij kunnen daar als gemeente niets aan veranderen. Het is niet toegestaan dat het OALT in de bovenbouw (groep 5 tot en met 8) onderdeel is van het curriculum. Bezwaren daartegen zijn bekend in Den Haag. Daar wordt naar gekeken. Het is goed dat twee scholen al hebben gekeken naar de mogelijkheid OALT te geven in het kader van de verlengde schooldag oftewel in het kader van de brede school. Dat is een goede oplossing. De andere scholen moet daar m.i. zelf op reageren. Ik vind niet dat ik dat als wethouder dwingend op moet leggen aan de andere scholen. Dat moet men onderling bekijken. De ouders en zelfs schoolbesturen hebben aangegeven niet blij te zijn met de ontwikkeling ten aanzien van het OALT, maar het is niet anders. Ik weet niet of dit te maken heeft met het feit dat men er verder niet betrokken bij wil zijn. Er is sprake van enige spanning. Aan de ene kant wil men de huidige vorm niet en aan de andere kant vindt men het onderwijs wel belangrijk voor de kinderen. Ik constateer dat hier nog een heel belangrijk aandachtspunt ligt. Ik vind het vooral een taak van de scholen om dit punt op te pakken, omdat het kinderen betreft die aan hun zorg zijn toevertrouwd en ik me als wethouder niet op dat niveau wil bewegen. Ik begrijp niet geheel dat de heer Mokadim het heeft over het zwaar van Damocles met betrekking tot de OALT~Ieerkrachten. Het lid MOKADIM (CDA): Als de OALT~Ieèrkrachten onderwijs voor de bovenbouw buiten schooltijd moeten geven, zullen zij slechts voor 50% in dienst zijn van de school. Wat betekent dit voor hun positie? Het lid BETHLEHEM (wethouder): De heer Mokadim vraagt naar de rechtspositie van de leraren in de toekomst. Als het OALT deel gaat uitmaken van de verlengde schooldag en de brede-schoolontwikkeling, dan verandert er in principe weinig aan de positie. Ik moet dit echter nog uitgewerkt zien. Ik denk dat het met name voor de schoolbesturen een taak is om hierop te reageren. Het lid YEYDEN (PvdA): Voorzitter! Wij vonden liet als PvdA ontzettend belangrijk dat de ouders in het besluitvormingsproces betrokken zouden worden. In het hete proces zijn de leerkrachten, de schoolbesturen en de gemeente betrokken, maar de ouders (omdat de kinderen op die leeftijd niet voor zichzelf kunnen praten) zijn er niet bij betrokken geweest. In de informatie- rondes is nadrukkelijk verteld dat de gemeente in een later stadium met een uitgewerkt programma terug zou komen naar de ouders, waarna er nog gepraat zou kunnen worden. Ik ben er benieuwd -17- 6 juli 1999. naar hoe dit proces verder is gegaan. Is de besluitvorming teruggekoppeld naar de ouders? Zijn ze erbij betrokken geweest? Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Voor zover mijn kennis op dit moment reikt, is met de ouders van gedachte gewisseld op de informatieavonden. Je kunt avonden over het onderwerp praten, maar daarmee verander je de wetgeving niet. Wij kunnen niet afwijken van de wetgeving. Al zijn de ouders met de regeling niet tevreden - ik heb begrepen dat dit tot zeer onplezierige avonden heeft geleid voor degenen die er namens de gemeente aanwezig waren - de wetgeving is niet anders. Andere gemeenten hebben wel andere zaken toegestaan, maar die zijn op hun schreden teruggekeerd, omdat het rijk zegt dat wij worden gehouden aan het beleid dat door het rijk is vastgesteld. In de onderbouw vindt OALT plaats binnen het curriculum. In de bovenbouw moet OALT buiten schooltijd plaatsvinden. Er ligt een aardige, creatieve oplossing. Ik verzoek de schoolbesturen daarmee verder aan de gang te gaan. Je kunt mensen niet meer invloed geven dan ze hebben. De schijn daarvan moeten wij ook niet wekken. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 18. Voorstel tot vaststelling van de derde wiiziginz van de 'Verordeninz huisvesting onderwijs gemeente Helmond` (biilaze nr. 16U. Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 19. Voorstel met betrekking tot de doordecentralisatie onderwiishuisvesting Vereniaing Ons Middel- baar Onderwiis (bijlage nr. 162). Het lid VAN REST (CDA): Voorzitter! Het voorliggende voorstel is in de commissies OCS en EFP aan de orde geweest en met name in de commissie OCS uitvoerig besproken. Het CDA heeft in beide commissies zijn steun aan het voorstel gegeven. Gezien het grote belang van het voorstel voor onze stad, verdient het enige aandacht tijdens de behandeling in de raad. Het besluit dat wij vanavond nemen, moet leiden tot versterking van het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (VMBO) in Helmond en in feite tot een symbiose tussen VMBO en MBO. De volledige zorg voor huisvesting van scholen ressorterend onder de vereniging Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) berust na de doordecentralisatie bij één instelling. Dit sluit aan bij de visie van het CDA dat verantwoordelijkheden daar gelegd moeten worden waar ze thuishoren. Het CDA stelt vast dat het voorstel spoort met het collegeprogramma en dat het inhoud geeft aan één van de doelstellingen van de onlangs vastgestelde stadsvisie. Wi hebben het gewaardeerd dat het college erin geslaagd is om ons. ondanks de korte voorbereidingstijd vOór de behandeling in de commissies meermalen uitvoerig te informeren over de voortgang van de plannen. Daarbij is het ons niet 'ontgaan dat er, met name waar het de financiële onderbouwing betreft, stevig onderhandeld is. Een woord van waardering voor de ambtelijke ondersteuning hierbij is dan ook op zijn plaats. Het resultaat is te beschouwen als een goede verzekering voor de toekomst van onze stad. Wij concluderen dat als gevolg van de aan de orde zijnde operatie in het vervolg voor VMBO-huisvesting geen ambtelijke ondersteuning meer nodig is. Het CDA verwacht dat door de realisering van de plannen met betrekking tot het VMBO meer mensen via opleiding en vorming de weg naar werk weten te vinden. Wij wensen alle betrokkenen dan ook veel succes toe. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Mijnheer de voorzitter! Ondernemend Helmond zou het liefst alle middelen voor onderwijshuisvesting doordecentraliseren. Dat schijnt niet te kunnen. Wij zullen ons dan ook van geval tot geval moeten bezinnen op de problematiek. Het gaat in dit geval om zulke grote investeringen dat ik het de moeite waard vind om er iets uitvoeriger bij stil te staan dan wij normaal gesproken zouden doen. Wij praten over een totale investering van zo'n f 80 miljoen (ROC ter AA f 40 miljoen, OMO f 18 miljoen, industrieel praktijkcentrum f 16 miljoen, provincie f 1,5 miljoen, Stimulus f 4,5 miljoen). -18- 6 juli 1999. In de commissie hebben wij gesteld dat er wat ons betreft een aantal zaken wezenlijk is met betrekking tot het voorliggende voorstel: 1. Er is de kans om het beroepsonderwijs in Helmond te houden en waar mogelijk uit te breiden. 2. De kwaliteit van het onderwijs en derhalve de garantie die wij hiervoor naar de toekomst toe kunnen inbouwen, is bepalend voor de toekomstige waarde van de investering. 3. Wat is de invulling van de investeringen die op grond van deze keuze noodgedwongen blijven liggen, met andere woorden: wat kunnen wij niet meer doen? Wij hebben destijds gesteld dat wij positief willen meedenken over de betrokken investe- ring, mede omdat hierdoor een aantal programmapunten van ons wordt gerealiseerd. Maar nu de kwaliteit naar de toekomst toe. Wij hebben al eerder gezegd dat een lelijk meisje niet mooi wordt als ze een mooi kleedje aan krijgt. Het kan wel helpen, maar meestal niet lang. Dat geldt ook hier. Kwaliteit moet borg staan voor uitbreiding en continuïteit. De huisves- ting helpt dan. Wij waren dan ook uitermate verheugd in een gesprek met de wethouder van EFP te vernemen dat de kwaliteit gegarandeerd zou worden middels een jaarlijks aan het aantal leerlingen gekoppelde uitkering. Dat betekent dat er een inspanningsverplichting bij schoolbestuur en directie van de scholengemeenschap zal komen te liggen. Immers, de gemeente zal bij meer leerlingen méér en bij minder leerlingen minder betalen. Bij meer leerlingen zal de gemeente echter ook meer middelen van het rijk ontvangen. Wij zijn uitermate verbaasd in het voorstel te zien dat deze mededeling niet waar blijkt te zijn. Integendeel. Het college van B. en W. gaat uit van een aantal leerlingen van 3800 fix over een periode van 50 jaar. Naar alle waarschijnlijkheid maak ik het niet meer mee, maar ik denk dat de dan oude Bethlehem zich tegen die tijd zal afvragen of dit goed is geweest. Kort gezegd: Er is geen enkele garantie voor kwaliteit en een grote risieofactor voor de gemeente bijgekomen. Dat vinden wij eigenlijk geen goede zaak. Wij vragen het college dringend na te gaan of binnen de termijn van 50 jaar ijkpunten zijn in te bouwen om alsnog aanpassingen te plegen. Wat blijft er liggen? Wij hebben begrepen dat er een vrije reserve is binnen het grond- bedrijf. De rente over deze vrije reserve wordt gebruikt ter dekking van de kosten. Dan spelen er evenwel twee zaken. Hoe vrij blijft de reserve in de loop van 50 jaar? Verder is de reserve, door er een bestemming aan te geven, niet meer vrij. Wij kunnen er in de toekomst niet meer over beschikken. De escape die hierin zit, is de opdracht die de task force heeft gekregen om binnen een periode van twee jaar middelen te vinden. Dat is afwachten en hopen. Hoop doet leven, voor alle andere speerpunten van het college van B. en W., maar hangende die hoop loopt nog tal van dure onderzoeken bij externe bureaus. Reeds bij de behandeling van de voorjaarsnota verzochten wij het college ons een overzicht te geven van de termijnen waarop lopende en op te starten onderzoeken in daden zouden kunnen worden omgezet. Dat hebben wij tot nu toe niet gehad. Met andere woorden: wij kunnen niet weten wat er zoal loopt aan onderzoeken, waarbij wij straks toch de centen niet hebben om de daaruit voortvloeiende adviezen uit te voeren. Al die onderzoeken lijkt Ondernemend Helmond een beetje te veel van het goede. Wij vragen dus om tot ternporise- ring over te gaan en na te gaan wat er aan besparingen op dit punt mogelijk is. Wij gaan akkoord met het voorliggende voorstel, op voorwaarde dat wordt nagegaan in hoeverre het mogelijk is om binnen de periode van 50,jaar tot een flexibele opfrissing te komen met betrekking tot het aantal leerlingen en de daaraan gekoppelde uitkering, de raad een overzicht wordt verstrekt van concrete speerpunten die blijven liggen en inzicht wordt gegeven in de bezuiniging die mogelijk is middels het schrappen van niet te realiseren onderzoeken of inschake- ling van externe bureaus voor zaken die in de tijd niet zijn in te vullen. Het lid mevrouw LINTERMANS (SP): Voorzitter! Het gaat nu om het principevoorstel om in te stemmen met de zogenaamde doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting. Dit is niet alleen een voorstel om geld ter beschikking te stellen, het gaat verder dan dat. Er wordt een bepaalde weg ingeslagen. Dat is de reden dat wij moeite met het voorstel hebben. De SP ziet onderwijs bij uitstek als een gemeenschapsvoorziening. Het probleem is dat dit uitgangspunt in het voorstel tot op zekere hoogte wordt losgelaten. Zo vermeldt de raadsbijlage dat OMO na de doordecentralisatie "geen aanspraak meer kan doen op de gemeente" anders dan contractueel wordt vastgelegd. Een aantal zaken waarvoor op de gemeente geen beroep meer kan worden gedaan, wordt met name in de raadsbijlage genoemd. Het gaat dan om: terreinen, nieuwbouw, uitbreiding, meubilair, herstel constructiefouten enz. Kortom: de overheid (de gemeente) legt bepaalde financiële risico's welbewust ergens anders neer. -19- 6 juli 1999. Voor de duidelijkheid merk ik op dat ons punt niet is dat de kosten naar redelijkheid samen worden gedragen. Ons punt is dat de overheid het onderwijs tot op zekere hoogte loslaat. Men kan in de toekomst niet meer bij de overheid terecht voor de financiering van mogelijk noodzakelijke voorzieningen. Wij zijn daarom bezorgd over de gevolgen op langere termijn van een besluit nu. Wij vrezen dat in de toekomst zij die de beslissingen moeten nemen (het bestuur van OMO) zich noodzakelijkerwijs meer zullen laten leiden door financiële overwegingen dan door wat vanuit onderwijskundig oogpunt nodig is. Gezien door de bril van de gemeente kan doordecentralisatie wellicht aantrekkelijk lijken (je hebt een last minder), maar gezien vanuit het standpunt dat onderwijs een gemeenschapsvoorziening behoort te zijn en te blijven, vragen wij ons ernstig af of doordecentralisatie wel wijsheid is. Een ander probleem is het voortdurend door elkaar heen lopen van enerzijds doordecentra- lisatie en anderzijds het genereren van geld voor de nieuwbouw. Het college kiest voor doordecen- tralisatie om financiering van nieuwbouw juridisch mogelijk te maken. Of is het mogelijk ook zonder doordecentralisatie het geld vrij te maken? Graag horen wij hierop -een reactie van de wethouder. Voor wat betreft de nieuwbouw op zich-zelf hebben wij bedenkingen bij de grootschaligheid van het complex. Wi . hebben met het college geen verschil van mening over de noodzaak van goed J onderwijs. Integendeel. Het is juist vanwege het belang van goed onderwijs dat wij er niet van overtuigd zijn dat met doordecentralisatie van de onderwijshuisvesting een goede weg wordt ingeslagen. Het lid WIJNEN (SDH): Voorzitter! Wij zijn vóór het voorliggende voorstel. Helmond wil een grote stad worden. Wij willen toe naar een inwonertal van 90.000 tot 100.000 inwoners. Wij gaan steeds meer woningen bouwen en kwalitatief goede industrie naar Helmond halen. Het onderwijs blijft echter achter. Dat kan natuurlijk niet. Dan missen wij de boot. Dan hebben wij straks mensen in Helmond die niet in de bedrijven terecht kunnen. Wij vinden het dan ook fantastisch dat twee giganten in het onderwijs de handen in elkaar slaan en er samen voor gaan staan om leerlingen af te leveren voor het bedrijfsleven. Daar hebben wij allemaal wat aan. Daarmee worden mensen opgeleid die in de praktijk iets te maken kunnen hebben met de bedrijven die wij in Helmond hebben. Die hebben wij nu niet. Op dit moment verdwijnen al 300 leerlingen uit onze stad naar de regio (Deurne, Asten, Gemert, Eindhoven, Valkenswaard). Het is toch van de gekke dat een stad als Helmond niet de faciliteiten kan bieden waar haar inwoners recht op hebben. Daarom zijn wij vóór het voorstel. Ik zie op dit moment nog geen risico's. Maar als er dan toch risico's zijn, dan neem ik die graag, want die nemen wij op andere terreinen ook wel. Het lid VAN DER ZANDEN (PvdA): Voorzitter! Vanavond zetten wij wellicht een belangrijke stap met de doordecentralisatie van de onderwijsgelden voor het voortgezet onderwijs. Dit betreft een uitgangspunt in het collegeconvenant. Voor de wijze waarop het proces heeft plaatsgevonden wil de PvdA-fractie haar complimenten uitspreken. Voor de PvdA is niet alleen de nieuwe campus van belang. Dat zijn slechts stencil. Essentieel is de realisering en instandhouding van een sterk VMBO, liefst op één plaats. Dat blijkt nu verwezenlijkt te worden. Toch hebben wij nog een tweetal vragen. Ik meen me te herinneren dat er eerst sprake was van een leerlingenaantal van 3600 fix. In de raadsbijlage wordt nu 3800 fix vermeld. Kan de wethouder daar duidelijkheid over geven? Wat zijn de gevolgen voor de overeenkomst van een eventuele annexatie van Mierlo? De verhoudingen en de eventuele doordecentralisatie van de huisvestingsmiddelen komen dan immers anders te liggen. Ik heb geen ontsnappingsclausule of iets dergelijks kunnen vinden. Het lid RAAYMAKERS (GroenLinks): Voorzitter! Voorgaande sprekers hebben het al gezegd: voorligt een heel belangrijk voorstel voor Helmond. Wij nemen vanavond een besluit over een principe. Bij het behandelen van de doordecentralisatieovereenkomst krijgen wij nog de gelegenheid naar onderdelen te kijken, zonder dat er een weg terug is. Het is voor Helmond een belangrijke zaak dat het plan inzake het VMBO nu gerealiseerd wordt, met name vanwege de onderwijsinhoudelijke kant. Tijdens het reisje van de commissie onderwijs c.a. onlangs stond de school van de toekomst op het programma. In de rondleiding werd aangegeven dat in de 21e eeuw zich de -20- 6 juli 1999. ontwikkeling zal voordoen dat onderwijs in de thuissituatie een rol gaat spelen via de lijntjes van telecommunicatie. Ik kan me inderdaad voorstellen dat opa Bethlehem ver in de 21e eeuw zich zal afvragen of er in 1999 een goed besluit is genomen, gezien de snelle ontwikkelingen in de volgende eeuw. Uitgaande van de huidige wetenschap is er m.i. echter geen andere dan voorlig- gende mogelijkheid om op korte termijn de spiraal in Helmond om te buigen. Het is een win/win- situatie. De kwaliteit van het onderwijs moet zegevieren. Wij staan met de rug tegen de muur. In de beschouwing van de heer Praasterink is gevraagd om ijkpunten in te bouwen in de overeenkomst, om het risico te minimaliseren, daar de contracttermijn zo lang is. Ik vind dit een goede gedachte. Ik zie de wethouder al `neen` knikken. Hij moet dadelijk maar uitleggen waarom dit geen goede gedachte is. Ik denk dat het een goede zaak is om in de onderhandelingen over de uitwerking van de overeenkomst dit punt als grote jongens eerlijk onder ogen te zien. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! Er staan al borden bij de Keizerin Marialaan. Het college zal dus wel gedacht hebben: @ Dit varkentje wassen wij wel even. En -dat doet het college ook vanavond. Ik complimenteer het college ermee dat het alles uit de kast heeft gehaald om ons te overtuigen van het feit dat het voorstel een goede weg is, alhoewel die weg 50 jaar duurt. Dat is iets om over na te denken. De gekozen weg is overigens ook de enige redding om tot een goed VMBO in het Heltriondse te komen. In een eerder stadium heb ik daarover al gezegd dat deze vorm van onderwijs past bij het karakter van de stad. Er gebeurt van alles in het betrokken gebied. Is er een bestemmingsplanwijziging nodig? Het lid VAN MULLEKOM (HSP): Mijnheer de voorzitter! Wij hebben ons in de commissie al lovend uitgelaten over de nieuwe vorm van onderwijs, het VMBO. Wij houden daarmee veel jongelui die elders gaan studeren in eigen huis. Het plan is zeer goed. Ga zo door! Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Er is vanavond een belangrijk onderwerp aan de orde, waarbij binnen een korte termijn alles uit de kast gehaald moest worden om de voorgelegde stap te kunnen zetten. Wij staan op het punt dat er een verandering van de onderwijs- wetgeving plaatsvindt, waardoor het VMBO zijn intrede doet. Wij moeten constateren dat de situatie van het beroepsonderwijs in Helmond niet geweldig is. Het voorstel heeft zijn basis al gehad in het feit dat de directeuren van het voortgezet onderwijs in Helmond, zowel van het openbaar onderwijs als van de scholen ressorterend onder OMO, de koppen bij elkaar hebben gestoken en hebben besproken dat het VMBO goed en kwalitatief sterk opgezet moest worden, omdat Helniond anders op termijn zijn beroepsonderwijs kwijt is. Dat is de reden geweest dat wij als gemeente de bal opgepakt hebben. Als iedereen erachter staat, dan moeten wij meedoen. Wij zijn flink aan het voetballen gegaan. Het voorliggende voorstel is een onderhandelingsresultaat. Het gaat om geld. Wij zitten met het probleem dat wij een nieuwbouw moeten realiseren, waarvoor wij het geld niet hebben, anders dan dat wij de zaak zelf zouden financieren. Dat zou betekenen dat er een enorm beslag zou worden gelegd op onze huisvestingsmiddelen en zelfs ue middelen daarbuiten. Die kar konden wij niet trekken. OMO heeft de verantwoordelijkheid voor het beroepsonderwijs in de stad en heeft in gesprek met de gemeente aangegeven dat men bereid was om, als dat mogelijk was, in de betrokken constructie door te gaan. Ze had echter hulp van de gemeente nodig. Toen zijn wij op het idee gekomen om door te decentraliseren. Uiteindelijk heeft het gesprek ertoe geleid dat wij onder de gestelde voorwaarden akkoord gaan. Wij hebben het leerlingenaantal gefixeerd. Onder OMO vallen op dit moment 3600 leerlingen. Er gaan 300 leerlingen de stad uit (de weglek), waarvan 200 leerlingen in principe op de school in Helniond onderwijs zouden kunnen volgen, als men daarvoor kiest. Er zweven dus in feite 200 leerlingen. Voor de korte termijn geeft de prognose van de stad aan dat het leerlingen- aantal groeit, want de stad groeit. Dat betekent dat op termijn zich meer leerlingen zullen melden voor het VMBO. In de onderhandelingen hebben wij gezegd dat wij ijkpunten kunnen inbouwen, want uiteraard was dat onze eerste insteek. Wij konden elkaar tot een inspanningsverplichting dwingen en elkaar eraan houden. Gaandeweg het gesprek leek het ons als gemeente echter toch wenselijker om het bedrag te fixeren. Uiteindelijk heeft OMO daar ook voor gekozen. Ze is van mening dat de primaire insteek voor dit verhaal de realisering van een gebouw is. Dat betekent dat je voor de -21- 6 juli 1999. toekomst wat financiële zekerheid wilt hebben. Je zet in principe in eerste instantie de buitenkant neer. Daarvoor is dit geld nodig. De contractduur van 50 jaar heeft daar ook mee te maken. 50 Jaar is de afschrijvingstermijn die gebezigd wordt voor gebouwen. Er is niet gekozen voor de termijn van 50 jaar, omdat ik als opa Bethichem van over de negentig wil terugkijken of ik het goed heb gedaan. Ik denk overigens dat dit dan wel het geval zal zijn. Wij brengen voor de stad een stuk verantwoordelijkheid over naar een partij, die dat naar onze mening aankan en dat in het verleden heeft bewezen. Mevrouw Lintermans merkt op dat de SP doordecentralisatie een moeilijk verhaal vindt, omdat de zorg voor onderwijs volgens haar hoort bij de gemeenschap, zijnde de overheid. De financiële risico's moeten dan ook beperkt worden. Mevrouw Lintermans is echter lid van de commissie onderwijs e.a. Ze merkt dan ook regelmatig de spanning tussen regelgeving en de wens van scholen om eigen beleid te voeren. De doordecentralisatie is vanuit die optiek een plus. OMO krijgt de volledige verantwoordelijkheid voor haar gebouwen. Ze zal daar zeker voor een termijn van 50 jaar voor moeten zorgen. Door de voorliggende investering te doen, kunnen wij garanderen, ook naar de rest van het voortgezet onderwijs toe, dat wij er in principe niet op achteruit gaan. Ik durf zelfs te stellen - maar dat is koffiedik kijken - dat wij op termijn een plus maken. Men moet niet vergeten dat wij anders bij nieuwbouw weer in beeld zouden komen. In de toekomst zal nieuwbouw door OMO zelf gerealiseerd moeten worden. Ik ben blij dat de heer Praasterink `kwaliteit` en "meisje" koppelt, want ik begreep naar aanleiding van de notitie Herijking vrouwenemancipatiebeleid dat Ondernemend Helmond wat moeite heeft met meisjes! Ik hoop dat veel meisjes aan het VMBO zullen deelnemen. Ik denk dat de heer Van der Zanden een leerlingenaantal van 3600 heeft onthouden, omdat dit het vertrekpunt was. Met het aantal van 3800 fix is de zaak uiteindelijk afgedekt, met het oog op de groei en de toekomst. Als de school zou groeien naar 4200 leerlingen, dan zouden wij immers mee moeten groeien. Dat is nu afgetimmerd. Er is dan ook niet meer echt sprake van een risicofactor. De enige risicofactor ligt mogelijk in de opdracht van de task force en het beslag op de vrije reserve. Wij gaan ervan uit dat wij erin slagen dit probleem te tackelen. De doordecentralisatie betekent niet alleen nieuwbouw, maar ook een stuk beleidsvrijheid voor schoolbesturen. Ik denk dat dit een belangrijk goed is. De heer Wijnen geeft aan dat de binnenkant van een school een belangrijk aspect is. Wij moeten ervoor zorgen dat wij erin slagen kwalitatief goed onderwijs te realiseren, dat bij de stad past om te kunnen voldoen aan het grote beroep dat het bedrijfsleven doet op deze kinderen en om te voorkomen dat onze leerlingen weglekken naar de regio, omdat wij de gewenste kwaliteit niet kunnen bieden. Gezien de eendrachtigheid van de diverse directeuren denk ik dat wij wel kunnen komen tot een kwalitatief goede binnenkant. Er zijn bobbels te nemen. Die moeten wij durven en willen nemen, zowel bestuurlijk als voor wat betreft het af en toe boven de eigen school uitstijgen om het belang van de ontwikkeling te zien. Ik verwacht dat dit gebeurt. Ik weet niet wat er gebeurt als Heimond Mierlo annexeert. In ieder geval krijgt OMO dan niet meer geld. Wij hebben het leerlingenaantal gefixeerd. Verder zijn er al vele leerlingen uit Mierlo op OMO-onderwijs aangewezen. De heer Raaymakers merkt op dat in de toekomst wellicht de ontwikkeling van een virtuele school plaatsvindt. Alles kan via internet en telekabel lopen, maar er is ook behoefte aan intermenselijke contacten. Ik weet niet of die compleet zijn weg te denken, hoewel je alles via een simulator op de computer kunt doen. Het bleek gezien de prognoses achteraf bekeken niet verstandig om ijkpunten op te nemen, zoals ik zojuist al heb aangegeven. De heer Ferwerda merkt op dat alles uit de kast is gehaald. Het waren inderdaad slopende dagen. Er moest in korte tijd fors onderhandeld worden- over behoorlijke bedragen. Ik kan vertellen dat het bij het karakter van de stad past dat wij onze huid duur verkocht hebben. Ik ben tevreden over het onderhandelingsresultaat. Het lid mevrouw JONKERS-GOEDHART (wethouder): Voorzitter! De heer Ferwerda constateert terecht dat, gegeven het feit dat wij nu in staat zijn het masterplan verder uit te voeren (in mei gepresenteerd in de commissie SO), wij te maken krijgen met een bestemmingsplantraject. Dit zal direct na de zomervakantie in de commissie SO aan de orde zijn. Om de voortgang erin te houden, waar Stimulus ons toe dwingt, zullen wij intensief overleg plegen met name met de direct omwonenden en instellingen in de omgeving, om hun helemaal mee te nemen in het traject van de -22- 6 juli 1999. uitwerking van het masterplan. Ervaring leert ons dat wij dan op termijn het bestemmings- plantraject zo snel mogelijk tot een goed einde kunnen brengen. Het lid VAN REST (CDA): Voorzitter! Toen ik onze waardering uitsprak, heb ik de nadruk gelegd op de inspanningen van het college en het ondersteunend ambtelijk apparaat. Dit doet in onvoldoende mate recht aan het feit dat ook de inzet van andere partijen van grote betekenis is geweest. De wethouder refereerde aan de initiatieven van de betrokken directies en besturen. Het lijkt ons gewenst om ook aan die inzet een woord van waardering te wijden. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Wij blijven uiteraard akkoord gaan met het voorstel, maar willen toch nog iets zeggen. Als de wethouder zegt dat primair is de realisering van het gebouw, dan verschillen wij daarin van mening. Voor ons is primair de kwaliteit. Ik denk daarbij aan dokter Verrijp, die een klein zaaitje had tegenover het postkantoor. De mensen kwamen daar van heinde en verre naartoe. Ze waren bereid om van zeven uur 's ochtends tot acht uur 's avonds in dat rottige zaaitje te zitten met druppeltjes in de ogen. De mensen kwamen daar niet op af, omdat dokter Verrijp zo'n mooi huis had. Ze kwamen uitsluitend, omdat dokter Verrijp kwaliteit had. Dit principe geldt ook hier. Als wij goed onderwijs geven, komen de leerlingen vanzelf. Dat bedoelde ik toen ik zei dat een mooi kleedje wel kan helpen, maar niet zo heel lang, als de kwaliteit niet goed is. Voor ons is de kwaliteit primair. Ik wil als gemeente dan ook inspraak hebben als de doordecentralisatie doorgaat, zodat de kwaliteit gehandhaafd blijft. De wethouder wijst erop dat er voor onderwijs niets blijft liggen, maar het soupeert wel de ruimte op van het bedrag van f 1 miljoen uit het grondbedrijf. Als daar geen besparingen tegenover staan, blijven er andere speerpunten liggen. Dat betekent dat je nu opgezadeld bent met een aantal externe bureaus, respectievelijk met onderzoeken, waarvan je niet weet of die binnen nu en twee jaar tot brood op de plank kunnen leiden. Ik wil dan ook graag een keer weten (dat hoeft niet nu) welke onderzoeken lopen en al verricht zijn. 2000 Jaar geleden was er een mijnheer die zijn handen waste in onschuld. Ik voel mij een beetje verwant aan die man. Wij schijnen ons met handen en voeten te binden aan een periode van vijftig jaar, een periode waarin verschrikkelijk veel kan veranderen, ook in onderwijsland. Ik waarschuw voor de consequenties van een contract van zo'n lange duur. Ik vind echter dat de boot wel door moet. Dan refereer ik aan een andere man, die ongeveer 500 jaar geleden gezegd heeft: "Hier sta ik; ik kan niet anders.` Wij zijn mensen van hoop. Hoop doet leven. Het lid mevrouw LINTERMANS (SP): Voorzitter! De wethouder legt de nadruk op de beleidsvrijheid van de scholen. Wij leggen de nadruk op het goed uitvoeren van een gemeen- schapstaak. Het college neemt middels dit voorstel voor een lange termijn een stap in een richting, waar wij moeite mee hebben. Onze angst bestaat erin dat straks financiën zwaarder zullen wegeli dan het onderwijskundig en algemeen belang. Daarom kunnen wij niet instemmen met het voorstel. Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! 'De heer Praasterink wijst op liet belang van kwaliteit. In feite maken wij een tweeslag vanuit het probleem dat het gebouw niet uitnodi- gend werkte. Door een nieuw gebouw neer te zetten en het onderwijs opnieuw samen met het bedrijfsleven in het industrieel praktijkeentrum in te richten, zorgen wij ervoor dat wij heel modern en heel aantrekkelijk onderwijs verzorgen, zodat de weglek niet meer voorkomt. De heer Praasterink maakt een vergelijking met dokter Verrijp die in een verschrikkelijk gebouwtje zat. Daarbij speelt wat nu ten aanzien van het Ter Kenienade College speelt. Er was op dat moment geen andere oogarts. Men moest dus wel naar dokter Verrijp toe, of de kwaliteit nu goed was of niet. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Maar niet vanuit Utrecht en Den Bosch. Het lid BETHLEHEM (wethouder): De situatie was toen niet zo dat er een behoorlijke weglek plaats kon vinden naar de regio toe. Ik constateer dat de weglek er ten aanzien val] liet onderwijs wel is. -23- 6 juli 1999. Het lid WIJNEN (SDH): De meeste mensen die bij dokter Verrijp kwamen, zagen het gebouwtje niet meer! Het lid BETHLEHEM (wethouder): Over de kwaliteit van de dokter heb ik me niet uitgelaten. De heer Praasterink vraagt zich af hoe het zit met de andere speerpunten. Het gaat om een politieke keuze. De raad moet kiezen. Als de raad voor dit voorstel kiest, wordt er beslag gelegd op middelen. Andere zaken worden daardoor naar achteren geschoven. Ik kan echter wel verzekeren dat op termijn het beslag op de middelen minder wordt. Ik hoop met de heer Praasterink dat de plannen slagen. Ik mag eraan werken. Dus ik hoop dit te bewerkstelligen. Mevrouw Lintermans zegt dat er een spanning bestaat tussen beleidsvrijheid voor de scholen en het feit dat onderwijs een gemeenschapstaak is. Ze ziet meer in het onderwijs als gemeenschapstaak, waardoor de kwaliteit gewaarborgd wordt. Ze vreest dat na doordecentralisatie financiële problemen ten koste zullen gaan van het onderwijs. Ik wijs er echter op dat er ook nu al financiële problemen zijn bij de school, ook voor wat betreft het onderhoud aan de gebouwen. Geld is en blijft een belangrijke voorwaarde, want naast het bedrag waar wij het nu over hebben, speelt een bedrag per leerling voor de binnenkant. Ook de binnenkant moet kwaliteit hebben, want anders gaat men daarop mank. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De aanwezige leden van de fractie van de SP verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat zij zich met de genomen beslissing niet hebben verenigd. Hierna wordt gepauzeerd. Na hervatting der vergadering stelt de VOORZITTER aan de orde: 20. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de aankoop en aanpassing van het voormalig Broedershuis voor basisschool St. Odulfus (biila@--e nr. 157). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 21. Voorstel tot: a. het verlenen van een subsidie aan Hockeyvereniaing Helinond (bijlage nr. 163); b. het aamzaan van een grondtransactie met de Helmondse Golfclub Overbrusz en tiideliike verhuur van kunstgrasvelden (biila@,ye nr. 164). Het lid mevrouw HOUTHOOFT-STOCKX (VVD): Voorzitter! In het advies van de commissie onderwijs, cultuur en sport wordt vermeld 'dat de VVD-fractie een voorbehoud heeft gemaakt bij de subsidie aan Hoekeyvereniging Helmond. Dat is niet zo. Wij geven volledig onze instemming aan het verlenen van de subsidie. In de commissie hebben wij een voorbehoud gemaakt bij de grondtransactie met de Helmondse Golfclub Overbrug. Het voorkeursrecht en de transactie als zodanig vormen voor onze fractie geen probleem. Ons voorbehoud had betrekking op het feit dat de bij het besluit behorende tekening na diverse pogingen mijnerzijds pas na vier dagen, bij aanvang van de commissievergadering beschikbaar, was. Dit heeft geleid tot ons voorbehoud in de commissie. Wij stemmen in met het voorstel, maar beklemtonen dat wij in de toekomst een en ander graag beter geregeld zien. Het lid RAAYMAKERS (GroenLinks): Voorzitter! Wij willen een opmerking maken ten aanzien van het voorstel onder agendapunt 21b (raadsbijlage 164). Het voorstel bevat twee conceptbesluiten. Met concepthesluit 11 stemmen wij in. Met conceptbesluit 1 stemmen wij niet in. Dat betreft de transactie met de Helmondse Golfclub Overbrug. GroenLinks is van mening dat de prijs die de golfclub moet betalen voor het clubhuis en ruim 56.000 M2 golfgrond te laag is. Wij hebben daar in de commissie uitvoerig over gesproken. Wij blijven op ons standpunt staan. -24- 6 juli 1999. Het lid KUYPERS (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Voor de goede orde merken wij op dat het niet alleen gaat om een grondtransactie maar om een transactie van grond met opstallen. Wij gaan akkoord met het krediet, maar willen er een enkele opmerking bij maken. Wij nemen aan dat, indien er vergaande investeringen op het terrein van HUAC nodig zijn in de toekomst, dit nu al geregeld is. Wij nemen aan dat er geen verdere financiële problemen te verwachten zijn bij HMHC of HUAC, die tot complicaties kunnen leiden. Ook een golfclub valt was ons betreft onder het regiem en het beleid van de gemeente, dat voor alle sportverenigingen geldt. Derhalve is een bijdrage in het verhelpen van eventueel achterstallig onderhoud voor ons een bespreekbare zaak. Het lid WIJNEN (SDH): Voorzitter! Ik heb in de commissie nogal wat opmerkingen gemaakt naar aanleiding van raadsbijlage 164. Ik kan de voorzitter van de commissie geruststel- len. De gecorrigeerde versie is compleet. Het lid BETHLEHEM (wethouder): Dankuwel, mijnheer Wijnen, het is een keer gelukt! Voorzitter! In de richting van mevrouw Houthooft merk ik op dat het niet beschikbaar komen van de door haar gevraagde tekening een vervelende kwestie was. Ik heb proberen uit te leggen hoe dit kwam. Mevrouw Houthooft heeft natuurlijk gelijk als ze aangeeft dat, als er naar een tekening wordt verwezen, deze er in principe bij hoort te zitten en ze daar niet vier dagen naar moet hoeven te zoeken. De heer Raaymakers vindt de grondprijs te laag. De grondprijs is niet een berekening geweest op basis van het aantal vierkante meters. Het ging om een bedrag om het verhaal kloppend te maken. Wij verwachten geen financiële problemen. Gezien de gesprekken die ik gevoerd heb met de besturen van beide hoekeyverenigingen, die nu gefuseerd zijn, ben ik van mening dat zij de zaken goed voor elkaar hebben. Ik denk dat dit ook in de toekomst het geval zal zijn. Valt de golfclub onder regiem en beleid van de gemeente'? Wij zijn ten opzichte van de golfclub erg terughoudend. Voor de heer Kuypers is een bijdrage aan het onderhoud bespreek- baar, maar dat is het voor mij niet. De deal is gesloten. Daarmee is de zaak voor de gemeente afgetimmerd. Het lid RAAYMAKERS (GroenLinks): Voorzitter! Wij verzetten ons tegen het feit dat het sommetje kloppend gemaakt moet worden met betrekking tot het hockeygebeuren en dat dit het bedrag is dat de golfclub betaalt voor een groot stuk onroerend goed. De gemeente had een andere insteek kunnen kiezen. De onderhandelingstactiek van de golfclub verdient complimenten, want die heeft de zaak slim uitonderhandeld. Als je bekijkt wat de golfclub had geraamd te moeten investeren in zowel het verwerven van grond als het realiseren van een passend clubhuis, dan was dit bedrag een jaar of drie geleden hoger dan het bedrag dat men nu moet opbrengen. Er is ingestoken op het kloppend maken van liet sommetje richting hockeyclub. Er had een andere insteek gekozen kunnen worden. Op deze manier subsidiëren wij indirect de golfsport. Als wij dat willen doen, moeten wij dat zeggen. Daar is echter nooit over gesproken, terwijl dat wel gebeurt. De VOORZITTER: Ik dacht dat de golfélub er iets anders over dacht. Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! Blijkbaar hebben de heer Raaymakers en ik verschillende informatie. Ik ben het niet eens met de heer Raaymakers als hij zegt dat het een kwestie is van slim uitonderhandelen. Ik wijs op de beperkingen die wij ingebouwd hebben op het gebruik van de grond. Er is geen sprake van een indirecte subsidiëring. Ik kan me de problemen niet voorstellen. Zonder stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. De aanwezige leden van de fractie van GroenLinks verkrijgen op hun verzoek aantekening in de notulen dat zij zich niet met de genomen beslissing hebben verenigd, voor zover deze het voorstel onder 21b, concepthesluit 1 betreft. -25- 6 juli 1999. 22. Voorstel met betrekking tot het ammoniakreductiebeleid (bijlage nr. 142). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 23. Voorstel tot het aangaan van een convenant met ZLTO ten behoeve van de aanleg van landschap- pelijke beplantingen in het buitengebied van de gemeente Helmond (bijlage nr. 170). Het lid KUIJPERS (HSP): Voorzitter! Helmond en Mierlo zijn erg blij met het convenant met de Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (ZLTO). Wij hopen dat wij er iets van kunnen maken. Ik vind het een goede zaak dat straks de mensen, vooral de ouderen, langs de boerderijen kunnen lopen. Het zou een goede zaak zijn voor de VVV/Stadspromotie Helmond om daarvoor een mooie route uit te zetten, wanneer alles in volle bloei staat. Het lid HESEN (wethouder): Voorzitter! Ik ben blij dat de raadsleden maatschappelijk zo geëngageerd zijn dat zij onlangs zelf al hebben aangekondigd dat, als het gaat om bewegen voor de ouderen, zij het goede voorbeeld geven, ook al in ons stadspark! Dat voorbeeld zullen de ouderen in het huitengebied wellicht volgen. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 24. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van het bouw- en woonriwpmaken van een terrein aan de Zuid-Koninginnewal (biilne nr. 167). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 25. Voorstel tot vaststelling van de notitie Woonwgenzaken (bijlage nr. 159). Dit punt is reeds behandeld aan het begin der vergadering. 26. Voorstel tot vaststelling van de 56e, 58e, 59e, 61e, 63e, 64e, 65e, 71e, 75e, 78e, 79e, 84e en 85e wijziging van de gerneentebegroting 1999 (nr. 56 betreft project milieubeleidsplan; nr. 58 betreft afrekening kosten 1997-1998 consulent minderheden SWH; nr. 59 betreft aanvraag subsidie 1999 wijkvereniging De Akkers; nr. 61 betreft koop en aanpassing broedershuis t.b.v. St. Odulphus; nr. 63 betreft marap Ie evaluatie 1999; nr. 64 b treft krediet beroepszaken huisvestingsvoorzienin- gen onderwijs; nr. 65 betreft subsidie multimedia nieuwkomers ROC ter AA; nr. 71 betreft startsubsidie Jongerenwerk buurtvereniginz 't 14om-zeind; nr. 75 betreft fusie VVV en Stadsi2romo~ tie; nr. 78 betreft grondtransacties periode Januari t/m mei 1999; nr. 79 betreft convenant ZLTO; nr. 82 betreft subsidie Hockeyyereniging Helmond; nr. 84 betreft bouw- en woonrijpmaken Mater Dei; nr. 85 betreft planvoorbereiding wijkontwikkelingsplan/masterplan Binnenstad-Oost). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 27. ln@zekornen stukken en mededelingen behorende bii de agenda voor de vergadering van de gemeenteraad van 6 iuli 1999. Met betrekking tot de ingekomen stukken en mededelingen wordt zonder stemming besloten overeenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. Ie AANVULLINGSAGENDA. 1. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van het PC-privéproject (bijlagge nr. 172). Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Zou het PC-privéproject -26- 6 juli 1999. ook voor burgercommissieIeden kunnen gelden? Het lid BETHLEHEM (wethouder): Voorzitter! De burgercommissieleden hebben in principe geen financiële band met de gemeente. Ze kunnen wel in het project meedoen, maar dan moeten ze het bedrag in één keer betalen. Ze kunnen dan wel gebruikmaken van de korting die wij proberen te bewerkstelligen. Zonder stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 2. Voorstel tot het aanpassen van de erfpachtvoorwaarden van de Helmondse tennisverenigin (bijlage nr. 176). 3. Voorstel tot het uitgeven van grond in, erfpacht aan Tennisvereniging Dierdonk (bi i lage nr. 173). 4. Voorstel tot het verstrekken van een gemeentegarantie ten behoeve van een door Tennisvereniging Dierdonk aan te gane geldlenine (biilage nr. 175). 5. Voorstel tot aanvulling van de overeenkomst met betrekking tot de vestiging van een recht van erfpacht ten behoeve van de stichting Belanizen Helmond Sport (bijlage nr. 179). Zonder stemming wordt overeenkomstig deze voorstellen van burgemeester en wethouders besloten. 6. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de bestrijding van honden- overlast voor 1999 en volgende Jaren (biilage nr. 174). Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Heimond): Voorzitter! Na zoveel wijze, ingrijpen- de en grote beslissingen, met name ook op financieel gebied, is het verleidelijk de kleintjes maar te laten lopen. Als je dat niet doet, heet zoiets "penny wise, pound foolish`. Op het gevaar af dat Ondernemend Helmond zich als zodanig opstelt, willen wij toch een opmerking maken over het voorliggende voorstel. Ik heb begrepen dat het voorstel destijds in de commissie financiën c.a. is teruggetrokken. Vanavond vind ik een verbeterd exemplaar op mijn tafel. Ik heb de kans niet gehad om het fatsoenlijk te bekijken. Er zijn zo van die dagen dat wij het niet meer begrijpen. Ondernemend Helmond is nog niet aan de zomerkermis of anders gezegd aan de draaimolen toe. Wij dekken hogere exploitatie- lasten voor het komende jaar uit de opbrengsten van de hondenbelasting, omdat wij naar een doelbelasting toe willen. In principe zijn wij daarop tegen, omdat wij voor katten, paarden en andere huisdieren geen belasting kunnen heffen. Ook de overlast van die dieren zal moeten worden opgeruimd, maar dit terzijde. Het is legitiem dat het college geld uittrekt voor het bestrijden van de hondenoverlast, ware het niet dat de opbrengsten van de bondenbelasting al in de begroting verwerkt zijn. Het college heeft ze al ingeboekt en gebruikt voor andere dingen om de begroting gedekt te houden. Als het college nu stelt dat de opbrengst gebruikt gaat worden, kan het college niet zoveel doen: de hondenbelasting verhogen om aan de centen te komen of ze ergens anders wegtrekken. Dat betekent dat wij ze niet hebben. Als het zo zou zijn dat het voorstel in de commissie financiën c.a. is teruggetrokken, dan zou ik het voorstel nog een keer in de commissie financiën c.a. aan de orde willen hebben. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! Het geeft te denken dat hondenoverlast bovenaan het lijstje staat van klachten van Helmonders. Je zou kunnen zeggen: Wat goed hebben wij het. Dat het college extra maatregelen voor de bestrijding van de hondenoverlast neemt en eindelijk van de discussie af wil, kan ik me voorstellen. Een verhoging van de boete van f 20,-- naar f 500,-- vinden wij echter buiten alle proporties, draconisch, niet te verkopen. Ik zou graag een toelichting hebben op de zin: "Enige pressie op het Openbaar Ministerie is daarbij noodzakelijk." Ik kan me voorstellen dat het openbaar ministerie met deze maatregel niet akkoord gaat. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Voorzitter! Als het onderhavige voorstel wordt aangenomen, -27- 6 juli 1999. dan hoop ik dat er na vele jaren inderdaad iets gaat gebeuren aan de hondenoverlast. Daar heeft het in Helmond aan ontbroken. Jarenlang zijn er allerhande toezeggingen gedaan en de overlast neemt toe. Er zitten gaten in de handhaving. Ik heb me intensief met de kwestie bemoeid, omdat er nogal wat hondenuitlaatplaatsen zijn in de buurt waar ik woon. In de praktijk blijkt dat de `hondenuitlaatplaatsen aangeland een onverdraaglijke stank produceren. Deze uitlaatplaatsen worden praktisch nooit gezuiverd. Er wordt nu toegezegd dat deze plaatsen (en niet alleen de hondenuitlaatstroken) schoongemaakt worden. Ik hoop dat dit gebeurt. Met verbazing heb ik het verhaal van de heer Praasterink gehoord. Blijkbaar is in de commissie financiën c.a. een en ander niet rechtgezet kunnen worden. Daar was mij niets van bekend. Als inderdaad een onvolledig voorstel voorligt, dan verzoek ik de heer Praasterink om toch over zijn hart te strijken, zodat wij eindelijk echt iets aan de hondenoverlast kunnen gaan doen. Er wordt over gesproken dat,er vooral ruimtegebrek is in de binnenstad. Er is niet alleen ruimtegebrek in de binnenstad. In de buitenwijken is de overlast net zo groot als in de binnenstad. Die is echter niet altijd zichtbaar. Er wordt opgemerkt dat de controle zal toenemen. Ik geef ter overweging dat wij de hondenpenning weer invoeren. Vele mensen weten niet dat de groentemarkt verboden is voor honden. Dat staat in de politieverordening. Er verkeren heel veel honden aangeland op zaterdag op de markt. Als je iemand in uniform erop attent maakt dat dit niet toegestaan is, kijkt hij heel verbaasd. Dan vraag ik me af of die politieman de politieverordening niet kent. Er wordt weinig gecontroleerd. Van een handhavingsbeleid is op dit moment geen sprake. Wij spreken al jaren over de bestrijding van de hondenoverlast. Ik hoop dat de zaak eindelijk eens goed aangepakt wordt. De wethouder heeft dit overigens al maanden geleden beloofd. Wij gaan dan ook akkoord met het voorstel, maar horen wel graag de reactie van het college op de opmerking van de heer Praasterink. Het lid VAN HEUGTEN (CDA): Voorzitter! Gelet op het feit dat de hondenoverlast al jarenlang in de inwonersenquéte op nummer één prijkt op de lijst van meest aansprekende problemen van onze stad, heeft het ons enigszins verbaasd dat het voorliggende voorstel min of meer als een valreepstuk in behandeling werd genomen. In de commissie SBV ontbrak de financiële paragraaf. Ik heb begrepen dat in de commissie EFP de andere paragraaf heeft ontbroken. Dat is jammer, want het gaat om een belangrijk onderwerp. Wij hebben in de commissie SBV lang over het voorstel gepraat. De heer Van Rooij heeft zich daar als een ware hondenspecialist opgeworpen. Er is langdurig bij stil gestaan. Ik denk dat alle hoop die hij heeft uitgespro en een steun b in e rug mag zijn e Uitvoering. Wi hebben in de commissie twee punten ingebracht die in de verbeterde raadsbijlage niet zijn verwoord. Wi hebben het in de eerste plaats gehad over de hoogte van de boete. Waar stadswachten worden ingeschakeld om een boete op te leggen, achten wij f 500,-- een extreem hoog bedrag. Wij denken dat een boete van deze hoogte tot onoverkomelijke problemen zal leiden als die door een stadswacht aangezegd moet worden. Wij vinden een verhoging van de boete reëel, maar dan denken wi voor de boete aan een orde van grootte van maximaal f 100,-. wi hebben als aandachtspunt aangegeven de mogelijkheid van fiscalisering van de boete te bekijken. Daarmee kan tegelijk een stuk in het dekkingsverhaal worden teruggevonden. Het lid WIJNEN (SDH): Voorzitter! In 1997 is een mooie notitie aan de orde geweest over de bestrijding van de hondenoverlast, het probleem der problemen. Daar hebben wij in de krant een hoop tamtam aan gegeven. Er is niets van de notitie terechtgekomen, omdat het handhavings- beleid door de politie niet als prioriteit 1, 2 of 3 werd aangemerkt, maar onder aan het lijstje stond. Men had er geen manschappen voor. Nu gaan wij het handhavingsbeleid in een ander vaatje gieten. Ik ben het er helemaal mee eens dat er iets gedaan moet worden aan de hondenoverlast. Als er weer niets aan gedaan wordt, doordat het beleid niet gehandhaafd wordt, staan wij voor de zoveelste keer voor joker. Alvorens wij de zaak gaan aanpakken en in de pers gaan brengen, moet het zover zijn dat onze stads- wachten daadwerkelijk op mogen treden. Als dit niet zo is, moet er geen bekendheid aan het beleid gegeven worden, want dan lopen wij achter de zaken aan. -28- 6 juli 1999. Het lid HESEN (wethouder): Voorzitter! Ten aanzien van de bestrijding van de honden- overlast gaat het eigenlijk om een hoofdprobleem, dat tweeledig is. Het is een probleem voor de burger en het is een handhavingsprobleem voor de overheid. Met de voorliggende notitie proberen wij eigenlijk tegemoet te komen aan beide problemen. Daar proberen wij oplossingen voor aan te dragen en het instrumentarium daartoe te verschaffen. Wij hebben uitgebreid over de kwestie gesproken tijdens de behandeling van de voorjaars- nota. Toen heeft de raad eigenlijk besloten om voor het jaar 2000 f 100.000,-- extra ter beschik- king te stellen voor de bestrijding van de hondenoverlast. Tegelijkertijd heeft de raad mij aangespoord om maatregelen te treffen in de richting van kostendekkendheid van de hondenbelas- ting, die zowel mijn voorganger Van der Zanden als ik had toegezegd tijdens begrotingsbehande- lingen. Het gaat om het tegengaan van overlast. Het college heeft een beetje haast om tot invoering van de voorgestelde maatregelen te komen en daar een dekkingsvoorstel bij te bedenken, want de zomer is aanstaande. Wij vinden dat er echt zaak gemaakt moet worden van het tegengaan van in ieder geval de stankoverlast, die burgers ondervinden vanwege de wijze waarop wij op dit moment nog met de hondenproblematiek om moeten gaan. Er zijn dingen noodzakelijk. Er moeten investeringen (incidenteel) gedaan worden. Ook structureel moeten wij echter tot een ophoging van f 170.000,-- komen. Voor het volgende jaar heeft de raad daartoe eigenlijk al een besluit genomen voor een bedrag van f 100.000,~-. wij hebben mogen constateren dat er voor volgend jaar, gezien de te verwachten hogere opbrengst van de hondenbelasting, eigenlijk nog een tekort van f 35.000,-- resteert. Voor dit jaar resteert er een bedrag van f 70.000,--. Daarvoor hebben wij een gewijzigd financieel voorstel op tafel gelegd, dat in overleg met de wethouder financiën is opgesteld. Er zijn natuurlijk tal van dieren die een bepaalde mate van overlast kunnen veroorzaken. Ik hoor de laatste tijd vaak de discussie over de katten. Het is echter een feit dat het wettelijk instrumentarium van de gemeente zich beperkt tot de honden en daar zijn heffingsgrondslag in vindt. Overigens wordt het hondenprobleem op grote afstand door de Helmondse burger ervaren als het grootste probleem, groter dan dat van enig ander dier. De heer Ferwerda vraagt terecht aandacht voor een omissie in de raadsbijlage. Wij hebben inderdaad in de commissie SBV afgesproken dat een boete van f 500,-- voor een stadswacht met de bevoegdheden van een buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA) niet handhaatbaar is. Ook de heer Van Heugten heeft er een opmerking over gemaakt. Hij heeft gelijk. Er zullen onderhandelingen moeten plaatsvinden over de inzet van de stadswachten en het verkrijgen van de BOA-bevoegdheid. Overigens helpt het zeer wanneer wij op korte termijn met de BOA-opleiding van de stadswachten kunnen beginnen. Dat maakt het uiteindelijk in de onderhandelingen met het openbaar ministerie gemakkelijker de bevoegdheid te krijgen, zo is de ervaring. Wij hebben er overigens goede hoop op dat wij die krijgen, omdat er vanuit het openbaar ministerie positief is gereageerd op de voorstellen. De hoogte van de boete zal een onderhandelingspunt zijn. Wij geven de gemeentelijke inzet aan, maar de uiteindelijke hoogte kunnen wij niet eenzijdig beslissen. De heer Van Rooij vraagt aandacht voor de handhaving. Daar hangt inderdaad heel veel van af. Aan handhaving heeft het tot nog toe te veel. ontbroken, alhoewel er een goed beleid verwoord was. De handhaving zal plaatsvinden via de stadswachten met BOA-bevoegdheid. Concreet betekent dit dat wij een viertal mensen krijgen die kunnen gaan handhaven. Ik hoop dat wij in het najaar deze hobbel met elkaar kunnen nemen. Bij invoering van de maatregelen moeten wij een onderscheid maken tussen maatregelen in de beheerssfeer (tegengaan stankoverlast en overlast op straat middels extra reinigen) en maatrege- len in de handhavingssfeer. De communicatie moet inderdaad ten volle gestart worden als er zicht is op een definitieve oplossing. Het lid WITTEVEEN (wethouder): Voorzitter! Wij hebben te maken met middelen die structureel en middelen die eenmalig ingezet moeten worden. Daarbij moet een splitsing gemaakt worden tussen het jaar 2000 en het lopende boekjaar. Op pagina 3 van de bijlage vindt men onder het kopje "kostenaspect" aan structurele kosten: f 45.000,-- voor opleiding en inzet stadswachten, f 100.000,--- voor uitbreiding en intensivering van schoonmaakwerkzaarnheden en f 25.000,-- voor folder huis-aan-huis verspreiden. Samen gaat het om een bedrag van f 170.000,-- structureel met ingang van het jaar 2000. Aan eenmalige kosten staan onder het kopje "kostenaspect" vermeld: f 75.000,-- voor aanpassing en uitbreiding terreinen (groen), f 75.000,-- voor plaatsen van -29- 6 juli 1999. hondentoilets en f 15.000,-- voor uitbreiding borden. In totaal gaat het dus om een eenmalige investering voor 1999 van f 165.000,--. Op pagina 1 vindt men de bedragen van de eenmalige investering 1999 en de hogere exploitatielasten (structureel) terug. Het gaat om een krediet van f 175.000,-- dat wordt aange- wend ter dekking van de eenmalige uitvoeringsmaatregelen in 1999. Verder wordt gevraagd om een krediet van f 105.000,-- in verband met de hogere exploitatielasten voor 1999 en 2000. Daaronder wordt aangegeven hoe deze kredieten gedekt worden. Door de temporisatie van de plannen voor de ecologische verbindingszone Varenschut ontstaat een budgettaire ruimte van f 175.000,--. In de jaren 2001, 2002 en 2003 worden de opbrengsten van de hondenbelasting aangewend ter dekking van de kosten die gemoeid zijn met de bestrijding van de hondenoverlast. Deze middelen zitten nu nog in de algemene middelen. Als die daaruit gehaald worden, zal voor dat bedrag een andere dekking gevonden moeten worden. Dat komt in de komende drie jaar aan de orde, zodat wij volledig voldoen aan de wens van de raad inzake de bestemming van de hondenbelasting. De VOORZITTER: Dames en heren! Voor de goede orde merk ik op dat het voorstel impliceert dat de boete niet hoger wordt dan f 100,--. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Ik wil een opmerking van procedurele aard maken. Er ligt vanavond een voorstel op onze tafel. Ik heb veel respect voor de woorden die mijn wijze collega's in deze raad uiten. Dus ik ga het voorstel niet tussentijds lezen. Ik luister aandachtig naar hetgeen anderen zeggen. Wij worden geconfronteerd met een voorstel, waarover wij niet hebben kunnen nadenken. In het voorstel staat dat het advies van de commissie stedelijk beheer en volkshuisvesting ter inzage zal worden gelegd. Er staat niets bij over het advies van de commissie financiën. Ik neem dan aan dat ik dit mag verwaarlozen, dat er niets aan de hand is geweest met het advies van de commissie financiën c.a. Ik vraag vriendelijk om het voorstel terug te brengen in de commissie financiën. Ik krijg allerlei structurele en incidentele kosten en heel veel bedragen over me heen, die ik thans niet kan beoordelen. In de (meerjaren)begroting zijn de opbrengsten van de hondenbelasting verdisconteerd. Als die opbrengsten hoger uitvallen, komt dat tot ons via de marap. Dan kunnen wij tot bijstelling overgaan en beleid bepalen. Ik heb geen probleem met een doelbelasting, maar ik ben ertegen, omdat er ook andere beesten zi.n die voor overlast zorgen. Ik verzoek het college vriendelijk het voorstel terug te brengen in de commissie financiën c.a. Wij moeten wel incidenteel iets doen. Nu ik echter voor de zoveelste keer beslissingen moet nemen over begrotingen en meerjarenbegrotingen zeg ik: dat doe ik niet! De VOORZITTER: Begrijp ik dat u vindt dat het college voor dit jaar de zaak kan starten. maar dat het voorstel voor wat betreft de dekking in de daaropvolgende jaren terug moet naar de commissie? Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Dat is mijn vriendelijke verzoek. De VOORZITTER: Dat vind ik een plausibel voorstel. Daarmee zou het gewijzigde voorstel inhouden dat de raad alleen voor dit jaar de benodigde middelen ter beschikking stelt, de hoogte van de boete wordt gecorrigeerd (maximaal f 100,--) en het college voor wat betreft de meerjarendekking op de zaak terugkomt in de commissie financiën c.a. om een goed onderbouwd advies van de commissie aan het voorstel ten grondslag te kunnen leggen. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Voorzitter! Ik vind het verstandig als het voorstel in de door u aangegeven zin gewijzigd wordt. Het lid VAN HEUGTEN (CDA): Voorzitter! Wij ondersteunen het gewijzigde voorstel. Wij vragen aandacht voor het punt van de fiscalisering van de boetes. Het lid KUIJPERS (HSP): Mijnheer de voorzitter! De HSP ondersteunt het voorstel. In de richting van de heer Praasterink merk ik op dat voor de varkenspoep, kippenpoep en paardenpoep wél betaald wordt, namelijk in de vorm van de mestrechten. Alleen van de katten is -30- 6 juli 1999. niets bekend. De vogels heeft Onze-Lieve-Heer de vrijheid gegeven om rond te vliegen. Daarvoor hoeft niets betaald te worden! Het lid HESEN (wethouder): Voorzitter! Op het moment wordt landelijk bekeken in hoeverre boetes als die ten aanzien van de hondenoverlast geschaard kunnen worden onder de Wet-Mulder. Als het onderwerp aan de orde is, zullen wij daar alert op inspelen. Met de wijzigingen in het voorstel die zojuist door de voorzitter zijn aangegeven, is een deel van de aan de orde gestelde problematiek ondervangen. Zonder stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, met inachtneming van de door de voorzitter aangegeven wijzigingen. 7. Initiatiefvoorstel van de fractie van SDH inzake de verkeersfunctie Kasteelbruz Oiila@ze nr. 180). Het lid TIELEMANS (SDH): Voorzitter! Ik wil onze toelichting op het initiatiefvoorstel kort houden, omdat wij hebben gepoogd ons voorstel goed te onderbouwen en te motiveren. Ik verwijs daarnaar. Wij hebben op 14 juni jl. in de commissie SO uitgebreid gesproken over de verkeersfunctie van de Kasteelbrug. Die discussie is naar onze smaak niet bevredigend afgerond. Aan het eind van de commissievergadering is medegedeeld dat wij eind augustus, begin september in een gezamen- lijke vergadering van de commissies SO en SBV op deze kwestie terugkomen. Daarvan hebben wij kennisgenomen. Wij vinden echter de enkele afspraak dat wij daar op een later tijdstip op terugkomen niet geruststellend en onvoldoende houvast biedend voor wat betreft het verdere verloop. Wij constateren met de collega's in de raad aan de ene kant politieke verwarring, die wij gepoogd hebben te ontrafelen en te ontzenuwen op 14 juni jl., en aan de andere kant maatschappe- lijke onrust. Deze maatschappelijke onrust leggen wij overigens uit als positieve betrokkenheid van vele inwoners van deze stad bij een gevoelig onderwerp. Wij willen aan én de politieke verwarring én de maatschappelijke onrust een voorspoedig einde maken, wat ons betreft niet morgen of overmorgen, maar vandaag. Wij hebben erkend dat wij als politiek orgaan - inclusief de SDH-fractie - een verkeerd besluit hebben genomen in het recente verleden met betrekking tot de verkeersfunctie van de Kasteelbrug. Het is geen schande om in de politiek fouten te maken, als je maar bereid bent daar lering uit te trekken en de fout te corrigeren op het moment dat dit nog kan. En nu kan dat nog. Wij hebben weliswaar een herinrichtingsplan vastgesteld en een krediet gevoteerd, maar er is nog een weg terug. Wij hebben nog geen onherroepelijk besluit genomen. Ik wijs er bovendien op dat er op 1 1 december 1998 in de vergadering van de commissie SB al een drietal bijstellingen op commissieniveau is aangebracht in de herinrichtingsplannen voor de kanaalzone. Ik noem ze alledrie. 1. Er is besloten om in afwijking van eerdere raadsbesluiten af te zien van het opknappen van de bovenkant van de Traverse. 2. Er is besloten tot het uitstellen van de aanleg van een,permanente fietsroute door de Kasteeltuin en uitstel van de verwijdering van de parkeerplaatsen in de Kasteeltuin ter hoogte van 't Meyhuis. 3. Er is besloten tot uitstel van de herinrichting van de Parkweg. Wij vinden dat deze bijstellingen kort door de bocht hebben plaatsgevonden, maar het gaat ons nu om het volgende. Als op 1 1 december jl. de commissie de vrijheid neemt om op voorstel van het college enkele bijstellingen aan te brengen in de herinrichtingsplannen, dan zien wij niet in waarom wij vandaag niet gerechtigd zouden zijn om op basis van voortschrijdend inzicht tot een aanpassing van de plannen te komen. In reactie op ons initiatiefvoorstel stelt u voor tot een afgewogen en kwalitatief goede besluitvorming te komen. Daar is niets mis mee. Wij hebben er echter behoefte aan - en denken dat dit kan vandaag - om aan de politieke verwarring en maatschappelijke onrust een einde te maken. Wij denken dat er voldoende feiten en omstandigheden zijn om dat te doen. Wij kunnen uiteraard nog anderhalve maand of twee maanden de tijd nemen om alles opnieuw tegen het helft te houden, nieuwe scenario's te ontwikkelen, nieuwe alternatieven uit te dokteren en eventueel een second opinion te vragen, maar de SDH-fractie vindt dat er genoeg feiten en omstandigheden zijn om op dit moment het ongelukkige besluit van eertijds te herzien. -31- 6 juli 1999. Het college stelt met betrekking tot ons voorstel voor om het op dit tijdstip voor kennis- geving aan te nemen. Wij hebben geen behoefte aan verder uitstel, maar de politieke realiteit gebiedt ons in te zien dat, wanneer de meerderheid van de raad en het college daar wel behoefte aan hebben, wij ons daar uiteraard naar moeten voegen. Wij zullen dan eind augustus, begin september - wanneer wij over het onderwerp spreken - ons initiatiefvoorstel opnieuw inbrengen. Hierbij hebben wij het vriendelijke verzoek om, vooruitlopend daarop, alle denkbare scenario's in het kader van de verkeersfunctie van de Kasteelbrug tijdig en adequaat te plussen en te minnen. In onze optiek zijn er in ieder geval drie scenario's. Naast de twee scenario's die in ons initiatief- voorstel zijn genoemd, is er het scenario van de handhaving van de bestaande beleidsafspraken. Wi . hebben geen behoefte aan uitstel. Wat ons betreft wordt vanavond besloten de verkeersfunctie te herzien. Als de meerderheid van de raad er echter - ik heb begrepen dat die signalen er zijn - behoefte aan heeft de beslissing uit te stellen tot eind augustus, begin september, dan zullen wij op dat moment met elkaar de argumenten wisselen op basis van de voorstellen die dan voorliggen. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Voorzitter! Tijdens het coalitieoverleg op 7 juni jl. heb ik de coalitiepartners uitdrukkelijk gewaarschuwd voor het voorstel dat toen ter sprake is gekomen. Het voorstel van het college van B. en W., om op de nieuwe brug autoverkeer in heide richtingen toe te laten, was voor de PvdA-fractie onaanvaardbaar. De uitspraak dat het verzet en de commotie vormen zou aannemen die vergelijkbaar zouden zijn met of misschien wel overtroffen zouden worden door het verzet dat er indertijd was bij de aanleg van de Traverse, werd niet weerlegd. Er werd alleen geglimlacht. Men nam mij niet serieus. Wij hebben inmiddels ervaren wat de reacties van de bevolking op het voorstel zijn. De politiek blijft niet achter. Mijn fractie stelt als voorwaarde ten aanzien van de verkeersfunctie van de Kasteelbrug de oude toezegging - sterker nog: het uitgangspunt - dat de Kanaaldijk-west verkeersluw wordt. De Eikendreef mag geen toegangsroute worden voor auto's die via de Kasteellaan de city willen bereiken. Laat staan dat deze als alternatief gaat dienen voor de cityring, zij het dan aanmerkelijk verkort. Dat zou ten koste gaan van de Kasteellaan en het stadspark. Met de politiek en zeker ook met de toekomstige bewoners van Boscotondo is afgesproken dat de Kanaaldijk-west verkeersluw zou worden gemaakt, zodat het autoverkeer ondergeschikt zou zijn aan de fietsers en de voetgangers. Sterker nog: afgesproken is dat de Kanaaldijk-west een van de aantrekkelijkste verkeersluwe straten van Helniond zou worden. De afspraken die indertijd met de politiek zijn gemaakt en die op de diverse kaarten inzake de verkeersstructuur zijn afgebeeld, zijn: 1 .Met de afronding van de Wolfsputterbaan zou het verkeer via de Rochadeweg richting Den Bosch worden geleid. 2. De Kanaaldijk-west ter hoogte van de spoorbrug zou worden afgesloten voor het autoverkeer richting centrum. 3. Er zou een nieuwe verbinding komen via Eikendreef, Kanaaldijk, het kanaal ten noorden van het spoor, richting Groenewoud, om de cityring sluitend te maken: de Vlisco-route. Dit zou de finale afronding zijn van het plan. Het gaat om door de gehele gemeenteraad goedgekeurd beleid. Dat vindt men terug in het ontwerp ."Een brug naar de toekomst`. Ook vindt men dit terug in het verkeersveiligheidsplan, dat enkele jaren geleden is goedgekeurd. Daarin wordt van de cityring aangegeven (achteraf vraag ik me af waar wij enkele maanden geleden het krediet van f 410.000,-- voor hebben goedgekeurd): "Het wensbeeld wegenstructuur toekomstige situatie (figuur 8)", dat in oranje is getekend. In diverse rapporten wordt over de Kasteellaan nog gesproken als over een erflaan met één rijrichting. Tijdens de commissievergadering SBV heb ik namens mijn fractie een dringend beroep gedaan op het college om het voorstel dat voorlag in te trekken, ook al om een blijvende verstoring van de samenwerking in de coalitie te voorkomen. Ik heb gevraagd er geen prestige- zaak van te maken, want de bereikbaarheid van de city is met de andere bruggen voldoende veiliggesteld. Waarom zijn wij als fractie zo stellig in onze afwijzing'? Dat zijn wij, omdat middels het voorstel nooit een verkeersluwe situatie op de Kanaaldijk-west wordt bereikt, wat ons uitgangspunt is. Het tegendeel lijkt het geval. Ik heb dit herhaaldelijk aan college en ambtenaren gevraagd. De afsluiting van de Kanaaldijk bij de spoorbrug gaat niet door. In de presentatie die de vorige week aan het publiek is gegeven, hebben wij dit gemerkt. Dat wist de politiek niet. Bij verrassing hebben wij vernomen wat ik allang vermoedde dat er aan de hand was. Tijdens deze -32- 6 juli 1999. presentatie kwam ook aan het licht dat het college de gehele afbouw van de cityring via het Vlisco-terrein van de kaart had laten verdwijnen. Een essentieel onderdeel van de cityring was verdwenen zonder dat wij het wisten. De cityring is indertijd wel volledig goedgekeurd door ons. Van het verdwijnen van een deel hiervan is naar mijn weten aan de politiek nooit mededeling gedaan. Het een verdwijnt en het ander verschijnt. Men heeft het plan namelijk nog op een ander onderdeel gewijzigd. Men heeft een eenrichtingsweg vanaf de Kanaaldijk-west richting Boscotondo en parkeergarage aangebracht, hoewel uitdrukkelijk in plan Boscotondo is vastgelegd dat de ontsluiting via de Eikendreef en de Kromme Steenweg zal plaatsvinden. Het college heeft zodoende - om het zachtjes uit te drukken - in zijn evaluatie van alternatieve plannen heel wat uit te leggen. De PvdA-fractie heeft het college op dit moment niet willen overvallen. Ze zal dan ook niet het voorstel van de SDH steunen, ofschoon het college dat eigenlijk wel verdiend heeft, want ik ben kwaad genoeg over de gang van zaken geweest. Maar goed, verantwoordelijkheidsgevoel speelt natuurlijk ook een rol. In goed overleg met alle fracties in deze raad (met uitzondering van de SDH) hebben wij een motie opgesteld, om het college de gelegenheid te geven op een voor ons acceptabele wijze de onderliggende kwestie af te handelen. De motie die wij thans indienen, is ondertekend door vertegenwoordigers van PvdA, CDA, VVD, SP, Ondernemend Helmond, Helmondse Belangen, HSP, GroenLinks en D66 en luidt als volgt: `Motie 1. De gemeenteraad van Helmond in vergadering bijeen hesluit de beslissing ten aanzien van de invulling van de verkeersfunctie van de nieuwe kanaalbrug aan de Kasteellaan uit te stellen tot de eerstvolgende gemeenteraadsvergadering na de toegezegde gecombineerde vergadering van de commissie Stedelijke Ontwikkeling en de commis- sie Stedelijk Beheer en Volkshuisvesting, waar ook alternatieve oplossingen aan de orde zullen komen, en gaat over tot de orde van de dag.` Namens de PvdA-fractie breng ik de volgende restrictie aan. Wanneer niet aan ons uitgangspunt wordt voldaan, zullen wij geen medewerking verlenen aan de verkeersfunctie die het college ten aanzien van de Kasteelbrug in petto heeft. Voor ons blijft het een harde voorwaarde dat de Kanaaldijk-west verkeersluw wordt. Wij verzoeken het college vriendelijk alle pogingen in het werk te stellen om binnen het bestaande, goedgekeurde krediet het stadspark uit te breiden en het resultaat ter bespreking te brengen in de gezamenlijke commissievergadering. Dan vernemen wij het standpunt van het college. Het lid FERWERDA (D66): Ik vraag de heer De Rooij of, als het college met een voorstel komt dat de PvdA niet welgevallig is, de PvdA uit het college stapt. Welke consequentie verbindt de heer Van Rooij aan de harde woorden die hij richting college heeft gesproken? Het lid VAN ROOIJ (PvdA): De heer Ferwerda gaat net een brug te ver! Het is voor ons een harde voorwaarde (anderen kunnen er consequenties aan verbinden, maar dat is mij niet bekend) dat de Kanaaldijk-west verkeersluw wordt. Als daaraan niet wordt voldaan, gaan wij met het voorstel niet akkoord. Het lid WIJNEN (SDH): Wanneer moet volgens de heer Van Rooij de Kanaaldijk-west verkeersluw zijn? In de bijlage staat immers dat er de komende jaren nog verkeer over de Kanaaldijk zal gaan. Het lid VAN ROOIJ (PvdA): De bewoners van Boscotondo zijn dingen toegezegd. Ik vind niet dat wij er ons met een Jantje van Leiden van af moeten maken door te zeggen dat een en ander nog wel tien of vijftien jaar kan duren. Het moet om een redelijke termijn gaan. Er is natuurlijk een reden voor dat men de cityring op het punt van het Vlisco-tracé niet heeft afgebouwd. Voor mij is het de grote vraag waarom daarover geen politiek overleg is gepleegd. Ik weet niet hoever wij gaan, maar in de richting van de bewoners van Boscotondo moet gezegd kunnen worden dat, als de Rochadeweg af is, het doorgaand verkeer over de Kanaaldijk vervalt en de rest van de plannen binnen een bepaalde termijn wordt ingevuld. Dan gaat het om -33- 6 juli 1999. drie fasen. Ik denk dat het college wel een acceptabele termijn kan vaststellen. Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Mijnheer de voorzitter! Er is een heleboel commotie over de Kasteelbrug. Ik kan daarom het beste beginnen met een liedje uit het Helmondse: `Helmond skreuwt, waar het ooit heeft gelachen; Helmond skreuwt, want het doet toch zo'n zeer. ` Vroeger was alles anders, is de titel van de onlangs gepresenteerde videofilm van de gemeente Helmond. Toch zullen wij met z'n allen verder moeten. Dat vindt het college van B. en W. en dat vinden wij ook. Zoals in alle toonaarden al is gezegd, is heldere en duidelijke communicatie niet de sterkste kant van dit college. Ik kan een heleboel zaken aanhalen die in de afgelopen periode zijn gebeurd, die met snelheid door het college zijn gegaan en waarin verande- ringen zijn gebracht. Ik zal daar niet verder op ingaan, want daarover is al genoeg gezegd door zowel de heer Van Rooij als de heer Tielemans. Wij dienen onszelf als raad echter wel een spiegel voor te houden. Het verkeerscirculatieplan is in de commissie geweest op- 2 juni 1998 en de commissie is er in meerderheid mee akkoord gegaan. Sommige politieke partijen kunnen via opinievorming wel doen of ze er niets mee van doen hebben gehad, maar dat vind ik onjuist. Wij zeggen liever dat wij een heoordelingsfout hebben gemaakt, dat wij hebben zitten te slapen. Als dat het geval is geweest, zijn wij inmiddels weer klaarwakker geworden. Er zijn op dit moment voor ons twee vragen van belang. 1. Zijn er nieuwe ontwikkelingen die maken dat wij het plan zouden moeten heroverwegen? 2. Zouden wij hetzelfde plan, als het er nu lag, opnieuw goedkeuren, als wij wakker zouden,zijn'? Zouden wij informatie willen hebben? Ten aanzien van de eerste vraag merken wij op dat Ondernemend Helmond (wat ons betreft in twee fasen) toestemming heeft gegeven voor een nieuw onderzoek naar de hoofdwegen- structuur. De vraag rijst dan of het verkeerscirculatieplan past in de nieuwe kijk op de invulling van het structuurplan. Daar willen wij eigenlijk antwoord op hebben. Wij kunnen ons voorstellen dat dit nu niet aan de orde is. Bovendien vindt de ondertunneling van de Kasteel-Traverse (wij hebben het genoegen gehad daarover vandaag een rapport aan het college aan te bieden) steeds meer aanhang en is het punt steeds meer in discussie. Dit zou moeten passen in het toekomstige plaatje. Natuurlijk kan ieder college van B. en W. van standpunt veranderen met betrekking tot het verkeersbeleid en dan maar een onderzoek instellen, dat ruim 4 ton gaat kosten, maar Onder- nemend Heimond vindt dat dan ook de raad opnieuw vragen mag stellen. Samengevat: het college mag van gedachte veranderen, maar dat mogen wij dan ook. Wij willen geen postzegelplannetjes, die straks wellicht niet meer passen in integrale oplossingen en waarover wij nu best wel ideeën hebben. Ten aanzien van de tweede vraag zullen wij de durf en de moed moeten opbrengen om de vragen opnieuw te stellen. In principe is Ondernemend Helmond het best eens met de opvatting dat de verkeersintensiteit wellicht kan meevallen, maar toch denken wij dat actualisering nodig en nuttig is. Zo zou je samen met de stad, de ondernemers en de politiek nog eens ernstig moeten praten, vooraleer er definitieve oplossingen worden gekozen. Daarom hebben wij de motie van de PvdA mede ondertekend en het initiatiefvoorstel van de SDH afgewezen, omdat wij vinden dat er tijd voor bezinning nodig is. Ik wil niet, zoals de heer Van Rooij heeft gedaan, op dit moment met definitieve oplossingen en harde standpunten komen. De discussie moeten wij aangaan in de commissie en bij het opnieuw vaststellen van het plan. Het gaat me nu te ver om definitieve standpunten neer te leggen. i Wij willen niet werken stilleggen die in gang zijn gezet. Dat is niet onze bedoeling. Het is onverantwoord om dat te doen. Wij willen wel voorkomen dat er plotseling zaken aan de orde worden gesteld na de bouwvak, dat er straten worden opgebroken en verkeersborden geplaatst enz. In aanvulling op de motie van de PvdA hebben wij dan ook een motie opgesteld, die tot doel heeft het bevriezen van nieuwe uitvoerende werkzaamheden, totdat er in de raad over is gesproken en er een communius opinio over bestaat. De angst van onze burgers om het Kasteelpark en de ontstane commotie maken dat wij eerst willen praten, zonder vooropgestelde standpunten. Wij willen vermijden dat er nieuwe uitvoerende werkzaamheden worden verricht. Dan dien ik thans de motie in. Deze is ondertekend door de heren Kuypers, Smits, Rieter, Dams en mijzelf en luidt als volgt: `Motie 2. -34- 6 juli 1999. De gemeenteraad van Helmond in vergadering bijeen op 6 juli 1999, Overwegende dat: Er door het College van B. en W. een nieuw onderzoek naar de hoofdwegenstructuur van Helmond wordt opgestart; Een dergelijk onderzoek ook consequenties zou kunnen hebben voor de verkeerscircu- latie in het centrum van Helmond; Het door de raad op 2 juni 1998 aangenomen verkeerscirculatieplan voor het centrum bij nader inzien feilen vertoont; De thans lopende uitvoerende werkzaamheden niet kunnen worden stilgelegd, maar dat nog niet gestarte uitvoerende werkzaamheden en beleidsvoornemens kunnen worden getemporiseerd; Het op termijn goedkoper kan blijken te zijn om op dit moment geen nieuwe kosten te maken; Besluit: Na het zomerreces het op 2 juni 1998 aangenomen verkeerscirculatieplan m.b.t. de Kasteeltuin te evalueren en waar nodig tot bijstellingen en verbeteringen te komen; Pas na de geplande evaluatie in het najaar alle geplande en zelfs wellicht aanbestede nieuwe uitvoerende werkzaamheden, zoals wijziging van wegenstructuur, in het betreffende gebied (kanaalzone) tijdelijk (d.w.z. totdat de evaluatie in het najaar heeft plaatsgevonden) stil te leggen; Pas na de bedoelde evaluatie eventuele benodigde wijzigingen in de verkeersstructuur (bijvoorbeeld eenrichtingsverkeer) aan te brengen; En gaat over tot de orde van de dag. ` Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! Ik heb respect voor emoties, maar ik denk wel dat wij die tot de juiste proporties moeten terugbrengen in deze discussie. Wij als raad hebben een bepaalde verantwoordelijkheid en moeten deze zaak naast emotioneel ook zakelijk bekijken. De voorgaande sprekers, met name de nestor van de raad, hebben een overzicht gegeven van hetgeen zich rondom dit onderwerp de laatste tijd heeft afgespeeld. Ik denk dat de emoties zijn ontstaan door iets dat mij is ingegeven door een toekomstige bewoner van Boscotondo. Die zegt dat er absoluut twee gegevens leven in deze stad: gegevens van de gemeente en gegevens van verkopende partijen. Er zijn veel situatieschetsen geleverd, die eigenlijk niet reëel zijn. Het is jammer dat wij over deze zaak eigenlijk moeten spreken in een bepaalde verhouding tot elkaar en dat de zaak naar mijn zin te veel in de politieke sfeer wordt getrokken. Wij hebben respect voor emoties, met name waar men vecht voor een stukje Helmond dat heel bijzonder is. Het CDA heeft in de commissies SBV en SO reeds zijn bereidheid getoond om te luisteren naar eventuele alternatieven, om daarna te heroverwegen. Wij hebben er niet zoveel behoefte aan om vanavond allerlei inhoudelijke zaken te bespreken. Wij vinden dat herziening van de verkeersfuncties in de betrokken omgeving gezien moet worden in relatie tot verkeersluwbeid op de Kanaaldijk. Pas dan nemen wij besluiten. De motie van Ondernemend Helmond klinkt heel @syrnpathiek. Wij hebben echter de indruk (maar wij wachten het antwoord van het college af) dat de huidige werkzaamheden gewoon door kunnen gaan tot eind augustus, begin september. Het lid DAMS (VVD): Voorzitter! Wij stellen voorop dat zelfs bij voortschrijdend inzicht het o.i. nimmer in de bedoeling van noch het college noch de vorige raad noch deze raad noch de Helmondse burgerij kan hebben gelegen om de Kasteel-omgeving - die toch een van de parels van Helmond is - te verkrachten door er 5000 auto's per etmaal overheen te jagen. Dan hebben wij het over 40% van de verkeersbewegingen op de Kanaaldijk. Waar deze cijfers vandaan komen, is voor ons onduidelijk. Wij constateren wel dat de discussie, die breed in de pers werd uitgemeten, daarmee het karakter van paniekvoetbal heeft gekregen. Die ontbeert daarmee tevens een goede onderbouwing. De VVD-fractie acht het dan ook dringend gewenst dat een nadere bezinning plaatsvindt, gebaseerd enerzijds op de meest recente inzichten (o.a. ten aanzien van de bereikbaar- heid van het centrum) en anderzijds op de meest recente inschattingen van bijbehorende verkeers- volumen. Daaraan gekoppeld achten wij het logisch dat tot aan het moment van die bezinning geen nieuwe ontwikkelingen in gang worden gezet, die achteraf prematuur kunnen blijken te zijn. Dat betekent dat voorstellen van deze strekking, zoals verwoord door de heer Van Rooij en de -35- 6 juli 1999. heer Praasterink, op onze steun hebben kunnen rekenen. Moge het daarmee duidelijk zijn dat wij vanavond niet zonder aanvullende concrete gegevens tot een structurele beslissing willen komen. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! De politieke profileringsdrift wordt met de aan de orde zijnde zaak weer eens flink aangewakkerd. Ik ga hier geen statements afleggen. Ik denk dat het van belang is dat dit gebeurt in een bespreking die na de vakantie plaatsvindt. Ik ben het dus ook met het voorstel van het college eens dat wij daarover eerst goed moeten nadenken. Ik wil wel zeggen dat ik niet geloof in de 1300 verkeersbewegingen, waarvan eerst in het plan werd uitgegaan. De tijd tot september kan ook gebruikt worden door een aantal fracties om hun leden weer in het gelid te krijgen. Daar heeft een eenmansfractie geen last van! Het lid RAAYMAKERS (GroenLinks): Voorzitter! De heer Ferwerda-haalde mij met zijn eerste opmerking de woorden uit de mond. Voor wat de procedure betreft, kunnen wij ons vinden in hetgeen het college heeft verwoord in de bijlage en wat is verwoord in de motie die wij mede hebben ondertekend. De motie van Ondernemend Helmond klinkt sympathiek. Op het eerste gezicht steunen wij die. Wij wachten de reactie van het college evenwel af. De vraag is aan de orde of wij nu al inhoudelijke stellingen moeten poneren. Wij willen echter toch het volgende over de zaak zeggen. GroenLinks heeft in het verleden steeds - ook in de vorige raad - gepleit voor het meer verkeersluw maken van het centrum. Dat was een belangrijk aspect voor ons bij het afwijzen van het bestemmingsplan kanaalzone en het afwijzen van de extra laag in parkeergarage Boscotondo. Het is op zich een goede zaak dat wij nu opnieuw de discussie voeren over de plannen voor de kanaalzone en de Kasteelbrug. Wij zijn het met de Partij van de Arbeid eens dat het meest essentiële in deze discussie is de vraag wat je met de Kanaaldijk moet doen om die verkeersluw te maken. Vaststaat dat de bestaande plannen onvoldoende leiden tot reductie van het doorgaande verkeer. In de alternatieven die het college in de zomervakantie uitwerkt, zou het in ieder geval antwoord moeten geven op de vraag hoe op de Kanaaldijk een aanzienlijke (aanzienlijker dan aanvankelijk verwoord) reductie van het verkeer kan worden gerealiseerd. Dan gaat het niet alleen om de bewoners van Boscotondo en het bestemmingsplan, maar ook om de Kasteeltuin en het leefbaarder maken van de hete city. Wij denken dat wij nu geen uitspraak moeten doen over de Kasteelbrug. Die zaak moet bekeken worden in de context van de alternatieven die nu ontwikkeld gaan worden. Het zou ons een lief ding waard zijn als de brug niet gebruikt zou gaan worden door de auto's die niet specifiek in het centrum thuishoren. Wij hebben de angst dat de aantallen die zijn gepresenteerd in een notitie in de commissie SO niet de werkelijkheid benaderen, maar dat ze lager zijn dan daadwerkelijk het geval zal zijn. Wij willen een opmerking maken over de communicatie. Wat ons opvalt, ook in de meest recente publicaties en voorlichting, is dat schetstekeningen en plattegronden iets suggereren wat er op dit moment nog niet komt. Heel concreet: bij een artikel in het Eindhovens Dagblad over een bioscoopcontract staat een schets van de hoek van Boscotondo, waarop mensen lopen te flaneren over de Kanaaldijk-west. Je ziet er absoluut geen verkeer. Verder wordt niet de sfeer geschept alsof er een verkeersweg loopt. Ik zeg niet dat de gemeente verantwoordelijk is voor het publiceren van een dergelijke prent, maar in de commotie die nu ontstaan is, speelt dit wel een rol. Ook op de grote borden op het Boscotondo-terrein, die er staan om het publiek te informeren over wat er aan het komen is, wordt gesuggereerd dat er over de Kanaaldijk absoluut geen verkeer rijdt. Er staan heel mooie tekeningen op van mensen die aan het wandelen zijn. Dat zet mensen op het verkeerde been. Als het gaat om de gemeente het volgende. Vorige week woensdag is in de Gaviolizaal het uitvoeringsplan gepresenteerd. Door een van de mensen die het plan presenteerden, moest ten aanzien van de kleurenschets van het plan gezegd worden dat men allerlei leibornen aan de Kanaaldijk-west zag, maar dat die er nog niet zouden komen. De Kanaaldijk-west was op de schets wel ingericht zoals de Kanaaldijk-oost (in verkeersvrije toestand), maar dat zien wij pas in de verre toekomst, moest gezegd worden. Als wij helder willen communiceren, laten wij dan communiceren over plannen zoals ze werkelijk worden en niet zoals wij wensen in de verdere toekomst. Nu wij worden teruggefloten vanwege het feit dat er onduidelijk gecommuniceerd is, moeten wij dingen bijstellen, zodat de communicatie helder wordt over wat er nu gaat ontstaan. -36- 6 juli 1999. Het lid KLAUS (SP): Voorzitter! U zult er niet van staan te kijken dat wij er niet vóór zijn dat er meer auto's in de city gaan rijden dan op dit moment al het geval is. Wij zijn altijd voor een terughoudend beleid geweest wat dat betreft. Wij willen dat er minder blik in de city aanwezig is. Wij denken dat het een heel goede zaak is dat de mensen gebruik gaan maken van de parkeergarage die wij bij Boscotondo gebouwd hebben (waar wij al niet enthousiast over waren) en niet maar blijven rond crossen om elders misschien een parkeerplaats te vinden. Dat geldt ook voor mensen die blijkbaar het liefst parkeren bij de Hema aan de kassa. De mensen die dat willen, mogen daartoe van ons de mogelijkheid hebben, maar wij vinden niet dat wij daaraan hand- en spandiensten moeten verlenen en het gemakkelijker moeten maken. Vanuit het westen van Helmond bestaat de mogelijkheid om de city te bereiken op dit moment niet, anders dan over Traverse, Julianabrug of Engelse Weg. Dat houden wij voorlopig graag zo. Tweerichtingsverkeer over de Kasteelbrug is voor ons onbespreekbaar. Ook eenrichtings- verkeer is dat eigenlijk voor ons. De city verdient het volgens ons, maar ook het geld dat nu wordt uitgetrokken voor de kanaalzone verdient het dat wij iets moois van het gebied maken. Dat betekent leefbaarheid. Verkeersluw is een mooi woord, maar dat is volgens mij alleen maar mogelijk als er géén auto's rijden. Eén van de scenario's die volgens ons onderzocht moet worden, is het afsluiten ~ na het gereed komen van de PW 210 - van het stuk Kanaaldijk tussen de Eikendreef en de Steenweg. Ik denk dat wij daarmee een besluit zouden nemen dat ertoe bijdraagt dat de city, inclusief de kanaalzone, echt iets is, waar wij trots op kunnen zijn. Dat kunnen wij niet als wij op wat,voor manier dan ook de auto's de mogelijkheid geven om er te rijden. De auto's moeten maar netjes parkeren in de Boscotondo-garage, die groot genoeg is. Ik hoor graag de toezegging dat dit scenario (op termijn geen auto's op de Kanaaldijk) ook onderzocht wordt. Het lid VAN MULLEKOM (HSP): Voorzitter! De HSP heeft als eerste briefschrijver richting college over de Kasteelbrug heel wat losgemaakt, dat blijkt nu wel. Wij slapen absoluut niet! Er zijn twee dingen van essentieel belang. Ten eerste zou burgemeester Van Hout zich in zijn graf omdraaien als hij hoorde wat hier aan de hand is. Tijdens zijn burgemeesterschap is het Kasteelpark helemaal opgeknapt door een architect uit Haarlem. Burgemeester Van Hout zei dat het park een weldaad van rust moest zijn tot in lengte van dagen voor de Helmondse bevolking. Dat feit is geschonden door de geheime onderhandelingen van het college in 1953, dat onder druk van Vlisco een deel van het Kasteelpark aan de kanaalzijde bij de brug heeft verkocht (omdat het bedrijf anders naar België zou vertrek- ken). Van die geheime collegeonderhandelingen heeft de Helmondse bevolking lucht gekregen. Loco-burgemeester Boele zei `het spijt me`, maar het leed was geschied: de aantasting. De tweede aantasting was de luchtbrug. De prachtige kasteelpoort en een huis, alles werd verknald en vernield. Helmond was weer een stukje park kwijt. Nu zien wij het verschijnen van de brug. Met betrekking tot de auto's - of dat er nu 3000, 4000 of 5000 zijn - heeft de Helmondse Senioren Partij geen aantallen genoemd. Daar gaat het ons ook niet om. Wij willen dat er helemaal geen auto's over de brug rijden, niet heen en niet terug. Wij hebben vorige week besloten daarin het voortouw te nemen. Wij zullen met de eigen auto geen gebruik meer maken van de Kasteeltuin. Dat is een duidelijk signaal. Ten tweede kun je gevoeglijk niet voorbijgaan aan het signaal van de Helmondse bevolking. Dat signaal kende ik al. In mijn kapsalon houd ik al acht weken lang een enquéte onder,de klanten over de vraag wat men vindt van een grote brug van 14 m breed op de betrokken plek, waarover auto's heen en weer rijden. De dames en heren slaan van verbazing bijna vierkant van de stoel af. Ze weten gewoon niet wat ze horen. Dat blijkt ook wel uit het feit dat in recordtijd 3000 handtekeningen tegen en 3 vóór zijn opgehaald. Het college moet nu zwichten voor de wil van de Helmondse bevolking. Wij moeten ons in de commissie opnieuw gaan bezinnen. Wij moeten ons de terechte verwijzing van de toekomstige bewoners van Boscotondo aantrekken. Die mensen hebben iets gekocht voor heel veel geld. Ze voelen zich kennelijk hoogst belazerd, doordat ze een verkeerde toelichting op de aankoop hebben gekregen. Dat is bevestigd door het plan van Natalini, waarin een romantisch bruggetje was opgenomen. is het een romantisch bruggetje of is het een brug van 14 m breed'? Een brug van 14 m vind ik geen romantisch bruggetje. Ik heb hier een ambtenaar op aangesproken. Hij zei dat de opbouwhoofden van heel mooi metselwerk gemaakt werden en dat de brugleuningen heel romantisch werden. Dat -37- 6 juli 1999. werd door de ambtenaren onder "romantisch" verstaan. Ik heb daar een heel andere kijk op. Wij willen het park in ere herstellen, zoals het er veertig, vijftig jaar geleden bij lag. Wij willen geen auto heen over de brug, wij willen geen auto terug over de brug, wij willen helemaal geen auto in het park. Wij hebben dan ook het initiatief genomen om met onze auto niet meer in het park te komen. Dan lopen wij maar 50 of 100 m. Het park moet terug worden gebracht in de staat waarin het een weldaad van rust kan zijn voor de Helmondse bevolking. Het lid RIETER (Helmondse Belangen): Voorzitter! Voor Helmondse Belangen ligt de zaak heel gemakkelijk. Wij hebben de plannen voor de kanaalzone, waarmee een bedrag is gemoeid van f 15 mil .oen, altijd verworpen. Daarmee verwerpen wij de bruggen. Tijdens de behandeling van de voorjaarsnota hebben wij nog gezegd dat wij ons waarschijnlijk enigszins belachelijk zullen maken, omdat wij straks een stuk kanaal hebben waarover weet-ik-hoeveel bruggen liggen, terwijl er geen boot door het kanaal vaart. In de commissie heb ik tegen de aanwezigen op de publieke tribune gezegd dat wij tóen tegen autoverkeer waren en dat wij ook nu tegen autoverkeer zijn. Dat wil niet zeggen dat wij de moties niet onderschrijven. Wij willen tijdens de behandeling in de gecombineerde vergadering van de commissies SO en SBV, die in het verschiet ligt, creatief meedenken, omdat er natuurlijk wel een circulatie van verkeer in het stadscentrum zal moeten plaatsvinden. Wij zullen eraan vasthouden dat wij tegen autoverkeer op de Kasteelbrug zijn. Dat kunnen wij in de richting van de Helmondse bevolking heel helder stellen. Waar denkt het college de gecombineerde commissievergadering te gaan houden, want wij verwachten een behoorlijke publieke opkomst'? De VOORZITTER: Dames en heren! Ik stel voor de vergadering voor een kwartier te schorsen om het college de gelegenheid te geven zich te beraden. Het lid TIELEMANS (SDH): Voorzitter! Als initiatiefnemende partij willen wij graag nog een enkele opmerking maken. Naar aanleiding van de beraadslagingen tot op heden, zal mijn fractie het initiatiefvoorstel aanhouden tot de eerstkomende gecombineerde vergadering van de commissies SO en SBV, in het vertrouwen dat wij opmaken uit de discussie van vanavond dat de raad effectief bereid is het eerder ingenomen standpunt te herzien. Hierna wordt de vergadering geschorst. Na hervatting der vergadering spreekt de VOORZITTER als volgt: Dames en heren! Wij hebben ons beraden op hetgeen door de raad is opgemerkt. Wij beperken ons in onze reactie nu tot een procedurele opstelling. Wij zullen thans geen inhoudelijke reactie geven, want wij hebben afgesproken dat wij zo snel mogelijk na de zomervakantie in commissieverband en in de raad aan de hand van mogelijke scenario's en alternatieven proberen tot definitieve besluitvorming te komen. De SDH~fractie heeft laten weten dat ze in het geschetste kader de behandeling van het initiatiefvoorstel verdaagt. Het lid TIELEMANS (SDH): Wij hadden het over "aanhouden". De VOORZITTER: `Verdagen` is denk ik een goede term. De SDI-I-fractie wil de behandeling van het initiatiefvoorstel verdagen naar de commissiebehandeling, om dan te beoordelen of het initiatiefvoorstel nog hout snijdt tegen achtergrond van de voorstellen die het college dan in beraad brengt. Het lid TIELEMANS (SDH): Mooi verwoord! De VOORZITTER: Daar ben ik voorzitter voor: om het goed te kunnen formuleren! Vanavond zijn dan ook alleen nog de heide moties aan de orde. Motie 1 van de PvdA is breed ondertekend. De intentie van de motie is dezelfde als die van het college. Wij gaan alternatieven onderzoeken, die met name betrekking hebben op de verkeersfunctie die de brug zal moeten hebben. Motie 1 nemen wij dan ook over. -38- 6 juli 1999. Motie 2 van Ondernemend Helmond ontraden wij. Naar onze mening gaat die verder dan de discussie die wij thans voeren. Wij voeren een discussie over de verkeersfunctie van de Kasteelbrug. Wij voeren geen discussie over het feit dat wij een voetgangersgebied aanleggen ter hoogte van het Veestraatkwartier. Daaraan wordt volop uitvoering gegeven. Als wij de motie van Ondernemend Helmond zouden aannemen, dan zetten wij de uitvoering van dat traject duidelijk op losse schroeven. Het college beperkt zich in de alternatieven die het zal onderzoeken tot de verkeersfunctie die de brug zal hebben in het totale verkeerscircuit en de onderliggende en achterliggende functies van andere wegen, zoals wij in de motie van de PvdA aantreffen. Hierop komt het procedurele voorstel van het college neer. Wenst de heer Praasterink zijn motie te handhaven'? Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Die handhaven wij. Het lid KLAUS (SP): Voorzitter! Ik heb om een toezegging gevraagd met betrekking tot een alternatief scenario dat door mij is aangegeven. Ik wil daar graag antwoord op hebben. De VOORZITTER: Alle vanavond genoemde alternatieven, dus ook het alternatief van de heer Klaus, worden meegenomen en bestudeerd. Alle alternatieven kunnen straks tegen elkaar afgewogen worden. Het lid KLAUS (SP): Akkoord! Het lid VAN ROOIJ (PvdA): Voorzitter! Wij willen een stemverklaring met betrekking tot motie 2 afleggen. Wij zullen de motie niet steunen, maar ik doe een beroep op het college om wel rekening te houden met de intentie van de motie, die erop neerkomt dat er niet onnodig geld moet worden uitgegeven. De VOORZITTER: Dames en heren! Dat spreekt vanzelf. Wij gaan geen onomkeerbare dingen doen, maar wij gaan natuurlijk niet al onze plannen op losse schroeven zetten. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Wij willen nadenken over de verkeersfunctie van de brug. Dat zullen wij serieus en op basis van alle alternatieven, ook die door u zijn aangedragen, doen. Het lid DAMS (VVD): Voorzitter! Wij kunnen ons vinden in de intentie die u nu naar voren brengt. Het lid TIELEMANS (SDH): Voorzitter! De discussie beperkt zich nu tot de motie die is ingediend door Ondernemend Helmond. Wij zijn overtuigd door uw uitleg dienaangaande. Ter discussie stond, staat en blijft staan de verkeersfunctie van de Kasteelbrug en niet de andere onderdelen van het herinrichtingsplan. Daar willen wij niet aan tornen. Indachtig deze uitleg en gehoord de discussie van vanavond zien wij overigens de discussie eind augustus, begin september met vertrouwen tegemoet. Het lid mevrouw JURRIUS-HAKVOORT (CDA): Voorzitter! Wij zijn van mening dat wij vanavond spreken over de Kasteelbrug en zijn directe omgeving bij de Kasteeltuin. Wij hebben uit uw uitleg begrepen dat ook de Veestraatbrug betrokken wordt in de motie van Ondernemend Helmond. Het lijkt ons geen goede zaak om op dat punt nu nog een grote verandering aan te brengen. Eén van de uitgangspunten van de herinrichting van de kanaalzone was het bij elkaar brengen van de onderdelen Veestraat en Steenweg. Het lijkt ons geen goed alternatief om daarbij nog andere maatregelen op de Veestraatbrug toe te passen. Het lid KLAUS (SP): Voorzitter! Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Van Rooij voor wat betreft het niet onnodig geld verspillen. Ik nam echter ook al aan dat dit vanzelf zou spreken. De VOORZITTER: Dat spreekt inderdaad vanzelf. -39- 6 juli 1999. Het lid VAN MULLEKOM (HSP): Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Van Rooij voor wat betreft het niet onnodig geld uitgeven. Wij moeten ons beperken tot waar het om gaat: het verkeer wel of niet over de brug. De VOORZITTER: Wenst iemand hoofdelijke stemming? Het lid PRAASTERINK (Ondernemend Helmond): Voorzitter! Ik wil hoofdelijke stemming. Ik wil heel duidelijk vastgesteld hebben dat de verkeerscirculatie, zoals die er nu ligt, niet alleen te maken heeft met de brug, maar dat die een iets breder verband heeft. Het lid FERWERDA (D66): Voorzitter! Ik ben het met het standpunt van het college eens en zal de motie dan ook niet steunen. Motie 2 wordt daarop in stemming gebracht en verworpen met 27 tegen 7 stemmen. Tegen stemmen de leden: Mokadim, Van Rest, Roefs, Bekkers, Naoum, Van Rooij, Van der Zanden, Yeyden, Rietveld, Raaymakers, mevrouw Lintermans, Klaus, Verbakel, Witteveen, Prinsen, mevrouw Jonkers-Goedhart, Bethlehem, Hesen, Van de Ven, Tielemans, Wijnen, Ferwerda, Damen, Dams, Van Heugten, mevrouw Jurrius-Hakvoort en Klerkx. Voor stemmen de leden: mevrouw Houthooft-Stockx, Smits, Rieter, Kuijpers, Van Mullekom, Kuypers en Praasterink. 8. Voorstel tot vaststelling van de 88e en 89e wijziging van de gemeentebegroting 1999 (nr. 88 betreft krediet hondenoverlast; nr. 89 betreft het PC-privéproject). Zonder stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. De VOORZITTER: Dames en heren! Dit was de laatste vergadering voor de zornervakan- tie. Ik wens u allemaal een buitengewoon goede vakantie toe. U heeft vanavond al besluiten genomen, die u reden geven om ervoor te zorgen buitengewoon fris te zijn na de vakantie. Voor zover u gebrek aan slaap heeft, hoop ik dat die dan uit uw ogen gewreven is. De voorzitter sluit hierna, te 22.58 uur, de vergadering. Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van De raad voornoemd, De voorzitter, De secretaris, 1@ ) |