- Bestuur
- Commissiestukken Notitie Herziening UP Centrum Margrietlaan 67
Commissiestukken Notitie Herziening UP Centrum Margrietlaan 67
Documentdatum | 10-09-2002 |
---|---|
Bestuursorgaan | Commissie Ruimtelijk Fysiek |
Documentsoort | Commissiestukken |
Samenvatting |
Notitie ter verduidelijking van "Herziening U.P. Centrum 1 Margrietlaan 67" De casus Sinds 1968 tot 30 juni 2002 (34 jaar totaal) is er aan de Margrietlaan een slagerij gevestigd geweest. Gezien de dynamiek van het bedrijf is er in 1992 een verzoek aan de gemeente Heimond gedaan om een bestaand gebouw op het achterterrein als magazijn ten dienste van de slagerij te gebruiken. Omdat hier geen stedenbouwkundige bezwaren tegen bestaan is hier door de gemeente Heimond op 25 februari 1992 een bouwvergunning voor verleend (op basis van het overgangsrecht, immers genoemd gebouw zou ten tijde van het ontwerpbestemmingsplan reeds in dezelfde omvang al bestaan hebben). Na een hier tegen door reciamant ingesteld bezwaar en beroep is de bouwvergunning uiteindelijk door de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 14 februari 1996 alsnog vernietigd omdat door de gemeente niet overtuigend was aangetoond dat destijds (ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan) al een gebouw (van dergelijke omvang) bestaan zou hebben. Door deze uitspraak van de Raad van State is de grondslag voor de verleende bouwvergunning vervallen. Aangezien in materieel opzicht geen overwegende stedenbouwkundige bezwaren bestaan tegen bedoeld bouwplan is er logischerwijze gekozen om door middel van een bestemmingplan alsnog een juridische grondslag te verkrijgen. Het nu voorliggende bestemmingsplan voorziet in deze juridische grondslag. Aan het reeds eerder ter visie, (op basis van de WRO), gelegen en door de gemeenteraad vastgestelde bestemmingplan "Herziening U.P. Centrum / achterterrein Margrietlaan 67" is gedeeltelijk goedkeuring onthouden door Gedeputeerde Staten op grond van formeel-juridische redenen (hiertegen is beroep bij de Raad van State ingesteld). Omdat het beroep niet in het gewenste effect sorteerde beoogt dit plankader alsnog recht te doen aan de gewenste legalisering van het magazijn. Recente ontwikkelingen ¿ Slagerij Willems-Hagelaar heeft per 30 juni jl. haar deuren gesloten. De slagerij wordt op dit moment te koop aangeboden; ¿ Ten aanzien van de procedure omtrent bestuursdwang heeft de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State onlangs uitspraak gedaan (zie procedure omtrent bestuursdwang) Gezien deze recente ontwikkelingen is het college van Burgemeester en Wethouders voornemens om mede ten aanzien van de sluiting van de slagerij een kleine verandering door te voeren binnen het voorliggende goed te keuren bestemmingsplan. Het achterliggende terrein, met daarop gelegen het magazijn, zal bestemd worden als "Erf 11 en bedrijfsdoeleinden". Deze bedrijfsactiviteiten dienen bovendien een relatie te hebben met de voorliggende detailhandel. Zoals het plan nu aan uw commissie was voorgelegd, is deze relatie nog niet gerealiseerd. In die zin zou het magazijn (achterterrein) los van de voorliggende detailhandel in de verkoop kunnen worden gezet voor losstaande bedrijfsactiviteiten. Dit acht het college van Burgemeester en Wethouders gezien de nieuw ontstane situatie niet wenselijk. De naar voren gebrachte aandachtspunten bij de hoorzitting op 12 juni 2002 De hoorzitting op 12 juni 2002 heeft geen of nauwelijks nieuwe punten opgeleverd die van invloed zouden kunnen zijn op een nadere standpuntbepaling inzake de vaststelling van het bestemmingsplan. Vele punten zijn een herhaling van zaken die al eerder door de reciamant naar voren zijn gebracht. Voor zover de punten al nieuw zijn, hebben ze veelal geen relevantie ten aanzien van het voorliggende bestemmingsplan. Voor de goede orde en volledigheid zal hieronder echter in worden gegaan op een aantal naar voren gebrachte punten (voor zover ze niet in de nota behandeling zienswijze aan bod zijn gekomen). Procedurele zaken Samenvatting naar voren gebrachte procedurele zaken door reciamant De reciamant wijst tijdens de hoorzitting op brieven die hij niet ontvangen zou hebben. Verder vraagt hij zich af waarom eerdere insprekers niet zijn uitgenodigd voor de hoorzitting. Daarnaast zouden de insprekers volgens reciamant vier jaar lang verstoken zijn geweest van enig bericht over het al dan niet verwerken van hun reactie. Vanuit de rechtsbescherming bezien zou het volgens reciamant beter zijn om de uitspraak van afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State af te wachten. Reactie van de gemeente Alle brieven zijn op verzoek van reciamant naar hem gefaxt. Dat de burgers vier jaar verstoken zouden zijn van enig bericht is een onjuiste constatering van de reciamant en doet geen enkel recht aan de feitelijke situatie. Op 21 maart 2000 is aan de insprekers een brief gestuurd waarin is vermeld dat het plangebied beperkt zou worden tot het achterterrein. Ten aanzien van het aangepaste bestemmingsplan, welke zich toespitste op het achterterrein met magazijn, zijn de insprekers in dezelfde brief expliciet uitgenodigd om een zienswijze in te dienen. Van deze mogelijkheid is echter geen gebruik gemaakt. De eerdere insprekers uitnodigen voor een hoorzitting, zoals door de reciamant wordt voorgesteld, is gezien het vorenstaande logischerwijze dus niet aan de orde. Inmiddels is de uitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State bekend (zie hieronder verdere uitleg procedure). De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State draagt het college van Burgemeester en Wethouders expliciet op om een nieuw besluit te nemen. Om het nieuwe besluit goed vorm te kunnen geven en om binnen het besluit een duidelijk en consistent standpunt te bepalen is het naar het oordeel van uw college van Burgemeester en Wethouders juist belangrijk dat de raad van de gemeente Heimond door middel van goedkeuring van het bestemmingplan duidelijkheid verschaft. Een goed juridisch kader, in de vorm van een goedgekeurd bestemmingsplan, vormt immers voor het college van Burgemeester en Wethouders de grondslag om een gedegen nieuw besluit te kunnen formuleren. Samenvatting naar voren gebrachte inhoudelijke zaken door reciamant De reciamant wijst op een niet plaats gevonden distributieplanologisch onderzoek. Verder worden er vraagtekens gezet bij de locatie van het magazijn. Reciamant geeft aan dat er sprake is van milieuhinder en omgevingshinder. Daarnaast zouden vrachtwagens regelmatig de gevel van de Margrietlaan 63 beschadigen. Reactie van de gemeente De juridische regeling in de vorm van dit bestemmingsplan is in beginsel bedoeld voor de magazijnruimte op het achterterrein (zie toelichting bestemmingsplan), ten behoeve van een slagerij die er reeds jaren gevestigd is geweest. De oorzaak van dit plan en de jarenlange bestaande situatie, slagerij gevestigd sinds 1968, heeft bij de beoordeling ten aanzien van de procesopzet niet geleid tot een distributieplanologisch onderzoek. In 1992 is een bouwvergunning verleend voor een magazijn op die locatie. Vanuit deze voornoemde vergunningverlening werd het, mede tegen de achtergrond van de dynamiek van het bedrijf, niet onwenselijk geacht om op de huidige locatie een magazijn toe te staan. De Provinciale Planologische Commissie evenals Gedeputeerde Staten hebben later in het bestemmingsplanproces ook nooit stedenbouwkundige bezwaren aangevoerd tegen een magazijn op de voornoemde locatie. De opgenomen bedhjfscategode is dermate gekozen door de gemeente Heimond dat dit op deze locatie niet tot problemen hoeft te leiden. Op basis van de vigerende milieuwetgeving (besluit slagerijen, zie ook paragraaf 7 bestemmingsplan, inspraak) kunnen eventuele klachten op waarde worden beoordeeld en waar mogelijk worden aangepakt. In de dagelijkse praktijk is er reeds jaren vanuit de omgeving geen enkele klacht binnen gekomen bij de Milieudienst Regio Eindhoven ten aanzien van de slagerij. Deze praktijkervaring onderschrijft temeer de verantwoordelijk gekozen beddjfscategodeën op de huidige locatie door de gemeente Heimond. Voordat het magazijn werd opgericht was er eveneens sprake van de situatie dat vrachtauto's en 1 of andere motorvoertuigen de lading losten aan de achterzijde van de slagerij. Dit uit oogpunt van doelmatigheid, alsmede ter voorkoming van verkeersovedast in de straat. Bovendien is de inrit naast het huis van de reciamant in eigendom van de eigenaar van het pand Marghetlaan 67 (de slagerij). De gemeente Heimond is van mening dat wanneer er onverhoopt sprake mocht zijn van onvoorzichtige manoeuvres de eventuele schade privaatrechtelijk kan worden verhaald door de eigenaar van het pand Margrietlaan 63. Samenvatting naar voren gebrachte overige punten door reclamant ¿ Bouwhoogte van 3,50 sluit niet aan bij de omgeving; ¿ De plaats van de detailhandel en bedrijfsdoeleinden ten opzichte van naast gelegen woningen (categorale indeling); ¿ Wettelijk kader onder punt 8 bestemmingsplan; ¿ Daken of kappen bij de percelen; ¿ Gebruiksbepaling; ¿ Andere bedrijven met overlast en hinder nu ook toegestaan? Reactie van de gemeente De afwijking van de bouwhoogte van het magazijn met de aanwezige gebouwen in de omgeving is dusdanig marginaal dat hier tegen geen overwegende stedenbouwkundige bezwaren bestaan (zie ook paragraaf 2 bestemmingsplan en nota behandeling zienswijze). De detailhandel en bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 en 2 zijn door hun aard toelaatbaar tussen of onmiddellijk naast woningen. In dezelfde straat, direct tegenover de slagerij en in de nabijheid vinden er bovendien meerdere (detailhandel)activiteiten plaats. Zo bevindt zich in de Margrietlaan zelf, in de nabijheid van de slagerij, een bakkerij (Morsink) en een eethuis (Cosy Corner). Schuin tegenover de slagerij is een nagelstudio (beauty nails) en een vishandel ('t vismenneke) gevestigd. Achter het magazijn van de slagerij bevindt zich een groot magazijn van aannemersbedrijf Verhoeven B.V. van 470 m2. Gezien deze voornoemde activiteiten is een detailhandel met bij behorende gebouwen (bedrijfsdoeleinden 1 en 11), mede vanuit de historische dynamische bedrijfsontwikkeling, gerechtvaardigd. In het wettelijk vooroverleg heeft de Provinciale Planologische Commissie geen inhoudelijk opmerkingen gemaakt over het plan. De maximale toegestane hoogte van de gebouwen is geregeld op plankaart en / of in de voorschriften. De aangehaalde gebruiksbepaling door reciamant is een (standaard)voorschrift waarbij wordt ingegaan op de wijze waarop grond en /of opstallen gebruikt kunnen worden. Op de vraag of bedrijven die voor overlast en hinder zorgen nu ook toegestaan zijn, moet ontkennend worden geantwoord. Het bestemmingsplan voorziet erin dat er van overlast geen sprake hoeft te zijn. Als slot op de deur is er daarnaast nog de Milieudienst Regio Eindhoven die op basis van de Wet Milieubeheer die de gestelde voorschriften in het kader van eventuele bedrijfsactiviteiten controleert. De procedure omtrent bestuursdwang (zie ook krantenartikel van 08-08-2002 in ED) Door reciamant is begin 1998 een verzoek gedaan om ten aanzien van het magazijn bestuursdwang toe te passen. Dit is door de gemeente Heimond afgewezen. Na bezwaar en beroep heeft de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch het tegen het besluit van 2 december 1999 ingestelde beroep op 2 mei 2001 gegrond verklaard. Een nieuw besluit door de gemeente Heimond was dus noodzakelijk. Tegen het besluit van 2 mei 2001 is door de gemeente hoger beroep ingesteld bij de Raad van State. De reciamant heeft tevens beroep ingesteld tegen de uitspraak van de Arrondissementsrechtbank. Op 1 1 december 2001 heeft de gemeente Heimond opnieuw beslist op bezwaar van de Reciamant en dit ongegrond verklaard. Hiertegen heeft reciamant beroep ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank heeft de stukken doorgezonden naar de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Op 16 mei 2002 heeft de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State de zaak ter zitting behandeld (de uitspraak van de Raad van State was op 7 augustus 2002) Overwegingen Er is steeds gevraagd om de toepassing van bestuursdwang. Hiervan kan alleen in bijzondere gevallen van worden afgezien. Bijzonder geval is dat er concreet zicht bestaat op legalisering. De gemeente heeft in de diverse procedures steeds betoogd dat hier sprake van is (vandaar dat het belangrijk blijft dat gemeente Heimond duidelijkheid schept ten aanzien van het nu voorliggende bestemmingsplan). Besluit 2 december 1999 door gemeente Heimond / uitspraak rechtbank Volgens de gemeente Heimond bestaat er zicht op legalisering. Dit is door de Arrondissementsrechtbank anders geïnterpreteerd dan door de gemeente Heimond. Volgens de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State is de rechtbank terecht tot het oordeel gekomen dat besluit niet met de juiste zorgvuldigheid tot stand is gekomen en dat het niet berust op een deugdelijk motivering. De reciamant betoogt dat de rechtbank ten onrechte hieruit volgend geen bestuursdwang heeft opgelegd. Er was niet sprake van een situatie waarin rechtens nog maar één nieuwe beslissing op bezwaar mogelijk was. Dus het is terecht dat de rechtbank volgens de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geen bestuursdwang heeft opgelegd. Verder wil de reclamant een grotere vergoeding van kosten. Dit is volgens de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State terecht afgewezen. Besluit 1 1 december 2001 door de gemeente Helmond, beroep reclamant bij rechtbank De reciamant betoogt dat het uitzicht op legalisatie ontbreekt. De gemeente Heimond betoogt dat er wel zeker zicht is op legalisatie. Gedeputeerde Staten hebben immers enkel om formeel juridische redenen in een eerder'stadium goedkeuring onthouden aan het bestemmingsplan. De afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State acht het voornemen om het plan (opnieuw) ter visie te leggen onvoldoende. De gevraagde schadevergoeding waar door de reciamant wordt betoogd dat hier ten onrechte door rechtbank niet op is beslist treft volgens de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geen doel. In de overwegingen van de rechtbank wordt hier uitvoerig op ingegaan, waarbij tevens wordt vermeld dat het verzoek om schadevergoeding moet worden afgewezen. Beslissing ¿ De afdeling Bestuursrechtspraak bevestigt de uitspraak van de Arrondissementsrechtbank te 's-Hertogenbosch van 2 mei 2001; ¿ Beroep tegen besluit van 1 1 december 2001 wordt gegrond verklaard; ¿ Besluit van 1 1 december 2001 wordt vernietigd; ¿ Binnen 6 weken na verzending van deze uitspraak zal het college van Burgemeester en Wethouders een nieuw besluit dienen te nemen. Nieuw besluit Op basis van de uitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State zal het college van Burgemeester en Wethouders op korte termijn, met inachtneming van de uitspraak, een nieuw besluit moeten nemen. Hierin is een duidelijk en consistent standpunt ten aanzien van het voorliggende bestemmingsplan essentieel. Tevens zal het college van Burgemeester en Wethouders bij haar nieuw besluit in moeten gaan op de gevraagde schadevergoeding van de reciamant. Advies commissie Ruimtelijk Fysiek De leden van de commissie Ruimtelijk Fysiek wordt gevraagd om een positief advies uit te brengen ten aanzien van het voorliggende bestemmingsplan "Herziening U.P. Centrum 1 Margrietlaan 67" (waarin is opgenomen de verandering ten aanzien van het bestemmen van het achterterrein, zoals dat is voorgesteld door uw college van Burgemeester en Wethouders, zie bijgevoegd kaartje). Dit positieve advies, wat later wordt gevolgd door een vastgesteld bestemmingsplan door de gemeenteraad is tevens van belang om op korte termijn een consistent en logisch besluit te kunnen nemen ten aanzien van het verzoek om bestuursdwang. Met dit positieve advies van de commissie Ruimtelijk Fysiek wordt een belangrijke stap voorwaarts ten aanzien van de afronding van dit proces. SO/RO/JS 3 september 2002 C> schaal 1:1000 Voorstel: gewijzigd vaststellen door de Raad "Herziening U.P. Centrum 1 Margrietlaan 67" SO/RO/ 5 september 2002 \~tod 0~ 12'4&55 |