Commissienotulen kinderdagverblijf maraboe

Gemeente Helmond

SAMENLEVING EN ECONOMIE

Commissie SE

Notulen bijeenkomst: 26 april 2004, 20.00 uur, Kinderdagverblijf Maraboe

Aanwezig:

Voorzitter: A.F.H. Wijnen

Cie.griffier: C.G.H.J. Dahmen

Leden: L.H.A. van Aerie (HSP), H.M.J.M. van Dijk (SDHOH), P.L.H. van Duppen (SDHOH),

J.L. Henraat (SDHOH), E.A.H. van Kilsdonk (HBILH), mevr. M.M. de Leeuw (CDA),

E.R. Luyben (CDA), mevr. F.H.P.M. Maas (HB/LH), mevr. M.A.J. Mattheij (CDA),

mevr. A. Meinardi (GUD66), S. Mokadim (CDA), T.J. van Mullekom (HA)(vervanging

mevr. J.A.B. Zoll), M. Naoum (HSP), A. Spruijt (SP), P.H.C. Streeder (VVD), M.A.

Tijani (PVDA)

Adviseurs: Mevr. A. Fonseca

Notuliste: Mevr. N. Marcus

SKOH: P. van Berlo, W. Daris, Mevr. W. Dingemans, W. Hillenbrink, R. Janssen en mevr.

A.Moons

-Afwezig: L. den Breejen (PVDA), J.F.C. Damen (VVD), W.M.H. Dams (VVD)

Mevrouw Moons, voorzitter van het bestuur SKOH, heet de commissie van harte welkom.

De bestuursleden stellen zich aan de commissie voor.

Het bestuur van SKOH wil graag de commissie nader informeren en hoopt de commissie aan de hand

van de presentatie een beeld te kunnen geven van SKOH en haar werkzaamheden. Het bestuur

hoopt een reactie te krijgen hoe de commissie tegen kinderopvang en SKOH aankijkt, hoe in de

toekomst een goede relatie met de gemeente ontwikkeld kan worden, e.d. Zij hoopt op goede

suggesties en plannen om verder uit te ontwikkelen.

Ie Presentatie Kinderopvang Heimond door mevrouw Dingemans, directeur a.i. SKOH

De heer Van Duppen vraagt of het economisch tij van dit moment invloed heeft op de kinderopvang.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat het aantal kindplaatsen binnen SKOH nog steeds, zij het

geleidelijk, toeneemt. SKOH steekt sterk in op acquisitie. Er zijn nog steeds veel bedrijven die

kinderopvang niet geregeld hebben.

N.a.v. een vraag van mevrouw Meinardi licht mevrouw Dingemans toe, dat binnen SKOH 4 locaties

zich toeleggen op dagopvang, 4 locaties op buitenschooise opvang, en de overige 3 locaties op

beiden. De heer Wijnen vraagt of deze combinatie tussen de allerkleinsten en de wat grotere kinderen

geen problemen vormt. Mevrouw Dingemans geeft aan dat voor de kleintjes in gescheiden binnen-

plaatsjes is voorzien. Verder wordt een open-deuren-beleid gehanteerd, inhoudende dat kinderen zich

vrijelijk door de locatie kunnen bewegen, en zelf kiezen met wie ze willen spelen. Dit vormt geen

problemen.

Als mevrouw Dingemans ingaat op de financieel moeilijke jaren 2000, 2001 en 2002 waarin sprake

was van aanzienlijke tekorten, vraagt de heer Van Duppen hoe SKOH zich overeind heeft kunnen

houden. Zij geeft aan dat destijds: veel sprake was van ziekteverzuim onder het personeel. De

kinderopvang kwam vanuit de welzijnswereid en had te maken met ongezonde bedrijfsprocessen.

Tegelijkertijd kwamen vanuit het rijk stimuleringsmiddelen om uitbreiding kinderopvang te bekostigen.

Deze middelen zijn gedeeltelijk ingezet voor het optimaliseren van de bedrijfsprocessen, ook met het

oog op een terugtrekkende overheid, waardoor in 2003 voor het eerst sprake is van een positief

Notulen Commissie SE blz. 1

resultaat. 30% van het personeelsbestand is geflexibiliseerd. Zijn er op een bepaald moment minder

kinderen, dan wordt er ook minder personeel ingezet.

Op een vraag van de heer Tijani over de kosten van dagopvang en buitenschooise opvang, geeft

mevrouw Dingemans aan dat voor beide een bruto uurtarief van E 5 per uur geldt. Werkgevers die

opvang in hun CAO geregeld hebben, dragen 113 deel in de kosten bij. Gemiddeld betaalt een ouder

netto E 2,50 per uur. De personeelskosten op MBO-niveau bedragen E 8 per uur.

De heer Wijnen informeert naar de personeelswisselingen en het aantal vaste leidsters per groep.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat gestreefd wordt naar 1 vaste leidster per groep. Er zijn 37

groepen, waarvoor op jaarbasis structureel 37 stageplaatsen van het ROC worden ingezet.

Op een vraag van mevrouw Meinardi of goed aan geschikt personeel te komen is, geeft mevrouw

Dingernans aan dat dit voor de werkvloer wel geldt, maar voor het hoofdkantoor minder omdat hier

generalisten nodig zijn. Alle leidsters hebben minimaal een MBO-diploma niveau 3, en een aantal

hebben een HBO-diploma.

De heer Van Duppen vraagt of er contacten zijn met regiogemeenten over samenwerking.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat in 2001 veel kinderopvangorganisaties hard werkten aan

uitbreiding binnen de eigen gebiedsgrenzen. Deze organisaties waren ook uit de welzijnsomgeving

afkomstig en waren zich aan het bezinnen over de bedrijfsvoering. Een paar jaar geleden is tussen

SKOH en Korein (Eindhoven) overleg geweest over een mogelijke fusie. I.v.m. diverse ontwikkelingen

heeft Korein destijds adempauze ingelast. Zij weet niet hoe het Korein nu verder vergaat, maar weet

te melden dat de dagopvang E 1 000 per jaar duurder is dan in Heimond.

Mevrouw Meinardi merkt op dat er meer kinderopvangorganisaties in Heimond zijn, en vraagt of

SKOH daarmee contact heeft.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat dit tot nu toe globale contacten zijn. De ervaring wijst uit dat

ouders opvang wensen dicht bij de woon- en schoolomgeving van hun kinderen. Met het SKOH en de

particuliere opvang is het aanbod over Heimond goed verspreid.

Op een vraag van de heer Van Duppen over de prijzen van de particuliere opvang, geeft zij aan dat

dit niet vergelijkbaar is gezien de andere prijzen en kwaliteit. SKOH heeft een kwaliteitscertificaat, is

overigens iets duurder in prijs, maar heeft wel alle soorten voorzieningen binnen haar organisatie.

De heer Van Aerie vraagt of de particuliere opvang gebruik maakt van de interne diensten van de

SKOH. Mevrouw Dingemans geeft aan dat dit niet zo is. De kleinere organisaties hebben dan ook te

maken met hogere of andersoortige kosten, en hebben hun kwaliteiten en pedagogisch beleid anders

opgezet.

De heer Tijani geeft aan dat een van de uitgangspunten van de Wet Basisvoorziening Kinderopvang

(WBK) is de positie van ouders in de organisaties te versterken. Hij vraagt wat het bestuur aan dit

uitgangspunt doet.

Mevrouw Moons geeft aan dat ouders zich ongevraagd en gevraagd mogen bemoeien met de

organisatie en wijze van opvang. Dit vormt belangrijke input waaruit een hoop zaken zijn af te leiden.

Binnen SKOH is vorm gegeven aan een centrale ouderraad. Daarnaast zijn er per vestiging locale

ouderraden waar ouders op vestigingsniveau hun opmerkingen kwijt kunnen. Kinderopvang is sterk

gebaseerd op vertrouwen. Op deze manier wordt vorm gegeven aan een band tussen ouder en

SKOH.

Mevrouw Meinardi merkt op dat de rol van de gemeente binnen de nieuwe wet een andere is dan tot

op heden. Hoe gaat zich dat in de toekomst uitwerken op bijv. de sociaal medische indicaties?

Mevrouw Moons geeft aan dat dit een van de veranderende rollen is per 1 januari 2005. Ondanks dat

de overheid een ouderraad straks niet meer verplicht stelt, wil de SKOH daar nog steeds aan

vasthouden. De rol van de terugtrekkende overheid komt later in de presentatie nog aan de orde.

Mevrouw Meinardi merkt op dat ouders kiezen voor kwaliteit. Misschien dat in dat opzicht van de

ervaringen van de particuliere opvang te leren is. Daar is ook sprake van tevreden ouders en inspraak.

Deze organisaties moeten wel naar de ouders luisteren, willen zij zich niet uit de markt prijzen.

De heer Mokadim vraagt naar een praktisch voorbeeld van opvoedingsondersteuning voor ouders.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat de werkzaamheden van particuliere opvang vaak ophouden bij

verzorging, ontspanning en ontplooiing. SKOH gaat verder en handelt bijv. in situaties als agressiviteit

bij kinderen; kinderen die erg vaak vallen; verwaarlozing, ook emotioneel; kleinere zaken zoals het

belang van bepaalde eetgewoonten e.d. Dit zit allemaal in de kinderopvang.

Op een vraag van de heer Van Mullekom over het ongevalpercentage en hoe met ongevallen

omgegaan wordt, geeft mevrouw Dingemans aan dat er een calamiteitenprotocol is. Indien een kind

zich bezeert, wordt dit altijd aan de ouder gemeld, d.m.v. een telefoontje of bij minder ernstige

Notulen Commissie SE blz. 2

situaties aan het eind van de dag. Bij ernstige gevallen heeft SKOH open lijnen met de nabije

huisartsen. Per groep is er een BHV-er aanwezig en per vestiging iemand met een EHBO-opleiding.

Mevrouw Fonseca merkt op dat in Heimond een calamiteitenplan een vereiste is voor het opstarten

van kinderopvang.

Op een vraag van de heer Van Duppen over agressie van ouders bij ongevallen van hun kind, geeft

mevrouw Dingemans aan, dat als er op de juiste wijze mee omgegaan wordt hier geen sprake van is.

Daarom wordt bij de dagopvang gewerkt met een logboek waar zaken in worden bijgehouden. Bij de

buitenschooise opvang wordt nog alleen een logboek bijgehouden voor kinderen met

gedragsproblemen. Er is goede aandacht, maar de problemen worden ook groter.

De heer Tijani vraagt of op pedagogisch gebied gebruik wordt gemaakt van VIB (Video Interactieve

Begeleiding). Aangegeven wordt dat deze methodiek alleen gebruikt wordt bij de aanpak voor

probieemkinderen..

De heer Streeder vraagt of het personeel er in getraind is ouders de problemen van hun kind duidelijk

te maken, en hoe deze problemen doorbroken worden.

Mevrouw Dingemans geeft aan dat de leidsters op HBO-niveau zorgen voor die professionele

aandacht. Als er problemen bij een kind vermoed worden, dat wordt dit met zorg bij de ouder

aangekaart. Mochten de problemen zich niet oplossen of zelfs verergeren, dan wordt contact

opgenomen met de school. In extreme gevallen wordt melding gedaan bij het meldpunt

kindermishandeling of de coördinator GGD.

De heer Mokadim vraagt hoe gewerkt wordt aan de taalontwikkeling bij taalachterstand allochtone

maar ook autochtone kinderen. Mevrouw Dingemans legt uit dat taalachterstand voor een groot deel

via de peuterspeelzalen wordt aangepakt. Kinderopvang moet leuk zijn. Ouders hebben de laatste

jaren echter de nadrukkelijkere wens meer op problemen bij kinderen te letten. Zo zal een leidster

meer gaan lezen met een kind met taalachterstand, en wordt bijv. gezorgd dat niet te veel kinderen

met een taalachterstand in eenzelfde groep geplaatst worden.

N.a.v. een vraag van mevrouw Meinardi over de uitstroomcijfers van het personeel, geeft mevrouw

Dingemans dat dit te maken heeft met natuurlijk verloop, zoals het krijgen van kinderen, verhuizingen

e.d.

Mevrouw Mattheij merkt op dat bedrijven beter hun best zouden moeten doen kinderopvang beter te

ondersteunen. Dat is nu nog niet verplicht, maar wel vanaf 2007.

De heer Van Berlo geeft aan dat de kinderopvang op dat gebied wel last ondervindt van het

economische tij. Het vergroten van het aantal bedrijven dat naast de ouders 113 in de kosten

kinderopvang bijdraagt, loopt daardoor vertraging op.

De heer Van Duppen merkt op dat SKOH de nadruk legt op acquisitie richting bedrijven. Het is ook

erg interessant te acquireren richting consument. Met name de consument kan net voor het laatste

duwtje richting werkgever zorgen.

De heer Wijnen vraagt hoe deze consument gevonden wordt.

Mevrouw Dingemans licht toe dat de consument gevonden wordt via consultatiebureaus en scholen.

SKOH is daar erg actief in en zorgt dat bij de bureaus permanent informatie over kinderopvang

aanwezig is. Aan de andere kant heeft het bedrijfsleven vaak geen besef van de kosten van

kinderopvang. Met name de lokaal gevestigde bedrijven, met een eigen of geen CAO, hebben vaak

een totaal verkeerd beeld van kinderopvang. Door daar acquisitie te plegen wordt die onduidelijkheid

weggenomen. Op een constatering van de heer Van Duppen dat bijv. de koepelorganisatie voor het

MKB, waarbij zo'n 1500 Heimondse bedrijven zijn aangesloten, nog nooit informatie van het SKOH

heeft ontvangen, merkt mevrouw Dingemans op dat nog steeds actief geacquireerd wordt. Zij neemt

deze suggestie mee.

Op een vraag van mevrouw Fonseca geeft mevrouw Dingemans aan dat ongeveer 80-1 00 kinderen

in de 24-uurs-opvang opgevangen worden.

De heer Van Duppen vraagt of er een tijdslimiet voor het opvangen van deze kinderen vastligt.

Het gevaar van de 'yuppensamenieving' is dat ouders alles moeten kunnen en kinderen vaak gedropt

worden. Mevrouw Dingemans geeft aan dat deze opvangsvorm moet aansluiten bij het welzijn van

het kind.

Mevrouw Moons vult aan dat dit een aardig dilemma is bij de keuze in te steken op een meer

commerciële opvang of te zorgen voor de maatschappelijke verantwoordelijkheid. Zolang er

marktwerking is, is deze situatie redelijk gescheiden. Het is van belang de maatschappelijke context

aan te voelen. Gemeente en andere instanties kunnen hiervoor belangrijke input leveren.

Ouders die in de zorg werken en verschillende diensten draaien, maken bijvoorbeeld gebruik van de

24 uurs-opvang.

De heer Hillenbrink gaat in dit kader in op de vercommercialisering van de medische voorzieningen.

Kinderopvang omzetten in commerciële trajecten is niet zonder problemen. Zoals in de presentatie

Notulen Commissie SE blz. 3

naar voren komt, is kinderopvang een 'understatement' voor hetgeen binnen de opvang plaatsvindt.

Grote aandacht is er voor de zaken zoals sociaal-maatschappelijke ontwikkeling, pedagogisch beleid

e.d. Bij vercommercialisering moeten bepaalde kwaliteitsaspecten voor deze factoren losgelaten

worden. SKOH hoopt vanavond aan te tonen dat de kinderopvang van SKOH meer is dan het

opvangen van kinderen.

Mevrouw Meinardi is van mening dat als er meer rek in openingstijden komt, er meer markt is. Ouders

zullen uitwijken naar andere situaties van opvang.

Mevrouw Fonseca merkt op dat de tendens binnen de nieuwe WBK vercommercialisering van de

kinderopvang is.

De heer Streeder hoopte vanavond te horen dat SKOH juist contact heeft met de commerciële

instellingen. Het is van groot belang van elkaar te leren. SKOH kan geen oordeel vellen over deze

opvang als zij niet met deze instellingen bekend is. Voor goede kinderopvang in heel Heimond, is het

zaak dat SKOH en commerciële opvang bijeen komen. Hij verwijst naar de behandeling van de

welzijnsprogramma 2005 waar de SKOH bij de inspraak ontbrak en de commerciële opvang wel

vertegenwoordigd was.

Mevrouw Moons staat hier op zich voor open, maar geeft aan dat dit bij concurrentie een illusie is.

De heer Van Duppen merkt op dat concurrenten elkaar nooit in de boeken laten kijken. Neemt niet

weg dat hij de opmerkingen van de heer Streeder ondersteunt. Hij hoopt dat de voorzitter een

soortgelijke sessie als deze organiseert bij de commerciële kinderopvang.

Mevrouw Dingemans wil graag de boodschap meegegeven de groep waar het in 1973 allemaal om

begonnen is niet te vergeten.

Mevrouw Fonseca merkt op dat de heer Streeder een terechte opmerking maakt. De Heimondse

regelgeving kinderopvang bepaalt dat kinderopvangorganisaties aan een bepaalde kwaliteit moeten

voldoen. In Heimond zijn er 4 commerciële organisaties voor kinderopvang: 2 organisaties voldoen

ook aan de genoemde taken zoals die door de SKOH aangegeven worden, 1 organisatie ontwikkelt dit

momenteel, en 1 organisatie overdenkt momenteel hoe dit op te kunnen pakken. Organisaties die hier

niet aan voldoen zullen zich als gevolg van de keuze van de ouders en de WBK niet kunnen

handhaven.

Mevrouw Dingemans bemerkt vanuit haar werk dat 95% van de ouders in eerste instantie meer kijkt

naar opvang in de woon- en schoolomgeving van het kind, dan naar de kwaliteit.

De heer Tijani vraagt hoe de verhouding tussen SKOH en gemeente er na een lange tumultueuze

periode voorstaat.

Mevrouw Moons merkt op dat een (gedeeltelijk) nieuw bestuur verandering geeft in de externe

relaties. SKOH steekt in op versteviging van de relatie met de gemeente en hoopt dat de gemeente

hiervoor openstaat. Voor SKOH is het van belang te weten wat de plannen van de gemeente zijn.

Mevrouw Fonseca geeft aan dat de verhouding tussen SKOH en gemeente samenhangt met de

ontwikkelingen op het gebied van de WBK. Door een terugtrekkende overheid, kan het zijn dat de

samenwerking wat terughoudender wordt. Daar waar deze nu alleen met SKOH geldt, zal dit in de

toekomst waarschijnlijk ook gelden met de commerciële organisaties.

De heer Wijnen spreekt de hoop uit dat SKOH dit in de toekomst rechtstreeks doet en niet via de

pers. Dit heeft duidelijke meerwaarde, zoals blijkt uit de ontspannen sfeer van vanavond.

De heer Streeder geeft aan dat SKOH maar ook de commerciële organisaties te maken krijgen met

de terugtrekkende overheid. Het wordt hoog tijd dat de organisaties met elkaar aan tafel gaan. De

concurrentie is weg en kinderopvang wordt een geheel.

Mevrouw Moons bedankt namens het bestuur en directie de aanwezigen voor hun komst. Zij geeft

aan dat het een goede zaak zou zijn over een aantal maanden een bijeenkomst te organiseren met

gemeente en andere organisaties over wat de WBK gaat betekenen voor de kinderopvang in

Heimond.

Rondleiding Kinderdagverblijf Maraboe

De bijeenkomst wordt om 21.45 uur beëindigd.

Notulen Commissie SE blz. 4